A.-R. JUBILEUMPARTIJDAG
TE AALSMEER
Wetsontwerp Collectieve
Arbeidsovereenkomsten
1937
It
lgen
MAAS- EN SCHELDEBODE
WOENSDAG 17 FEBRUARI 1937
de a.s. verkiezingen
HONGAARSCHE LYRIEK
hi doodc i
?r eiken
de Mand-
keeft daar
bioscoop-
B, die ont-
tehad.
phen aan-
het Chi-
op het
[t, die zich
It geheele
pen onbe-
(illend en
menigte
liitgang te
|i werd op
bezweek
|tortte het
et gebouw
|n.
het thea-
kfgebrand.
vuur ston-
Japan-
waren ge-
don en na-
spogingen.
Imertschen,
rouwen en
I brand, die
Jtwikkelde,
overschot
fers onder
kehaald28
Ig gewond
Vacht,
er 30 hui
die daar
|getrokken,
vlammen
In Jac. Knoop,
elen, groenten
Lat 16, telefoon
lras de afgeloo-
llleen voor alle
[met vaste prij-
Jten is ook goe-
|or blauwen is
Overijsselsche
vraag. Alleen
fen gaat de ver-
Imsterdam zen-
Knoop, zonder
volgende prij-
uwsohe bonten
|2.40—2.60, dito
-2, bonte en
^0, Zeeuwsche
Pauwlowna
Hillegommer
Flakk. eigen-
Je eigenheimers
-1.60, bonken
-1.90, dito bon
Inheimers 1.80
10—1.90, Haarl.-
Is 1.60—1.80,
■per 100 kilo:
|andaardappelen
-2.40, bonken
zijn.
3DELHARNIS
Inolrapen 0.60
Ivoye kool 1.20,
202.80, kroten
poete Armgaard
tefleur 22.20-
Aanvoeren en
6671 c.; 2e kw
g\ slachtgew.; 98
|er stuk; 69 vette
zvr 4450 c. per
kalveren f59;
f 1722 per stuk
0-HO kg) 54—55
tte varkens 52
aarden. Aan het
s g-eslachte run-
t Denemarken,
oer; handel zeer
30 runderen aan
eikkoeien behoor
ste prüzen. Vette
kte handel pr(i-
eren ruime aan
prijzen. Schapen
ug-g-e handel, pr|j
voer, handel zeer
[appelen. Prtf
.752; Zeeuwsch
rs f 1.65—1.85: id
f 1.80—1.90; bJau
ners poters fl,40
aard. 23 c. kg;,
e vraag.
Aangevoerd !n
vette runderen,
kalveren, 679
rkens, l bok of
m tot 64, 2e kw
isen tot 60 2e kw
alveren tot 93 c.,
kens (levend ge-
33—40—48 v.,
15—20—26, lam-
oer korter, han-
rder. oscsen on
na koe nog tot
vor. week, han-
prima ex. ging"
ir ter markt,
r, handel tams-*
schapen voor
werden 32 vette
lvS,
26.000 eieren
REDE VAN Dr. H. COLIJN
In de groote veilingzaal van „Bioe-
menlust" te Aalsmeer is Zaterdagmid
dag de 25e partijdag van de A.R. Kies-
vereenigingen in de Haarlemmermeer
en omgeving gehouden.
Deze jubileum-partijdag, waarvoor
groote belangstelling bestond, werd ge
leid door den voorzitter van den Ring
van A.R. Kiesvereenigingen, die den
partijdag organiseerde,, den heer S....
van W ij k, van Vijfhuizen.
Openingsrede voorzitter
In óe eerste plaats herdacht do voorzitter
na de opening van de vergadering, hen, die
in de afgeloopen 25 jaren hadden meege-
gestreden en waren heengegaan. In het bij
zonder werd een woord van waardeering en
nagedachtenis gewijd aan wijlen burgemees
ter A. Colijn, den vroogeren voorzitter der
par.ijoagen; den heer F. Roos jen, en
diens onlangs overleden weduwe, mevrouw
K o o s j e n.
Hierna sprak de voorzitter een openings
woord uit, waarin de heer Van Wijk een
terugblik wierp op de jaren die voorbijgin
gen, toon de dominee en de onderwijzer, de
boer en de arbeider zich hebben vereenigd
in onze partij.
Nac.at de vergadering het Wilhelmus en
het Lutherlied liad aangeheven, verwelkom
de voorzitter onder applaus den tijdelijken
voorzitter van liet Centraal Comité, den
heer J. Schouten, van Rotterdam; ver
volgens Mr. A. Bmc h, vertegenwoordiger
van de Kam erkieskr i ngcen t ra le Haarlem
en den heer H. R. Z ij 1 s t r a, van Amster
dam, die namens het Prov. Comité Noord-
Holland aanwezig was.
