MIDDELBURGSCHE sMx COURANT^ Donderdag Tafg^bSrSST^^^^^^^^^^ '-^ ^^^^'-^ '"-'-^ ''"Sok"de K... is tijding bekomen, da: dezelve fterk geW.sfen is, en den 30 December. Ti r E U rr ST TJ D 1 N G E N. «^^."rernS:UjW"b"eS et Ïedl^^ "VlEïH;'."?"™ n*-"° Öp »«nd.g den d..» h.d 0,*„», ZIERlK^c,'- i.r» r^iiand Tholen'i od V anen(eiland DuiveUnd), "^Tn^c^VeTniïe'pa SeÏv^a^^^ «P "ec 1-tfte ovei S7;:;;d'zortfk"^d;tr^e„zij m het hoUe water Itwatnen, de boot BESTUREN bn ^D MINISTR ATI EN NATIONALE MILITIE. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MIDDELBURG; hoofdplaats van de Provincie Zeeland gelet op de bepalingen vervat .n de Wet op de Nationale Militie, ten opzigte van het leveren van Vrijw.Iligeri voor de contingenten der onderfcheidene (leden en plaatfen breiigen bij deze ter kennisfe van een iegelijk dien zulks zoude mogen aangaan, dat van hedeii af tot en met den 31 Januarij des volgenden jaarsdagelijks, uitgenomeii des zondags, des namiddags van 12 tot 3 "ren, ter Secretarij van deze Stad zal gereed liggen het Register tot de Infchrijving van Vrijwilligers beftemd. NEDERLANDEN. j ....A^v 7 K H. de Prins van Oranje is heden Bnn!;«;FT den 26 december. ^- wnHvanPecersbur.' in deze refidentie terug gekomen, och end van P^terf'^"- ^„rdt bepaald, dat zoodanige Bij benu.t van Z. M. van den gn op fommige 's RijKs accynfen en plaatlelijke De g j' verkiezendezullen mogen voortgaan, "l''" 1 JalTzet w^^^^^^^^^^ ongelukkig ver- ^^^^::9^^^^ vlX...» den .6 worde ge.eld da: de rfvferefwederom tte'k wasfende waren en men nog voor fterkeren was "*"^1'^^' i,-^ rp K^uhn een hevige ftorm uit het zuid-westen gewoedwaar- di'd^\'eïe w tSSns, even'boven de brug liggende, waren losgerukt en door de bede p^ fpoedige hulp. door debrugknechcen "iTSfgzTn de ongelukken, verliezen en fchaden welke het wasfen der twS anhoudende ftormen en onttuimige zeeënop verfche.dene plaatfen ver- c^ zaak en: bij dit alles mogen wij inwoners van Walcheren ons dankbaarver- Sen alzoo wij van goeder hand worden onderrigt. dat bij het vernemen i nïöo V e rampen en verliezen ^aan onze dijken en zeeweringen tot .ertoe Z zoo weinig fchaden zijn voorgeVallenen wij niettegenftaande van alle zij- S^fdoor de?ee omringd.-' ons zoo gerust in onze woningen mogen bevinden. z E TtTdTWg e n. MIDDELBURG den so decemier. Op den 20 October 1854 is in Deme- r^rfgeaSd hSbrikfch'ip d. Sara ^sa:ha, kapt. L. M. Hoffman, van deze ftad. NOTIFICATIE, ne GOUVERNEUR van de Provincie ZEELAND brengt bij dezen ter kennis der belanghebbenden, dat, door Zijne Excellentie den Opper-Jager- meester van Zijne Majefteit, Opper-Houtvester voor de Noorde ijke Provin ciën met overlog van Hun Ed. Gr. Achtbare de Gedeputeerde Staten m die Provincie, de fluiting der Groote Jagt is bepaald op den 31 dezer maand zullende die van de Jagt op Ganzen Eenden en tVaterfnippen nader wor den vastgefteld. 1 En ten einde niemand hier van onwetenheid voorwendezal deze worden afgekondigd en aangeplakt, waar zulks te gefchieden gebruikelijk is. Middelburg, den .7 December I8H. dOORN. de Sta.l Middelburg uitmakende, b-^dma-c een aantal vnn IJ74Ï Wordend, een ie-elijk mits dezen Musemaand zich ten Oiplle naar venilaande bepalinaen te gedrn.en, te!, einde, zoo veel hem belreft de orde en naauwkeurigheid in de befchrijving van voormelde Belastiug te bevorderen, en zich voor fchade te wachten. j En opdat niemand hieromtrent onvvetenhe.d voorwende ,za deze wordoh afgekonch.d en aangeplnkt, alom waar zulks te doen gebrui.oli.