VOOR VROUW EN KIND MAAS- EN SCHELDFBODE ZATERDAG 26 OCTOBER 1935 MET BEDDELAKEN EN DIVANKLEED KERK EN SCHOOL DE KONINGIN BEZOEKT EEN WERKKAMP VOORDE ZONDAG Alzoo zegt de HEERE: Gelijk als een herder twee schenkelen, o£ een stukje van een oor uit des leeuwen muil redt, alzoo zullen de kinderen Israels gered worden, die daar zitten te Samaria in den hoek van het bed en op de sponde van de koets. Amos 3 12. De vergelijking, die in dit vers wordt genoemd, is de volgende. F,en leeuw valt de kudde aan. En he' gelukt aan het roofdier een kudded-er te stelen en voor het grootste deel te verslinden. Kan de herder bewijzen, dat het dier verscheurd is, dan zal hij het niet behoeven te ver goeden. Zoo niet, dan moet hij het dier betalen aan den eigenaar. Het is dus geen wonder, dat de herder alle mogelijke moeite doet om bewijs stukken te verzamelen, dat het dier niet gestolen is, maar verscheurd. Desnoods zal de herder zich tevreden stellen met een paar schinkels of een stuk van een oor. Zooals dus het den herder gelukt nog maar iets van het verderf te redden als bewijsstuk, zoo zal het ook de kinderen Israëls in moeilijke dagen vergaan. Het gaat hier over de rijke kinderen Israëls. Wanneer de crisis, de moeilijke tijd komt, dan zullen ze van hun weelderig ingerichte rust- en slaapplaatsen niet meer meeslepen dan een stuk beddegoed en een divankleed. Ze vluchten in de paniek. Of deze paniek wordt veroor zaakt door een natuurramp of door de oorlog kunnen we gevoegelijk in het midden laten. Maar ze vluchten in haast. Uit den slaap opgeschrikt rennen ze •weg. Ik ontleen deze gedachte en ook het opschrift aan de vertaling van Professor van Gelderen. Aldus: Zoo zegt Jahve: Gelijk een herder uit des leeuwen muil twee pootjes of een oorlap redt, zoo zullen de kinderen Israëls, die wonen in Samaria, ontkomen met een bed-hoek en een divankleed. De profeet zegt hier tot zijn gehoor, dat zooals de herder in de crisis nog ,.wat schaap" of zooiets redt, zij als Gods volk, wanneer de rampspoed hun overkomt, ze van alle opgespaarde schatten en verzamelde luxe maar een bitter beetje zullen kunnen redden. Ik geloof niet, dat die bewijsstukken een rol spelen in de vergelijking. Maar ik meen het Woord Gods voor ons hier te grijpen daar, waar op het ellendige beetje en het waardelooze, dat nog net gered kan worden, de nadruk valt. Er blijft van de rijkdom niet veel over. i Wat er van de weelde gered wordt, is een uiterst klein beetje. De één weet nog een lap beddegoed mee te sleepen en de ander een brok divankleed of het geheel. Maar veel is het niet. De bevende aarde doet straks de huizen ineenstorten en in enkele oogenblikken vergaat de met groote zorg vergaderde luxe. Dit is beeld uit oude dagen, uit landen, waar aardbevingen zijn. Dit is beeld uit moderne dagen, uit landen, waar oorlogen of geruchten van oorlogen zijn, waar de gevolgen van den oorlog nog niet zijn weggenomen en waar reeds nieuwe krijg is ontbrand. Al ziin we geen rijke menschen. we houden nog zoo graag vast aan het klein beetje goed, dat we verkregen hebben. We zijn er zoo erg op. We staan er zoo moeilijk iets van af. En toch zien we het komen met haast onverbiddelijke zekerheid. Misschien zullen we niet in