m courantC N°. 4 o. MIDDELBURGSCHE Donderdag GFW'OüN 2 April 1829. De prijs dezer Courant isin de drie maanden2 5o, en franko per Post f 2 75, De Advertentien worden berekend d 25 cente c/e regel, met uitzondering der Huwelijks-Geboorte- en Dood bekendmakingenwaarvan de prijs van 1 tot 6 regels is f 1 5oen voor iederen regel daarboven 25 cents. De abonnementen voor de Courant worden voor niet minder dan drie maanden aangenomenen de betaling ge» achiedt comptantof bij het einde van ieder vierendeel jaars. Voorts wordt verzochtdat de inzending der Advertentien, behoorlijk op Formaat-Zegel geschrevendes morgetiA VOOR 10 UREN geschiedeindien men dezelve in het eerst uit te geven No. wil hebben geplaatstalsook om van het Papier der Zegels niets af te snijdendewijl geene Formaat-Zegels anders dan in derzelver geheel als voldoende mo gen aangenomen en bij de Administratie overgelegd worden. NJE UtFSTIJ DING EN. GROOT-BRIT TANJE. LONDEN den t6 maartBij het huis der gemeenten is de bill tot emancipatie der Katholieken ook in comité doorgegaan. Morgen moet het rapport deswege ontvangen worden en de derde voorlezing is tegen aanstaanden maandag bepaald. De debatten hebben voornamelijk geloopen over de vraag van het toe laten der Katholieken in het parlement. Hiervan wilde hen de heer Ban- Ites die daarin door den hee Moore ondersteund werd door middel van een amendement op de wetuitsluitendit werd door den minister Peel bestreden en met 207 tegen 84 stemmen verworpen. De heer Peel heeft nog eene bepaling bij zijne bill gevoegd, inhoudende, dat geen Roomsch Katholiek geestelijke verkiesbaar is tot lid van het parlement. Voor het overige is er geene wezenlijke verandering in het ontwerp gemaakt. Dingsdag zal de bill waarschijnlijk aan het hoogerhuis gezonden en er voor de eerste maal gelezen worden. Men denkt, dat de tweede le zing tegen den 6 april plaats zal hebben en de voordragt den 13 haar volle beslag zal hekomen. In dat geval zal 's konings bekrachtiging daaraan nog voor Paschen gegeven worden. Men berekent, dat de bill bij de lords met eene meerderheid van ten minste vijftig stemmen zal .doorgaan. NEDERLANDEN. BRUSSEL den 20 maart. Men verneemt, dat de afdeelingeii van de Kamer het voorstel van de heeren Barthilémy c. s. hebben onderzocht, strekkende ter intrekking en vervanging van de wet van 18 april 1827, bepalende de zaïnenstelling der regterlijke magt en het beleid der justitie. Naar men verzekert heeft de meerderheid in de afdeelingen vrij gun- .stig over het voorstel geoordeeld; doch hebben eenige leden de vrees te kennen gegevendat ten gevolge daarvan de invoering der regterlij ke magt, die tegen den aanvang van het volgende jaar is aangekondigd, nieuwe vertraging zou ondervinden, terwijl anderen van gevoelen wa ren, dat, zoo men dan toch op de wet van april 1827 wilde terug ko men en de daarbij bepaalde organisatie enz. vóór hare invoering eene verandering wilde doen ondergaan, het voorstel eigenlijk (zonder van bet punt van bezuiniging te spreken) te min afdoende wasen de hoofd gebrekendie velen meenen dat in die wet van april 1827 bestaan, niet geheel uit den weg ruimde. De afdeelingen hebben zich ook reeds bezig gehouden met de voor stellen der tienjarige begrooting. Men verzekert, dat de nieuwe Aan merkingen daarop wederom zoo talrijk zijn, dat men jiiet daarvoor mag houden, dat ook deze nieuwe ontwerpen voor het minst sterke tegen kanting zullen ontmoeten. Bij gelegenheid der debatten over de wetten, houdende eenige wijzi gingen in sommige titels van de reeds aangenomen wetboeken, werd over de taalfouten gesproken, waarvan deze vol zijn, en het verlangen geuit, dat zij eene behoorlijke herziening mogten ondergaan. Thans is, zoo men verneemt, ook aan dat verlangen voldaan, en heeft Z. M. den heer mr. G. van hennep belast met de taalkundige