1 N°. i 36. MIDDELBURGSCHE 18 a! COURANT. m Dinqsdag den 11 November. NIEUWSTIJDINGEN NEDERLANDEN. ZEE-TIJDINGEN O m DÜITSCHLAN D. W EENEN den 30 octobcr. Uit Konstantinopel, den 11 dezer, meldt "hen, dat eenige dagen te voren omtrent 1000 Russische krijgsge vangenen, bij onderscheidene gelegenheden gemaaktaldaar aangebragt wa ren. Onder dezelven bevonden zich 32 officieren. De sultan heeft de laat- sten naarRamis-Tschiftlik laten brengen, hun geschenken gegeven en ge zegd dat zij goed behandeld zouden worden. Zij zijn daarop naar Chalcis vervoerd. Overigens verzekert men dat de sultan zeer op Frankrijk gebeten is, en bevolen heeft, dat 30,000 man Turken en Albanezen naar Morea zullen gezonden worden, om de Franschen en Grieken ie bestrijden. AUGSBURG den i november. Van den Rijnkant schrijft mendat het algeraeeue gevoelen aldaar is, dat het verdrag over de Rijnvaart tus- schen Pruissen en de Nederlanden vooreerst nog geen beslag zal krij gen waarvoor men als reden bijbrengt het niet vereffenen van het vraag punt, of de vrijheid der vaart niet slechts aan de oever-bewoners, maar ook aan alle volken zou toegestaan worden. Uit Florence wordt gemeld, dat er te Rome onderhandelingen ge opend zijn over een concordaat met Polen hetwelk naar de grondre gels van het met Beijeren gesloten concordaat zou ingerigt worden. Nog wil mendat men werkzaam isom een verdrag van dien aard tus- schen den Heiligen Stoel en eene andere groote Noordsche mogendheid voor te bereiden. De geschillen tusschen Napels en Tripoli houden steeds aan. Zoo het schijnt, wil eerstgenoemde staat alles opzetten, om dien oorlog met eere te voleindigen. Er worden in dat koningrijk aanmerkelijke krijgs toerustingen te dien einde gemaakt. De sluiting der Dardanellen heeft in de koopsteden van Italië groo te verslagenheid verwektals strekkende die maatregel tot verderf van den handelwelke met Konstantinopel en omliggende streken zeer le vendig was. HAMBURG den 2 november. De door den koning van Zweden be noemde statistieke commissieheeft aan hoogstdenzelven haar verslag uitgebragt. Uit hetzelve blijkt, onder anderendat de bevolking van Zweden, van 31 december 1820 tot 31 december 1825, toegenomen is met 69,212 zielen. De geheele bevolking beliep, op 31 december 1825, 2,771,252 zielen, waaronder 10,499 adelijke personen, 13,977 geestelijken, 66,604 burgers; de overige behooren tot den boerenstand. Het getal der ambtenaren, de geestelijkheid daaronder niet gerekend, was, op genoemd tijdspunt, 9,271 het getal der land- en zee-officieren 2»i99. dat der soldaten en matrozen in werkelijke dienst, 40,159. In geheel Zweden zijn niet meer dan 845 Joden. Het middengetal der be volking wordt per quadraatmijl opgegeven 739 zielen te zijn. FRANKFORT den 4 november. Te Petersburg is den 22 0Ctobereen plegtig Te Deum gevierd wegens de inneming van Varna, en de roem rijke overwinning, door den luitenant-generaal Geismar in Wallachye behaald. De keizer van Rusland heeft den generaal graaf von Woronzoff, die het bevel gevoerd heeft bij het beleg van Varna een gouden degen geschonken als een bewijs zijner hooge tevrede ïheid over de diensten door hem bewezen, en over het innemen dier belangrijke vesting. Den 11 october zijn te Odessa twee schepen aangekomen met een groot aantal zieken eu gekwetsten, uit het leger in Turkye. Daaren- tegerf zijn van Odessa twintig schepen met levensmiddelen naar Varna gezeild. Men verhaaltdat een gedeelte der Russische garde naar de Donau terug zal keerenom de winterkwartieren te Tultschin in Podoliete betrekken. Het legerkorps, dat voor Schumla gestaan heeft, zou naar Silistria opbrekendaar men voornemens schijnt te zijn nog in den loop van dit jaar een ernstigen aanslag tegen die vesting te beproeven. Omer- Vrione is, zoo als men weet, dadelijk na den val van Varna, over de Kamezik en naar den Balkan getrokken, terwijl, zoo het gerucht wil, de groot-vizier zelve zich in Aidos bevindt. De beruchte generaal Mack, die, sedert de overgaaf