No. 62. MIDDELBURGSE Donderdag, Ao. 1764; COÜRAN T: den 24. Mey. I T A L I E N. Genua den 30* jdprfl. Geen ongeluk of druk gaat ongepaart.. Dé waarheid van dit algemeen fpreek- woord moet onze Republyk mede bekrachtigen; want, behalven dat geheel Corfica genoegzaam verloren gefchat ■word, zo word derzelver Gebied ook in Italien gezocht te befnoeyen. De Stad Si. Remoleggende in 't Wes- ter-deel van derzelver Heerfchappy, omtrent op de helft lusfchen Nizza en Pdlfenga, in een vruchtbare Valley en een Haven aan de Middelandfche Zee hebbende, heeft zig van de gunstige gelegenheiddie haar de verkiezing van een Roomlche Koning aan de hand gaf, bedient, onder voorwendzeldat dezelve van het Keizerryk af hing, enzymeer dan9. Eeuwen in'tbezit van haar vry- heid had geweestwaar van zy door deze Republyk be rooft was, van haar zaak aan de Ryks-Vergadering voor ie ftellen, en van dezelve een Brief van Vooifchryving aan den Keizer te obtineeren; inhoudende: „DatdeRyks- Vergadering, uit aanmerking der gedane klagten en voorgebragte Bewyzen den Keizer onderdanigst fmeekt de Ondernemingen van de Rupublyk Genua, op de Vryheidvande KeizerlvkeStad St. Remoendusme- de op de Rechten van *t Duitfche Ryk, te willen be- teugelen en deze zaak wederom in de gewone Ter- men van Rechten te laten komen." Hieropzalzekerlyk een DecillfVonnis van den Keizer uitkomen, dat naar Slier gedachten niet ten voordeel der Republyk zal luiden; iiadien die zaak nog voor 't Keizerlyke Hof hangende is van het Jaar 1 753- af, als wanneer deze Republyk bare Rechten op die Stad met kracht wilde doen geldendog die van Sl. Remo zig tot den Keizer wendende ver kregen eenRefcript van Zyn Keizerl. Majt.waar by de Handelingen der Republyk veroordeelt, en de Stad St. Remo in vryheid wierd geftelt Waar tegen onze Raad een Arrest uitgaf in dato 24. Mey 1754., waar by ge meld Refcript abufief verklaart wierd, en als een inbreuk makende in 't Wettig Gezag van de Souvereinen. De Oorlog, ondertusfehen ontdoken, veroorzaakte, dat die zaak aan de fpyker bleef hangenen men hoorde niet verder daar van fprekendog de algemeene Vrede doet ze wederom herleven. POLEN. Vervolg van let Manifest van den Rusftjeben Generaal Chommatoff. „Het zoude tegen myn plicht gefireden hebben indien ik aan die Troupen, ten welgevalle van de Party, de- welke de myne bedreigde, myneMagazynen en myne pasfagie na de Plaatzen, van waar ik de nodige aan- vulling van gemelde Magazynen konde trekkenover- gelaten had: dienvolgens zond ik mynen Adjutantvan Sultza aan den Woywode »an Mariemburgdie zig toen te Dorpenaw bevond om hem te waarfcho.uwea dat by aldien de Poolfche Troupen verder na Graudentz voortruktenik my genoodzaakt ZOU zien om derwaarts te rug te trekkendewyl ik die Stad om geen andere redenen verlaten haddan alleen om geen belemme rt ring omtrent den algemeenen Landdag aldaar te ver- 5, oorzaken. „Hier op ontfing ik een Antwoord die meer hevig ais gevoeglyk was; behelzende in fubftantie: Dat ieder Particulier gereebtigt zy om zo vele Soldaten op de teen te houdenen zig daar van tot zutk en zulke ein- dens te bedienenals by nodig en raadzaam achtede te zyn. Vermits nu het eerfte gedeelte vau dit Ant- woord op de Vrage niet paste en het laatfie door de Wetten en Conftitutien van de Republyk bepaalt was: zo vond ik goed weder in Graudentz in te rukken te meerom dat de Poolfche Troupen die Stad hoe lang hoe meer naderden, en men, na alle waarfchyne- lykheidvoornemens was myne Magazynen aan de- zelve over te geven. Zo dra ik weder in de Stad was gekomen zond ik een Expresfen aan den Woywode van CulmalsMar- chal van den aanftaanden algemeenen Landdag, om aan hem te kennen te geven, datby aldien de Poolfche Troupen met elkander overeen.fietndenom op den af- ftand van twee mylen van Graudentz te blyven Cam- perenik die Stad andermaal verlaten zoudeen met myne Troupen op een gelyken affiand van daar zoude blyven leggenDog in plaats y&u een Antwoord hier op, ontfing ik een Deputatie, dewelke my kwam aan- zeggen dat ik de