N°. 135. MIDDELBURGSCIJE COURANT. ^2 Zaturdag den 8 November. NIEUWSTIJDINGEN. NEDERLANDEN. ZEE-TIJDINGEN. *^ÏÏL Mfl DU I TS'CH LAND. I^RANKFORT den i november. Dc tijding van den val van Varna is, den 2i october te Petersburg ontvangen, en heèft aldaar, even als vroeger te Odessa waar zij het eerst door eene nota des graven van Nesselrode aan lord Heytesbury bekend werd, de grootste vreugde verwekt. Gelijke deelneming en blijdschap heeft men volgens schrij. yen uit Jassy van den 18 october, ook aldaar bij het ontvangen van die tijding aan den dag gelegd. Deze gebeurtenis heeft elk overtuigd, dat niets in staat is om de dapperheid en volharding der Russische troe pen te doen wankelen, en dat zij de grootste bezwaren van den oor log weten te trotseren en te overwinnen. Varna was nooit te voren veroverd, en nog nimmer is qenTuiksche groot-admiraal inliet geval ge- bragt van gevangen genomen te kunnen wordeniets waarvan alleen de edelmoedigheid van keizer Nicolaas hem verschoond heeft, door hem, met 300 der zijnen eenen vrijen aftogt te vergunnen. Zoo alsvolgens de jongste berigten uit Odessa thans het zeggen is, zou de veldtogt voor dit jaar als geëindigd moeten beschouwd worden en een deel der gardes reeds bevel ontvangen hebben om de winter kwartieren te betrekken. In Varna wil men groote magazijnen ten be hoeve der armee aanleggen en die plaats zoo sterk bevestigen als maar mogelijk zij. In Klein-Azie heeft zich wederom eene vesting, namelijk .Ardagham op den 3 septemberaan de zegevierende Russische wapenen overgege venzoo het schijnt, zonder eenigen tegenstand geboden te hebben. Te Rio-janeiro gevoelden sedert lang de talrijke daarheen uitge weken Pruissische en Zwitsersche Evangelische Christenen behoefte om zich in eene kerkelijke gemeente te vereenigen; die behoefte was te grooternaar mate van de vele door hen ondervonden teleurstellingen en van de diepte der ellende, waarin zij zich bevonden, en waarbij zij zooveel te meer noodig hadden om door de openbare verkondiging des Goddelijken woords in hunne eigene taal gesterkt te worden. Eindelijk heeft dan ook te Rio-janeiro eene vereeniging der Evangelische ingeze tenen van die hoofdstad plaats gehad, waarin zij besloten hebben om zich gezamenlijk tot ééne Hoogduitsch-Fransche Evangelische kerkgemeente te vereenigen, om eenen leeraar te beroepen, die hun in de Hoogduit- sche en Fransche talen Gods woord kunne verkondigenom een lokaal voor de godsdienstige verzamelingen te huren, en, zoodra de noodige middelen daartoe voorhanden mogten zijn, eene kerk, eene pastorij, een schoolhuis en een gasthuis voor hunne zieken te bouwenhet school huis was te meer dringende behoefte, naardien het voor de Evangeli sche kinderen volstrekt aan eenige gelegenheid tot onderwijs ontbrak. De uitvoering echter van deze plannen de krachten van de nieuw ge vormde gemeente verre te boven gaande, daar onder de 1000 leden, waaruit zij ongeveer bestaat, er slechts 30 waren, die zich tot eene jaarlijksehe bijdrage Verbinden konden, en te zamen ook voor 1500 daal ders ingeschreven hebben; zoo heeft de nieuwe gemeente zich, om be scherming en bijstand, tot den koning van Pruissen gewend, en deze heeft daarop besloten, dat, om zooveel mogelijk in de behoeften der Evangelische gemeente te Rio-janeiro te voorzien, door geheelde Pruis- sische monarchie eene algemeene kerken- en huis-collekte zal gedaan worden, welke, naar men verneemt, in den loop der maand november zal plaats hebben. Te Berlijn heeft zich wijders, met overleg der mi nisteriel! van binnenlandsche en kerkelijke zaken, eene commissie van 8 leden verecnigdom alle de tot dat oogmerk in te zamelen pennin gen in ontvang te nemen. FRANKRIJK. PARIJS den 2 november. De minister van oorlog heeft van den ge neraal Matsou berigt ontvangen dat Navarino Modon en Coron door de Fransche troepen ingenomen zijn. Nadat de sappeurs eene oude bres van Navarino weder geopend hadden, beklom de generaal Higonet, aan het hoofd van eenige troepen de vesting en drong de stad en de cita del binnen zonder eenigen tegenstand te ontmoeten. De Franschen heb ben in Navarino 60 