Antirevolutionair
Orgaan
IN HOC SIGNO VINCES
voor de Zuidhollf«dsche en Zeeuwsche Eilanden
DONDERDAG 24 DECEMBER 1936
51E JAARGANG N<>. 4359
Met het oog op de Feestdagen zal het
eerstvolgend nummer van de Maas-
en Scheldebode verschijnen op Don
derdag 31 December a.s.
Men wordt verzocht de gewone copie,
zoomede de tekst der Nieuwjaars
advertenties t ij dig in te zenden.
DE ADMINISTRATIE
BIJZ. VRIJWILLIGE
LANDSTORM
ORANJE-GARDE
NEDERL. NIEUW-GUINEA
WANT ALZOO LIEF....!
Deze Courant verschijnt eiken WOKNSUAh en Z A 1 b K D A O.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco pei post f 0.90 bi)
vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling 8.50 per jaar
AFZONDER! IJKE NUMMERS 5 CENT.
Uitgave NV URUKKER1| EN UIlChVERl) v.h. W. BOEKHOVEN
6 ZONEN. SOMMEI.SDIJK - Tel. lnterc. No. 202 - Postbus No. 2.
Alle stukken voor de Redactie bestemd Advertentiën en verdere
Admmis-'rafie franco toe te zenHpn aan de Uitgevers.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 8 uur.
Advertentiën 20 cent. Reclames 40 cent. Boekaankondiging 10 cent per
regel. Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 1.— per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte.
DE KAMERLEDEN
Er wordt dikwijls een onbillijk oordeel
over de Kamerleden geveld, men stelt het
dan zoo voor, alsof het Kamerlid-zijn een
betrekking is, welke niet veel om het lijf
heeft, alsof het een eerebaantje is, dat zeer
gemakkelijk bij andere betrekkingen nog
waargenomen kan worden. Tot dat oordeel
komt men door gebrek aan kennis. Men
is niet op de hoogte van het vele werk dat
door onze Kamerleden verzet moet worden;
een buitenstaander merkt daar ook niet
zoo veei van.
Naast het bijwonen van de openbare ver
gaderingen der Tweede Kamer, hebben zij
veel afdeelings-, oommissies- en clubsverga-
deringen bij te wonen, terwijl zij veel rap
porten en lijvige stukken door moeten wer
ken en ook zelf rapporten op moeten stel
len- enz.
Terwijl dikwerf den eisch gesteld wordt,
dat zij aan alle openbare arbeid deel zullen
nemen, zoodat voor een Kamerlid, die zijn
plicht verstaat, geen minuut vrije tijd over
schiet.
Vooral in dezen tijd, nu er onder zware
druk gewerkt wordt, hebben de werkelijk
werkende Kamerleden het druk.
Wij schrijven dit om eens duidelijk te
maken, dat onze mannen werkelijk hard
werken. Wel weten we,, dat dit niet van
alle Kamerleden en van alle partijen gezegd
kan worden, maar daar mag men het ge
heel niet naar beoordeelen, onze Kamer
leden werken onder volle druk.
Wij weten, dat er groepen en Kamerleden
zijn, die het zich zeer gemakkelijk maken,
die zoo nu en dan maar eens in de Kamer
verschijnen, om een korte reclamerede te
houden, doch verder het geheele politieke
leven langs zich heen laten gaan. Gelukkig
zijn die groepen niet groot en de Kamer
leden niet vele.
Op deze maakt de S.G.P. echter geen gun
stige uitzondering; haar vertegenwoordi
gers zijn bij de meeste stemmingen, zelfs als
het over gewichtige landsbelangen gaat,
afwezig. In den regel verschijnen zij alleen
in de Kamer om even het in hun oog ver
keerde in de politieke gedragslijn vast te
stellen maar bij de beantwoording of ver
dediging der voorstellen door de Ministers
zijn ze meestal weer afwezig. Zoodat zij
Vvijselijk buiten schot blijven.
Wij hebben dat meermalen een negatieve
politiek genoemd.
