N". 49' MIDDELBURGSCHE COURANT. Dingsdag NIEUTFSTIJDINGE^. den 25 April. '3»A 491!- FRAN KR IJK. PARIJS den i8 npril. In brieven uit Lissabon en van Carthagena wordt gewag gemaakt van liet passeren eener vrij aanzienlijke Enge!- sclie scheepsmagtwelke zich naar de Levant scheen te begeven, zoo sis sommigen meenen om klem bij te zetten aan de voorstellingen wel ke de nieuwe Engelsche ambassadeur te Konstantinopel in last zou heb ben om aan de Porte te doen. £j hebben zich eenige geestelijke zusters van St. Caraiüe aange diend om naar Griekenland :e gaanten einde er de gekwetsten en zie ken te verzorgen. jlet genootschap der Christelijke zedekunde heeft den uitgeloof- <Jen eereprijs door wijlen den heer Lambrechts, voor het best gedenk schrift ovpr de vrijheid vmi den s:odsdiensttoegewezen aan den heerVi- net van Lausanne, welke met nog 28 andere schrijvers naar dien'prijs gedongen had. Daar deze schrijver den R. KathoHjken eerdienst beschul digt van dogmatieke onverdraagzaamheidheeft de commissie ter beoor deeling, bij monde van den heer Guizot, tegen deze stelling geprotes teerd en aangemerktdat gezegde eerdienstmet aan te nemen het onderscheid tussche'n het tijdelijk en het geestelijk gezag, middelijk het beginsel van de vrijheid van den godsdienst goedkeurt. De bekroonde memorie was geteekend met de woorden van den H. Pau lusDaar, vaar de geest Gods isdaar is vrijheid. In dezelfde zitting heeft het genootschap gelijke belooning van 1500 fr. gesteld op de meest voldoen de beantwoording van de vraagJVelke rampen vloeijen voort uit tiatio- nalen haaten welke zijn de beste middelen om denzelven uit te dooven P Omtrent Missolunghi zijn de berigten nog steeds onzeker; er is nogtans alle vrees voor eene sooedige overgave. NEDERLANDEN, 's GRAVENHAGE den 21 april. Heden ochtend, tusschen 8 en half 9 uren, is Z. K. H. de Prins van Oranje, van hoogstdeszelfs rei- ze naar Petersburgin welstandalhier terug gekomen. Verleden vrijdag is de hertog van Wellington te Berlijn aangeko men. De keizer- van Rusland heeftuit erkentenis voor zijne groote diensten, aan het infanterie-regement van Smolensk, dat door PtJter den Grooten opgerigt isden naam van Wellington gegeven. MIDDELBURG den 23 april. Den 18 heeft te Parijs de verkoo- ping van de schilderijen van den beroemden knnstschilder David een aanvang genomen. De eedaflegging in de kaatsbaan is verkocht voor 15000 fr.het portrait van mevr. Recamier voor 6180 fr. de Leonidas, 3625 fr.Horatius door zijnen vader verdedigd 1405 fr. De Venus en Mars, Hector en Andromache, Buonaparte op den St. Bernard en Ma- rat hebben echter niet genoegzaam mogen gelden. Den 19 heeft de regtbank van correctionele policie te Parijs von nis uitgesproken in de zaak van de familie la Chalotaiswaarbij de uit gever van rEtoile van de aanklagte ten zijnen laste is ontheven x;n de civiele partij in de kosten van het proces is verwezen. Het is bekend dat dit ministerieel blad zich had veroorloofd de nagedachtenis van den procureur-generaal la Chalotais, bekend als een der genen, welke^het meest heeft toegebragt tot de besluiten, waarbij de orde der Jesuiten in Frankrijk is vernietigd te bezwalken. Plaatsgebrek belet ons al de belangrijke motiven van dit vonnis op te gevenwaaruit echter blijkt datzoo dit vonnis al gunstig voor dat dagblad moge zijn uitgevallen het gedrag van hetzelve in dezen ten hoogste w'ordt afgekeurd. Het laatste motief zegtdat de verongfelijkingendoor den schrijver van FEtoile, gezegde familie aangedaan, hoe zwaar zij ook mogen zijn door den w^etgever niet zijn voorzien noch er straf op is bepaald dat deze zich niet heeft bezig gehouden om de geheiligde regten der fami lie in strijd met de vrijheid der drukpers en de voorregten van den dagblad- en geschiedschrijver te bevredigen en dat de wetgever zelf alleen de grenzen bepalen en de misdrijven van zoodanige publieke vrij heid straffen kan. Het Journal de Débats meldtdat de deliberatien der advocaten van Parijs en der voornaamste hoven van Frankrijkwelke zich hadden vereenigd om te beraadslagen over het onlangs uitgekomen werkje van den graaf van MontlosiergetiteldInlichtende memorie aangaande een stelsel van Godsdienst en Staatkundewaarvan de strekking is het omver- verpen van Troon, Kerk en Maatschappijhet volgende resultaat hebben opgeleverd 1°. Dat het bestaan van vereenigingenzamenkomsten en godsdiensti ge broederschappen (congregatien) welke niet zijn geautoriseerd eene volgens de wetten strafbare daad is2°. dat het bestaan van Jesuiten in Frankrijk tegenstrijdig is met de wettenen dat derzelver afschaffing kan geëischt worden, behoudens andere Straffen, volgens de wetten; 3°. dat de verklaring der geestelijkheid van 1682 wet van den staat is, en het misdadig is openlijk tegenstrijdige meeningen en leerstellingen te on derwijzen 4». dat de graaf van Montlosier de vrijheid hadüm de daadzaken in zijne memorie aangewezenaan de regtbanken bekend te ihakcnen dezelve voor te stellen als zoo vele misdaden op welke de wetten van strafvordering toepasselijk zijn. Ten einde onze lezers meer met den aard van dit werkje en deszelfs schrijver bekend te makenruimen wij hier het volgende welgestelde artikeluit een onzer dagbladen eene plaats in Hoe onvoldoende het tegenwoordig in Frankrijk zij enkel royalist en godsdienstig te zijn, is nu onlangs op eene treffende wijs gebleken. De graaf van Montlosierdie in de nationale conventie de revolutionnai- ren moedig heeft onder de oogen gezien; die zijn vaderland verlaten en de koninklijke familie naar Coblcntz en Londen heeft gevolgddie in 1800 eene zeer moeijeüjke zending bij den eersten, consul heeft gehad, ten behoeve van de Bourbons; die in de honderd dagen alle toetreding tot het nieuwe gouvernement standvastig heeft geweigerd; die geene opofferingen noch gevaren te groot heeft geacht, indien hij slechts'door daden en schriften de monarchale en godsdienstige beginsels verdedigen kon diezelx"de voorvechter van troon en kerk is dezer dagen van de ge ringe beiooniiig zijner langdurige en gewigtige diensten beroofd; en dat wel wegenseen geschrifthetwelk geheel overeenstemt met 's mans vo rige denkwijs en vorig gedrag. Die kleingeestige daad eener ontmaskerde partij werd niet vereischt om algemeene belsngstelling in dat werk te verwekken. Het is eene uit gewerkte beschuldiging en aanklagte van de heerschcnde partij, ing-e'e- verd aan de regterlijke mngt. Het onderscheidt zich zeer gunstig van de meeste geschriften over de zaken van den dag; zoowel, omdat het in een' bedaarden, ernstigen, dcftigen toon is gesteld, als omdat het niet steunt op onbewezens vooronderstellingen op redeneringen die schoon klinken en weinig afdoen, maar de schrijver steeds juiste gevolgtrekkin gen afleidt uit gebeurtenissen, welker waarheid zoo die overigens tw-f- felachtig wezen kon, ten minste nu genoegzaam gebleken zou zijn door de stilzwijgende erkentenis der aangevallene partij, „Frankrijk is, volg:ns hem, overgeleverd aan den invloed van die, althans in naam, godsdienstige vereoniging, welke hij noemt la congre gation. De zucht, welke vooral de Jesuiten in vroegere dagen aange wakkerd hebben, om, onder eene geheime leus, verbindingen (^afjiliatl' ens') tot eene onbepaalde en telkens naar de omstandigheden gewijzigde be-ioc'J'ig te vormen, werd, ofschoon dikwerf beperkt, nooit geheel onderdruktnn en dan scheen zij vernietigd te zijn maar met verjong de krachten kwam zij gedurig wederom op. Daarin moet de oorsprong van vele godsdienstige genootschappen daarin moet ook die der congre gatie worden gezocht. Dikwerf is de innerlijke kracht van zoodanige vereenigingen zeer gering derzelver oogmerk verdient somtijds geprezen te worden, en bare werking is in enkele gevallen nuttig. Maar derzel ver aard en natuur de onverbreekbare band welke tusschen hare leden wordt gelegd de geregelde opklimming van de rangen waardoor de wil van allen zich in den wil van één enkelen of van zeer weinigen verliest} de blinde gehoorzaamheid. Welke daaruit voortvloeijen moet; het geheim, waarmede zij zich bedekken de geschiktheid om tot alle oogmerken te worden gebruikt; dat alles, die inrigting die vorm brengen mede, dat dergelijke vereenigingen altijd vatbaar zijn om hoogstgevaarlijk te worden. Zoodanige affiliatie is een kiem, welke lang zonder ontwikkeling blijven, maar die zich oolc in korten tijd cngeloofelijk uitzetten kaneen ligchaam hetwelk ook door een' kwaden geest kan worden bezield,- hetwelk ook tot verderfelijke einden eene onweerstaanbare kracht uitoefenen kan; vooral zoodra eene magtige partij dezelve gebruikt als vereenigingspunt als het vaste punt om denj geheelen regeringsvorm te verzetten. Men vindt een leerzaam voorbeeld hiervan in hetgeen de schrijver aangaande de geschiedenis der congregatie heeft gemeld. Zij bestond