MIDDELBURGSCHE COURANT» No. 83: Donderdag den 11 Juli}* N E U TV S T IJ D I N G E N. NEDERLANDEN. PA Z I E. ETER-PAüLS-HAVËN fin Kamfchatka) den 30 november 1821. Den 6 october, de dag waarop, eene eeuw geleden keizer Peter de Groóte de verordening uitgaf, waaraan de Rusfifche zeemagt haar beftaanen door hetzelve ook Kaïnfchatka zijne welvaarc te danken heeft, is alhier op eene zeer plegtige wijze gevierd geworden. Des anderen daags zijn, bij infehrtj- ving1500 roebels verzameld om een gédéhkteeken op te rigtentot eer Van den beroemden Rnsfifchen zeevaarder Vitus Bering, die zijnen naam aan de ons naburige, door hem oiitdekté zeeflraac, tusfchen dit werelddeel en Amerika gegeven heeft, liét monument zal, uit marmer, teMacaovervaar digd en in den a&nflSandeu herfst hier opgerigc worden. Eene kbrte Wijl te voren hadden Wij hier het ongewone ibhoüwfpel dei- aanwezigheid van een vaartuig uit de Sanchvich-eilandendat, .eeniglijk met eilanders bemanddeh langen zeetogt herwaarts gelükkiglijk had afgelegd. Den 16 feptember bezocht onze opperbevelhebber dit Tchip hetwelk aandeii koning dier eilanden behoort en den naim van Haiderno (den langhals) voert. Op bijzonder bevel val) Z. M. werd hij met plegtigheid ontvangen en ohc- haald, en toen hij het vaartuig verliet losten de eilanders een falvo bit het gë- fchuc hetwelk zij goed weten te bedienen. Naderhand heeft men zich weer- keerig gefchenken van vee gedaan, van de Zijde der eilanders eenige geiten, van die des opperbevelhebbers een jongeheer, een paar rendieren ea eene koe. De matrozen hadden met de inwoners alhier weldra kennis gemaakt, en bevie len onze Kamfchadalen zeer; zij fchenen altoos welgemoed en zongen nacht en dag hunne volksliederen; zij droegen allerlei foort van Europefche klee- dingflukken, bezochten des zondags onze kerken, alwaar de gödsdiensc-pleg- tigheden hunne bijzondere opletcendheid trokken, en begaven zich vervolgens regelmatig naar den opperbevelhebber, die hen op een glas brandewijn öhc- haalde; hunnen welkomst- en affcheids-groec drukken zij uit met het woord Arrbcha. Den 18 feptember is de Langhals weder naar Owijhee gezeild. Een aan den hofraad Dobel behoorend fchip, de San Pedrodat tusfchen deze plaacs 6n Macap handel dryfe, heeft zich hier van den 2 october tot den 4 november opgehouden. Ook van dit vaartuig hezocht de manfehapdie uic Portugezen bellaareiken zondag onze kerken, niet alleen, zoo het fchijnc, uit nieuwsgierigheid maar ook ter godsdienst-oefening; zijnde haar bij deze ge legenheid, door twee onzer leeraars, uit de Evangeliën en de Handelingen Üer Apostelen in de Latynfche taal voorgelezen. T U R K Y SMIRNA dén 15 mei. Uittrekfel uil eenbrief van eenen jongen Griek). Waarde Broeder 1 „Wapen u, bij het lezen van dezen brief, met al de vastheid van UW karhkter, de flag die ons getroffen heeft is zoo verfchrikkelijk, dat ik de uicerffe infpanning van mijn vetftand heb noodig gehad, om niet onder den- Zelven te oezwijken. Dit begin doet u fidderen; weinul befef reeds dade lijk de geheele mate van ons ongelukHet was niet genoeg ons vaderland te moeten beweenen; niet genoeg het fchoone Scio in de magc onzer wreed aardige vijanden te zienwij hebben nog daarenboven het verlies van onze geheele familie te betreuren. M Van al onze bloedverwanten is mijne jongfte zuster alleen als door een Wonderwerk ontkomenendank zij der befcherming van eenen edelmoedi- gen