den haast een heel klein beetje redden, maar we houden straks maar weinig over. Maar weinig. Gefortuneerde lui hebben een bedde- laken en een kleed van de divan gered. Menschen uit de middenstand hebben nog slechts enkele dubbeltjes. We zien hier door Gods Woord ge ïllustreerd de vergankelijkheid der aard- sche goederen. De menschen vluchten voor hun leven. Ja, om hun leven. Als dat maar waar is. Als het ons maar om ons leven te doen is. Tegenover de aardsche goederen staat de rijkdom van het geloof. Er tegenover? Neen. Erin. Al moeten we dan vluchten in de crisis, al houden we dan maar weinig over, zalig zijn we, als we onze weg in Gods handen mogen geven. Amos getuigt hier tegen de rijkdom. Hij profeteert de ar moede. Zoo spreekt God tot ons door de gebeurtenissen, door de historie, t Zal hoe langer hoe minder worden. De ach teruitgang gaat door. De ellende ver meerdert. Wat zullen we er nog van meenemen? Gelukkig, als ons hart niet aan deze dingen verpand is. Als we iets hooge1 iets diepers bezitten. Als we laat ik 't zoo zeggen als we onze stoffelijke goederen bezitten in het geloof, in de overgave aan God, als rentmeesters en als we ze niet als afgoden hebben. Gods oordeelen zijn er van gekomen over de aarde. En vroeger rijke men schen zijn blij met een beddelaken en een divankleed. Laten we deze dingen zien. God danken voor wat Hij ons nog gaf. Blij, zelfs met een laken, een divnn- kleed kun je nog blij zijn, als je God maar hebt. NED. HERV. KERK Beroepen: Te Bamevold, S. van Dorp te 's Graveniiage. Te Nieuwe Tonge: E. Schimmel te Aineiöe en Tienhoven. Beroepen: Te Groot Ammers (toez.), W. L. Mulder te Hoevelaken. Beroepen: Te Wapserveen (toez.) cand. J. M. Willemsen te Schoondjjke. Aangenomen: Naar Schalsum (Fr.), H. Sterringa, gep. O. I. predikant. Naar Knollendam-Marken Binnen, R. Boeken, card, en hulppred. te Zwolle. Aangenomen: Naar Bergschenhoek S. Goverts te Gameren. Bedankt: Voor Blija, P. Smits, cand. en hulppred. te Eindhoven. GEREF. KERKEN Aangenomen: Naar Paesens c.a., J. J. Oranje te Wieringem CHR. GEREF. KERK Bedankt: Voor Kornhorn, A. H. Hilbers te Groningen. GER. GEM. Bedankt: Voor Leiden en Borssele, M. Heikoop te Utrecht. EVANG. LUTH. KERK Beroepen: Te Harlingen, J. Heidinga, prop. te Wassenaar. Chr. Nat. Schoolonderwijs Bestaat 75 jaar De eerbiedwaardige Vereeriigirtg voor Christelijk Nationaal School onderwijs staat aan den voor avond van een bijzonder jubileum. Woensdag 30 October e.k. zal het vijf-en-zeventig jaren geleden zijn, dat te Amsterdam werd opgericht de Vereeniging, die onder den pak- kenden naam „Christelijk Natio naal" nu reeds zoovele jaren in ons land bekend en geliefd is. Zeer veel heeft C.NS. voor ons Chris telijk onderwijs mogen doen, met name in de hachelijke tijden om en bij de beruchte schoolwetten van Van der Brugghen en Kap- peyne, die den ondergang van de Christelijke school beoogden. Woensdag 30 October a.s. is het de feest dag voor Christelijk Nationaal. Har: hoopt de voorzitter, ds. M. van Grieken, van Rotterdam, in de traditio- neele zaal van het Gebouw voor Kunsten cu Wetenschappen te Utrecht een herden kingsrede uit te spreken en in de middag uren wordt een receptie gehouden door de hoofdcommissie. Al