COURANT.
25 Februarij 1830.
NIE UJFSTI] DINGEN.
RUSLAND.
PETERSBURG den 6 februarij. Den eersten dezer zijn hier binnen
gerukt het Preobashensche en Moscousche lijfgarde-regementbene
vens de eerste artillerie-brigade. Z. M. de keizervergezeld door
Z. K. H. prins Albert van Pruissen en een talrijk gevolg, gelijk ook
door de Fransche, OostenrijkscheDeensche en Hanoversche gezanten,
is deze uit den veldtogt zegevierende krijgslieden te gemoet gereden
en heeft dezelve met hunne aankomst geluk gewenscht, waarna genoem
de regementen voor den keizer hebben gedefileerd. Den 4 zijn ook de
tweede artillerie-brigade en het eskadron rijdende pionniers aangekomen.
Bij dagorder van den 31 januarij, heeft Z. M. de keizer aan het
eerste infanterie-regement kozakken van de Zwarte zee, ter belooning
van deszelfs dapperheid gedurende den laatsten Turkschen oorlogeen
vaandel geschonken tot opschrift voerende foor uitstekende dapperheid,
op den 10 junij 1828 betoond bij de vernieling der Turksche fiotille onder
de muren van Braïlow. Aan de generaal-majoors PaschkofF, Lappe en
Tieman heeft Z. M. eenen gouden met diamanten versierden degen ver
eerd. Voorts heeft de keizer den generaal-majoor Bernikoff tot bevel
hebber van het Finlandsche garde-regement benoemd.
MOSCOU den 31 januarij. Den 29 dezer zijn dei Turksche gezan
ten alhier aangekomen, en met die onderscheiding, welke hunnen
rang toekomt, ontvangen. Kort na hunne aankomst hebben zij een
bezoek bij den burgerlijken gouverneur afgelegden zijn daarentegen
door eenige generaals bezocht geworden. Al hetgeen de stad opmerke
lijks oplevert, is door hen in oogenschouw genomen, terwijl zij,aan
de vermakelijkheden deel hebben genomen. Zij schenen zeer wel te
vreden te zijn over de wijs, waarop men hen ontvangen heeft, en kon
den zich niet genoeg verwonderen over de prachtige gebouwen der stad.
Den a februarij zullen zij Moscou verlaten en de reis naar Petersburg
voortzetten.
FRANKFORT den 1 p februarij. De Duitsche bondsvergadering heeft
op den 5 dezer hare beraadslagingen hervat.
Naar berigten nit Odessavan den 27 januarijbleef de gezond
heidstoestand der stad bij voortduring zeer voldoende. Men hoopte
dat eerlang alle maatregelen tegen de pest zouden kunnen opgeheven
worden.
FRANKRUK
PARIJS den 30 februarij. Het is er verre af, dat de koninklijke
ordonnantiehoudende bepalingen ter verbetering en uitbreiding van
het lager onderwijsaan alle verlangens der liberalen voldoet. Men
had onder anderengaarne geziendat daarbij was bepaald geworden,
welke der onderscheidene leerwijzen er zou moeten gevolgd worden
en het volstrekt stilzwijgen daaromtrent heeft voedsel gegeven aan de
vrees, waartoe eenige zinsneden in het rapport aanleiding schijnen te
hebben gegeven, dat men het lager onderwijs zou trachten te brengen
in handen der geestelijkheid. Men keurt het mede af, dat er zoo veel
aan de gemeenteraden is overgelaten, zoo lang deze door het bestuur en
niet door hunne medeburgers worden gekozen.
De ministerielendaarentegen, loopen hoog weg met deze ordonnan
tie. Zoo ziet men zeggen zij wat er aan is van de beschuldigingen
en klagten der liberalen als of de ministers steeds het volk in onkun-
de willen houden en de verlichting tegenwerken. Men kan daaruit ocr-
deelen, hoe het ook met andere beschuldigingen gelegen zij. De han
delingen der ministers zullen dezelve steeds wederleggen.
Het bal, hetwelk op den avond van den 17, ten voordeele der
armenin de opera heeft plaats gehad is zeer luisterrijk geweesten
heeft de aanzienlijke som van 115,750 fr. opgebragt. Meer dan 5000
personenwaaronder de aanzienlijksten der hoofdstad hebben hetzelve
bijgewoond. Ook de hertog van Orleans heeft, benevens deszelfs fa
milie, deze bijeenkomst met zijne tegenwoordigheid vereerd. Z. M.de
ltoning had 7000 franken gegeven tot goedmaking der kosten ten einde
de geheele opbrengst zuiver ten voordeele der armen zou kunnen komen.
De Courrier Fratifais is op nieuw voor de correctionele regtbank
gedagvaard geworden wegens honende uitdrukkingen tegen die regtbank
gebezigd, bij gelegenheid van het mededeelen en beoordeelen van het
vonnis in de zaak tegen den prefect van politie Mangin.
