No. i3£. MIDDELBURGSE Dingsdag, Ao. 1766. COURANT. den n. November. A S I A, Smirna, den 16. September. In deze Stad blyvcn wy iot nog toe gelukkig van de Pest bevryd: en alhoe wel wy t'zederd eenigen tyd verfcheidene Aardbeevjngen alhier gevoeld bebbqn, zyn dezelve nogtans zoo licht ge weest, dar geen de min fle fchaJe door dezelve zyn veroor zaakt. Oog onder de Aga's op het Land hier omheen zyn groote verwydermgen ontftaanwaar door de Koop handel alhier zeer is geftremd geworden, dewyl 'er we- g ns gemelde onlusten geene Caravannes kunnen aankoo- m i) nog afgaan; weshalven alles genoegzaam ftil ftaat. Veifcheidene Schepen van onderfcheidene Natiën léggen alhier ia laading. Z W E E D E N. Stokholm den 21. O&oier. Men ziet n u dagelyks ver fcheidene Leden der Stenden van hier vertrekken. Dedag van de aanftaande Ryksdag op den 5. OQober 1770. vast- geftsld zyndezyn de Loonwedden op den volgenden voet bepaald, dat de Taalman der Boeren-Stand, bene vens hun Secretaris; de Burgemeester Sebaldf&s Spreker der Burger-Si anden de Aans-Bisfchop, van wegens de Geeste- lykheid, ieder ao,000.Silver-Daalders zullen trekken: dog de toeleg aan den Marchal is nog niet bekend. Tegens dep 28. dezer word de Kroonprins met Deszelfs Gema lin op het Paleis Carlsberg te gemoet gezien om aldaar te overnachten, en vervolgens na Drotningbolm byHun- ne, Majefteiren zig te begeeven, om aldaar eenige dagen zig op te oouden eer dat Hoogstdezelve hunne plechtige Intrede m deze Hoofd had doen. De Graaft» P-oblen, ge wezen Mimfter dezer Kroon aan bet Koainglyk Pruisfifcb Hof, en onlangs van Berlin,herwaarts te rug omboden, is, zoo men verftaat, in Zyn Pruisfifcbe Majt.Dienstge treden, en heeft de Charge van Colouel verkreegen.- V R A N K R Y K. Parts, den 30. OSieber. Men ziet alhier een Arrest van den Raad van Staat, waar door een by de Vacantie Kamer des Parlemen.ts van Normandie .op den 15. dezer gegeeven Arrest, als onbehoorlyk en ftrydig niet het Gezag van den Koning geannulleerd en gecasfeerd word Vervolg vau het Verbaal van den Capitein van bet Fregat la Modefte van Marjeillé. Men opende alstoen een gedeelte der Luikenom van alle kanten met meerder menigte het water op de Kiel te doen loopen dog alle onze pogingen waren te vergeefschhet vuur van den Hemel verteerde ons - de fqhrik eener' laatfte nacht, uit wanhoop en yslykheid van die foort van dood weike wy voor oogen zagen verdubbelde door de flikkering der vlammen, welke ons van allen zydeo befprotigen. Het vuur greep om zig en vatte de Sloep, die wy nog overgehouden hadden m en benam ojjs. daar door onze eenige en laatfte toevlucht; k °P dat gezicht wierd de bedrukte verflagenheid met de geweldigfte ontfleltenis vereenigd. De voortgang van den brand wierd felder, eu de groote Maft, ten halven door gebrand, ontlofte zig en viel, vermorfelende het k achterdeel van het Fregat. De Treurige overfchot van ft het Scheepsvolk en Pasfagiersfloten zig te zameD droo- w gen op elkander en redden hen al beevende óp het ,v.°°r P van deze 'aatfte en eenigfte wykplaats hief men de Armen omhoog na Landwaarts, het geen 'er niet veraf gelegen was; dog de Wind vanbetLand Zeewaarts waaiende dreef ons te rug, en liet ons niet toe om aan te leggen. 'Er was geen tyd van zig te kunnen beraaden ,men moeitdoor bet vuur omkomen of zig in de Zee werpen met 'een flaauwe hoop van zig by geluk door eenige ftukken van het Fregat te redden. Tusfchen 12. en 1. uuren te middernacht vatte de v'am het Voor-kaftee), en dreef ods daar van daan. m Men riep: Red u, Capitein, terwyl gy mg tydbebt! wy zagen, romdom ons, en vermaanden elkander m om den een den ander te onderfteunen en elkander te m helpen; wy klommen van het een touwerk na het an- w der,, oasvaa, het.Element des Vuurs niet verwyderende, r als om het ander Element te naderen, het welk ons in- zwelgen.zoude: wy kwamen op bet Rondeel van de w groote Mast,, die als nog aaQ Mars-mast en de groo- te Steng, met het Wand, de Raas en de Zeilen vast zynde, een ruimte uitleverden, die groot genoeg was om ons a'Ie te bevatten als op een Vlot. M SaturJag, den 20. dito, dedag ophelderende, telde