ELIZE MAAS EN SCHELDEBODE WOENSDAG 11 NOVEMBER 1936 DE NOOD DER ZENDING PRINSES JULIANA IN DUITSCHLAND "EMENGD NIEUWS DE DOOD OP DE SPOORBAAN KERK EN SCHOOL Als Nederland vijf ton bij elkander brengt, is de Zending gered Htdp gevraagd voor „Oegstgeest" De leiders van het omvangrijke Zen dingswerk, dat uitgaat van „Oegst geest", zooals men dat gewoon is aan te duiden, hebben ons uiteengezet in welken treurigen financieelen toe stand dit werk van toewijding en op offering, van liefde en geloof, deze ar beid om Christus' wil en op Zijn bevel, in dezen tijd verkeert. Om den lazer eenigermate op „Oegstgeest" te oriënteeren, moge dienen, dat te Oegst geest bij Leiden is gevestigd liet bureau van de Samenwerkende Zendingscorpora ties, dio de z.g.n. Genootschapszending ver zorgen, d.w.z. de Zending, die niet recht streeks van de Kerken uitgaat. Hier wor den ook in de Zendingsschool zendelingen opgeleid Omvang van het werk De arbeid is geconcentreerd op Oost- Indië, waar thans namens bovengenoemds corporaties 75 ze-ndeling-leeraren, 20 zende ling-artsen, 22 verpleegsters en ongeveer 1000 inlandsche helpers liet Zendingswerk verrichten. Naast ite talrijke Zendings- pemeente-n bevinden zicli onder de hoede van deze groep verbreiders van het Evan gelie circa 700 zendingsscholen en als vrucht van den zendingsarbeid 32 Hol- landsch-Indische scholen. Moet dit werk worden afgebroken? Is het nu wel tot ons volk doorge drongen, dat het hier slechts aange duide omvangrijke werk van Evange lieprediking, ziekenverpleging, onder- derwijs enz. in nood verkeert? Heibben wij allen gelezen, dat over do maanden November en December slechts de helft van het traktement of salaris kon worden uitbetaald? Niet alleen de 120 Europeesche gezinnen van zendings-arbeiders worden hierdoor ge troffen, ook de gepensioneerde zendelingen en eveneens ieder die te Oegstgeest werk zaam is.- De feitelijke toestand is dus, dat een be langrijk deel van het Zendingswerk beden kelijk gevaar loopt te worden afgebroken Hen offer gevraagd Dat mag niet. Dat komt de eer van ons Christen volk te na. Dat zou beteekenen een geleidelijk prijs geven van oen arbeid, die toch immers de liefde van elk Christen moet hebben. Wie is geen warm voor stander van de Zending?, Doel van dit artikel is ieder op te wek ken een bijzondere gave te schenken voor dezen zendingsarbeid. Men kan dit doen door to storten op het postgironummer 6071 te Oegstgeest ten name van het Zendings bureau onder het motto: „Voor den nood der Zending" Desgewenscht kan men een postwissel zenden naar genoemd adres, ter wij. de gift ook in het kerkezakje of bij den predikant voor dit doel en onder dit motto kan worden afgegeven. Wij laten hier verder nog eenige mede- Öeelingen volgen, die de noodkreet uit Oegstgeest ten volle rechtvaardigen. De financieele worsteling Gedurende de jaren 19321936 bleef Het totaal van het budget ongeveer op hetzelfde peil ruim 9 ton. Eenerzijds werd getracht dit te verminde ren door salariskorting. (Het peil der sala rissen is nu lager dan in 1914), en door de grootst mogelijke bezuiniging op andere uit gaven. Maar daartegenover verminderden de subsidies der Regeering voor onderwijs en ziekenverpleging, zoodat de Zendingslcas moest bijspringen om het werk in stand te houden. Ten slotte bleven tot dusver in 1936 de Inkomsten met ruim 1 ton achter bij die van 1935 tot denzelfden datum. 1935 sloot reeds met een tekort van f 30.000.en daar er thans geen beschikbare kapitaals reserves meer bestaan, moest dit op een debacle uitloopen, tenzij de Zendingsweek (1—8 Nov.) 2 x het bedrag van vorige jaren zou opbrengen. Slechts wanneer de inkomsten van dit jaar over de twee laatste maanden f 456.000,— opbrengen zal het mogelijk zijn do salarissen ten voile uit te be- talen. Hoe het in 1937 met de salarissen zal gaan is nog niet te zeggen. De ramingen uit Indië zijn nu pas volledig ontvangen; daaruit wordt nu de totaalraming opgesteld. Het Iaat zich aanzien dat deze met minstens 25% besnoeid zal moeten worden. Ge tracht za! worden de salarissen op het peil van 1 Januari 1936 te laten, maar dan zal veel van het werk moeten worden stop gezet of afgesneden. Intusschen is een reorganisatie van de Binnenlandsche Actie en Propa ganda ondernomen, waarbij inzonder heid een nauwere aanslui ting b ij d e N e d. II e r v. Kerk wordt nagestreefd. Jonge Boeren en Tuinders van Christelijken huize De heer C. Vink, te Ottolaod, vouizitter van de afd. Z.