Antirevolutionair Orgaan IN HOC SIGNO VINCES voor de Zuidhollf«dsche en Zeeuwsche Eilanden DONDERDAG 24 DECEMBER 1936 51E JAARGANG N<>. 4359 Met het oog op de Feestdagen zal het eerstvolgend nummer van de Maas- en Scheldebode verschijnen op Don derdag 31 December a.s. Men wordt verzocht de gewone copie, zoomede de tekst der Nieuwjaars advertenties t ij dig in te zenden. DE ADMINISTRATIE BIJZ. VRIJWILLIGE LANDSTORM ORANJE-GARDE NEDERL. NIEUW-GUINEA WANT ALZOO LIEF....! Deze Courant verschijnt eiken WOKNSUAh en Z A 1 b K D A O. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco pei post f 0.90 bi) vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling 8.50 per jaar AFZONDER! IJKE NUMMERS 5 CENT. Uitgave NV URUKKER1| EN UIlChVERl) v.h. W. BOEKHOVEN 6 ZONEN. SOMMEI.SDIJK - Tel. lnterc. No. 202 - Postbus No. 2. Alle stukken voor de Redactie bestemd Advertentiën en verdere Admmis-'rafie franco toe te zenHpn aan de Uitgevers. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 8 uur. Advertentiën 20 cent. Reclames 40 cent. Boekaankondiging 10 cent per regel. Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 1.— per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte. DE KAMERLEDEN Er wordt dikwijls een onbillijk oordeel over de Kamerleden geveld, men stelt het dan zoo voor, alsof het Kamerlid-zijn een betrekking is, welke niet veel om het lijf heeft, alsof het een eerebaantje is, dat zeer gemakkelijk bij andere betrekkingen nog waargenomen kan worden. Tot dat oordeel komt men door gebrek aan kennis. Men is niet op de hoogte van het vele werk dat door onze Kamerleden verzet moet worden; een buitenstaander merkt daar ook niet zoo veei van. Naast het bijwonen van de openbare ver gaderingen der Tweede Kamer, hebben zij veel afdeelings-, oommissies- en clubsverga- deringen bij te wonen, terwijl zij veel rap porten en lijvige stukken door moeten wer ken en ook zelf rapporten op moeten stel len- enz. Terwijl dikwerf den eisch gesteld wordt, dat zij aan alle openbare arbeid deel zullen nemen, zoodat voor een Kamerlid, die zijn plicht verstaat, geen minuut vrije tijd over schiet. Vooral in dezen tijd, nu er onder zware druk gewerkt wordt, hebben de werkelijk werkende Kamerleden het druk. Wij schrijven dit om eens duidelijk te maken, dat onze mannen werkelijk hard werken. Wel weten we,, dat dit niet van alle Kamerleden en van alle partijen gezegd kan worden, maar daar mag men het ge heel niet naar beoordeelen, onze Kamer leden werken onder volle druk. Wij weten, dat er groepen en Kamerleden zijn, die het zich zeer gemakkelijk maken, die zoo nu en dan maar eens in de Kamer verschijnen, om een korte reclamerede te houden, doch verder het geheele politieke leven langs zich heen laten gaan. Gelukkig zijn die groepen niet groot en de Kamer leden niet vele. Op deze maakt de S.G.P. echter geen gun stige uitzondering; haar vertegenwoordi gers zijn bij de meeste stemmingen, zelfs als het over gewichtige landsbelangen gaat, afwezig. In den regel verschijnen zij alleen in de Kamer om even het in hun oog ver keerde in de politieke gedragslijn vast te stellen maar bij de beantwoording of ver dediging der voorstellen door de Ministers zijn ze meestal weer afwezig. Zoodat zij Vvijselijk buiten schot blijven. Wij hebben dat meermalen een negatieve politiek genoemd. Op de keper beschouwd is de politiek der S.G.P. negatief, elk perspectief ontbreekt er aan De partij bestaat nu al ettelijke jaren, haar vertegenwoordigers nemen deel aan de practische politiek en nog ontbreekt steeds een verklaring van het program van hun beginselen. Zou het soms daaraan te wijten zijn, dat de voormannen zelf de groote moeilijkheden beseffen en soms vreezen, dat zoo zij daar toe over zouden gaan, het duidelijk zou worden en tot ons