Op de keper beschouwd is de politiek der
S.G.P. negatief, elk perspectief ontbreekt er
aan De partij bestaat nu al ettelijke jaren,
haar vertegenwoordigers nemen deel aan de
practische politiek en nog ontbreekt steeds
een verklaring van het program van hun
beginselen.
Zou het soms daaraan te wijten zijn, dat
de voormannen zelf de groote moeilijkheden
beseffen en soms vreezen, dat zoo zij daar
toe over zouden gaan, het duidelijk zou
worden en tot ons volk j»aan spreken, dat
die beginselen voor geen practische toepas
sing vatbaar zijn in ©en land van gemengde
bevolking zooals Nederland is?
Alleen met dwang zouden die beginselen
toegepast kunnen worden, doch daar zou
heel ons volk tegen in verzet komen. Ons
volk houdt daar niet van getuige het verzet
tegen de crisismaatregelen, welke alleen
nog maar op stoffelijke dingen betrekking
hebben.
Alleen ais critisoh object heeft dat begin
sel waarde Voor opbouw of regeerpolitielc
is het onbruikbaar.
Vrij van stempelen
Op de Nationale Feestdag
De Minister van Sociale Zaken heeft
besloten, aan de werkloozen op 7 Jan
a,s. yrij van stempelen te geven,
Afd. MiddelharnisSommelsdijk
Donderdagavond werd door bovengenoem
de afd. een vergadering gehouden in hotel
Spee, te Sommelsdijk.
De Voorzitter, de lieer J. H. Dijkers, sprak
een welkomstwoord en betreurde het, dat
ae Burgemeeser door huiselijke omstandig
heden niet aanwezig kon zijn. Ook de heer
J. v. d. Waal zond bericht van verhindering,
maar in dit geval was er een heuglijker
oorzaak, n.l. een verjaringsfeest. Speciaal
werden welkom gcheeten de heeren de
Boer van 's-Gravenhage, die zal spreken
over: ,,'t Was Oranje, 't Is Oranje, 't Blijft
Oranje boven", en de heer Hogeweg van
Stad a. 't Haringvliet, secr. der Gew. Landst
Commissie. Doel van den avond is de
B.V.L. nader tot de burgerij te brengen en
hun te laten zien dat het geen soldaatje
spelen is, maar dat de B.V.L. het vredes-
instituut hij uitnemendheid is, aan welks
preventieve werking ons land te danken
heeft, dat het voor revolutie en burgeroorlog
is gespaard gebleven.
Er gaat een golf van nationalisme over
ons volk, zelfs Wijnkoop dient zich aan als
dc strijder voor de ware democratie. Wij
hebben te strijden tegen staats- en volks-
souvereiniteit. Communisme, socialisme en
Nat. soc. zijn in den grond der zaak even
revolutionair.
Deze groepen zijn 31/, eeuw ten achter,
want in die dagen ging Nederland onder
het juk gebukt en hebtcn zich onze vaderen
opgemaakt hun vrijheid te herwinnen. Wij
beseffen dikwijls onze groote vrijheid niet,
zelfs de armste burger van Nederland zou
veel verliezen als hij zijn vrijheid verliest.
Wij hebben geen behoefte aan een andere
staatsvorm, geen „hou-zee", een beweging
die ons volk in de grootste slavernij zou
brengen, ook geen S.D.A.P., want geen
politieke partij is zoo aan verandering on
dtrhevig geweest als juist die partij. Voor
enkele jaren terug werd de naam der
Koningin nog met kleine letters gedrukt
en waren de bladen vol van insinuaties
aan onze staatsinstellingen. Onder den
drang der omstandigheden en uit vrees
voor het fascisme is er een uiterlijke om
mekeer gekomen en gaat de S.D.A.P. mee
feesten, de vlag uitsteken, gaat de „Varai"
het nationale program verzorgen. Trot3
alies blijft de S.D.A.P. marxistisch, een
gevaar voor ons land en de wegbereidster
voor fascisme en communisme, zie Duitsch-
land, Italië, Oostenrijk en Spanje. Daarom
is er ook geen plaats in de B.V.L. voor die
groepen, omdat de B.V.L. zich achter het
wettig gezag stelt.