üt.s; terwijl een affcUrift zal worden medegedeeld aSn den Ontvanger der Directe Belastiil- gen, tot deszelfs mformatie. Gedaan te IVliddelburg, den 24 December 1824. Burgemeester en Wethouders voornoemd Voor den Burgemeester afwezig VAN SONSBEECK, Wethouder, Ter ordonnantie van Hun Ed. Achtbare; J. F. B IJ L E V E L DSecretafis. OPROEPING VAN VRIJWILLIGERS VOOR DE En worden mitsdien alle geboren Nederlanderswelke gedurende de laatftö 15 maanden in de gemeente van Middelburg hebben gewoond, ën die de ver- eischten hebben, bij de Wet bepaald, opgeroepen, om zich tot dei. dienst der Nationale Militie vrijwillig te laten Infchrijven, zullende aan lederen Vnj- williger van Stadswege eene premie worden toegelegd, zoodra dezelve door den Militie.Raad zal wezen goedgekeurd. En ten einde een iegelijk hiervan kennis dragezal deze worden gedrukt; afgekondigd en aangeplakt, mitsgaders in dezer Stads Courant geplaatst. Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den 27 December 1824. Burgemeester en Wethouders voornoemd BYLEVELD. Ter ordonnantie van Hun Ed. Achtbaren; J. F. BYLEVELD, Secretaris. AFKONDIGING^, BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MIDDELBURG, OPROEPING VOOR DE NATIONALE MILITIE. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MIDDELBURG; Hoofdplaats van de Provincie Zeelandbrengen bij deze ter kennisfe van eet» iegelijk dien zulks zoude mogen aangaan; dat ter voldoening aan de bepalingert voorgefchreven bij de wetten van den 8 Januarij 1817 en vanden 27 April 1822, betreffende de Nationale Militie; op den i Januarij aanftaande zal wor den geopend het Register van Infchrijving tot de Loting voor dezelve Militie; Dat dit Register dagelijks, uitgenomen des Zondags, des namiddags van 12 tot 3 uren, op de Secretarij zal gereed liggen, tot en met den 20 van de zelfde maand; dat hetzelve alsdan opgemaakt en door het Hoofd van hec Be- fluur onderteekend zal wordenen dat de zoodanigen welke daarna worden bevonden in hunne verpligting nalatig te zijn gebleven, tot en met den 28 Januarij nog op het Register zullen worden gebragtdoch met eene boete vart 5 tot 100 guldens geliraft moeten worden, en dat de nalatigen die eerst na WETHOUDERS der Stad MIDDELBUKli, j -^^^ ^g januarij zuUe'n worden ontdekt, dadelijk gearrefeerd moeten worden; in Zeeland, gelet op art. 51 en 52 der Wee van 28 Jmiij 1822QSlaaisbiad i^g^, No. 15), op het Perfoneelhoudende. Art 51. Bij de invoering dezer wet, en vervolgens jaarlijks, zal er, Tot berekening van het bedrag der Perfonele Belastingeene befchrijving gefchieden aan de woningen der Ingezetenen. Dezelve zal voor de eerste reis plaats hebben, onmiddelijk na dat deze wet verbindend zal zijn, en vervolgens jaarlijks, zoo vroegtijdig mogelijk. Art. 52. De Hoofden der Gemeente-Belluren zullen, op aanvrage der Ontvangers, bij openbare afkondiging aan de Ingezetenen, ten minste acht dagen te vorenbekend maken den tijd wanneer de befchrijvings-biljetien znllen worden rondgebragt en afgehaald." Gezien den brief van den Ontvanger der Directe Belastingen dezer Gemeen, te. van den 17 dezer maand, vP. 379, houdende zoodanige aanvrage; Maken bij dezen aan de Inwoners dezer Gemeente bekend Dat de Ontvanger der Directe Belastingen voornoemd, aan derzelver Wo ningen, op den 3 Januarij 1825 en volgende dagen, tot den 20 Maart aan- daaiide, zal doen bezorgen een befchrijvings-biljethetwelk inhoudt eene korte fchets van de Grondflagen der voornoemde Belasting, zynde: 1°. De Huurwaarde; a°. De Deuren en Vensters; 3°. De Haard fteden; 4°. De Dienstbodenen 5°. De Paarden; bij welk biljet, waarin deszelfs verpligting jegens 's Rijks Schatkistin be- uekking tot die belastingzal worden opgegevenaan ieder Ingezetende noodige vragen dienaangaande, ter beantwoording, zullen zijn vöorgefteld ten einde hij hetzelve met de meeste naauwkeurigheid invulle. Dat acht dagen na de uitreiking van voormelde biljettendezelveinge vuld, van de woninijen der Ingezetenen, door of van wege den Ontvanger, zullen worden afgehaaldflaande het echter aan een ieder vrij de invulling te doen verrigten en het biljet zijnentwege te doen onderteekeiiendoor den Ontvanger