Van Rotterdamsehe jongens uit
den Spaanschen tiid
Kerk en School
MAAS- EN SCHELDEBODE
2ATERDAG 26 JANUARI 1935
BEGROOTING LANDBOUW
CRISISFONDS
HET TEELTPLAN-1935
LANDEN TUINBOUW
Op steunvermindering
aangedrongen
Al of niet autarkie?
I-Iet Voorloopig Verslag der Tweede Ka
mer is verschenen inzake de begrooting van
het Landbouwcrisisfonds voor 1933.
Vrijwel algemeen was men van oordeel,
dat steunverleening aan den landbouw in
den ruimsten zin des woords noodzakelijk
is en binnen afzienbare tijd ook nog niet
kan worden gemist.
Verscheiden dezer leden zouden echter
wenschen, dat deze vermindering van de
steun zich in een versneld tempo voltrok,
daar op den duur de steunverleening aan
de landbouw niet in de tegenwoordige om
gang te handhaven is. De landbouwsteun
verhoogt de kosten van het levensonderhoud
of houdt in' ieder geval de noodzakelijke
kostendaling tegen.
Daardoor remt de steunverlcening de
dringend noodige aanpassing van ons ge
ilede bedrijfsleven.
Weer andere leden zagen in het streven
naar vermindering van de steun aan de
landbouw een gevaar, liet is er nog ver van
daan, dat de bedrijven in het algemeen loo-
nend zijii. In de veehouderij en vooral in
den tuinbouw worden nog steeds zware ver
liezen geleden. Het is geheel onjuist, te
klagen over hooge lasten, welke de land
bouwsteun op de niet landbouwende bevol
king zou leggen, zoolang een zoo groote
wanverhouding bestaat tusschen de beloo-
ning van de arbeid in de landbouw en die
van de overige bevolkingsgroepen.
De vaste lasten
Verscheiden leden wenschten een duide
lijke uiteenzetting van de voornemens der
regeering op het punt van verlaging van
de vaste lasten van de landbouw.
Verscheiden andere leden voegden
daaraan toe, dat zij verlaging vooral
noodig achtten, omdat nu de landbouw
steun yoor een niet gering deel ten
goede komt aan personen, voor wie deze
niet bestemd is. Deze leden drongen ook
aan op spoedige indiening van het ont
werp- pachtwet.
Volgens weer andere leden kan tegen een
zekere, onder de tegenwoordige omstandig
heden zeer matige pacht en rentevergoe
ding geen bezwaar worden gemaakt. De
pachten zijn reeds zeer sterk gedaald. Deze
leden waarschuwden tegen de aandrang tot
herziening van hot pachtrecht om crisisver
schijnselen tegen te gaan en voorts tegen
het streven om van overheidswege in te
grijpen in het hypotheekwezen.
De heffingen op granen
Verscheiden leden zouden wenschen, dat
lie heffingen (invoer- of monopolierechten)
op granen en aanverwante artikelen zooda
nig zouden worden verhoogd, dat daardoor
de verbouw van granen en voedergewassen
automatisch loonend werd. liet verkregen
heffingsbedrag zou ten minste 160 millioen
groot zijn. Dit zou in des eerste plaats moe
ten worden besteed voor restituties aan
andere bedrijven, welko daardoor in moei
lijkheden zouden komen, en voor steunver
lcening aan de veehouderij en andere niet
loonende bedrijfstakken.
Hooge heffingen op granen zullen ook
leiden tot een zoo intensief mogelijk ge
bruik van onze bodem. Op bezwaren van
handelspolitieke aard mag de verwezenlij
king van deze plannen niet afstuiten.
Verscheiden andere leden waarschuwden
ernstig tegen deze denkbeelden. Met vol
doening zagen zij, dat de regeering zich te
gen zulk een streven naar vérgaande autar
kie blijft verzetten.
-«£1 Bevordering van uitvoer
Verscheiden leden drongen er op aan,
tien export van landbouwproducten in den
ruimsten zin, en in het bijzonder dien van
tuinbouwproducten, zooveel mogelijk te be
vorderen.
Te ver gaande reglementeering.
Verscheidene leden waren van meening,
'dat bij het thans gevolgde systeem van
steunverleening een te ver gaande regle-
imenteering plaats heeft en dat daardoor
dieper in het bedrijfsleven wordt ingegre
pen dan strikt noodzakelijk is. Naar hun
oordeel dient de Regeering zich te beper
ken tot het vastleggen van de groote lijnen
ien het toezicht op de uitvoering der steun
maatregelen. De uitvoering zelf behoort
aan de boeren en hun organisaties te wor
den opgedragen.
Van verschillende zijden werd er bij
de Regeering op aangedrongen, de
belangen der landarbeiders zoo goed
mogelijk te behartigen.
De suikerbiet.
Sommige loden tyaren van meening.
dat verdere -steunverleening aan de
verbouw van suikerbieten hier te
lande niet verantwoord is; in ieder
geval behoort h. i. de suikerbieten
teelt zoo snel mogelijk aanmerkelijk,
te worden ingekrompen. Dit is een
gebied, waarop economische samen
werking met Ned.-Indië uit een oog
punt van algemeen Rijksbelang noo
dig is.
