middëlburgschè COüRANTi' ïliti No. 19. Dingsdag den 13 febrüarijV AT E U TV S T Y D I N G E N. Z E E TT D I N G E N. M E N G e'l/n G N. P L E N. T'ARSCFIOW den 19 januari}. Bij eene Bkafê van Z. M. don keizer, W onzen koningwordt eene ligting van 4000 conscritl in dit koning* rijk bevolen ter voltalligmaking van bet Poolfcbe leger. ZWITSERLAND. BERN den 31 januarii. In den nacht van den 20 op den *1 ia in, het dorp Obèrfcbau, in lic-t district Sargans, een brand uitgebarsten, die, door tenen hevigen wind voortgedreven, zoodanig de overhand bekomen beeft, dat geheel dat dorp, uit 130 hoizeti beftaaude, óp tlecbts 4 na, een prooi der vlammen geworden is. Vier perfonen, waar onder eene zwangere vrouw, die in eenen këldeT gevlugt waren, zijn daarin omgekomen, waarfchijnelijk dpor den damp gedikt.' En deze ellende is door de kwaadwilligheid van een perfoon veroorzaaktdie met opzet eene ledige fchuurnaast het huis van den fchoutin brand gedoken heeft, hetgeen ziilk een verlchrikkeiijk gevolg gehad heeft.' De fctjuldige is gevat en geketend naar Sargans gebragt. D UITSCHLAND. WEENEN den 28 januari}. In den Beehachter vindt men een ar tikel van Napels, gedagteekend den 16 januarijin hetwelk gezegd wordt dat de pu'oiieke geest in de provinciën gematigder begint te wordendocr. daarentegen, in Napels zelve, de ftoutheid der partijen deeds toeneemt. Den 15 zag men rondom het parlement een aantal Carbonariwelke de ge deputeerdendie naar de vergadering gingen, aanhielden en onder veie be dreigingen vorderden, dat de door den prinsregent nog niet goedgekeurde wijzigingen, inde Spaanfcbe conftittitie, dadelijk als wet zouden verklaard worden; dat men de forten, in plaats van aan de linietroepen, aan dé ustiö- rigle militie zoude toevertrouwen, en de koninklijke garde zonde afdanken. Tusfchen de foldaten en deze Carbonari zouden op de toten hevige twisten plaats gehad hebben. Het zelfde artikel verzekertdat Sicilien (leeds in een ftaat van beroering is, welke van Parlermo zelfs naar Mesfina en andere aanzienlijke Heden is overgeflageo. GROOT-BRITTANJE. LONDEN den 6 februari]. Alle de brieven, welke men uit het koning rijk Napels ontvangt, handelengelijk men verwachten kan, in het tegen woordig tijdsgewrichtöyer weinig anders dan llaats- en krijgszaken. Onder- ttisfchen verneemt men, uit fommige lierigten, dat de toten der bedolven Had Pompeji gedurig verder opgeruimd worden. De heer Williams, een rei ziger, die onlangs gemelde plaats bezocht heeltberigt dat bij, langs via uippiaaldaar binnen geraakte dcor eene uaauwe ftraat, tusfchen kleine graf tomben, zeer fraai bewerkt en voorzien met opfchriften, welker opfebrifcen- de namen der overledenen duidelijk en leesbaar vertoonden. Bij de poort was een fchildwachtshnisje waarin het geraamte van «énen foldaatmet eene lamp in de hand, gevonden werd. De toten zijn rer wederzijde bezet metopen- bare gebouwenvan welke de gefchilderde fieraden nog versch en onbelcha- digd zijn, Er werden ook vele koopmans-winkels ontdekt, zoo als van eenen bakker, eenen olieverkoopereenen ijzerkooper, een wijnhuis, met geld in de lade, en een chirurgijns-huis met chirurgicalc werktuigen. Ook een groote fchouwburg, een tempel der geregtigbeid een amphithester 220 voeten langverfebeidene tempels eene barrak voor fóMsteti, van welke de pilaren met hunne.namen en boertige uitdrukkingen bekrabbeld zijnalsook eene gevange nis,«waarin ook een