Na gemeenschappelijk gezang van enkele
volksliederen, spreekt de heer M. B. S m i t s
over de bijzondere bcteekenis van de B.V.L.,
een instelling zooals geen ander land die
kent en die ons benijdt wordt. Nergens
buiten Nederland vindt men zulk een
organisatie van onze maatschappij. Het is
haast mode geworden het buitenland te
bewonderen, dit is ons volk nu eenmaal
eigen. Bijzonder typisch in ons volksleven
is de autonomie, ontzettend veei is dan ook
overgelaten aan de zelfregeering dooi de
bevolking, waarvan als voorbeelden door
spr. genoemd worden de besturen van
polders en waterschappen, het watervrij
houden van haast de helft van ons land.
De Staat houdt zich zooveel mogelijk aan
haar eigen taak en al is de autonomie van
het gemeentelijk bestuur wel wat ingeperkt
toch is er nog groote vrijheid.
Welk land kent die groote vrijheid in de
organisatie, ook van hijn geestelijk leven?
Hier te lande is op kerkelijk gebied de
grootst mogelijke vrijheid en zoo noodig de
grootst mogelijke bescherming. Zoo ook op
het gebied van het onderwijs. Telkens wee
trachten buitenlandsche meeningen hier
ingang te vinden in deze typische vrijheid.
De S.D.A.P., die het staats-absolutisme
bracht, heeft eeii ommezwaiai gemaakt en
slaat nu ook op de bres voor gemeentelijke
autonomie, te danken aan den oud Neder-
landschen gedachtengang. Thans zijn het
de fascisten en nat. socialisten, die zich
ook niet kunnen vinden in de vrijheid, die
hier heerscht, en die zich graag een vreemd
juk op den hals halen. Dit toont dat zij
beheerscht worden door een on-Nederland-
schen geest.
Hoe reageert ons volk hierop? De land
bouw is het niet eens met de crisisbeschik
kingen, is niet gediend van de staatsbe
moeiingen. In Duitschland gaan voor ieder
bureaucraat en autoriteit de hakken bij
elkaar; in Nederland lacht men er om. Spr.
noemt de B.V.L. een typisch Nederlandsche
vinding, waarop tal van landen jaloersch
zijn. Het is geen uitvinding, want het is
spontaan uit ons volksleven opgekomen,
voortgekomen uit het hart van ons volk als
resultaat van ons nationaal bewustzijn.
Niemand heeft beter die Hollandschen
geest begrepen, dan de Oranjevorsten, die
het steeds hebben opgenomen tegen vorsten
en staats-dwingelandij. Hierdoor is te ver
klaren de nauwe band tusschen B.V.L. en
het Oranjehuis. Geen grooter contrast dan
tusschen B.V.L. en Communisme, tusschen
B.V.L. en Socialisme en tusschen B.V.L, en
fascisme, De eerste doortrokken yan hel
viijheidsbloed, de laatste van een Staats- en
dictatorale onderworpen slavengeest. Hei
sjmbool der eenheid is voor ons het Oranje
huis en daar is bij de anderen geen plaats
voor of hoogstens oji den achtergrond en
„dat willen wij niet".
In de pauze werden de resultaten van
den schietwedstrijd bekend gemaakt en de
daarvoor beschikbaar gestelde prijzen uit
gereikt;
Scherpschutters: J. C. Kieviet, 93 p.
L. Mastenbroek 90 p; T. v. d. Boogert 89
J. P. Geluk 80 p; J. Bom 88 p. en G. van
Oriel 88 p.
Schutters le kl. C. Slui 88 p; A. Vis
van Heemst 86 p; J. Vogelaar 85 p; C
Knape Czn. 84 p; J. Grootenboer 84 p; A.
Babel 83 p.