De varkensteelt.
Gaarne zou men van den Minister ver
nemen, welke politiek de Veehouderijcen
trale in de toekomst wil volgen, voor wat
betreft de varkensteelt Gevraagd werd,
of de Regecring een berekening zou willen
overleggen van de opbrengst van de bacon
export naar Engeland en van de daaraan
verbonden kosten. Men zou gaarne ver
nemen, of de pogingen om het Nederland-
sche vleeseh met het Deensche te doen
concurreeren, geslaagd zijn en of er ge
gronde hoop bestaat, dat dit in de toekomst
ook zal geschieden.
De tuinbouw
Vele leden waren van oordeel, dat deze
begrooting een voor den tuinbouw zeer
ongunstigen indruk maakt, indien het on
mogelijk mocht zijn, meer dan D/z mil
lioen beschikbaar te stellen voor steun aan
de groente- en fruitteelt, zoo werd o.a. ge
vraagd, is het dan niet mogelijk, een rege
ling in te voeren, waardoor de prijzen op
de binnenlandsche markt althans eeniger-
mate loonend zouden worden?
Verscheidene leden waren van meening,
dat de verschillende ten aanzien van
bloembollen voorgestelde heffingen op het
bloembollenbedrijf, dat tot nu toe hoege
naamd geen financieelen steun van de Re
gecring heeft ontvangen, te zwaar zullen
drukken Op verlaging werd dan ook aan
gedrongen.
Van verschillende zijden werden ernstige
bezwaren ingebracht tegen de Regeerings-
maatregelen op het gebied van de pluim
veehouderij. Op het terrein van de teeltbe
perking achtten zij dwang uit den booze.
De pluiraveestapel aldus deze leden
past zich zelf wel aan, ook zonder Regee-
riugsmaatregelen.
Tenslotte drongen verscheidene leden er
nogmaals op aan, ook voor de boschbouw
krachtens de Landbouw-crisiswet steun
maatregelen te nemen, terwijl mede werd
aangedrongen op dergelijke maatregelen
voor de bijenhouderij, teneinde deze tegen
de buitenlandsche concurreptie te bescher
men.
Verlaging steun voor tarwe en
peulvruchten
Richtprijs van tarwe op
io gulden bepaald
Andere regeling voor
aardappelen
Het groot belang voor de landbouwers
om, in verband met de vaststelling van
hun teeltplan, tijdig op de hoogte te zijn
van do teeltregelingen en richtprijzen voor
de Akkerbouwgewassen, wolke zullen gel
den voor den oogst 1935, heeft de Minister
van Economische Zaken doen besluiten
thans mededeeling te doen van de maat
regelen, welke de Regeering voor den oogst
1935 voornemens is te treffen.
Het spreekt vanzelf, dat, wanneer zich
wijzigingen in den toestand voordoen, dit
voor de Regeering aanleiding kan zijn de
richtprijzen te herzien.
Wat betreft de tarvveteelt, evenals
het vorig jaar zal wederom 1/3 ge
deelte van het bouwland met tarwe
mogen worden beteeld.
Een uitzondering hierop wordt ge
maakt ten aanzien van bedrijven met
ten hoogste 1 y2 H.A. bouwland. Het
is toegestaan op deze bedrijven telken
jare ten hoogste Ve H.A. tarwe te
telen, dus op een bedrijf met 1 H.A.
bouwland zal H.A. tarwe mogen
worden gezaaid.
De richtprijs voor de tarwe van den
oogst 1935 is bepaald op f 10.per
100 K.G., berekend volgens dezelfde
grondslagen als tot dusver.
De teelt van de andere granen en de
peulvruchten is niet aan beperkingen on
derworpen. i
Het. bestaande systeem van toeslagen
voor rogge, gerst en veldboonen, met dien
verstande dat de teler hiervoor zal ontvan
gen een prijs liggende tusschen f 7.en
8.— per 100 K.G. resp. voor rogge en gerst
en voor veldboonen, een prijs liggende tus
schen 8.en 9.— per 100 K.G, blijft
gehandhaafd.
De richtprijs van groene erwten,
blauwpeulerwten en Wijker vale erw
ten is bepaald op f 9.— per 100 K.G.;
van Schokker erwten, lage en ronde
bruine boonen, platte capucijners,
Hoornsche zoowel als Mansholtcapu-
cijners, rozijn- of wel grauwe erwten
op f 10.50 per 100 K.G.; en van witte
boonen op f 13.per 100 K.G.
Het maximaal voor consumptieaardappel
len toe te laten areaal is bepaald op 100.000
H.A. Voor 't telen is oen nltpootvergunning
verelscht, waarvoor een teeltheffing van
30.per H.A. is verschuldigd.
Deze teeltheffing is niet verschuldigd
wanneer men niet meer dan 5 Are ver
bouwt, terwijl bij de berekening van de
teeltheffing voor elk toegestaan oppervlak
een oppervlak van 5 Are wordt afgetrokken
Voor niet op de consumptiemarkt te
plaatsen aardappelen is wederom denatu-
ratie mogelijk, de grootte van de denatu-
ratie-vergoedingen kan nog niet worden
vastgesteld.