Franschman, in mijne armen terug gevoerd. Waarom kan ik u hetzelfde niet van onZen vader melden! Helaas! die eerwaardige grijsaard fmeekt thans het Opperwezen vooi- zijn vaderland en voor zijne ongelukkige kinde- fendie hem overleefd hebben. Zie hier de bijzonderheden welke mij om trent den aan hem gepleegden afgrijsfelijken moord zijn verhaald. Gij wpet dat hijeven als onze twee broeders Theodoor en Conftantynen uw fchoonvaderzich onder het getal der gijzelaars bevonddie in het kasteel waren opgefiöcen; op den 8 dezer maand voerde men hen, met den aarts- bisfehopbuiten hetzelve, en het fchijnc dat zij, in weerwil van de belof ten det barbarenal dien tijd in kerkers gezucht hadden; want zij allen had den lange baardenmet) plaatfte hen in twee rijen en zij werden opgehangen of lieten het leven onder langdurige martelingen. Onze vader en zijne locgenooten zagen met kalme bedaardheid de toebe- reidfelen maken tot hunnen folterdooden die martelaars van hunne getrouw heid hebben geen enkel oogenblik zich zelve verzaakt. Onze zuster Hen- rictta is flavin, en ik heb nog niet kunnen te weten komen, naar welk oord van Azie die eerlooze roovers haar hebben weggevoerd. Ik heb even min eenig narigt kunnen erlangennopens hec lot van onze dierbare moeder en dat van onze andere drie zusters; en ook even vruchteloos zijn mijne nalpo- ringen geweest om te vernemen, wac er van uwe vrouw en haar huisgezin geworden is. In één woord onze rampen zyn zoo groot, dat ik naauwlijks aan dezelve gelooven kan. Deii i i dezer maand heb ik Scio verlatenals door een wonderwerk aan de gevaren van hec grootfte bloedbad, hetwelk men zich verbeelden kan, ontkomen, heb ik de blijdfehap niet ondervonden, welke meu anders gewaar wanneer men zich van dreigende onheilen gered ziet. Haat en ver in 'miT* te8en onze beulen zijn de eenigfle gevoelens welke voortaan i time art |kUnnen huisvesten. Daar ik de Europefche kleeding had aange- tn n °d T—de kaP'te'n van een Engelsch fchip mij wel aan zijn boord ne rf V °'r11m''n hartverfcheurende toeftand verwekte bij de Turken noch bij e nge c ien cenig medelijden. De kapitein ftond mij niet toe fcheep te omen, an na at ik hem 300 piasters had toegeteld, en hec was eerst nadat hij deze e ftuk voor (luk had nagezien, dat mij yergund werd een' voet op den valreep tezettenhoe gevaarlijk hec ook voor mij was langer in de floep te b.yven. Ik heb het eiland in puin en asch achtergelaten; na al de huizen éérst te hebben uitgeplunderdftaken de Turken dezelve in branden voeg den het geweld van het zwaard bij dat der vlammen, om dezelve des te fpoe- diger te vernietigen en geenen fteen op den anderen te latenin de hoop van toog verborgen fchatten te zullen vindein „In het geheele, weieer zoo rijke Scio, liaan nog flechts vijftien huizen overeinde, en dienen tot verblijfplaats van onze moedersonze zusters en Onze dochters, welke tot de vreesfelijkfte flavernij gedoemd zijn; daar dpr. Ven die monsters alles ontheiligenom hunne woede en hunne hartstogten te verzadigenen dikwerf ontvangt de maagd die door hunne omhelzmgeu bezoedeld is, van hunne eigene handen den dood, die in haren rampvollen toeftand het toppunt harer wenfchen uitmaakt. Al de lusthuizen, welke ons eiland tot het aangenaamfte van d n geheelen Arphipel maakten, onze akade- mie, onze bibliotheekde prachtige gebouwen van gt. AnargirofaSt. Vic- tor, de Apostelen, 86 kerken en meer dan 40 