Schutters 2e klas: J. C Snelleman
£0 p; Adr. Buth 88 p; B van Dijk 80 p. en
J. Schol 77 p.
Na de pauze sprak de heer Hogeweg
over de B.V.L. en het Oranjehuis. Spr
noemde het geen opoffering B.V.L. er te
zijn, maar een plicht en denkt dan aan
Willem van Oranje, die zijn schatter, ter,
gelde maakte, om daarvoor een leger aan
te kunnen werven.
Waar ter wereld is een Vorstenhuis, dat
zoo goed en bloed voor het vaderland ge
olferd heeft. Daarom zal zoolang het drie
voudig snoer God, Nederland en Oranje
blijft bestaan, Nederland niet ten onder
gaan.
Maar niet alleen voor het Oranjehuis, ook
voor de eigen goederen hebben wij pal te
staan en herinnert spr. aan wat gebeurt in
Spanje, waar vrouwen en kinderen ver
moord worden. Pal te blijven staan voor de
rust on de vrijheid in ons land is on?
plicht cn daarom zal geen enkele B.VL.-ei
thuis blijven als de nood ons roept.
De heer de Boer herinnert aan de
blijde tijding van de verloving van Prinses
Juliana met Prins Bernhard. Wij leven
allen zoo dicht bij den Oranjetroon. t Was
zoo stil en eenzaam in de Vorstelijke woning
na het verscheiden van Koningin Emma.
de Koningin der weldadigheid on Prins
Hendrik, de vriend van ons volk. Menigeen
zal zich hebben afgevraagd of het einde van
den Oranjestam zou gekomen zijn. Maar
teen gingen er geruchten van een Prins
drr naar onze lage landen zou komen en dp
Prinses is opgebloeid van knop tot heerlijke
bloem. De verloving is tot stand gekomen
in bange tij dien, de lach was van ons volk
verdwenen, er was zorg om wat ging komen
en zie daar kwam de Prins en vanaf dien
tiju is alles veranderd, is er weer optimisme
gekomen. Toch moeten wij niet vergeten,
dat de band tusschen Nederland en Oranje
maar een teêre band is en spr. herinnert
aan de drie zonen van Prins Willem van
Oranje, waarvan de oudste naar Spanj'
gevoerd werd, de tweede kinderloos stierf en
slechts Frederik Hendrik een zoon achter
liet; aan Willem III die kinderloos stierf
aan Koning Willem III die veel zonen had
totdat de dood kwam en een 4-jarig doch
tertje, thans onze Koningin, overbleef. En
nu slechts onze Koningin en Haar Dochter.
Wij hopen dat de band tusschen Prinses
Juliana en Prins Bernhard gezegend mag
worden. Spr. schetst op boeiende wijze de
worsteling tegen de tyrannie van de Spaan-
sche vorsten en teekent den hand tusschen
Nederland en Oranje de eeuwen door. In
r:e komende jaren zal het gaan om het be
staan van ons geliefd Vorstenhuis. Het
communisme wil dit geheel wegvagen; de
N.S.B. wil Oranje tn de schaduw plaatsen,
in een glazen kastje, opdat de leider m het
volle licht zou komen.
Spr. herinnert aan de zegels waarop de
beeltenis van Mussert is aangebracht en de
sluitzegel van den gedevalueerden gulden,
waaruit een stuk is weggenomen, zoodat de
mond der Koningin is weggenomen en
daarvoor staat „Mussert wint."
Mussert wint, opdat ons land de vrijheid
krijgt die Duitschland en Italië heeft ver
kregen.
De B.V.L. zal zich hiertegen scharen
rondom den troon der Oranjes en front
maken „als 't moet" tegen den vijand,
zoowel fascist, communist als socialist en
zeggen: gij blijft met uw schennende hand
van Oranje af, want „het was, het is en het
zal Oranje blijven", zoolang de B.V.L. be
staat.
