MIDDELBURGSCHE COURANT» No. 35. Donderdag den 21 N I U TF S T IJ D 1 N G E A\ RUSLAND. frank r ij k. PETERSBURG den 20 februarij. Den 16, des morgens ten 3 Uren, ontflond alhier brand in bet gebouw van de akademie der kunsten, waar door, onaangezien alle aangewende zorg, een nogtans niet aanmerkelijk ge- deelte van dat fchoone gebouw in de asfche gelegd is. Hoezeer men de oorzaak van den brand niet heeft kunnen ontdekkenmoet dezelve vermoe delijk aangekomen zijn daorhet fpringen van eene verwarmings buiswaardoor een balk in brand geraakt ia, zoo dat deze gelijktijdig in vier verdiepingen uitbrak. De brand heeft geene kunstwerken vernield noch befchadigd. Alhier heerscbt reeUs het zachtte voorjaars weder. Men heeft de ijs bergen, onze gewone karnavals-verinakelijkhedenniet op de Newa kunnen oprigten, 'dewijl het ijs te zwak was; hebbende men zulks op het exercitie veld bij den keizerlijken zomer-cuin gedaan. NOORWEGEN. CHRISTIANIA den 26 feb>narij. Z. M. heeft bepaald, dat de gemeen- fcbappelijke handelsvlag der vereenigde rijken van Noorwegen en Zweden wet inachtneming van het gewoon verfchil tuslchen de oorlogs- en fcoop- v.sardij-vlaggenvolkomen gelijk zal zijn aan de gemeenfchappelijke oorlogs- vlag, zullende de koopvaarders, welke van Algierfche .zeepasfen voorzien Zijn, öm hunner eigene veiligheids wille, deze vereenigings-vlag bezigen, PaRYS den 13 maart. In de kamer der pairs zijn, gisterenen heden, de discusfien over de concept-wetopzigtelijk de politie over de dagbiaden Voortgezet, en is gemelde wet, in de zitting van heden, met eene Meerder heid van 124 tegen 83 Remmen aangenomen. In die der afgevaardigden zijn gisteren, de deiiberatien over de finsntiele wet voor 1822 begonnen en heden voortgezet; heden moeten dezelve zeer hevig geweest zijn; vooral de heer Benjamin ConRant heeft ten ilerkfte ge- fproken en er zijn woordenwisfelingen voorgevallen, ten gevolge van welke alle de leden van de regterzijde zich uit de vergaderzaal hebben begeven zeggende, geene nieuwe ijsfelijkheden meer te willen hooren. De heer Con Rant wilde niets aan hét budjet inwilligen, zoo lang, het ministerie, dat hij een geesfel des volks noemde, niet veranderd was; de hieruit ontRane woor denwisfelingen liepen voornamelijk over de handelingen der politie in de last- fte dagen, over de misfionarisfen, over de Spaanfche zaken, enz., enz. De vergadering febijnt in de grootRe verwarring gefcheidea te wezen. Een brief van Thouards, van den 8 maart, in het dagblad der Beide- Sèvr.s geplaatst, behelst de navolgende bijzonderheden: „De, in onze (Irekeu, door den onder-prefekt van Bresfuiregedane na- fpormgen zijn niet zonder gevolg geweest. Door een detachement kuras- fiers, door de gendarmerie en de getrouwe inwoners, die hij tot eene nationale garde georganifeerd had, onderReundis het hem gelukt, een goed getal opflandelingen te arresteren. Hetzelfde heefc in het arrondisfeinenc van Parthéhaydoor de zorgen van den onder-prefekt, plaats gehad; de ijver en de zelfsopoffering van deze twee ambtenaren zijn boven allen lof verheven. Meer dan dertig oproerigen zijn gearresteerd maar ik kan u ongelukkiglijk de gevangenneming der opperhoofden van deze affchuwelijke onderneming nog niet melden. Alle hoop is deswegens nog niet verloren de regering is hen op het 1'poor, en derzelver waakzaamheid fchijnc iederen dag te ver