mm-
No. 145.
MIDDELBURGSE
Donderdag»,
Ao. 17 66.
mm COURANT.
den 4. December.
POOLSCH-PRUISSEN.
Dantzig, den 18. November. Een Reizende Perfoon,
zeer ordentelyk gekleed, wierddezer dagen by Sta-
wis6. Mylen van hier afleggende, dood zynde in het
Water gevonden. Men zegd datbyindedaar-omBreeks
gelegene Huizen aan de Bewoonders zoude geopen
baard hebben, dat hy van een deftige Familie in Konings
bergen was, en zig gedwongen had bevonden, ter ver-
zetting zyocr gedachten een Reizeteonderneemen j we-
gens een Huwelyk het geen zyn Vaderniet wildetoeftaan:
volgens hun zeggen heeft hy een Goud-Horologie en een
aanzienelyke Beurs met Ducaaten by hem gehad; dog
geen van beiden isna dat by uit het Water was gehaald,
by hem gevonden. Dewyi men tegen den Heiduit des
Schoonzoons van den Landricbter Pawlowskyuit Mo-
kredewelke voorgegeeven heeft gezien te hebbendat
gemelde Perfoon zig zelfs heeft verdronken eenigen erg-
waan heeft opgevat, (nadien men aan bet verdronken Lyk
heeft gezien dat deszelfs eene oog byna geheel uit het
hoofd is geflagen waar uit opgemaakt word dat hy ge
wddigerwys om het Leven is gebragtis gemelde Hei-
duk m. hechtenis genomen: alhoewel men vastftelddat
niet de Heiöuk, maar andere Booswichten dien Ongeluk-
k'.gen vermooid hebben; het welk den tyd zal moeten 0-
jjenbaaren.
Z W E E D E N.
Stokiiölm s den ij. November. Hunne Majefteifen en
de ganfchojKooinglyke Familie, behalvensde Kroonprins,
ü\e zig wat onpasfeiyk bevond, verlcheenen gisteren in
de Franfche Comoedie; en aan Traande Week zal gratis oen
Speftacul voor de Burgery gegeeven worden. Alle de
plechtigheden ter gelegenheid van het voltrokkeo Hooge
Huwelyk zyn wel afgelopenhebbende alleen een Arbei
der by het losfen van een Canon zyn Leven verloorenaan
welks nagelatene Weduwe Hunne MajeBeiten een Jaar-
lyks Penlioen van 600. Daalders Kopermunt ingewilligd
hebben. Haar Koninglyke Hoogheid de Kroonprinces
fc.iynd ecnigzins zwaarmoedig te zyn konaende zig niet
bedwingen baar zomtyds eenige traanen te laaten ont
glippen, zelf onder het grootst vermaak dat men Haar Hoog
heid aandoet om Hoogstdezelve te diverteeren. Eenige
dagen geleden kwam alhier de Graaft» Hardis rug,
die by occafie van de Beroeringen in het Jaar 1756. uit
dit Koningrylc zig had geretireerd. Zyn Majt. heeft ba
lloten door de gewoone Rechtbanken de Vrydenkery in
dit Koningryk op het alleremfligfle te doen beteugelen
op dat die niet verder onderhet Volk zig verfpreide en door
de ontflaking der nauwfle en (lerkBe banden van'' het Ge
moed de aller verderffelykfle gevolgen mogt[na zigfleepen
maar in tegendeel de Leere des Euangeliums in haaren
vollen luister blyve.
V R A N K R Y K-
Vërsailles, den 21. November. De Raad der Depe-
ches alhier in de zaak van den Heer de la Cbalotais, op
een 15, dezer gehouden is toen zonder tot een befluit te
kunnen komen gefcheideo gelyk mede op den 17.daar
aan niets uitgevoerd is alhoewel de By-een-komst tot op
den avond ten 11. uuren duurde: morgen zal, zoo men
zegt, die gewichtige Zaak uitgewezen worden. Voorle-
den Dingsdag vertrok de Koning na Bellevuëvan waar
Zyn Majt. morgen alhier terug word verwacht. Mada
me de Dauphins zig t'zederd eenigen tyd onpasfeiyk heb
bende bevonden is nu wederom volkomen tot voorige
gezondheid herfteld. Volgens de Brieven van Smirna is
het Koninglyke Esquadere, onder het bevel van den Prins
Ltflenois lieaufremont fiaande, op die Rheede gearri
veerd: bet zelve beBaatin 2.0orlog-Schepen; namentlyk:
l» Proteiïorvan 74. Stukken Canon en 500. Mannen.'
en l'bittervan 64. Stukken Canon en 430. Mannen
gelyk mede de Fregatten le Sultane en la Cbimereieder
van 26. Stukken en 220. Koppen.