wisselden de personen, met groote trouw heeft de hoofdcommissie vijf en-zeventig jaar lang, als regel steeds don laatsten Donderdag der maand, te Amsterdam vergaderd. Een gedenkboek zal na de herdenkings-samenkomst worden uitgegeven, waarin o.m. zullen worden op genomen de feestrede van prof. dr. J Woltjer in 1910 bij het vijftigjarig bestaan, een bijdrage van prof. dr. A. Goslinga over „liet jaar 1869", van mr. B. de Gaay Fort man over „Het tijdvak der Doleantie" en van mr. J. J. de Waal Malefijt over „De inspectie van Christelijk Nationaal" Nog altijd is de Vereeniging voor Chris telijk Nationaal Onderwijs van onschat bare beteekenis voor de School met den Bijbel. Ds. L. BOUMA Ds. L. Bouma, em. predikant der Geref, Kerk te Middelburg, van wiens 80en verjaar dag oo Vrijdag a.s. wij reeds melding maak ten, heeft in Zeeland tal van jaren een voor aanstaande plaats ingenomen. De classis Middelburg vaardigde hem geregeld af naar de Part. Synode van Zeeland, van welks mo- deramen Ds. Bouma steeds deel uitmaakte Deze Part. Synode vaardigde hem in 1891 voor de eerste maai af naar de Generale Sy node en zij bleef dat doen tot aan zijn emi- ritaat. Toen Ds. Bouma te Hyum woonde vaardigde de Part. Synode van Friesland Noord hem wederom naar de Generale Sy node af, nu als ouderling. Als zoodanig was hij lid van de bekende Synode van Assen (1926 en ook van die van Groningen (1927) Tal van deputaatschappen heeft Ds. Bou ma voor de classis Middelburg en de Part. Synode van Zeeland bekleed. Van de Zeeuw- sche Kerkbode was Ds. Bouma tal van jaren hoofdredacteur. In Middelburg was hij be stuurslid van de Chr. school en van de A.R Kiesvereeniging en ook van de Geref. Predi kantenconferentie in Zeeland. Men kan zeg gen dat na het sterven van den bekenden Middelburgschen predikant Ds. A. Littooy, diens mantel op Ds. Bouma viel; in heel Zee land verwierf hij een leidende positie. De Regeering erkende de verdiensten van den 80-jarige, wiens beide zonen Ds. H. S. Bouma to Amsterdam-Zuid en Ds. A. J. Bouma te Heerenveen, eveneens predikant zijn in de Geref. Kerken, door zijn benoeming tot rid der in de orde van Oranje-Nassau. INTREDE Ds. M. P. VAN DIJK Zondag heeft cand. M. P. van D ij 1: zijn ir.krede gedaan als predikant van de Geref. Kerk te Wemeldinge met een predikatie over Ef. 6:1820, na bevestigd te zijn door den consulent Ds. A. Scheele van Kapelle- Biezelinge, die sprak over 2 Tim. 4:15 Toegezongen werd Ps. 134:3 en Ps. 121:1. Toespraken. z(jn .gehoqjlep doqr,.Ds,»A. Scheelc als Bevestiger, consulent en.- afgevaardigde van de classis Goes, !<-. G. v. Heiningen als Dep.'Evahg. arbeid" in de Provincie en Bur gemeester Keyzer, namens het Bestuur der Gem. Wemeldinge. VRIJE UNIVERSITEIT De faculteit der wis- en natuurkunde Naar we vernemen zal de eerste promotie tot doctor in de wis- en natuurkunde, die j.l. Vrij dag aan de Vrije Universiteit plaats vond, reeds spoedig door een tweede worden ge volgd. Zaterdag 9 Nov. a.s. zal Ir. A. Gabel onder leiding van Prof, Dr. M. M v. Haaften tot doctor in deze wetenschap promoveeren. Warm meeleven met onze jeugdige werkloozen Ongekunsteld karakter van het bezoek WoenstlagTniddag lioeft H.M. do Ko ningin een strikt