MXDDELBURGSCHE
c o u RA N T.
No. (6>
Zaturdag
18a a';
den 1 Junij.
NIEUWST IJ DINGEN.
G NEDERLANDEN.
RAVENHAGE den 28 mei.
TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL.
Zitting van dingsdag den 28 mei.
In de vergadering van lieden is gelezen eenc boodfehap van Z. M. den Ko
ning ftrekkende ten geleide van een ontwerp van wetwelke eene en ander
Zijn van den volgenden inhoud
Edel Mogende Heeren!
Bij onze boodfehap van den 21 december 1821, gaven wij aan U Ed.
Mog. kennis, dat onze ernftige overwegingen gevestigd waren op de vraag,
Of s lands Amortifatie-kas de vernietiging der uitgeftelde fcbuld bij voortdu
ring zoude kunnen voortzetten op den laatstaangenomen voet, en dat het
onze bedoeling was, daaromtrent, te zijner tijd, aan uwe vergadering de
Vereischte voordellen te doen.
De aandachtige befchouwing van dit aangelegen onderwerp heeft ons over
tuigd van de noodzakelijkheid, om, bij den verhoogden ft and van den prijs
der uitgeftelde fchuld en der daartoe behoorende kansbiljetten, maatregelen
te dezen te nemenzal men de verpligting ontgaanom hec vermogen der
Amortifatie-ltasen bij gevolg het bezwaar voor de fchatpiigtigen te ver-
meerderen. 0
Bij deze maatregelen moesten de verkregen regten van de rentheffers van
den ftaat met naauwgezetheid in acht worden genomen en wij hebben ons
daarom bepaald tot het denkbeeld van een aanbod van vrijwillige verwisfeling
der uitgeftelde fcluild en kansbiljetten, tegen rentegevende fchuld, met in-
ftandhouding der beilaande verordeningen omtrent de amoriifatie en overgang,
vpor die houders, welke niet mogten verkiezen aan de verwisfeling deel *tè
nemen.
Met dit hoofd-denkbeeld hebben wij tevens getracht andere gewigtige oog
merken te verbinden, namelijk om voortaan meer bepaaldelijk de amortifatie
der nationale fchuld te bevorderen, en de moeijelijkheden uit den weg te rui
men, die, voor de bewoners van fommige provinciën, de deelneming in de
werkelijke fchuld verhinderen, en ook bijzonderlijk, oiudoor eene doel
matige vereeniging van de tegenwoordige belluren van het Syndicaat en van
de Amortilatie-kasweldra eene vermindering der op-centen van hec Syndi
caat mogelijk te maken.
De voordeelendie hieruit zullen voortfpruitenzullen niet alleen beftaan
in het befparen aan de fchatpiigtigen van 15 op centen van het perfoneel
en 2 opcenten van alle andere belastingen aan het Syndicaat onderworpen,'
hetgeen voor dezelve eene jaarlijkfche vermindering van ƒ1,850.000 be
draagt, maar ook daarin, dat, behalve de regten van in-', uit- en doorvoer,
toe welke de verhouding der op-centen verfchiliend is, 0111 dat dezelve ter
beftrijding der buitengewooue begrooting van ftaatsbehoeften zijn beftemd
alle andere belastingen op deze wijze een gelijk getal op-centen zullen dra
gen, en de onevenredigheid, welke er beftonddoordien fommige met Syn
dicaat op-centen, en andere met op-centen ten voordeeie van provinciën en
gemeenten waren bezwaardterwijl het perfoneel aan dezen dubbelden last
was onderworpengeheel zal ophouden.
Daarenboven zal het Amortifatie-Syndicaat nimmer in de verlegenheid kun
nen geraken, waaraan de Amortifatie-kas bij eenen verhoogden koers der effec
ten was blootgefteldvermits niet meer zal worden bepaald de nominale hoe-
veelheid der -ch»'d welke zoude in te koopen of in te trekken zijn, maar
jaarlijks aan U Ld. Mog. zal worden voorgedragen de hoegrootheid der foin
welke tot aannoop van fchuld zal kunnen en behooren te worden hefteed.