De Voorzitter dankt de spr.'s van dezen
avond en den heer Th. Boekhoven, die ge
zorgd heeft voor de muzikale leiding van
den zang, terwijl ook nog genoemd wordt
de heer Schol, de ijverige en trouwe plaat
selijke leider van de B.V.L.
Denaturatievergoeding
aardappelen
Ook voor West-Brabander
Van bevoegde zijde vernemen wij, dat aan
de aardappelrassen van den kleigrond be-
hoorende tot de z.g. rubriek-A, waarvoor, in
dien de aardappelen aan de daartoe gestelde
eischen voldoen, niet ingang van 1 Februari
1937 bij denaturatie een vergoeding van
f 1.50 per 100 K.G. wordt gegeven is toege
voegd het ras ffiest-Braha&der,
De pas opgerichte afd. Sommelsdijk -
Middelharnis heeft Vrijdag een openbare
Propaganda-avond gehouden. Na opening
op gebruikelijke wijze, sprak de Voorzitter,
de heer M. Edewaard, oen welkomstwoord,
De oprichting der O. G. stuitte op tal
van bezwaren. „Het zou niet gaan" werd
gezegd, maar de schitterende opkomst heelt
deze meening gelogenstraft.
Ook op Flakkee heerscht nog Oranje
liefde en ook medeleven als het Oranje
huis in droefheid verkeert.
Spr. herinnert aan het Koninklijk bezoek
dit voorjaar op Flakkee, toen alle koelhei i
en nuchterheid verdween, aan de verloving
van Prinses Juliana, toon ook hier de
vlaggen uit werden gestoken en de 'age
landen aan de zee vervuld waren van
vreugde en feestgejuich. Daarom moeten
wij sympathiek staan tegenover een Veree
niging, die zich ten doel stelt aankweeken
van Oranjeliefde en versterking van den
band tusschen Nederland en Oran"-. Men
heeft als argument 'ogen de oprichting
van de O. G. aangevoerd de slechte tijds
omstandigheden. Maar, zegt spr., juist in
de moeilijkste tijden heeft ons volk zich
om Oranje geschaard.
Onze geschiedenis is er vol van. In tij
den van welvaart, die achter ons liggen,
werd de band steeds losser en trad rood
steeds driester op, maar ons volk is er
door opgeschrikt uit zijn diepen slaap en
heeft het gevaar gezien waarin het vr-
keerde en zich in hernieuwde trouw aan
eengesloten rondom den Oran'etroon.
Leo Lens spreekt dan over het onder
werp „Wat Ï6, wat wil de Oranje Garde".
Wij leven in een feestelijke tijd, zegt spr
De verloving der Prinses, d:ie een belofte
inhield en nu de a.s. bruidsdagen, die de
vervulling zullen brengen, brachten een
ontstellend enthousiasme. Er is een ge
drang om den Oranjetroon. waarvan wij
niet weten hoe wij het er mee hebben, zelfs
de socialisten zijn omgekeerd en bedelen
om een plaats in de Oranje-optocht. Dit
enthousiasme zou ons doen denken dat er
geen O. G. noodig is, omdat als het noodig
is. ieder klaar staat om zijn Oranjeliefde
te uiten, maar zegt spr., er zijn gevaren
aan dat groote enthousiasme. Hoe kort is
bet nog na 1933, na de bom op de „Zeven
Provinciën", na de smaad der Communis
ten, onze Vorstin aangedaan, na „den roo-
den" Dinsdag. Deze feiten moeten niet ver
geten worden, maar onze jengd geleerd en
voorgehouden worden, dat niets wisselval
liger is dnn de volksgunst. De jeugdorga
nisafies I V. en M.V. zorgen voor de
geeste'i-'e en zedelijke opvoeding, maar
daarnaast moet er plaats zijn voor de
Oranje Ga-de, die als positief Protestantsch
Christelijke vereenigng, tot grondslag God.
Woord neemt.