on-offieieel bezoek gebracht aan het werkkamp van „.long Holland snakt naar Werk", georgani seerd door de Centrale voor Werklo zenzorg, ,,'t Wijde Veld" naby Ede. liet initiatief voor dit bezoek was van II. M de Koningin zelf uitgegaan. Om half drie kwamen de beide Koninklij ke auto's voor den hoofdingang van hot kamp aan. IT. M. werd verwelkomd door de heeren W. J Hemmes en C Smeenk, resp voorzit-, ter der Centrale en voorzitter van het werk comité. Nadat de kampcommandent, de heer D Tamminga, in zijn gewone kamptenue aan Haar was voorgesteld, maakte II. M. een rondwandeling over het terrein. Achtereen volgens liet Zij zich de verschillende per sonen, die bij het kampwerk betrokken zijn. voorstellen. Ook met tie jongelui, die opliet terrein bezig waren met liet opbouwen van een garage, onderhield II. M. zich ecnigen tij d. Nadat H M in de conversatiezaal een kop thee had gebruikt, ging de kleine stoet naar liet eigenlijke werkobject, een kwar tier rijdens verder het bosch in. Temidden van een groep jongens, die he- zig waren met liet egaliseeren van een weg, hielden de auto's stil. De heer J. 1'. van Lo 11 k h 11 ij z c n, directeur der Ned. Hei de-Mij. die het toezicht op het werk heeft, voegde zich hier hij het gezelschap, om II.M. de noodige technische inlichtingen te geven II. M. wand al de eerst den weg waar aan gewerkt werd af, om daarna te rug te koeren en Zich met de jongens tc onderhouden. Aan allen vroeg Zij, waar ze vandaan kwamen, welk vak zij beoefenden en hoe het. hun hier beviel. Ook hij de andere groepen, die bezocht werden, deed Zij dit. Herhaal delijk maakte H.M. hierbij opmerkin gen over de werkloosheid in het be trokken bedrijf, of stelde vragen in verhand daarmee. Tiet was treffend, hoe ongekunsteld zich dit alleg afspeelde. De jongens, die nas liet laatste moment hoorden, wie hen kwam. bezoeken, spraken op gein el ongedwongen wijze met hun Landsvrouwe. De meeste de den dit niet gepaste vrijmoedigheid. Voorai als Zij zich met een groepje van hen tege lijk onderhield, was er van verlegenheid niets te bespeuren. Sommigen waren wat beduusd, vergaten hun pet af te zetten, zochten naar hun woorden, of spitten ijve rig \oort tot vlak voor do voelen van H M. Niemand wilde de h«ogc bezoekster over slaan Toen haar bleek, dat zij in 't begin een groep was voorbijgereden, stond Ze er op. om „den weg terug" te maken en „do ongeziene ploeg", zooals Zij liet noemde, alsnog te bezoeken. Ook een der jongens, die juist thee kwam brengen, werd aange roepen om door II.M. te worden toegesproken Rij deze terugrit had oen der groepen de ge legenheid om zich t\ngs den weg te stellen, en II M toe te juichen. Bij Haar vertrek dankte II. M. de leiding van het kampwerk voor wat Zij had gezien. Den kampcommandant maakte Zij haar compliment voor zijn arbeid en den heer Smeenk verklaarde zij: „Hoe langer je hier bent, hoe meer enthousiast je wordt!" Het bezoek heeft ongeveer twee uur ge duurd. Tegen half vijf verlieten de auto's het terrein van de werkverschaffing om zich weer naar 's Graveniiage te spoeden. .SkiiÊzj* V De Koningin in.gesprek met een der iverkloozen. L DE ZEVEN WERKKAMPEN DER „CENTRALE" Wie heeft een orgel e.il.g. beschikbaar? De persoommts^'e van do Centrale voor Werk I002en7.0rg schrijft ons: De Cent-ale voor Werldoozenzorg" (gesticht oj> I littatiof van den Raad van Ncüerlanische Keken voor Prat htlsoh Christendomfmoft thans reeds zeven kampen in verschillende dee- •en van ons land, waar pet perinde van xcht weken werk wordt ^cg^Ncn aan mee.