MIDDELBURGSCHE
COURANT.I
Nq. 73'
Dingsdag
«82 a;
den 18 Junij»
NIEUWST IJ DINGEN.
F R A N K R IJ K.
PARYS den u junij, Heden, ten i ure» is de koning van St. Cloud
naar het kasteel der Tuilerien gekomen cm het dank-adres der kamer
van afgevaardigden te ontvangen, hetwelk Z. M. door den heer Ravez, pre-
fident der kamer, aan het hoofd der groote deputatie, is aangeboden.
Z Mheeft geantwoord: „Ik ben zeer gevoelig gewe-st over den ijver
welke de afgevaardigden der departementen hebben betoond om aan mijne
oproeping te voldoen; maar nog meer getroffen ben ik over de gevoelens
welke de kamer mij uitdruktzij zijn in alle deelen de mijne. Het is door
deze eendragt en medewerking dat het ons zal gelukken in Frankrijk den voor-
fpoed te vestigen. De kamer kan vertrouwen op de opregtbeid van mijn be-
fluur ten aanzien der financiën, en op mijne ftandvastigheid om over de po
gingen der kwaadwilligen te zegepralen. Nimmer wordt het mij raisfchien
vergund den vrede, den algemeenen vrede, het doel der wenfchen van Hen
drik IV, te aanfchouwen; nigar ik heb de voldoening de kamer te kun
nen aankondigendat de tijdingen, we'ke ik ontvangen heb. zeer voordee-
deelig zijn voor het behoud des vredes in het Oosten, en mij grond geven
te hopen dat hierdoor de rust geheel zal worden herfteld."
Z. M. is1 na de plegtigheid weder naar St. Cloud vertrokken.
In de zitting van opgemelde kamer van heden heeft de minister van
financien het woord gevoerd ter mededeeling van bet budjetbij welke ge
legenheid hij uitvoerig den Haat des achterftands, de civiele lijst en de be
hoeften van de onderfcheidene ministerien behandelde, waaruit bleek dat het
totaal der uitgaven voor 1823 op 900,475,503 fr. is geraamd, terwijl dat
der ontvangften op 909,130,185 fr. wordt berekend.
Volgens brieven van Sint-Domingo, van den 11 april, was het embar
go op de Franfche fchepen den 8 opgeheven, doch waren kort daarna dezel
ve gefequestreerdhetgeen vele ongerustheid bij de Franfche kooplieden ver
oorzaakte. Men berekent de eigendommen der Franfchen op het eiland Haïti
op niet minder dan veertig mitlioenen.
N E D E R L A N D E N.
*s GRAVÊNHAGE den 13 junij. Heden ziet het licht het programma
der plegtighedén, bij gelegenheid der bediening van den Heiligen Doop, aan
den jongstgeboren Zoon van Z. K. H. den Prins van Oranje, op den 18 dezer
in de Nieuwe kerk te Amsterdam, welke door den predikant en hof-kapel
laan Dermout zal worden verrigt.
- Bi) de Tweede Kamer der Staten-Generaal is de volgende boodfchap
van Z. M. ingekomen
Edel Mogende Heeren!
Wij zijn door U Ed. Mog. verzocht, om In nadere overweging te nemen
het voorftel, hetwelk op den 30 januari) II., onzentwege aan uwe vergade
ring was aangeboden, om te voorzien in den aanwezigen achterftand en in
onderfcheidene buitengewone uitgaven.
Dat voorftel, de vrucht van een tweejarig naauwgezet onderzoek, had
ten doel om die voorziening daar te ftellen, zonder eenig bezwaar, ja zelfs
met aanzienlijk voordeel voor de natie; wij hadden en behouden de overtui
ging, dat hetzelve aan dat doel volledig zoude hebben beantwoord, en wij
zullen ons fteeds met zelfsvoldoening herinneren, dat die voordragt onder de
handelingen van onze regering is opgeteekend als een duurzaam bewijs van
onze bezorgdheid voor de belangen en het welzijn onzer onderdanen.
Het kan U Ed. Mog. dan ook niet bevreemden, dat wij den uitflag uwer
deliberacien over die voordragt met het meeste leedwezen hebben vernomen,
want wij zien daardoor grootendeels verdwijnen de gunstigfte ulczigten,
welke wij, bij onze boodfchap van den 28 mei jl.omtrent 's Rijks gelde
lijke aangelegenhedenaan uwe vergadering hadden medegedeeld.
Van den eenen kant legt de behoefte van de fchatkist, waarin onverwijld
behoort te worden voorzienzal er geen ftilftand in de betalingen plaats heb
ben ons thans de onaangename verpligting opom voordeelige door be
zwarende maatregelen te doen vervangen; en aan de andere zijde, worden
wij thans verhinderd, om aan de natie, voor als nog, die vermindering van
lasten te verzekerenwaartoe het ontwerp van wet, ten aanzien der fchvald-
verwisfelingaan U Ed. Mog. op den 28 mei 11. aangeboden, moest leiden.
Het was alleen door eene vervreemding op zoodanige wijze, als aan U Ed.