De uitpoot van fabrieksaardappelen
wordt niet meer geregeld aan de hand van
de teelt in voorgaande jaren, doch naar het
bedrijfstype.
De totale hoeveelheid garan
tiebieten is wederom vast
gesteld op 15-40 millioen K.G.
De toewijzing zal echter anders ge
schieden dan voor den oogst 1534.
Den telers zal worden toegewezen
drie vierde gedeelte van de gaiantie
waarvoor ze volgens hun bieten
verleden in aanmerking zouden
komen, terwijl een vierde gedeelte
over de districten onder de aanvra
gers zal worden verdeeld, waarbij
rekening zal worden gehouden met
het bedrijfstype.
Voor bedrijven met een maximum bouw
land-oppervlakte van 2 H.A. zal garantie
kunnen worden gegeven voor een hoeveel
heid overeenkomende met de opbrengst van
1/2 H.A. bouwland. De garantieprijs voor de
bieten is, geleverd op de gebruikelijke con
dities aan grootsclieepsvaarw.it jr en van
gemiddeld suikergehalte, vastgesteld op
19.— per 1000 K.G.
De bestaande steunregeling
voor de cichorei zal gehand
haafd worden.
In afwijking van de regeling voor
de vlasteelt in 1934, waarbij het ge
steunde areaal beperkt was tot 6000
H.A., zal in 1935 vermoedelijk een uit
breiding van het oppervlak tot 10000
H.A. kunnen worden toegestaan.
De toestand op de vlasmarkt, die in den
laatsten tijd een gunstige wending nam,
laat niet toe, dat reeds thans definitieve
steunmaatregelen voor dit product worden
vastgesteld. Afgewacht dient te worden hoe
de toestand zich verder zal ontwikkelen.
Het ligt evenwel in de bedoeling van de
Regeering om in ieder geval vóór 1 Juni
1935 zich ten opzichte van steunmaatregelen
voor het las uit te spreken.
Rundveebeperking
OPGAVEN VAN TE LEVEREN VEE
SPOEDIG GEWENSCHT
Hoewel sedert 12 Nov. j.I. reeds ongeveer
90.000 runderen door de Nederl. Veehouderij
centrale zijn afgenomen, werd tot. heden
nog niet door alle veehouders gebruik ge
maakt van de geboden gelegenheid tot leve
ring van Hinderen aan de Nederl. Veeliou-
derijcentrale. Gelijk reeds eerder is bekend
gemaakt, zal na 1 April a.s. de gelegenheid
niet meer aanwezig zijn runderen ter leve
ring op te geven.
Heeft op dezen datum de opgave nog niet
plaats gevonden, zoo zal aangenomen vvor
den, dat de betrokken veehouder er de voor
keur aan geeft, dat de toewijzing van kal
veren.1933 wordt verminderd met het aan
tal niet geleverde dieren.
Deze toewijzing zal thans spoedig kunnen
plaats v inden. Het aantal runderen, dat op
het oogenbliik der toewijzing nog niet ge
leverd is, zal voorloopig worden afgetrok
ken van het aantal toe te wijzen kalveren.
Al naar gelang de levering plaats vindt, zal
de toewijzing dan worden aangevuld. Het
is echter van belang, dat men reeds dade
lijk in het bezit komt van de definitieve
toewijzing. Aan rundveehouders, die nog
geen of nog niet voldoende runderen heb
ben geleverd, wordt derhalve aangeraden,
de runderen, welke zij nog wenschen te
leveren, ten spoedigste ter levering op te
geven. Wenscht men, in verband met bij'
zondere omstandigheden, nog niet dadelijk
te leveren, zoo kan zulks op de aangifte-
kaart vermeld worden.
Met dezen wensch zal bij de afname zoo
veel mogelijk rekening worden gehouden
Waarom of vóór 1 Januari geen rekening
gehouden kon worden met dringende rede
nen, om na 1 Januari te leveren ,is ons nog
niet duidelijk geworden. De pressie toen
uitgeoefend door de organisatie om jong-
draclvtig vee op de markt te koopcu, lijkt
ons niet de juiste, zouals we reeds eerder
opmerkten. (I'.od.).
AFNAME REGEERINGSVEE
Week van 1016 Febr. a.s.
Voor liet ju de week Aan 1016 Febr. a.3.
aan te bieden jong drachtig vee, 't welk lean
plaats hebben op de bekende plaatsen en tijden
moeten de aan gif te ka ar ten bij die dis tr iets-
seoretariiSisen der Gewestelijke Landbouw
crisis - Organisatie ingezonden worden vóór 2
Feb. 1035 (in ZeeLand tot 5 Febr, a.s.)
DE ZEEUWSCHE LANDBOUW
BEDRIJVEN
Vergadering van het Hoofdbestuur
Op de vergadering van het Hioll') ;V uur de?
ZeeuiWsohe La/ndibouwmaatsieihappj j. deelde de
Voorzitter mede, dat de Minister voornemens
ia uit het crisdsfonds 1533 en 1934 steun to
verloenen op basis van de lammeremnventari-
satie 1933.