meerderen. PARYS deri 14 maart. De discusfie over het ontwerp van wet op de financien is heden bij de kamer van afgevaardigden voortgezet. De generaal Donnadieu heefc het woord. Hij doorloopt de gebreken in het befiuur der financiën, onder alle de gouvernementen die elkander ge durende de omwenteling, hebben opgevolgd, en verheft zich met kracht te gen het bederf, dar den Raat alsnog vernielt, en de dorst naar goud, waar aan alles, opgeoffeid wordt. Hij bejammertdat het koninklijk gouvernement bij de restauratie, met getracht 'heeft zich meer in kracht te bevestigen door het zuiveren der zeden, en hoopt, dat hetzelve voortaan zai beoogen de monarchie op de eer en de zedelijkheid te gronden. De heer Robin Scévole werpt eenen vlugtigen blik op de verfchillende uitgaven, en bewijst dat bet, zonder wanorde te Richten, mogelijk is, be langrijke verbeteringen te bewerkRelligen. Hij Relt voor eene vermindeiing van een vijfde op het inkomen der prefecten en op hunne, bureau-onkosten alsmede op de appomteme'uen der eerste prefidenten en der procureurs-gene raal van de koninklijke hoven. Hij wenscht eindelijk deze vermindering van een vijlde öp aile posten boven de 3000 franken. De ministers zouden in dat geval niet meer dan 120,000 fr. hebben, en de directeuren-generaal zouden zich op 4°>000 fr. zien gebragt. Na de onderfcheidene graden door- loopen te hebben, zoude hij echter hiervan uitzonderen de leden der geeste lijkheid en de land- en zee officieren. Een ander middel om de financien te verbeteren, zoude zijn, de onnutte posten te vernietigenonder anderen die van betaalmeesters der departemen ten en der bruggen, die den Raat 1,452,000 fr. kosten de directeuren en inspeeteuren der contributie» in de departementen, der fecretarislen generaal van pretecture, welke men des noods door een' der raden zoude kunnen doen vervangen, zonder dat het werk daarbij leed. Het budjet is eene hydra Wanneer men et één hoold afflaat groeijen er weder verfchèidéne aan. Hij vraagt oi bet pas geeftnieuwe monumenten 111 de hoofdflad van een rijk op te rigtendie het hierin verre boven alle andere Reden van Europa wintof bet goud van frankrijk met beter zonde gebruikt worden voor de kanalen, welke den handel zouden doen herleven en de waarde van alle voortbrengfe- Jen des iandbouwszou doen Rijgen. Welk voordeel genieten toch de eigenaren, de pachters, de landlieden, van het bouwen in de Rraat de Rivoliop de kaai d'Orfay en van de nieuwe zaal der opera? De indirecte belastingen vereis- fchen niet minder de zorg de kamer, en het is onmogelijk die te verminderen, zoo lang het budjet der uitgaven bij de poo millioenen beloopt. De fpreker laat aan de beeren generaals, welke inde vergadering zitting hebben, de zorg over de verbeteringen te ontvouwen, waarvoor liet militaire Relfvl in Frankrijk vatbaar is. Ily beklaagt zich over de onaanzienlijke rol welke de natie, door de verzwakking van hare marineop den Oceaan en de Middellandfche zee fpeelc. Hjj Remt echter toe, dat het Relfel van financiën federc de 'restaura tie is verbeterden eindigt met te Remmen voor de amendementen der cóm- misfie, als ook vpordie, welke gedurende den loop der discusfiezouden worden voorgeReid, en Rrekken kunnen 0111, zonder wanorde te verwekken, de lasten van den Raat te verminderen. N* vemge vrij ievendjge wóordwisfelingenof men de vergadering al of niet