-Holl. van do Chr. Jonge Boe ien- en Tnindersorganisatie. schrijft: Onze tijd mept om organisatie. Van allen -.ant legt men beslag op do jeugd. Ook de eugd op het platteland word't bewerkt. Ook ot onze jonge boeren en tuinders komt do okstem van hen, die zeggen hieit inizonder- ïeid met hun stand goed voor te hebben. Volgt ons cn 1 komt in ordie, ook met i\v groep. Organisatie wordt straks nog meer rooo- dig. de eisch wordt nog klemmender, wan neer al meer en meer de noodzaak buipleit wordit van ordening in het bedrijfsleven. Deze ordening gaat allerminst buiten het beginsel om, integendeel ook hier beslissen de principiën! De bedrijven van ons platteland vragen bovendien om nog meer technische voor lichting, die in dezen moeilijken tijd meer dan ooit tot elk bedrijf moet uitgebreid worden. Nooit had onze plattelandsbevol king meer behoefte aan dieper inzicht in de inginselvragen en de economische ver houdingen, dan in dezen tijd. Voor hen, die land- of tulnbouwondorvvijs ontvingen, is dieper indringen in do vra gen een behoefte. Voor hen, die daarvan geen profijt trokken, is die behoefte zeer zidker nog grooter. On in bovengenoemde belangrijke zaken mede te werken aan Uw vorming, kan een Vereeniging als die der Chr. Jonge Boeren en Tuinders zeer belangrijk werk doen Wanneer dan ook binnenkort een oproep tot U komt om in dezen mede de hand aan de ploeg te slaan en mede te arbeiden om het geloovig deel van onze plattelandsbe volking te bewaren bij de oude padien, dam vertrouwen we, diat ge met liefde en toe wijding U zult geven voor dit moeilijke, maar zoo noodiige work. Inzonderheid onze Chr. Land- en Tuin- bouwonderwijzers, alsmede onze Vakonder wijzers zouden we met aandrang willen verzoeken hun zeer gerwensehti» steun aan deze actie te willen geven. Het kan hen toch niet onverschillig zijn, welken kant het uitgaat! Daarom het dringend verzoek: Onttrek U niet, maar help meel Restrictie graanrechten voor pluimveehouders Missen hun uitwerking Door de Voreenigimig van Broodorijen en Pluimveefokhedrijven werd een telegram aan den Minister van Landbouw verzonden, waarin gewezen wordt op bet feit, dat de afslaoliting vajn onzen pluimveestapel zich voortzet, wat wel blijkt uirt het feit, dat de aanvoer op de Barnevelder pluimveeimarkt deze week ruim 30 pCt. hooger was dan in de correspondeerende week van het vo rige jaar. De huidlige positie op de Enigelscho cn onze binneniandsche eiermarkt is vam diien aard, dat die restitutie der graanrechten aan de pluimveehouders niet tot haar recht komt Op de Barnevelder eiermarkt van tlians gaf de binnenjandsche koopman dan ook den toon aan, zoodat er van een prijsop- trekkende werking tengevolge der getrof fen restitutie-regeling geen sprake was en het gestelde doel dus niet werd bereikt. Alleen in do rechtstreeksche restitutie, zoo wordt opgemerkt, kan thans uitkomst bren gen. KOOL IN DE WIERINGERMEER Vrij van draaihartigheid De proeven die door de Langendijker koolverbouwers genomen zijn in de Wierin- germeerpolder met het verbouwen van kool hebben een goed succes gehad. Bedoeling van deze proeven was na te gaan of aldaar kool te telen was vrij van draaihartigheid. Men hoopte dat de galmug, die zoo men weet, de oorzaak is van deze zeer lastige kwaal, welke groote schade aanbrengt in de koolgebieden, in de nieuwe polder nog niet aanwezig zou zijn. Men heeft geen draaihartigheid bij de kool in de Wieringermeerpolder opgemerkt terwijl de opbrengst heel goed was. Maar om te voorkomen, dat met liet aan voeren van planten van elders de galmug zal geïmporteerd worden, heeft de Directie bepaald dat in de polders alleen kool ge teeld mag worden, welke afkomstig is van planten, die ook in de polder gekweekt zijn. De Nederlandsche Zuivelcentrale En het Kerstfeest der