Tot HM. de Koningin, Prinsrs Juliana en
Prins Bernhard werden de volgende tele
grammen van hulde gericht:
Telegrammen Vorstelijk Huis
Aan Koningin Wilhelmina,
Majesteit,
Anti-Revolutionaire mannen en vrou
wen uit Haarlemmermeer en Omgeving,
op hun vijf en twintigsten jaarlijk-
schen toogdag bijeen, betuigen Uwe
Majesteit bij vernieuwing hun liefde,
eerbied en trouw, in biddend verlangen,
dat. God U nog een lange reeks van jaren
blijve stellen tot een rijke Zegen voor Uw
huis. Uw land ein Uw volk.
Aan H.K.H. Prinses Juliana en
Z.K.H. Prins Bernhard
Anti-Revolutionaire manilen en vrou
wen uit Haarlemmermeer en Omgeving
op hun vijf en twintigsten jaarlijkschen
Partijdag bijeen, gevoelen zich gedrongen
uiting te geven aan hun gevoelens van
liefde en hoogachting voor U, in biddend
begeeren, dat de band die ons aan Uw
Koninklijke Moeder bindt met U bevesti
ging vinde tot in verre geslachten.
Rede van den partijvoorzitter
De heer J. Schouten, van Rotterdam,
sprak hierna de A.R. mannen en vrouwen
in de Haarlemmermeer toe namens de A.R.
Kamerclub en het Centraal Comité.
Spr. deelde mede, dat de heer Chr. van
iden Heuvel verhinderd was de Kamerclub te
vertegenwoordigen. Die Kamerclub, zei spr.,
kan haar arbeid niet behoorlijk verrichten
zonder een opgewekt partijleven, en daarom
voelt de club zich ook venbonden aan het
Instituut van den partijdag in de Haarlem
mermeer.
Spr. vertolkt de vreugde der club over
dezen 25en partijdag, aie een feestelijk ka
rakter draagt. De club rekent er op, dat zij
door uwe medewerking, zegt, spr., zal wor
den versterkt (applaus) en zij vertrouwt dat
ook in deze streek een zoo groot mogelijk
aantal stemmen voor de A.R. partij zal wor
den verkregen om zoo te komen tot de mo
gelijkheid van het voeren eneer staatkunde,
voor ons volk zoo zeer gepast, en waarop
het A.R. volksdeel zulk een grooten invloea
heeft.
Het Centraal Comité, vervolgt spr., stelt
het op den hoogsten prijs, dat de propagan
da voor onze A.R. beginselen in deze streek
met zooveel volharding in stand gehouden
is, ook door middel van den altijd geslaag
den partijoag. Tot deze groote schare richt
spr. zich verder in verband met de verkie
zingen in dit jaar, en vraagt van deze groote
vergadering de medewerking hiertoe door
ook bij de stembus te belijden en te getui
gen. Het is nu nog kalm, maar straks zullen
velen hun actie samentrekken in bestrijding
van Dr. Colijn. "VVij moeten ons daarop
voorbereiden, zegt spr., en Kamerclub en
Centraal Comité zouoen hun gelukwensch
terugnemen als zij niet ten volle overtuigd
tvaren van de trouw en toewijding van deze
A R. mannen en vrouwen (appl.)
Het A.R. beginsel draagt een bij uitstek
nationaal karakter, omdat het zich aansluit
bij ons volk e.n bij onze historie, bij ons
Wilhelmus, waarin een gezagsopvatting
wordt verkondigd, strijdig met. alle dicta
tuur, maar in overeenstemming met de
geestelijke vrijheid. Gezag en vrijheid be-
liooren bij elkanaer, en wie hiermee in strijd
handelt, gaat in tegen de beschikking Gods
omtrent vorsten en volken. In 't slotcouplet
van het Wilhelmus is aangegeven de zenuw
cn het merg van het A.R. beginsel, de juiste
.verhouding tusschen Koningin en voik.
Ten slotte spreekt de heer Schouten zijn
vreugde uit, dat Dr. Colijn straks de lijst
aanvoerder in alle kieskringen zal zijn
(applaus). Het A.R. volk moge er dankbaar
voor zijn, dat het achter dezen eersten
minister der Kroon den verkiezingsstrijd
mag ingaan. Niet in de eerste plaats om den
persoon van Dr. Colijn, maar om daarin te
belijden ons beginsel en te dienen onze vor
stin en ons vaderland.
Met een krachtige opwekking tot een be
zielenden strijd van bidden en werken, tot
een betoon van Christelijke kracht, tot een
dienen van God ook in het politieke leven,
besluit spr. zijn toegejuichte rede.
Op het spreken van den heer Schouten
volgde
de huldiging van de veteranen
die alle 25 partijdagen hebben meegemaakt
in den persoon van den S0-jarigen heer Leest
Het was een aardig moment, toen de voor
zitter den heer Leest toesprak en hem ver
geefs een cadeau poogde aan te bieden, om
dat hij èn „Colijn" èn „Kuyper in de cari-
catuur" reeds in zijn bezit had. Zelfs be
zweek de heer Leest niet voor de verlok
kende aanbieding van „een sigaar uit het
kistje van Colijn", want hij rookte niet, al-
ihans geen sigaren; wel een „piep",
De heer Leest richtte nog een enkel
woord tot de vergadering, waarbij hij de
verzekering gaf de 25 partijdagen met ge
noegen te hebben bijgewoond. Ook zijn kin
deren zijn van het zuiverste A.R.-ras en
zijn kleinkinderen toonen ook al belangstel
ling (hilariteit en applaus).
