VOOR VROUW EN KIND MAAS- EN SCHELDERODE ZATERDAG 5 JANUARI 1935 HET NIEUWE JAAR GOD MET ONS NIEUWJAAR UIVER-HER1NNERINGEN VOOR DE VROUW VOOR DE JEUGD VOORDE ZONDAG „Daarom zal de Heere zelf ulieden een tceken geven". Ziet, eene maagd zal zwanger worden en zij zal oenen zoon baren en Zijnen naam heeten Immanuel". Jesaja 7 14. Gewichtig is de tijd. waarin dit welbe kende Messiaa.ische woord gesproken werd door den profeet Jesaja tot den goddeloozen koning Achaz. Syrië en Efraïm hadden zich tot den gcmeenschappelijken strijd tegen Juda en Jeruzalem toegerust. Op Efraïms bergen reeds stonden de voorposten der Syriërs. Toen de tijding daarvan tot de Jeruzalem- mers doordrong, trilden de harten van koning en volk als de bladeren van het woud, door den stormwind bewogen. Wat zou het kleine hoopske van Juda en Jeruzalem beginnen tegen de uitbreidings- politiek dezer noordelijke machten Op 's Heeren bevel gaat de profeet, de man Gods. met zijn zoontje aan de hand den Koning tegemoet, op het veld des yallers, aan den opgang des vijvers. Het was een merkwaardig gezicht. Die groote profeet met dat jongske aan de hand. En dat jongske droeg den veelbe- teekenenden naam van Schear Jaschub. wat beduidt: Het overblijfsel zal zich be- keeren. Die naam was door den Heere gegeven tot een teeken, dat, al bleef de groote meerderheid des volks onder de oordeelen Gods verhard, nochtans een klein gedeelte om Messias' wil zou be houden worden, waarin het verbond zou blijven bevestigd. En die bemoediging had de profeet wel noodig, want hoe diep treurig was zijn ontvangst bij den Koning'. De profeet zegt 't den vorst aan. dat hij voor de twee rookende vuurbranden Efraïm en Syrië niet heeft te vreezen. De Koning weifelt. Hij kan 't niet gelooven. Wat heeft nu zoo'n profeet verstand van de politiek en wat beteekent nu zijn woord tegen het wapengeweld van Efraïm en Syrië? De profeet raadt den Koning aan, dat hij slechts een teeken heeft te eischen, welk hij ook wil, als bevestiging van de waarheid van des profeten woord. Hij eische een teeken uit de diepte en ter stond zal de aarde beven; hij' vrage een teeken uit de hoogte en de donder zal schallen. Des profeten woord is Gods woord. Maar de goddelooze Koning geeft om woord noch teeken. Hij hecht er geen waarde aan. En nu zal de Heere zelf een teeken geven! Daarom spreekt de profeet: Daarom zal de Heere zelf ulieden een teeken geven; ziet, een maagd zal zwan ger worden en zij zal eenen zoon baren en Zijnen naam Immanuel heeten!" De ongeloovige Achaz! Gelijkt hij niet als twee druppelen waters op de groote menigte der naamchristenen van onzen tijd? Wat geven zij om het groote won- derteeken van Gods genade, ons in Christus, den Immanuel, geschonken? En wat doet de Heere daartegenover? Ook temidden dezer booze wereü heeft de Heere nog Zijn Schear Jaschub, d.w.z Zijn overblijfsel naar de verkiezing Zijner genade. Ter wille van dit over blijfsel spaart Hij nog de opstandige wereld, die voortgaat, ook zoo menigwerf op publiek terrein, den Heere en Zijnen dienst den rug toe te keeren. Nog is dit overblijfsel, de kerk, het ware geloovige volk, de kurk, waarop de wereld drijft. Nog doet Hij den rijkdom van schulduit- geldende genade verkondigen van den Immanuel, God met ons, Die Zijn volk in de worsteling der eeuwen en in den scheidenden nood der tijden sch-aagt en op Wiens glorie het einde der eeuwen uitloopt. Immanuel. God met ons, wat vertroos tende beteekenis heeft deze naam voor allen, die in waarheid God vreezen, bij de intrede van het Nieuwe jaar! Van dien Naam, die hemel en aarde vereenigt tezaam, gaat een glanzend licht uit te midden