armen Evenals vorige jaren heeft de Nederland sche Zuivelcentrale wederom besloten, haar medewerking te vea-leenen, opdat met Kerst mis ten behoeve der armen bak- en braad vet, gesmolen rundvet, gesmolten reuzel cn/ of onvermengde margarine vrij van heffing verstrekt zal kunnen worden door in aan merking komende vereenigirgen, waarom trent het volgende is "bepaald. Do verstrekking van genoemde producten aan daarvoor in aanmerking komende be- hoeftigen zal moeten geschieden door ver- eeniginfgen of instellingen van weldadig heid. Slechts die personen kunnen Kerstgaven in bovengenoemde zin bekomen, die op geienerlei wijze steun, (hetzij iin geld of in natura, van Rijks- of Gemeentewege ont vangen en niet reeds op grond van de be staande bepalingen voor verstrekking van onvermengde margarine tegen goedkoopen prijs in aanmerking komen. Derhalve kunnen de weldadigheidsvereeni gingen voor liet verkrijgen van bak- cn braadvet, gesmolten rundvet, gesmolten reuzel cn/of margarine, vrij van heffing, bij de Nederlandsche Zuivelcentrale alleen aanvragen inzenden, indien en voorzoover zij steun verleenon aan personen, die niet reeds op grond van de bestaande bepalin gen voor de verstrakking van onvermengde margarine Jn aanmerking kooien. Vereenigingien cn instellingen, vwellke aan deze voorwaarden voldoen en voor de ver krijging van de genoemde producten vrij van heffing in aanmerking willen komen, worden uitgonoodiigd, zoo spoedig mogelijk een aanvraag bij de Nederlandsche Zuivel centrale itn to dienen op daartoe hij haar te verkrijgen formulieren. Alteen volledig ingevul-de en oncDctrlee- kiende aanvraagformulieren, welke uiterlijk 23 November 1936 in het bezit zijn der Neder lianidisöho Zuivelcentrale, Laan van Meer- diorvoort Si, Den Haag, kunnen in behande ling worden genomen. De uitreiking der „Kwstgaven", aam- de daarvooj- in aanmerking komende bchoofti- gon zal geheel gratis moeten geschic- den en wel vóór 2 Januari 1937. Berekening van koeten in oonigen vorm aan de bedeel den is derhalve niet toegestaan. De merken (banderolles) voor het gesmol ten vet en'of de gesmolten reuzel, benevens de wikkelipapioron voor de onvermengde margarine, bestemd voor de Kerstgaven 1936, zullen slechts geldig zijn tot 1 Febr. '37, zoodiat degenen, aan wie deze producten zijn uitgereikt, deze vóór dozen dajtum zullen moeten hebben opgebruikt. De prijzien, waartegen de leveranciers bak en braadvet, gesmolten rundvet en/of ge smolten reuzel, bestemd voor „Kerstgaven," vrij van heffing, aan de bedoelde vereeni- gingen zullen mogen leveren, zijn vastge steld op: Ten hoogste per kg.: 44 c. voor gesmolten rundvet, 32 c. voor bak- en braadvet, 60 c. voor gesmolten reuzel. Distributie van vet en margarine Vrij van heffing voor de beliooftigen Evenals vorige jaren heeft de Ned. Zuivel centrale besloten, haar medewerking te ver- leenen, opdat met Kerstmis ten behoeve der armen bak- en braadvet, gesmolten rund vet, gesmolten reuzel en/of onvermengde margarine vrij van heffing verstrekt zullen kunnen worden door in aanmerking komen de vereenigingen of instellingen van lief dadigheid. Slechts die personen kunnen kerstgavem bekomen, die op geenerlci wijze steun, het zij in geld of In natura, van rijks- of ge meentewege ontvangen en niet reeds op grond van bestaande bepalingen voor ver strekking van onvermengde margarine te gen goedkoope prijs in aanmerking komen. Derhalve kunnen de weldadigheidsveres- nigingen voor het verkrijgen van bak- en braadvet, gesmolten rundvet, gesmolten reu zel en/of margarine, vrij van heffing, bij de Ned. Zuivelcentrale alleen aanvragen inzen den, indien en voor zoover zij steun verlee- nen aan personen, die niet reeds op grond van de bestaande bepalingen voor de ver strekking van onvermengde margarine in aanmerking komen. De vereenigingen en instellingen worden uitgenoodigd zoo spoedig mogelijk een aan vraag bij de Ned. Zuiveicyitrale in te dienen op daartoe bij haar te verkrijgen formu lieren. BOND VOOR GEREF. JEUGDORGANISATIE Herdenking van hef 25-jarig bestaan De Bond' voor Geref. Jeugdorganisatie hoopt volgend jaar zijn zilveren