N\ 53. MIDBELBURGSCHE COURANT. Zaturdag N IE UTFSTIJ DIS GEN. GROOT-B R1TTANJE. LONDEN den 8 mei. Het heden avond uitgegeven bulletin nopens den gezondheids toestand des konings luidt als volgtDe koning lieeft eenen goeden nacht gehad met eenige uren slaap. De verschijn selen der ziekte van Z. M. zijn steeds dezelfde." FRANK RIJK PARIJS den 10 wei. De tijdingen, gisteren morgen van Toulon ontvan gen melden dat het weder allergunstigst is tot de inscheping der troe pen voor de expeditie naar Algiers. Men gelooft, dat de geheelevloot voor den 20 mei zal zijn vertrokken. Brieven van Rome, heden ontvangen, melden het overlijden van mevrouw Ltetitia Bonapartemoeder van keizer Napoleon in den ou. derdom van 83 jaren, aan de gevolgen eener dijbreuk. Naar men verneemt zullen, volgens haar testament, alle hare aanverwanten aanmerkelijke le gaten bekomen maar is wijders haar kleinzoon de hertog van Reich- stadtde universele erfgenaam van haar verbazend vermogen. Het gewelf van den grooten schouwburg te Milaan is voor eenige dagen gedeeltelijk ingestortgelukkig had zulks geen plaats gedurende eene tooneeivertooning. Eenige werklieden, bezig met de zaal schoon te mpkenzijn ondertusschen zwaar gekwetst, en 5 daarvan aan de be- komene wonden overleden. NEDERLANDEN. 's GRAVENIIAGE den 12 mei. Heden is de Tweede Kamer der Stnten-Generaal omstreeks 12 uren vergaderd. Zijne Exc. de minister van financien woonde deze zitting bij. Een verzoekschrift van ingezete nen van Antwerpen houdende bedenkingen tegen de verhooging van den accijns op het binnenlandsch gedisteleerd werd naar de commissie tot de petiticn verzondenterwijl op twee ingekomen boekwerken het ge woon bes|uit werd genomen. Vervolgens werden de beraadslagingen geopend over het ontwerp van wet tot nadere vaststelling der middelen, ter voorziening in de uitga ven, aanvang nemende met 1830. De heer Bijleveld bekwam het eerste het woord hij betoogde in een uitgebreid adviesdat er geene rede nen bestonden om den accijns op de koffij weder in te voerendie de regering, na die beproefd te hebben, in den jare 1821 als onbestaan baar met de belangen van den handel, heeft afgeschaft en uit de reeks van de acciinsen heeft doen wegvallen. Het kwam den sprekenonder anderenook voordat de lage prijzen der koffij de voorgestelde be lasting op 25 pet. der waarde deed stijgen hetwelk het gebruik van surrogaten zou aanmoedigen en ten gevolge hebben, dat, uit hoofde van het verminderd gebruik, de belasting minder zou opbrengen en de geraamde sommen niet zou bereiken. I11 alle gevallen zou het hoogst onbillijk zijn om de wet een terugwerkende kracht te geven en de voor handen zijnde koffij aan de belasting te onderwerpen. De heer G. G. Clijford verklaarde zich ook tegen de belasting op de koffijwelke hij als strijdende met de algemeene belangen van onzen kolonialen handel beschouwde, die, in der tijd, Zijne Exc. de minister van financien, in zijne redevoering van den 12 mei 1819, als onstaat kundig en schadelijk in de gevolgen geschetst heeft en waaromtrent 150 huizen van koophandel, zoo in Amsterdam, Rotterdam als Nijme gen zich aan Z. M. gewend en het nadeelige van de maatregelen be toogd hebben. De redenaar sprak ook, onder anderen, van eene mis rekening, die in de begrooting van de opbrengst van den accijns op de koffij zou hebben plaats gehad. In de raming der inkomsten werd die opbrengst op een en een half millioen berekend, terwijl het genoegzaam zeker was, dat, volgens de bekende consumtie, de accijns niet meer dan een millioen zal opbrengen, en de kosten van perceptie, de min dere opbrengst der inkomende, uitgaande en transito-regten van die som nog zouden