Hierin zuilen de fchatpiigtigen den waarborg vinden, dat de eens vascgeftelde
•jaarlijkfche bijdrage voor de Amortifatie-kas niet zal behoeven te worden ver
meerderd, en de fchuldeifchers of rentheffers zullen weten, hoeveel rentege
vende fchuld er in den loop van één jaar uit den omloop zal rakenzoodra
de jaarlijkfche uitioting der uitgeftelde fchuld, door de algtmeene deelneming
aan de verwisfeling, zal hebben opgehouden. Intusfchen zal deze uitloting
worden voortgezet; het voorgedragen crediet van 116 millioenen k 4? pet.
rente fielt het Amortifatie-Syndicaat in het gevalom aan de wet van den 9
februari) 1818 te voldoen uit dat gedeelte van hetzelve, wat onverwisfeld blijft.
Er zoude zelfs voor het Amortifatie-Syndicaat eenig voordeel in gelegen
zijn, wanneer de geheele fchuldverwisfeling niet wierd tot ftand gebragt, en
dit levert oogenfchijnlijk hec beste bewijs op, dat deze maatregel ook de
belangen der fchuldhouders behartigt.
Behalve deze onmiddelijke voordeelen, welke zoo wij vertrouwen, reeds
met 1823 aan de natie zullen kunnen worden verzekerd, zal zij daarenboven
twee jaren vroeger, dau gedacht was, in het genot komen der vermindering,
welke aan haar eerst met 1825 moest te beurt vallen, en, zoo als wij, bij
onze boodfehap van den 30 april 1821aan U Ed. Mog. te kennen gaven
eenen zeer voordeeiigen invloed op de begroocings-op-centen hebben moet.
De te betalen renten van de 2 feries der fchuldbekentenisfen van het Syndi-
caac, welke, voor 1822 nog eene fora van 1,950,000 bedragen, zullen
met 1823 geheel ophouden. De ƒ250,000, welke, ingevolge de wet van
den 24 december 1820 (Staatsblad no. 30), beftemd zijn ter rentebetaling
en fuccesfive aflosfing van 8 millioenen nieuwe werkelijke fchuld zullen niet
meer wor en vereischten het wegvallen dezer twee fommen van de aan-
ftaande begrootingverhouding tot de tegenwoordigezal eene verminde
ring van 2,200,000, en daardoor eene verligting van 4^5 op-centen aan
de fchatpiigtigen velzekeren.
indien de daarftelhngmec j)et aanftaande jaarvan een zoo aanzienlijke
vermindering van lasten voor de natie reeds op zich zeiven een groot voorregt
h, zij is het in de tegenwoordige omftandigheden dubbel, om dac daardoor
aan alle lchatpligtigen verligting wordt bezorgd en de landeigenaars en land
bouwers, dank zij de wet van den 12 julij 11. (Staatsblad no. 9), insgelijks
daarin zullen deelen.
Intusfchen zal deze gedeeltelijke te gemoetkoming voor ons geen grond
opleveren om daarbij ftil te flaan. Het overleg der maatregelenwelke tot
opbeuring en hulp van den landbouw kunnen dienstig wezen, zonder andere
takken van nationale welvaart opceofferenblijft altoos het onderwerp onzer
ernftige zorgen, en voortgaande met de daarftelling van alle bezuinigingen
waarvoor 'sRijks uitgaven vatbaar zijn, mogen wij de ftreelende hoop koes
teren, dat, onderfleund door de medewerking van U Edel Mogenden, in
het vasiftelien der verfchtllende wecten aan hen reeds voorgedragenen in
het bijzonder van die, welke bij dhze aan uwe vergadering wordt overgelegd,
wij zullen worden in ftaat gelteld om het algemeen welzijn te bevorderen
door eene vermindering van lasten, die reeds in 1823 aanzienlijker zijn zal
dan de berekende 4,000,000.