Verdere toespraken
Mr. A. B r u c h, Haarlem, voerde het
woord namens de Kamercentrale Haarlem
en het Provinciaal Comité Noord-Holland.
Spr. bracht in herinnering de goede onder
linge samenwerking en huldigde de A.R.
mannen en vrouwen in de Haarlemmermeer,
waar de aanvallen van de C.D.U. en de
N.S.B. op de A.R. partij worden afgeslagen.
Deze jubileumdag, besloot spr. is een dag
van erkentelijkheid en dankbaarheid, maar
ook van groote verantwoordelijkheid en
daarom wenschte spr. allen toe een geloofs
kracht als van Groen van Prinsterer, die
leefde en werkte in een tijd, moeilijker nog
dan de tegenwoordige.
De heer K. Muller, van de Statencen-
tralo Velsen, sprak namens deze Centrale
een woord van herinnering en dankbaarheid
De heer W. F. Beeremans, van Haar
lem, sprak een persoonlijk woord, waarin hij
den oorsprong van de partijdagen iri de
Haarlemmermeer tn herinnering bracht.
Tijdens de gezellige geïmproviseerde koffie
maaltijd, waaraan de 1700 bezoekers van
den partijdag allen doelnamen, betrad Dr. H.
Colijn de zaal, door de aanwezigen met
daverend applaus, gevolgd door gezang ver
welkomd.
AVONDVERGADERING
Na de pauze gedurende welken tijd Dr.
H. Colijn met mevrouw Colijn op het be-
vlagde podium hadden plaats genomen
werd de avondvergadering geopend met het
zingen van Psalm 89 8 en 7, waarna staan
de werd aangeheven do beide bekende cou
pletten van iiet Wilhelmus. Deze avondver
gadering werd ook bijgewoond door het
Kamerlid Chr. van den Heuvel.
De voorzitter verwelkomde Dr. Colijn en
las voor een open brief van een Hongaaisch
predikant aan den Nederlandschen minister
president, waarin met dankbaarheid ge
waagd werd van het bezoek van het Prinse
lijk paar aan Budapest en hulde gebracht
werd aan het vrije, godsdienstige, zijn his
torie eerend Nederland.
Met een herinnering aan Dr. Kuypers bro
chure „Eer is teer" van 1889, sprak de heer
Van W ij k hierna oen bijzonder wolkomst
woord namens het A.R. volk in de Haar
lemmermeer. Hier zijn, vervolgde spr., de
moeders met de zonen, de vaders en de
dochters, hier zijn de A.R. huisgezinnen, vol
gens „Volk en Vaderland" hierheen gelokt
door een gratis aangeboden koffiemaaltijd(l)
Namens het A.R. volk in de Haarlemmer
meer dankte spr. Dr. Colijn voor de aan dit
volk gebooen gelegenheid, van de liefde voor
zijn persoon en werk getuigenis af te leggen.
Dr. Colijn aan het woord
Onder daverende toejuichingen, aan
zwellende tot een warme, hartelijke ovatie,
kwam Dr. H. C o 1 ij n aan het woord. Z.Exc.
zeide geen politieke rede te zullen houden,
want dat achtte spr. niet gepast voor een
minister der Kroon. Denkt niet, dat mij dit
gemakkelijk afgaat (hilariteit), maar spr.
moet zich nog een oogenblik inhouden. Zoo
dra ik Kamercandidaat ben, zal voor mij
de tijd zijn aangebroken om een partij
politieke rede te houden.
Spr. is hier gekomen vooreerst omdat de
naam van dezen partijdag is verbonden aan
zijn geboorteplaats; vervolgens is deze ver
gadering een jubileum-partijdag. Met de
regelmaat van de klok zijt gij hier gekomen
om te getuigen elk jaar van Uw trouw aan
Vaderland en Vorstenhuis; om te toonen Uw
belangstelling voor de A.-R. beginselen.
Daarin zijt gij waardige nazaten van de zes
honderd mannen, die in vroeger tijden ter
Deputatenvergadering togen.
De A.-R. beginselen, waarvoor gij telkens
zijt bijeengekomen, zijn ons gebracht door
Groen en Kuyper; zijn van beteekenis voor
het geheele Nederlandsche volk, omdat zij
de grondtoon van ons volkskarakter uit
maken.
Klinkt dit niet overmoedig, waar wij één
tiende van het volk vormen? Eén derde is
R.K.; een ander deel, meer dan een derde,
is van meening, dat religieuse beginselen
geen waarde hebben voor het staatkundig
leven. Van het overblijvende derde deel
schaart slechts een klein deel zich om de
A.-R. banier.