of zijn Gemagtigde. Dat de Ingezetenen, welke bij de befchrijving geen biljet zullen hebben ontvangen, volgens art. 62 der wet, verpligt zijn, binnen ach: dagen naden lijd, tot de ophaling vastgefteld, of uiterlijk op den 7 April, een biljet ten Kantore des Ontvangers te doen afhalenenbehoorlijk ingevuldterug te bezorgen. Dat de nalatigheid in de invulling binnen den bepaalden termijnals ook onnaauwkeurigheid of valschheid in dezelve, ten gevolge zullen hebbende toepasfing der boeten en poenaliteitenbij art. 63 en 64mitsgaders van art. 85 tot 88 der wet vastgefteld. jgelijfd, zonder tot het aanvoeren vanèenigere- den van vrijftelling te kunnen worden toegelaten. En worden mitsdien alle Jongelingen hun domicilium of vaste wcönplaats! binnen deze Stad of derzelver Ambachten hebbende welke op den i Janu arij 1825, hun Kf^w/z^K^s jaar zijn ingetreden en hetzelve niet hebben vol- bragt en dus allen die in het jaar i8oó geboren zijn, bij deze opgeroepen en aangemaandom zich op voorfchreve plaats en uren, vóór den 20 Janua rij aaiiftaande, ter infchrijvidg in het Registeraantedienen met overleggingvati een extract tot opgrive van den datum hunner geboorte; gelijk de Ouders; Voogden, Curators of Gemagtigden van afwezigen worden opgeroepen omi hunne Kinderen of Pupillen, binnen den bepaalden tijd ter infchrijving aan te gevenen alsdan aan het Plaatfelijk Beliuur zoodanige onderrigtingeu ta verl'chaffen of te doen veifchaffen, a!s van de Lotelingen zelven zouden kun nen worden verlangd wordende voorts aan alle de Jongelingen die hun ne gentiende jaar ziju ingetreden, bij deze te kennen gegeven, dat zij zich ni. den 1 Januarij 1825 tot op den eerften September daeraanvolgende tot geenert vrijwiUigen militairen dienst bij de armee te Land of ter Zee kunnen of mogen verbindennaar aanleiding der bepalingen dienaangaande vervat in art. 94 la. g^ der Wet van den 8 Januarij 1817; terwijl al verder toe voorkoming vati alle misvatting, welke zoude knnnen ontlHaan, met betrekking tot de verplig- tingendie bij de beftaai.de Wetten worden voorgefchrevenaan de belang- hebbende Ingezetenen dezer Stad en Ambacht, bij deze wordt onder hec oog gebragt: 1°. Dat alle Jongelingen, in den jare 1806 alhier geboren, en alhiet btin-' ne woonplaats hebbende moeten worden ingefchreven zonder onderfcheid of voor hen al dan niet eenige reden van vrijftelling kan worden bijgebragt. 2°. Dat gehuwden en afwezenden ook in de Infchrijving moeten worden begrepen, en dat de gehuwden hunne bewijsftukken bij den Militie-Raad.^ moeten overleggen, op hetzelfde tijriftip, hetwelk tot overlegging van andere bewijzen van vrijftelling bepaald wordt. 3°. Dat de Ouders, Voogden en Regenten verplfgt ziju, hiïnne Kinderen" of Pupillen in perfoon of door iemand daartoe gemagtigd te doen infchrij ven, en daarin nalatig blijvende, verbeuren zullen de boeten by dè beftiSoda Wetten bepaald, 4°. Dat de ftraffen Op het niet voldoen aan de verpligtingen betrekkelijk de: infchrijving. zijn vermeld in de art. 53, 63, 64, 65, 67, 68 en %66 der Wet va;i den 8 Januarij 1817, en in art. 10 en 11 der Wee van den 27 April 1820. 5°. Dat nopens de v?oonplaats of he: domicilium van infchrijving bij ^U 56 der Wet van den 8 Januarij 1817, het navolgende is bepaald: „De wettige woonplaats of domicilie voor de infchrijving hierboven ver-' "3 lot 00 uer wet vastgeiiem. Terwijl eindelijk, tot narigt der Ingezetenen, met betrekking tot de bere- 1 «'""■'H'»»" uu,,.,^,,,. v^u. u= ..„.„.yvu.g "-"--■-;^ kening van hunnen aanftag fn de Deuren en Venfters aan hen wordt geadver- ""''fwordt gehoudenvoor hei> d.e ongehuwd zyn, de woonpl^ts de^ «eerd, dat de bevolking van he( gea^glomereerde gedeelte dezer Gemeenten °^^^'y''^^" dievandeaeerst benoemden Voogd?

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1824 | | pagina 1