volk j»aan spreken, dat die beginselen voor geen practische toepas sing vatbaar zijn in ©en land van gemengde bevolking zooals Nederland is? Alleen met dwang zouden die beginselen toegepast kunnen worden, doch daar zou heel ons volk tegen in verzet komen. Ons volk houdt daar niet van getuige het verzet tegen de crisismaatregelen, welke alleen nog maar op stoffelijke dingen betrekking hebben. Alleen ais critisoh object heeft dat begin sel waarde Voor opbouw of regeerpolitielc is het onbruikbaar. Vrij van stempelen Op de Nationale Feestdag De Minister van Sociale Zaken heeft besloten, aan de werkloozen op 7 Jan a,s. yrij van stempelen te geven, Afd. MiddelharnisSommelsdijk Donderdagavond werd door bovengenoem de afd. een vergadering gehouden in hotel Spee, te Sommelsdijk. De Voorzitter, de lieer J. H. Dijkers, sprak een welkomstwoord en betreurde het, dat ae Burgemeeser door huiselijke omstandig heden niet aanwezig kon zijn. Ook de heer J. v. d. Waal zond bericht van verhindering, maar in dit geval was er een heuglijker oorzaak, n.l. een verjaringsfeest. Speciaal werden welkom gcheeten de heeren de Boer van 's-Gravenhage, die zal spreken over: ,,'t Was Oranje, 't Is Oranje, 't Blijft Oranje boven", en de heer Hogeweg van Stad a. 't Haringvliet, secr. der Gew. Landst Commissie. Doel van den avond is de B.V.L. nader tot de burgerij te brengen en hun te laten zien dat het geen soldaatje spelen is, maar dat de B.V.L. het vredes- instituut hij uitnemendheid is, aan welks preventieve werking ons land te danken heeft, dat het voor revolutie en burgeroorlog is gespaard gebleven. Er gaat een golf van nationalisme over ons volk, zelfs Wijnkoop dient zich aan als dc strijder voor de ware democratie. Wij hebben te strijden tegen staats- en volks- souvereiniteit. Communisme, socialisme en Nat. soc. zijn in den grond der zaak even revolutionair. Deze groepen zijn 31/, eeuw ten achter, want in die dagen ging Nederland onder het juk gebukt en hebtcn zich onze vaderen opgemaakt hun vrijheid te herwinnen. Wij beseffen dikwijls onze groote vrijheid niet, zelfs de armste burger van Nederland zou veel verliezen als hij zijn vrijheid verliest. Wij hebben geen behoefte aan een andere staatsvorm, geen „hou-zee", een beweging die ons volk in de grootste slavernij zou brengen, ook geen S.D.A.P., want geen politieke partij is zoo aan verandering on dtrhevig geweest als juist die partij. Voor enkele jaren terug werd de naam der Koningin nog met kleine letters gedrukt en waren de bladen vol van insinuaties aan onze staatsinstellingen. Onder den drang der omstandigheden en uit vrees voor het fascisme is er een uiterlijke om mekeer gekomen en gaat de S.D.A.P. mee feesten, de vlag uitsteken, gaat de „Varai" het nationale program verzorgen. Trot3 alies blijft de S.D.A.P. marxistisch, een gevaar voor ons land en de wegbereidster voor fascisme en communisme, zie Duitsch- land, Italië, Oostenrijk en Spanje. Daarom is er ook geen plaats in de B.V.L. voor die groepen, omdat de B.V.L. zich achter het wettig gezag stelt. Na gemeenschappelijk gezang van enkele volksliederen, spreekt de heer M. B. S m i t s over de bijzondere bcteekenis van de B.V.L., een instelling zooals geen ander land die kent en die ons benijdt wordt. Nergens buiten Nederland vindt men zulk een organisatie van onze maatschappij. Het is haast mode geworden het buitenland te bewonderen, dit is ons volk nu eenmaal eigen. Bijzonder typisch in ons volksleven is de autonomie, ontzettend veei is dan ook overgelaten aan de zelfregeering dooi de bevolking, waarvan als voorbeelden door spr. genoemd worden de besturen van polders en waterschappen, het watervrij houden van haast de helft van ons land. De Staat houdt zich zooveel mogelijk aan haar eigen taak en al is de autonomie