jubileum te vieren. Behalve een herdenking voor leiders, leidsters en onder-bestuurders worden er ook plannen beraamd om de jongens en meisjes (leden van de Geref. Knapen- en Meisjesvergaderingen) in do feestviering ie betrekken. Daartoe zal op 9 Juni 1937 in Artis te Amsteroam een openlucht-meeting worden gehouden, waar naar men hoopt o.m. het woord zal worden gevoerd door Dr. II. Colijn, Mr. J. A. de Wilde en den heer J. Schouten. Mocht Prins Bernard niet harder dan 65 K.M. rijden De wedren met den sneltrein In de „Rhein und Ruhrzeitung" worden enkele aardige bijzonderheden medegedeeld over het bezoek van Prinses Juliana en Prins Bernhard aan Duitschland, dat enkele weken geleden plaats vond. Natuurlijk laten wij het artikel geheel voor rekening van liet Duitsche blad. doch indien het juist is. geeft het een goede kijk op de moederlijke zorg, waarmede H M. de Koningin Haar kind ook na de vorstelijke verloving omringt. Wat is er gebeurd? Kort geleden zoo schrijft het Duitsche blad heeft ''e Koningin voor de eerste maal zich als schoonmoeder moeten doen gelden: In liet Paleis kwamen de plannen ter sprake voor een gemeenschappelijk verblijf der heide Vorstelijke verloofden in Duitschland. Prins Bernhard gaf te kennen, dat hij per auto wilde terugreizen, en stelde voir Prinses Juliana in zijn wagen mee te nemen II.M. de Koningin trok echter een beden kelijk gezicht, aangezien Zi.i heel goed weef. dat Haar toekomstige schoonzoon de reputatie geniet een uitstekend maar ook een gedurfd autorijder te zijn. Zij gaf dan ook pas Haar toestemming toen Prins Bernhard Ilaar bij boog cn laag verzekerde dat hij in geen geval harder zou rijden dan 65 K.M. per uur Hoovve! de Prins zijn belofte niet vergat, kon hij bet toch niet laten zijn verloofde in Duitschland een duidelijk staaltje van zijn rijvaardigheid to leveren. Terwijl Prinses Juliana zich met den D-tre.in naar Reclten- walda begaf, reed Prins Bernhard den trein per auto na. De Prins won met glans: 20 minuten vóór de aankomst van deze trein te Reekenwalda stond hij met zijn wagon voor liet station! Twintig minuten te lang had Prinses Juliana zirh in haar eerste-klas coupé over liet lol van Haar verloofde bezorgd gemaakt' Van Reekenwalda reed liet Bruidspaar naar T.ippe, waar men enkele dagen bleef Op do terugreis werd Berlijn aangedaan. Door een indiscretie lekte uit. in welk hotel en hoe iaat de vorstelijke verloofden ver wacht werden. Het gevolg was dat een leger van persfotograplien z'ch voor de ingang van het hotel had opgest/dd Men vroeg Prins Bernhard hoe liet bezoek aan Duitschland zijn verloofde bevallen was. Vroolijk antwoordde hij: Buitengewoon! De Prinses verheugt zich er nu al over, dat Zij op de tocht naar Hannover voor de eerste maal kennis zal maken met een „Reichs- autobahn". Prins Bernard bij Dr. Colijn Ook een bezoek aan Minister van Schaik Donderdagmiddag heeft Prins Bernard een bezoek gebracht aan den min.-presi- dent dr. !T. Colijn. De prins arriveerde enkele minuten voor drie uur in een hofauto voor het departement van Kolo niën, in gezelschap van zijn secretaris, jhr. ir. Röell. Z.D.H. werd bij den in gang van het departement ontvangen door den secretaris-generaal jhr. mr. O. E. W. Six, die den Prins naar boven geleidde. Minister Colijn ontving Prins Bernard in zijn werkkamer. Bij liet onderhoud tus- sclien den Prins en den minister-president was geen der andere heeren aanwezig. Het bezoek van den Prins aan het depar tement was allengs in de stad bekend ge worden. Toen hij om 3 uur arriveerde, kon dit nog vrijwel onopgemerkt geschieden doch na een half uur stond reeds een dichte menschenmenigte op het Plein, om het oogenblik, dat de Prins het ministerie zou verlaten, af te wachten. Het onderhoud met minister Colijn duur de intusschen tot even over half vijf, waar na heiden zich naar den uitgang van het ministerie-gebouw begaven, waar de hof- auto gereed stond om den Prins naar het departement van Justitie te brengen. Minister Colijn begeleidde Prins Bernard tot aan den uitgang. Op het departement van Justitie werd Z.D.H. ontvangen door den secretaris-gene raal