MIDDELBURGSCHE COURANT. N°. 129. f V Zaturdag NI EUJFSTIJDINGENi ze<;f.u7 NEDERLANDEN. BRUSSEL den 21 octoberZ. M. de Koning heeft gisteren de zit ting der Staten-Generaal, met de volgende aanspraak, geopend: Edef. Mogende Heeren „Het strekt mij tot een levendig genoegen, mij thans wederom door de vertegenwoordigers van het Nederlandsche volk omringd te zienten einde gemeenschappelijk de belangen van het groote huisgezin te over wegen en door de voortgaande vestiging onzer grondwettelijke instel lingen in derzelver waren zamenhangde vastheid en duurzaamheid van ons staatsgebouw meer en meer te verzekeren. Sedert uwe laatste zitting is mijn huis verblijd geworden door de geboorte eener telg van mijnen beminden tweeden Zoon; deze heugelijke gebeurtenis heeft ziitie vurige wcnschenen die zijner voortreffelijke Gemalin vervuld en is vergezeld geweest van nieuwe en aangename blij ken der deelneming van onze landgenooten in het geluk hunner Vorsten. „Bijzonder aangenaam is het mij, U Ed. Mog., bij de opening dezer zitting, wederom de verzekering te kunnen geven, dat ik van alle mo gendheden bij voortduring bewijzen ontvange van welwillendheid en vriendschap. De voorbereidende maatregelen tot uitvoering van het concordaat, dat in het nfgeloopen jaar met het hof van Rome getroffen iskomen meer en meer tot rijpheidde onderhandelingen deswege worden met die wederzijdsche belangstelling voortgezet welke tot den goeden uitslag noodig isen de kerkelijke bekwaam-verklaring van den benoemden bis schop van Namen heeft reeds aanvankelijk het vertrouwen gewettigd op eene gelijke eensgezinde zamenwerking, tot vervulling der verder open staande bisschoppelijke zetels. Mijne aandacht blijft steeds gevestigd op de uitbreiding van het ver keer met alle volkenin het belang van onzen handel en fabriekenen op het aangaan met dezelve van alle zoodanige schikkingenals daartoe meest dienstig kunnen zijn. „De nijverheid, het levensbeginsel der staten, ontwikkelt zich bij de Nederlandsche natie op eene lofwaardige wijze, de welvaart moge voor haar welligt niet zoo ruim, uit dezelfde bronnen, als in vroegere eeu wen, vloeijcn dezelve beloont toch ook het tegenwoordig geslacht met heerlijke uitkomsten. De handel gaat bestendig voorwaarts; de onderscheidene inrigtingen, ten behoeve van denzelvcn in werking gebragt en nog voorgenomen, in het bijzonder ter verzekering van den vrcijen invoer en weder uitvoer ter zee, beloven eenen toenemenden bloei, vooral dan, wanneer onze handelaren, ook van hunne zijde, daartoe medewerken, door het wijzi gen van vroegere gewoonten naar den tegenwoordigen staat der betrek kingen tusschen de volken. „De inwendige staat van het rijk is, in het algemeen, voldoende; de ingestelde magten, die bij de grondwet met de zorg voor het eigen lijk gezegd beheer belast zijn, behartigen hunne pligten, en, zoo de staten in enkele provinciën eene poging hebben gedaan, om den bepaal den kring hunner werkzaamheden uit te breidenmag ik mij verzekerd houden, dat de aan hen medegedeelde opmerking, van dien inbreuk op de regtenwelke onze staars-regeling, bij uitsluiting aan de wetgeven de magt toekent, genoegzaam zijn zal, om soortgelijke afwijkingen, voor het vervolg, voor te komen. De vermenigvuldiging en verbetering der land- en water-communi- catien, die, in derzelver gevolgen, zoo bijzonder weldadig zijn, gaan, in .alle gedeelten des rijks, gestadig en regelmatig voort. „Overeenkomstig de wet, welke in de voorlaatste zitting van U Ed. ülpg. is bekrachtigd zijn thans de schutterijen allerwege opgerigtmij- 'ne onderdanen hebben, bij die gelegenheid, hunne prijsstelling'op onze grondwettelijke instellingen, en hunne ijverige medewerking tot het wel pijn en de zekerheid van het Vaderlandop nieuw en treffend bewezen. De gewestelijke en plaatselijke besturen vereenigen meer en meer hunne pogingen tot de algemeene verspreiding van het lager onderwijs. Er wordt krachtdadig gewerkt om het onderrigt in verband te brengen met de behoeften der verschillende stauden van de maatschappijen der