van het gemeentelijk bestuur wel wat ingeperkt toch is er nog groote vrijheid. Welk land kent die groote vrijheid in de organisatie, ook van hijn geestelijk leven? Hier te lande is op kerkelijk gebied de grootst mogelijke vrijheid en zoo noodig de grootst mogelijke bescherming. Zoo ook op het gebied van het onderwijs. Telkens wee trachten buitenlandsche meeningen hier ingang te vinden in deze typische vrijheid. De S.D.A.P., die het staats-absolutisme bracht, heeft eeii ommezwaiai gemaakt en slaat nu ook op de bres voor gemeentelijke autonomie, te danken aan den oud Neder- landschen gedachtengang. Thans zijn het de fascisten en nat. socialisten, die zich ook niet kunnen vinden in de vrijheid, die hier heerscht, en die zich graag een vreemd juk op den hals halen. Dit toont dat zij beheerscht worden door een on-Nederland- schen geest. Hoe reageert ons volk hierop? De land bouw is het niet eens met de crisisbeschik kingen, is niet gediend van de staatsbe moeiingen. In Duitschland gaan voor ieder bureaucraat en autoriteit de hakken bij elkaar; in Nederland lacht men er om. Spr. noemt de B.V.L. een typisch Nederlandsche vinding, waarop tal van landen jaloersch zijn. Het is geen uitvinding, want het is spontaan uit ons volksleven opgekomen, voortgekomen uit het hart van ons volk als resultaat van ons nationaal bewustzijn. Niemand heeft beter die Hollandschen geest begrepen, dan de Oranjevorsten, die het steeds hebben opgenomen tegen vorsten en staats-dwingelandij. Hierdoor is te ver klaren de nauwe band tusschen B.V.L. en het Oranjehuis. Geen grooter contrast dan tusschen B.V.L. en Communisme, tusschen B.V.L. en Socialisme en tusschen B.V.L, en fascisme, De eerste doortrokken yan hel viijheidsbloed, de laatste van een Staats- en dictatorale onderworpen slavengeest. Hei sjmbool der eenheid is voor ons het Oranje huis en daar is bij de anderen geen plaats voor of hoogstens oji den achtergrond en „dat willen wij niet". In de pauze werden de resultaten van den schietwedstrijd bekend gemaakt en de daarvoor beschikbaar gestelde prijzen uit gereikt; Scherpschutters: J. C. Kieviet, 93 p. L. Mastenbroek 90 p; T. v. d. Boogert 89 J. P. Geluk 80 p; J. Bom 88 p. en G. van Oriel 88 p. Schutters le kl. C. Slui 88 p; A. Vis van Heemst 86 p; J. Vogelaar 85 p; C Knape Czn. 84 p; J. Grootenboer 84 p; A. Babel 83 p. Schutters 2e klas: J. C Snelleman £0 p; Adr. Buth 88 p; B van Dijk 80 p. en J. Schol 77 p. Na de pauze sprak de heer Hogeweg over de B.V.L. en het Oranjehuis. Spr noemde het geen opoffering B.V.L. er te zijn, maar een plicht en denkt dan aan Willem van Oranje, die zijn schatter, ter, gelde maakte, om daarvoor een leger aan te kunnen werven. Waar ter wereld is een Vorstenhuis, dat zoo goed en bloed voor het vaderland ge olferd heeft. Daarom zal zoolang het drie voudig snoer God, Nederland en Oranje blijft bestaan, Nederland niet ten onder gaan. Maar niet alleen voor het Oranjehuis, ook voor de eigen goederen hebben wij pal te staan en herinnert spr. aan wat gebeurt in Spanje, waar vrouwen en kinderen ver moord worden. Pal te blijven staan voor de rust on de vrijheid in ons land is on? plicht cn daarom zal geen enkele B.VL.-ei thuis blijven als de nood ons roept. De heer de Boer herinnert aan de blijde tijding van de verloving van Prinses Juliana met Prins Bernhard. Wij leven allen zoo dicht bij den Oranjetroon. t Was zoo stil en eenzaam in de Vorstelijke woning na het verscheiden van Koningin Emma. de Koningin der weldadigheid on Prins Hendrik, de vriend van ons volk. Menigeen zal zich hebben afgevraagd of het einde van den Oranjestam zou gekomen zijn. Maar teen gingen er geruchten van een Prins drr naar onze lage landen zou komen en dp Prinses is opgebloeid van knop tot heerlijke bloem. De verloving is tot