N°. 5. MIDDELBURGSCIIE COURANT. Zaturdag 10 Januarij 1829. jV/£ UTFSTIJDINGE V. ZEE- I IJDINGEN K 1 DUITSCH LAND. FRANKFORT den 4 januari]Van de gebeurtenissen in Bulgarije heefc men nog geene nadere meer bepaalde berigcetimaar dat de Turken aan dien kantzoowel als in Klein-Aziein weerwil van het winterjaargetijdede operaden aanvallender wijze voortzetten, blijkt ook daaruit, dat, gelijk thans mede uit Jassy gemeld wordt, verscheide af- deelingen Russische troependie nog naauwelijks van voorgaande afmat tingen eenig verhaal in Moldavië hadden kunnen nemen, bevel ontvan gen hebben om tot versterking van den in Bulgarije kommanderenden ge neraal Roth naar Babadag op te breken. N E O E 11 L A'N DEN. RRIISSF.f. den a ianuarii, De marquis dea Trazegnies, geattacheerd graaf de Celles alhier aangekomen. Den 7 januarij. De kabinets-courier Hoogenis gisteren namid dag van hier vertrokken zoomen zegt, met depeches naar Rome belast. De heer de Potterzijne in vrijheidstellingonder borgtogtver zocht hebbende, heeft het hoog-geregtshofde daad als crimineel be schouwende, op gisteren verklaard, dat er geene termen waren om aan zijn verzoek te voldoen. Onder de belangrijke adviezen welke onlangs in de vergadering van de Tweede Kamer der Staten.Generaalbij de beraadslaging over de begrooting over 1829 zijn uitgebragt, mag men ook bijzonder tellen dat van den heer Donker Curtiusals hetwelk een punt aanvoert, over hetwelk in de vergadering der Staten-Generaal nog nooit een enkel woord was gesproken. „De 13de afdeeling (wordt daarin gezegd), waarbij weder 400,000 wordt gevraagd ter voorziening in het ontbrekende voor de Roomsch-Ka- tholijke eeredienstheeft ook mijne opmerkzaamheid getrokken. Over 1827 is buitengewoon toegestemd eene som van 500,000. Over 1828,. 400,000. Nu over 1829,400,000. Dus reeds, 1,300,000. „Het schijnt mij hieruit, en uit de antwoorden der regering op de deswege gemaakte aanmerkingen die nog meerdere aanvragen doen ver wachten toe, dat het resultaat van het gesloten concordaat, en de in stelling der bisschoppelijke stoelen, 's lands financien duur zullen te staan komen. Ik beslis niet, in hoeverre de aanbouw van hoofdkerken en bis schoppelijke paleizen door de behoefte wordt geboden of overeen komstig moet geacht worden, met die nederigheid, welke het kenmerk behoort te zijn van de apostelen van Hem, wiens rijk niet was van de ze wereld. Volgens onze grondwet genieten alle gezindheden gelijke bescherming, en aan de leeraren, welke uit 's lands kas geen of geen toereikend traktement genieten, kan er één worden toegelegd of het be staande vermeerderd. Dit alles leidt ontwijfelbaar tot de verpligting om in de behoeften te voorzien, maar of het ook leiden moet tot die, om aan zekere gezindheden een uiterlijk éclat te geven boven anderen en de bisschoppelijke waardigheden eener bepaalde gezindheid te doen uit blinken door uiterlijk vertoon van wereldsche grootheid en pracht, waar bij de nederige dienaar van andere gezindten armoedig moet afsteken dat betwijfel ik. Intusschen wil ik de sommen ook nu geëischt, om den wille des vredes en dér eensgezindheidniet weigeren, maar ben geneigd, om in dit opzigt veel aan de'omstandigheden en aan dé menschelijke zwakhe den toe te geven, in liet vertrouwen, echter, dat de wijsheid der rege ring zich' binnen' matige grenspalen zal wéten te beperken en niet te veel zal toegeven aan eischeri, die te verre kunnen gedreven worden, en in de hoöp, dat dan de nu geaccordeerde sommen zullentoereiken voor de behoeften. Maar een gevoel van de strengste billijkheid' zal mij daarentegen vér- pligten, om, bij de aanstaande regeling van onze tienjarige uitgaven, her belang van de leeraren der andere gezindheden, dan die der Roomsch-Katholieken., in de tegenschaai te leggen j ên ik behonde mij voor., dan in facto aan te wijzen, (dat derzelver bezoldiging in andere tijden pn onder anderé omstandigheden geregeld, verre beneden het toe reikende is; en dat