behooren afgetrokken te worden. De heer Frets beschouwde de voorgestelde belasting geheel en al strij dende met de belangen van het vaderland, als den ondergang van een der voornaamste takken van den handel bedreigende en drukkender dan de bepalingen, welke bij de wet van 1819 waren voorgeschreven. Hij be riep zich voorts op de woorden van Zijne Exc. den minister van finan cien bij gelegenheid der beraadslagingen over de vermindering van de renten der schuldbekentenissen van het amortisatie-syndikaat, namelijk, dat de af te lossen kapitalen met vrucht in den handel zouden kun nen worden geplaatst, terwij! de aangeboden wet dien handel aantastte en het middel ontnam om die kapitalen te plaatsen, zoo dat de weg van twee kanten daartoe gesloten werd. Hij vroeg hoe het mogelijk was, dat, na eene besparing van twee millioenen, door de aanneming der wet op het amortisatie-syndikaat te weeg gebragt, men, om aan de behoefte te voldoen, de belasting op de koffij had voorgedragen. Na in vele bij zonderheden getreden te zijn, herinnerde de redenaar de Kamer de onaan gename tooneelen, welke in zijne stad, bij gelegendheid der invoering van de belasting op de koffij, met een voornaam hoofd-amttenaar heb ben plaats gehad, die naderhand zelf de noodzakelijkheid van de intrek king der wet had ingezien. Ten slotte beriep zich de spreker op het adres van de kamer van koophandel te Rotterdam, na de conferentie met Zijne Exc. den minister van financien aan Z. M. ingediend. De heer Collot dEscury betoogde almede zeer wijdloopig het verder felijke van den accijns op de koffij voor de belangen van den handel in het algemeenhetwelk ook ten nadeele van de Handel-Maatschappij zou ritloopenbij welker bloei de natie zoo veel belang heeft. Ook de heeren Repclaer en Boddaert hebben eindelijk nog tegen de wet gesproken; eerstgemelde zag de moeijelijkheid in om andere midde len te vinden, maar wilde daarom een eerste handelstak niet bezwaren, daar de vrijheid de ziel van den handel was, aan welk stelsel onze koopsteden hunne bloei en grootheid te danken hadden; terwijl de heer Boddaert zich niet kon voorstellenhoe men toevlugt tot zoo eene ver derfelijke belasting, als die op de koffij, had genomen; ook schetste de redenaar het drukkende van de verhoogde belasting op de suiker, vooral voor de planters der kolonie Suriname. Hierna werden de verdere beraadslagingen tot morgen ochtend ten 10 uren geadjourneerd. Onlangs heeft Z. M. goedgekeurd een besluit-van de regering van Antwerpen, waarbij aan elk koopvaardijschip, grooter dan 500 ton, het 15 Mei 1830.' welk meer dan tweemalen in dén jaar jaar die haven zal blnnenloopetl toegestaan is eene zekere vermindering van havenregten en andere on kosten. UTRECHT den 8 mei. Naar aankondiging der commissarissen van het grootboek der nationale schuldzijn eenige valsche kansbiljetten van de uitgestelde schuld ontdekt. De nagemaakte zijn echter gemakkelijk te onderscheiden, dewijl dezelve met geene drukletters vervaardigd zijn en de nagesnedene letters schuins en ongeregeld op het papier staan. De streep door de t van het woord Oterleek is op de valsche kansbiljet» ten zeer ongelijk, staande het eerste gedeelte der streep lager dan het tweede gedeelte. In de woorden schuld zijn de letters ld aan elkander vasten zoo zijn er meerdere kenteekenen der nagemaakten aanwezig. BRUSSEL den 11 mei. Z. M. is de stad Vervierswier handel door hét faillissement van den ongelukkigen bankier Rigaut zoo veel geleden heeft, te hulp gekomen met een voorschot van 250,000. Drie ver mogende huizen van die stad hebben eene gelijke som voorgeschoten ter oprigting van eene bank. BESTUREN ef A DM INISTRATIEN. AANBESTEDING. Op