stand gekomen in bange tij dien, de lach was van ons volk verdwenen, er was zorg om wat ging komen en zie daar kwam de Prins en vanaf dien tiju is alles veranderd, is er weer optimisme gekomen. Toch moeten wij niet vergeten, dat de band tusschen Nederland en Oranje maar een teêre band is en spr. herinnert aan de drie zonen van Prins Willem van Oranje, waarvan de oudste naar Spanj' gevoerd werd, de tweede kinderloos stierf en slechts Frederik Hendrik een zoon achter liet; aan Willem III die kinderloos stierf aan Koning Willem III die veel zonen had totdat de dood kwam en een 4-jarig doch tertje, thans onze Koningin, overbleef. En nu slechts onze Koningin en Haar Dochter. Wij hopen dat de band tusschen Prinses Juliana en Prins Bernhard gezegend mag worden. Spr. schetst op boeiende wijze de worsteling tegen de tyrannie van de Spaan- sche vorsten en teekent den hand tusschen Nederland en Oranje de eeuwen door. In r:e komende jaren zal het gaan om het be staan van ons geliefd Vorstenhuis. Het communisme wil dit geheel wegvagen; de N.S.B. wil Oranje tn de schaduw plaatsen, in een glazen kastje, opdat de leider m het volle licht zou komen. Spr. herinnert aan de zegels waarop de beeltenis van Mussert is aangebracht en de sluitzegel van den gedevalueerden gulden, waaruit een stuk is weggenomen, zoodat de mond der Koningin is weggenomen en daarvoor staat „Mussert wint." Mussert wint, opdat ons land de vrijheid krijgt die Duitschland en Italië heeft ver kregen. De B.V.L. zal zich hiertegen scharen rondom den troon der Oranjes en front maken „als 't moet" tegen den vijand, zoowel fascist, communist als socialist en zeggen: gij blijft met uw schennende hand van Oranje af, want „het was, het is en het zal Oranje blijven", zoolang de B.V.L. be staat. De Voorzitter dankt de spr.'s van dezen avond en den heer Th. Boekhoven, die ge zorgd heeft voor de muzikale leiding van den zang, terwijl ook nog genoemd wordt de heer Schol, de ijverige en trouwe plaat selijke leider van de B.V.L. Denaturatievergoeding aardappelen Ook voor West-Brabander Van bevoegde zijde vernemen wij, dat aan de aardappelrassen van den kleigrond be- hoorende tot de z.g. rubriek-A, waarvoor, in dien de aardappelen aan de daartoe gestelde eischen voldoen, niet ingang van 1 Februari 1937 bij denaturatie een vergoeding van f 1.50 per 100 K.G. wordt gegeven is toege voegd het ras ffiest-Braha&der, De pas opgerichte afd. Sommelsdijk - Middelharnis heeft Vrijdag een openbare Propaganda-avond gehouden. Na opening op gebruikelijke wijze, sprak de Voorzitter, de heer M. Edewaard, oen welkomstwoord, De oprichting der O. G. stuitte op tal van bezwaren. „Het zou niet gaan" werd gezegd, maar de schitterende opkomst heelt deze meening gelogenstraft. Ook op Flakkee heerscht nog Oranje liefde en ook medeleven als het Oranje huis in droefheid verkeert. Spr. herinnert aan het Koninklijk bezoek dit voorjaar op Flakkee, toen alle koelhei i en nuchterheid verdween, aan de verloving van Prinses Juliana, toon ook hier de vlaggen uit werden gestoken en de 'age landen aan de zee vervuld waren van vreugde en feestgejuich. Daarom moeten wij sympathiek staan tegenover een Veree niging, die zich ten doel stelt aankweeken van Oranjeliefde en versterking van den band tusschen Nederland en Oran"-. Men heeft als argument 'ogen de oprichting van de O. G. aangevoerd de slechte tijds omstandigheden. Maar, zegt spr., juist in de moeilijkste tijden heeft ons volk zich om Oranje geschaard. Onze geschiedenis is er vol van. In tij den van welvaart, die achter ons liggen, werd de band steeds losser en trad rood steeds driester op, maar ons volk is er door opgeschrikt uit zijn diepen slaap en heeft het gevaar gezien waarin het vr- keerde en zich in hernieuwde trouw aan eengesloten