Toch houdt spr. staande, dat de A.-R. be
ginselen in overeenstemming zijn met de
geestelijke structuur van ons Nederlandsche
volk. Spreker gaat vijf en twintig jaar
terug en vraagt zich af welke plaats de
A.-R. groep toen in ons volk innam. In 1912
was wel het aantal A.R. Kamerleden grooter
dan nu, maar dat lag aan het andere kies
stelsel. Naar het cijfer zie ik niet, zegt spr.
Wel constateert hij, dat de A.R. partij vijf
en twintig jaar geleden op een felle wijze
bestreden werd. Dat was en is nog niet erg,
want die strijd hebben wij noodig voor zelf
controle. Toen was de grondtoon: de A.-R.
kunnen eigenlijk niet mee, want men was
nog niet vetrouwd met de gedachte, dat de
leiding van 's lands zaken ook in A.R. han
den lag. Fel was de strijd tegen het kabinet,
waarin ook Talma zitting had. Het kwam
ons, meende men, niet toe om aan de re
geering actief deel te nemen.
Dat is nu anders. Ddérmee is men wel
verzoend, zelfs zijn er velen, die op het
oogenblik niet ongaarne de leiding in A.-R.
banden zien (applaus).
Toch zijn wij niet veranderd. Er wordt
wel eens gezegd, dat de partij in den tijd
van Groen wel principieel en in Kuypers
tijd bovendien democratisch was. Nu heeten
wij hier en daar star conservatief.
Toch zijn niet wij, maar de omstan
digheden veranderd. Waar Kuyper,
Lohman en Talma voor geworsteld
hebben, behoeven wij thans niet meer
te strijden. Op het oogenblik zijn de
vragen, die het Regeeringsbeleid be-
heorschen, anders dan vijf en twintig
jaar geleden. Nuchterheid, zakelijkheid
en werkelijkheidszin zijn altijd de
eigenschappen van het A.R. volk ge
weest. Ook gaan wij niet voor rumoer
uit den weg. In voor- en tegenspoed
gaan we de weg, dien we naar Gods
JVoord hebben te bewandelen,
Minister-president Dr. H. Colijn tijdens zijn rede op de A.R. Parijdag te Aalsmeer
En dat nu stemt overeen met het karak
ter van het Nederlandsche volk, want
juist die vastheid van overtuiging, dat
staan voor een zaak, is oorzaak van de
wijde waardeering van het Nederlandsche
volk. Een moreele waardeering, een ande
re waardeschatting dan vroeger is het en
hierover mogen wij ons verheugen. Meer
dan voorheen wordt gevoeld, dat de A.-R.
groep, ondanks haar gering getal, toch een
leidendo plaats inneemt. Vroeger waren
het eenzame geleerden, Fruin, Bakhuizen.
Van den Brink, Van Vloten, die het ver
leden naspeurden en ontwaarden, dat het
Calvinisme do drijfkracht was tot groote
daden hier en overzee.
Zoo is het nu nog. De meeste weeTstand
tegen wat verkeerd is is aanwezig in den
Calvinistischen levenskring. Ook nu gaat
de ijver uit om te veroveren wat veroverd
moet worden. Uit de strenge Calvinistische
levenshouding spreekt juist do beteekenis
van onze groep voor hot volksleven. Zelfs
het Roomsch-Katholicisme heeft den in
vloed dezer Calv. levenshouding ondergaan.
Voorts wordt de stevigheid cn de stellig
heid van de A.-R. groep gewaaroeerd, want
men wil geen vaagheid, maar stelligheid en
zekerheid. Dat alles verlangt men ook van
de Regeering, want van haar verwacht men
dezelfde eigenschappen, die men zoo in de
A.R. groep kan waardeeren. Daarom mag
de A.R. partij in Nederland zich present
melden. Deze overtuiging is groeienae en
daarom stijgt ook de waardeering voor onze
A.R. Kamerclub, die voor moeilijke zaken
niet uit den weg gaat en consequent
haar beginsel vasthoudt.
Terecht richt zich daarom het Ver
kiezingsmanifest tot het Nederland
sche volk in zijn geheel. Men kan zeg
gen, dat er nu een bijzondere reden is,
want geen andere dan do A.R. Kamer
fractie heeft zoo consequent de dingen
onder de oogen gezien. Wij zijn do
moeilijkheden ook nog lang niet uit,
er kunnen er nog vele komen en dan
zal nog meer behoefte bestaan aan
stelligheid, vastheid cn kloekheid, dio
bij de Regeering, doch ook bij ao
volksvertegenwoordigers aanwezig
moet zij'n.
Spr. huldigt de A.-R. partij in de Ilaar-
Iemmaimeer, die ook aan die gewijzigde
opvatting heeft medegewerkt. En daarom
spoort spr. aan tot grootere inspanning tot
heil van heel het volk. Het eerst in de drie
of drie-en-halve maand vó6r de stembus,
want de strijd zal buiten mate fel zijn. Er
zijn er die willen, dat de Overheid zal heer-
schen over de kerk en het godsdienstig
leven; die de Kerk willen doen hee-rschen
over de Staat, of de Staat over de maat
schappij.