Vóór behoud van den landbouw
steun. De secretaris is er niet gerust op dat
de steun aan tarwe ongewijzigd zal blijven.
Ook voor andere gewassen die'gt er gevaar.
Daarom moet de boerenstand piraat. zijn. De
teeltegeldng voor tarwe zal wel zoo blijven,
maar van de prijzen weten we niets, De rage-
ling van de bieten is gepubliceerd.
De Secretaris kan meded en, dat de tegen
woordige aar dap pel steun regeling
met al haar rompslomp zal verdwijnen en dat
daarvoor in de plaats zal komen een heffing
bij de bron. Die heffing zal bedragen 2340
per H.A. Maar we hebben dan niet de zeker
heid dat dit bedrag bij den boer terugkomt.
De garantie voor loonende prijzen is er niet.
Over dit punt wordt zeer breedvoerig van
gedachten gewisseld. Algemeen is men van
oordeel dat in ieder geval minimumprijzen
moeten worden vastgesteld.
De vergadering verklaart zich voor minimum
prijzen, liefst zonder eenige, maar desnoods
met een heffing.
De garantie op de suikerbieten kan volgens
het oordeel der vergadering niet meer ver
laagd worden, wil de teelt nog rendabel blijven
De vergadering betreurde het algemeen dat
er van de prijzen van de verschillende gewas
sen nog zoo weinig bekend is
Betreffende het rundvee werd er over
geklaagd dat de rundvee-centrale het gewicht
dor vaarzen te hoog stelt. Daardoor ontstJ-un
moeilijkheden. Men kan er in bepaalde deelen
van Zeeland niet aan voldoen.
Het seoretariaat had een uitvoerig rapport
ingcdichd over den toestand der kleine u <?-
drijven. Deze bedrijven verkeeren i«i groo-
ten nood. Uit het ingesteld onderzoek blijkt
dat van de bedrijven in Zeeland 48.1% 15
H.A. groot was, 17% van 510 H.A., 14.7% van
10 tot 20 H.A.. 15.8% van 21 tot 50 H.A. -1.2%
van 50 tot 100 H.A. en 0.2grooter dan 100
H.A. De volgende maatregelen worden voorg
ateld voor de kleine bedrijven:
1. Verlaging van vaste lasten (Hierbij moet
worden erkend dat sommigen soms tegen on
verstandige prijzen hebben gekocht of ge
pacht, zelfs nog dezer dagen, toen gronden van
de Spoorwegen werden verpacht); 2. Mc-rdere
bedirijfsvodrlk'httng en onderwijs; 3. Invoering
van minimumprijzen voor aardappelen: 4. Ver-
leenen van meerdere garantie voor den ver
bouw van aardappelen en suikerbieten; 5. De
verbouw van tuingewassen in zeer kleine be
drijven vrij te laten (Hierbij zal echter groote
voorzichtigheid noodig zijn); 6. Verleen en van
meer biggenmerken en kalversohetsen7. Be
vordering van meer werkgelegenheid in de
grootere bedrijven, eventueel plaatsing in de
werkverschaffing; 8. Verschaffing van goed
koop bedrljfscrediet.
Dit rapport wordt na een korte discussie
goedgekeurd.
De Groninger Boerenbond heeft onlangs aan
gesneden de kwestie van de regeling der kar-
w ij t e e 1 t. In Groningen "il men ter bestrij
ding van de karwijmot een jaar geen karwij
verbouwen, het e^ne jaar niet benoorden en
het andere jaar niet bezuiden Zwolle.
Hieroyer heeft de «kktrbouwcommissie der
Z.L.M. een rapport uitgebracht. Ze komt tot
dez«» conclusm: De teelt van karwij worde in
Nederland beperkt tot e<en jaarlijksche opper
vlakte van 5000 H.A.
2. Indien nood-ig worde door regeering
eer zekere hoeveelheid karwij uit de markt
gekocht, waarvoor de gelden gevoteerd kunnen
worden door het Landibouwcrisisfonds.
3. Mócht d* oogst van een zeker jaar zeer
gunstLg uitvallen, zoo kan in een of meer vol
gende Jaren een grootere beperking voor den
uitzaai -worden voorgeschreven. tfm-eindc daar
door de gelegenheid te scheppen ck door de
regeering uit de markt gekochte voorraden
geleidelijk te liquideeren, zonder een prijsval
te veroorzaken.
Uit de discussies bleek wel dat de vergade
ring er niets voor voelde om de teelt in Zee
land. waar men geen last van dp karwijmot
heeft, te beperken ter wille van Groningen.
Men verklaarde zich wel voor prijsregeling,
maar is tegen het Groningsche plan om de
teelt een jaar stop te zetten.
NED. HERV. KERK
Drietal: Te Rotterdam. Dr. H. van Oyen te
Breda. G. Groeneboer te Doetinchein en J. S
Hartjes te Vlisslngen.
Drietal: Te Haarlem-Noord (Schoten), G
van Veldhuizen Azn te Iloutum, Dr M. v.
d. Voet te Roodeschool en A. T. W. de Kluis
te Vlissingcn.
Beroepen: Te Voendom (Evangelisatie),
C. Nieboer, cand. te Hilversum.
Beroepen: Te Dinteloord, P. Bouw te Me
lissant. Te Barneveid, H. Bout te Genemuiden.