rondom den Oran'etroon. Leo Lens spreekt dan over het onder werp „Wat Ï6, wat wil de Oranje Garde". Wij leven in een feestelijke tijd, zegt spr De verloving der Prinses, d:ie een belofte inhield en nu de a.s. bruidsdagen, die de vervulling zullen brengen, brachten een ontstellend enthousiasme. Er is een ge drang om den Oranjetroon. waarvan wij niet weten hoe wij het er mee hebben, zelfs de socialisten zijn omgekeerd en bedelen om een plaats in de Oranje-optocht. Dit enthousiasme zou ons doen denken dat er geen O. G. noodig is, omdat als het noodig is. ieder klaar staat om zijn Oranjeliefde te uiten, maar zegt spr., er zijn gevaren aan dat groote enthousiasme. Hoe kort is bet nog na 1933, na de bom op de „Zeven Provinciën", na de smaad der Communis ten, onze Vorstin aangedaan, na „den roo- den" Dinsdag. Deze feiten moeten niet ver geten worden, maar onze jengd geleerd en voorgehouden worden, dat niets wisselval liger is dnn de volksgunst. De jeugdorga nisafies I V. en M.V. zorgen voor de geeste'i-'e en zedelijke opvoeding, maar daarnaast moet er plaats zijn voor de Oranje Ga-de, die als positief Protestantsch Christelijke vereenigng, tot grondslag God. Woord neemt. Ieder jongen en meisje heeft zich voor de geestelijke vorming te voegen bij bun eigen vereeniging, maar daarnaast moet de Oranje Garde leiding geven aan de jeugd in den stroom van nationalisme, die er over Nederland gaat. Het doel is onze eigen innige mensehen in eigen vereeniging te houden. Een raad van toezicht wordt in elke plaats gevormd, d'ie de bevoegdheid bezit zoo noodig besluiten der O. G. nietig te verklaren. Wat wil de O. G.? Studie der geschiedenis om te weten te komen waarom wij Oranje lief moeten hebben, wat God ons volk in Oranje gegeven heeft. Het vaderlandsch lied dat naar den achtergrond gedrongen was. moet weer op nieuw gekend worden. De jeugd, die na alle pacifisme en marxisme met daaruit voortkomende gezagsondermijning en ban deloosheid, een verlangen heeft gekregen naar orde en tucht, moet hierin geoefend worden. In kleeding, in woord en daad zal de jeugd haar Oranjeliefde toonen. De prinsekiel met oranjedias en muts zal het de bevolking van ons land doen zien, dat de jeugd zich haar liefde voor het Oranje huis niet wil schamen. De ledien der O. G. hebben de plicht de eer der Garde hoog te houdbn. Verder wordt er steeds voor gewaakt dat die Kerkelijke plichten als catechisaties e.d.g., niet in het gedrang komen. Aan het eind van zijn met aandacht beluisterde rede, wekte de spr. de jongeren nogmaails op, zich aan te sluiten bij de O. G. Na de pauze spreekt de heer van Nieu- wenhuyze, lid der Comm. van toezicht, tot de vergadering, en herinnert hum aan den nog zoo kort achter ons liggende oorlog, aan het eind waarvan er over geheel Euro pa ontzettende spanningen onder de be volking ontstonden, die zioh in diverse lan- dten in revolutie uitten. Dankbaar mogien we zijn dat ons lanid daarvoor gespaard is gebleven. Toch is ook ons volk beïnvloed door dien boozen geest van communisme en socialisme, en is er een drang ontstaan naar vrijheid, die dik wijls ontaard is in losbandighedlen, met als reactie het fascisme. Gelukkig is ons volk teruggekeerd van dit gevaarlijke pad en wet heeft zich nu het fascisme als ander uiterste tot ons volk gewend, maar ons volk heeft reeds ingezien dat dit de uiterste gevaren meebrengt voor onze vrijheid van denken. Daarom moeten wij toejuichen elke po ging om die bcteekenis der Oranjes, voor de vrijheid en het heil van ons volk, in duidelijker licht te stellen en dit bevorde ren door de oprichting van de Oranje Garde te steunen. Spr. hoopt dat de O. G sen belangrijke plaats op Flakkee zal gaan innemen. De Voorzitter dankt de beide sprekers en deelt mede dat de raad van toezicht voor deze