herziening der nieuwe Ne- derlandsche wetboeken. Door Z. M. is benoemd tot gewoon hoogleeraar bij de genees kundige faculteit aan de hoogeschool te Gent, de heer .7. F. Kluyskens thans buitengewoon hoogleeraar bij die faculteit aldaar. UTRECHT den 27 maart. Het wapperen van eene menigte vlaggen, zoo van den Domtoren als uit de huizen der heeren studenten en het klokkenspelhetwelk zich van tijd tot tijd deed hooren kondigden gisteren morgen den verjaardag onzer hoogeschool en het begin der feestviering van den dag aan. De maskerade in den avond van denzelventer gelegenheid dezer pleg- tigheiddoor eenige heeren studenten gegeven heeft zeer veel bijge dragen tot verhooging van dit feest, en allezins aan deszelfs doel beant woordniet alleen door het goed uitvoeren der welgekozene voorstel lingen, maar ook door de pracht en luister der costtimeswelke, voorna melijk met betrekking tot de ruiters, ieders verwachting verre overtrof. De groote en statige trein van dezelve werd door twee commissarissen in rijke ridder-costnmes geopendwaarop onmiddellijk het korps muzie kanten van het regement lanciers volgde. Hierop zag men als eene eerste voorstelling eenen optogt der beide rederijk-kamers binnen Utrechtde Violet en Rosmarijn. Dezelve werd geopend door den vaandeldrager te voet en gevolgd van vier Holland- sche ridders, den prins en de overlieden der kamersallen zeer rijk uitgedoscht, waar achter de maagd met het blssoen, voorstellende een pelikaan, die hare jongen voedt, met het opschrift wtrechte liefde, gezeten op een wagen met groen versierd en door een moedig vierspan getrokken. Deze optogt werd vervangen door zes Romeinsche ridders te paard in volle wapenrusting, rijdende om den standaard. De tweede voorstelling verbeeldde eene oude en nieuwe akademie. Inde oude zag men een verlaten tempel van Minerva, waarop de namen van VaickenaerBoerhaveSchallens en Grotius prijktenwaaronder eene boekenkast met groote folianten bezet. Aan beide zijden van de zelve was een bordje vastgemaakt met de woorden Cubicu/a Locanda. Op een zeildeze akademie van de nieuwe afscheidendestond te lezen: DoctrinaVecantie, ticque semper arcum tev.dit Apollo eet. Deze akademie was gelieol en al verlaten, alleen twee personen, in zwaren rouwzag men in dezelve weenende. In de nieuwe akademie zat Minerva ten troon, echter in de kleeding van eene nieuwmodische Frausche dame. Men zag er de uitdeeling van graden, het afnemen van .onderscheidene examina's, enz. Achterop stoxd een groote passer, waar boven*; de weg van alle vleeschen aan de zijden twee plankjes hier liggen voetangels en klemmen. Voorname» lijk trok hier ieders aandacht de ludimagister met zeer veel naauwkeurig. heid een series lectionum op de helft doorknippendeen aan twee strik» ken ophangende waar tusschen het woord Carneval. De personen in de nieuwe akademie waren, behalve de reeds genoemde: een bellenbla zer, twee professoren in nieuw Fransche kleeding, drie candidaten etl een Arlequin. Hierop volgde de vorst yan het rijk der duisternis in vol costuum met zijn vriend den opperdotnper. geheel met dompers behangen, in eene chais rijdende welke personaadjen ook door hunne doelmatige werking ieders opmerkzaamheid tot zich trokken. Achter aan hunne voiture was een paal vastgemaakt, waaraan eene schilderij, verwonende een uil, die met eenen grooten bril op den neus, bij kaarslichtvoor een foliant zat, met het onderschrift: Aiwat baat ons kaars en bril. Als de ujl niet sien en wil Op een banier stonden nog de volgende opschriften Nul n aura de F esprit que nous et nos amis. En Bravo! weergalmt het in de buurt De bron des lichts moet tofgemuurd. Hierop volgden wederom twee Malthezer ridders in een prachtig costmim. Eene derde voorstelling verbeeldde den ouden en nieuwen handel. M.en zag er twee beurzen. Op de oude zat de handelvorst