Kantongerecht Sommelsdijk
Gemeenteraad van Ooltgensplaat
Gemeenteraad van Ouddorp
Van Rotterdamsche jongens uit
den Spaanschen tijd
MAAS- EN SCHELDEBODE
WOENSDAG 16 JANUARI 1935
1 I'
Make-
G. Tr., electrician., te Middelhamis, staat
terecht, omdat liij zijn auto zonder verlich
ting heeft laten staan op de Voorstraat.
Verd. zegt, dat de auto in het licht van
zijn winkel stond.
J. A. P., 56 jaar. vrachtrijder, te Stad aan
't Haringvliet, verklaart, dat de wagen niet
in het volle licht heeft gestaan.
Air Nijgh, de verdediger, zegt, dat in het
proces-verbaal staat, dat zij in het licht
heeft gestaan.
Get. D.: Hij stond buiten het licht, voorbij
void's huis. Daar staat hij altijd!
De kantonrechter vraagt: Zij stond dus
buiten de lichtkring, de lichtkegel?
Verd.: Ja!
Het proces-verbaal leest de griffier voor.
Daarin staat,dat de auto wel hl het licht
stond.
Verd. had nog een vrouw in de auto zit
ten. Do zaak wordt aangehouden tot het
lioorcn van deze vrouw.
'Jac. M>, te Middelhamis, staat terecht, om
dat hij links van den weg geiietst had.
Daarbij geleidde hij een paard.
Verd. zegt. dat he majoor hem nooit heeft
kunnen zien.
Verd. heelt tweemaal de overtreding ge
pleegd volgens de majoor.
De Ambtenaar elscht een geldboete van
f5 subs, twee dagen hechtenis.
De kantonrechter veroordeelt bom tot fa
boete subs, twee dagen hechtenis
\V. B. en J. T. (niet verschenen), staan
terecht, omdat zij in de Oostduincn te Oud-
dorp geloopen hebben.
Verd. zegt, dat er geen borden staan.
Get. 't Mannetje, verklaart, dat zij langs
een bordje gekomen moeten zijn. Ze zijn
over de draad gekomen en hadden strikken
gespannen.
Veird. zegt, dat hij door een hek gekomen
is. Het is een gewone weg!
Get. 't M.: Er mag niemand door! Het is
geen weg. Ze moesten langs een bord ko
men. Het is terrein van de Materleiding!
De Ambtenaar eischt een geldboete van
f 3 subs. 1 dag hechtenis. De uitspraak is
conform.
Corn. P., (niet verschonen) staat terecht
omdat een koe van P. op do weide van
Witte heeft geloopen.
N. W-, 17 jaar, een dochter van W., ver
klaart, dat zij liet. cezien heeft.
De Ambtenaar eisciit een geldboete van
f 71/,, subs, drie dagen hechtenis. Het von
nis Is f G subs, drie dagen hechtenis.
M. v. D. en De J., uit Stellendam, staan
terecht, omdat hun honden schapen zouden
hebben vermoord. De vorige maal hebben
\erd. ontkend.
Get. M-, landb. te' Melissant, verklaart, dat
twee honden op een schaap zaten.
Get. v d VI., 19 jaar, te Stellendam, zegt,
dat de hond van De Jager een geit van hem
heeft aangevallen.
Verd. De J.: Dat was een andere hond.
Die was van mijn zoen. Ik kan bewijzen,
dat de schapen al veel vroeger gedood zijn.
N. M., 10 jaar, zoontje van M., verklaart
dat hiij de bonden ook gezien heeft.
Get. M. zegt, dat de politie voetafdruk
ken heeft genomen van de honden, maar
verd. hebben hun honden gauw afgemaakt.
W. Blokland, landb. te Stellendam, ge
tuige a décharge, zegt, dat hij de schapen
's morgens om elf uur dood had zien liggen.
A. Blokland verklaart, dat 't schaap, toen
hij het zag. onder water moet hebben ge-
legbrrpdat was goed te zien! Het moet dus
V oor 'hoogtij gebeurd zijn.
Verd. de Jager: En op dien dag was het
hoogtij om 6.ifl uur 's morgen.
W. de J., en A. J.. 37 jaar, landarbeiders,
verklaren, dat dc honden aan een dood
schaap „lagen" te bijten.
De Ambtenaar zegt, dat niet is komen
vast te staan, dat de honden gevaarlijk wa
ren. Spr. vraagt vrijspraak.
De uitspraak luidt conform.
J. V. en H. T„ te Nieuwe Tonge, staan
lei echt, omdat zij niet aan wilden sluiten
hij de waterleiding.
Verd. worden veroordeeld tot f 3 boete,
6ubs. twee dagen hechtenis.
- M. v d B., 23 jaar, landli. te Melissant,
6taat lorerlit, omdat hij zijn hond niet vasi
gehouden liad, die achter wild aan gezet-en
had. De zaak wordt aangehouden voor het
hoaren van andere getuigen.
W. 44 jaar, beurtschipper te Ooltgens-
plaat, staat terecht wegens het vervoeren
van goederen Zonder goedkeuring van de
bevraclrtingscommissie
Vcird. zegt, dat hij niet wist, dat liij ui
Overtreding was.
De Ambt"naar eischt een geldboete van
f4, subs, twee dagen hechtenis.