- dan óui» Jeng-d.s?» werkloozen. Eentge van deze kanpen kwamen in het bezit van een orgel en ecn P'a* no teneinde de deelnemers na afloop van hm daielijksohe werkzaamheden aangenaam bezig te hou Jen Dat dit zeer op pi ijs wordt g* at« .a behoeft g*sn betoo?. Caa-nc zou de „Centrale" ook de andere kam .jen dit genoegen riet willen onthouden en ver zoekt hen. die een orgel, piano oi radiotoestel voor dit doel beschikbaar kunnen stellen dit op te willen opgeven aai het secretariaat van lo Centrale voo- VVerklöójsenzur»? Studhou Je. laai 43-43, te Ulrec.it, tel. 14115. VOOR DE VROUW BEGAAFDE VROUWEN (II) Alice Nahon (vervolg) Zooals de vorige maal werd gezegd, kon Alice Nahon ook onbezorgd blij zijn in vroo- lijker dagen, en dan mee genieten van al het levenslustige, dat ze om zich heen zag. Daar van getuigt o.m. haar gedichtje: „Idylle", dat we zouden laten volgen. „Idylle" Toen kwam er een zuchtje van 't Zuiden gewaaid En blies door heur zonnedoek, rood en doorzaaid Met pikzwarte stipjes. Hij klapperd' en wapperde boven de haag, Het windeke flodderde omhoog en omlaag Z'n tipjes. Heur donzige krullekens kroezelden vrij; Heur fonk'lende kijkerlcens loechen naar miJ' Twee blauwende blinkers; Ik zag door de blaren heur heldere jak En 'k hoorde van klompen het klikker- geklak Op klinkers.. lots klonk er een stemmate boven de haag. Dat zong er een liedeke, lijzekens traag, Van simpele dingen De kruiwagen knerste van pieperdepiep.... Terwijl zij, al kruiende en lachende liep Te zingen Opééns zweeg het wiellceZe giegelde 't "it1 Ze Wuifdezo knikteWas 't wij- zeken uit Van 't oud-VIaamsche lielce? Och, neen!maar een maaier, bezweet en bezon d, Hiep ginder in 't koren, de hand aan de mond: „Dag, Mieke!" Van haar liefde voor Vlaanderen spreekt pus heel sterk i „Drij blommen" Zeg, kerels, en kent ge dat stekelig kruid Der distels? Dat roeit er geen sterveling uit! 't Is 't kruid van de wegen, 't is 't kruid van de gracht; Maar zacht is de blomme, die paars er op lachtl Zoo groei, onuitroeibaar, de struik van uw taal Met blommen van dons en met blaren van staal 'k Had geren wat zachters voor Vlaanderen gekozen En 'k weene Maar 'k vond er geen rozen, Geen ééne Gij volk van verlangen, dat zingt en schal- meit, Hoog boven uw armoe, hoog boven den lijd; Dat lijdend en lachend ons Vlaanderen lieft, Al heen men er immer uw hare gegriefd, M n ziel heeft in stilte u een blomme gewijd Die. rood van illuzio, in 't wilde gedijt; Die 'k noemc: Scharlaken pavers, Uw roemei Papaversuw droomen, cn distels de daad! Ge moogt ze niet scheiden! 