VOOR VROUW EN KIND
MAAS- EN SCHELDFBODE
ZATERDAG 26 OCTOBER 1935
MET BEDDELAKEN EN
DIVANKLEED
KERK EN SCHOOL
DE KONINGIN BEZOEKT
EEN WERKKAMP
VOORDE
ZONDAG
Alzoo zegt de HEERE: Gelijk als een
herder twee schenkelen, o£ een
stukje van een oor uit des leeuwen
muil redt, alzoo zullen de kinderen
Israels gered worden, die daar zitten
te Samaria in den hoek van het bed
en op de sponde van de koets.
Amos 3 12.
De vergelijking, die in dit vers wordt
genoemd, is de volgende. F,en leeuw
valt de kudde aan. En he' gelukt aan het
roofdier een kudded-er te stelen en voor
het grootste deel te verslinden. Kan de
herder bewijzen, dat het dier verscheurd
is, dan zal hij het niet behoeven te ver
goeden. Zoo niet, dan moet hij het dier
betalen aan den eigenaar.
Het is dus geen wonder, dat de herder
alle mogelijke moeite doet om bewijs
stukken te verzamelen, dat het dier niet
gestolen is, maar verscheurd. Desnoods
zal de herder zich tevreden stellen met
een paar schinkels of een stuk van een
oor.
Zooals dus het den herder gelukt nog
maar iets van het verderf te redden als
bewijsstuk, zoo zal het ook de kinderen
Israëls in moeilijke dagen vergaan. Het
gaat hier over de rijke kinderen Israëls.
Wanneer de crisis, de moeilijke tijd
komt, dan zullen ze van hun weelderig
ingerichte rust- en slaapplaatsen niet
meer meeslepen dan een stuk beddegoed
en een divankleed. Ze vluchten in de
paniek. Of deze paniek wordt veroor
zaakt door een natuurramp of door de
oorlog kunnen we gevoegelijk in het
midden laten. Maar ze vluchten in haast.
Uit den slaap opgeschrikt rennen ze
•weg.
Ik ontleen deze gedachte en ook het
opschrift aan de vertaling van Professor
van Gelderen. Aldus: Zoo zegt Jahve:
Gelijk een herder uit des leeuwen muil
twee pootjes of een oorlap redt, zoo
zullen de kinderen Israëls, die wonen in
Samaria, ontkomen met een bed-hoek en
een divankleed.
De profeet zegt hier tot zijn gehoor,
dat zooals de herder in de crisis nog
,.wat schaap" of zooiets redt, zij als
Gods volk, wanneer de rampspoed hun
overkomt, ze van alle opgespaarde
schatten en verzamelde luxe maar een
bitter beetje zullen kunnen redden.
Ik geloof niet, dat die bewijsstukken
een rol spelen in de vergelijking. Maar
ik meen het Woord Gods voor ons hier
te grijpen daar, waar op het ellendige
beetje en het waardelooze, dat nog net
gered kan worden, de nadruk valt.
Er blijft van de rijkdom niet veel over.
i Wat er van de weelde gered wordt, is
een uiterst klein beetje. De één weet nog
een lap beddegoed mee te sleepen en de
ander een brok divankleed of het geheel.
Maar veel is het niet. De bevende aarde
doet straks de huizen ineenstorten en in
enkele oogenblikken vergaat de met
groote zorg vergaderde luxe.
Dit is beeld uit oude dagen, uit landen,
waar aardbevingen zijn.
Dit is beeld uit moderne dagen, uit
landen, waar oorlogen of geruchten van
oorlogen zijn, waar de gevolgen van den
oorlog nog niet zijn weggenomen en
waar reeds nieuwe krijg is ontbrand. Al
ziin we geen rijke menschen. we houden
nog zoo graag vast aan het klein beetje
goed, dat we verkregen hebben. We zijn
er zoo erg op. We staan er zoo moeilijk
iets van af. En toch zien we het komen
met haast onverbiddelijke zekerheid.
Misschien zullen we niet in den haast
een heel klein beetje redden, maar we
houden straks maar weinig over.
Maar weinig.