zoude Ruiten, of wel het ilte artikel der wet in deliberatie brengen, is, d 1 ^°'Sens 'chrijven uit Napels, vonden 25 febrüarii wiem tl*1» r .vin, federt eenige dagen wederom vlammen en lava uit. De brandendft had echter ditmaal haren loop^ genomen naar reeds vroeger door haar verwoei! grondenzoodac zij geen fchade veroorzaakte. het Koninklijk kabinet van fchilderijen alhier zal II W eerfle afgietfel van het Randbeeid t0m héc blik waarin hij de Batavieren aanfpoort om zfch votL' °°ge"* ten emde het int d»r Romeinen ,f ,n t,„. vr^eid te wapenen, dit afgietfel vervaardigd door den verdienRelijken beeldhouwer Luis Royeren is op de laatfie tentooiiReliing te Brusfeldoor de koninklijke maatfehappij ter aanmoediging der fchoone kunstenmet den eersten prijs bekroond geworden. Deze verdienstelijke kunstenaardie te AmRerdani woonachtig is, en vol', gens het getuigenis van bevoegde kunstregtersdezen tijd eer aandoet, is voornemens eene inteekening te openen, voor afgietfels in pleister, welkedooï hem zeiven op het orgineel afgegoten, en voor den prijs van dertig gul den, aan de inteekenaars afgeleverd zullen worden. Wij kunnen de bezigtr* ging en aankoop van dit kunstgewrocht den liefhebberen met volle ruimte aan. bevelen. ROrrERDAiVI den 16 maait. Wegens den geweldigen brand, die gis* teren avond hier gewoed heeft, kan men het volgende meiden: {Extract uit eenen bijzonderen brief. Tegen acht urén hóórden wij een geweldig geloop van menfeben en toen wij op de ftraat kwamen, zeide men, er was brand in de brouwerij; de lucht was reeds geheel 'vuur, en ik vloog naar de Leuvenhaven. Daar zag men, zonder vragen, dat het aan de overzijde was, en wel in het vlas-pak huis van den heer Efmónd, het uitte hart genaamd. De brand was pas be gonnen en verbeeld u reeds lloeg de vlam uit het dak, als uit eenen vuur- fpu wenden bergnaar boven. Het is de gr.lotfte brand 'dien wij, federc het afbranden van het pand aan het einde van de boomprjes., alwaar nu de barakken zijn, gehad hebben, en dit is vóór mijn tijd geweest. Het pakhuis en de zolders waren belegd met vlas, zaad en olie, alwaar de brand in begon; het naaste'huis was van Moor den blokmaker, hetwelk is opgevuld mecdi-oog hout, pik en teer; aan de andere zijde woonde een Engeifchc kunstenaar. Deze drie huizen'brandden ais eene hel aan de voorzijde, en we! van onder tot boven, en de vlamïloeg er ter hoogte van een huis bov'en 'uit'; de lucht was vervuld met zaad, dat als een vuur-regen nederviei, waarbij zich voegden brandende bundels vlas, hetgeen een verfchrikkelijk gezigt opleverde. Aan de dijkzijde brandde het even heftig, een pakhuis met turt en houtdat nevens 'het brandend erf Rond gaf daartoe niet weinig RoF. De brand heeft zich gelukkig bepaald tot die drie voorhuizen en even zoo veei achterhuizen, terwijl de genen die niet verbrand ziju, zwaar belchadigd zijn géwordén. De fchade is important; zoo als ik hoor zijn de panden wel verzekerd, doch niet de goéderen; dit is ook het gevai bij Moorwiens huis wel verze* kerd is, doch niet zijn blokmakers-winkel en goederen. Die menschen zateil gerust kaart te fpelen, terwijl hun huis bóven ben brandde, want nimmer isef een brand geweesc die zoo fpoedig toenam; het was in een oogenbiik alles ia vuur veranderd en heefc van 8 uren tot iii den morgen gebrand. Nog moe ten de fpuiten blijven werken, om dat de puin te