0, zaait cr hun zaad Op Vlaanderens wegen, al zijn ze beslijkt, Tot boven ons gouwen oen regenboog prijkt! Het mag u niet deren, wat laf men u zegt; Wij weten uw liefde, uw lijden, uw recht? We lieven ons kerels, de stoeren, de koenen., De trouwen, Wij, Vlaamsche pioenen, Wij, vrouwen! Opmerkelijk, dat we In de heide voorgaan de gedichten niet aantreffen, wat de meeste verzen van deze schrijfster knrakte-iseert nl de weemoed, om gebroken idealen, de melan cholie van wie geen blijde toekomst meer te gemoet mag zien. Bei le gedichten verraden onmiskenbaar haar werkelijk niet lo onderschatten aanleg voor de dichtkunst; zoowel woordenkeus als versvorm dwingen bewondering af. Het eerste gedicht bekoort vooral door de treffend-mooie klank-verbindingen. Denk bv. onder meer aan: „blauwende-blinkers", „fonk'lende kijkerlcens", „krullekens kroezel den", „bezweet en bezond", enz, Hot andere vers toont ons, hoe de dichte res werkelijk niet alleen simpel-droeve lied jes maakte om haar verdriet te uiten, maai hoe ze evenzeer in haar gedichten tot uit drukking deed komen haar diepste gevoo- lens omtrent haar land en volk; gevoelens, die ons wel doen zien, dat ze werkelijk niet klein \an geest en bekrompen van denken was. Trouwens: de eenvoud, die de meeste van baar verzen kenmerkt, vlooit niet voort uit onmacht, 't Is niet zóó, dat ze nu eenmaal geen moeilijker, ingewikkelder gedichten maken kan, wijl ze daarvoor geen aanleg ge noeg heeft. Juist met opzet dicht ze eenvoudig; in haar lezing over „Mijn dichten", gehouden te R'dam, hoeft ze dit zelf gezegd, 't Kostte haar wel eens moeite, in heidenen, klaren vorm haar gedachten uit te drukken, maar toch bleef ze zich dat als taak en ideaal stellen. Want liet kunnen weergeven van haar gedachten in eenvoudige bewoordingen, was bij haar het gevolg van een innertijk-lot- klaarheid-komon. Wanneer 't stormde in baar ziel, en ze strijden moest tegen gedachten van opstan digheid tegen haar lot, was ze niet in staat, eenvoudige gedichte» te maken. Pas wanneer er tevredenheid en opklaring in haar bin nenste kwam, kon ze dichten, kon ze een voudig, maar héél precies en nauw keurig weergeven, wat ze wilde zeggen. Of ze dezelfde berusting en overgave ge kend hoeft als Jacqueline van der Waals? Uit haar gedichten blijkt dit niet duide lijk. Wel spreekt er uit vele van haar ver zen gelatenheid, maar of ze werkelijk zoo bewust als Jacq. van der Waals verzoend was met haar lot, kunnen we niet vaststel len. Maar hier moeten we bedenken, dat. ze jonger is gestorven dan Jacq. van der Waals, Na een langdurig lijden aan bronchitis (een verkeerde diagnose-stelling wees eerst tu berculose aan, wat haar veel verdriet be zorgd heeft), overleed ze in 1933. Haar geest is niet zoo ten volle tot rijpheid kunnen ko men als die van Jacqueline van der Waals. Vandaar dat ze misschien nooit zoo tot de volle geloofs-overgave kwam. In elk geval heeft ze nooit zoo heerlijk als de eerst-besproken dichteres getuigd van haar geluk in 't Gods-vertrouwen, dat ze bezat. Telkens heeft ze, na een langdurige inzin king, hij opveering van haar krachten, de nieuwe levenskans aangegrepen en heeft zich inet dubbele ijver aan 't werk gezet, de laatste tijd als bibliothecaresse te Antwer pen. Maar eindelijk kwam de laatste inzinking. En na bange doodsstrijd ging ze been. We hebben niet veel móér gedichlen van haar, dan opgenomen werden in: „Op zachte vooizekens", „Vondelingskens" en „Scha duw". Maar wat we daarin hebben, is tóch veel. Laten we er dankbaar voor zijn! VOOR DE JEUGD Beste Nichtjes en Neefjes, Tot m'n spijt heb ik weinig goeds te ver tellen, deze keer. Hoe zit het, beginnen jullie een winterslaap' Of is 't alleen maar een herfstvacantie? 