MIDDELBURGSCHE
COURANT.
N°. 17.
C t Sa'8,
Donderdag
den 7 Februarij.
NIEUWSTIJDINGEN.
NEDERLANDEN.
ZEE-TIJDINGEN.
DUITSCHLAND.
AUGSBURG den 29 januarij. Wij hebben brieven uit Rticharest
ontvangen vati den 13 januarij. In die stad bevonden zich toen
nog de Russische consul Minciakygelijk ook die van Frankrijk en van
Engeland. Sedert het vertrek van den heer de Ribeaupierrekwam de
Russische post uit Konstantinope! niet meer aan. De heer Minciaky
had dien dag uit de Turksche hoofdstad een courier ontvangendoch
men wist niet, welke tijdingen dezelve had medegebragt.
In bijzondere brieven uit Corfuvan den 29 december, te Triest
ontvangen, wordt de tijding herhaald dat Ibrahim-pacha Morea, na een
vierjarig verblijf aldaar, verlaten zou hebben, en wel thans met bijvoe
ging van den dag van zijn vertrek, hetwelk op den 20 december zou
hebben plaats gehad. In deze brieven wordt echter gezegd dat dit be-
rigt nadere bevestiging verdient.
Men schrijft uit Weenen, van den 23 dezer, dat den avond te
v"pren aldaar aangekomen was de marquis van Rarbacena uit Ilio-Janeiro.
Men verzekert, dat zijne zending betrekking heeft tot den uitersten wil
der overledene keizerin van Brazilië, dochter van den keizer van Oos
tenrijk. Van Weenen zal de marquis vertrekken naar Lissabon, om,
goo men zegtde nalatenschap van den vorigen koning van Portugal
in naam van dom Pedro, te gaan verdeelen.
FRANKFORT den 1 februarij. Men verzekertdat het nieuw ver
drag tusschen de mogendheden, die dat van Londen van den 6 julij ge-
teekend hebben, op den 21 december bepaaldelijk gesloten is, en het
volgende bevat:
Daar alle pogingen, om de Porte tot het aannemen van de bemid
deling der drie mogendheden te bewegen, vruchteloos gebleven zijn,
zullen dezelve alles in het werk stellen, om de Pcrte alsnog over te ha
len om eindelijk naar de voorslagen te luisterendie haar in het be
lang der menschheid en tot beveiliging des handels, van alle volken ge
daan zijn. Ofschoon er, tot de bereiking van dat doel, krijgsverrigtin-
gen, zoo ter zee als te land, noodzakelijk mogteii worden, zal men ech
ter niet van den geest van het verdrag van 6 julij afwijkenen geene
der mogendheden zal het regt hebben om, onder welk voorwendsel ook,
eene vergrooting van grondgebied, of andere voordeelen te bejagen. De
kosten, door de maatregelen tot uitvoering van het verdrag veroorzaakt,
zullen gemeenschappelijk begrooten over den aard der schadeloosstel
ling zal nader overeengekomen worden."
GROOT-BRITTANJE.
LONDEN den 1 februarij. In de beide huizen van het parlement
hadden dingsdag avond bij gelegenheid van de motie tot het gewone
dank-adres, vrij lange discussien plaats, die echter niet. veel te bedui
den'hadden, daar het voornaamste punt, waaropmen zich gescherpt
had dadelijk vervieldoor de verklaring van lord Wellingtondat hij
deii post van opperbevelhebber der armee had nedergelegd.
In het huis der gemeenten heeft de heer Jenkinson gezegd, dat de
graaf van Liverpool zijn broeder, in zooverre hersteld is, dat hij
zjch in staat heeft bevonden zich onlangs met ernstige zaken bezig te
houden en zijne meening te bepalen omtrent de nieuwe zamenstelling van
ministers, welke door hem geheel goedgekeurd wordt.
*s Konings aanspraak heeft weinig of geen invloed op de fondsen gehad.
De berigten, die alhier van Carthagena ontvangen zijn, loopende
tot den 9 december, en van Bogota tot den 22 december, maken ge
wag 'van eene verschrikkelijke aardbeving welke zich had doen gevoe
len in de hoofdstad en in derzelver ommestrekenen waardoor de mees
te kerken en publieke gebouwen ingestort of deerlijk geteisterd waren
doch geene menschen schenen omgekomen te zijn. Het huis van den
bevrijder Boüvar was, zoo als men er bijvoegt, ongeschonden geble
ven. Bij eene in het congres van Columbia doorgegane wet is debui-
tenlandsche schuld dier republiek andermaal erkend, 'en bepaald, dat
daarvan 6 pret. intrest zal betaald worden, terwijl tevens eenige belas
tingen genoemd wordenwier opbrengst voor die rentebetaling moet af
gezonderd worden.
