s- -■SS Sl ÏY5 "No. 9 Middelburg sc he C ft A N t. -J^T <-*» 2£ g DONDERDAG DEN JANUARY- g o M s c£ g g g s - - g» ë'3 4J R CS -o kCs ÉL p w> XjJ q> N PORTUGAL. LISSABON den 6 December. De Franfche Ex- Prefident cTEntrecasteauxoverreed van Zyne Echtgenoote vermóórd te hebben biyftnog altoos in de Gevangenis üpgeflöoten. Hy heeft aan de Ko ningin een Request overgelevertvan den volgenden inhoud: Aan Haare zeer Getrouwe Majefteit-. Uwe Majefteit ziet dan deszelfs voeten een Mis dadiger, die van Haare Rechtvaardigheid een ftraf ver zoekt, welke hem tot een gunst zal verftrekken: Het is al bevende, dat hy zyne klagende Stem tot Haare Majefteit durft verheffenzyn misdaad zou hem dit onwaardig makenzo de overmaat van zyne knagin gen de onwaardigheidom zo te fpreeken niet uit wisten: Deze eenige opmerking, doet hem verftou- ten om Haar Majefteit om een Dood te fmeekendie hem ft rattende over zyne misdadeneen einde maakt aan de wroegingn van zyn geweten. Ik ben dezelve Fratifchmandie in Uwe Staaten gekomen is, onder de vefdigte naam van Ridder Baar alen op uw be vel gearrefteerd is. Ik zal voor Uwe Majefteit niets verbergen. In tegendeelom de gratie welke ik van haar verzoekte erlangenzal ik alles met de minfte daar by gepaard gaande omftandigheid bekennen. Ik hêet Bruuzi (TEtttrecasJleauxvan een Ede! Gefiacht Uit Provence, gebooren met een Edele Ziel, gefebapen voor de deugd; maar te driftig heb ik my aan een Mooid fchuldig gemaakt." Vervoerd door eene driftige hartstogt, en mis- fchien (kan ik 'er byvoegen) door een eerlyk denk beeld welke ik tot het uitterfte gebragt hebheb ik my fchuldig gemaakt, op dat oogenblikdat ik meen de deugdzaam te zyn. Terzelver tyddat ik fchaam- rood voor Uwe Majefteit, zo een onaangénaamen be kentenis doe vermeerderen myne. inwendige knagin gen de wonden vau myn hart openen zich en wor den wreeder; ik weet weldat dit geen ftraf isge- ëvenredigt aan de grootheid van myn misdaad; al het geen ik vraag, is 0111'er ecnete verkrygen, die dezel ve kunnen doen vernietigen." Myn Vader en bloeder deeden nly trouwen Wanneer ik nog zeer jong was, en naauwlyks 18 Jaa- ren had. bereikt. Ik deed één Van deze voordeelige partyenwelke de Ouders altoos blindeling uitkie zen zonder voor af te overwegen of niet een natuur- lyke afkeer tusfehen die Perfoonen welke zig voor altoos moeten verbinden, heerseht. Een andere Re den deed haar beflniten om het Huwelyk te doen voltrekken, welk was (gelyk zy zeiden) om my te hewaren voor de driften myner Jeugd. Maarjzy bedag- ten nietdat de myne nog niet omwikkeld warenook dienden haare maatregelen meer, om dezelve voordien tyd opgefloten te houdendan ora my daar voor te bewaaren. Zo veel te ftérker zy befloten waren zo vee! te grooter was ook haare uitbarfting; en de ge volgen te ongelukkiger. Het oogenblik Verfcheen welhaastdat de fturkfte hartstocht geboren wierd. Een verlokkend voorwerp deed my vergeeten, het geen ik myn wederhelft verfchuldigt was. Deze nieuwe vlam vermeesterde een gevoelig en ongeoeffgnd hart, en maakte in hetzelve de wreedfte