geraamte gevonden is. De voornaamlte flraten zijn 16 voeten breed, de mindere 6 tot 10voeren. De Amerikaanfche dagbladen doelen eenige berigten uit Spaansch Ame rika mede houdende de bevestiging van de bemagtiging van St. Martha en van het fort Cenaga door de infurgenten. De generaal Morillo was na het kommando van het koninklijk leger aan den generaal Lntorre te hebben over gegeven, naar Porto Cabello vertrokken, alwaar hij zich aan boord van een fchooner die zijn naam voert, zal 'begeventen einde naar Spanje terug te keeren. Den 28 november, twee dagen 11a het (luiten van den wapenftilHand heeft hij den volgenden brief gefebreven: „Mijn waarde vriend Pino! Ik kom van St. Anna, alwaar ik, gisteren, een der aaojrenaamlte dagen van mijn leven, met den generaal B.divar en ver febeidene ofticiereto van zijn gevolg, welke mij vriendfchappelijk omhelsd hebben, doorgeliragt heb. Allen waren te vreden; wij hebben te zamel»het middagmaal gehouden»; de'geestdrift en broederfchap kon niet verder gaan. Bolivar is met zijne officieren aangekomen, vertrouwende op het gegeven woord vanweerkeerige vriendfchap. Gij,noch iemand, kundtu verbeelden, hoe belangrijk deze zamenkomst is geweestof welken trap van vriendfchap en harcel ij Kheid er geheerschc heelt. Wij waren allen in verrukking, geloo- vende, dat het een droom was, ons te zamen, als Spanjaarden, broeders en vrienden, vereenigd te zien. Bolivar was opgetogen van vreugde. Wij heb ben elkander duizendmaal omhelsd, en bedoren, ten einde de nagedachtenis van het begin onzer verzoening te beflendigeneen gedenkftuk op te rigten terplaatfe, alwaar wij elkander dpn eerden broeder-kr.s hebben gegeven." NEDERLANDEN. BRUSSEL den 9 februari}. Gister en heden heeft zich de Tweede Ka mer der Staten-Gcneraal in commïtté-generaa! vereenigdom discusfie te hou den over liet rapport der centrale fectie opzigtelijk het ontwerp van het Bur gerlijk Wetboek. Het is hier niet de zaak van het ontwerp zelf, hetwelk openlijk moet bedisensfieerd worden, en dat, vóór die discusfie, meer of min aanmerkelijke wijzingen kan ondergaan," zoo ais Z. M., naaf gelang van de obfervatien der 1 weedc 'Kamerzal noodig oordeelen, en welke niet dan na de fluiting der discusfieu op voormeld rapport kunnen bekend zijn. Welke ook het gevolg dezer deüberatïen in commicté-generaal zij zoo kan men hieruit niets anders dan eene voorioopige meerling der Kamer aflei den, welke niet definitief is. Het zoude dus geenszins naauwkeurïg zijn te zeggen, dat dit of dat artikel door de Kanier is verworpen; de Kamer ver werpt nietzij niaakc flechcs obfervatien over het ontwerp dat haar is onder worpen: deze obfervatien vervolgens aan den Koning medegedeeld zijnde, maakt Z. M. hiervanzoo als van alle andere ontwerpen van wetzoodanig gebruik als Hoogstdezelve noodig oordeelt en Helt een tweede ontwerp voor, •waarover alsdan de openbare discusfie wordt geopend, in welke de Kamer het ontwerp aanneemt, of Z. M. verzoekt hetzelve in nadere overweging te ne men. Olïchoon deze gewone loop genoegzaam bekend isis het raisfehien niet onbelangrijk dit punt eeuigzins nader op te helderen, daar men de pu blieke meening te dezen opzigte fchynt te willen tegen lire ven. GENT den 8 februari}. Een jonge Griek, inwoner van het oudeEpirus, welke, even als Anacharfis, reist om de volken te zieii en hunne inftellingen gade te Haan," kwam iu augustus 11. te Gent. Hy bezocht het