N\ 155. MIDDELBURGSCHE COÜRAN T. 28 December 1830» Dingsdag NIEUWSTIJDINGEN. AFKONDIGING. Burgemeester en wethouders der stad middelburg, in Zeelandgelet op Art. 51 en 52 der wet van den 28 junij 1822 (Staatsblad no. 15), op het Personeel, houdende: „Art. 51. Bij de invoering dezer wet, en vervolgens jaarlijks, zal ef tot berekening van het bedrag der Personele Belasting, eene be- adhrijving geschieden aan de woningen der Ingezetenendezelve Zal voor de eerste reis plaats hebben onmiddellijk nadat deze wet verbindend zal zijn en vervolgens jaarlijks zoo vroegtijdig mogelijk. „Art. 52. De Hoofden der Gemeente-Besturen zullen, op aanvrage der Ontvangersbij openbare afkondiging aan de Ingezetenen, ten minste acht dagen te voren, bekend maken den tijd wanneer de beschrijvings- biljetten zullen worden rondgezonden en afgehaald." Gezien den brief van den Ontvanger der Directe Belastingen dezer Gemeente, van den 24 dezer maand, no. 283, houdende zoodanige aan- vrage Maken bij deze aan de Inwoners dezer Gemeente bekend Dat de Ontvanger der Directe Belastingen voornoemd aan derzelver woningen, op den 3 tot den 26 Januarij 1831 zal doen bezorgen een beschrijvings.biljethetwelk inhoudt eene korte schets van de grondsla gen der voornoemd? Belastingen, zijnde 1°. De Huurwaarde. 2°. De Deuren en Fensters 3°. De Haardsteden. 4°. De Dienstboden. 5°. De Paarden. Bij welk Biljet, waarin deszelfs verpligting jegens 's Rijks Schatkist, in betrekking tot die Belasting, zal worden opgegeven, aan ieder Ingeze ten de noodige vragen dienaangaande ter beantwoording zullen zijn voorgesteld, ten einde hij hetzelve met de meeste naauwkeurigheid invulle. Dat, acht dagen na de uitreiking van voormelde Biljetten, dezelve ingevuld van de Woningen der Ingezetenen door of van wege den Ont vanger, zullen worden afgehaald; staande het echter aan een ieder vrij de invulling te doen verrigten en het Biljet, zijnentwege, te doen 011 derteekenen door den Ontvanger of zijn gemagtigde. Dat de Ingezetenen, welke bij de beschrijving geen Biljet zullen heb ben ontvangenvolgens Art. 6a der Wet, verpligt zijn, binnen acht dagen, na den tijd tot de ophaling vastgesteld, of uiterlijk op den 7 April, een Biljet ten Kantore des Ontvangers te doen afhalen en be hoorlijk ingevuld terug te bezorgen. Dat de nalatigheid in de invulling binnen den bepaalden termijn, als ook onnaauwkeurigheid of valschheid in dezelve, ten gevolge zullen hebben de toepassing der boeten en pcenaliteitenbij Art. 63 en 64, mitsgaders van Art. 85 tot 88 der Wet vastgesteld. Terwijl eindelijk tot narigt der Ingezetenen, met betrekking tot de berekening van hunnen aanslag in de Deuren en Vensters, aan hen wordt medegedeeld, dat de bevolking van het gengglomereerde gedeelte dezer Gemeente, de Stad Middelburg uitmakende, bedraagt een aantal van 14574 zielen. Wordende een iegelijk mits dezen aangemaand, zich ten stipste naar de bovenstaande bepalingen te gedragen, ten einde zooveel hem betreft de orde en naauwkeurigheid in de beschrijving van voormelde Belasting te volgen, en zich voor schade te wachten. En opdat niemand hieromtrent onwetenheid voorwende, zal deze worden afgekondigd en aangeplakt, alom waar zulks te doen gebruikelijk isterwijl een afschrift zal worden medegedeeld aan den Ontvanger der Directe Belastingen tot deszelfs informatie. Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den 24 December 1830. Burgemeester en Wethouders voornoemd, B IJ L E V E L D. Ter ordonnantie van Hun Ed. Achtbaren, Voor den Secretaris afwezig, C A T S Griffier. DUITSCHLAND. FRANKFORT den 19 december. De Duitsche bondvergadering heeft hare zittingen tot het midden der volgende maand opgeschorstna bijna gedurende een geheel jaar onafgebroken bijeen te zijn geweest. De meeste afgevaardigden zijn naar hunne hoven vertrokken. De zooge naamde militaire commissie blijft echter bij voortduring mer veelvuldige en gewigtige werkzaamheden belast, en in hare bureaux bespeurt men eene voorbeeldelooze bedrijvigheid. Intnsschen gelooft men thans niet meer, dat Prtiissen, in de tegen woordige omstandigheden, in eenige vreemde aangelegenheden, gewa penderhand in 't midden zal treden. Aldaar wordt niets verzuimd, onr de rust allerwegen te bewaren. Het toezigt op de vreemdelingen is scher per dan ooit. In Westphalen Pommeren en Brandenburg zijn cie ver gaderingen der provinciale Staren bijeen geroepen. In Pruissisch-Polen is echter gelijke maatregel nog niet te werk gesteld, om aldaar geene te groote menigte op ééne plaats te vereenigen. Pruissen is steeds lang zaam voortgegaan met het voorbereiden der maatregelen welke tot de Invoering eener constitutionele orde van zaken leiden en zoo men het al gemeen gerucht mag gelooven, zoude het tijdstip thans niet verre meer verwijderd zijn waarop men na de volledige inrigting der provinciale vergaderingen te hebben tot stand gebragt de vertegenwoordigers van geheel de natie zoude willen vereenigen, De Fransche ambassadeur bii het Oostenrijksche hof, de maarschalk Malsonis te Weenen aangekomen. Aan den heer Schwebel, die tot dus verre de waardigheid van eerste secretaris der Fransche ambassade te Weenen bekleed heeft, heeft Z. M. de keizer van Oostenrijk, als een bewijs van hoogstdeszelfs tevredenheid, de orde van de ijzeren kroon verleend. Den 28 november is te Stokholm met veel plegtigheid het feest gevierd van het duizendjarig bestaan van het Christendom in Zweden. FRANKRUK PARIJS den 18 decemberDe zitting van het geregtshof der pair» f in de zaak van de gewezene ministers, van den ttj, is geheel aart het verhooren van getuigen toegewijd geweest, zijnde men tot den aasten getuige gekomen. De grootste orde heeft tot hiertoe in deze gewigtige zaak plaats ge. had de rust is ten gevolge daarvan niet in het minste gestoord doch de uitslag van het proces wordt door velen, vooral ter beurse, met ze. kere bekommering te gemoet gezien. Na dat alle de getuigen in de zaak der beschuldigde ministers doof het hof der pairs gehoord zijn hebben lieden de commissarissen uit de kamer der gedeputeerden, de beschuldiging onderstond. De heer Persil, een dier commissarissen, heeft staande gehouden, dat de prihs de Po. lign: c de meest schuldige der gevangen ministers was, en eindelijk het hof aangemaand om bij deze hooge gelegenheid regt te doen tussehetl het gouvernement en het volk, en den beschuldigden de zwaarste straf op te leggen. Vervolgens heeft de heer de Martignac een aanvang gemaakt met de verdediging van deti prins de Polignac. Vrij opmerkelijk is het, dat de dagbladen der revolutie, die anders eene zeer hevige taal voeren, thans Zich tegen het ter dood veroordee-" len van de ministers verklaren. Daar en tegen zijn zij zeer misnoegd over de achttien millioen die het ministerie aan den koning als jaar- lykch inkomen uit 's lands schatkist geven wil; begrijpende, dat eet» burger-koning zoo veel niet behoeft om te regeren. Van Ronre schrijft mendat de kardinalen den 14 dezer in con clave moesten gaan. NEDERLANDE N. 's GRAVENHAGE den 23 december. Het hindert den Antwerpe. naars geweldig, dat de citadel dagelijks overvloedig van al het noodige voorzien wordt. Zaturdag namiddag is er weder eene stoomboot mee twee ligters gearriveerd en vervolgens zijn er nog twaalf andere ligters met proviand aangekomen. Zondag zijn verscheidene dier vaartuigen naar het .Vlnamsche Hoofd overgestoken waar zij den Voorraad, dien zij aanvoerden, en welke voor die sterkte, alsmede de vier naburige forten, bestemd was gelost hebben. Maandag zijn nog zes-en-twintig ligters met provisie aan de citadel gekomendie onder anderen rundvee heb ben aangebragt. Sedeit zatuidag ligt eene kanonneerboot aan hetVlaam- sclie Hoofd, die aldaar zal overwinteren, en