afd. bestaat uit de heeren Ds E. van Asch. J. v. cl Poel, P. J. van Leeuwen, D Jansen en M. de Foekert. Het is regel dat den Burgemeester ter plaatse het Beschermheerschap wordt aan geboden, maar in verband met de droeve huiselijke omstandigheden is de O. G. van deze gwoonte afgeweken. Ook spreekt de Voorzitter er zijn leedwezen over uit dat de heer v. d. Poel, die altijd vol belang stelling voor de O. G. is, door ongesteld heid verhinderd was aanwezig te zijn en spreekt de wensch uit, dat de heer v. d. P weer gauw hersteld mag zijn en torugkro- ren kan in den werkkring die hem lief is Spr. dankt de heer G. Zoon, diie de muzi kale medewerking bi] den zang verzorgd en derj zang van de O. G. zelf geleid heeft, terwijl ook dank gebracht werd aan den Gardist P. Koster die geheel belangeloos al zijn vrije tijd gegeven heeft voor de ver siering van het Zondagschoolgebouw. Ne nogmaals de aanwezigen opgewekt te heb ben tot toetreding, wordt de vergadering door den heer van Oei met dank'-vaing gesloten. IX. Het is wel opmerkelijk, hoe weinig goeds verschillende dagbladen over Nieuw-Guinea hebben te vertellen en bijna iedere gelegen heid te baat nemen, om zich tegen elke propaganda van de Nieuw Guinea-gedachte te verzetten. Is men dan geheel onkundig van liet bestaan van een rapport van de hand van den oud-Gouvemeur der Moluk- ken. den heer Tideman, dat hij destijds aan de Indische regeering heeft overgelegd? Als de redacties van onze dagbladen zich de moeite wilden getroosten dat rapport te be- studeeren, men zou t.a.v. kolonisatie en emigratie naar N. G. een geheel ander stand punt innemen. In een interview, dat de „Telegraaf" eenl- go maanden geleden had met den heer Tide man, liet deze zich, op de vraag hoe hij dacht over emigratie naar N. G„ in de volgen de bewoordingen uit: „Roekeloos en onverant woordelijk vind ik het om propaganda te maken hier in Nederland voor emigratie naar N. G.". Zonder eenig bezwaar willen wij die woor den tot de onze maken, mits wij achter het woord „propaganda" de woorden „zonder meer" mogen plaatsen. En als wij nu den oud-Gouverneur verklaren volkomen over tuigd te zijn, dat particuliere of individueele kolonisatie alleen dan kans van slagen heeft, indien degelijk voorbereid en systema tisch opgezet, gesteund dopr den wil van het Nederlandsche volk en de Regeeringen van Nederland en Indië, en wij verder ver klaren „dat niet eerder tot practische kolo nisatie zal worden overgegaan, dan nadat aan bovengestelde voorwaarden zal zijn voldaan" (beginselprogram der Nat. JJ. G Ver.), dan is het van ons geen gewaap"^* veronderstelling, dat de oud-Gouverneur der Molukken op onze vraag, of hij ook dan afzijdig zou staan tegenover emigratie, een antwoord zou geven volkomen in overeenstemming met het ad vies, hetrvelk hij neergelegd heeft in zijn aan de Indische Regeering overgelegd rap port. Verder merkte de heer Tideman in boven bedoeld interview op, dat naar zijn meening emigratie naar N. G. nooit de oplossing zou geven van het werkloozenprobleem. Onzer zijds hebben wij nimmer beweerd, dat emi gratie de oplossing van bedoeld vraag stuk zou geven. Wij vragen echter, of wij ooit tot een oplossing zullen geraken, als er niets gedaan wordt om het surplus der bevolking van ons land naar elders te ver plaatsen. Wij hebben nu eenmaal een teveel aan bevolking en dan lijkt ons de aange wezen weg landgenooten, die dit willen, al thans liever willen dan hier hun tijd in ledigheid door te brengen en tenslotte ten onder te gaan, op te wekken en de gelegen heid te verschaffen naar N.G. te emigreeren en zich daar een bestaan te veroveren. Dat emigratie alie kans van slagen heeft, blijkt uit de woorden van den oud-Gouver neur in het interview, welke wij hier aan halen; ,Ook zijn er versohillende