Stad met myne Troupen moest onu ruimen. „In dien tusfeben tyd onderging ik de bedreigingen van den Heer DamskyGastellaan van Bezescen van den Heer PotockyWoywode van Kiovien. De eerste verklaarde, dat, by aldien men hem het Commando over de Poolfche Troupen opdroegby myn gebeele Di- vipe zoude in Rukken bakkenen de tweede zeide niets anders te verlangenten einde ons alle op eenen nacht weg te jagen, dan alteenlyk de toeflemming van 't Woywoodjehap van Reustand. Eindeiyk toog een Bende onbekende Manfchap geheel onverwacht uit het Casteel van Graudentz, doende een,aanval opmy- ne Schildwachten aan de Poort en binnen de Stad; waar door drie van dezelve door Pistoolfchoten en Sa- belhouwen gequetst wierden. Ik flel nu aan het oordeel van 't onpartydig Gemeen „'of de ongelukkige uitflag van den Algemeenen Land- dag binnen Graudentz met eenigen fchyn van rech- ten my ten laste gelegt kan worden; en of zulks niet veel eerder behoort toegefchreven te worden aan zulko van de Polakken, Welke, niet willende letten op het Voorfchrift der Wettenaangaande de in Landboden vereischte wezendlyke hoedanigheden, getracht heb- ben zig door hunne magt te doen geldenen daarom die verwarringen aangeregt huizen aangevallen ea myne Schildwachten aangetast en gequetst hebben. Zynde dit alles dadenwaar door niet alleen de ge- meene Veiligheid maar ook het Recht der Volkeren en byzonder dat van myn Commando gefchonden is. „Ik doe alhier deswegens myn plechtige klagte: my voorbehoudende de bekwaamfte middelen om dienaan- gaande fatisfaftie te eisfehen, alsmede wegens den hoon, die in de perfoon van myn Corps Troupenenen aan alle die van Haar Keizerlyke Majefieit aller Rusfen myne zeer genadige Souvereineis aangedaan. „Gedaan te Graudentz den 5. April 1764. (Getekent,) CHOMMATOFF. Warschauw, den 8. Mey. De beide Rmfifche Mini- fiers de Heer Graaf van Keizerlingen de Prins Repnin hebben aan Zyne Doorluchtigheid, den Vorst Primaat, aangaande de aannadering der Ruslilche Troupen, doea overhandigen de volgende DECLARATIE: De aannadering van een Corps Rufs-Keizerlyke Trou* pen kannoch moet by de Doorluchtige Re- publyk geene de minste Achterdocht of Bekommering aangaande haar Rust en Vryheid veroorzaken: haar Aantal is niet groot genoeg, om tegens de Rechten en Prérogativen van eene zo vrye en machtige Natie, als de Poolfche, iets het allergeringfie te kunnen ten deren; een overtuigend Bewys, dat het oogmerk van „Hare Majefieit, de Keizerin aller Rusfen zuiver is, en dat Dezelve niets anders ais de befcherming der Na tionale Vryheidwaar aan alle Ingezetenenzonder onderfcheid ,eengelyk een onbetwistbaar Recht hebben, in 't oog heeft: De Limiten, die Rusland van de Pool fche Staten fcheiden ftrekken zig over de 200. Uurea uit; wat is dan natuurlyker en interesfanter voor Rus land, dan tegens het gene de Vryheid en innerlyke Rust der Republyk zoude kunnen ftooren zorgvuldig te waken Hare Keizerlyke Majefieit had wel ge- wensebt zich van hare gedane Demarches ie kunnen om (laanmaar heeft voor de omftandigbeden moeten plaats maaken waarin noch de Wetten en de Reden, noch de Liefdé voor het Vaderlanden de algemeenö Rust, op de Gemoederen meer indruk maakten. De Troupen der Republyk, welkers deftinatienatuurlyker wyze is op de Frontieren voor de Veiligheid van het Koningryk te waken zyn integendeel by de Landda-* gen, om de vrye Stemmen van eenen Vryen Adel ta verhinderen, en om gewapenderhand de Fundatiën der Captuur-Gerichten te étabh'sferengebruikt geworden* Het gene zig te Graudentz heeft toegedragenis nog te versch, om reeds vergeten te zyn. De Ordres, dié men aan de Troupen der Republyk gegeven heeftotn na Warjcbauw te naderen, geven reden om voor eene geheime Onderneming beducht te zyn&c. Hare Kel- zerlyke Majefieit onze allergenadigfte Souveraine, begeert niet andersals de Confervatie der algemeene Rusten zal noit toeftaan datwelke Party bet ook zyn mageene andere, door Superioriteit vanMeeht, V;.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1764 | | pagina 1