mr. J. P. de Meycre, die den Prins bij minister Van Schaik binnenleidde. Het onderhoud dat de Prins met Z.Exc. had, duurde ongeveer een half uur en was om 5 uur geëindigd. Mr. Van Schaik bege leidde toen Prins Bernard en ir. Röell tot aan den uitgang van het departements gebouw, waar de beide laatsten in de hof- auto plaats namen cn naar het Noordeinde terugreden. Verder zullen de jongens ep meisjes met hun geleiders door de sierlijke tuin mogen rondwandelen. Bij deze organisatie zijn aangesloten 3000 Ieiding-gevenoe personen en bijna 21.000 jongens en meisjes. Het a.s. huwelijk van Prinses Juliana De gouden veder Het eerste contact tusschen onze as. Koninklijke bruid en de gemeente 'sGra- venhage is getroffen. Het heeft H. K. H. behaagd de eer ste uiting te aanvaarden der feestvreug de, die zich in een reeks van onderdee- len zal openbaren in de dagen tus- schen 19 December en 7 Januari. Het geschenk, dat zij aanvaardt, is een gouden veder een ganzenveder m goud waarvan zij zich zoowel bij de aanteekening als bij het ondertee kenen van de huwelijksakte zal be dienen. Hot verblijdend bericht bij het Haag- sche feestcomité kwam Zaterdag in. Prinselijk Paar te Soestdijk II. M. de Koningin, H. K. H. prinses Juliana cn Z. D. H. Prins Bernard, die vergezeld waren van Prins Aschwin, den broeder van Prins Bernard hebben Zater dagmiddag een bezoek gebracht aan he! paleis Soestdijk. Op liet bordes werd het Koninklijk gezel schap ontvangen door den intendant Jlir. J. A. de Jonge van Z wij lisbergen. Na de lunch gebruikt te hebben be zichtigden de koninklijke familie en Prins Aschwin het paleis. Later is men per rijwiel het park in oogenschouw gaan nemen. Omstreeks half vier ver schenen de vorstelijke personen per fiets op den rijksweg. Zij begaven zich naar de tot het domein behoorendo leeg staande villa „Buitenzorg" vroeger be woond door Jhr. van Wrede, in leven hofmaarschalk van wijlen II. M. de Koningin-Moeder. Na deze villa van binnen ie hebben be zichtigd, werd de terugtocht aanvaard. Omstreeks kwart voor vijf is de Ko ninklijke familie, in gezelschap van prins Aschwin vertrokken in de richting Amers foort, gebruik makende van dezelfde auto, waarmede men gekomen was. Door een hond gered Man, vrouw en drie kinderen konden zich redden nit den brand Men meldt ons uit Botterdam: Donderdagnacht omstreeks half twee werd het gezin van H. de Werk in do Bleiswijkstraat il b ge wekt door het lievig cn onophoude lijk blaffen van de hond. Het bleek, dat er in de keuken brand was uitge broken en dat het vuur ook de huis kamer reeds had aangetast. Door het blaffen van den hond wist de heer De Werk zich met zijn eebtgenoote cn drie kinderen te redden. Zij zijn ailcn bij buren ondergebracht. Intusschen was de brandweer verschenen en gasten van slangenwagen 54 hebben met een slang op de waterleiding het vuur, dat fel uitsloeg, bestreden, waardoor dit spoedig in hevigheid verminderde. De na- blussching geschiedde met de gumtnislang. De leiding van het blusschingswerk be- rustte bij onderbrandmeester J. Hessels, brandmeester A. G. Corheth en hoofdman A. J. Kruis. De slangenwagens 20, 30 13 en 14, die mede waren uitgerukt, behoefden geen dienst te doen. De achterkamer en de keuken van het benedenhuis zijn uitgebrand. Verzekering dekt de schade. Brand in houtzagerij Een commies ontdekte brand in de op slagplaats van het houtmagazijn van den heer J. Lemmens Bols te Beek (L.). Door revolverschoten waarschuwde hij de bewo ners van het brandende perceel, alsmede die der omliggende perceelen, zoodat vrij spoedig een groot aantal menschen op het terrein van den brand verscheen. Het vuur vond gretig voedsel in den ouden achterbouw van het perceel en tastte vrij spoedig de aangrenzende meeimolen cn houtzagerij van den heer Lemmens Bols aan. Onder leiding van den burgemeester, jhr. mr. W. Michiels van Kessenich, tastte de plaatselijke brandweer met drie stralen het vuur aan. Zij kon echter niet voorkomen dat het pand grootendeels uitbrandde. De houtzagerij en meeimolen werden geheel vernield. Van een aangrenzend perceel, dai ook door het vuur werd aangetast, brandde