'k Schrik er van: maar drie briefjes! Waar blijven de anderen?? 't Lijkt wel. of onze familie uitsterft. Denk er om, 'k ben altijd erg somber hoor, wan neer 'k zoo weinig van jullie hoor. 'k Heb vanavond lang achtereen zitten piekeren, wat ik doen moest. Tóch nieuwe raadsels geven, en briefjes beantwoorden Of geen nieuw werk, en alleen een hulpgeroep laten hooren? 'k W ist op het laatst zelf niet meer wat liet beste was. Maar eindelijk ben ik besloten, toch maar geen nieuwe raadsels tc geven. Drie briefjes beantwoorden is de moeite niet. Dat moet eerst anders worden! Daarom plaats ik de vorige raadsels van 12 October dus nóg eens; laat ieder, die liet nog niet deed. nu zijn of haar op lossingen insturen, en dan mag ik er toch ook wel op rekenen, dat elk, die de oplos singen niet kan vinden, me tóch een levens- toeken geeft, door eens een gezellige brief (e schrijven. Afgesproken? De mogelijkheid tot inzending wordt dus verlengd tot en met Dinsdag 29 October; Zaterdag 2 November plaats ik de oplossin gen met nieuwe raadsels. Nu blijft toch niemand achter? De raadsels waren; 1 Verborgen visehnamen. a Wi) Jacob leiboomen in zijn tuin aan planten? b Je weet (och wel, dat de Ebro geen stad, maar een rivier isl c Lize had een negen voor Nederland- sohe taal. d Je mag in de regenton geen vuil laten vallen, c Ik lieh Otto gisteren nog gezien, 2 Welk woord, dat aan heet zijn en koud maken doet denken, wordt een wapen schild, als je tusschen de vierde en vijfde Ietter een o zet? S Mijn geheel is een bekend feit uit den Tarhtigjarigcn oorlog. 1, 2. 3, 2, 4, 5, 6, 2, 2, 7, S. 9, 10. 11, 3, 12, 13, 9, 1, 11, 14, 12, 15, 7. 11. 9. Mijn 8, 9, 10. 11, 3 is een ander woord voor aanvang. 1. 2, 1. 5: kleine roofvogel 1, 11, 14, 12, 15. 7, 11, 2: een bekende Koningin vun Engeland. 13, 9, 3: een naaldboom. 6, 15, 9, 13, 9. 7: is één van jullie ouders. Welk feit is hiermee bedoeld? i Mijn eerste is iets, dat in liet raam ge zet wordt tegen vliegen en muggen; mijn tweede is een plaats in de schouw burg en mijn geheel wijst de tijd aan. 5 x x x x een plaats in Zeeland. x eori kat. x Ieder. x knaagdier. Op de rechte cn de schuine kruisjes'ijn moet hetzelfde woord komen, aanduidende ccn plaatsnaam in Zeeland. Wie weet, welke plaats? Ziezoo, dat zijn ze. Inzendingen dus tot en niet 29 October. Wat later dan Dinsdag morgen komt, lelt niet meer mee. Wees dus allemaal vlug cn stel me nu niet teleur wanneer ik vertrouw op jullie volharding en welwillendheid. Ik reken op allen hoor. is hel niet mét oplossingen, dan des noods zonder. Veel succes! Correspondentie: Ida J., te Stellendam. Fijn. dat je blij bent met 't boekje. Voor je ontevredenheid en verwondering is gelukkig geen reden. Je hebt al eerder een prijs gehad van me! Op 30 Mrt 1935 heb je in de krant kunnen lezen, dat je een prijs bad en later heli je me ook bedankt, 'k Helt het briefje nog! Oppassen met wat je zegt! Dat van dien oenen jongen is óók niet waar Toen jij die eerste prijs kreeg, deed hij al mee. En trouw! 