dezelve alzoo paar de uitdrukkelijke bepaling van art. 194 dér grondwet behoort te worden vermeerderd, niet om meer éclat aan derzelver eeredienst te gevenmaar 0111 hen ten minste tegen zorg en kommer voor hun tijdelijk bestaan te behoeden, en waardige en welopgevoede voorwerpen uit te lokken tot het achtbaar leeraap-ambt, en ik vertrouwdat dan mijne Katholieke ambtgenootcn deze mijne po gingen zullen ondersteunen, gelijk ik mij thans tegen het ten hunnen be hoeve gevraagde niet verZette." AMSTERDAM den 5 januarij. Het heeft Z. M.bij besluit van den 16 décénlbër jl., nö. 19, goedgunstiglijk behaagd, den schout-bij-liacht J. J. baron Melvill van Carnbécais een blijk van hoogstdeszelfs tevre denheid zoo over hetgene door hem als bevelhebber van het Neder- landsch eskader en als .kommandant en directeur van 's rijks zeemagt in Oost-Indieals ook in zijne functien als waarnemend raad van Tndie is1 verrigt, te benoemen tot ridder der orde van den Nederlaisdschen Leeuw. Men herinnert zich, dat de nieuwspapieren melding gemaakt heb ben van de ontmoeting van het' Nederlandsch- schip de Verwisseling, van Lissabon komendemet eenen Moorscheu kaper. Deswege zijn door den Nederlandschen consul-generaal te Tanger vertoogen gedaan, waarop de keizer van Marocco hem het volgend antwoord heeft gegeven In naam van den goedertieren en genadigen God; aan den Holland- schen consul, vol openhartigheid. Salut! Onze Majesteit heeft uwen brief ontvangen en zich daarvan wel doordrongen. Het gedrag van den kapitein van onzen kaper is geweest dat van eenen onbeleefden man, zonder opvoeding, die niet wist wat hij deed. „Wij hpbben denzelven daarvoor ernstig berispt, en hebben aan alle dè bëvelhëbbers van onze gewapende schepen hdn'woord doen geven, dat zij geene geweldenarijen mectf Zullen plegen tegen'de schepen van de mogendheden, met welke onze Majesteit in vrede en goede verstand houding is. Salut 1 Den eersten dag van de maand hemad de eerste 1244 (9 novem ber 1828)." 's GRAVENHAGE den 5 januarij. Men wil hier thansdat er een huvelijk op het tapijt zou zijntusschert H. K. H. Prinses Marianne en een der zonen des Konings van Pruissen. De minister van birinenlandsche zaken bevindt zich alhier. Bij de onderscheidene ministerien en bureaux alhier, wordt, zoo als verzekerd wordt ten gevolge van een onlangs genomen koninklijk be slui, den eed van geheimhouding afgenomen nopens alles wat zij in de uitoefening hunner functien mogten vernemen of Zien. Dezelfde' eed is reels voor eenige dagen te Brussel afgelegd door een aantal ambtenaren van het algemeen bestuur, alsmede door vele provinciale ambtenaren, hebende de beambten bij het ministerie van oorlog den eed op 31 de- cenber in handen van Z. K. H Prins Frederik moeten afleggen. "VM O» Mi tij Koaluit v«n den 27 december jl. n°. 41ter aanvulling van de met den 2 januarij de2es jaar;door gewone aftreding openvallende wethouders-plaatsen in de steten dezer provincie, tot die betrekking bij vernieuwing benoemd j \oor Middelburg den heer L. C. van Sonsbeeck. B. Boom. J. H. Verschoor van Nisse. C. Boom. A. M. P. Rocholl. P. van den Heuvel. Schansman. - A. J. Obreen. H. van Hercules. ïïog heeft Z. M.bij besluit van den 26 november 1828, n°. 32, atinjohannes de Rooyte StaveniSse een octrooi voor den tijd van vijf jarei verleendop de uitvinding van eenen nieuwen hand-zaagmolen benevens eene premie van 150. Door den Raad dezer stad zijn bij de Latijnsche School aangesteld tot conrectorvakant door het emeritaat van den heer J. D. FVeijerman de heer F. H. Batenburgvoormaals praeceptor bij gemelde school en ot praiceptor, de heer J. Elink Sterk, doctor in de letteren. Zierikzee Goes Tholen Vlissingen Vere Sluis Halst Axel lergisteren werd alhier het tienjarig bestaan van het Israëlitisch insti- tuu van onderwijs, onder de zinspreuk Chesed Negnurim gevierd, te ven met' openbare uitreiking van eere-prijzen aan de meest-verdienste- lijki der bij dat gesticht onderwezen