Gefortuneerde lui hebben een bedde-
laken en een kleed van de divan gered.
Menschen uit de middenstand hebben
nog slechts enkele dubbeltjes.
We zien hier door Gods Woord ge
ïllustreerd de vergankelijkheid der aard-
sche goederen. De menschen vluchten
voor hun leven. Ja, om hun leven. Als
dat maar waar is. Als het ons maar om
ons leven te doen is. Tegenover de
aardsche goederen staat de rijkdom van
het geloof. Er tegenover? Neen. Erin.
Al moeten we dan vluchten in de crisis,
al houden we dan maar weinig over,
zalig zijn we, als we onze weg in Gods
handen mogen geven. Amos getuigt hier
tegen de rijkdom. Hij profeteert de ar
moede. Zoo spreekt God tot ons door de
gebeurtenissen, door de historie, t Zal
hoe langer hoe minder worden. De ach
teruitgang gaat door. De ellende ver
meerdert.
Wat zullen we er nog van meenemen?
Gelukkig, als ons hart niet aan deze
dingen verpand is. Als we iets hooge1
iets diepers bezitten. Als we laat ik
't zoo zeggen als we onze stoffelijke
goederen bezitten in het geloof, in de
overgave aan God, als rentmeesters en
als we ze niet als afgoden hebben.
Gods oordeelen zijn er van gekomen
over de aarde. En vroeger rijke men
schen zijn blij met een beddelaken en een
divankleed. Laten we deze dingen zien.
God danken voor wat Hij ons nog
gaf. Blij, zelfs met een laken, een divnn-
kleed kun je nog blij zijn, als je God
maar hebt.
NED. HERV. KERK
Beroepen: Te Bamevold, S. van Dorp
te 's Graveniiage. Te Nieuwe Tonge: E.
Schimmel te Aineiöe en Tienhoven.
Beroepen: Te Groot Ammers (toez.),
W. L. Mulder te Hoevelaken.
Beroepen: Te Wapserveen (toez.) cand.
J. M. Willemsen te Schoondjjke.
Aangenomen: Naar Schalsum (Fr.),
H. Sterringa, gep. O. I. predikant. Naar
Knollendam-Marken Binnen, R. Boeken,
card, en hulppred. te Zwolle.
Aangenomen: Naar Bergschenhoek S.
Goverts te Gameren.
Bedankt: Voor Blija, P. Smits, cand. en
hulppred. te Eindhoven.
GEREF. KERKEN
Aangenomen: Naar Paesens c.a., J. J.
Oranje te Wieringem
CHR. GEREF. KERK
Bedankt: Voor Kornhorn, A. H. Hilbers
te Groningen.
GER. GEM.
Bedankt: Voor Leiden en Borssele,
M. Heikoop te Utrecht.
EVANG. LUTH. KERK
Beroepen: Te Harlingen, J. Heidinga,
prop. te Wassenaar.
Chr. Nat. Schoolonderwijs
Bestaat 75 jaar
De eerbiedwaardige Vereeriigirtg
voor Christelijk Nationaal School
onderwijs staat aan den voor
avond van een bijzonder jubileum.
Woensdag 30 October e.k. zal het
vijf-en-zeventig jaren geleden zijn,
dat te Amsterdam werd opgericht
de Vereeniging, die onder den pak-
kenden naam „Christelijk Natio
naal" nu reeds zoovele jaren in
ons land bekend en geliefd is. Zeer
veel heeft C.NS. voor ons Chris
telijk onderwijs mogen doen, met
name in de hachelijke tijden om en
bij de beruchte schoolwetten van
Van der Brugghen en Kap-
peyne, die den ondergang van
de Christelijke school beoogden.
Woensdag 30 October a.s. is het de feest
dag voor Christelijk Nationaal.
Har: hoopt de voorzitter, ds. M. van
Grieken, van Rotterdam, in de traditio-
neele zaal van het Gebouw voor Kunsten
cu Wetenschappen te Utrecht een herden
kingsrede uit te spreken en in de middag
uren wordt een receptie gehouden door de
hoofdcommissie. Al wisselden de personen,
met groote trouw heeft de hoofdcommissie
vijf en-zeventig jaar lang, als regel steeds
don laatsten Donderdag der maand, te
Amsterdam vergaderd.