Ook de uitgevers onzer dagbladen de Globe en de National staan in
regten vervolgd te worden wegens het plaatsen van artikelenter. ge
volge waarvan zij beschuldigd zijn; i°. van poging, zonder gevolg,
tot het begaan der misdaden van toeleg op het leven of den persoon des
konings en der leden van de koninklijke familie; en van toeleg om, het
zij het gouvernement of de erfopvolging des troons, te vernietigen of
te veranderen, het zij de burgers of inwoners aan te zetten om zich te
gen de koninklijke magt te wapenen20. van de regten des konings uit
hoofde zijner geboorte, ten gevolge waarvan hij het charter heeft gege
ven, alsmede zijne constitutionele inagtte hebben aangevallen-; 30. van
aansporing om het gouvernement des konings in haat en verachting te
brengen.
De opgemelde artikels zijn geplaatst den 15 en 19 dezer en getiteld:
Frankrijk en de Bourbons in 1830.
Men heeft alhier bij de legatie van Brazilië berigten uit Rio-Ja-
neirovan den 19 december, ontvangen, welke zeer geruststellende
zijn nopens den toestand van Z. M. den keizer. Binnen weinige dagen
hoopte mendat Z. M. weder zou kunnen uitgaan.
NEDERLANDEN.
'sGRAVENHAGE den 19 februarij. In de bijeenkomst van de
Tweede Kamer van heden is rapport uitgebragt over onderscheidene pe
titiën, als i°. door den heer Pijcke, op vijf verzoekschriften, welke
terzijde zijn gelegd; vier derzelve waren zonder dagteekeningbijeen
vijfde werd verlangd dat de akten van den burgerlijken stand aan de
geestelijkheid zouden worden toevertrouwd.
Ten tweedebij monde van den heer van Tuyll, over eene petitie
van inwoners van Namenter zake van concessien tot het ontginnen
van mijnenwelke het gouvernementzoo als de onderteekenaars mee.
nen 2ich steeds ten hunnen nadeele aanmatigt. Deze petitie is ter
griffie nedergelegd en zal, op verzoek vau den heer Fallon worden
gedrukt.
Voorts heeft de heer van Tuyll rapport uitgebragt over petitien we«
gens bijzondere belangen. Eene derzelve, uit Braine ,1e flomte waar
in men zich beklaagt over den slechteu staat der wegenis als inge
diend uit naam van meerderen, op de aanmerking van den heer Donker
Curtiusdat dit streed met de grondwetter zijde gelegd.
Ten derde, bij monde van den heer de Liedelover onderscheidene
petitien van zoutzieders, tegen eene verhooging van den accijns ;op het
zout. Dezelve zijn allen ter griffie nedergelegd.
Ten vierdebij monde van den heer van Damover onderscheidene
petitien, ten aanzien van het gedisteleerd en den wjja. Voorts op 15
petitien, wegens de vrijheid der drukpers. Ten aanzien-dezer laatste
heeft de commissie voorgesteld, om alle dezelve ter griffie te-depone
renmet uitzondering van twee, die, als in onvoegzame termen-ver
vat behoorden te worden tér zijde gelegd. De heer de Langhe ver
zocht hebbendede gronden dezer laatste te kennenheeft de heer
van. Dam geantwoord, dat dezelve geene gronden, maar alleen honende
uitdrukkingen behelsden.
De heer Donker Curtius heeft daarop aangemerkt, dat men het regt
van petitie thans zoo verre uitstrekt, dat de Kamér verpligt zal zijn,
om dienaangaande een besluit te nemen, overeenkomstig hare waardig
heid dat hij voornemens iszoodra het rapport over de petitien we.
gens de zoogenaamde grieven zal zijn uitgebragt, dienaangaande een
voorstel te doen.
De heer de Stassart heeft daarop geantwoorddat men naar zijn in
zien het grondwettig regt der petitien niet te ver uitstrekt. De heer
Sypkens daar en tegen heeft te kennen gegeven een dergelijk voorstel
als waarvan de heer Donker Curtius heeft gewaagdmet belangstelling
te gemoet te zien. Hem dacht, dat het misbruik van het regt van pe
titie behoorde te worden tegengegaan, vooral wanneer men associatien
vormdeen de geestelijkheid zich aan derzelver hoofd stelde.
Daarop is overeenkomstig het voorstel der commissie besloten.
Voorts zijn nog ter griffie nedergelegd rekesten van boekdrukkers te
Arnhem en te Rotterdamwegens het ontwerp van wet op de drukpers
en van onderscheidene bierbrouwerstegen eene verhooging van den
accijns op het bier.
Vervolgens is de Kamer gescheiden.