Er zijn er ook, die mij als een grijsaard
aanzien (daveren dapplaus en gelach), maar
met zijn witte haar kan spr. nog wel werk
voor drie menschen verzetten (gelach en
applaus).
Er zijn er, die het A.-R. beginsel misver
staan, die b.v. meenen, dat een A.-R. nooit
naar een concert mag gaan (gelach). Dat
zijn echter de lastigsten niet.
Hoe grooter intusschen onze moei
lijkheden zijn des te grooter moet ook
nu de spankracht zijn. Wol wil spr.
waarschuwen voor het gevaar van de
grootere waardeering voor qo A.-R.
partij, n.l. tegen het gevaar, dat do
kleuren van ons vaandel zouden ver-
bleeken. De wierook der waardeering
zou er ons too kunnen brengen om
water in den wijn te doen en daarvoor
mogen we ons volstrekt niet leenen.
Men moet ons nemen zooals wij zijn
en niet zooals men ons wil hebben
(applaus).
Dan kuninon we, omdat we partij kiezen,
met anderen samenwerken, zuiver en be
wust. Dan kunnen de handen in elkaar ge
slagen, want dat is in Nederland noodig,
omdat geen enkele partij het zonder mede
werking van anderen doen kan.
Men houde hierbij in het oog, dat het
cijfer niet zonder beteekenis is. Er is in het
leven een weerhoudende genade Gods, die
ook door middel van de politieke partij
werkt Naar die mate zal deze genade ook
sterker kunnen werken waardoor hot cijfer
dus niet onverschillig is.
Spr. geeft den raad om zich te onthouden
van beschouwingen over de komende kabi
netsformatie, want alles moet op zijn tijd
en op zij neigen plaats gebeuren. De Konin
gin noodigt iemand uit om een Kabinet te
fonneeren na ingewonnen advies van de
Kroon. Thans weten we hier nog niets van
en daarom is het onvoorzichtig zich bezig
te houden met vraagstukken, die buiten de
bevoegdheid der kiezers vallen.
Voorts moet de strijd, hoe fel ook, onzer
zijds met zuivere wapenen worden gevoerd.
Op ons blazoen mag geen smet komen. Ten
slotte: Wij moeten den strijd tegemoet gaan
met courage, in verband waarmede spr. her
innert aan het leven van J. P. Coen. „Zie,
wat een goede courage vermag", sprak deze.
Bezield moeten we zijn door de gedachte,
dat wij ook in den verkiezingsstrijd Gods
medearbeiders zijn. Dan mogen wij de han
den .vouwen tot Ilem^ Die ook de uitslag
van den stembusstrijd in Zijn hand heeft
(applaus).
De voorzitter dankte Dr Colijn voor
zijn geestelijke wapenschouw en gaf Z.Exc.
de verzekering, dat wij, zei spr., de wape
nen blank zullen bewaren en het vaandel
onbesmet. Spr. dankte Dr. Colijn ten slotte
voor zijn aanwezigheid ,hier, op den rand
van diens geboortegrond.
Slotrede Chr. v. d. Heuvel
Do heer Chr. van den Heuvel sprak een
slotwoord, waafin tiij met dankbaarheid me
moreerde, dat deze partijdagen steeds zijn
gehouden. Inzonderheid huldigde spr. de 500
getrouwen, die altijd aanwezig waren en spr.
vroeg daarom aan dR overige 1500 bezoekers
om aan die 500 een voorbeeld te nomen.
Het karakter der partijdagen was in de
eerste plaats in kennis te verbreiden, maar
vooral voor bet wekken van geestdrift, want
„liet moreel van den troep" is van het
lioogste belang. Daarom wenscht spr. de
vergaderden met den Apostel toe: „Zijt
vurig van geest!" Ook als de slinger van el-
k-n dag traag heen en weder gaat, en alles
bij de handen wordt afgebroken. Vergeleken
met vijf cn twintig jaar geleden, en voor
al met het buitenland, komen wij tot de
conclusie, dat wij leven in oen gezegend
Inrul. Nergens worden de publieke finan
ciën zoo goed als hier beheerd, waardoor
nergens zooveel wordt gedaan voor de
werkloozen als hier te lande. De ware geest
drift, besloot spr., wordt alleen gewekt door
waarachtige liefde tot God en Zijn dienst,
tot vaderland en volk.
De partijdag werd besloten met Gezang 96.
Dr. Colijn ging in dankzegging voor.
Na het sluiten van den partijdag juichten
de aanwezigen Dr. Colijn toe en ging men
onder het zingen van het lied van Da Costa
uiteen.
De nummering der lijsten
Bij do wet van 23 Mei 1935 is o.a. een
wijziging in de Kieswet aangebracht,
welke van beteekenis kan zijn voor do
nummering dcr lijsten.
Voorheen werd voor de lijstnummers ge
loot.