Een gedenkboek
zal na de herdenkings-samenkomst worden
uitgegeven, waarin o.m. zullen worden op
genomen de feestrede van prof. dr. J
Woltjer in 1910 bij het vijftigjarig bestaan,
een bijdrage van prof. dr. A. Goslinga over
„liet jaar 1869", van mr. B. de Gaay Fort
man over „Het tijdvak der Doleantie" en
van mr. J. J. de Waal Malefijt over „De
inspectie van Christelijk Nationaal"
Nog altijd is de Vereeniging voor Chris
telijk Nationaal Onderwijs van onschat
bare beteekenis voor de School met den
Bijbel.
Ds. L. BOUMA
Ds. L. Bouma, em. predikant der Geref,
Kerk te Middelburg, van wiens 80en verjaar
dag oo Vrijdag a.s. wij reeds melding maak
ten, heeft in Zeeland tal van jaren een voor
aanstaande plaats ingenomen. De classis
Middelburg vaardigde hem geregeld af naar
de Part. Synode van Zeeland, van welks mo-
deramen Ds. Bouma steeds deel uitmaakte
Deze Part. Synode vaardigde hem in 1891
voor de eerste maai af naar de Generale Sy
node en zij bleef dat doen tot aan zijn emi-
ritaat. Toen Ds. Bouma te Hyum woonde
vaardigde de Part. Synode van Friesland
Noord hem wederom naar de Generale Sy
node af, nu als ouderling. Als zoodanig was
hij lid van de bekende Synode van Assen
(1926 en ook van die van Groningen (1927)
Tal van deputaatschappen heeft Ds. Bou
ma voor de classis Middelburg en de Part.
Synode van Zeeland bekleed. Van de Zeeuw-
sche Kerkbode was Ds. Bouma tal van jaren
hoofdredacteur. In Middelburg was hij be
stuurslid van de Chr. school en van de A.R
Kiesvereeniging en ook van de Geref. Predi
kantenconferentie in Zeeland. Men kan zeg
gen dat na het sterven van den bekenden
Middelburgschen predikant Ds. A. Littooy,
diens mantel op Ds. Bouma viel; in heel Zee
land verwierf hij een leidende positie. De
Regeering erkende de verdiensten van den
80-jarige, wiens beide zonen Ds. H. S. Bouma
to Amsterdam-Zuid en Ds. A. J. Bouma te
Heerenveen, eveneens predikant zijn in de
Geref. Kerken, door zijn benoeming tot rid
der in de orde van Oranje-Nassau.
INTREDE Ds. M. P. VAN DIJK
Zondag heeft cand. M. P. van D ij 1: zijn
ir.krede gedaan als predikant van de Geref.
Kerk te Wemeldinge met een predikatie
over Ef. 6:1820, na bevestigd te zijn door
den consulent Ds. A. Scheele van Kapelle-
Biezelinge, die sprak over 2 Tim. 4:15
Toegezongen werd Ps. 134:3 en Ps. 121:1.
Toespraken. z(jn .gehoqjlep doqr,.Ds,»A. Scheelc
als Bevestiger, consulent en.- afgevaardigde
van de classis Goes, !<-. G. v. Heiningen als
Dep.'Evahg. arbeid" in de Provincie en Bur
gemeester Keyzer, namens het Bestuur der
Gem. Wemeldinge.
VRIJE UNIVERSITEIT
De faculteit der wis- en natuurkunde
Naar we vernemen zal de eerste promotie
tot doctor in de wis- en natuurkunde, die j.l.
Vrij dag aan de Vrije Universiteit plaats vond,
reeds spoedig door een tweede worden ge
volgd. Zaterdag 9 Nov. a.s. zal Ir. A. Gabel
onder leiding van Prof, Dr. M. M v. Haaften
tot doctor in deze wetenschap promoveeren.