De kantonrechter veroordeelt verd. tot f3
boete' subs, twee dagen hechtenis.
R. B., (niet verschenen) staat terecht,om
dat hij gejaagd had op verboden terrein.
J. v O., 65 jaar, landb. te Ooltgensplaat,
verklaart; dat liet zijn grond is. Verd wordt
veroordeeld tot f30 subs 15 dagen hechtenis
P. K., 37 jaar, reiziger-winkelbediende te
Middelhamis, staat terecht, omdat hij zijn
auto tegen een stilstaande auto heeft aan
gereden en over het trottoir was gereden.
■Verd. zegt, dat van der K's auto, waar
mee hij in aanraking was gekomen, mid
den op den Weg stonu.
P. L. v. d. II., 45 jaar, commissionair te
Dirkstand, zegt dat hij niet achteruit kon.
Verd. reed roekeloos. Get. stond stil met
zijn auto. Get. noemt dit buitengewoon ver
keerd rijden.
De ambtenaar vraagt een geldboete van
f 30 sulis. 10 dagen hechtenis. De aanrij
ding acht spr. niet bewezen. Verd. wordt
vrijgesproken voor het eerste feit, voor liet
rijden over liet trottoir wordt hij veroor
deeld tot f 10 boete subs. 4 dagen hechte
nis.
A. v. D. te Stellendam wordt veroordeeld
wegens het varen met een zeilschip zon
der voldoende verlichting, tot f 3 boete
subs 2 dagen hechtenis.
J. K., 36 jaar te Middelhamis wordt we
gens overtreding van de leerplichtwet ver
oordeeld tot f 1 boete subs 1 dag hechtenis.
R. P. V., niet verschenen, wordt wegens
het rijden met een auto op de Westdijk op
verboden uur veroordeeld tot f 5 boete
subs, 2 dagen hechtenis.
J. H. de 11., wordt wegens het berijden
van een rijwiel zonder licht veroordeeld tot
f 5 boete subbs 2 dagen hechtenis.
A. v. E., wordt wegens overtreding van
de leerplichtwet veroordeeld tot f 3 boeto
subs 2 dagen hechtenis.
G. D., eveneens.
H. de Br., 42 jaar, Dirksland, wordt we
gens overtreding van de leerplichtwet ver
oordeeld tot t 0.50 boete subs 1 dag hech
tenis.
L. I'., 38 jaar, Melissant, veldarbeider,
wordt wegens hetzelfde feit veroordeeld
tot 1 0.50 subs 1 dag hechtenis.
B. V., niet verschenen, wordt wegens het
rijden zonder licht veroordeeld tot 1 5 boete
su lis 3 dagen hechtenis.
J. J. Kr., en Jac. T„ niet verschenen,
staan terecht wegens liet stroopen in de
duinen, Zij worden veroordeeld tot f 30
boete subs. 15 dagen.
Dezelfde staan terecht wegens het loopen
op verboden grond. Zij worden veroordeeld
tot f 3 hoete subs 2 dagen.
J. Com. van K., niet verschenen, wordt
wegens, het rijden zonder licht veroordeeld
tot f 5 boete ->ubs 3 dagen hechtenis.
P. B., niet verschenen, wordt wegens
overtreding van de leerplichtwet veroor
deeld tot f 0.50 boete subs 1 dag hechtenis.
II. S., 30 jaar, landbouwer te Ouddorp,
staat terecht wegens hot in voorraad he.i-
ben van boter zonder Rijksmerk. Hij wordt
veroordeeld tot twee geldboeten van f 10
of tweemaal 5 dagen hechtenis.
M. KI., te Ouddorp, wordt wegens het
zelfde feit veroordeeld tot twee geldboeten
van f 5 subs 2 dag„n hechtenis en een geld
boete van f 10 subs 5 dagen hechtenis.
L. B. v. K., landbouwer te Sommelsdijk.
staat terecht wegens het laten trekken van
een wagen door een verwond paard.
De zaak wordt aangehouden tot het lioo-
ren van den verbalisant.
L. B., niet verschenen, wordt wegens
overtreding van de leerplichtwet veroor
deeld tot f 3 hoete subs 3 dagen hechtenis.
M. de W., niet verschenen, wordt we
gens het fietspn zonder licht veroordeeld
tot f 5 boete subs 3 dagen hechtenis.
J. T., eveneens.
H. de B., 18 jaar. landarbeider te Oolt
gensplaat, wordt wegens verstoring van
de nachtrust van de bewoners veroordeeld
tot f 3 boete subs 2 dagen hechtenis.
P. v. d. Sp., niet verschenen, wordt we
gens liet rijden zonder licht veroordeeld
tot f 5 boete subs 2 dagen hechtenis.
L. de V., eveneens.
C. II. Sp., Corn. Sp., H. v. d. H, CES,
niet verschenen, worden wegens hot staan
in een portiek zonder toestemming van
den eigenaar, veroordeeld tot f 2 boete
subs. 1 dag hechtenis.
J. A. P., niet verschenen, wordt veroor
deeld tot f 6 boete subs 3 dagen hechtenis
wegens het toelaten van personen, die zich
tc buiten gaan aan sterken drank in zijn
vcrlofstokaliteit.