voortgang. Het geen my die vlam opgaf, fchcen my toe in ftaat, oin dezelve te Rechtvaardigen, zy kon niet langerte- genftand bieden jaan de drilt, met weitóe ik myne ge voelens uitdrukte. Het vuur welke my inwendig ver teerde liet niet natot myn Hart doortedringen en dat ogenblik was het tydftip van alle haare ongelukken en by gevolg ook van de mynen. Een. zo fterke drift, gevoed door een vierjaarige verkpering en ge meenzaamheid, was tot het hoogfte toppunt geklom men, wanneer de Familie de Perfoo'u o»tdektewelke het voorwerp was. Dit ongeluk ftelde myne bemin de, in het geval, om de Hoop te verliezen van dat geluk waarop zy altoos gefteunt had en zag zig op het punt van haare goede naam te verliezendoor het gerucht, dat zodanige eene gebeurtenis zoude xnnnen doen gebooren worden. In de wanhoop van haar tot een zodanige wraede omftandigheid gebragt to hebben, en dezelve niet kunnende veranderen, "-vilde ik in haar ongeluk deelen* Ik deed haar een f- p.< fcyfj G *7 0 -r; J- M <u 'V) Q *£h es a 'C 'S *N »- o 3 >- 0 e Qj T3 CQ o o $-» CS rA CM u CU r~, o b.Q^ bX) CJ >4 "O O "es C 2 rx CJ P-4 G .0 CU <u o> u g O c CJ U, JZ oj i Cxi ex ctf ;j ,3 W 1*1 c N voorftel, om met my de vlucht te nemen 1 deze party fcheen my zo veel te geniakkeiyker, daar ik tpt die g Jaaren gekomen was, om over myne Goederen be- S ftelling te kunnen maken, en ik zou geihakkelykeen aanmerkelyke fomme gelds by een gevonden hebben, 5 g tot ons beider onderhoud, in een afgelegen hoek van g de Aarde, welke tvy tot onze Wykplaats zoude uitge- §U> koozen hebben; maar deze Edele Ziel, welke zich voor my verlooren heeftwilde nietdat ik myvoor 5 a haar, geheel zou'verderven. Niettegenftaande myne s S b "S S ui T" «1 O LJ ei <u O -O Cd M w w ja traaneii en fmeekingén, bleef zy onbuigzaam; haare g g3 2-S LO weigeringen deed my haar nog meer bewonderen en S tot wanhoop overflaan. Ik zag geen middel voor g"25 S q haar ongeluk, dan dat, welke ik zoude hebben kun 8 g ei 23 nen in het werk ftellenindien ik niet getróuwt was. 0 Dit denkbeeld was oorzaak van myne ruïne. De uit- a cd Be-' y W pq 1 bende van te kiezen, tusfehen de eer van het voorwerp E S E welke ik aanbad, en het leven van Haar welke my V3 ~9 0> ro "O G a> O y Tj X Q zinnigheid my tot de noodzakelykheid gebragt heb- 3 g 5 pq cd t 1 r. 11 1B. G UJ W ,s< G G 5 g a>i tot gezeldlchap gegeeven was de wanhoop ver- o «j.~ -o meesterde myn hartmyn hoofd liep omen myn 0 <u 2'sS hand wierd misdaadig. Ach! de kragten ontbreeken j. 5 x O my op de herdeuking van deze wreedheid het welke g o a -T-_ TT-. 2 J.1J - 1. «.„4. fl» O M myn Ziel van een rukt. Het is nodigdat ik tot g N q myne fchaamte hier nog byvoeg, als mede om aan de ë§.S§^tJS£c<^ - a waarheid het nodig gezag te geven, welke zyeischt, dat ik alleen, die onmenfehelyke daad gepleegt heb, c - ik ben 'er niet toe gebragt doof Haar, voor Welkers 5 gi§,S liefde ik die daad gedaan heb, haare zuivere Ziel c v zoude my 'er van afgeraaden hebbenindien zy ge- >,-a looft had, dat ik Hjp aati een zodanig voornemen had g S (j knnnen fchuldig