Warm meeleven met onze
jeugdige werkloozen
Ongekunsteld karakter van
het bezoek
WoenstlagTniddag lioeft H.M. do Ko
ningin een strikt on-offieieel bezoek
gebracht aan het werkkamp van „.long
Holland snakt naar Werk", georgani
seerd door de Centrale voor Werklo
zenzorg, ,,'t Wijde Veld" naby Ede.
liet initiatief voor dit bezoek was van
II. M de Koningin zelf uitgegaan.
Om half drie kwamen de beide Koninklij
ke auto's voor den hoofdingang van hot
kamp aan.
IT. M. werd verwelkomd door de heeren
W. J Hemmes en C Smeenk, resp voorzit-,
ter der Centrale en voorzitter van het werk
comité.
Nadat de kampcommandent, de heer D
Tamminga, in zijn gewone kamptenue aan
Haar was voorgesteld, maakte II. M. een
rondwandeling over het terrein. Achtereen
volgens liet Zij zich de verschillende per
sonen, die bij het kampwerk betrokken zijn.
voorstellen. Ook met tie jongelui, die opliet
terrein bezig waren met liet opbouwen van
een garage, onderhield II. M. zich ecnigen
tij d.
Nadat H M in de conversatiezaal een
kop thee had gebruikt, ging de kleine stoet
naar liet eigenlijke werkobject, een kwar
tier rijdens verder het bosch in.
Temidden van een groep jongens, die he-
zig waren met liet egaliseeren van een weg,
hielden de auto's stil. De heer J. 1'. van
Lo 11 k h 11 ij z c n, directeur der Ned. Hei
de-Mij. die het toezicht op het werk heeft,
voegde zich hier hij het gezelschap, om
II.M. de noodige technische inlichtingen te
geven
II. M. wand al de eerst den weg waar
aan gewerkt werd af, om daarna te
rug te koeren en Zich met de jongens
tc onderhouden. Aan allen vroeg Zij,
waar ze vandaan kwamen, welk vak
zij beoefenden en hoe het. hun hier
beviel. Ook hij de andere groepen, die
bezocht werden, deed Zij dit. Herhaal
delijk maakte H.M. hierbij opmerkin
gen over de werkloosheid in het be
trokken bedrijf, of stelde vragen in
verhand daarmee.
Tiet was treffend, hoe ongekunsteld zich
dit alleg afspeelde. De jongens, die nas
liet laatste moment hoorden, wie hen kwam.
bezoeken, spraken op gein el ongedwongen
wijze met hun Landsvrouwe. De meeste de
den dit niet gepaste vrijmoedigheid. Voorai
als Zij zich met een groepje van hen tege
lijk onderhield, was er van verlegenheid
niets te bespeuren. Sommigen waren wat
beduusd, vergaten hun pet af te zetten,
zochten naar hun woorden, of spitten ijve
rig \oort tot vlak voor do voelen van H M.
Niemand wilde de h«ogc bezoekster over
slaan Toen haar bleek, dat zij in 't begin
een groep was voorbijgereden, stond Ze er
op. om „den weg terug" te maken en „do
ongeziene ploeg", zooals Zij liet noemde,
alsnog te bezoeken. Ook een der jongens,
die juist thee kwam brengen, werd aange
roepen om door II.M. te worden toegesproken
Rij deze terugrit had oen der groepen de ge
legenheid om zich t\ngs den weg te stellen,
en II M toe te juichen.
Bij Haar vertrek dankte II. M. de leiding
van het kampwerk voor wat Zij had gezien.
Den kampcommandant maakte Zij haar
compliment voor zijn arbeid en den heer
Smeenk verklaarde zij: „Hoe langer je hier
bent, hoe meer enthousiast je wordt!"
Het bezoek heeft ongeveer twee uur ge
duurd. Tegen half vijf verlieten de auto's
het terrein van de werkverschaffing om zich
weer naar 's Graveniiage te spoeden.
.SkiiÊzj* V
De Koningin in.gesprek met een der iverkloozen.
L
DE ZEVEN WERKKAMPEN DER
„CENTRALE"
Wie heeft een orgel e.il.g. beschikbaar?