H. O. v. D., 24 jaar, chauffeur te Ooltgens
plaat, staat terecht wegens liet besturen
van cpn auto zonder signaal te geven. Ver
dachte zegt dat hi geblazen heeft.
L. V., drukker te Ooltgpnsplaat, getuigt
dat verd. geblazen heeft. J. v. G., chauffeur,
verklaart hetzelfde.
De zaak wordt aangehouden tot de vol
gende zitting tot het hooren van den ver
balisant.
W. de K., wordt wegens overtreding van
de leerplichtwet veroordeeld tot f 3 boete
subs 1 dag hechtenis.
Vrijdagmiddag kwam de Raad dezer ge
meente i:i vergadering bijeen onder voorzit
terschap van burgemeester Donkersloot.
Na de gebruikelijke opening wordt over
gegaan tot beöediging van het nieuw be
noemde raadslid den lieer C. Korteweg Lzn.
De VOORZITTER feliciteert den lieer K.
en noemt liet een groote onderscheiding ge
kozen te worden door de burgerij. Hot ver
heugt spr., dat hij naast zijn vele anden
werkzaamheden, ook nog zitting heeft willen
nemen in de gemeenteraad. Spr. is er van
overtuigd dat de lieer Korteweg het belang
van de gemeente zal dienen. Spr. hoopt dat
hij de kracht daartoe zal krijgen van Hem,
van M'ien hij het verwacht.
De lieer KORTEWEG dankt voor de woor
den tot hem gesproken. Spr. hoopt, dat do
Heere hem zal steunen en dat Hij do don
kere tijden zal wegvagen. Spr. zal wol eens
de degen moeter. kruisen maar steeds zal
hij liet gemeentebelang hopen te dienen.
De raadsleden f elicit eeren-den heer Korte
weg.
De.VOOllZITTER brengt vervolgens de wis
seling van het jaar ia herinnering. Het jaar
1931 was somber. Voor ons land en voor onze
gemeente. Spr. herinnerde aan het heen
gaan van de hoeren Hobbel en Waling. Met
weemoed en droefheid zouden we dit jaar
ingaan als we op de omstandigheden zouden
letten, aldus spr. Maar als we omhoog blik
ken, dan weten we dat God regeert. Spr.
wenscht. de hoeren kracht «n moed toe om
liet werk te doer., dat God hen op de schou
ders heeft gelegd.
Vervolgens werden de notulen van de vo
rige vergadering gelezen en onveranderd
goedgekeurd.
Aan de orde zijn de ingekomen stukken.
Ingekomen is een schrijven van Ged. Sta
ten. De beslissing i.z. de wijziging van de
bouwverordening is verdaagt.
Ingekomen zijn enkele goedkeuringen van
raadsbesluiten.
Ingekomen is een schrijven van Ged. Sta
ten lietr. de Burg. Stand. Voorgesteld wordt
een bezoldiging voor de ambtenaren vast te
stellen op f 1 (vroeger f 1.50) per huwelijk
en voor de andere werkzaamheden f 50 (vroe
ger f 150).
B. en W. vinden dat een groote sprong. Zij
willen plm. een derde verlagen en wel van
I 150 op f 100. B. en W. stellen voor do eer
ste ambtenaar met f 85 te lionorecren en de
tweede ambtenaar met f 15. De huwelijks
voltrekking willen B. en W. op f 1 brengen,
daartegen hebben B. en W. geen bezwaar.
Aldus wordt besloten.
Goedgekeurd is terugontvangen van den
Min. van Soc. Zaken de exploitatierekening
van de Emmastraat. De uitgaven waren
f 4786,28, de inkomsten f 26131.88, zoodat er
een tekort was van f 21157.40. Het Rijk be
taald daarvan f 1650,80, de gemeente moet de
rest betalen.
Ingekomen is een verzoek van de R.K.
school te Achthuizen om het toekennen van
het voorschot, waarop zij volgens do wet
recht heeft. Dit verzoek zal ingewilligd wor
den.
Dan volgt de wethoudersverkiezing, in de
vacature-wijlen wethouder Waling.
Bij eerste stemming ontvangen de heeren
van Es en van Gurp allebei 5 stemmen en is
er 1 stem blanco. Bij de tweede stemming is
dc uitslag weer zoo.
Dan wordt er gestemd, zonder dat de hee
ren van Gurp en van Es mee mogen stem
men. Dan ontvangt de heer van Es 5 stem
men en de he'er van Gurp 4 stommen.
De VOORZITTER vraagt of de lieer van
Es zijn benoeming aan wil nemen.
De heer VAN ES zegt dat hij dankt voor
het vertrouwen in hem gesteld. Reeds 11 ja
ren mag spr. met de Raad en den voorzitter
samenwerken. Spr. hoopt dat hij ook als wet
houder van God de kracht zal mogen ontvan
gen. Spr. zal zich deze benoeming laten wel
gevallen.
De VOORZITTER heet de heer van Es wel
kom in hot college van B- en W. Spp. is met
vriendschapsbanden aan hém verbonden.
Nu wethouder Waling hem ontvallen Is en
ook weth. Jacobs zijn ambt eerlang zal moe
ten neerleggen, was spr. wel huiverig, wie
hij thans naast zich zou krijgen. Het ver
heug! spr., dat liet een geestverwant van spr.
is. Ook al zijn de andere heeren hem ook
sympathiek! De heer van Es was het vaak
mot eens met B. en W. Nu zal hij zelf in
het college zitting nemen en zal hij verschil
lende zaken anders gaan zien. Spr. felici
teert hem hartelijk. De raadsleden wensclion
hem eveneens geluk.