Ieder jongen en meisje heeft zich voor
de geestelijke vorming te voegen bij bun
eigen vereeniging, maar daarnaast moet
de Oranje Garde leiding geven aan de
jeugd in den stroom van nationalisme, die
er over Nederland gaat. Het doel is onze
eigen innige mensehen in eigen vereeniging
te houden. Een raad van toezicht wordt in
elke plaats gevormd, d'ie de bevoegdheid
bezit zoo noodig besluiten der O. G. nietig
te verklaren. Wat wil de O. G.? Studie
der geschiedenis om te weten te komen
waarom wij Oranje lief moeten hebben,
wat God ons volk in Oranje gegeven heeft.
Het vaderlandsch lied dat naar den
achtergrond gedrongen was. moet weer op
nieuw gekend worden. De jeugd, die na
alle pacifisme en marxisme met daaruit
voortkomende gezagsondermijning en ban
deloosheid, een verlangen heeft gekregen
naar orde en tucht, moet hierin geoefend
worden. In kleeding, in woord en daad zal
de jeugd haar Oranjeliefde toonen. De
prinsekiel met oranjedias en muts zal het
de bevolking van ons land doen zien, dat
de jeugd zich haar liefde voor het Oranje
huis niet wil schamen. De ledien der O. G.
hebben de plicht de eer der Garde hoog te
houdbn.
Verder wordt er steeds voor gewaakt
dat die Kerkelijke plichten als catechisaties
e.d.g., niet in het gedrang komen. Aan het
eind van zijn met aandacht beluisterde
rede, wekte de spr. de jongeren nogmaails
op, zich aan te sluiten bij de O. G.
Na de pauze spreekt de heer van Nieu-
wenhuyze, lid der Comm. van toezicht, tot
de vergadering, en herinnert hum aan den
nog zoo kort achter ons liggende oorlog,
aan het eind waarvan er over geheel Euro
pa ontzettende spanningen onder de be
volking ontstonden, die zioh in diverse lan-
dten in revolutie uitten.
Dankbaar mogien we zijn dat ons lanid
daarvoor gespaard is gebleven. Toch is ook
ons volk beïnvloed door dien boozen geest
van communisme en socialisme, en is er
een drang ontstaan naar vrijheid, die dik
wijls ontaard is in losbandighedlen, met als
reactie het fascisme. Gelukkig is ons volk
teruggekeerd van dit gevaarlijke pad en
wet heeft zich nu het fascisme als ander
uiterste tot ons volk gewend, maar ons
volk heeft reeds ingezien dat dit de uiterste
gevaren meebrengt voor onze vrijheid van
denken.
Daarom moeten wij toejuichen elke po
ging om die bcteekenis der Oranjes, voor
de vrijheid en het heil van ons volk, in
duidelijker licht te stellen en dit bevorde
ren door de oprichting van de Oranje
Garde te steunen. Spr. hoopt dat de O. G
sen belangrijke plaats op Flakkee zal gaan
innemen.
De Voorzitter dankt de beide sprekers en
deelt mede dat de raad van toezicht voor
deze afd. bestaat uit de heeren Ds E. van
Asch. J. v. cl Poel, P. J. van Leeuwen, D
Jansen en M. de Foekert.
Het is regel dat den Burgemeester ter
plaatse het Beschermheerschap wordt aan
geboden, maar in verband met de droeve
huiselijke omstandigheden is de O. G. van
deze gwoonte afgeweken. Ook spreekt de
Voorzitter er zijn leedwezen over uit dat
de heer v. d. Poel, die altijd vol belang
stelling voor de O. G. is, door ongesteld
heid verhinderd was aanwezig te zijn en
spreekt de wensch uit, dat de heer v. d. P
weer gauw hersteld mag zijn en torugkro-
ren kan in den werkkring die hem lief is
Spr. dankt de heer G. Zoon, diie de muzi
kale medewerking bi] den zang verzorgd
en derj zang van de O. G. zelf geleid heeft,
terwijl ook dank gebracht werd aan den
Gardist P. Koster die geheel belangeloos al
zijn vrije tijd gegeven heeft voor de ver
siering van het Zondagschoolgebouw. Ne
nogmaals de aanwezigen opgewekt te heb
ben tot toetreding, wordt de vergadering
door den heer van Oei met dank'-vaing
gesloten.