van (Jlm in 1805 aan de Franschen, te St. Polten van een pensioen leefde, hetwelk hem de keizer van Oostenrijk had toegelegd, is aldaar den 22 october overleden. GROOT-BRITTANJE. LONDEN den 3 -november. De tallooze kwellingen en onregtvaar- drgheden hebben de gemoederen in Portugal zoodanig tot vertwijfeling gebragtdat men, op het land, liever met de wapenen in de hand in de bosschen of op het gebergte wil omkomen dan zich naar de gevan genissen zien slepen. Er hebben zich dienvolgende reeds op verschei dene punten gewapende gueriüas gevormden overal vertoont zich eene stemming om dit na te volgen. Men heeft onder de Portugezen in Plymouthvan wegen het bijbelgenootschap, eenige honderd bijbels, in de Portugesche taal, vér- deelddoch dr. Collingridge een der R. K. bisschoppen, welke zich onlangsambtshalvein genoemde plaats heeft bevonden heeft hen doen verbieden dezelve te gebruiken. In brieven van Terceira, van den 10 vindt men eene oproeping aan de Portugezen in Engeland, om spoedig dat eiland te hulp te ko men tegen de aanslagen van dom Miguel. De Russische admiraal Ricord is den 11 october, met zijn schip alleen, van Engeland en Gibraltar komende, te Maltha gearriveerd waar hij quarantaine moet houden. LONDEN den 4 november. Lord Heytesburij heeft het officieel be- rigtvan het bezetten van Varna door de Russen overgezonden en men heeft tevens uit Ween'en depeches ontvangenwelke van eenen zeer gewigtigen aard moeten zijn. Zoo het gerucht wilzal men al daar, gedurende den winter, onderhandelingen beproeven, maar zal Rusland zich inmiddels in staat, stellenom, des gevorderd, den vol- gencTen vel'dtogt met eene geduchte magt te kunnen openen. FRANKRIJK, PARÏJS den 4 november. De meerderheid der Fransehe geestelijkheid verzet zich nog bij voortduring tegen de bevelen der burgerlijke over heid, maar men spreekt intusscheu van eene zeer belangrijke depeche van den ambassadeur de Chateaubrianten welbetreffende een mond gesprek, 't welk Z. Exc. met den Paus zeiven heeft gehad ten aanzien van den bedoelden tegenstand bij welk mondgesprek Z. H. in persoon zoude hebben bevestigd al wat door den kardinaal Bernetti was geschre ven, aangaande het gevaarvolle van geestelijke aanmatigingen, ineen tijd in welke dergelijke beginselen in geenen deele door de openbare meening werden ondersteund. Volgens een onzer dagbladen heeft de inhoud dezer depêche de toetreding van den aarts-bisschop vau Parijs ten gevolge gehad, en zoude; dezelve ook niet geheel zonder uitwerking zijn gebleven op den geest van den prelaat van Toulouse, ondanks de hooghartigheid, met welke hij het bestuur alle gehoorzaamheid op dat punt had geweigerd. De Jezuiten, die colleges te Aix Brignoles, Grasse en Forcal- quier hadden gevestigdhebben eindelijk hunne etablissementen verlaten, niet dnn de portiers in hunne kloosters achterlatende. Zij hebben zich gezamenlijk naar Frijburg begeven, om aldaar een nieuw opvoed ings-ge- sticht te vestigen. Van verscheidene honderd kweekelingen welke zij in hunne Fransehe etablissementen hadden, beeft hun slechts een veer tigtal kweekelingen gevolgd. Verscheidene jonge Fransehe vrijwilligers hebben zich naar Grie kenland begeven om in den roem van onze expeditie naar Morea te dee- len. De zoons van prins Poniatotvski en van den maarschalk de Cas- tries hebben zich te Toulon ingescheeptom te gaan dienen in het korps kavallerie onder bevel van den kolonel Faudoas een gedeelte onzer ar mee van Morea uitmakende. Men verzekert, dat in Morea georganiseerd wordt een korps Griek, sche troepen, zamengesteld uit 4000 man geregelde infanterie, twee eskadrons kavallerie en zes kompagnien artillerie. De heeren de Saint-Léger en Gros, commissarissen van wege ons gouvernement om in Egypte de Grieksche slaven in te koopenmelden van daar, dat zij hoop hadden om, behalve de 180 slaven dje krach tens de overeenkomst met den onder-koning van Egypte vrijgegeven zijn, voor het einde der maand october nog ten minste 400 van die ongelukkigen