Tot leden van liet stembureau 1 worden ge
kozen tot voorzitter de burgemeester, tot lo
den de heeren P. van Es en J. van Gurp en
lot plaatsvervangers de heeren L. Hokke en
C. Korteweg.
Tot leden van het stembureau 2: voorzitter
J. van Nieuwaal, Brinkman en van Kernpen
en tot plaatsvervangers de heeren P. C. v. d,
Mast en B. Noordijk.
Tot leden van liet stembureau 3: voorzitter
wethouder Jacobs, de heeren Vermaas en J.
Hokke en tot plaatsvervangers de heeren G.
Kroon en J. H. van Nieuwenhuijze.
Tot leden van liet lioofdstembureau wor
den gekozen (de burgemeester is ambtshalve
voorzitter) de hoeven Jacobs, van Nieuwaal,
Van Es en Van Gurp. Tot plaatsvervangende
leden worden gekozen de heeren Vermaas
Brinkman en W. van Kempen.
Tot leden van de schattingscommissie wor
den gekozen burgemeester Donkersloot, voor
zit.ter; en de heeren J. van Gurp, J. Jacobs
en J. Hokke.
Tot, lid in het Bestuur van de Waterlei
ding in de vacature van wijlen wethouder
Waling, wordt gekozen de heer P. van Es,
Ingekomen is een reclame van de admi
nistrateur van liet Burg. Armbestuur, betref
fende de aanslag in de straat.belasting.
B. en W. stellen voor ontheffing te ver-
leonen. Aldus wordt besloten.
Ingekomen is een verzoek van T. Troost
om ontheffing van straatbelasting wegens
gebrek 'aan middelen. Zulk oen verzoek is
ook ingekomen van J. Beyer.
B. en W. stellen voor om in een volgende
vergadering te beslissen over deze vorderin
gen oninvorderbaar verklaard kunnen wor
den.
B. en W. stellen vervolgens voor om 170
M3. keislag aan te koopen tegen f 050 oin
do weg o.a. van H. van Nieuwenhuvzen tot
de schaapskooi t.e verbeteren. De gelden zijn
hiervoor aanwezig, omdat de gemeente over
1934 f 700 minder in de kas van het Burg.
Armbestuur behoeft te storten. B. en W.
willen dit plan aan Gedep. Staten voorleg
gen. Aldus wordt besloten.
Ingekomen is een schrijven van den Mi
nister van Sociale Zaken betreffende de wo-
ntnghuur. Er is thans nog 1' 2250 over voor
huurverlaging.
De voorloopige gewcnschte huurverlagin-
gen kunnen ingevoerd worden.
De VOORZITTER voegt er aan, dat de
achterstallige huren eerst bekeken moeien
worden. Spr. wil deze zaak in geheime zit
ting bespreken.
Eerst wordt de rondvraag gehouden.
De heer VAN NIEUWAAL vraagt over de
lantaarn, waarover hij in de vorige zitting
gesproken heft, of die al geplaatst is.
De VOORZITTER: Als het mogelijk is, zal
ik hem verplaatsen.
Do heer VAN IIOBBE vraagt, of voor wij
ziging van de waarborgsommen een machti
ging van den Minister noodig was.
De VOORZITTER: Neen, die kan de raad
vaststellen.
De lieer VAN NIEUWENHUIZEN gelooft,
dat het moeilijkheden schept, wanneer men
de achterstallige huur met do waarborgsom
gaat betalen.
Wethouder VAN ES: Ja, dan schept men
presedenteu!
Do VOORZITTER: Ja, het is moeilijk, maar
wij moeten de rente ran 4% pCt. liotalen
van die waarborgsom. Do waarborgsom is
gestort om dergelijke situaties te voorkomen.
Wethouder VAN ES: Kunnen we dan niet
beier alle waarborgsommen terugstorten,
De VOORZITTER: Dat zouden ze wel wil
IonNeon, daar ben ik tegen!
Wethouder JACOBS: Die waarborgsom is
gestori om de huurbetaling zeker te stellen.
De heer VAN GL'RP vraagt of het reeds
bekend is, dat sommige menschen voor één
woning twee aanslagen hebben ontvangen
De VOORZITTER: Als er een tout is, dan
moeten de mensohen ermee komen. Er kun
nen twee aanslagen zijn van bebouwd en on
bebouwd.
De lieer VAN NIEUWENHUIZEN merkt
op, dat liet biljet niet duidelijk is. Mén kan
niet zien wat bedoeld wordt.
De lieer VERMAAS vraagt of de polder
sloot achter Buys niet uitgehaald kan wor
den.
De VOORZITTER zegt, dat do sloot een
besmettingshaard is van typhus. Er zijn
reeds twee gevallen van typhus, bij één per
soon wordt voor het leven ingestaan. Wij
zullen de polder voorstellen of ze do ge
nieente toestemming wil vorleenen om die
sloot uit te halen. De polder is in verzuim.
We moeten trachten te verhalen op do pol
der wat wij er aan doen. Die besmettings
haard moet weg!