reeds onder het keizerlijk bestuurreeds toen was hare inrigting de zelfde als nu. Zij had haar opperhoofdhare onderbevelhebbershare welgevestigde hiërarchie maar anders schijnt zij toen en in werkzaam heden en in getal van leden, het was het natuurlijk gevolg vanden toen- maligen stand der zaken zeer onbeduidend te zijn geweest. De weder- oprigting van den troon der Bourbons opende haar eene ruimere baan; schonk haar eene aanzienlijke versterking; gaf haar gelegenheid en dus ook lust om zich in de zaken der regering te mengen. Zij nam eene prjitieke wendingen van daardat zijnadat Napoleon terug gekomen waszich hier en daar in binnenlandsche onlusten liet zien. Maar eerst bij de tweede herstelling van het koninklijk gezag breidde haar werk kring zich tot al de staatszaken uit: want van toen af heeft zij tot mid delpunt der contra-revolutie gediend. Daar werden de middelen beraamd om het te ver gedreven liberalisme te bedwingen daar werd het zoo magtige gouvernement occulte gevormd aan de congregatie was men de aristocratische, volgens den schrijver, monarchale wet op de vorklezin gen verpligtzij heeft zich daarvan, tot vestiging ook van haar eigen gezag, uitstekend bediend. Zij droeg het ministerie aan den heer de Villéle open daarna nam zij bijna dagelijks eene hoogere vlugt. Zij vervult de hoogere standen en verzuimt nietzich ook in de lagere klas sen eenen magtigen aanhang te bereiden. Het getal der congreganisten is tot op 48,000 geklommen: in de kamer der gedeputeerden hebben ten minste 105 lieden zitting die tevens leden van de congregatie zjjn. Haar voorname zetel in de hoofdplaatsmaar hare takken zijn in alle deelen van het rijk. Aan haar is het uitsluitend beheer toevertrouwd over. alles wat het onderwijs, de politie, de middelen van communicatie be treft. Van haar hangt elke benoeming, iedere gunst, leder blijk van ongenade af; zij bepaalt den gang van het ministerie van het geheele bestuur; in één woord, zij is tegenwoordig het Fransche gouvernement. De schrijver geeft de voorname bestanddeelen van dat gedurig aan- groeijende ligchaam duidelijk op: de Jesuiten, die streven naar de her stelling van hunne grenzenlooze magtde Ultramontanen die alle v^e- reldlijke vorsten voor hunnen kerkeüjken opperheer willen doen bukken;- eindelijk dat gedeelte der geestelijkheid, hetwelk zoekt het wereldlijk gezag te vestigen niet zoo zeer van den Paus maar van zich zelf. Gemeenschappelijk belang vereenigt deze drie anders onderscheidene partijen zij meenen in de congregatiealthans voor alsnog het beste middel te bezitten om haar doel te bereiken: en zij, met allen, die deze gevoelens zijn toegedaan, moeten als de grondslag der congregatie wor den beschouwd. Na dit alles in bijzonderheden ontwikkeld te hebben moest het betoog voor den schrijver gemakkelijk zijndat het stelsel van geestelij ke opperheerschappijhetwelk de congregatie in alleswat onder haren invloed gedaan en geschreven wordt, prediken laat, Frankrijk aan da grootste gevaren blootstellen moet. Hij erkent, dat de congregatie een' tijdlang eene nuttige strekking haddat zij een groot getal leden be zit, niet slechts geacht om hunne talenten, maar eerbiedwaardig ook om hunne beginsels, om hun gedrag, om hunne vaderlandsliefde zelfs; hij schrijft veel toe aan overdreven ijver; hij meent, dat vele opregte be- minnaars van troon en kerk zich door schijnbare overeenkomstlaten brengen tot eene jammerlijke verwarring van geheel verschillende belan gen. Maar ^vat de tegenwoordige congregatie zelve betreftzoo doet hij op eene heldere wijs zien dat de godsdienstige instellingen welke zij terugbrengen wil, onvereenigbaar zijn met den stand waarin de maat schappij zich in onze dagen bevindtdat haar stelsel met de karakter trekken van het echte Christendom strijdtdat het de verhevene bestem ming der geestelijkheid miskent; het vorstelijk gezag ondermijnten niet anders dan op het verderf van den geheelen st»at uitloopen kan. Die tegenstand, welke zich openbaart, stelt den schrijver geenszins gerust. Frankrijk ksn niet lang onder het vernederde juk der congrega tie bukken: en zoo zij ongestoord nog dieper wortelen schiet, dan zal men weldra in de onmog.!'ijkheid zijn, om de onheilen af te wenden van den vreesselrjken hurgorkrijg. Daarom meent de schrijver dat men niet te spoedig de hulp der

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1826 | | pagina 1