Mog. was voorgedragen, dat de domeinen daartoe beftemd, tot de bereken
de waarde konden worden gebragt.
Het Rijk was meester die waarde te bepalen; doc)i wanneer de opbrengst,
van de aanbiedingen der koopers afhankelijk, moet gelaten worden, zullen
diezelfde domeinen, gedeeltelijk onvervreemdbaar zijn, en althans door el
kander genomen, veel minder opleveren, vooral bij de tegenwoordige lage
prijzen der voortbrengfelen van het land.
Bij zulk eene verminderde en onzekere waardekunnen wijvoor het
oogenblik, tot dekking der onmiddelijke behoeften, geene middelen aan uwe
vergadering voordragen, die op den verkoop der domeinen gegrond zijn.
Ook houden wij ons bezig met de overwegingwat er, nu ons voorftel van
ded 30 januarij II. niet is aangenomen, ten aanzien van het bepaalde bij ar
tikel 31 der grondwet, dient gedaan te worden; het vordert dus rijper over
ig» dan de drang der omftandigheden ons nu heeft toegelaten, om te kun
nen beoordeelen, op welk eene wijze, eene vervreemding der domeinen nog
met het meeste nut en voordeel zal kunnen bewerkftelligden tevens vol
daan worden aan de verpligtingenbij de wetten van den 9 februari) 1818
(itaatsb ad no. 7}, en cjecember X 81p (Staatsblad 110.62), op de
domeinen gelegd.
Deze verpligtingenwelke door het domein-beftuur op eene andere wijze
met volkoniene zekerheid zouden zijn vervuld geworden, moeten nu blijven
beflaan op den voet bij die wetten bepaald. Wij kunnen dus voor het te
genwoordige even min aan eene verwisfeling der fyndikaat-bonsen mitsdien
aan eene vermindering der fyndikaats-opcenten denken; maar wij behouden
ons voor dienaangaande later aan U Ed. Mog. voordellen aan te bieden, na
dat met rijpen rade, zal zijn overwogen, wat er in 's Rijks belang te doen
is, ten einde van de voordeden die wij aan de fchatpligtigen hadden willen
verzekeren, zoo weinig mogelijk verloren ga.
I11 de tegenwoordige gefteldlieid van zaken, hebben wij gemeend de toe-
vlugt te moeten nemen tot gelijkfoortige middelen, als bij de wetten van den
31 december 1819 Staatsblad 110.62) en van den 24 december 1820 (Staats
blad 110. 30), in gevallen van dien aard, zijn vastgefteld geworden.
Tot dekking van eene behoefte van 26,985,000, wordt aan U Ed. Mog.
voorgeftagen de creatie vaneen kapitaal werkelijke fc'nuld van ƒ57,500,000.
Dm behoefte is gegrond op den acluerftand van vroegere jarenalsmede op
de uoodzaakiijkbeidom de inkomsten der groote coraaiuuicacieu aan te
vullen tot kwijting van de interesten en aflosfingen daarop aangewezen,
om 'slands amortifatie-kas in ftaat te ftellen, over 1822 te voldoen tin dj
bepalingen der wetten van den 9 februarij 1818 (Staatsblad no. 7), en 31"
december 1819 (Staatsblad no. 62), 0111 don buitengewonen aanbouw
van fchepen te beftrijden, - en om, met vervuiling der aangegane verbi -
tenisfende aangevangene werken voort te' zetten - aan het paleis te Brits-
f-1voor onzen beminden Zoon den Prins van Oranje beftertd, aan 0:-s
paleis aldaar, aan de gebouwen doorden brand van den 29 december 1810
vernield, aan eenige groote wegen aan het.groote kanaal door Noord,
hollanden aan hec kanaal van Maastricht tot 's Hertogenbosch
welker anderzins onvermijdelijke ftaking hoogst bezwarende gevolgen vóór
het Rijk zouden hebben, en duizdnde handen oogeublikkelijk werkeloos zou
de laten.
Uit die creatie zal een nieuwen last van 1,725,000 'sjüars op de ftSats-
begrooting ontftaan. Het grieft ons diepwij moeten hec aan Ed. Mog.
herhalen dat wijna de aangename uiczigcert welke Wij nog Weinige da
gen geleden, hadden, zulk een last moeten voorfladn; maar ons blijft geene
andere keuze overig, vermits het onze eerfte pligt is td zorgen, dat 'sHnds
zaken gaande kunnen gehouden worden.
Onze beminde onderdanen kunnen zich ïiietteiliin overtuigd houden, dat
geene teleurftelling in onze verwachtingen, immer de bezorgdheid zal kun
nen doen verminderendie wij voor hunne belangen koesterenveeleer zal
hec nieuw bezwaar, hetwelk thans geboren wordt, ons des cc krach cigeraan-
fporenom allerwege op middelen bedacht te zijn, ten einde hetzelve 200*
dra mogelijk wederom van hunne fchouderen af te nemen.
Wij geven dan ook de hoop niet op, dat de maatregelen, Welke door ons
zullen kunnen worden genomen, in verband met de voordragcënwelke wij la
ter aan U Ed.Mog. zullen aanbiedenten gevolge mogeri hebbendat, metbe
zuinigingen en andere fchikkingen, de behoeften voof 1823 die voor 1822
niet te boven gaan.