dorpen, zijn mede een prooi der vlammen geworden. „Thans doorloopendïe woèsté brandftichters het gebergte en de bosfehén» en zijd reeds aan het vier-én-twintigfte dorp waar de mastiék groeit. Kof- tom, die njgers, die nog duizendmaal bloeddorstiger Zijn, clan die der 'bbs- febenhebben den haatdien zij tegen de levenden voeden zelfs tot de dooden uitgeftrekt; Zij hebben de graven geopend, en de gebeenten onzer vaderen op de (haten geworpen, en de lijken hunner eigene flagtoffers wor den bij de keenen naar eehen poel geflee'pt, Dagelijks worden de vrouwen van de aanzïenlijkftë familien op dé Open- bare markteh te koop geveildvoorwerpen van gtoot'e Waarde zóo als d'è gewijde vaten der Griekfche en Katholijke kerken, de kerkgewaden onzer priesters worden, met deze ongelukkiger!tot de geringde prijzen verkocht. Door de tusfehenkomst van den zaakgelastigden van het confulaat van Frank- rijk, is het mij gelukt vijf-en-dertig vrouwen weder in te koope'n, welker namen ,k u bij deze roezende, én die zich aan hec FranRhe córifulaat in veiligheid bevinden. „Sedert mijne aankomst alhier, doen zich dezelfde tooneeicn óp nieuw op; dagelijks hebben er verkoop, ngen plaats van diamanten, rijk verf,erde mantels, zilverwerk, bekers, fijn linnen, ineen woord van allerlei kostbare voorwerpen, welke op de openbare (haten eh bijna om niet verkocht won den. En kan dit wel anders zijn, daar (fchier de geheele bevolking van Azie, van knapen van vijftien, tot grijsaards van zeventig jaren Zich dagelijks niar Scio infehepen, van waar zij met onzen roof beladen cerüg komen. Wij zijn de grootfte dankbaarheid verfchüldigd aan de Eüropeërsdie te Smihfi wo- nen; zijdoen alles wat zij kunnen, om onze vrouwen in te koopeii; doch behalve dat voor het mkoopen van alle dezelve de fchatten, weikë hec va derland van Homerus vóór den laitstgeleden ramp in zich bevatte, r.aauWe- lyks toereikende Zouden wezen, zijn er onder dërzelver roovers zulke wreed aardige zielen, dat zij naar geene fchikking hoegenaamd Willen hooren. „Een dezer monsters heeft voor fantfoen voorde vrouw van Gaba to,óóo piasters geweigerden geantwoorddat hij haar vóór 200,000 niet Zöü terug geven. Ik zelt heb tot het rantfoen van de vróuw van Theodoor Hallé bij gedragen die voor 5,000 piasters is ingekocht. De heer PatrocoChio heeft zich op het vernemen van den dood vau Zijnen broeder uit een venster ge» worpen; zijne zuster Julia heeft zich in een put verdronken, ert de andefè die tot flaviu gemaakt was, is herwaarts gebragten dadelijk vrijgekocht. Onze vriend J. d Andre is 111 zijn huis vermoord, en wel vóot de oogen Van zyni? vrouw, die toegefneld was om bare twee zone., te redden, die het zelfde |ot van hunnen vader mede in tegenwoordigheid hunner móeder, on dergaan hébben; die ongelukkige is vervolgens als ftavin naar Algiers gevoerd Mijne hand weigert een breedvoeriger tafereel té fchetfên van de ont zettende tooneelen van welke ik ooggetuige ben geWeescen evenwel zou ik er nog duizeude daadzaken kunnen bijvoegendie nóg ysfelijker zijn dan die welke ik u befchreven heb. Om in één woord alles te zeggen, bet bloedbad van Scio heeft 40,000 zielen weggeruktwant zoo veel bedraagt het getal onzer landgenoocen die vermoord of in flavernij weggevoerd zijn. Regtvaardige God wanneet zal de dag der wraak aanbreken, en welk eene wraakneming zal immer voldoende zijn onzen verachtelijke moürdeuareu de ftrafte «oen