vuurmonden, magazijnen mét levensmiddelen voor verscheidene maanden8000 kardoezen en water voor 30 dagen gevon den. De bezetting bestond uit een Egyptisch bataljon van 400 man, 70 kanonniers en 60 Moreotische Turken. Zij is terstond met wapenen en bagaadje naar Egypte ingescheept. Den 6 october, terwijl dit te Navarino voorviel, eischte de generaal Durrieuingevolge bekomen or ders, Modon op. De bevelhebber der vesting antwoordde, dat hij der zelve niet mogt overgeven. Men ging derhalve aan het werk om de landpoort der stad open te breken. De bezetting zag ditmaar durfde geen tegenstand bieden. Zij zond een parlementair om te onderhande len. De generaal Maison zelve kwam inttisschen aan. Hassan-pachn gaf te kennen dat hij alleen bij geweld de stad zou mogen overgeven. De generaal Maison liet daarom de poort nederwerpeti. De mariniers en de voltigeurs waren middelerwijl de andere poort binnen gedrongen en vertoonden zich op de wallen' te midden der Turken. Zoo werd men ook meester van Modon. ÏT e t garnizoen zal, ingevolge Vooraf bekomen toezegging, mede naar Egypte ingescheept worden. Den 9 october heeft zich Coron overgegeven, nadat van de Fransche zijde pogingen waren in het werk gesteld om de vesting te beklimmen. De afdeeling van den generaal Schneider die ingescheept is geworden 0111 zich van Patras en het daarbij gelegen kasteel van Morea meester te makenis den 4 octo ber niet verre van daar geland. Na verscheidene mondgesprekken en onderhandelingen met den Turkschen pacha Hadji-Abdulah die niets uitwerktenbesloot de generaal Schneider eene meer ernstige poging te doen. Ilij liet zijne drie regementenin drie kolommen en met het noo dige geschut, oprukken, en omringde de vesting, van alle kanten. Deze stoutmoedige beweging bleef niet zonder uitwerking; de bezetting van Patras, die uit omstreeks 309 man bestond, gaf zich bij verdrag over. Alle de vestingendie nog op Morea door de Turken bezet werden hebben zich dus thans overgegevenmet uitzondering alleen van Ivastel- Torncse, hetgeen misschien reeds verlaten is. BRUSSEL den 4 n<y\>ember. I11 de zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaalvan gisteren, zijn de processen-verbaal der publie ke zittingen vaa dtn 2- en october, en der geheime zittingeu van den 23 27 en october, in Welke laatste het ontwerp van het ndrös, in antwooid op Zr Ms. opening-rede, is behandeld, gelezen en goed" gekeurd. Vervolgens gaf dc heer Barthélémy uit naam der commissie, belast geweest met het overbrengen van het antwoord der Kamer op 's Konings openings-rede, berigt, dat dezelve met het gebruikelijk Ce- reinonieel op het paleis des Konings ivas ontvangen geworden en dat Z. M. op hetzelve geantwoord haddat hoogstdezelve met genoegen de hulde van liefde en eerbied ontving, welke de Staten-Generaal hem kwamen vernieuwen en met hetzelfde Vergenoegen hun volstandig ver langen zag om met hem tot de bevestiging onzer grondwettelijke in stellingen en tot het behoud der constitutionele magtenmede te wer ken dat hoogstdezelve vertrouwdedat men eveneens zou erkennen zijne verpligting 0111 de regten zijner kroon te handhaven, op dat hij dezelve ongeschonden aan zijne opvolgers mogt overbrengen zoo als dezelve door de grondwet bepaald waren." Hierna gaf de president aan de kamer berigt, dat bij hem ontvangen was eene koninklijke boodschapgeleidende een ontwerp van w'et waarbij wordt voorgedragen om, ten behoeve der overzeesche bezittin gen, te openen een crediet van 15 millioen gulden, en om de leening, door den Koning op dat crediet te doen te affecteren op de inkoms ten en bezittingen van het koningrijkzoo landelijke als anderein de Oost-Indien gezamenlijk met en op dezelfde wijze als de leening van 20 millioen, geregeld bij de wet van 26 maart 1825. Vervolgens ontwikkelde de heer de Brouckere een voorstel van wet, houdende, dat de wet van 10 april 1815, het besluit van den 20 april 1815, en de wet van den 6 maart 1818 zullen worden ingetrokken; welk ontwerp op voorstel van den presidentnaar de afdeelingen ver zonden werd. Ten slotte gaf de president te kennen, dat hij een aantal verzoek schriften ontvangen