Thans kunnen een of meer der zitting
hebbende leden van het lichaam, voor het
welk de verkiezing geldt bij het centraal
Btemhureau een schriftelij ke door hen
onderteekende verklaring inleveren, waar
bij zij een groep van lijsten, een stel
gelijkluidende lijsten, of een op zichzelf
staande lijst voor een voorkeurnummer aan
bevelen- Ieder lid mag slechts één zoo'n
verklaring onderteekenen.
Ingeval van ontbinding van de Tweede
Kamer welk geval zich binnen enkele
maanden zal voordoen kan de bedoelde
verklaring worden ingeleverd door deleden
die tengevolge van die ontbinding zijn af
getreden.
Allereerst worden genummerd de lijs
ten, welke voor een voorkeurstem zijn
aanbevolen. Aan deze lijsten worden
onderscheidenlijk de nummers 1 en vol
gende toegekend in de volgorde van het
aantal leden, hetwelk een lijst heeft aan
bevolen, met dien verstande, dat aan de
lijst, door het grootst aantal leden aan
bevolen, het nummer 1 wordt toegekend.
Bij gelijkheid van het aantal aanbevelen
de leden beslist het lot.
Practisch zal dit beteekenen, dat de R.K.
beslag zullen kunnen leggen op no 1 als
lijstnummer de soc.-dem. op no 2, de anti-
rev. op nummer 3, de ehr.-hist. op 4, de libe
ralen op 5, de vrijz-dem. op 6, do commu
nisten op 7, do s.g.p. op 8.
De overige partijen, die in de Kamer door
één lid vertegenwoordigd zijn, zullen
voor zoover ze aan de verkiezingen deel
nemen dan moeten loten voor de verdere
volgorde.
Het collectief arbeidscontract
in den tuinbouw
De onderhandelingen tusschen werkgevers-
en werknemersorganisaties in het West-
land omtrent 't nieuwe collectieve arbeids
contract, hebben in enkele plaatsen tot over
eenstomming kunnen leiden.
Zoo is men in Monster, waar het vorig
jaar arbitrale uitspraak moest worden toe
gepast, thans overeen gekomen, het huidige
contract waarbij een loon van f 17.50 geldt,
to continueeren.
Pogingen van werknemerszijde ingesteld
om ook hier een kindcrtoeslagregeling in te
voeren, mislukten.
Bij de besprekingen is voorts de aandacht
er op gevestigd, dat tengevolge van de
waardevermindering van de gulden, het
loon verbeterd zou moeten worden.
Getracht is ook een vaste regeling voor
de jongere arbeiders te verkrijgen, hetgeen
evenwel is mislukt.
Niet onwaarschijnlijk is. dat niet overal
overeenstemming te verkrijgen zal zijn, zoo
dat dan arbitrale uitspraak zal worden aan
gevraagd,
Waardeering voor Nederland
en zijn premier
Vreugde over vorstelijk
bezoek
Een open brief aan Dr. Colijn
BOEDAPEST, 13 Fcbr. In de „Pesti
Napló" van 11 Februari treffen wij een open
brief aan, welke graaf Gabor Halier heeft
gericht aan dr. H. Col ij n. Wij laten de
vertaling hier volgen:
„Uw brief van 4 Januari 1937 (een parti
culier schrijven van dr. Colijn aan graaf
Giibor Haller Red.) heeft in mij alles
wakker geroepen, wat mij zooveel vreugde
heeft bereid tijdens mijn verblijf in uw
mooie vaderland.
Een lialf jaar is het geleden, dat ik van
Nederland naar Engeland ben scheep ge
gaan en van daar naar mijn land ben terug
gekeerd. De vele indrukken, die de zorgen
en vreugden van een zich voortspoedend,
overvol leven plegen mede te brengen, zijn
na het lezen van uw brief verdwenen, oin
plaats te maken voor zooveel zuiverder en
waardevolle herinneringen, welke God mij
als een uniek schoonc en kleurrijke bloem
ruiker in uw- vaderland heeft geschonken.
Ik heb het plan gejiad het schrijven van
Uwe Excellentie onmiddellijk te beantwoor
den, maar ik wilde zooveel vertellen in mijn
brief, dat de eenc dag na de andere slechts
de hoop heeft achtergelaten op een goede
gelegenheid tot rustige concentratie.
Vreugde over de komst der Prinses
Totdat de dag van heden kwam, waarop
de ochtendbladen mij met de bijna lente-
verwekkende vreugde verrasten, dat II. K.
H. uw troonopvolgster te Boedapest is
aangekomen. U zult het mij zeker niet kwa
lijk nemen, mijnheer de minister-president,
dat ik deze gelegenheid tot schrijven aan
grijp, een gelegenheid, die niet alleen mij
betreft, maar weike een geheele natie ver
heugt.
Behalve omdat onze oprechte en liefde
volle hoogachting diep in ons wortelt, ver
blijdt ons dit bezoek, omdat het voor ons de
beteekenis heeft van een symbool.