Beroepen: Te Amsterdam (vac-Kromsigt)
Dr. H. J. Hcnders te Wassenaar. Te Roermond
(toez.), H. C. J. Hoogendijk te Sittard. Tc Gar
deren, B. C. G. Steenbeek te Bennekom.
Aangenomen: Naar Vrouwepolder (toez.).
H. M. J. van Duyne, cand. en hulppred. te Ter-
i euzen.
GEREiF. KERKEN
Drietal: Te Loppcrsum. Dijk te Sellingen.
W. Scheeie te Hoogersmilde en H. Vogel te Roden
GEREF. GEM.
Beroepen: Te Dordrecht, M. Heikoop te
Utrecht.
Prof. Barth
HERST. EV. LUTH. KERK
Bedankt. Voor Den Helder, B, E. J. Bil
te Enkhuizen.
PROF. KARL BARTH TE UTRECHT
Naar ons gemeld wordt, zijn de pogin
gen van het Co-
mité-Karl Barth in
zooverre geslaagd
dat de Bonnsche
hoogleeraar, d i e
aee 1' w a a x
s c h ij n 1 ij k een
Katheder te
Bazel zal k r ij-
gen, te Utrecht
eenige colleges zai
geven. Het eerste
college op 8 Febr.
5 uur. Deze staan
liet in universi
tair verband. Men
verwacht, dat de toeloop uit andere Acade
miesteden van dien aard zal zijn, dat een
zaal buiten de Universiteit gezocht moet
worden.
Ds. G. HOFSTEDE
Ds. G. Hofstede, predikant bij dc Doopsgez.
Gem. te Blokzijl, zal met Juni a.s. met emeritaat
gaan en zich dan metterwoon vestigen te Leersum.
Ds. Hofstede is eerst kortgeleden afgetreden als
lid van dc Prov. Staten van Overijssel en buiten
gewoon lid van Ged. Staten. Ds. Hofstede, die 35
jaar voor de Anti-Rev. partij geijverd heeft en
lid was van het Centraal Comité dier partij alsme
de bij herhaling Kamcrcandidaat, is thans overge
gaan tot de Nat. Socialistische Beweging (N.SB.).
Van zijn hand is een brochure op de pers gegaan
waarin hij onder den titel: „De Chr. religie in haa;
beteekenis voor staat en maatschappij van zijn
overgang publiekelijk rekenschap geeft
Ds. Hofstede heeft als predikant 43 dienstjaren
en stond achtereenvolgens te Baard. Aardenburg
en sedert 8 Maart 1903 te Blokzijl. Hij is de eenige
orthodoxe onder de Doopsgez, predikanten.
JUBILEUM Ds. M. VAN EMPEL
Hen zoowel in als buiten zijn Kerk bekend en in
velerlei arbeid zijn lust hebbend leeraar: Ds. M.
van Empel, predikant van de Ned. Heiv. Kerk te
Middelburg, viert vandaag h% feit, dat hij 25
Middelburg vierde Woensdag het feit, dat hij 25
jaren geleden zich verbond aan de gemeente van
Zeelands hoofdstad.
Ds. van Empel, te Dordrecht in 1S8I geboren,
werd in 1905 candidaat, en diende van 1906—
1910 de gemeente vatl Biggekerkc, waarna hij op
23 Jan 1910 zijn intreoe te Middelburg deec In
1911 reeds werd dc /jbilaris Godsdienstonderwijzer
aan de Rijkskweekschool te M'dcb'burg. Voorts is
hij praetor van den Ring Middelburg, voorzitter
van het classicaal bestuur in de classis Middelburg
en voorzitter van den Bond van Nederland^che
Predikanten.
Buiten den kring van het kerkelijke leven is Ds.
van Empel o.m.: sedert 1918 bibliothecaris van de
Provinciale Bibliotheek tc Middelburg. Hij werkte
mede aan de oprichting van de Openbare Lees
zaal en was van den beg'nne af haar voorzitter;
verder is hij hoofdbestuurder van de Centrale Ver.
van Openbare Leeszalen en lid van de Staatscom
missie van advies inzake het Bibliotheekwezen.
Tot de oprichting van den Chr. Besturenbond
gaf ds. van Empel den stoot en de afdeeling Mid
delburg van den Chr. Werkmansbond heeft in
hem haar eerevoorzitter. Dan is hij oprichter en
nog steeds voorzitter van de Vereeniging tot be
strijding der t.b.c. en de afdeeiing Middelburg van
de Vereeniging tot verbetering van gevangenen.
Bij 'de oprichting van het plaatselijk crisiscomité
trad ds. van Empel als voorzitter op. doch dit
werk heeft hij onlangs aan mr. F. B. Evers over
gedragen.