IX.
Het is wel opmerkelijk, hoe weinig goeds
verschillende dagbladen over Nieuw-Guinea
hebben te vertellen en bijna iedere gelegen
heid te baat nemen, om zich tegen elke
propaganda van de Nieuw Guinea-gedachte
te verzetten. Is men dan geheel onkundig
van liet bestaan van een rapport van de
hand van den oud-Gouvemeur der Moluk-
ken. den heer Tideman, dat hij destijds aan
de Indische regeering heeft overgelegd? Als
de redacties van onze dagbladen zich de
moeite wilden getroosten dat rapport te be-
studeeren, men zou t.a.v. kolonisatie en
emigratie naar N. G. een geheel ander stand
punt innemen.
In een interview, dat de „Telegraaf" eenl-
go maanden geleden had met den heer Tide
man, liet deze zich, op de vraag hoe hij
dacht over emigratie naar N. G„ in de volgen
de bewoordingen uit: „Roekeloos en onverant
woordelijk vind ik het om propaganda te
maken hier in Nederland voor emigratie
naar N. G.".
Zonder eenig bezwaar willen wij die woor
den tot de onze maken, mits wij achter het
woord „propaganda" de woorden „zonder
meer" mogen plaatsen. En als wij nu den
oud-Gouverneur verklaren volkomen over
tuigd te zijn, dat particuliere of individueele
kolonisatie alleen dan kans van slagen
heeft, indien degelijk voorbereid en systema
tisch opgezet, gesteund dopr den wil van
het Nederlandsche volk en de Regeeringen
van Nederland en Indië, en wij verder ver
klaren „dat niet eerder tot practische kolo
nisatie zal worden overgegaan, dan nadat
aan bovengestelde voorwaarden zal zijn
voldaan" (beginselprogram der Nat. JJ. G
Ver.), dan is het van ons geen gewaap"^*
veronderstelling, dat de oud-Gouverneur der
Molukken op onze vraag, of hij ook dan
afzijdig zou staan tegenover emigratie, een
antwoord zou geven volkomen in
overeenstemming met het ad
vies, hetrvelk hij neergelegd heeft in zijn
aan de Indische Regeering overgelegd rap
port.
Verder merkte de heer Tideman in boven
bedoeld interview op, dat naar zijn meening
emigratie naar N. G. nooit de oplossing zou
geven van het werkloozenprobleem. Onzer
zijds hebben wij nimmer beweerd, dat emi
gratie de oplossing van bedoeld vraag
stuk zou geven. Wij vragen echter, of wij
ooit tot een oplossing zullen geraken, als
er niets gedaan wordt om het surplus der
bevolking van ons land naar elders te ver
plaatsen. Wij hebben nu eenmaal een teveel
aan bevolking en dan lijkt ons de aange
wezen weg landgenooten, die dit willen, al
thans liever willen dan hier hun tijd in
ledigheid door te brengen en tenslotte ten
onder te gaan, op te wekken en de gelegen
heid te verschaffen naar N.G. te emigreeren
en zich daar een bestaan te veroveren.
Dat emigratie alie kans van slagen heeft,
blijkt uit de woorden van den oud-Gouver
neur in het interview, welke wij hier aan
halen;
,Ook zijn er versohillende particulieren,
die het er kunnen bolwerken. Ik denk
aan den planter Brinkman b.v. op de
Noordkust. Aan Ebeli, den kolonist op
.Tuliana-dorp, een volbloed Nederlander.
Wat ik heb gezien van wat hij daar
heeft gewrocht, heeft mij bijna doen er
kennen, dat het dan toch mogelijk is
hier als Nederlandsch kolonist een be
staan te vinden. Want dat is de kern van
het probleem: „Kan de Nederlander als
klein-landbouwer op Nieuw-Guinea een
bestaan vinden?"