De persoommts^'e van do Centrale voor Werk
I002en7.0rg schrijft ons:
De Cent-ale voor Werldoozenzorg" (gesticht
oj> I littatiof van den Raad van Ncüerlanische
Keken voor Prat htlsoh Christendomfmoft
thans reeds zeven kampen in verschillende dee-
•en van ons land, waar pet perinde van xcht
weken werk wordt ^cg^Ncn aan mee.- dan óui»
Jeng-d.s?» werkloozen. Eentge van deze kanpen
kwamen in het bezit van een orgel en ecn P'a*
no teneinde de deelnemers na afloop van hm
daielijksohe werkzaamheden aangenaam bezig
te hou Jen Dat dit zeer op pi ijs wordt g* at« .a
behoeft g*sn betoo?.
Caa-nc zou de „Centrale" ook de andere kam
.jen dit genoegen riet willen onthouden en ver
zoekt hen. die een orgel, piano oi radiotoestel
voor dit doel beschikbaar kunnen stellen dit
op te willen opgeven aai het secretariaat van
lo Centrale voo- VVerklöójsenzur»? Studhou Je.
laai 43-43, te Ulrec.it, tel. 14115.
VOOR DE VROUW
BEGAAFDE VROUWEN (II)
Alice Nahon (vervolg)
Zooals de vorige maal werd gezegd, kon
Alice Nahon ook onbezorgd blij zijn in vroo-
lijker dagen, en dan mee genieten van al het
levenslustige, dat ze om zich heen zag. Daar
van getuigt o.m. haar gedichtje: „Idylle",
dat we zouden laten volgen.
„Idylle"
Toen kwam er een zuchtje van 't Zuiden
gewaaid
En blies door heur zonnedoek, rood en
doorzaaid
Met pikzwarte stipjes.
Hij klapperd' en wapperde boven de haag,
Het windeke flodderde omhoog en omlaag
Z'n tipjes.
Heur donzige krullekens kroezelden vrij;
Heur fonk'lende kijkerlcens loechen naar
miJ'
Twee blauwende blinkers;
Ik zag door de blaren heur heldere jak
En 'k hoorde van klompen het klikker-
geklak
Op klinkers..
lots klonk er een stemmate boven de
haag.
Dat zong er een liedeke, lijzekens traag,
Van simpele dingen
De kruiwagen knerste van pieperdepiep....
Terwijl zij, al kruiende en lachende liep
Te zingen
Opééns zweeg het wiellceZe giegelde
't "it1
Ze Wuifdezo knikteWas 't wij-
zeken uit
Van 't oud-VIaamsche lielce?
Och, neen!maar een maaier, bezweet
en bezon d,
Hiep ginder in 't koren, de hand aan de
mond:
„Dag, Mieke!"
Van haar liefde voor Vlaanderen spreekt
pus heel sterk i
„Drij blommen"
Zeg, kerels, en kent ge dat stekelig kruid
Der distels? Dat roeit er geen sterveling
uit!
't Is 't kruid van de wegen, 't is 't kruid van
de gracht;
Maar zacht is de blomme, die paars er op
lachtl
Zoo groei, onuitroeibaar, de struik van uw
taal
Met blommen van dons en met blaren van
staal
'k Had geren wat zachters voor Vlaanderen
gekozen
En 'k weene
Maar 'k vond er geen rozen,
Geen ééne
Gij volk van verlangen, dat zingt en schal-
meit,
Hoog boven uw armoe, hoog boven den lijd;
Dat lijdend en lachend ons Vlaanderen lieft,
Al heen men er immer uw hare gegriefd,
M n ziel heeft in stilte u een blomme gewijd
Die. rood van illuzio, in 't wilde gedijt;
Die 'k noemc:
Scharlaken pavers,
Uw roemei
Papaversuw droomen, cn distels
de daad!
Ge moogt ze niet scheiden! 0, zaait cr hun
zaad
Op Vlaanderens wegen, al zijn ze beslijkt,
Tot boven ons gouwen oen regenboog prijkt!
Het mag u niet deren, wat laf men u zegt;
Wij weten uw liefde, uw lijden, uw recht?
We lieven ons kerels, de stoeren, de koenen.,
De trouwen,
Wij, Vlaamsche pioenen,
Wij, vrouwen!