ik 35. Zielen ik mede daar onder gerekend en inde* ze verfchrikkelyke naarheid van ftaathet geen vier da- gen lang duurde, heeft de Hemeldien ikonophoudelyk fmeekte, onze ip. daar van behouden: de Kinders en Scheeps-Jongenszyn het allereerst bezweekende zwak- fte volgden allengskens en vielen d' een naden anderen# uit ons gezicht raakende, het geen ons aankondigde, dat wy ben welhatstzouden volgen: wy verwachteden niet anders als dat laatfteoogenbltk, en ziende het einda van dien eerften dagde allerlangfte en droevigfte voor ons, vleiden wy ons niet den Storm eener nacht ,die veel langer en ocdraaglyker waste doorftaan. Ik hoorde de ongelukkigewelker Geest door ylhoofdigheid uit de Koorts ontftaande verwafd was roy vraagen, wie van ons moet het eerst gekeeld wordenom aan onze me degezellen ten voedzel te dienen Een ander vraagde my met koelen moede om geldonv lyftocht en Brood te gaan koopen. Die afgemat of verkleund waren, zig van de Mast losmaakende, maakten aan ons door het geraas-van hun val hunne dood bekend: want zy kon- den 'er niet afvallen zonder geweldig den dryvenden Mast te beweegen die zig omwentelende ons alle. brak water deed inzwelgen. Ik vermaande en bemoedigde die geene, welke nog gelyk ik hun verftand behouden hadden.; dog myne ftem, die ik nog niet wederom heb, wierd met myne krachten te gelyk verdoofd. De He mel had ons voorheteerst begunftigcimeteen ftilte, de- welke ons zachtjes tuslchen leven en dood deed dryven, en wy hebben gtduürende twee nachten de vlammen der in de Brand gevloogea Fregat gezien; entoen hetCa- non verhit wierd, moesten wy de laag van ons eigeuGe- fchut nog doorftaan. Wy hebben nietcie minfte tyding van onze Roey-Schuttenen geen teefcen van leeven nog van wegen die zig daar in /ngefchevpt hebben, nog van de andere die zig óp de Wrakken van het Schip heb ben kunnen redden: aangaande de onze, ik meen die met my waren, daarjvan heb ik 17. zien fiieuveleu. Elndelyk op Dingsdag den 23. September, zommige onzer Matroozen in den nacht onder begunfliging van de Maanefchyn, een klein Vaartuig ontdekt hebbende, het welk toen in het ruirfieSopZeilende ons niet vernomen had hadden te vergeefsch gepoogd om te roepen ten einde zy gehoord mogten wo.den dog hun ftem was te flauw om gehoord te kunnen worden: Tweeon- zer Matroozen zig manmoedig van de Mast losgemaakt hebbendeom te poogen het Vaartuig met zwemmen te bereiken, dog geen ftaat kunnendemaaken op de wei- nige krachten, weike hen overgefchooten waren, bedien- den zig van de Bramfteng om daar op te Heggen en hunne handen voor Roeifpaanen, bereikten geluk- kig het Engelfcb Schip, en hadden het gelukMenfchen te ontmoeten ,die zig altoos benaarftigen huns gelyken n by te ftaan. De Capitein Thomas Hubbert, die het bs* vel op dat. Vaartuig voerdedeed vliegends zyn Boot uitzetten en.'s morgens ten 3. uuren zynde byua regt overdeCaap deMoulin, of 7. Mylen in Zee, wierd ik aan Boord van de Engeifche Snauw met alle mogelyke vriehdelykheid ontfangen. Wy waren alle by den ander gerekend ty. Zielen; en de Capitein gaf my ten eerften een glas Wy nom my te verwarmen; dog, dewyl ik een zeere Keel had kon- de ik niet als maar weinige druppelen van dezelve in- n zwelgenhet zelfde Glas wierd toen aan den Heer Fan- quettgeen Jong, dapper en fterke Jongman en Zoon van den Griffier de Brutaangebooden, die bet zelvo aan zyn mond brengende fcheen door een foort vatl - Stuiptrekkingovarvaliente wprden., fluitende zyn mond verbryzelde hy het gips met zyne tanden en viel dood voor onze voeten neder. NB. „Het Engelsch Vaartuig is genaamd the William andjemy, waardoor wy met ons 18. Zielen behouden alhier in MarUtue op den 30. September aangekomen zyndog ik ben nog zeer Ziek: en volgens een Brief van Genud is aldaar een Hollandsch Schip aangekomen mei 18. Mannen onzer Equipagie aan zyu Boord." GROOT-BTUTANNIEN. London den 31OdloberDe Koning den Colonel Guy Carleton10 de plaats van den geavanceerdeu Generaal- Major Bartontot Brigadier-Generaal van 's Koningg Troupeo ia America benoemd hebbende, ftaat zig eerst.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1766 | | pagina 1