Welnu, planters als Brinkman en Ebeli
zijn er vele hier te lande, als men hun maar
een kans geeft.
Wat er thans op het gebied yan koloni-
Want alzoo lief had God de wereld
De wereld, die in 't hooze ligt
Die, rebeleerend en opstandig,
Zich tegen Zijne Almacht richt.
Die eigen wil en 't eigen kunnen
Ver boven Zijn bevelen stelt....
Zóó lief, dat Hij Zijn een'gen Schoot zoon
Zich geven laat aan haar geweld!
Want alzoo lief had God de wereld
Die satans beeld draagt in het hart
Geketend door des boozen kluisters
In ongerechtigheid verstard
Die, gansch vervreemd van
[d' Albestuurder,
Zijn Scheppersrechten niet gedenkt
Zóó lief, dat Hij haar, ter behoud'nis,
Een Redder, een Verlosser schenkt!
Want alzoo lief had God de wereld
Die, ver van Hem, in zonden, leeft
Die, door haar boosheid en haar
{.schulden
Zijn heilig recht geschonden heeft
Die zich, insteê van Hem te dienen,
Vrijwillig aan den satan gaf
Zóó lief, dat Hij Zijn Zoon wou zenden
Die zelf het kruis droeg en de straf!
Want alzoo lief had God de wereld!
Dit blijde Evangeliewoord
Wordt door het Kerstfeest weer
{gepredikt
En over 't rond der aard gehoord:
De Zone Gods kwam op deez' aarde
Verliet der heem'len heerlijkheid
Eenswillend met den wil des Vaders
Tot 't dragen van de schuld bereid.
Want alzoo lief had God de wereld
Die Hem verwerptHem wederstreeft
Zóó lief, dat Hij, ondanks hun zonden
In menschen welbehagen heeft
Zóó lief, dat Hij ons wil verlossen
Van helsche pijn, van eeuw'ge smart
Ons trekken met Zijn liefdekoorden
Naar 't altijd minnend Vaderhart!
Want alzoo lief had God de wereld
De wereld, die in 't booze ligt
Die, noch voor 't dreigen van Zijn
{wetten
Noch voor Zijn heilsbeloften zwicht
Zóó lief, dat Hij, ook op dit Kerstfeest,
Ons, bij vernieuwing, weer belooft
Dat niet de Vader zal verderven
Een ieg'Ujk, die den Zoon gelooft.
HAKATE
satie bereikt is, is het resultaat van moei-
zamen arbeid van een in Indië bestaande
Vereeniging voor Kolonisatie op N. G., een
vereeniging, die zich verheugen mag in de
belangstelling van de Indische Regeering,
die daarvan doet blijken door daadwerke
lijken steun, zij het ook in zeer beseheiden
mate. Kolonisatie en emigratie zonder groo
te geldelijke offers is een utopie.
Zie naar België, naar Frankrijk, Italië,
Japan, om slechts eenige der voornaamste
landen te noemen, hoe de regeeringen zich
inspa/nnen en met enorme geldelijke offers
de kolonisatie bevorderen. Daar vindt men
niet de Jan-Salie-geest, die spreekt uit de
vraag door de „Telegraaf' in het interview
gesteld: „Maar mag men dan van een re
geering eisehen ©en proef te nemen wan
neer zij de overtuiging bezit, dat deze toch'
nooit zal uitwijzen, wat men er in de toe
komst mee kan bereiken?"
Ons aintwoord is, dat eerst dan en niet
eerder sprake kan zijin van „een over»
tuiging harerzijds van een niet»
kunne n", als de Itegeering een ernstige
proef met. kolonisatie en emigratie heeft ge
nomen. Dagelijks worden schatten verslon
den voor uitkeeringen aan honderdduizen
den; schatten, die met de allergrootste op
offeringen door belastingbetalers moeten
worden opgebracht zonder dat uitzicht be
staat, dat daaraan in afzienbaren tijd een
einde zal komen. Er kan een einde aan
komen: when there is a will, there is a way.
V.
.(Wordt vervolgd),