ARNHEM den 19 februarij. Volgens berigten uit Keulen, van den
16 dezer, was van St. Goar tot Dusseldorp de Rijn zoo wel als de Moe
zel vrij van ijs. Van St. Goar tot Bazel zat de Rijn nog vast, behalve
op enkele plaatsen, waar het ijs sterk op malkanderen was geschoven.
Het dorp Lay, één uur boven Coblenz gelegen, was door het ijs ge
noegzaam geheel vernield.
De geheele massa ijs, die van even boven Cobienz afgedreven is, zit
in de bogt der rivier van Orsoy tot Urdingen vast, en is zeer vast op
malkanderen geschoven. De dijken op den linker oever van Baerl tot
Triemersheimen regts van Meiderich tot Roeroth, zijn op verscheide
ne plaatsen doorgebroken.
Een brief uit 's Gravenhage meldt het volgende De eenarmige
militair, welke in het paleis des Koning is gearresteerd is reeds ver
scheidene malen verhoordonder anderen vrij lang door de heeren pro
cureur-generaal en advokaat-generaal in persoon men wil dat dit laat
ste verhoor geenszins onbelangrijk geweest is. Wonderlijk staat dit
geval in verband met een dergelijk, hetwelk, zoo ik meen, dien eigen
avond bij den Kroonprins heeft plaats gehadalwaar drie kerels over
eene» achtermuur zijn geklommenen aldaar eene schildwacht vindende,
dien overrompeld, gebonden en mishandeld hebben. Zg hebben het
echter raadzaam gevonden het hazenpad te kiezen. Zoodra mij van
het een en ander meer bekend is, zal ik het u dadelijk melden; de tijd
zal ook hier veel ophelderen. Mogt inmiddels elk, die den persoon
van onzen hartelijk beminden Koning omringt, in deze oogenblikken van
Jezuitische woelingen, die trouwe waakzaamheid betoonen, welke zij
zoo wel aan hunnen Koning als aan het folk van Nederland verpligt zijn."
Partikuliere brieven uit Brussel meldendat de maatregelen van ge-
strengheid der regering, in de zaak van de Potterdoor geheel de wel
gezinde bevolking zeer worden goedgekeurd. Over het algemeen ver
dient het folk van Belgie den grootsten lof." !li
DEVENTER den 17 februarij. Gisteren is het tweede eeuwfeest
der alhier gevestigde doorluchtige school met den meesten luister gevierd
geworden. Groot was de menigte, welke van alle zijden was zamen-
gevloeid. In de kerk, waar de hoogleeraar van Eek zijne redevoering
zou uitspreken, en welke tot het feest bijzonder was ingerigt, bevon
den zich meer dan 1200 menschen bijeen. Onder de tegenwoordig zijn
de genoodigden merkte men met genoegen op Z. Exc. den gouverneur
der provincie, verscheidene leden van de gedeputeerde staten en de bei
de luit.-generaals Cort Heyligers en Meijer. Nadat zich een uitmuntend
orkest had doen hooren, beklom de hoogleeraar het fraai versierde ge
stoelte, en zette, in eene met de meeste belangstelling aangehoorde te-
de, de opkomst en lotgevallen der doorluchtige school uiteen. Dezelve
ving aan met het bekendevoor 500 jaren door Geert Grote opgerigte
Fraterhuis, waaruit zoo veel licht is opgegaan, en waar de beroemde
Desiderius Erasmus deszelfs eerste vorming ontvangen heeft. Die stich
ting was in de Spaansche beroerten geheel te niet gegaan, en dit gaf
aanleiding aan de stichters van het athensum om iets dergelijks weder
op te rigten, waartoe zij bij hun testament de noodige fondsen aanwe
zen. Deze in handen der regering gekomen zijnde, werd in. 1630,
voornamelijk onder beleid van den predikant Reviusdoor de eerste
hoogleeraren de school plegtig ingewijd.
Onder de lotgevallen werd door den redenaar vooral gewag gemaakt
van de onderscheidene groote en wijd beroemde mannen,- die zich hier
aan de vorming der jeugd hadden gewijdwaaronder van de latere op
eene aandoenlijke wijs .7. Duymaar van Twist, vader van den tegenwoor-
digen hooglceraaren Jan Otto Sluyter vermeld werden. Onder de be
roemde kweekelingen der school werden Simon de fries, Gerhard Da-
vid JordensC. Dutnbar en G. A. Besier genoemd maar bovehai des
redenaars vriend R. J. Schimmelpenninck.
Niet minder belangstelling boezemde het gedicht van den hoogleeraar
P. Bosscha in, die in even sierlijke als wel uitgesprokene verzen hulde
toebragt aan de stichtingwaarvan het twee-honderd jarig bestaan ge-
vierd werd.