nieuwe ge- bouw dér liniverficeicden plant-tn'm én alle de aan de fctiocfi? juitistft? j wetenfehappen en létteren gewijde inrigtiogen. Önderfcbeiden malen bei fchoowde hij de zalen der voorwerpen van nationale nijverheid. Tegenwoor dig bij de feesten ter eere der mtizrjk, fchilde'r- en graveerkunst, en bij de plegtige prijsnitdeelingengelóófde hij eene afbeelding van de oude feesten der fpeien van Griekenland te zien. Maar het was voornamelijk in dé zaal der voorwerpen van kunst dat hij eene groóte gevoeligheid blijken deed, in het ssnfchouwen van 22 fcbilderijenwaarvan de onderwerpen bit de my thologie'van Griekenland of deszelfs gefchiedenij waren ontleend; van ge-' denkpemiingenvöorflellende het meerendeel van deszelfs groote mannen; ëti de prachtige teekeningen vari den heer Suji, welke hem de grootheid én fet' óotiüeid der oude tempels én paleizen van zijn land hérinnerdeh. De terfigfeJa deenéie naar zijn ongelukkig vaderland, thans zuchtende onder de dwingelandij eenes pacha's zal hij daarmede zich kunnen troosten van de Grieltfche ktnsren te hebben zier, vereerd en gekweekt in een land endoor volken naauwefijlrsin naai» bij zijne voorouders bekend. Sedert eenë reis in ónze Noordelijke provinciën en in een gedeelte van Duit.schland gedaan hebbendeen op deszelfs terugrei» naar Parijs heeft hij een' brief aan een inwoner dezer (larf, welke hem het bezigtigen dezer voorwerpen gemakkelijk heeft gemaaktgefchrevenwaarin hij zich, onderanderen, düs over ons land uitdrukt: „Na mijn vertrek van Gént, zegt hij, alwaar ik de vereeniging van koris ten en nijverheid bewonderd heb, begaf ik mij naar Hofland, en verbleef aldaar eene geheele maand. Ik ben er hit verrtrokken opgetogen Van verwon dering over de groote gewrochten dier buitengewone natie waardig den'lof en de achting van ieder die in ftaat is om dezelve te waarderen. Deze féis in Holland heeft 'mij een groot denkbeeld doen krijgen van het riier.fchelijk vermogen, wanneer het zich in gunstige omftandighedén bevindt; ook hét» ik de wijsheid van tuv beduur bewonderdwaardig om in velerlei ópzi'gtetf door alle belthnafde volken te worden nagevolgd. Uit Hólland ben ik naat Duiischland gereisden heb CssfelGöttmgen, Bronswijk, Maagdenburg# Berlijn, Dresdeó, Leipzig, Frankfort en Mëiifz bezocht. Overal void ik dingen der opmerking en lof waardig. Maar mijrte bewdfidêriflg: blijft gevestigd op het koningrijk der Nederlanden en bijzonder op deszelfs delta, te weten, de ftreek tusfchen de Waal en YsTet, de twee voorname' takken des Rbijms." DORDRECHT den- 9 februari}. Oepasfeerden woensdag namiddag# om ft reeks, half 1 ure, Werd alhier, in de brouwer!) den Oranjeboom, op het alleronverwachtst een brand, ontdekt, die, bij het drónge weder en het buitengewone lage water in de havens, waarbij nog de aanmerkelijke afftand van dezelve kwam, in den beginne van de fchromelijkfte gevolgen dreigde te zullen worden, niet alleen voor die brouwerij maar voor het geheele blók huizen, in het midden waarvan zij zich bevir>dti Gelukkig -echter waren# in weinige oogenblikkenen febutterij en garnifoeirin.de wapenen, en van al le kanten eene menigte brandfpniten toegefnelden inmrwelijks floëgèn dë vlammen het dak uit, of reeds Waren er van de brandfpniten vijf aan den gang» Door de ver«enigde werking van dezen was men deD brand reeds omftreelrs'balf 3 ure geheel meester. Men kan niet genoeg de in dezen betooi den ijveé bélangftelling van militairen en burgers, kortom van alle (landen, roemen. Dé j brand is ontftaan in den Eest, door welk toeval is nret bekend. MIDDELBURG den 1» februari}. Den 1" december W. leg te St. Ên«» (latius Zr. Ms. brik MERKUUR kapitein de Qvartel. De Haf éa equipagie wareu in goeden ftaat van gezondheid.