Hec bijgaande ontwerp is noodwendig gegrond op hec aanwezen van een
ftelfel van financien, door hetwelk in de jaarlijkfche behoeften vdn het ftfjfc
regelmatig kan worden voorzien, en op bet beftaan van middelen, om detl
aanwezigen achterftand, en de te dekken buitengewone uitgaven, te be*
ftrijden.
Hetzelve ftaat vooral in verband met het ontwerphetwelk aan Ëdef*
mogenden, onzentwege, op den 30 januafij II. is aangeboden, Want Wil
zouden anderszins, wel verre van eene vermindering der opcenten van het
Syndicaat te kunnen voordellen, in tegendeel op eene vermeerdering van de
hulpbronnen der fchatkist moeten bedacht zijn.
Wij befchouwen het nevensgaande ontwerp van wet, als, gezamenlijk
met het zoo evengenoemde, 'sRijks geldelijke aangelegenheden op eeuea
vasten en duurzamen voet te zullen vescigen, en vermeenen gevoDelijk dat
de aanneming dier weccen door U Edel Mogendenons plaatfen °Zal in dien
gelukkigen, en te regt bij meer dan eene gelegenheid in uwe vergadering al2
wenfchelijk opgegeven ftand, van ons, zonder financiële zorgenvoortaan
meer bepaaldelijk met andere onderwerpen, tot de welvaart van 's lands in
gezetenen betrekking hebbende, te kunnen bezig houden.
In allen gevalle is door het voorftaan von dit ontwerp aan U Edel Mogen
den, de laatste fteen gelegd aan onze financiële inftellingen, voor zoo veel
zulks door ons kan gedaan worden. Aan den Koning isvolgens de grond
wet het opperbeftuur der algemeene geldmiddelen opgedragendoor Hem of
zijnentwege moeten aan de Staten-Generaal, worden voorgedragen de finan
ciële maatregelen, welke 's Rijks belang vereifchen en die in het voordeel der
rentheffers behooren genomen te worden; doch hier houdt de verpligting
des Konings op; aan U Edel Mogenden is het voorbehouden de Koninklijke
voordellen te overwegen, en, dezelve overeenftemmend vindende met het
nationaal belang, door de aanneming, het gemeen overleg van den Koning
en de Staten-Generaaldoor onze grondwec voorgefchrevendaar te (lellen.
Eerst dan wanneer zulks gefchied isrust er wederom eene groote zorg op
den Koning, doch tot op dat oogenblik blijft dezelve geheel voor de Staten-
Generaal welke aan de natie rekenfehap verfchuldigd zijn van het deelnemen
in maatregelendie met het algemeen belang in geene overeenftemming mog
ten wezen; maar ook evenzeer de verancwoording op zich laden van de
fcliromelijke gevolgen, welke het niet aannemen van heilzame en voordee-
lige bepalingen, voorde natie kunnen hebben.
In de gefteldheid van 's Rijks financienbij de van alle oorden des Rijk*
algemeen opgegane klagren over hec tegenwoordig financieel ftelfel, zelfs van
die genen, welke later alle pogingen tot verandering gelaakt hebben, en den
lof van hetzelve hebben doen hooren, om wederom klagten van een' anderen
aard te verheffen; en bij het jaarlijksch te kort, dat niet enkel door bezui
nigingen kan worden gedekt, was het noodzakelijk geworden financiële inftel
lingen in nadere overweging te nemen; en bij het beramen van een ftelfel,
hecwelk de gewone behoeften verzekert, en in ftaat ftelt om, mec gemeen
overleg der Staten-Generaal, ook bij ontftaande nieuwe uitgaven, dezelve
met het minste bezwaar voor de natie, en in evenredigheid der middelen van
de fchatpiigtigente beftrijden, was het pligc insgelijks te zorgen dat de
achterftand en de buitengewone lasten op het Rijk rustende* wierden beftre-
den op eene wijze, onafhankelijk van den loopenden dienst, en die denzei-
ven noch bezwaren noch belemmeren kon.