Woensdag den 19 Mei 1830, des middags ten twaalf uren, zal, onder nadere goedkeuringaan het Lokaal van het Gouvernement te Middelburgbij inschrijving en opbod, worden aanbesteed: De uitvoering van reparatien en verbeteringen aan het Gouverne- ments-Hotel in de Abdij te Middelburg, bestaande in eenig Tim mer-, Metsel-Leidekkers-, Loodgieters- en Glazenmakers-werk. Het bestek en de conditiënwaarop deze aanbesteding zal plaats hebben, liggen ter lezing in de Bureaux van het Provinciaal Gouverne ment, en bij den Inspecteur der Lands Gebouwen J. H. Reygers bij wien ook de Monsters en Modellen ter bezigtiging zullen leggen en door wien, daags voor de besteding, des middags ten twaalf uren, de noodige lokale aanwijzingen zullen geschieden. Middelburg, den 29 April 1830. De Gouverneur van de Provincie Zeeland, Bij deszelfs afwezigheid, A. C. van CITTERS, Lid der Gedeputeerde Staten. De GOUVERNEUR van de Provincie ZEELAND herinnert bij deze alle belanghebbende Administratien en Partikulieren in de Provincie, aan de bepalingen der wet van den 8 November 1815, No. 36 Staatsblad No. 51), volgens welke van alle Schuldvorderingen, ten laste van het Rijk, over den jare 1829, de rekeningen, memorien of declaratiea vóór of op den laatsten van de maand Junij aanstaandebij zoodanige Administratien, Collegien, Autoriteiten of Ambtenaren, als welke de orders tot het doen van leverancien of anderzins gegeven hebben be hooren te zijn ingediendop poene van te worden gehouden voor verjaard en vernietigd; met uitnoodiging verder, om dit uiterste tijdstip voorde indiening van voormelde pretentien niet af te wachtenmaar dezelve onverwijld te bewerkstelligen. Middelburg, den ia Mei 1830. VAN VREDENBURCH. Op Zaturdag den 22 Mei 1830, des morgens ten 10 uren, zalte WESTKAPELLEdoor den Opper-Strandvonder van Westkapelle en Domburgingevolge autorisatie van Zijne Excellentie den Gouverneur der Provincie Zeeland, worden overgegaan tot den Verkoop bij openbare Veiling ad opus jus habentium vaneen ZWAARDkleine MAST RONDHOUT, POMP, DEELEN en BRANDHOUT; en ten zeiven dage, des middags ten één uur, te DOMBURG, ingevolge gemelde autorisatie, van Greinen BALKJES, ANKERBOEIJENDEELEN en BRANDHOUT. Middelburg, den 12 Mei 1830. De Opper-Strandvonder voornoemd, a;"dingman s. ADVERTENTIES. Ondertrouwd J. MUNTENDAM, Middelburg van Amsterdam den ia Mei 1830. en M. P. AARINKSEN. Familie, Vrienden en Bekenden, zoo wel binnen als buiten deze Stad, gelieven deze als bijzondere kennisgeving aan te nemen. Thans treft mij de lang gevreesde slag, het overlijden mijner dierbare Huisvrouw CORNELIA de WAGEMAKER in den jeugdigen leeftijd van slechts 30 jaren, mij nalatende vijf Kinderen, alle nog te jong om te kunnen beseffen hoe groot dit verlies voor hen is. Middelburg C. M. G E R N L E R Jr. den 13 Mei, 1830. Dienende deze tot kennisgeving aan Vrienden en Bekenden. De Chirurgijn en Vroedmeester DE LEPELAAR zal, Zaturdag avond den 15 Mei, verhuisd zijn uit den Latigendelft naar de St. Janstraat, Wijk A. No. 202 in het Huis bevorens bewoond door wijlen Doctor de IFind, De andergeteekendezijne TIMMERMANS-AFFAIRE met den 15 dezer begonnen hebbende in de lange St. Pieterstraat, Wijk F. No. 37 neemt bij deze de vrijheid zich in de gunst zijner geëerde Stadgenooten aan te bevelenmet belofte eener prompte en civiele bediening. J. B O U R D R E Z. £en bekwame KLEERMAKERS-KNECHT, van nu af voor een jaar vast werk begeerende met Kost, Inwoning en verder Salaris, adrcsscre'zich in persoon of brieven franco, aan G. DirhsMr. Kleer maker, in de'sHeer-HeiKlrikskindcretistraaete "GOKS.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1830 | | pagina 1