Uit Mexico zijn de finantiele berigten zoo ongunstigdat de effecten
op dien staat bjer heden eene nieuwe daling ondergaan hebben.
FRANKRIJK.
PARIJS den 1 februarij. Er loopen sedert twee dagen weder ver
schillende geruchten omtrent eene verandering in het ministerie.
Den 2. Bij eene koninklijke ordonnantie van gisteren is de
beer de Vatismenil (in plaats van den heer Frayssinousbisschop van
Hermopolis) tot groot-meester der universiteit, minister van staat en lid
van den raad der ministers benoemd; eene benoeming welke den libera
len niet zeer schijnt te bevallen.
Heden heeft de kamer van afgevaardigden hare eerste zitting ge
houden welke niets bijzonders heeft opgeleverd.
ANTWERPEN den 3 februarij. Z. M. de keizer van Rusland heeft
aan de handel-maatschappij van de Zwarte zee, alhier opgerigt, voor,
den tijd van 15 jaren toegestaan om hare voornaamste factorij te Odessa
te vestigen, factorij-kantoren in Nieuw-Rusland en in Bessarabie op te
rigten een Russiesch onderdaan als -haren commissaris te Kiachtaop
de grenzen van China, aan .te stellen, binnenlands handel te drijven,
mits* zich bedienende van kooplieden der twee hoogste gilden, vaste
goederen en schepen aan te koopen of te bouwen, kapitalen en deviden-
den uit te voeren, mits in vreemde specie of wisselbrieven, en gebruik
te maken van het transito der thee.
CENT den 4 februarij. Ten aanzien van de zaak welke dezer da
gen voor onze correctionele regtbank heeft gediendbetreffende den
heer Fromentverdient gemeld te worden dat bij dezelve twee der
beruchte Osages als getuigen zijn gehoord en dat hunne verklaring
volgens de vertaling, bijzonder voordeelig en eervol voor den kolonel
de Lauhnayhunnen geleider, is geweest. De ongekunstelde wijze op
welke deze bewoners van een nog weinig beschaafd land den Almagti-
gen tot bevestiging der waarheid hunner verklaring hebben aangeroepen,
heeft alle de omstaanders getroffen en verrukt. Met geestdrift trokken
zij beurtelings hunnen arm van onder den hemelsblaauwen mantelen
detizelven verheffendezwoeren zij bij het Opperwezen dat hun aan.
schouwde, van de waarheid te zullen zeggen.
Indien de heer de Launnap zich met regt heeft ktinneh beklagen van
de schending der gastvrijheid ten zijnen opzigte, dooreenen aait ons
land vreemden schrijver gepleegd, zal hij ook tegelijk bekennen, dat
de regterlijke magt van ons land de bescherming welke art. 4 van
onze grondwet aan den vreemdeling verleent, weet te handhaven; dat,
indien onze wetgeving geene hinderpalen aan de vrijheid der drukpers
heeft gesteld, onze regtbanken niet te min op eene voorbeeldige wijze
weten te beteugelen de genen, welke onze wetten miskennende, van.
deze onwaardeerbare vrijheid een schandelijk misbruik hebben gemaakt.
ZWOL den 31 januarij. Op den 14 januarij 11., overleed alhier itl
den hoogen ouderdom van 103 jaren en 2 maanden, Coenraad van
Ommen, geboren den 13 november 1724, voorheen klompenmaker van
beroep; hij was tot zijn einde toe in het volle bezit zijner verstandelijke
vermogens, en laat eene vrouw 11a van ruim 90 jaren, zonder kinderen.
's GRAVENHAGE den 3 februarij. Gisterenavond is alhier, inden
ouderdom van 79 jarenoverleden Zijne Exc. de graaf F. S. van Fy-
land Halt, kommandeur der militaire Willems-ordevice-admiraal in
dienst van Z. M. den Koning der Nederlanden.