nijvere volksklasse in het bijzonder. Het onderzoek der verbeteringenwaarvoor het hooger onderwijs vatbaar zijn kanis door mij aan eene staats-commissie opgedragen. JEcn doelmatig openbaar onderwijs is de grondslag van alle maatschap- Te''jk geluk; de zorg voor hetzelve moet bestuurd worden naar het hoofddoel, de redelijke en zedelijke beschavingnamelijk, van bet gan- sche volk. Ik beschouw daarom die zorg niet alleen als een mijner aan- gelegenste pLigten, maar ook als een mijner dierbaarste regten. De schoone kunsten zijn in steeds toenemenden bloei. De toestand onzer Oost-Indische bezittingen is niet verergerd. Aan Java is de rust nog niet geheel hergeven. Tot herstel worden op nieuw doelmatige bevelen uitgevaardigd; de berigtenvan daar ont vangen mogen de hoop doen voedendat in eenen gewonen rustigen staat van zaken, het moederland al spoedig van den verleenden gelde- Jijken waarborg zal ontheven zijn maar bij den langeren duur der on lusten zal hetzelve nog eenmaal door zijn credietter hulpe moeten komen U Ed. Mog. zullen voorzeker met mij medewerken om op die wijze te voorzien in de dringende behoeften van onze Oost-In dische bezittingen, welke, zelfs onder de tegenwoordige min voordee- lige omstandigheden, voor den handel, de zeevaart en het fabriekwe zen zoo belangrijk zijn. In de West-Indische bezittingen is reeds voorloopig het nut gebleken van de zending, welke ik aan U Ed. Mog., bij het openen der vorige vergadering, heb aangekondigd en van het stelsel, op mijnen last al daar aangenomen. n JIet vrij verklaren van dehaven van St. Ejisjatius heeft al dadelijk den handel aldaar verlevendigd; beletselen, .van ouderscheiden aardheb ben de gunstige werking van eene gelijke instelling op C.urapao tot nu toe. eenigzins vertraagddezelve zullen echter, vertrouwe jkwel dra ophouden. 's Rijks middelen hebben, bij voortduring, ook in het laatste jaar, eene zacr voldoende opbrengst geleverd. „De werkzaamheden van het kadaster worden met ijver voortgezet, den 26 Octobcr. en het oogenblik nadert, waarop allo klagten, over de ongelijkheid van aanslag der gewesten in de grondbelasting door vaste grondslagen zullen worden vervangen. De ontwerpen der buitengewone begrooting van staatsbehoeften voor het volgende jaaren der- gewone begrooting over het tweede tienjarig tijdvak zijn gereed om in uwe vergadering te worden overgebragt. Ik vleije mij, dat dezelve aan U Ed. Mog. het bewijs zullen opleveren, van de naauwgezetheid waarmede de behoeften van den staat bij voort during gadeslagen, en de middelen tot bestrijding derzelve, in verband met de belangen mijner beminde onderdanen overwogen worden. De verkregene ondervinding, gedurende eene reeks van gelukkige vredes-jareo, maakt do beschouwing van dat onderwerp thans gemakkelijk en laat wei nig plaats voor onzekerheid over. Sommige gedeelte» der staatsuitga ven zijn allengskensdoor den loop der omstandigheden en het in wer king brengen onzer grondwettelijke instellingen aanzienlijk vermeerderd, endesniettegenstaande mag ik aan U Ed. Mog. de geruststellende ver zekering gevendat wij het nieuw tienjarig tijdperkzonder eenigc ver hooging der algemeene lastenzullen kunnen intreden. Het amortisatie-syndikaat beantwoordt steeds aan het doel dier in stelling; ieder jaar versterkt mijne overtuiging van het nut en voordeel, die zij sticht. Met wetboek op het strafregt, in uwe laatste zitting aan de beraad slagingen van U Ed. Mog. onderworpen, heeft niet kunnen worden tot stand gebragtten gevolge van onderscheidene daarop gevallene aanmer kingen; deze zullen leiden tot eene nadere overweging van dat, eyen gewigtig als moeijelijkonderwerp, en hebben reeds aanvankelijk ten ge volge gehaddat sommige stoffenwelke in het ontwerp van dat wet boek behandeld warenthans zijn overgebragt in dat van het wetboek van strafvorderinghetwelk eerstdaags aan uwe vergadering zal worden ingeleverd. Ik heb ook last gegeven tot het opstellen eener wetten gevolge van welke de wettelijke verordeningen, in de eerste jaren mijner regering, omtrent de