had en dat het derhalve noodig was om eene com missie tot de verzoekschriften te benoemen, welke zal zijn zamenge- steld uit de heeren van Reenen AngillisTrenteseaux, de Brouckere SchooneveldSandbcrg en Pcscatore waarna de vergadering tot nadere oproeping scheidde. Het hierboven bedoelde antwoord der commissie uit de beide Ka mers der Staten-Generaalop de openings-rede van Z. M. {[waarvan wjj in ons no. 133 reeds met een woord gesproken hebben] behelstbehal ve de gewone hervattingen van 's Konings gezegden onderscheidene belangvolle aanmerkingen geschikt om de natie omtrent de meerdere uitbreiding van handel en fabrieken, landbouw, nijverheid, aanstaande inrigtingen ter bevordering der vrijheid van in- en uitvoer enz., de aan genaamste verwachtingen te doen opvatten. Verder geeft de commissie hare hoop te kennen, dat, op grond der door Z. M.ten aanzien van 's Rijks finantien, gunstig geopende uitzigten de pogingen der beide Kamers het doel zullen bereiken om de schatpligtigen te verligten doof die gedeelten onzer geldmiddelen te verbeteren, van welke de onder vinding het gebrekkige heeft doen kennen. AMSTERDAM den 4 november. Heden middag om twaalf uren werd, in de gereformeerde oude kerk, binnen deze stad, ontbloot het lijkge- steentedoor het genootschap voor Uiterlijke IVe[sprekendheidalhier gevestigd, daarin, met toestemming van heeren gecommitteerden tot die kerk geplaatst ter nagedachtenis van de verdienstelijke Amsterdamsche dichters wijlen Nicolaas Simon van IVinter en Lucretia ïtllhelmina van Merken; bij welke gelegenheid door des eerstgemeldeij kleinzoon, den heer J. J. van Ifintermede-bestuurder, en door den heer mr. J. van 's Gravenweertvoorzittend bestuurder van hetzelve genootschap, aan de leden der familie, de heeren gecommitteerden en aan hunne mede-bé- stuurderseenige toepasselijke woorden zijn toegesproken. Het onder scheidt zich door deszelfs eenvoudigheid en bestaat in eene granieten zerk met pijlasters, waarop omgekeerde fakkels; daar boven zijn lijsten in frontespies, waarop eene lijk-urne met twee lauwerkransen; in het midden van de zerk is ingelaten eene plaatwelke even als de overige versiersels van wit statuarisch marmer is en waarop in gouden letters gedreven staat Ter nagedachtenis van Nicolaas Simon van Winter en Lucretia Wilhelmina van Merken te Amsterdam geboren. Door kunst en huwelijksmin vereenigd. Beide uitmuntend als Nederlandsche dichters. Het genootschapvoor Uiterlijke Welsprekendheid, mdcccxxviij." De tee- kening is vervaardigd door den heer T. Sttys en de lijksteen gehouwen -door den heer P. J. Gabrielbeide leden van het Koninklijk Nederland sche Instituut. Door den grooten kerkeraad der Nederduitsche Hervormde ge meente alhier is, ter vervulling van de vacature eener predikantsplaats, veroorzaakt door het overlijden van den wel-eerw. heer ds. C. Fortuyn en het bedanken van oen wel-eerw. heer A. L. van der Boon Mesch uitgebrngt het volgend zestal van predikanten: dd. D. de Bonvoust Beeck- man, the.Ol. dr.te Nijmegen; 77. J. Tol, theol. dr.te Kampen; J. C. Riehm, theol. dr.te Zalt-Bommel; G. WallerteBolswaard; B. van der Feente Middelburg, en 71. E. vanTsendijk, te Harlingen. Daarna dit drietal: dd. dc Bonvoust Beeckman, tli. dr..7. C. Riehm th. dr.en C. IFaller; waaruit beroepen is ds. J. C. Riehm, theol. doet. en predikant te Zalt-Bommel. 's GRAVENHAGE den 5 november. Zijne Exc. de iuit-generaal van Geen is van Batavia over Engeland alhier terug gekomenen be vindt zich thans in deze stad. Vr.lSSINGEN den 4 november. Heden is alhier ter reede gekomen de Mercuriuskapt. J. Rooze van Dantzig naar Brussel gedestilleerd met houtwaren. Sedert den 1 dezer zijn voor Antwerpen bestemd, op onze reede aan. gekomen Peter Janekapt. Th. Taddy van Malden, met ballast; le Voltl- geur kapt. M. Knudzcnvan Villa-Nova, met fruit; de Sperwer, kapt. J. de Potter, van Londen, met stukgoederen; Fortitudekapt. D. J. Bulsing, van Batavia, met kóffij en suiker; Messengerkapt. J. Buffin- too van dc llavaunah met koflij en suiker; dit schip inoet quarantaine

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1828 | | pagina 1