De heer IIOBBE: Aoht u het niet gevaar
lijk, dat de menschen de sloot uithalen, waar
in de faecaliéii terecht komen van menschen
die typhus hebben.
De VOORZITTER: Het moet gebeuren on
der technisch toezicht. De dokter zal geraad
pleegd worden.
Daarna sluiting.
Minister-president Colijn voor het huis van
wijlen minister Iialff, waar hij een conde
leancebezoek aflegde.
Het dankgebed
Zaterdagmorgen kwam de Raad dezer
gemeente iu vergadering bijeen onder voor
zitterschap van burgemeester Gobius du
Sart. Aanwezig zijn alle loden, behalve de
heeren J. Westhoeve en Mastenbroek
De Voorzitter gaat voor in gebed,
waarna hij hen die blijken van belangstel
ling hebben gezonden bij de wisseling de3
jaars hartelijk dank zegt en wederkeerig
een gelukkig jaar toewenscht. Spr. hoopt,
dat de landbouwbedrijven dit jaar een beter
jaar zullen hebben dan in 1934. Spr. hoopt,
dat de persoonlijke ideeën dit jaar op de
achtergrond zullen blijven en meer die din
gen naar »yren gebracht zullen worden,
die in het beiang van de gemeente zijn.
Spr. wenscht allen Gods besten zegen tor-.
De heer A b r. Dad m o s wenscht weder
keerig den burgemeester en de wethouders
een voorspoedig jaar toe namens de raads
leden.
De heer J. Padmos wenscht ook nog
wat te zeggen, maar zal liet bewaren tol
hot eind vuil de vergadering
Do secretaris leest de notulen van de vo
rige vergadering, welke onveranderd wor
den goedgek tirri.
Aan de orde zijn de ingekomen stukken.
Ingekomen s een dankbetuiging van den
lieer J. C. van Nierop voor zijn benoeming
tot gemeente-opzichter.
Ingekomen is een schrijven van Ged.
Staten over de Burg. Stand. De vergoeding
per huwelijksvoltrekking zal op ,f 1.— ge
bracht moeten worden. De verdere arbeid
willen zij beloonen niet 60.—.
Dc Voorzitter zegt, dat deze betaling
van do werkzaamheden veel te gering is.
Het salaris van 150 is niet omhoog ge-
guun iu de mobilisatie-jaren Daarom stei-
len B. en W. voor, gezien de verantwoor
delijkheid, dit salaris op 150 to laten en
de vergoeding per voltrokken huwelijk op
3,te houden.
Do lieer Boslan d vindt deze bezuini
ging belachelijk. Waarom komt men niet
met andere bezuinigingen? Spr. gaat ac-
coord met B. en W
De voorzitter zegt, dat er geen be
zwaar is om het voorstel van Ged. Stater
in toejiassing te brengen bij een nieuw tc
benoemen ambtenaar.
De lieer A b r. Padmos gaat accoord
met liet voorstel van B. en W.
De Baad kan zieli er mee vereenigen.
Dan komt aan de orde do behaiidclin
van de gemeentcbegrooting 1935.
De heer P Tanis zegt namens de com
missie, dat de begrooting in orde is bevon
den. Er is een eindbedrag van 81.693,20.
De voorzitter z"gt de commissie
dank voor liet werk do begrooting na te
kijken en den lieer Tanis voor liet rap
port van de commissie door hem uitge
bracht
De begrooting 1935 wordt daarna met al
gemoeno stemmen aangenomen.
Do voorzitter brengt dank, dat de
raad door zijn stilzwijgen, de begrootin
goedkeurt. Spr doet dit genoegen. Clitiel
is goed, maar men moet er wat anders te
genover kunnen stellen. Het doet spr ge
noegen, dat de begrooting van B. en XV
zoo aanvaard wordt.
Ook de begrooting van het Burg Armb"
stuur wordt goedgekeurd (er is een eind
bedrag van 2023,86).
De belastingen moeten gewijzigd worden,
De opcenten op de vermogensbelasting
moeten op 40 worden gebracht (vroeger 505
op de grondbelasting ongebouwd en ge
liouvvd I-esp. 80 en 20 opcenten: op de per-
soneele belasting 200 opcenten en op de g-
meentefondsbelasting 75 (vroeger 100) op
centen.
De bolastingv erordeningen worden goed
gekeurd.
Tot leden in de commissie tot wering
van schoolverzuim stellen B. en \V. naar
aanleiding van liet besluit van de raad in
de vorige zitting genomen, voor te benoe
men den lieer C Grinvvis of R. Goedcge-
buur, in de eerste vacature (v d. Kemp),
in de 2e vacature (Troost) den heer XX'. de
Vogel of J. P. Flikvveerd. Gekozen worden
dc heeren C Grinvvis en M'. de Vogel, ds
eerste neemt zijn benoeming aan.
De voorzitter zegt, dat "t Mannetje
onmogelijk meer dan f voor zijn vvo
ning kan betalen. B. en W'. stellen voor die
woning voor v ijf jaren tegen 2.— tc ver
huren. In het huurcontract zal dan de be
paling opgenomen worden, dat de gemeen
te ten allen tijde de woninghuur op kan
zeggen.