beteugeling van onrust en kwaadwilligheid vastgestelddoor andere zullen worden vervangen. Het ontwerp daarvan zalin den loop dezer zitting ter tafel van U Ed. Mog worden gebragt. „Na de aanneming van het wetboek van regtspleging in burgerlijke zaken, is het mogelijk geworden, het zamenscel van het nieuw burger lijk regcin zijn geheel te overzien. Dit overzigt heeft, zoo wel in dat wetboek, als in die van handelregt en burgerlijke-regtspleging, de onvolledigheid van sommige voorschriften doen ontdekken. Tot aanvul ling van het ontbrekende, alsmede tot verzekering tran den regelmati- gen overgang der vorige tot de nieuwe Nederlandsche wetgevingzijn vele ontwerpen van wetten in gereedheid gebragtwelke aan uwe ver gadering zullen worden voorgedragen. „De bepaling der geregtelijke arrondissementen en kantons, waarin het koningrijk moet worden verdeeldzal ook nader ter tafel van U Ed. Mog. gebragt worden; het belang der justitie en der regtsboorigen is daarbij bijzonderlijk in het oog gehouden enhoezeer het wel niet mogelijk zijdat aller wcnschenuitzigten of verwachtingen in die re geling voldoening vinden heeft het mij echter tot groot genoegen ge strekt, voor het meerendeel bijval te kunnen geven aan de aanmerkin gen, uit den schoot uwer vergadering voortgekomen. Tot bevordering van zulk eene vereeniging van gevoelens omtrent alle zaken, welke ons gemeen overleg, ten nutte van den staat, verei- schenzullen steeds mijne voorstellen strekkeu; gelijk ook, in de ver gadering van U Ed. Mog.de menigvuldige en belangrijke onderwerpen uwer overwegingen steeds nieuwe proeven zullen opleveren van de rijp heid en kalmte van uwe beraadslagingen. „Ik houde mij daarvan niet minder verzekerd, als ik overtuigd ben van de gereede medewerking van U Ed. Mog., tot bevestiging van het algemeen welzijn in het bijzonder door de handhaving van den echten geest onzer grondwet, tegen de aanvallen der onkunde of der over drijving." Zijne Exc. de minister van staat, baron Roël, door Z. M. tot presi dent der Eerste Kamer benoemd, heeft deze vereenigde vergadering der Kamers gepresideerd. Heden is de Tweede Kamer der Staten-Generaal vergaderdonder voorzitting van den heer Reyphins. Er zjjn vier commissien elk van vijf ledenbenoemdom de geloofsbrieven der nieuw verkozen leden te onderzoeken. De Kamer heeft zich verder bezig gehouden met de be noeming van drie kandidaten voor het presidentschap, bestaande uit de heeren Reyphinsvan Crotnbruggfie en Serruys. De heer Ontlernardtot bisschop van Namen benoemdheeft gis teren eene bijzondere audiëntie bij den Koning gehad. 's ORAVENHAGE den 21 october. Bij besluit van den 15 dezer, no. 86, heeft het Z. M. behaagd, den generaal-majoor van den Boscf* ten blijke van hoogstdeszelfs bijzondere tevredenheid over zijne vgrrig- tingen in de West Indische bezittingen, te benoemen tot kommandeijr der orde van den Nederlandschen Leeuw. Tevens heeft Z. M.bij be sluiten van den 16 dezer no. 150 en 151 genoemden generaal-majoor benoemd tot luitenant-generaal en tot gouverneur-generaal van Neder- laudsch Indic. Naar aanleiding van eene missive van den Administrateur voor hec armwezen zijn de plaatselijke besturen aangeschreven tot hec inzenden eener opgave van het aanwezig getal ambachtslieden werklieden, dienst en werkboden daglooners enz., ten einde, door die opgave, het ver band te leeren kennen, dat er bestaat tusschen het getaLder ingezetenen, die onderstand erlangen en het getal personen van die klassen der in gezetenen waartoe de bedeelden in het algemeen behooren. Men verneemt, dat Z. M.bij rescript van den 26 september 11., aan de provinciale besturen, onder anderen, heeft doen te kennen ge ven, dat de octrooijen, die, in vroegeren tijd, aan zekere godshuizen verleend zijn tot hec erven der nagelaten goederen van de door hunne zorg opgevoedde weezen, vondelingen enz., zijn komen te vervallen door de bepalingen van het thans nog in werking zijnde burgerlijk wet boek betreffende de erf-opvolging.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1828 | | pagina 1