Parys, den 24. November. Door Rrieven van Algiers
hébben wy Bericht on'fangen, dat aldaar op den 29. Sep-
teniber laatstleden met een Galiioot van die Regeering
aangekomen zyn éen Matrooseen Cajuitwachter,een
Oplooperot Halfnat je, en een Pasfagierfter, welke aan Boord
van het Fregat la Modefte geweest zynhet welk laatst
leden door een droevie ongeluk, het geen wy voor dezen
hebben gemeld (zie bier var de Middelburgfe Couranten
Ne. 133. onder de NsDL&i.\}iosx,enNo. 135, onderVrank-
rtc:) in de Midde!andfcheZ:e is vergaan. Het verhaal»
bet welk zy van de omflandigheden van het vefbraoden
dier Fregat hebben gedaan word met de Vcrklaaring van
denCapttein Gayet over-een-ftemmend bevonden, Gemelda
4. Lieden zyn mede door een buitengemeen en onver
wacht geluk een voor hunne oogen Baande zekeren dood
ontkomen. „tVanneer net Scheepsvolk van het Fregat
zag dat het onmoglyk was den voortgaBg der Vlammen
n te Beuiten hebbende alreeds een gedeelte van het Schip
verteerd verkoos men, ter redding van het Volk, do
Cano's in Zee te laaten dog de groote menigte, welke
met verhaasting daar in fprongen deed dezelve aanBonds
n na de grond zinken., De Groote Mast en die van de
Boegfpriet zynde van onderen afgebrand vielen in
Zee en dienden VDordie, welke dezelve konden bykomen
n en zig daar aan vastbinden voor een toevlucht: Onder-
tusfehen du de Capüein met 34. Menfchen van het
n Scheepsvolk zig op de Groote Mast wierpen, bonden
n zig 15. andere, onder welker getal de 3. gemelde Zee
rs luiden en de PasfagierBer was, die in Hlgiers zynaan-
11 gekomen, aan de Mast van de Boegfpriet, waar meds
zy 6. dagen lang zonder Kleederen nog Spyze in Zee
n dreven, geen ander onderhoud hebbende als hun eigen
Water met Zee-water gemengd te drinken; 10. dezer
Ongelukkigen fneuvelden een na den anderen. Opden
Oden dag ontdekten dedien ysfelyken ftaat doorgeBaa-
ne 5. Zielen een Aleierfe Galiioot, die op hen afkwam,
ceemende deRays an dezelve ze met de groorBe gene-
genbeid aan zyn jioord. Gemelde Rays van hen ver-
n nomen hebbende dat 'er mlsfchien noe andere in het
leven mogten worden gevonden, op de Groote Mast
ofde andere Wrakken van het Schip, benaarBigde zig al-
le de ft, eeken aldaar we! twee Mylen verte doorkruisten:
u hy vond wel de Mast, maar geen levende Ziel meer
daar op, en betuigde een groot leedwezendat hyniet
het geheele Scheepsvolk had kunnen redden. Ongeacht
alle de zorgwelke hy v oor de 5. opgenomene Zielen
droegis een derzelver op den tweeden dag van hun-
ne redding geftorven: De overigs 4. te Algiers aan-
gekomen zynde vvierden door den Rays aan den Dey
n geprefenteerd die ze ten eerften naden FranfchenCon-
ful zond aan wien zy een Verflag van hun geval de-
den; waar van de Conful aanBonds een Proces-Verbaal
deed opBeilen en in de Cancellarie van het Confulaat
in bewaaring leggen; zendende 'seffens een Cnpie van
het zelve na het Hof, en een tweede na de Schepe-
nen en Gedeputeerde van de Commercie te Marfeille.
Het zelve iszeer droevig om teaanhooren opgeBeld." Men
zegd dat de Matroos en 't Haifnatje buiten gevaar zyn
dog de Cajuitwachter en de PasfagierBer zyn in een
wanhoopigen Baat. 't Gemelde Vrouwsperfoon is van
Marfeilleen ging mede om zig na haar Man te be-
geeven, diezigaan die Caap had ter neder gezetzy had
een Dochter van 16. Jaaren mede genomendie waar-
fcbynelyk ondor bet getal der verongelukten is.
Vervolg van de Memorie, door den Hr. de Cafone,
wegens de Zaaken van d' Hrde la Ghalotais, aan
den Koninggeprejenteerd.
Hy fcheen my aldaar teêrhartig toe; hy deedmy veel
vraagen en voorftellingen betrekkeiyk zyn Proces
n waar op het my met geoorloofd was hem na de fmaafc
zyner begceitens te voldoen; hy beklaagdezig daar over.
Ik bad hem met alle zachtzinnigheid, welke de zedigheid
kan inboezemen, teoverweegen hetgeen myn gefleld-
heid cn plicht van my eifebtendit woord van plicht
mishaagde hem gelyk mede de achterhoudendheid
welke ik in zommige myner antwoorden liet blyken.
Voor het overige bood ik hem tnyne dien Ben aan inal-
les het geen in myn magt was; lk vernam van hem,
wat zaaken by begeerde hy gaf my een aantekenit g
daar vandiegyin myn bywezen opBelde; hy voegde
'er eeo gefchnrt by waar by hy wegens zyne gezond-
heid confulteerde1, het welk hy my bad, om aan zyn
Geneesheer ter hand te doen Bellen hy verzocht van
my de gunst, zynen Zoon te bezoeken, en bad my
om hem menig'iuidiger te willen komen zien, zeggende
tot myhy hoopte, dat ik hem dezen troost niet wei
geren zoude.
Ik bewiiliade alles; ik volbragt zyn lasr, en ik ging
den Heer de Caradeuc bezoekendien ik geheel niet
n kende, Ik vend hem zeer ter neêr gcflagen; ik Belde
-<