zwaar fmeuic en er kelders met teer zijnwaar men voor vreest. De waarborg focieteit heeft ƒ40,000 öp hét huis van Eginohd. De goé deren van Egmónd waren oVivérzékerd." SCHEVENINGEN den 12 maait. Sedert dingsdag dén 5 dezer, vér- keerde deze ganfche gemeente in de angscv'alIigRe bèkommering. Meer dalt zestig onzer vischfctupen bevonden zich noordwaartswel twaalf of veèrtiea uren diep, in zeé, toen er een zóó hevige fto'rm opüak, dat lucfff eh water zich fcheneii te vC-reènigenom eene aigemeene Vernieling 'aan te rigten. Ijèl was niet mogelijk van 'flrand eèn half kwartier uürs ver in zëe te zien. Fol terende angst was op elks a'angezigt te lezen en dat deze vreei maar ai te zéér gegrond was, is bij de uitkomst gebleken, dewijl, in den volgenden nacbt, een onzer nieuwe fch'epén gevoerd door den oüdén braven fluurman Jan Baaky ouderling dezer gemeente, met man en muis vergaan is. Men oór- deele hoè treffend dit verlies ook voor den reeder moet ziju, daar dit, vahda hem toebehoorer.de drie vaartuigen, reeds het tweede is, hètweik hij lil déii tijd van Rechts ééne maand hééft zien verlóren gaan. Al de Ruurliedén en matrozen der overige vischfchepenvveike eerst eenige dagen daarna zijn cerUg gekomen, verklaren uit éénen mond dat zij nimmer oenen zoo vreesfeiykén en aanhoudenden Rorm hebben ondervonden, welks ijsfelijkheid door eene hoigaande en brulle'nde zèe, en eerë akëiigë ifwisfeting van felle Blikfemfchich- ten en zware donderflagen verdubbeld werd. Geen wonder, derhalvé, dat de meeste vaartuigen deerlijk geteisterd werdénzoo dat fommige hunne mas ten, andere hunne ankers en kbbelt verloren, de meeste' aan boegen of ftevêns vreesfetijk werden gehavend, en er geen ander middel tot lijfsbëbónd over* fchootdan redding in noodhavens te zoeken of door, naar het land té vlug ten, den dreigenden dóód te óntk'omen. Niet minder kommervol was mtui- fchen de toeiland van een aantal vrouwen en kinderen, welke in pijmgéncéti angst, de terugkomst van hunnè afwezige eebtgenooten of vadèrs verbèiddên, en aan die kwellende ongerustheid eerst den volgenden zondag een einde za gen toen eenige onzer vaartuigen, welke bereids verloren werden geatht uit zee aankwamen, en'men tekehs'met brieven van Texel, EgmöndRand voor c en andere plaatfen, hetbe'rigt ontving, dat eenige ónzer viSchfcbepeii'al daar met groot gevaar waren aangekomen. Boe 'ouuicfprekelijk en algeiheëTJ de blijdfehap hierover ook zijn 'moést werd dezelve echtêr niét weinig gétenü- perd door de bevestiging van het be'rigt wegens het vergaan van het bovfengë- noemde vischfcblp van fluurman Jan Baakwaardoor wederom vuf weduwen, alle moeders van hog jónge kinderen, in diepen rouw en jammervolle elfend% zijn gedoinpéld. Allertreurigst vooral ts bet lot van èene deZer weduwfcii, tfë dochter van den fluurman Jan Baakwelke niet alleen het verlies Van "hafë^ braven vader, inaar dat ook van haren cieugdzamën iiian.'beweent, dfe dèèèei* ge fleun Was van zijné hoogbejaarde moeder. Toen dëze oudé moederweN ke ook, niet lang geledenharen man verloren heeft, in hst huwelijk trad had zij zëivë drie broedersterwijl haar man vijf broeders bad. Deze ïCbt broeders, wélke allen Ruiirliéden of macrozen op visciii'chtijtèh waren, htbben ook de een na den anderen hunnen dood in de golven gevonden. Utre

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1822 | | pagina 1