De lieer Boslan d zegt, dat hij daar
tegen bezwaar heeft, want er zijn onkosten,
die er voor de gemeente nog bij komen
De voorzitter: Tk kan geen andere
huurder krijgen. De huur is inderdaad te
laag
De heep Tanis wil de huur op 2,50
houden. Wanneer het een Ouddorper was,
was het vat anders maar liet is nog een
Gooreeër ook, aldus spr.
Dc voorzitter: Kom, kom Tanis,
niet zoo kleingeestig u moet het nieuwe
jaar goed beginnen!
Wethouder Breen: Wanneer 't Man
netje pensiongasten kan krijgen, wil hij
meer huur betalen
Hot voorstel van L>. en W wordt met do
stemmen van de heeren Abr. Padmos en
anis tegen aangenomen.
De lieer Tanis vraagt bij de rondvraag
boe het staat met de stlandkwestie
De voorzitter wil dit wel in besloten
zitting doen.
De heer J. Padmos zegt, dat de zaak
an regeeren moeilijk «is. B. en W. worden
door het Volk gelasterd en gevloekt. Mijn
ader zei altijd aldus spr., gij zult de
ovcheid niet vloeken!
Och land en volk, mocht de Ileere U nog
genadig wezen! Een biddeloos volk is een
verloren volk. Spr. stelt voor de vergade
ringen voortaan met gebed te sluiten Nie
mand kan daar tegen wezen: een rechtsche
burgemeester is een rechtsche raad! Wan
neer niemand het wil, wil spr. lieL zelf
doen.
De voorzitter: Ik wil aannemen, dat
u er een goede bedoeling mee heelt. Wie
heeft er bezwaar tegen?
De heer J. Pad m o sri Wie hier tegen is,
is tegen God!
De voorzitter (verontwaardigd).'
Daar moet ik protest tegen aanteekenen,
u mag de zaak niet zoo stellen! Bij links
zijn er ook nog waarachtige Christenen,
die hun knie huigen voor dezelfde God.
De heer J. Padmos: God wil het! Wat
u zegt, zegt de duivel ook. Dat heeft hij me
thuis al gezegd!
De voorzitter: O, dat is goed. Er
kan nog wel meer liijl
Dc heer Tanis is er voor, dat de voor
zitter de leiding van de vergadering houdt
en met dankgebed eindigt.
De lieer Grinvvis heelt er geen bezwaar
tegen, dat de lieer Padmos met dankgebed
eindigt.
De voorzitter: Ik zal het nooit goed
keuren.
De heer Abr, Pad inos zegt dat we van
Gods naam aanroepen geen earricatuur
moeten maken. We moeten altijd trachten
ons zooveel mogelijk aan te sluiten bij de
omstandigheden, Dc godsdienst is vrij, we
moeten elkander niet tarten daarin.
De lieer Bost and zegt, dat er geen be
zwaar is tegen een dankgebed, evenmin
als tegen een bcgingebed.
De voorzitter zegt, dat de naam Gods
niet misbruikt mag worden. De heer Pad
mos mag het niet zoo voorstellen, dat als
er menschen tegen het voorstel zijn, dat.
die menschen tegen God zijn. Er zijn hier,
vier linksche raadsleden!
De heer J. Padmos: Links is rood!
Wctlioud* U'csthoev e zegt, dat als
God wel aangebeden mag worden, dan mag
Hij toch ook wel gedankt worden. De heer
Abr. Padmos is van zijn beginselen afge
weken.
De secretaris: Laten we toch niet'
met God spelen. Er is er maar één!
De voorzitter: Mijnheer Padmos, als
u met uw vroomheid Gods naam maar niet
lastert!
De heer Abr. Padmos: We kunncu
hier geen kerkelijke zaken gaan behande
len. We kunnen hier toch geen hoogeprics-
terlijk gebed uitspieken.
De secretaris: Dan komen we nog bij
Kaiafas terecht!
Wethouder W e s t li o e v e: Wanneer de
heer J. Padmos zijn voorstel zoo wijzigt,
dat de v ergaderingen met dankgebed ge
sloten worden ben ik er voor.
De heer Abr. Padmos: Wie moet het
doen
Wethouder Westhoeve: De voorzitter!
Do voorzitte r: Dat doe ik niet!
De heer Abr. Padmos: Men kan den
voorzitter niet tarten!
Het voorstel van den heer J. Padmos
svordt niet de stemmen van de heeren
Breen, Hameetman, Hordijk en Padmos
tegen aangenomen. Do heer Tanis is voor,
mits de voorzitter het gebed uitspreekt.
De heer Abr. Padmos: Maar wie moet
het nu doen
Dc secretaris: En wanneer?
De beer Wesdijk: Laten we maar
meteen beginnen?
De voorzitter (tot den lieer J. Pad
mos): Voelt u liet nou, mijnbeer Padmos!
De lieer Abr. Padmos: We komen
nog in Rusland terecht. Daar was voor 1917
ook liet mysticisme, dat dergelijke eischen
stelde. M o werken zco bet communisme in
do hand, want de menschen krijgen genoeg
van zulke godsdienst.
De beer J. Padmos: God wil het zoo!
M'anneer een jongen iets van zijn vadc-r
krijgt, zegt hij toch ook dankje. M e leeren
het onze kinderen al!
De voorzitter: M'e zitten hier niet
om theologische beschouwingen te houden!
De lieer Tanis zegt nogmaals, dat hij
de voorzitter zou willen laten eindigen.
