No. 125. MIDDELBURGSE Saturdag, Ao. 1762. COUARN T0 den 16. O&ober. RUSLAN D- Petersbürg den 16. September. Den 12. Vertrok ha re Keizeriyke Majefteironder het losbranden van het üefchut van de Vesting en Admiraliteit, van hier naar het Lust-üot, Zarsku-Zelovan waar Hoogst dezelve, den 14. de Reize naar Moscou heeft aangenomen' Dé Werkelyke Geheime Raadde Heer de Neplujew welken haar Keizeriyke Majeiteitop den dag van haar Vertrek, met de Tekens van de St. Hn'dries Orde heelt omhangen, is het Hoofd der Comnuslie ilast met de Direöie en Expeditie der zaken geduurende de afwe zigheid van de Keizerin. De Graaf ,v;m Bestucbef zal insgelyks veel deel in de beftieringe der zaken hebben. Deze groo'e Staatsman heeft zig volkomen verantwoord wegens her geen hem voor zyn Ballingfchap was te laste gelegd, nam: dat hy altoos getragc zoude hebben, om oneenigheden tuslchen wylen de Keizerin Elizabethen hunne Keizeriyke Hoogheden den Groot-Vorst en Groot-Vorftin te verwekken. In het Manifest, het welk de Keizerin ten zyne op- zigte heeft doen afkondigen, wordt onder anderen ge zegd: "Wanneer de Graaf van Bestucbef'aan onsgepre- fentéerd wierd, verzogt hyonderdaniglyk, dat het hem mogte geoorloofd zyn zig te regtvaardigenen zyn 011- fchuld aan den dag te leggen. Wy hebben zulks bereid- willig geaccordeerd, en hy heeft ons de Konstgrepen en Intrigueswelke zyn ongeluk veroorzaakt hebbenzo klaar doen zien dat hy in ons niet alleen een regt Mededogen verwekte, maar wyook ten jjitrerftenver- genoegd waren, vernemende dat de Vryheid aan hem te rugge gegeven zo overeenkomftig was met de Ge regtigheid, welke zedert onze komstetotden Throon, aloos ten Rigtfnoer onzer handelwyze ftrekr. „Dit Voorbeeld heeft ons 111 het gevoelen geftrektdat hoe Zwaarer de tegen iemand ingebragte_ Befchuldigm- ge zyhoe meer navorfchingen en omzigtigheden 'er in het onderzbek nodig zynteneinde geen gevaar te loo- pen van deOnnozelen te veroordelen. „Want fchoon onze zeef geliefde Tante aan ons en aan de Geheele Waevel bekend geweest zy voor eene Voor. zigtige, Doorziende, MedogendeenRegtvaardtge Sou- veraine; is het egterniet dan God die de harten zieten geen Sterveling kan de Gedagten van eenen Mensch door gronden. Wy hebben geoordeeld dat onze pbgt, als Christen en Souveraine vordert, dat wy gemelden Graaf van Bestu- cbef-Ruminherftellen en openlyk te kennen geven dat hy altoos het vertrouwen van onze Tante als toen zyne Souveraine, en *nze Genade waardig is geweest.gelyk wy dezelve hem verlenen by dezenen hem Zyne Anciënniteit als Generaal-Veldmarfchalk Werkelyke Geheime Raad, Senateur en Ridder der beide Ordes te rugge geven en aan hem daarenboven een Pen- fioen van twintigduizend Roebels accorderen. Riga, den Ir. September. Dé gewezene Hertog van Courland, Ernestus Joannesarriveerde Gisteren met deszelvs gantfche Familie in deze Stad; en wierd onder het losfen van het Gefchut ontvangen. Onze Gouver neur, en de andere Generaals, en de Voófnaamfle Leden van de Regering gingen immediaat hun Hof by gemelden Hertogmaaken. Op Ordre van de Keizerin, onze Sou veraine, bewyst men hem alle Eere, welke men aan een Sóuveraiijen Prins verfchuldigd is. Eerst daags (laat dezel ve naar BI iet au te vertrekken. Zyne bérftelling in de Posfesfië van het Hertogdom Courland wordt ontwyffelbaar aangemerktnadien haare Keizeriyke Majefteit plegtig beloofd heeft, hein zulks ten fpoedigften te zullen bezorgen. DUITSCHUNÜ. Ltupzig den 30. September. De alhier geweest zyn- de krygsgevangene Officieren van het Corps jagers van Ottoais ook van de Keizeriyke en Ryks Troupën, zyn op bevel van zyne Koninglyke Hoogheid, Prins Hendrik reeds den 22. naar Maagdeburg gezonden geworden. Regensburg, den 4. OElober, De Belegering van Schveidnitswelke byaa twee Maanden het Voorwerp van de Öplettenbeid van 't Gemeen geweest is, continu eert nog^tot op dit oogenblik feboon men nooit bad kun nen geloven, dat dezelve zoo lang zoude duuren. De laatfie brieven van Wenenvan den 29. pasfatomelden dat bet Garnifoen zig den 26. nog defendeerdedat de Belegeraars middelerwyl meef en meer naderdenen dat hunne Artillerie zelfs reeds verfcheidene Bresfen