Wanneer die hoop vervuld wordt, dan zal de natie, wet is waar» een be*
trekkeliike meerdere iast van 5,775,000 over 1823 moeteil dragen, in ver*
houding tot de verligting, welke wij ons gelukkig geacht hadden haar të ver.
zekerenmaar zij zal dan evenwel geen Jtellig bezwaar ondervinden.
Bij deze pogingen om het algemeen welzijn te bevorderen, züllen wij het
niet laten berusten, en zoo hec thans al onmogelijk is de lasten der natie in
gelijken mate en even Tpoedig te verminderen, als onze boodfchap van den 28
mei II. en hec daarbij gevoegd ontwerp deden vooruitzien, zullen wil ons
nogtans beijveren aan U Ed. Mog. in hunne volgende zitting nadere voorftel-
len te doen, welker verwezenlijking die vooruitzigten van veriigtrng der ichac-
pligcigen zoo weinig doenlijk beperke.
Indien eene andere wijze van befchouwing U Ed. Mog. heeft verhinderd
de onlangs aangebodene financiële voordeelen aan de natie al aanftonds te ver
zekeren, wij blijven niettemin van de vaderlandsliefde uwer vergadering ver
wachten dat zij ons in onze verdere pogingen toe bevordering van bet alge
meen welzijn en tot vermindering der lasten zal onderfteunen, op dac dezel
ve met eenen gelukkiger uitflag voor ons bemind volk mogen worden bekroo nd.
Als dan zal hec uicftel in de vervulling onzer bedoelingen niet lang genoeg
zijn om aan de natie groote opofferingen te veroorzakenen wij mogen ons
vleijen dat zij zich dezelve te eerder zal getroosten, naar mate zij in ons
Koninklijk woord de waarborg viDdc, dac wij onophoudelijk voor hare belan
gen zullen werkzaam zijn.
Op alle deze gronden dragen wij aan Uwe vergadering het nevensgaand ont
werp van wet voor; het onverwijld onderzoek daarvan is voor *sRijks belan
gen wenfchelijk, en wij mogen dus heczelve mee vertrouwen aan U Ed Moe
aanbevelen. 6*
Wij verklaren wijders te houden voor ingetrokken het ontwerp van wet
bij Onze boodfchap van den 28 mei 11. aan Uwe vergadering overgelegd, en
verlangen dat hetzelve door U Ed. Mog. buiten verdere deliberatie gelaten
worde.
En hiermede, Ed. Mog. Heéren, bevelen wjj U in Godes heilige befohef.
ming.
's Gravenhage den 14 junij 1822.
(geteekend) WILLEM.
TVij IVILLEMbij de gratie GodsKoning der NederlandenPrint pan
Qranje-NasfauGroot-Hertog van Luxemburgenz.enz.enz.
Allen die deze zullen zien of hooren lezen, faluedoen te weten:
Alzoo wij in overweging hebben genomen, dat, in afwachting dat door
nadere wettelijke bepalingen zullen kunnen worden daargefteld de middelen,
om het geheel beftaande te kort te dekken en in at de dringende behoeften
te voorzien's Rijks fchatkist tot de geregelde voortzetting van derZelver
betalingen behoort te worden in ftaat gefteld
Zoo is bet, dac wijden Raad van State gehoord, en roet gemeen oven-
leg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verftaan, gelijk wij goed.
vinden en verftaan bij deze
Art. I, Ter voorziening in de behoeften van 's Rijks fchatkist zal fuc-
cesfivelijk worden gecreëerd eene hoeveelheid werkelijke rentegevende fchuld,
genoegzaam:
i°. Ter aanvulling van het verfchil cusfchen de. toegeftane uitgaven en de
aangewezene middelen bij de wet van 24 december 1820, Staats-
blad no. 29)4,000,000.
2°. Tot hec -dekken van hetgeen de inkomsten over 1820
en 1821 minder hebben opgebragt, dan waarop zij
bij de geraamde opbrengst zijn berekend - 8,770,000.
3°. Tot deaanfehaffing en het ameublement van het paleis
te Brusfelvoor onzen beminden Zoon den Prins van
Oranje beftemd; zoomede tot den geheelen afbouw
van ons paleis te Brusfel, en tot verderen opbouw
en herfteiling van de gebouwen, aldaar door den
brand van den 29 december 1820 vernield - 3,000,000.
4°» Tot aanvulling van de inkomsten der groote commu-
uicatien van het Rijk, ten einde dezelve in-ftaat te
ftellen om te dragen de imeresfen en aftosftagen van
de negotiatien daarop geaffecteerd over 182-2 515,000.
5°. Tot buitengewonen aanbouw van fchepen en vaartui
gen van Oorlog ter vervanging der door ongelukken
vernietigde of der gedoopte1,000,000.
6°. Tot verdere voortzetting der groote land- en water-
communicacien van hec Rijk6,000,000.
7°. Tot hec fubiidiëren van *s lands amortifatie-kas, ten