'k Ileb ti 1 de kranten bewaard, en 't nog eens precies nagekeken, 'k Vergis me dus niet! Alvast hartelijk gefeliciteerd met je ver jaardag. 'k Hoop, dal je een gezellige dag en een voorspoedig jaar wacht. Vergeet niet, ook Vader en Moeder hartelijk te felicitee- ron. Volgende keer meer. Daaagl Bram P. te Numansdorp. Jij boorde ge lukkig bij de getrouwen. Bravo! Houd vol, hoor! De rest van je brief wordt volgende week beantwoord. Fam. Wagner ie Stad aan 't Haringvliet. Jullie waren gelukkig ook op je post. Fijn hoor! Misschien kun je nu raadsel 2 nog vinden vóór Dinsdag. Denk er nog maar eens goed over. Allemaal hartelijk gefeliciteerd met oe verjaardag van Adri, 1.1. Zondag. Een gezellige dag gehad? Nu, ook jullie briefjes worden rlo volgende week uitvoeri ger beantwoord. Tot schrijvcns lioor! Kijk, zóó hoop ik nu de volgende week weer eens oen lange rij brieven te schrijven, als antwoord op jullie verhalen! Of 't luk ken zal?? Geef jullie daar nu door je d a a 1 eens een verrassend antwoord oj). Met har telijke groeten TANTE TINE WATERLAND JOIIAN VAN MEURS Neem Hollands hoer zijn guldens af, Zijn centen en ierduiten Dan houdt hij nog zijn vette kiel En staat er hij te fluiten. N'coin Hollands boer zijn landen af Dan houdi liij nog zijn water; Daar maalt hij tóch weer land uil op, Wat vroeger of wat later. Neem Holland al zijn dijken weg En laat liet onderloopen Geen nood: elk kaasiioerinneko Gaat visschersnetten knoopen. Neem Holland al zijn hoornen weg Zijn wilgen en zijn peppels Dan ruischt nog Hollands windezang Door 't riet van sloot cn greppels. Maar. neem je Hollands water weg. Zijn plassen en zijn vaarten, Dan is mijn land geen Holland meer, Al staat het op de kaarten. Dan wordt het duin een woestenij Dan dorren al de weiden. Dan gaat mijn mooie Holland dood Omdat het dorst moet lijden. WASHINGTON EN DE KORPORAAL Tijdens de oorlog, die Noorcl-Amerika op liet eind van de achttiende eeuw voerde te gen Engeland, had een korporaal het bevel over eenig soldaten, aan wie was opgedra gen, een zware balk ov er een heuvel te siro pen. Do mannen, die al hun krachten in spanden. terwijl liet zweet hun op het voor hoofd parelde, zouden graag ecnige hulp aanvaard hebben. Maar onze korporaal, die zich fe voornaam achtte om 't werk vango- vvone soldaten le doen. vond het voldoende, om regelmatig met krachtige stem 'e roepen: „Houd moed mannen! Eén, twee. hup!". De soldaten spanden zich echte- te ver geefs in: telkens viel de balk weer neer. Daar naderde oen ruiter, die den korpo raal vroeg, waarom hij zijn manschappen met een handje hielp. „Ik ben korporaal, mijnheer", luidde het antwoord. ,.0, noem mij niet kwalijk, mijnheer do korporaal", hernam de onbekende, sfeeg daarop van zijn paarn en ging de vermoeide soldaten helpen. Dank zij deze krachtige hulp was de balk nu spoedig op de top van de heuvel. Do vreemdeling, die door de soldaten har telijk bedankt werd. vvendoe zich nu tot den korporaal en zei: „Als je weer iemand noodig hebt, om een handje te helpen, vraag dan maar naar ie opperbevelhebber, die ai- tijd tot liiiljj bereid zal zijn". Do ruiter was niemand anders dan Was hington, de beroemde grondlegger oer Anie- rikaansche vrijheid.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1935 | | pagina 3