ZONDAGSHEILIGING
Ook in Z. Afrika is men in zorg over <le
verzwakking van het besef, dat Gods ge
bod boven alles menscheijke o\er\vegin-
gen staat. In 't bijzonder wijst „Die Kerk
bode' op de wijze, waarop men er den
Zondag doorbrengt:
„Ons Afrikaners het nou al dtuardie ge
woonte van Sondags te gaan kuier so aan-
gcleer, dat dit onnioontlik is om 'n stille
Sabbat by die buis deur te bring. Die
motor is so gerieflijk, en by bring 'n
mens so gou oor die pad. Daarom gaan
duisende elke Sondag 11a die strande, en
vir die godsdiens, vir die Bybelstudie en
vir die gebed is daar nip geleenlbeid niet.
As 'n mens eenmaal sv liefde vir die dien
van die Heer verloor bet, dan gaan dit
baie swaar om dit terug te kry. Ons ver
geet dat die Heer ons die vermoö gce om
besitter te word van 'n motor, en dit is 'n
bewys van ondankbaarheid om daar die
rijtuig te gebruik in die diens ian die
wereld, terwyl ons die Gewer vergeet. Die
liewe Heer het ons ses dae gegee vir
werk en vir plesier, maar die Bybel is baie
duidelik op die punt \an die heiliging van
die Sabbat. Hierin gaan ons volk baic
agteruit.
Kan ons verwag dat daar die huis
vaders en -moeders op die Sondag in die
regte gemoedstemming sal wees vir 'n ge
ruste en geseënde Sabbatdag? Mat saJ in
die toekoms van ons volk word op gods
dienstige gebied? Sal ons jongmense hulle
oorgee aan verkeerde gewoontes?
„MAAS' '-NYMPHEK.
JUBILARIS
2'1 Januari is lui 25 jaar qeledc.il
dat de Heer IV. J. Donkersloot
er., ze,venjarig meisje uit een
regenbak redde.-
Adv. „MAAS"
Juffrouw Kreeft, geboren Hotting
Meldt dat W. J. Donkersloot
Haar, nu een kwarteeuiv geleden,
Redde van een wissen dood.
Toen nog een onschuldig schoolkind.
Snapte ze 't gewicht nog niet
Thans ais vrome, misschien als mor -
Is het dat ze 't beter ziet. \der,
Als ze daarom naar de pen grijpt
Is 't niet enkel een gebaar:
Nu ze twee en dertig jaar is
Voelt ze dieper liet gevaar
Wmrin se, als kind, verkeerde
Dat de dood toen dichtbij kwam
En ze prijst den „zilv'ren" redder
Die haar in zijn armen nam.
Die misschien ivel eigen leven
Waagde voor het zinkend wicht
Mogelijk wist hij dat niet eens meer
Was 't vergeten door den plicht
Dien men hem wat later oplei
In het ambt van magistraat:
Hij is naam'lijk Burgemeester
Van den Bommel en de Plaat.
Hij aanvaardde deze functie.
Toen het nog wat beter ging
Nu heerscht crisis allerwegen
Armoe en ontmoediging.
Zal hij ook als Burgemeester
Kunnen redden uit den nood?
Zijn gemeenten kunnen sleepen
Door den ergsten crisis-noodi
leder ziet zijn naarstig streven
Kent z'ii Burger vader s-hart
l)at blijft hopen en blijft strijden
Ook al zijn de tijden zwart.
Als weer een kwarteeuw voorbij is
Hoop ik in dezelfde krant
Weer een danktoon te ontmoeten
Maar dan 'van Sint-Adolfs-land.
(Nadruk verboden.)
HAK ATE.
Ds. J. A. ten Bokkel Huinink
Na een korte ongesteldheid is Dinsdag op
61-jarigen leeftijd overleden Ds. J. A, ten
Bokkel Huinink, Ned. Herv. predikant van
Nu mansdorp. Ds. Bokkel Huinink is
in 1901 candidaat geworden en deed op 20
Oct. 1901 in zijn eerste gemeente Simons-
haven intrede. Na van 1906 tot 1920 de
gemeente van Well te hebben gediend, ver
bond hij zich op 7 Maart 1920 aan die van
Numansdorp, waar zijn onverwacht ver
scheiden groote ontroering heeft gebracht. -
Ds. ten Bokkel
Huinink, die met
Ds. Crousaz van
Strijen de redactie
\an ,,De Zondags-
bode" voor de Ned.
Herv. gemeenten,
van de Ringen Oud-
Beyerland, Zwijn-
drecht en IJsselmon-
de voerde, heeft op
20 Oct. 1926 -
toen hij dus nog
niet lang in Numans
dorp was zijn
zilveren ambtsjubi
leum herdacht en is
hem o.a. als praetor
van den Ring Oud-
Bcijeriand en scriba-quaestor van het Class^ Be
stuur van Dordrecht hulde gebracht.
Ds. ten Bokkel Huinink heeft zijn ambtswerk te
Numansdorp slechts één Zondag moeten onder
breken door ongesteldheid.
Burgemeester voor de klas
Het allernieuwste uit Wijdenes
't Is in Wiidenes niet pluis, zooals men
weet. De burgemeester, die de Goede beet
is dal volgons sommigen of velen, heele-
maal niet. Dij heeft, naar bericht werd,
zeltstnndig een hoofd der openbare school
benoemd. Waarschijnlijk beschouwt hij nu
zichzelf als opper-bovenmeester.