een tweetal stallen af. De oorzaak van den brand is vermoede lijk kortsluiting. De schade, welke ruim achtduizend gulden bedraagt, wordt door verzekering gedekt. Vrachtauto gegrepen bij Nieuwlandsche Polder Een doode, een gewonde Weer heeft de onbewaakte overweg eon slachtoffer geëisclit, ditmaal bij Nieuwland sche Polder, onder Ilook van Holland. Donderdag kwam de -trein naar Rot terdam, die te 14.06 van Hoek van Holland was vertrokken, met giyiote snelheid nabij dezen onbewaakten overweg aanrijden. Hoewel dit niet is voorgeschreven ;af de treinbestuurder een signaal. Tot zijn groote ontsteltenis zag hij echter dat een vrachtauto de spoort aan overstak De treinbestuurder heeft nog getracht door remmen den trein tot stilstand te brengen. Deze had echter een snelheid van SO K.M. en een botsing was niet te voorkomen. De vrachtauto, welke een open vrachtbak had, die geladen was met fruit voor de New Fruit Wharf, werd achter de kabine gegrepen en vermorzeld. In de cabine zaten de bestuurder, de 32-jarige expeditieknecht L. Springert uit Amsterdam en de 41-jarige koopman S. Hos, eveneens uit Amsterdam. Deze laatste werd op slag gedood, terwijl de bestuurder van de auto weid wegge slingerd en met betrekkelijk lichte verwondingen werd opgenomen. Direct werden de doktoren Knip en Boers uit Hoek van Holland gewaarschuwd. Zij hebben den autobestuurder verbon den, doch konden slechts den dood consta- teoren bij den heer Hes. De expeditieknecht is met den trein ver der gegaan naar Rotterdam. NED. HERV. KERK Beroepen: Te Hierden, A. H. J. G. van Voorthuizen te Wezep (G.). Beroepen: Te Groot-Ammers, W. J. van Lokhorst te Hilversum. Te Molenaars graaf. cand. J. Batelaan te Bodegraven. Beroepen: Te Oosternieland (toez.), cand. D. Kramer te Berlikum. Bedankt: Voor Oldenbroek, D. Th. Keek te Staphorst. CHR. GEREF. KERK Tweetal: Te Bussum-Naarden, M. Baan te Rijnsburg en W. Holtrop te Hilversum. Beroepen: Te Doesburg, M. Baan te Rijnsburg. GEREF. KERKEN Tweetal: Te Gameren, J. van Hoegee, cand. te Utrecht en H. v. Twillert, cand. en hulppred. te Beekbergen. Aangenomen: Naar Amsterdam-West, J. B. v. d. Sijs te Steemvijk. GEREF. GEM. Bedankt: Voor Tej-neuzen, M. Heikoop te Utrecht. AFSCHEID, BEVESTIGING, INTREDE Ds. P. G. v. d. II0 0 f f hoopt 6 Dec a.s. afscheid te nemen van de Geref. Kerk in H.V. te Zaandam. Zijn intrede te Middel burg is bepaald op 14 Dec. Bevestiger zal zij n Dr. J. G. Geelkerken van Amster dam; de bevestiging gaat 13 Dec. vooraf. EVANGELINE BOOTH Zaterdag is Evangeline Booth, generalis simi van het Leger des Heils, haar wereld tournee aangevangen. Zij zal Engelsch Indië, Ceylon, Singapore, Ned.-Indië, China, Korea en Japan bezoeken. In April zal zij via de Ver. Staten van Amerika naar Londen terug- keeiren. DE UNIE-COLLECTE Lijst 9: Transport van lU«t 8 f 21.984 65 GrUpskerlc 126.115 Oldehov© 182.5U Oldekerk 99.uu Ee 82.15 Tünje 49.65 Koekange 54.10 Meppel 219.15 NfleveenKolderveen 45.51 AneGranisbergen 59.73 Wolfheze 78.42 Wük bü Duurstede 62.19 IJsselstein 133.18 Ainsterdam-C. en Z1.075.63 KoogZaandijk 112.66 Krommenie 109.35 Noord-Scharwoude 55.96 Gr. IJpolder 61.50 Barendreclit 225.50 Dirksland 93.55 Hoornaar 58.63 Tinte bjj Brielle 51.38 Waddinxveen 125.06 ZegwaardZoetermeer 162.52 Schoondüke 51..'>'8 Gcnderen 60.30 Totaal van 225 Locale comité's f 25.411.23 Feuilleton 21) „O, neen", zei Gevers. „Ik speel ook een weinig violoncel, en daar ik drie vrinden heb, die van muziek houden, de een op do fluit en de beide anderen op de viool, kun nen we een heerlijk avondje hebben". „En is u daartegen?' vroeg Elize. „O, in 't geheel niet!" antwoordde de juf frouw. „Ik ben er zelfs blij om. 