Ons dagblad behelst eenige opmerkingen over de aanspraak, waar
mede het parlement van Groot-Brittanie, van wege Z. M. den koning
van dat rijk, is geopend geworden. Ten aanzien van de gegronde hoop,
welke Z. M. geeft tot het behoud van den vrede in het Oosten wordt
gezegd:
„Dit punt bevat bijna de verzekering, dat de verbondene mogendheden
de vijandelijkheden, van hare zijde, niet zullen aanvangen, en dat niets
zal nagelaten worden, om Turkye langs eenen minnelijken weg tot de
handhaving van den vrede te bewegen. Doch hier rijst de vraag, Hoe
zal de zaak van Griekenland dan beslist worden, dewijl dezelve toch
op den duur niet kan blijven in dien toestand, waarin dezelve thans ver
keert? Wat zal er worden van die talrijke legers, welke Rusland van
alle zijden doet aanrukken, en die Turkye, tot hiertoe, eiken dag met
eenen 'inval schenen te bedreigen? Wij vinden de beantwoording dezer
vragen in de aanspraak zelve, wanneer Z. M. verklaart, dat hij niets
zal nalaten, om den vrede te behouden, doch dat hij tevens de nationa
le trouw zal handhavendoor het vervullen der verbindtenissenwelke
hoogstdezelve heeft aangegaan. De zaak der Grieken zal derhalve bij
de vredelievende gezindheid des konings van Engeland niet lijden het
traktaat van Londen bestaat nog in deszelfs voile kracht, en het nieu
we ministerie zal, te dezen opzigte, den wegblijven bewandelen, wel
ke door de beide vorige betreden is. De aangevoerde zinsnede toch
bewijst volledig, dat Engeland, wanneer Turkye niet tot de erkenning
der vrijheid van Griekenland mogt over te halen zijn, naar de trouw,
bij het traktaat van Londen bezworen, met deszelfs bondgenooten voor
het daarstellen dier vrijheid alles zal opzetten. Niet te vergeefs staan
dus de Russische legers aan de oevers van de Pruth en van den Donau.
Zij zijn het, die Turkye, door hunne dreigende houding, tot den Vrede
en tot de vrijheid van Griekenland moeten doen besluiten, en is het
dat ook dat middel vruchteloos mogt zijn, dan zullen deze legers de
voorname uitvoerders van het traktaat van Londen wezen."
MIDDELBURG den 6 februarij. Tot ons leedwezen is er in ons
vorig nommer, bij de vermelding van het verschrikkelijk voorval hetwelk
te Vlissingen heeft plaats gehadeene onnaatiwkeurigheid ingeslopen
welke de waarheid te kort doet. Er staat, dat de dader gearresteerd
is ten gevolge van de ijverige nasporingen der justitie, krachtdadig door
de militaire magt ondersteund. Men leze der justitie en po/tciekracht
dadig enz. Wij haasten ons deze onwillekeurige uitlating te herstel
len daar wij niet gaarne iemand zouden willen verkorten in den tof
van ijver en moedhetooningdie aan allen, die tot de arrestatie van dit
hoogst gevaarlijk wezen hebben medegewerktzoo regtmatig toekomt.
Wij zijn verzocht het volgende te plaatsen
Voorzeker zal ieder gevoelig hart begaan zijn met het lot van de.
vrouwen en kinderen der ongelukkige agenten van policie dezer stad
waarvan tweeaan de gevolgen der verschrikkelijke verwondingenhun
in den nacht tusschen den 2 en 3 dezer toegebragt, reeds zijn overle
den terwijl voor den derden weinig hoop van herstel zich opdoet.
Reeds zijn ten gevolge van het afsterven der beide genoemde agen
ten twee huisgezinnen, bestaande uit twee vróuwen en tien kinderefi
van hunnen vader en verzorger beroofd; terwijl een gelijk lot het derde
huisgezin, van eene vrouw en negen, meestal hulpbehoevende', kinde
ren, te wachten staat, indien ook, zoo als te vreezen is, de derde-
agent er het leven niet zal mogen afbrengen.
Wiens hart wordt niet met mededoogen vervuld over het lot van zoo
vele ongelukkige!)voor wien, door eene gebeurtenis, zoo noodlottig
als verschrikkelijkhet treurigste verschiet van armoede en behoefte
zich opdoetindien de menschenliefde hunner meer vermogende land
en stadgenooten zich hunner niet aantrekt!
In dien geest hebben de ondergeteekenden het van hunnen pligt 'jgë-'
acht, de bovengemelde hulpbehoevende huisgezinnenaan de milddadig
heid hunner land- en stadgenooten ten emsrigsten aan te bevelenen zij"
voldoen aan de inspraak van hun hart, door zich bereid te verklarëri, ötif
alle liefdegaven, die men voor die ongelukkigen mogt willen afzonden-
ren, te verzamelen en op de doelmatigste wijze te besteden; zullende
door hen, van de ontvangene giften en van het gebruik der gelden,
openlijke vermelding worden gedaan.
Mogten velen, wien een ruimer deel te beurt viel, uit een dankbaar"
besef voor verkregene weldaden, de ondergeteekenden door ruime bij-'
dragen in staat stellen om in zoo vele nooden en behoeftenoolrvóoF
de toekomstte voorzien
Vlissingen, den 5 Februarij 1828.
A. MOENS.
D. UIJTTENHOOVEN.
VLISSINGEN den 5 februarij. Heden is alhier ter reede gëïïoraett