Opmerkelijk, dat we In de heide voorgaan
de gedichten niet aantreffen, wat de meeste
verzen van deze schrijfster knrakte-iseert nl
de weemoed, om gebroken idealen, de melan
cholie van wie geen blijde toekomst meer te
gemoet mag zien.
Bei le gedichten verraden onmiskenbaar
haar werkelijk niet lo onderschatten aanleg
voor de dichtkunst; zoowel woordenkeus als
versvorm dwingen bewondering af.
Het eerste gedicht bekoort vooral door de
treffend-mooie klank-verbindingen. Denk bv.
onder meer aan: „blauwende-blinkers",
„fonk'lende kijkerlcens", „krullekens kroezel
den", „bezweet en bezond", enz,
Hot andere vers toont ons, hoe de dichte
res werkelijk niet alleen simpel-droeve lied
jes maakte om haar verdriet te uiten, maai
hoe ze evenzeer in haar gedichten tot uit
drukking deed komen haar diepste gevoo-
lens omtrent haar land en volk; gevoelens,
die ons wel doen zien, dat ze werkelijk niet
klein \an geest en bekrompen van denken
was.
Trouwens: de eenvoud, die de meeste van
baar verzen kenmerkt, vlooit niet voort uit
onmacht, 't Is niet zóó, dat ze nu eenmaal
geen moeilijker, ingewikkelder gedichten
maken kan, wijl ze daarvoor geen aanleg ge
noeg heeft.
Juist met opzet dicht ze eenvoudig; in
haar lezing over „Mijn dichten", gehouden te
R'dam, hoeft ze dit zelf gezegd, 't Kostte haar
wel eens moeite, in heidenen, klaren vorm
haar gedachten uit te drukken, maar toch
bleef ze zich dat als taak en ideaal stellen.
Want liet kunnen weergeven van haar
gedachten in eenvoudige bewoordingen, was
bij haar het gevolg van een innertijk-lot-
klaarheid-komon.
Wanneer 't stormde in baar ziel, en ze
strijden moest tegen gedachten van opstan
digheid tegen haar lot, was ze niet in staat,
eenvoudige gedichte» te maken. Pas wanneer
er tevredenheid en opklaring in haar bin
nenste kwam, kon ze dichten, kon ze een
voudig, maar héél precies en nauw
keurig weergeven, wat ze wilde zeggen.
Of ze dezelfde berusting en overgave ge
kend hoeft als Jacqueline van der Waals?
Uit haar gedichten blijkt dit niet duide
lijk. Wel spreekt er uit vele van haar ver
zen gelatenheid, maar of ze werkelijk zoo
bewust als Jacq. van der Waals verzoend
was met haar lot, kunnen we niet vaststel
len.
Maar hier moeten we bedenken, dat. ze
jonger is gestorven dan Jacq. van der Waals,
Na een langdurig lijden aan bronchitis (een
verkeerde diagnose-stelling wees eerst tu
berculose aan, wat haar veel verdriet be
zorgd heeft), overleed ze in 1933. Haar geest
is niet zoo ten volle tot rijpheid kunnen ko
men als die van Jacqueline van der Waals.
Vandaar dat ze misschien nooit zoo tot de
volle geloofs-overgave kwam.
In elk geval heeft ze nooit zoo heerlijk
als de eerst-besproken dichteres getuigd van
haar geluk in 't Gods-vertrouwen, dat ze
bezat.
Telkens heeft ze, na een langdurige inzin
king, hij opveering van haar krachten, de
nieuwe levenskans aangegrepen en heeft
zich inet dubbele ijver aan 't werk gezet, de
laatste tijd als bibliothecaresse te Antwer
pen.
Maar eindelijk kwam de laatste inzinking.
En na bange doodsstrijd ging ze been.
We hebben niet veel móér gedichlen van
haar, dan opgenomen werden in: „Op zachte
vooizekens", „Vondelingskens" en „Scha
duw".
Maar wat we daarin hebben, is tóch veel.
Laten we er dankbaar voor zijn!