't Is 'n aan genante ontspanning voor mijn man, die den ganschen dag op 't duffe stadhuis moet zitten. Ik wou maar, dat ik wat meer van de muziek wist. Ze is mij wat te boog; ik kan er niet bij. Voor mijn man is 't alles. Maar hij zweeft dan ook altijd in de hoogte, zoodat ik, om hem te bezitten, gedurig naar de laagte moet trekken; maar toch gaan wij altijd samen, nu eens hoog, dan weer laag". „Wel een gelukkig paar!" dacht Elize. „Hoe heerlijk voor man en vrouw, zoo één van geest te zijn!" „U gaat zeker niet vee! uit?" vroeg zij. „Och neen, mevrouw. Mijn goede man dringt er altijd op aan, maar u begrijpt: ik heb alle dagen mijn handen vol met naaien en verstellen. Toch kan ik nog we! eens een avond uitbreken en dan ga ik met Gevers naar een voorlezing van Da Costa, De Liefde en anderen. Dat vinden wij heerlijk. Zij spreken zoo opwe'-' 'l, zoo leerzaam. Als tnijn goede vader leefde, die zou zeker genieten. Hij heeft in,, dikwijls verteld, dat er in zijn tijd niets van dien aard was, bijna Biets anders dan voorlezingen in het „Nut", waarbij men in slaap viel". Op dit oogenblik zag Elize Hanne terug komen met Felix. Zij had onder het gesprek de kleine Mina op den schoot genomen. Het kind hield nog steeds den appel in haar twee handjes en bood hem haar moeder of juffrouw Gever3 aan. De laatste vond dit toch zoo „snoezerig", dat ze de kleine op nam en met haar naar het venster ging „Wie komt daar?" vroeg zij, op Felix wij zende, die de stoep was opgekomen. „Dó! Da!" riep Mina en lachte. Hanne had den huissleutel en kwam bin nen. Felix had een prent gekregen en stoof daarmee vroolijk de kamer in. „Ma, kijk eens! Een groote prent! Een groot beest! Een olifant!' Nu eerst merkte hij het bezoek op en moest ieder een handje geven Mijnheer Gevers was opgestaan. „t Spijt me wek mevrouw", zei hij, „maar ik mag niet langer blijven. Ik moet nog een en ander nazien, voordat ik vanavond aan mijn werk kan gaan". „En ik", voegde juffrouw Gevers er bij, die de kleine Mina een dikken kus op (Te wangen drukte en haar aan Elize toereikte, „tk moet nog naar de keuken en verlang zeer naar Eva. Zullen wij het genoegen heb ben u spoedig eens bij ons te zien?" „Zeer gaarne", antwoordde Elize! „maar zoo heel spoedig zal het niet gebeuren. Ik heb het voornemen, een dag of veertien naar buiten te gaan met de kindereu; ik wenschte mijn vader eens te bezoeken" „Wat zult u daar genieten!" riep de juf frouw uit. „Ik heb gehoord, dat 't in de Achterhoek zoo heerlijk is". „Dat is het", zei Elize. „U moest ook eens uw best doen, een paar dagen uit te breken en daarheen te gaan". „Ach, lieve mevrouw, daar zal wel nooit iets van komen. Wilt u wel gelooven, dat ik nog nooit verder ben geweest dan Sloter- dijk? En daar vond ik het al zoo mooi! Mijn goede man, die altijd zoo hoog vliegt", dit zeggende, keek ze hem lachend van ter zijde aan „zegt, als ik soms spreek van uit de stad gaan: „Wacht maar, wie weet wat je man nog later wordt! En dan reizen we mis- scliien héél de wereld door!" Zij 'bukte zich thans tot Felix neer. De kleine jongen had den appel van zijn zus in 't oog gekregen en draaide nu om haar heen om een stukje. „Wacht maar", zei ze tot hem, „als je met mama of Hanne bij me komt, dan zul je een grooten ajipel van me hebben, kijkzoo groot!" Felix sprong op van vreugde „Mama", riep hij, zijn moeder bij de japon trekkende. „Mama! Meenaar do juf frouw!". Elize beduidde hem, dat hij nog wat moest wachten, cn iiet baar bezoekers do deur uit. Nog lang bleef zij ze nastaren. „Wat zijn dat lieve, gelukkige menschen". fluisterde zij bij zichzelve. „Zoo hartelijk, zoo blijmoedig, zoo eensgezind! Een glans van blijdschap ligt er op hun gelaat. Zij zijn natuurlijk en eenvoudig. Er is niets bijzon ders aan hen te zien, behalve de blijmoe dige opslag van 't oog. En wat houden zij v*n muziek! En hoe vol verrukking spreken zij over de toekomstige heerlijkheid, en daarbij met zulk een zekerheid alsof zij die reeds bezitten! Hoe'zijn ze toch daartoe ge komen? 't Is voor mij een raadsel. Maar zou dit onopgelost blijven? Mag ik de hoop niet voeden, eenmaal dep sleutel daartoe te vin. den?" Voor het venster staande zij eenige wolken, die langs den hemel dreven. Het trok haar aandacht, dat er hooge en laage wolken waren en dat de laatste veel sneller voorbijdreven dan de eersten. Hierover na denkende, herinnerde zij zich ergens gelezen te hebben, dat liet ook zoo met de aardsche en hemelsche dingen ging. 