ondervinden, welke zij verdienen'" IONISCHE EILANDEN, r 1C|°IIIIU den n iUnii' (Uic bijzondere brieven). Het leger Van ChoUN mwl'hV0 We cm?n °P 22 dazend man begroot, eö dat in Vier colonhett bewoners "me'r if SuI,oten ce verdelgen, is door die dappere berg- 1 welkezich de derwaarts geVIugte Grieken vweenfgd hadden, geflagen geworden. Het gevecht beeft drie dagen geduurd; de Turken heb ben al hun legertuig verloren en 4500 dooden op het flagveld gelaten, ortder wief getal verfcheidene legerhoofden zijn terwijl nóg veel meer gevangen ge maakt zijn Uit Peloponnefus was een legerkorps Hellenenonder aanvoering van Maurocordatonaar Artaop marsch gegaan; zoodra het in de nabuurfchap ver- fchijntzal de vereew,ging met de Suiioten weldra tot (land gebragc zijnen zij zullen gezamenlijk naar Janina vertrekken. Terzelfder tijd is er, bij Che- rasiia, een flag voorgevallen, waarin de Grieken gezegevierd hebben. Napo- u neefc gekapituleerdde Turken die er zich beviuden, züllen op neutrale fchepen naar Azie gevoerd worden, een derde deel van hunnen leefiögc is hun gelaten, twee derden zijn voor de natie. F RANK R Ij K. PARYS den 3 junij. De Ëtoilc (het ministeriele blad) erként eené daad zaak die niets minder dan vcreerend is voor önte natieen voor deh land bouwenden fland ii, het bijzonder anders gewoonlijk den minst bedorvenen Van allen. Het zegt namelij kdat het- tegenwoordig bewezen isdat de oor zaak van een deel der menigvuldige branden, welke landhoeven en boeren- plaatfen vernielengezocht moet worden in het onvborzigtigiijk en al te ge makkelijk verleenen van te hooge Ssfurantie. Eene Amerikaanfche pakeiboot, waarop zich de generaal Lefebvic- Desnouettes (die thans zijn verblijf in de Vereenigde-Staten hield) naar En geland had ingefcheepcis door eene windvlaag omgeflagen, waarbij dié ge neraal en deftige andere piasfagiers liet leven hebben verlorén. De equipigie alleen heeft, zich kunnen redden. 's GRAVENHAGE den 6 july. In de zitting van de Tweede Kiiher der Staten-Generaal van lieden zijn de Concept-Wetten, bevattertde de titels VII X en XI van het ontwerp van Burgerlijk Wetboek, handelende; vau de fc hei ding van goederen, van de cchïfcheiding en van de fckeidmg van tafel en bed aangenomen, de eerste en laatftc eenparig, de tweede met 62 tegen 18 ftemmen. Het onwedérhetwelk vrijdag namiddag bóven deze ftad eri otnmeftre- ken is uitgebarstenis allergeweldigst geweest en heeft aan twee menfehet! hec leven gekost. Een opzigter van het vinkenhuis van den heer P/dys van Treslong, gelegen achter het Joodfóbe kerkhof, bezijden den weg baarSche- veningen, met r.ame Peter van Rozenburg, is door dén blikfem plotfelijk doodgeflagen. Hij zat, in gezelfchap zijner zuster en nicht, naast den fchoorlleenlaatstgemelde hebben echter geen letfel bekomen. IloeWel de blikfem door hec rieten dak is geflagen, is hetzelve niet in den brand geraakt; doch de vloeiftof doorliep het gebouw, verbrijzelde een kasfijn en wierp eeni ge fteenen uit den muur. Ook is onder Rijswijk, éen arbeider vau mevrc/bw de Lange door den blikfem getroffen en plotfelijk dood geflagen. Een hooi rook is, in den Schenk-polderonder Haag-ambacht, door den ló.ikfem in den brand geraakt, en tot op den grond toe afgebrand. Aan den kant van Loosdninen is eeu meisje door den blikfem getroffen eu aan de eóhe zijde geheel verlamd.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1822 | | pagina 1