VOOR DE JEUGD
Beste Nichtjes en Neefjes,
Tot m'n spijt heb ik weinig goeds te ver
tellen, deze keer. Hoe zit het, beginnen
jullie een winterslaap' Of is 't alleen maar
een herfstvacantie? 'k Schrik er van: maar
drie briefjes! Waar blijven de anderen??
't Lijkt wel. of onze familie uitsterft. Denk
er om, 'k ben altijd erg somber hoor, wan
neer 'k zoo weinig van jullie hoor. 'k Heb
vanavond lang achtereen zitten piekeren,
wat ik doen moest. Tóch nieuwe raadsels
geven, en briefjes beantwoorden Of geen
nieuw werk, en alleen een hulpgeroep laten
hooren? 'k W ist op het laatst zelf niet meer
wat liet beste was. Maar eindelijk ben ik
besloten, toch maar geen nieuwe raadsels
tc geven. Drie briefjes beantwoorden is de
moeite niet. Dat moet eerst anders worden!
Daarom plaats ik de vorige raadsels
van 12 October dus nóg eens; laat ieder,
die liet nog niet deed. nu zijn of haar op
lossingen insturen, en dan mag ik er toch
ook wel op rekenen, dat elk, die de oplos
singen niet kan vinden, me tóch een levens-
toeken geeft, door eens een gezellige brief
(e schrijven. Afgesproken?
De mogelijkheid tot inzending wordt dus
verlengd tot en met Dinsdag 29 October;
Zaterdag 2 November plaats ik de oplossin
gen met nieuwe raadsels. Nu blijft toch
niemand achter?
De raadsels waren;
1 Verborgen visehnamen.
a Wi) Jacob leiboomen in zijn tuin aan
planten?
b Je weet (och wel, dat de Ebro geen
stad, maar een rivier isl
c Lize had een negen voor Nederland-
sohe taal.
d Je mag in de regenton geen vuil
laten vallen,
c Ik lieh Otto gisteren nog gezien,
2 Welk woord, dat aan heet zijn en koud
maken doet denken, wordt een wapen
schild, als je tusschen de vierde en
vijfde Ietter een o zet?
S Mijn geheel is een bekend feit uit den
Tarhtigjarigcn oorlog.
1, 2. 3, 2, 4, 5, 6, 2, 2, 7, S. 9, 10. 11, 3,
12, 13, 9, 1, 11, 14, 12, 15, 7. 11. 9.
Mijn 8, 9, 10. 11, 3 is een ander woord
voor aanvang.
1. 2, 1. 5: kleine roofvogel
1, 11, 14, 12, 15. 7, 11, 2: een bekende
Koningin vun Engeland.
13, 9, 3: een naaldboom.
6, 15, 9, 13, 9. 7: is één van jullie ouders.
Welk feit is hiermee bedoeld?
i Mijn eerste is iets, dat in liet raam ge
zet wordt tegen vliegen en muggen;
mijn tweede is een plaats in de schouw
burg en mijn geheel wijst de tijd aan.
5 x x x x een plaats in Zeeland.
x eori kat.
x Ieder.
x knaagdier.
Op de rechte cn de schuine kruisjes'ijn
moet hetzelfde woord komen, aanduidende
ccn plaatsnaam in Zeeland. Wie weet,
welke plaats?
Ziezoo, dat zijn ze. Inzendingen dus tot
en niet 29 October. Wat later dan Dinsdag
morgen komt, lelt niet meer mee. Wees
dus allemaal vlug cn stel me nu niet teleur
wanneer ik vertrouw op jullie volharding
en welwillendheid. Ik reken op allen
hoor. is hel niet mét oplossingen, dan des
noods zonder.
Veel succes!
Correspondentie:
Ida J., te Stellendam. Fijn. dat je blij
bent met 't boekje. Voor je ontevredenheid
en verwondering is gelukkig geen reden.
Je hebt al eerder een prijs gehad van me!
Op 30 Mrt 1935 heb je in de krant kunnen
lezen, dat je een prijs bad en later heli je
me ook bedankt, 'k Helt het briefje nog!
Oppassen met wat je zegt! Dat van dien
oenen jongen is óók niet waar Toen jij die
eerste prijs kreeg, deed hij al mee. En
trouw!