van partikulieren te zullen kunnen inkoopen, en welke de heer de Saint-Léger naar Morea zou vergezellen. BRUSSEL den 7 november. De bisschop van Trier heeft den 2 dé zer zich naar Leuven begevenom het collegium philosophicum te be zoeken. Zijn hoog-eerw. heeft alles wat de inrigting van hetzelveals mede het onderwjjs der leerlingen betreft, met de grootste naauwkeurig- heid opgenomen. De bisschop heeft daaraan twee dagen besteed, en zijne tevredenheid over deze inrigting te kennen gegeven. Voor zijn vertrek heeft hij de leerlingen zijnen bisschoppelijken zegen geschonken. Onder de ingekomene verzoekschriftendezer dagen bij de Twee de Kamer der Staten-Generaal ingediend, merkt men op dat van den heer Gerard, regtsgeleerdeverzoekende de intrekking van het konink lijk besluit van den 23 februarij 1825, wegens de magt, aan de regt- banken vprleendom, op aanzoek van de naaste bloedverwanten, of zelfs op requisitie van 's Konings procureurs, in een verbeterhuis te doen plaatsen alle zoodanige personen, die, of door het ver lies hunner zinnen of wel uit hoofde van grove verkwisting of andere be wijzen van slecht gedragin de zamenleving niet kunnen worden behou den, Voorts het verzoekschrift van onderscheidene ingezetenen van Amsterdam, hun verlangen te kennen gevende, dat art. 9 van de wet op het personeel, wegens de huizen die bij de week worden verhuurd, stiptelijk ten uitvoer worde gebragt. Eindelijk is nog in de portefeuille van den voorzitter gevonden, een uitgebreid geschrift in het Latijn, Hoogduitsch en Fransch, ten opschrift hebbendeAan de Roomsch-Ka- tholieke en Apostolische leden van de Tweede Kamex der Staten-Generaal. Al deze stukken worden naar dé commissie tot de verzoekschriften ge zonden, ten einde daarvan verslag aan de Kamer te doen. De memorie, ten geleide'van het ontwerp van wet, betreffende eene nieuwe geldleening van 15 millioenen, ten behoeve der overzee- sche bezittingen houdt, in substantie, in: „Dat men als zeker kan stellen, dat, zonder de met de muitelingen van Java voortdurende vij andelijkheden, de koloniale geldmiddelen niet alleen in de behoeften zouden kunnen voorzien maar zelfs een aanzienlijk batig slot opleveren maar dat de aanhoudende oorlog van den eenen kant de opbrengst der middelen belemmerten aan de andere zijde nog aanzienlijke buitenge wone onkosten vordert; dat, ingevolge de bevelen des Konings, nieuwe maatregelen zijn beraamd om deze onlustenin den loop van het aan staande jaar, te doen ophouden, maar dat men, om dezelve wel te doen gelukken, nog ernstige middelen zal dienen aan te wenden; dat," zonder dezelve, de bedoelde vijandelijkheden nog gedurende verschei dene jaren op de koloniale geldmiddelen zullen kunnen drukken en het moederland berooven van de voordeelenwelke deze gewigtige kolonie kan opleveren; voordeelen, die, in den tegenwoordigen staat van za ken reeds belangrijk zijn maar dit nog in veel grooter mate zullen wor den zoodra, door het herstel tier rust, de geheele bevolking zich aan landbouw en koophandel kan toewijden; dat men de benoodigde som op 15 millioenen begroot, en dezelve op zoodanig voordéelige voorwaar den hoopt te zullen ligten dat een jaarlijksch bedrag van 1,050,000 genoegzaam zoude zijn om die schuld in dertig jaren te betalen en af te lossen." Heden heeft de regtbank van correctionele policie alhier vonnis uitgesproken in de zaak van de heeren Claes, Jottrand en Coché-Mom- meusde eerste is veroordeeld tot een jaarde tweede tot 8 maanden en de laatste tot 6 maanden gevangenis., en allen solidair in de k°sten. (Wij zullen de gronden van dit vonnis, naar de Gazette des Pays-Bas in ons volgend No. mededeelen.) VLISSINGEN den 8 november. Zr. Ms. paket-brik Sirene, luite nant-ter-zee A. Klein komende van Hellevoetsluisis in de dokhaven alhier binnengekomen Heden is alhier ter reede gekomen Engelinakapt. J. Kt de Jong 4 van Memel naar Gent gedestineerd met houtwaren.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1828 | | pagina 1