Het was daarenboven pligtniet alleen te wakendat bjj het voldoen aan
de verpligtingen jegens de fchuldeifchers van den ftaat, de natie aan geen
nieuwen last in het belang derzelve wierd onderworpen maar ook naar mid
delen om te zien, om de meerdere lasten, welke aan de natie moesten wor
den opgelegdten einde het jaarljjksch te kort te doen verdwijnen en den
joopenden dienst te verzekerenzoo veel en Ipoedig mogelijk van hare
fchouders weder af te nemen.
Wij hebben al het moeijelijke van deze taak ingezien en overwogen, doch
geene moeijelijkheden mogten ons wederhouden, daar het'c welzijn des volk*
betrof, van een volk, hetwelk alle aanf'praak heeft, en tot aan onzen laatfteu
ademtocht behouden zal op onze liefde en op onze wenfehen voor zijn ge
lukonafhankelijkheid en zelfftandigheld. Onze boodfehap van den 3oapriI
1821is daarvan een gevolg geweest; wij voorzagen den kamp die de ver-
fchiilende denkwijze zouden doen ontftaandoch hebben ons daaran blootge
fteldin hec vast vertrouwen, dat de overweging van hec ontwerp van wee
aan UEd. Mog. toen voorgeflagengelegenheid zoude geven om nader de
wijzigingen te overleggen, welke voordeelig voor de natie mogten geache
wordenen datalhoewel voorflagen tot nieuw bezwaar altijd aan tegenkan
ting zijn blootgefteld evenwel de erkende noodzakelijkheid daarvan alsmede
de gronden van billijkheid en evenredigheid waarop het financieel ftelfel ge
bouwd isden bijval der meerderheid uwer Vergadering zoude blijven waar
borgen.
De hoop van later in dezen door de natie met billijkheid beoordeeld te wor
den, heeft ons doen heenftappen over de verkeerde indrukkenwelke men yan
vele kanten getracht heeft, bij dezelve te veroorzaken.
Doch zoo wij ons niec hebben laten afhouden om het onaangenaamfte ge
deelte van de op ons rustende verpligting te vervullenveel aangenamer I*
het ons geweest aan UEd. Mog., op den 3a januari] 11. een ontwerp van
wet te kunnen doen overbrengenwelks aanneming in den achterftand en itl
de buitengewone lasten op 'sRijks fchatkist rustende, voorzien, en tevensds
middelen zal aanbieden, om de belangen der Nationala nijverheid, door hec
aanleggen van nieuwe land- en water communicatien te behartigen, zonder be
zwaar voor de natie, ja zelfs met aanmerkelijk voordeel voor dezelve.
Thans evenwel ondervinden wij een bijzonder groot genoegen, nu wij aan
de deliberatien van U Edel Mogenden kunnen onderwerpen een ontwerp van
wet, waaruit niet alleen geen bezwaar, maar zelfs onmiddelijk eene aanzien
lijke verligting voor de natie voortvloeit. Wij vertrouwen, dat het U Edel
Mogenden even welgevallig zijn zal, in de gelegenheid gefield te worden,
om, met gemeen overleg van den Koning, deze voordeelige bepalingen vasc
te (lellen, als wij ons beijverd hebben, dezelve aan uwe vergadering vooc
te flaan. Wij zijn eindelijk gekomen tot bet tijdftip waarop onze finan
ciële inftellingen de gelegenheid aanbieden, om te overleggen, wat de natie
kan en moet dragen, en welke opofferen aan haar kunnen worden befpaard.
De algoede Voorzienigdeid behoude ons dezen ftaat van zakenzij verwij-
dere gunllig alles, wat nieuwe rampen zoude kunnen veroorzaken, en hec
Nederlandfche Volk mogeonder hare bijzondere hoededeelachtig wor
den de grootst mogelijke nationale welvaart en eer, waarvoor de gefteldheid
van zijn grondgebied, en zijnen ftand onder de volken van Europa, hetzelve
vatbaar maken.
En hier mede bevelen wij uEdel Mog. Heerenin Godes heilige bei
fcherming.
's ITageden 22 mei 1822.
(geceekend) WILLEM.