Mercuriut ten troonterwijl de deugdelijkheid der koopwaren zoo wel als het ka rakter der kooplieden aan ieder terstond den vollen bloei des handel» deed zien. Op de nieuwe presideerde de wind-god Aeolutgeheel met blazen behangen, gezeten op een blaasbalg, waar naast een kleine Mer- curius in eenen teenen kooi gevangen gehouden. De kooplieden zoo wel als de koopwaren op deze beurs, vertoonden geheel en al het te genovergestelde van de oudeen deden al ras den minderen bloei en so liditeit des handels zien. De personen op dezes telling waren, in den ouden handelDrie oud Hollandsche kooplieden, een Dnitscher, Fransch- manEngelschman en Turk; in den nieuwenTwee nieuwerwetsche Hollandsche kooplieden, een Franschman, Engelschman, Duitscher en een Arlequin. Deze voorstelling werd wederom afgewisseld door een Grieksch en Spaansch ridder en een Bergschot. Hier volgde nogmaals een talrijk korps muziekanten. Onmiddelijk hierna ontdekte men een wagentje met eenige karikatnre» (metainorphoses du jour), bestaande uit een geleerde met een ezelskop, eene dame met een kactenkop, een jager met een hondenkop, een offi cier met een hazenkop en een knecht met een apenkop. Hieraan sloot zich een fat te paard en eenige karikatures te voet. De hier volgende voorstelling vertoonde eene boeren kermis uit de 17de eeuw, die door haar grappig gespel bij iedereen gelach verwekte. Bijzonder trok op deze voorstelling de kwakzalver ieders aandacht. De personen in deze voorstelling waren een bailluw, een landheer, twee muziekanten, Pierrot, Arlequin, onderscheidene zoo jonge al» oude boeren en boerinnen, en eindelijk een berenspel, bestaande uit Savoijaard met een beer. Achter ideze stelling volgden wederom een oude en een jonge boer te paard. De zesde voorstelling stelde eenige contrasten voor, als: eene ele gante dame, bezig een ketel te schuren; een fat, houtzagende; eene oude boer als fat; een ridder, kousen breijende een raadsheer, een burgemeester en een officier bezig met pepernoten op het ganzenbord te speleneen Arlequin in een foliant studerende een oud wijf op een fat 'verliefd zijndeeen chemist aan een tafeltje cement onderzoekende (Sapienti Sat) enz. Deze voorstelling werd wederom afgewisseld door drie Poolsche rid» dersin zeer nette costumes. De laatste voorstelling was eene musicalische soireewaarop eenige liefhebbers, versierd met de costumes uit alle oorden der wereld, ®p meestal minder bekende instrumenten alsde lollepotkoehoorn doe delzak enz., hunne gaven deden hooren, en door hun horribel geluid misschien bij velen den lust voor ware muziek zullen hebben opge wekt. Eindelijk werd deze trein en ook de geheele maskerade geslo» ten door drie kozakken, met roof beladenwaaronder men bjj eenen hunner een geheel kalf opmerkte. Wij hebben het genoegen te kunnen meldendat er in weerwil der duizenden van menschen die elkander ginds en herwaarts drongen en verdrongen, om dit waarlijk schoon geheel te aanschouwen, geene de minste onaangenaamheden of ongelukken zijn voorgevallenen dat alle» in de beste rust en orde is afgeloopen. Deze feestelijke verjaardag onzer bloeijende hooge school is door een talrijk en vriendschappelijk soupé der heeren studenten besloten ge worden. ROTTERDAM den 30 maart. Bij den laatsten brand alhier is proef ondervindelijk het groot nut van den bekenden veiligheids-kap gebleken dewijl het door middel van dat werktuig een man gelukt is, in een pak huis met wijnen door te dringendat zoo zeer met damp en stiktudht vervuld was, dat het elk mensch onmogelijk was daar binnen te gaan, terwijl het van het uiterste belang was den toestand vah dit pakbnis.ee onderzoeken. Dit is dan ook door het bezigen van genoemden kap vol komen geschied, dttaf Me persoondie dit onderzoek op zich genome» een

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1829 | | pagina 1