Immers schrijft men aan Het Voik*
We beleven bier van alles. Als
liet z.g.n. iioofd der school verhinderd is
om een dag les te geven, gaat de burge
meester loor de klas
Kwam een dergelijke mededeeling uit een
andere plaats, dan zon men ongdoov'ig de
schouders ophalen, schrijft de redactie er
bij. Maar t briefje komt uit Wijdenes en
A ijdenes is bet dorp der onbeperkte moge
lijk lieden.
Burgemeester De Goede \oor de klas
(17
Samen stapten de joi.gens nu de bru#c
vveer over, de binnenpoort door en het
Oostplein op.
Huib deed z'n best om zijn bedroefden
[vriend te troosten.
,,Zeg Geurt zeide bij, ,,'zeg wil ik eens
wat zeggen, als wij groot zijn, dan worden
!we ook Watergeuzen, hé?"
Geurt knikte' hij hoorde maar half wat
Huib zeide; den met Hoed' besmeurden
hamer droeg hij op z'n schouder.
„En dan gaan we samen naar Lumey,
Eeg", babbelde Huib voort, „je weet wel
Lumey, die Den Briel lieeft ingenomen, dat
is de baas van dé Watergeuzen; nu dan
gaan we samen naar Lumey en dan zeggen
we. dat we Watergeuzen willen worden en
'dat we strijden willen voor den Prins van
Oranje. Zeg Geurt dan doe je toch mee?
Geurt knikte maar weer. Hij was nog veel
ïe bedroefd, om plannen te kunnen maken,
izooals Huib. Huib was altijd zoo'n plannen
maker. Die diep maar altijd mooie
bedenksels te maken' va'.i dappere daden,
'die hij doen zou. Maar Geurt was er nog
niet zoo heel zeker van, of er van al die
[mooie plannen wel heel veel terecht zou
Komen. Hij was vandaag geweldig ge
schrokken van de Spanjaarden. Dat waren
doch ook geweldige kerels. Nu.ja, ze waren
gemeen, en ze waren valsch, maar ze li ad-
den Zwarte Jan dan toch maar verslagen
en dat. was geen kleinigheid, 'n Vijand. die-
Zwarte Jan kon verslaan, was in de oogen
van Geurt een verbazend vijand, want
Zwarte Jan was immers de sterkste kerel
uit heel Rotterdam.
Geurt had heel wat respect gekregen
voor de Spanjaarden en hij voelde, dat hij
nooit dapper genoeg zou zijn. om tegen hen
te vachten. Maar aan den anderen kant
kookte hij toch van boosheid op de Span
jaarden, o, als hij kon, als hij eens kon.
Hij kneep stevig in de steel van den ha
mer, als meende hij dat hij er reeds moest
opslaan.
Huib babbelde nog maar voort.
„En zeg Geurt, dan gaan we met Lumey
mee en dan worden we Watergeuzen en
dan gaan we ook steden innemen voor den
Prins, dan helpen we Lumey om al de
Spanjaarden uit het land te verdrijven."
„Ja", zei Geurt, „maar dat zal nog zoo ge
makkelijk niet gaan, denk er om dat de
Spanjaarden ook dappere kerels zijn.
„Dat hébben we bij Den Briel wel gezien;
om een beetje water gingen ze al op den
loop", lachte Huib,
„Nu ja, van water zijn ze nu eenmaal
bang", antwoordde Geurt- „dat komt, om
dat er in Spanje haast geen water is.
„Maar laten wij dan een beetje doorloo-
pen, want werkelijk, ik moet noodig naar
huis. ik ben al veel te lang uitgebleven,
maar dat kwam door Hendrik."
„Hendrik", vroeg Geurt, „je lnoer?"
Het was bem aa'.v te zien dat hij daarin
belang stelde, 'n Oogenblik vergat hij zijn
verdriet over z'n baas en hij informeel da
naar den Watergeus Hendrik Svbrands.
Dat was voor Huib een welkome gelegen
beid, om een breed verbaal op te hangen
over zijn dapperen broer.
Geurt luisterde met open mond.
„En zou Hendrik jullie nu redden?"
vroeg hij.
„O, dat doet hij vast", zei Huib, „geloof
maar '.liet dat Hendrik zoo bang is voor de
Spanjaarden. Hij keek me straks aan met
een paar oogen, daar zullen de Spanjaar-
dlen bang van worden. Ik was er hcele-
maal niet bang van, want 't was immers
m'n broer, maar de Spanjaarden, nou ge
loof maar dat die schrikken als er zoo n
Watergeus op hen afkomt."
•Dat geloof ik best", zei Geurt, „van de
Watergeuzen moeten ze niet veel hebben,
die hebben hen veel te leelijk te pakken ge
had, moet je denken. Heeft Hendrik nog
wat van Den Briel verteld?"
„Weineen, daarvoor had hij immers geen
tijd. Dat zal hij vanavond wel doen, als hij
bij ons thuis is. Kom je ook? Je mag best.
Vader en Moeder zijn niet meer iboos, je
mag gerust komen luisteren. Hendrik zal
wel mooie verhalen te vertellen hebben."
Ze waren nu bij de Goudsche Wagen
straat aangekomen.