Do v o o r z i 11 e r: M'anneer er gedankt
moet worden, moet er reden zijn. Er
heersclit hier bijna altijd een verkeerde
geest. Aan het einde van een raadszitting
kan ik onmogelijk danken!
De heer J. P a d m o s: Ik wil het doen.
De secretaris: Net als de farizeeërs!
De heer A b r. Padmos (tegen den heer
J. Padmos): U bent revolutionair!
De lieer Bosland: Laten we deze zaak
aanhouden tot de volgende vergadering.
De v oorzittcr: Ik sluit de discussie
over dit punt. Heeft iemand nog iets in het
belang van de gemeente?
Niemand vraagt het woord, waarna de
vergadering gesloten wordt.
(14
Sybrands had nu de grendels weggescho
ven en de Sjiaansche kapitano.. trad, ge
volgd door zijn drie soldaten, het vertrek
binnen.
De kinderen schuilden weg achter moeder
en de arme vrouw hief smieekend de handen
omhoog en smeekte om het leven van haar
kinderen.
De kapitano keerde zich om en wendde
zich tot zijn mannen.
„Bindt die ketters de handen!" gebood bij.
De soldaten gehoorzaamden.
Met een paar stevige touwen werden Sy
brands en zijn vrouw de handen op den rug
gebonden. Ook de kinderen werden geboeid.
Toen gelastte de kapitano hen, dat ze
naar buiten zouden gaan. Sidderend over
al hun leden traden de ongelukkige men
schen het huis uit. Het gelaat, van Sybrands
stond strak. Het was hem aan te zien, dat
er van binnen een hevige strijd woedde.
Doch wat moest de amie man beginnen. Hij
was weerloos tegenover de Spaansche beu
len. En als weerlooze lammeren moesten zij
zich laten wegleiden. Wa,arheen?
Ja dat wisten zij niet.
Maar zeker zou de dood het einde van
deze geschiedenis zijn, mochten bun sle'chts
dé NVreède martelingen bespaard worden.
Moeder Sybrands zag er deerniswaardig
Hik
Vanmorgen nog was zij vol goeden moed
geweest. Hendrik was immers in de stad,
had Huib verteld en hij zou nu vandaag
stellig thuis komen.
Van uur tot uur had moeder gewacht of
zij de bekende stap van haar jongen niet
vernam in de Steeg, doch helaas, Hendrik
was niet gekomen en ook Huib was niet
teruggekeerd.
Het scheen wel of de He'ere liet geroep
van Zijn kinderen niet had gehoord. Vader
h-ad u-el gelijk gehad vanmorgen. Toen hij
gebeden had had hij gezegd: „Vrouw, wel
licht verhoort de Heere ons gebed niet,
want Hij verhoort ons alleen, wanneer het
Zijn tijd is."
Vrouw Sybrands schrok op uit haar over
peinzing.
Do kapitano cischte in tamelijk goed
Hollandsch, den sleutel der woning.
Sybrands wees hem: hij hing aan een
spijker naast de deur. De kapitano nam den
sleute'l van den spijker en trok de deur
achter zich dicht, waarna hij die sloot en
den sleutel bij zich stak. Toen nam hij een
stuk krijt en schreef een paar Spaansche
woorden op de deur.
Hij deed liet met groote onbeholpen let
ters, docli Sybrands kon er geen wijs uit
worden.- 't M'as hem wonderlijk te moede en
hij kon niet begrijpen, wat dit alles te be
duiden had.
Nu gelastte de kapitano zijn soldaten de
gevangenen tusschen hen in te nemen, hij
zelf ging voorop en gebood ze hem te
volgen.
Daar ging de droeve stoet heen.
Moeder Sybrands wierp nog een langen
meevvarigen blik op baar woning; toen
volgde zij den geheimzinnigen Spaanschen
kapitano, met de ellende in het hart.
De stoet liep de Valkensteeg uit, toen
sloeg de kapitano rechtsom en ging het
Steiger op, gevolgd door de gevangenen en
zijn soldaten.
De kapitano sprak geen woord.
Hij liep met statigen stap voorop.
De soldaten spraken met elkander, zij
konden niet begrijpen, waarom hun kapi
tano zich zoo druk maakte met deze ketters.
M'anneer het aan hen had gestaan zouden
zij korte motten met hen gemaakt hebben,
't Scheen toch wel, dat hét ketters waren,
waarmede wat bijzonders aan de hand was.
Maar in elk geval, dat moest de kapitano
maar weten, zij hadden slechts te gehoor
zamen en dat deden zij ook, al begrepen
zij er niets van.
Ach, Sybrands ell zijn vrouw begrepen er
ook niets van. M'at zou er nu over hun hoofd
besloten zijn?
Zij pijnigden hun hersens moe over li-et
raadselachtige geval.
Zouden zij soms als offers moeten vallen
was het. den Spanjaarden verraden, dat zij
tot de ketters behoorden?
'li Oogenblik dacht vader Sybrands aan
den pater waarvan Huib had verteld, maar
neen, dat was onmogelijk, die mail kende
hen niet eens.
Zou er een schavot worden opgericht, een
brandstapel waarop hij met zijn gezin zou
worden verbrand?
Zoovelen reeds hadden dat lot ondergaan,
sinds de Heere het licht der gezegende
Kerkhervorming in de Nederlanden had
doen schijnen.