'k Ileb ti 1 de kranten bewaard, en 't nog
eens precies nagekeken, 'k Vergis me dus
niet!
Alvast hartelijk gefeliciteerd met je ver
jaardag. 'k Hoop, dal je een gezellige dag
en een voorspoedig jaar wacht. Vergeet niet,
ook Vader en Moeder hartelijk te felicitee-
ron. Volgende keer meer. Daaagl
Bram P. te Numansdorp. Jij boorde ge
lukkig bij de getrouwen. Bravo! Houd vol,
hoor! De rest van je brief wordt volgende
week beantwoord.
Fam. Wagner ie Stad aan 't Haringvliet.
Jullie waren gelukkig ook op je post. Fijn
hoor! Misschien kun je nu raadsel 2 nog
vinden vóór Dinsdag. Denk er nog maar eens
goed over. Allemaal hartelijk gefeliciteerd
met oe verjaardag van Adri, 1.1. Zondag.
Een gezellige dag gehad? Nu, ook jullie
briefjes worden rlo volgende week uitvoeri
ger beantwoord. Tot schrijvcns lioor!
Kijk, zóó hoop ik nu de volgende week
weer eens oen lange rij brieven te schrijven,
als antwoord op jullie verhalen! Of 't luk
ken zal?? Geef jullie daar nu door je d a a 1
eens een verrassend antwoord oj). Met har
telijke groeten
TANTE TINE
WATERLAND
JOIIAN VAN MEURS
Neem Hollands hoer zijn guldens af,
Zijn centen en ierduiten
Dan houdt hij nog zijn vette kiel
En staat er hij te fluiten.
N'coin Hollands boer zijn landen af
Dan houdi liij nog zijn water;
Daar maalt hij tóch weer land uil op,
Wat vroeger of wat later.
Neem Holland al zijn dijken weg
En laat liet onderloopen
Geen nood: elk kaasiioerinneko
Gaat visschersnetten knoopen.
Neem Holland al zijn hoornen weg
Zijn wilgen en zijn peppels
Dan ruischt nog Hollands windezang
Door 't riet van sloot cn greppels.
Maar. neem je Hollands water weg.
Zijn plassen en zijn vaarten,
Dan is mijn land geen Holland meer,
Al staat het op de kaarten.
Dan wordt het duin een woestenij
Dan dorren al de weiden.
Dan gaat mijn mooie Holland dood
Omdat het dorst moet lijden.
WASHINGTON EN DE KORPORAAL
Tijdens de oorlog, die Noorcl-Amerika op
liet eind van de achttiende eeuw voerde te
gen Engeland, had een korporaal het bevel
over eenig soldaten, aan wie was opgedra
gen, een zware balk ov er een heuvel te siro
pen. Do mannen, die al hun krachten in
spanden. terwijl liet zweet hun op het voor
hoofd parelde, zouden graag ecnige hulp
aanvaard hebben. Maar onze korporaal, die
zich fe voornaam achtte om 't werk vango-
vvone soldaten le doen. vond het voldoende,
om regelmatig met krachtige stem 'e roepen:
„Houd moed mannen! Eén, twee. hup!".
De soldaten spanden zich echte- te ver
geefs in: telkens viel de balk weer neer.
Daar naderde oen ruiter, die den korpo
raal vroeg, waarom hij zijn manschappen
met een handje hielp.
„Ik ben korporaal, mijnheer", luidde het
antwoord.
,.0, noem mij niet kwalijk, mijnheer do
korporaal", hernam de onbekende, sfeeg
daarop van zijn paarn en ging de vermoeide
soldaten helpen. Dank zij deze krachtige
hulp was de balk nu spoedig op de top van
de heuvel.
Do vreemdeling, die door de soldaten har
telijk bedankt werd. vvendoe zich nu tot
den korporaal en zei: „Als je weer iemand
noodig hebt, om een handje te helpen, vraag
dan maar naar ie opperbevelhebber, die ai-
tijd tot liiiljj bereid zal zijn".
Do ruiter was niemand anders dan Was
hington, de beroemde grondlegger oer Anie-
rikaansche vrijheid.