MIDDELBURG SCHE
COURANT.
BUITENGEWONE
Mi
Bingsdag
7 September 1530.
lIDDELBURG den 6 september. Heden avond» na het afdrukken
onzer courant, ontvingen wij bij partikuliere gelegenheid eenc buiten
gewone Staats-Courant van gisteren behelzende het volgende belangrijke
Stuk, van te veel gewigt bij de tegenwoordige gebeurtenissen in het
zuidelijk gedeelte onzes Vaderlands, dan dat wij ons niet zouden haasten
onze lezers er mede bekend te maken
Wij WILLEMbij de gratie Gods, Koning der NederlandenPrins van
Oranje-NassaUGroot-Hertog van Luxemburgenz.enz.enz.
Aan allen die deze zullen zien of hooren lezen, salut.'
De Goddelijke Voorzienigheidwelke aan dit Koningrijk vijftien jaren
van vrede met geheel Europa, inwendige orde en toenemcndcn voorspoed
schonk heeft onlangs twee gewesten met tallooze rampen bezocht
terwijl de rust van onderscheidene bijgelegene provinciën is gestoord
of bedreigd geworden.
Op'jlhec eerste berigc van die onheilenhebben wij al aanstonds eene
buitengewone bijeenroeping bevolen van de Staten-Generaal, die, naar
luid der Grondwet, het geheeleNederlandsche volk vertegenwoordigen,
en zulksten einde met gemeen overleg van Hun Edel Mogenden de
maatregelen te beramenwelke de toestand der natie en de tegenwoor
dige omstandigheden vorderen.
Te gelijkcr tijd zijn onze beminde Zonen, de Prins van Oranje en
Prins Frederik der Nederlandendoor ons belast gewordenzich naar
die gewesten te begevenzoowel om met de middelen daartoe te
hunner beschikking gesteldde personen en eigendommen te bescher
men als om zich te verzekeren van den waren staat van zaken, en
ons tot bedaring der gemoederende meest geschikte maatregelen voor
te dragen.
Deze zending, welke volbragt is met eene menschlievendheid en edel
moedigheid die door de natie hoog gewaardeerd zal wordenheeft ons
bevestigd in de overtuiging, dat zelfs dddr, waar zich de meeste on
rust vertoont, de gehechtheid aan ons stamhuis en aan de nationale on
afhankelijkheid blijft verzekerd en wordt verkondigden hoe bedroevend
ook voor ons hart de omstandigheden zijndie ter onzer kennis zijn ge
komenwij missen de hoop niet, dat het ons, met den bijstand van
den Almagtigen God, wiens hulp wij, in deze ernstige en treurige
gesteldheid van zaken, afsmeeken, en door de medewerking van alle
welgezinde en goede burgers in de onderscheidene gedeelten van het
Rijk, zal mogen gelukken de orde terug te brengen, en de werking
der wettige magtenmitsgaders de kracht der wetten te herstellen.
Wij rekenen daartoe op het gemeen overleg der Staten-Generaal, Wij
zullen hen uitnoodigen om te overwegen of de onheilenwaaronder
het Vaderland zucht, te wijten zijn aan eenig gebrek in de nationale
instellingen, en of er reden zoude zijn deze te wijzigen, en vooral
ook, of de betrekkingen, door de traktaten en door de Grondwet,
tusschen de twee groote afdeelingen van het Koningrijk gevestigd, tot
bevordering van het gemeenschappelijk belang, in vorm of in aard,
zouden behooren te worden veranderd. Wij verlangen, dat die gewig-
tige vraagpunten met zorg en volkomene vrijheid overwogen worden,
en geene opoffering zal voor ons hart te zwaar zijn, om de wenschen
te vervullen en het geluk te verzekeren van een volkwelks wel*
zijn het voorwerp is geweest van onze teederste en bestendige zorgen.
Maar evenzeer als wij gezind zijn, om met mildheid en openhartig
heid door ruime en beslissende maatregelen het heil des Vaderlands te
helpen bevorderenevenzeer is het ons stellig besluitde wettig ver-
kregene regten van alle de gedeelten van het Koningrijkzonder onder
scheid te handhaven, en tot die maatregelen niet anders over te gaan
dan langs den regelmatigen weg, overeenkomstig den eed door ons dn
aan ons afgelegd.
NederlandersBewoners der verschillende streken van dit Schoöne
landdat meer dan eens door de Goddelijke gunst en de aaneensluiting
der ingezetenen is ontrukt geworden aan de onheilen waaraan hetzelve
ten prooi was, verbeidt alsnu, met kalmte en vertrouwen, de oplos
sing der gewigtige vraagpuntenwelke de omstandigheden hebben
doen geboren worden 5 ondersteun de pogingen van het wettig gezag
tot bewaring der inwendige ordeen van de kracht der wettendddr
waar dezelve niet zijn verstoord gewordenen tot herstel van orde en
wetdi&twaar aan dezelve eenig letsel is toegebragt.
Leen sterkte aan de wet, opdat, wederkeerig, de wet, tivve bezit
tingen, uwe nijverheid en uwe persoonlijke veiligheid bescherme.
Dat alle verschil van meeningen verdvvijne voor de toenemende geva
ren eener regeringloosheid, welke zich in verschillende plaatsen, onder
de verschrikkelijkste gedaante vertoont, en die, zoo zijdoor de midde
len, welke de Grondwet ter beschikking der regering stelt, en door den
ijver der goede burgers niet wordt voorgekomen óf afgeweerd, eenen
onherstelbaren slag aan het welzijn der bijzondere ingezetenen en aan den
nationalen voorspoed zal toebrengen. Dat alle goede burgers zich over
al afscheiden van de onruststokersen dat hunne edele pogingen tot
herstel der algemeene rustdadrwaar zij nog ieder oogenblik bedreigd
wordt, eindelijk paal en perk stellende aan zoo groote rampen, de
sporen zelf daarvan eenmaal geheel mogen uitwisschen.
En zal deze alomme worden afgekondigd en aangeplaktttfaar zulks
te doeu gebruikelijk isen voorts in het Staatsblad worden geplaatst.
Gegeven te 's Gravenhageden 5 september des jaars 1830, van on-
ze regering het zeventiende.
(Geteekend) WILLEM.
Van wege den Koning,
(Geteekend) J. G. de Mey van Streefkerk.
Te Middelburg, ter Hockdrukkerij van de «EB HOEDE li !S A B 11 A IIA M S.