particulieren, die het er kunnen bolwerken. Ik denk aan den planter Brinkman b.v. op de Noordkust. Aan Ebeli, den kolonist op .Tuliana-dorp, een volbloed Nederlander. Wat ik heb gezien van wat hij daar heeft gewrocht, heeft mij bijna doen er kennen, dat het dan toch mogelijk is hier als Nederlandsch kolonist een be staan te vinden. Want dat is de kern van het probleem: „Kan de Nederlander als klein-landbouwer op Nieuw-Guinea een bestaan vinden?" Welnu, planters als Brinkman en Ebeli zijn er vele hier te lande, als men hun maar een kans geeft. Wat er thans op het gebied yan koloni- Want alzoo lief had God de wereld De wereld, die in 't hooze ligt Die, rebeleerend en opstandig, Zich tegen Zijne Almacht richt. Die eigen wil en 't eigen kunnen Ver boven Zijn bevelen stelt.... Zóó lief, dat Hij Zijn een'gen Schoot zoon Zich geven laat aan haar geweld! Want alzoo lief had God de wereld Die satans beeld draagt in het hart Geketend door des boozen kluisters In ongerechtigheid verstard Die, gansch vervreemd van [d' Albestuurder, Zijn Scheppersrechten niet gedenkt Zóó lief, dat Hij haar, ter behoud'nis, Een Redder, een Verlosser schenkt! Want alzoo lief had God de wereld Die, ver van Hem, in zonden, leeft Die, door haar boosheid en haar {.schulden Zijn heilig recht geschonden heeft Die zich, insteê van Hem te dienen, Vrijwillig aan den satan gaf Zóó lief, dat Hij Zijn Zoon wou zenden Die zelf het kruis droeg en de straf! Want alzoo lief had God de wereld! Dit blijde Evangeliewoord Wordt door het Kerstfeest weer {gepredikt En over 't rond der aard gehoord: De Zone Gods kwam op deez' aarde Verliet der heem'len heerlijkheid Eenswillend met den wil des Vaders Tot 't dragen van de schuld bereid. Want alzoo lief had God de wereld Die Hem verwerptHem wederstreeft Zóó lief, dat Hij, ondanks hun zonden In menschen welbehagen heeft Zóó lief, dat Hij ons wil verlossen Van helsche pijn, van eeuw'ge smart Ons trekken met Zijn liefdekoorden Naar 't altijd minnend Vaderhart! Want alzoo lief had God de wereld De wereld, die in 't booze ligt Die, noch voor 't dreigen van Zijn {wetten Noch voor Zijn heilsbeloften zwicht Zóó lief, dat Hij, ook op dit Kerstfeest, Ons, bij vernieuwing, weer belooft Dat niet de Vader zal verderven Een ieg'Ujk, die den Zoon gelooft. HAKATE satie bereikt is, is het resultaat van moei- zamen arbeid van een in Indië bestaande Vereeniging voor Kolonisatie op N. G., een vereeniging, die zich verheugen mag in de belangstelling van de Indische Regeering, die daarvan doet blijken door daadwerke lijken steun, zij het ook in zeer beseheiden mate. Kolonisatie en emigratie zonder groo te geldelijke offers is een utopie. Zie naar België, naar Frankrijk, Italië, Japan, om slechts eenige der voornaamste landen te noemen, hoe de regeeringen zich inspa/nnen en met enorme geldelijke offers de kolonisatie bevorderen. Daar vindt men niet de Jan-Salie-geest, die spreekt uit de vraag door de „Telegraaf' in het interview gesteld: „Maar mag men dan van een re geering eisehen ©en proef te nemen wan neer zij de overtuiging bezit, dat deze toch' nooit zal uitwijzen, wat men er in de toe komst mee kan bereiken?" Ons aintwoord is, dat eerst dan en niet eerder sprake kan zijin van „een over» tuiging harerzijds van een niet» kunne n", als de Itegeering een ernstige proef met. kolonisatie en emigratie heeft ge nomen. Dagelijks worden schatten verslon den voor uitkeeringen aan honderdduizen den; schatten, die met de allergrootste op offeringen door belastingbetalers moeten worden opgebracht zonder dat uitzicht be staat, dat daaraan in afzienbaren tijd een einde zal komen. Er kan een einde aan komen: when there is a will, there is a way. V. .(Wordt vervolgd),

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1936 | | pagina 1