in de Wallen van de. Plaats gemaakt hebben; dat men dus eindelyk niet anders kan verwagten dan derzelver Over gave. Zeer Velen, en zelfs van de Oostenrykfcbe zyde, verwonderen zig over de lange duurzaamheid van deze Belegeringe, nadien men gelooft, dat dezelve eerder had kunnen ten einde gebragt worden, uit hoofde van de Gemakkelykheid, waar mede de Belegernars'zig van over» vloed van al het noodzakelyke hebben kunnen voorzien maar anderen fcherpziender menen in deze Vertra- ginge gewigtige Oogmerken van den kant van Pruis» fen té ontdekkendie zich dobr zyne voqrdeelige po- pofitiev groot Succes in geval van eene Attaque beloven de; de Belegeringe Zo lang gaande zou houden, om zo danig eene Attaque af te wagten te meer om üatdebe- rigten van Wenen reeds zedert eenige weken dezelve a's zeer tia by gemeld hébbenmaar vermids bovengemelde brieven van dit Oogmerk in 't geheel niet meer gewagen gelooft men, dat deszelvsüitvoéringe insgelyks geen plaats zal hebben en dat het geen de brieven van Praag melden als of de Oostenrykfche Armee zig in drie Co lommen had op March begeven; om eindelyk eene proe ve te nemen om Schweidnits te behouden uit geen eg- ten Bron nog van goederhand koomt. Andere brieven van Wenen ondertusfehen doen zien dat het gerugt, dat de Armee van Daun op is gebroken in zo verre wordt bevestigddat de fterke Regen vlagen hem verpügt hebben om te Bischofsfiein een bekwamer Camp te betrekken maar dat het onzeker is of de March was voortgezet: geworden. In Bohemen, en.voorname- lyk in den Kreitz van Koningsgrats, ligtendeOostenryk- fchen alles 'c geen zy van Levensmiddelen en Fouragie vinden weg; en transporteren dezelve naar Glats zo om de Magazynen aldaar te vullen als om geenen Onderftand in die (treken voor de Pruisfifchen overtelaten in geval de Armee verpiigt wierd zig te retireren. In de andere Kreitfënvar. Bohemen Is de Elende zo groot; dat velen der Onderdanen hunne Huizen voor Niet te Wenen aanbieden, mids zy, die daar van bezit nemen, de Belastingen daar van betalen. Hanover den 6. Ö&ober. De hoop tot eenen fpoe- digen Wapen Stilftandwelke in eenen byzonderen brief uit Engeland, als zeker opgegeven wierde, is tot nog toe niet vervuld. Onze Armee behoudt nog hare vorige pofltie aan de ze zyde de Ohmen de Franfchen liaan aan gene over dezelve en men hoopt dat zyne Doorlugtige Hoogheid Hertog Ferdinand in (Iaat zal zyn om de Vy- anden te noodzaken aan gene zyde van dieRivier teblyveu. Berlyn, den 5. Ocfober. Gisteren avond vertrok de DeenfcheGeneraal Major, de Graaf van Rantzau welke zig alhier eenige dagen heeftopgehouden, weder naar het Holileinfche. Eergisteren den 3'. dezer 's voormiddags ten half tien uitren heeft de Hooggeborene Vrouwe Sopbia Henriet en Sufanna, Gravin van Finckenfteingeboornë Gravin van Finckenftein Gemalin van zyne Excellentie Carei Lodewyk Graaf van Finckenfteinen werkelyken gehei men Staats-, Krygs- enCabineis Minifter des Konitigs en Ridder van den Zwarten Hrend in het 40 jaar haares Oiiderdoms het tydeiyke met het Eeuwige verwisfeld. NEDERLANDEN. Gouda, den 12.0 cl ober. Gisteren avond omtrent tfen uitren is alhier in den ouderdom van byna 45 Jaren over leden de Wel Ed. Geftrenge Heer en Mr. Pieter Hoog* werf, Raad en Regerend Burgermeester dezer Stad. Amsterdam, den 11. OElober. Heden is alhier na een Ziekte van weinig dagen in den ouderdom van 56 Jaren overleden, de zeer Vermaarde,' Geleerde Heer Matirms Marters Jnfpe&eur Generaal der Proje&en van Fin am. tien, van deHeeren Staten van Hollanden BB'est-Wrfes- land, Leeraarin de Wis-, Sterre-en Zee vaart-Kun de; in het Illustre Scböol dezer ftad &c, &c. Men verftaat dat by het Collegie ter Admiraliteit alhier beflooten is, nog drie Öorlogfcbépen in Commisfie te (tel len en daarvan het Commando op te dragen aanlde He ren Capiteinen ter Zee .Hndrics HdrtfmgJan Har neut Zoutman en Nico/aas Riemersma. Den 2. dezer is met een gunltigen Wind uit Duins in Zee geltoken het Hollands Oorlogfchip de Dankbaarheid, Capt- Salomon Dedelde Jonge, en onder zyn Convoy de twee Schepen van'St. Tjeerd en W. Hebaf'k.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1762 | | pagina 1