- VlKWAAl ECNF.R BEKLIMMING VAN DEN BEll« S O E H- - BINO, GELEGEN IN DE R t tl DE N T I E Getrokken uit de Bataviafche Courant %an den 8 juli} 1820. (J'evolg en Slot.') Na omtrent honderd roeden, door klippen te gijn vóortgekrópehonder klagten over de moeijelijkheid om voort te komenvertoonde zich Jonver- wachtst eene vlakte'tusfchen fteile rotftn.öhbelchrijfélijk woest door elkander gelegen en opeengeflapeld. Het Was toen juist middag. Die vlakte, naar gisfing 150 roeden in het vierkant, werd dóór de InlanA ders genaamd Segoco Wedie (Zandzee), nir hoofde van het zand derzelve* gelijk aan het zand dat aan de ftranden gevonden wordt, doch welke grondt ons toel'cheen, uit verbrande, endoorden tijd vergane rotfen, zwavel ei» zand te zatnen gefteld te zijn. Aan den zuidkant van die vlakte was htft zdftif met regenwater bedektcirca ter diepte van twee voetenwelk watet vdo de klippen afvloeit eu zich aldaar verzameld hebbende; Wij geene opwefling kunnen ontdekken. Evengemelde vlakte, bleek duidelijk te Zijn eeö kri- ter, terwijl te gelijker tijd de reeds gevorderde vegetatie beweesdat dezelve bereids vele jaren geleden had uitgebrandhooge rotfen omringden dezelve op verfebeidene plaatfen, geheel overhangende naar de binnenzijde4 waaron der wij eeuigzins angstvallig doorgingen. De akelige woestheid dié het geheel vertoondewas ten niterfte ontzagvérwekkendeen Iaat zich niet ligt be- fchrijven. Bij het afklimmen der klippen, die de gezegde vlakte aan de noordzijde omringen, hadden wij aan de overzijde der rotfen» welke aan de zuidzijde de Segord-weöie beperktenrook ontdektdie dan met meerdere dan met mindere kracht in de hoogte (leegwij haastten ons derhalve .itn die plaats te bereiken, en klouterden. tot dat einde ongeveer 100 voeten oVef fteile rotfen aan den zuidkant van de Segoco-wedieop het hoógfte gedeelte van dezelve gekomen zijnde, ontdekten wij eene even groote vlakte, ech.tef verfchiilende van de vorige. Hier was 'net, dat wij eene kille huivering ge voelden hoe nietig gevoelden wij ons, temidden dezer puiuhoopen, Welke wij hoewel in eene geringe matenog werkzaam vonden. Aan den oost kant van den krater (leeg, op bonderde plaatfen, zwaveldamp omboog, ter wijl aan den westkant van denzeiven, en eenige voeten hooger in de rotfen eene opening gevonden werd van circa twee voeten diamecér, vol water, docfif" zoodanig woedend kokendedat deszelfs kracht het ménfchelijk befef te Bo ven gaat. Het klotfen van het waterdoor het hevige onderaardsch Ftfnc veroorzaakt, deed den grond, zelfs in den afgelegenften hoek van denfcfSter# dreunen. Dc gevaarvolle pofitie, waarin wij ons bij dien verfchrïkkelijken uit de natuur gevorinden ketel, bevonden, door bet geweldig febudden» én het inftorten van een gedeelte van den grond waarop vijf perfonen van out gez«!fchap zich onvoorzrgtelijk begeven hadden, belette ons om de Mtce Van het daarin kokend water door den thermometer te bepalen J op veffCBeiderift plaatfen in de vlakte borrelde mede kokend fijykschtig water filet veel geweld

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1821 | | pagina 1