wordende kinderen. (ezegde plegtigheid nam des voormiddags ten elf uren een aanvang^ de laartoe uitgenoodigde magten én genootschappen, waaronder de ed. achb. heer burgemeester dezer stad werd onderscheidenzichbe nevens de leden dér Israëlitische schöol-commissie en die van den groo- ten kerkéraadvan het lokaal des instituuts naar het voor de feestviering bei.emde kerkgebouw begevefi hebbende, beklom de heer J. H. Hendrix alsvoorzitter der gezegde school-commissiehet spreekgestoelte, in eene we bewerkte redevoering, en in tegenwoordigheid eener aanzienlijke veeeniging van toehoorders van onderscheidene standen betrekkingen enkunné, voordragende: de pligten van ouders omtrent hunne kinderen in betrekking tot derzelver godsdienstige en zedelijke vormingwaarna: dotr de kinderen een koorzang zijnde uitgevoerd, tot het onderzoek humer vorderingen in de onderscheidene vakkenzoo van godsdienstig als maatschappelijk onderwijswerd overgegaan, bij welk onderzoek de kinderen niet alleen proeven van hunne vlijt en vorderingen hebben aan den dag gelegdmaar zelfs eenige zich hebben ónderscheiden door hunne naaiwkeurige en vaardige beantwoording der vragenwelke hen behalve dotr de bij het instituut geplaatste onderwijzersde heeren P. Susan en M.Boasson op aanzoek der meergemelde school-commissié in het bij-» zorder werden gedaan door der. wel-eerw. heer Ant. van Deinsevice- president der provinciale commissie van onderwijs, enden heer D.Bor- kinr Gz.,y presidept-bestuurder van het Middelburgsch departement der maitschappij tot Nut van 'r Algemeenhebbende het onderzoek zich uitjestrekt over het naauwkeurig.lezen des Hebreeuwschen bijbels, het overbrengen vah clenzeiven in dé Néderduitsche taal; de Ilebreeuwsche en Vederduitsche taalkunde de algemeene geschiedenisde geschiedenis van de Nederlanden en die der Israëliten de aardrijkskunde, de reken- kmdeenz.; terwijl ook proefschriften inde beide talen, tot aanwijzing van de vordering der leerlingen in de schrijfkunst, werden overgelegd. De prijs-u irdeelingna den afloop van het onderzoek, door de hee ren M. van Lissa, thesaurier, enN. IV. Praag, secretaris der meerge melde school-commissie, aan èlf kinderen gedaah zijnde, werd in eenen docr drie derzelve op eene liefelijke wijze ten uitvoer gebragten He breeuwschen zang, den welmeenenden dank uitgedrukt, zoo aan de-j-e- gering als aan de begiftigers, voorstanders en opzigters van het insti tuut, voor derzelver vereénigde zorgen en wedijver in de-behartiging der; belangen van dit gestichtterwijl de vertolking van dién zang, prozaïsch" eft ih de Nederduitsche taal, op eene' zéér "bevallige wijze werd voörgêdra'geiï door den veelbelóvenden jongeling Henry Samuet •peer. Zijnde dit letterfeest, na gepaste toespraak én dankzegging van den voorzitter, den heer Hendrix voornoemd, besloten, en vervol gens een plegtig gebed uitgesproken voor Z. M. den Koning H. M„ de Koningin, het Vorstelijk Huis, de gewestelijke en plaatselijke regering gen, mitsgaders voor al de overige aan- en afwezige wettiglijk zatnen* gestelde magten en vereenigingen binnen dit gewest; terwijl de plegtigheid bij afwisseling -door een wel bezet orkest werd veraangenaamd. Niet weinig vreugde bespeurde men onder de in het instituut terug gekeerde kinderen, bij derzelver gul onthaal aldaar, en niet minder ge noegen merkte men op bij de genen welke daarvan getuigen waren; zijnde het gezelschap dan ook gescheiden onder de hartelijkste toewen- schingen van den voortdurenden bloei dezer stichting en in de streëlen- de hoop, dat de pogingeu der commissie, door gepaste medewerking van besturen en bijdragende leden ook wederom voor het ingetreden jaar naar wensch moge worden ondersteund. MIDDELBURG den 8 januarij. Heden zeilde jiaar jyie de schepen Prbis Frederik kapitein J. F. Scharpernaar Demerarij en Sara Aga- thd, kapitein L. M. Hoffman, naar Suriname gedestineerd.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1829 | | pagina 1