In de persoon van de toekomstige regee-
rende Vorstin van Holland worden wij, Hon
garen, die in geestelijke twisten zijn gewik
keld, door de beroemde Hollandsclie geeste
lijke en politieke sfeer gegrepen en tot den
ken gedwongen. Ja, wij zijn Holland niet
alleen dankbaar wegens de hartelijke pleeg
ouders vair de zwakke Hongaarsche kintlü
ren. Wij denken niet alleen aan de ochten
den van de grachten, de tulpen en de wind
molens, of aan den zonsondergang aan de
zee, als wij den naam van Holland hooren.
Wij gevoelen dan niet alleen den culturee-
len dank, welke de wereld verplicht is te
gevoelen. Wij zijn in hoofdzaak dankbaar
voor
den Hollandschen geest,
welke het Hollandsche volk in zijn vrij
heidsoorlog tegen Philips II heeft gewonnen
en van liet begin der zeventiende eeuw at
onafhankelijk, ongeschonden en in de verte
stralend heeft weten to bewaren.
Wij zijn Holland dankbaar omdat dit land
den adel van liet leven in zijn historisme
opvatting heeft beleden, omdat liet de her
geboorte der inenschheid niet uui. Rome en
Griekenland, maar aan Bethlehem en Gol
gotha toeschrijft, omdat het de vrijheid der
wetenschap heeft verzekerd. Onzen dank
aan Nederland, dat openlijk verkondigt dat
de kunst „geen bandje aan liet kleed is,
geen spel, nmar een genadig geschenk van
God". Bemoedigend is voor ons de gedach
te aan de bevrijding van Leiden, in tiet la-
tale jaar 1573, toen Alva en Willem de
Zwijger hun geweldigen strijd hehiien ge
streden, toen de bevolking zich met ratten
en honden heeft gevoed, verklarend als één
man: „Als het noodig is, elen wij onze lin
kerhand op, opdat wij met de rechterhand
onze vrouwen, onze vrijheid en onzen gods
dienst kunnen verdedigen".
Een groote, gastvrije familie
Een verheffend voorbeeld is voor ons do
vrijheidsliefde, de eerbied voor de grond
wet en de voorbeeldige bescherming dei-
vrijheid van het Nederlandsche volk.
Zoo kunnen wij begrijpen, hoe Holland
voor de wegens hun godsdienst vervolgden
in den loop der eeuwen zoo een groote gast
vrije lainilie kon worden. Dit was mogelijk,
omdat de Nederlanders zich aan hun gods
dienst, aan hun constitutie en aan hun ge
wetensvrijheid onverzettelijk hieven vast
houden.
Mijnheer de minister-president, deze ge
dachten was ik zoo vrij in den vorm van
een open brief te publiceeren, nu ons land
door de vreugde is verrast, dat uw Kroon
prinses bet heeft bezocht. Wij weten dat
haar komst van zuiver particulieren aard
is, doch ik kan u deze gedachte toch niet
verzwijgen. De gedachte van de volkomen
vrijheid houdt ons sterk gevangen, wan
neer wij de diepte en de stralende schoon
heid van deze gedachten voor God meten.
De gedachte van de vrijheid verschijnt voor
mij met toenemende kracht, wanneer ik het
ongelukkige Europa van alle kanten door
het despotisme zie bedreigd.
Na Groen van Prinsterer en dr. Abraham
Kuyper moge het aan u door Gods genade
gegeven zijn om de grondwet, de nationale
deugden en het gezinsleven van Nederland
voor de toekomst te bewaren. Dezen dr.
Hendrik Colijn, dien ik in de achterste ban
ken van een der Gereform. Kerken in Den
Haag iieb zien bidden, dezen man, die in
zijn diep ernstig bewustzijn van zijn roe
ping een dcr grootste politici van Europa
is, wensch ik Gods zegen op zijn werk en
zijn persoon.
WENSCHEN EN BEZWAREN
VAN HET C.N.V.
Buitengewone algemeene
vergadering te Utrecht
Adres aan de Tweede Kamer
Vrijdag werd te Utrecht een verga
dering gehouden van het Algemeen
Bestuur van het Chr. Nationaal Vak
verbond, ter bespreking van het ont
werp van wet op algemeen verbindend
en onverbindendverklaren van bepa
lingen van collectieve arbeidsovereen
komsten.
Dit onderwerp stond reeds op de
agenda der onlangs gehouden buiten
gewone algemeene vergadering, maar
kon toen, om des t(jds wille, niet aan
de orde komen.
Nadat de voorzitter van het C.N.V., de heer
A. Stapelkamp, de vergadering had ge
opend en enkele huishoudelijke zaken waren
afgehandeld, trad de 2e voorzitter, de heer
J. Hofman, op als referent van het aan
gekondigde onderwerp.
In zijn referaat wees spr. er op, dat ver
bindendverklaring van bepalingen eener
collectieve arbeidsovereenkomst niet noodza
kelijk per afzonderlijke wet behoeft te wor
den geregeld. Verordenende bevoegdheid aan
bedryfsraden verleenen zou eveneens een
middel kunnen zijn. Het zou zelfs eerder voor
de hand liggen, omdat de bedrijfsradenwet
reeds in werking is getreden en daarin van
de mogelijkheid van verordenende bevoegd
heid gesproken wordt. Nu het ontwerp is
ingediend, vraagt het echter ook een beoor-
deelinig.