't Lagere gaat snel voorbij en verdwijnt; 't hoogere houdt langer stand. Aardsche lusten en begeerten zijn als morgennevels, maar wat van God komt en door ons gewenscht wordt, komt langzaam maar zeker en houdt hart en oog bezig. Denzelfden avond zat Elize alleen in de buiskamer. Felix sliep en Mina sluimerde in haar wiegje, dat reeds te klein voor haar begon te worden. Hanne had liet theegoed binnengebracht en Elize wilde juist thee zetten, toen zij het geratel hoorde van een rijtuig, dat dan ook voor haar woning stil hield. 1 Hanne liad het ook gehoord en zich ge haast de deur te openen „Is mevrouw thuis?" klonk het in de gang. Elize herkende terstond de slem van juf frouw Krimpen, die dan ook weldra binnen trad en door de vrouw des huizes werd ver welkomd. „U zult zeker verbaasd zijn mij te zien", begon juffrouw Krimpen; „maar ik zal u spoedig de reden zeggen van mijn bezoek. Derangeer ik u?" „Niet in 't minst", antwoordde Elize. „Uw bezoek is mij zelfs aangenaam. U ziet: ik ben alleen. Wilt u niet hoed en doek af doen?" Ja neen ja ziet u", antwoordde zij, terwijl zij zich naar den spiegel weftdde, en daarin keek, „mijn krullen lijden er altijd vanMaar als u 't goedvindt, dan Nu ontdeed zij zich van hoed en doek en zette haar krullen een weinig vast. Elize had een stoel voor haar bij de tafel gezet en bood haar de zitplaats aan. Maar het duurde gcruimen tijd eerdat de juffrouw goed en wel zat. Ongemanierd als zij was, tot in het komische toe, nam zij links haar japon op en schudde die heen en weer, als of dat kleedingstuk een bed was, dat opge maakt moest worden; toen zij eindelijk plaats had genomen, schoof zij de redicule van haar arm af en lei deze op tafel. „Een kopje thee?" vroeg Elize, water op gietende. 1 „Als ik u niet ontrief, gaarne, 'k Heb, weliswaar, thuis al een kopje gedronken, maar in de eenzaamheid smaakt het niet, en daarom, ais 't u blieft". „Suiker en melk?" „Gewoon. Toen mijn broer Daniël nog leefde, zei hij, dat suiker overdaad was; maar nu ik zoo altijd alleen ben, verzoet ik er mijn eenzaamheid mee". Zij had intusschen haar redicule geopend en er een paar boekjes uitgehaald. „U zult u wel herinneren", zei ze, haar krullen opheffende, „dat, toen wij 't is lang geleden bij neef en nicht Hulsting samen thee dronken, het gesprek kwam op het Reveil, en er toen allerlei over heen en weer is gepraat. Maar nu begin ik er zoó langzaam achter te komen, zooals ik u straks nog duidelijker hoop te vertellen. De zer dagen echter zond mij iemand, dien ik nog niet noemen tnag", voegde zij er, een weinig blozende en de oogen neerslaande, bij, „deze boekjes. Ik heb ze doorgebladerd en er veel liefs in gevonden. Missdiien kan ik er u mee dienen. Daarin wordt ook ver teld, wat het Reveil befeelcent. Ik kan dat zoo niet nazeggen, doch u moet het maar le zen. Wilt u?" „O, heel gaarne. Maar mag ik ze wat lang houden? Ik ga denkelijk binnenkort naar buiten". „Heel goed boei goed, mevrouw. Als mijn broer Daniël nog leefde, zou hij zeggen: men moet njjmand bij het lezen haasten, dan heeft hij er geen nut van. Nicht Hul sting gaf mij oolc een hoek mee op dien avond, toen ik dat ongeluk gehad heb. Her innert u zich dat niet meer?" „Neen, op 't oogenblik niet". „Wel, mevrouw, op dien avond, foen ik hij neef en nicht Hulsting thee kwam drin ken, en ik gebracht werd met de „slee", waarin die oude jufrouw een beroerte bad gekregen. Mensch, ik ben er nog veralte- reerd van, ais ik er over spreek. En nooit nooit neen, nooit, krijgt men mij weer in zoo n kast. Hetzelfde wat er toen met dis oude juffrouw gebeurde, mocht mij dan ook eens overkomen, en dan zou ik 't al mijn le ven te verwijten hebben". Elize bad moeite om niet uit te barsten in lachen, daar juffrouw Krimpen iets zei, wat onmogelijk was. Maar de juffrouw was dan ook weer in haar oude zonde vervallen: te spreken vóór te denken. „Neen nooit weer in zoo'n „slee"!" her haalde zij. „Maar om op mijn a propos te rug te kamen! U weet: Ik ben altijd alleen een eenzame juffrouw", ging zij voort, een zucht Ioozende, „en als men in de eenzaam- beid zit, komt men wel eens op vreemde gedachten". '(Wordt vervolgd); i

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1936 | | pagina 3