maken." e Zie daar de misdaad, welke ik voor Haare Ma- jefteit beken ik verzoek ftraf vöor my zelve, Zy zal aan haare Regtvaafdigheid voldoenniet my te ftraf- fen, en ik zal haar goedheid danken, welken my zal Bevryden van de kwellingen myns gewetens. Zo dra. o "^F-I o a fe a C DOES-n cd 0 jp 1 Q CQ 21 H™! (*0 ft ik de misdaad gedaan had; gevoelde ik aanftönds de^ - o. opwellingen van myn geweeten zonder te denken Jj H o 5 wat te doen. Myne Familie, ondertusfehen vrezen- «-1- 2 iï c de voor de fchande welke de ftraffe vergezellen die 2 5 S3 ik maar al te wel verdiend haddeed my vertrekken: c "S *.2ï'3'^j3 Ik nam de vluchtzonder te weten waar ik een zd| o "5,^ 'Ti L; ftraf baar leven moest gaan eindigen. Naauwslyks kon myn geest haare kragten weeer krygenof zy gebruik- g f-, jj te alle dezelve, om zich zelve te plagen: Iedere dag g S g a ^"g vernieuwde het Beeltenis van de verfchikkelykfte vroe- -n gingen. De rust welke zoratyds op die ongerustighe- c5 c S u den volgde, deed my andere moeijelykhedén onder- E l'sfi vinden. Myne pasfie was niet geheel door de mis- o-^ g 2 1 '3 S daad uitgedooftzy fcheen nieuwe kragten verkree- - gen te hebben en vervulde de ruimte vau myn wan- mS S viéi g hoop. .^j fl, c S jj o In deze wreede omftandigheid, wierd ik zelve -ë f_ dikwyls aangefpoordom de handen aan my zelve ,te w flaan; maar zal Uwe Majefteit wel willen gelooven? SS^&g§><;.St§ Zy kan hier uit opmaken van de hevigheid myner uit- zinnigheid. De liefde welke my fchuldig gemaakt had, g |>'§3n<sS I a* welke myne fmerten nog meer verdubbeldewas de q c dp'o -g* eem'ge oorzaak die my verhinderde, om een einde aan -c 5 O Pi H myn leven te maken. De Hoop om haar nog eens Ê- Q weder te zien verdoofde myne kwellingen niet, op 'g f_ 5 dien tyd dat ik 'er alle fmerten van ondervond. In? tl 5 8 deze omftandigheid kwam ik in de Staaten van Uwe 2> g - Majefteit, alwaar ik op haare ordere gevangen geno- men de oorzaak van royie detenfie niet kan verber- <u k.s^'2 h S gen. Ik zie my hier berooft van de eenige hoop, f"S E5— welke my onderfteunde, en daar in voor my niet an- J2 J; J n ders over, als myne wroegingen en wanhoop. De Ju- -- w u a f-T ga g ftitie van Franbyk vraagt myn Perfoonmyn Familie jÜ g erf <o heeft crediet genoeg gehad op te bewerken dat ik -5 tot een eeuwige gevangenis veroordeeld jjen. Myii J X 2 geest kan geen van deze denkbeelden verdragen. Het a c m ix n C3 y m rtV O is zeker den dood niet; welke iktvrees; van Uwe Majefteit als een gunst verzoeke. tot een eeuwige gevangenis veroordeeld jjen. Myn 2 £<323 is zeker den dood niet; welke iktvrees; en die ik h f' 'Z "3 s Maar het -- =J p g g 2; S geen ik niet kan verdragenis de fchande, welke ik v.'£ g g g verwagt by myn terugkomst in myn Vaderland welke u alle myne voetftappen verzeld, en die de laatfteogen- g >3 blikken van myn leven zal verbitteren. Ach indien 2 'u ik Sterven moetdat dit niet zy in myn Vaderland. Het tweede gezicht van hetzelve vertoond my nog S. <4» <U P5 6^0 S 2

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1785 | | pagina 1