men meent, dat er nog drie anderen zullen geplaatst worden, zoo dat het Vlaamsche Hoofd, met de kleine batterijdie men er opgerigt heeft, van den kant der Schelde in een staat van verdediging zal zijn. Kapitein Koopman van de Co- meet zal waarschijnlijk het bevel voeren over de forten en kanonneer- booten die in de inhammen en kreken zullen blijven. De dijk tusschen het Vlaamsche Hoofd en Bilrght zou door de Hollanders doorgestoken zijn, om zich ook van dien kint te dekken. Te Gent wordt het van dag tot dag onrustiger. Op de wapenplaats en voornamelijk tegen over de sociëteit Concorde ziet men vrij talrijke hoopen menschen te zamen scholen en men zegtdat er zelfs steenen door de vensters geworpen zijn. Op de straten worden anti-patriotsche liedjes rondgedeeld Waarin het volk aangezet wordt om tot de oude orde van Zaken weer te keeren. Bij de verkiezingen voor de stedelijke regering te Gent is wederom de heer van Crombt uggben tot burgemees ter benoemd. De geestelijken welke men bij die verkiezingen geweerd en in hun regt om daaraan deel te nemen verkort heeft, zijn deswege zeer ontevreden, en inen verhaalt, dat eenige personen, welke zich daaraan schuldig gemaakt hebben geregtelijk vervolgd zullen worden. Le gouverneur der provincie, de commissaris van het provisioneel be. stuur en andere ambtenaren, leden van het congres, zijn te Gent aan gekomen op het vernemen van de oploopen, die er begonnen plaats te he bbert. Het congres heeft, in zijne vergadering van den 17, het ontwerp tot invoering van den senaat of tweede kamer met 112 tegen 66 stemmen goedgekeurd. De bekende Tielemansdie thans met het bestuur van de binnen- landsche zaken in Belgie belast is, blijft zijnen ouden vriend de Potter steeds aankleven, en nu deze begrepen heeft zijn ontslag te moeten ne men meenen sommige lieden dat Tielemans ook wel zou doen zich aan de regering te onttrekken. Ook zijn velen van gevoelen dat zijne krachten op verre na niet toereikende zijn voor den post, dien hij thans bekleedt. De hoeren Gendebien en van de Weijer zijn den 18 naar Parijs ver trokkenzoo men dacht, om te bewerken dat de onafhankelijkheid van Belgie door Frankrijk erkend wierd. De Belgische hoogescholen zouden den 1 januarij weder geopend worden doch hadden merkelijke wijzigingen ondergaan. Zoo waren te Leuven de faculteiten der regtsgeleerdheid en der wiskundete Luik die der wijsbegeerteen te Gent, die der wiskunde en wijsbegeerte, afgeschaft geworden. (Daarentegen maakte men te Brugge voorbereidselen'tot het oprigten van een karmeliter klooster.) De bezoldingen der hoogleeraren waren tot op een derde van derzelver bedrag verminderd. Van de Duit sche hoogleeraren hadden alleen de heeren BekkerHaus en Fohmann hunne posten behouden. Volgens eene echte opgaaf uit Groningen beloopt het getal der tot dus verre uit die stad getrokken vrijwilligers, 1066. Er zijn te Breda uit onderscheidene plaatsen, reeds 3500 paren wanten of handschoenen met vingers ontvangen en naar het mobiele le. ger gezonden of onder de schutters in de vestingen verdeeld. Nog da gelijks worden van hier en elders nieuwe verzendingen naar gemelde plaats gedaan. Volgens berigten van onderscheidene kanten wordt de geldleening voor liet iaar 1830 met de meeste welwillendheid en den meesten ijver alom opgebragt. Men wil dat reeds twee derde derzelve zou zijn. be taald ofschoon het geheel bedrag slechts met het einde der aanstaande maand januarij moest voldaan zijn. Dit is weder een nieuw bewijs voor de uitstekende gevoelens, waarmede de ingezetenen van het oude Ne derland in deze oogenblikltén bezield zijn. *sHERTOGENBOSCH den 21 december. Eenige onderhandsche po. gblg§n, om militairen, welke in deze provincie te huis behoorenen van hunne korpsen zyn afgeraakt, te bewegen arm terug te keeren

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1830 | | pagina 1