Huib moest nu links om en Geurt rechts
om, maar juist toen ze elk zijns weegs zou
den gaan, zagen ze aan het eind van de Kip-
straat en bij de Botersloot en de Kaasmarkt
een geweldigen oploop van volk. Ook draaf
den er ruiters heen en weer, dat waren
zeker Spanjaarden.
„Daar moet ik wat van zien", zei Geurt
en hij re, de Kipstraat al in.
Toen werd' voor Huib de verzoeking weer
te sterk en hij draafde zijn vriend aehterr.a,
zonder om liuis, zonder om z'n moeder te
denken
HOOFDSTUK X
Pater Frenius
De Rotterdamsehe vroedschap bevond zich
in zeer moeilijke positie.
Had zij den raad van Zwarte Jan opge
volgd' dan zou Bossu tot geen prijs en op
geen voorwaarden Rotterdam zijn binnen ge
komen. De Spanjaarden waren eenvoudig
niet te vertrouwen, zoo had de dappere smid
gemeend en het. overgroote deel der burgc-,
rij was het met den hopman der burger
wacht eens. De stad was immers trouw aan
den koning, oproer vond binnen haar nu;
ren niet plaats en dus was liet heslist over
bodig. dat de Spanjaarden hier hun intrek
namen.
Maar de vroedschap liad anders geior
deeld.
Zij waren bang voor het misnoegen van
Al va; de soldaten van Bossu den toegang
tot de stad weigeren was toch een onheuse be
daad, waarover de Landvoógd terecht zeer
veront waardigd zou zijn. Aan de andere zijde
stond daar echter de burgerij, die het aller
minst op den Spanjaard begrepen had.
Dien morgen, toen Zwarte-Jan de bood
schap van Bossu kwam brengen, had de wij-,
ze raad dan ook in geen geringe verlegen
heid gezeten. Hoe nu te handelen?
Ten slotte had men gemeend een uitweg
te hebben gevonden.
Als men Bossu den eiscli stelde, niet meer
dan vijf. en twintig soldaten tegelijk de stad
binnen te laten, die vijf en twintig moesten
dan met gedoofde lonten de stad doormar
cheeren en de Schiedamsche poort weer uit
gaan.
Zoodoende zou aan de burgerij niet liet
minste leed geschieden, Bossu zou ook lie
vredigd zijn, want immers, hij bad niet mee;
verlangd dan doortocht door de stad en de
woede van Alva zou afgekeerd zijn.
Zwarte-Jan had het hoofd geschild, toen
burgemeester Roos hem de opdracht gaf dit
besluit aan Bossu over te brengen en er met
z'n burgewacht voor te waken, dat de over
eenkomst werd nagekomen.
De smid vreesde h."t eiigsie. Ais de Span
jaarden verkeerd wilden, ais ze hun woord
braken, wat zou dan de zwakke burger
wacht -beginnen- de Spaansche vloedgolf zou
immers nooit te stuiten zijn.
Doch Zwart a-Jan had tegenover de vroed
schap natuurlijk niets in te nrengen. Hij
moest eenvoudig gehoorzamen en daarmede
was het uit.
Wel had hij nog even voorzichtig zijn mee
ning geuit, doch burgemeester Roos had
hem heel vriendelijk aan het verstand ge
bracht, dat de vroedschap dergelijke kwes
ties wei onder de oogen zou zien. hij had nu
slechts de opdracht, te vervullen. Zoo was
Zwarte-Jan dan heengegaan, doch met een
hart vol zorg.
En de uitkomst had bewezen, dat deze een
voudige smid de zaak goed bezien had.
De Spanjaard had zijn woord gebroken,
implaats van met vijf- en twintig man gelijk,
was hij met -zijn lieele troep de stad binnen
gevallen en in stede van een vreedzame
doortocht was het een roof- en moordpartij
geworden. k
Nu zat de vroedschap er mee.
isteliig zou straks Bossu komen.
Hij zou hier in liet Rotterdamsehe stad-
hms aan de Rotterdamsehe vroedschap'
straks zijn bevclon komen uitdealen.
Maar dat was den heeren toch te erg. v
En dat was ook te kras in de oogen van
de Rotterdamsehe burgerij, die zooiets zon
beschouwen als onduldbare dwingelandij
waartoe Bossu in liet minst .liet gerechtigd
was.
Buiten liet stadhuis hadden zich niet min
der dan drie honderd burgenvachten, bene
vens tal van leden van het wevers- en
vleeschhouwersgilde gewapend opgesteld,
om don Spanjaarden den toegang tot het
raadhuis te 'beletten.
Ze stonden daar schouder aan schouder,
do dappere Botterdaimsche burgers, voorzien
van bijl en hellebaard- een dam va-.i moii-
sclielijke lichamen vormend, waar de soidi-
tcn van Bossu straks wellicht zouden terug
stooten, als de losgebroken stroom tegen een
dijk, die de bruisende golven weerstaat.
In liet raadhuis zelf waakte de vroed
schap en daar bevonden zich ook een paar
geestelijke heeren.
Het waren pater Frenius en pmicr Adriaar"
Adriaansz., beiden priesters van de bagiinen-
zusters.
(Wordt vervolgd).