Ilij, Sybrands, was zelf getuige geweest
van den moO"d oji de arme slachtschaap-
kens Christi, zooals de martelaars zich
noemden.
Was niet do vrome Anneke aan liet einde
van den Oppert in het water gesmoord?
't M'as waar, zij was een Doopsgezinde,
maar woedde Philips niet even fel tegen de
Gereformeerden? Haatte hij niet allo
ketters?
Er ontstond eeli hovigo strijd in .het hart
van den armen biel-brouwersknecht.
Wat moest hij doen, als men hem strak3
op den brandstapel plaatste? Zou hij dan
zijn geloof verloochenen: het leven lachto
hem nog tegen, hij had vrouw en kinderen
waarvoor hij met lust liet dagelijksch brood
verdiende
En dan nu sterven? In het midden zijner
jaren?
O, lief zou 'n vreeselijke beproeving zijn.
Het kon niet, het kon niet!
Maar dan klonk daar een andere stem in
zijn binnenste. Zou hij dan zijn Heiland
verloochenen
Had do Heere Jezus niet gezegd: „Wie
vrouw of kinderen liefheeft bóvp,n Mij is
Mijns niet waardig."
Was dat niet veel erger nog dan bet vuur
van den brandstapel, dat toch slechts kor
ten tijd brandde?
En had de Heiland ook niet gezegd: „Wip
Mij verloochenen zal voor de menschen, die
zal Ik ook verloochenen voor mijn Vader,
die in de hemelen is."
Was dat niet vpel erger, dan de vlammen
van den mutserd?
Het angstzweet brak Sybrands uit.
Docli daar herinnerde hij zich het woord-
van den Heere Jezus: „En vreest niet voor
degenen die het lichaam dooden en de ziel
niet. kunnen dooden!"
Dat was een heerlijk woord.
De beangstigde man leefde weer wat op.
Ja, hij wilde aan de vermaning des Hee
ren gehoorzaam zijn; niet vreezen voor den
vijand, den Spanjaard, niet vreezen ook
voor den brandstapel.
Moedig het schavot beklimmen, moedig
de pijnen doorstaan; dat was des Hoeren
wil.
In stilte bad Sybrands: O Heere, Gij weet
hoe zwak ik ben, hoe zwak ook mijn geloof
is, o houdt Gij mij staande als het er straks
op aan zal komen Als de beproeving komt,
als ik kiezen moet, o Heere maak mij go
trouw en bewaar mij er voor. dat ik Uw
Naam zou verloochenen, dat de vijanden
de overwinning zouden behalen en Uw
Naam zouden smaden.
Sybrands schrok op uit z'n overpeinzing.
De kapitano had „halt!" geboden en de
kleine troep stond stil.
M'aar waren ze?
Sybrands bad er niet op gelet en ook zijn
vrouw was te zeer met allerlei gedachten
vervuld geweest, dan dat zij had kunnen
letten op den weg, dien zij volgden.
Ook vrouw Sybrands voelde de bittere be
proeving.
Ook zij had in stilte den Heere om bij
stand en kracht gebeden. Maar liaar nioedei
hart was ook met bange vrees vervuld ge
neest, over het lot van bare kinderen.
Konden die bloeden van kinderen ook ais
martelaars moeten vallen? Of zouden ze in
een klooster worden opgevoed?
Ach, dat was nog erger, dan zou men hen
ontrouw maken aan de leer die. haar en haar
man zoo dierbaar was.
En Huib, waar was bij?
En Hendrik; ach zij had zoo verlangend
naar hem uitgezien. In geen twee jaren was
lnj t.iuis geweest en nu, nu Dij eindelijk
weer in Rotterdam was, nu zou zij gestorven
zijn eer zij haar lieveling had gezien.
Als Hendrik het maar wist, welk lot zijn
vader en moeder nu tegemoet gingen, hij
zou met z'n dappere M'ateijgeugen hen wei
verlossen.
Als Hendrik Huib maar vond, dan zou hij
wel voor dien wilden klant zorgen. O dat zij
hem nog niet eens éénmaal zien ikon, zij
had hem nog zooveel te zeggen.
Maar de kapitano had „halt" geboden.
En de kleine troep stond onmiddellijk stil.
Nu eerst zag Sybrands dat zij reeds vlak
hij de Groote Markt gekomen waren.
Zij hadden het Steiger al bijna achter zich.
Daar lag de Groote Markt.
Maar wat hij daar zag, deed den ongeluk-
kigen man hevig ontstellen. De Spanjaar
den waren er reeds en het soheen wel alsof
er gevochten werd. Er was een geweldig
rumoer en de vrouwen, die zooals gewoon
lijk daar in hun kraampjes hun waren had
den uitgestald, waren overhaast wegge
vlucht. kraam en koopwaar aan hun lof
overlatend.
Zou daar op de Groote Markt de brand-
stanel worden opgprieht?
Dp Spanjaarden sprongen als wilde dje-
ren over het marktplein heen, zij brulden
hun ove'rwinningskreten uit.
De kapitano scheen het niet met zich
zelf eens te zijn.
Langen tijd staarde hij naar de markt en
naar liet woelige tooneel, dat zich daar ver
toonde.
M'at wilde hij toch?
(Wordt vervolgd)