Uit het ontwerp blijkt, dat de wetgever de
in het bedrijfsleven gegroeide regelingen niet
met volkomen vertrouwen tegemoet treedt.
Dit blijkt vooral uit die artikelen, waarin
wordt aangenomen, dat door de bedrijfsre
gelingen het algemeen belang niet zal worden
geëerbiedigd.
In de wet zelf wordt niet aangegeven,
welke bepalingen eener collectieve arbeids
overeenkomst voor verbindendverklaring in
aanmerking komen. Alleen de M. v. T. geeft
daarvan een opsomming. De wet noemt
alleen de bepalingen, die niet voor verbin
dendverklaring in aanmerking komen.
De bedrijfsrechtspraak
Te betreuren valt dat onder die bepalingen
ook de bedrijfsrechtspraak wordt genoemd.
Immers heeft deze bewezen de geschillen
zonder aanzien des persoons te behandelen.
In dit opzicht is wijziging van het ontwerp
wenschelijk. Indien de wetgever meent, dat
niet iedere vorm van bedrijfsrechtspraak voor
verbindendverklaring in aanmerking moet
komen, zou het aanbeveling verdienen be
paalde normen te geven waaraan de bedrijfs-
raad moet voldoen, om voor verbindendver
klaring in aanmerking te komen.
In dit verband wordt er op gewezen, dat
het beroep van den wetgever op enkele
artikelen van de Grondwet door juristen van
naam en door den Hoogen Raad reeds eerder
als ongegrond werd verklaard.
Dat verplicht lidmaatschap niet in aanmer
king komt voor verbindendverklaring, is aan
vaardbaar. Een goede gelegenheid doet zich
thans voor den bedrijfsraad de taak van
controle op te dragen, waarvoor de bedrijfs
raad een hem volkomen geëigend werk te
vervullen krijgt.
Het ontwerp bevat ook de mogelijk
heid tot onverbindend verklaring. Dit is
in strijd met de bedoeling van het
werk. De mogelijkheid wordt hiermee
geopend, dat aan een bedrijf waarin
een C.A.O. is aangegaan, een regeling
van bovenaf wordt opgelegd, omdat
allerlei bepalingen eenvoudig uit het
contract verwijderd worden.
Met een beroep op de bescherming van het
algemeen belang is de onverbindendverkla-
ring niet gemotiveerd. Een bepaalde instan
tie zou in het leven geroepen kunnen wor
den, die nagaat of bepaalde bepalingen even
tueel in strijd zijn met het algemeen belang.
Zulk een instantie zou moeten bestaan uit
bedrijfsgenooten. Van zulke bepalingen zou,
indien zij niet gewijzigd worden, bekend
gemaakt dienen te worden, dat zij voor ver
bindendverklaring in aanmerking komen.
Daarmede zouden zij moreel geoordeeld zijn
en niet te handhaven.
In verband hiermede zou de mogelijkheid
geopend moeten worden om geheele collec
tieve contracten verbindend te verklaren, en
de verbindendverklaring zich moeten uit
strekken over den duur eener collectieve
arbeidsovereenkomst, met een nader aan te
geven maximum, b.v. van 3 jaar.
Spr. besloot met de opmerking, dat het
wetsontwerp zonder opbouw voor het be
drijfsleven zal blijven indien het niet gewij
zigd wordt.
De chr. arbeidsbeweging behoeft naar spr.
oordeel niet bijzonder ingenomen te zijn met
de aanvaarding van dit wetsontwerp, indien
het op de genoemde hoofdpunten ongewij
zigd zou blijven.
Bij de discussie, waataan deelnamen de
heeren J. Nauta (Kantoorbedienden), H. J.
Ter we ij (Bouwarbeiders), B. Kruithof
(Sigarenmakers), F. P. Fuykschot (Kan
toorbedienden), K. Kruithof (eere-voor-
zitter), L. Vermeulen en S. P. C. van
Erk (ambtenaren), en J. Z. Kannegie-
ter (Voedings- en Genotmiddelenarbeiders),
werden eensdeels verschillende bezwaren van
den referent nader onderstreept, en werd
anderdeels op de groote beteekenis van dit
ontwerp gewezen.
Besloten werd tenslotte een adres te ver
zenden aan de Tweede Kamer, waarin de
wenschen van het C.N.V. inzake wijziging
van het ontwerp naar voren worden ge
bracht.
Wijziging Crisispachtwet
Werkingssfeer wordt uitgebreid
Bij de Tweede Kamer is ingediend
een wetsontwerp tot wijziging der crisis
pachtwet 1932.
In dit wetsontwerp wordt voorgesteld
de werkingssfeer der crisispachtwet uit
te breiden tot overeenkomsten, aange
gaan tusschen 1 Januari 1932 en 1 Ja
nuari 1937 en haar duur te verlengen
tot 1 Januari 1913.
A