van zooveel, dat duister is. Al het oude gaat snel voorbij, gelijk het oude jaar snel is heengevlogen. Al het nieuwe wordt oud, gelijk het nieuwe jaar ook spoedig weer oud zal zijn. En met de wisseling der tijden, wisselt alles hierbe- neén. Tochtgenooten ontvallen ons. Nieuwe reisgenooten voegen zich weer bij ons. Wat ons lief is, ontvalt ons. De tijden veranderen en wij met hen en die verandering wordt op den duur verzwak king, vergrijzing, verkalking van ons leven. En te midden van deze woelige zee van stage wisseling, hebben wij een rots noodig, waarop wij staan, of liever een arke der behoudenis, die ons tot veilige haven voert. Gelukkig, ja zalig, als we die mogen liet oud jaar is voorbij En 't nieuwe pas verschenen: Waar gaat de snelle tijd, Waar gaat. liij met ons henen? Naar de eeuwigheid ga ik, Met. u, met al dat is En van uw broosheid, monsch, Geve ik getuigenis. Past op dan, gij die gaat Met. zulke snelle schreden, En stelt niet uit; hetgeen Gij doen zult doet liet heden, Want morgen kunt ge reeds, Met 't oud en 't nieuwe jaar, Verdwenen zijn als of 't Een ijdol wolkslce waar. Zoo sprak de tijd en wij GUI DO GEZELLE bezitten in den Heere Jezus Christus, den waren Rustaanbrer.ger, den Immanuel. God met ons. Dan is die naam, dan is Hij, Die dezen naam draagt, ons een lichtpunt in het heden bij al wat wisselt en verandert. Maar dan ook een sterkte om de onbe kende toekomst tegen te treden. Wat zal ons het Nieuwe Jaar brengen? Op staatkundig, maatschappelijk, kerke lijk gebied? Wij weten het niet. De profeten mantel is ons niet om de schouders geslagen. Maar bij heel veel, dat wij niet weten, - gelooven wij, omdat wij God op Zijn woord gelooven. De Heere zal niet beschaamd doen uitkomen wie op Zijnen Naam hopen en vertrouwen. De Heere is met Zijn volk, in Christus. ,,De verborgene dingen zijn van den Heere. onzen God, maar de geopenbaarde van ons en onze kinderen, opdat wij in de zelve wandelen zouden". En tot die ge openbaarde dingen behoort bovenal die troostvolle naam van Immanuel, God met ons. Wanneer we in dien Naam gelooven, met een kinderlijk geloof en vast vertrou wen, dan hebben we niets te vreezen maar alles goeds te verwachten. Imma nuel geeft Zijn woord van leven en van sterven, van het natuurlijke en het geeste lijke. Bij Hem is eer onuitputtelijke vol heid. Hij noodigt ons steeds tot de bron ..Wie dorst heeft, die kome en neme de wateren des levens ons niet." Alles zon der geld en zonder prijs. Zij deze Naam dan geschreven als met guide letteren in onze Banier, waaronder wij ook in den nieuwen tijdkring optrek, ken, opdat ook aan ons en de onzen, die 't door Gods genade geleerd hebben van onszelven af te zien en op te blikken tot Hem, Wiens is de wereld en hare volke ren, bevestigd worde dat rijkvertroosten- de woord van den profeet Jesaja: „Die den Heere verwachten, zullen de kracht vernieuwen; zij zullen opvaren met vleugelen, gelijk de arenden; zij zullen loopen en niet moede worden; zij zullen wandelen en niet zwak worden." Ingezonden Heel de Nederlandsche natie Volgde spannend, enin vrees, De verrichtingen der „Uiver", Op dc groote Melbourne race. Ja, wel haast de halve wereld Was belust op 't avontuur, Van den splinterniouwen vogel, Met een Parmcnlicr aan 't stuur. Over zeeën, bergen, vlakten, Over onherbergzaam oord; Over wildernis, woestijnen, Ging de Uiver rustig voorl. Prachtig vloog het toestel verder, 't Verre einddoel tegemoet De piloten bleven moedig, De machine hield zich goed. Kleine non-activiteiten, I-Ieeft Prins niet geconstateerd, Navigatie-liindernisscn Werden weinig genoteerd. Slechts een heel klein oogenblikje Haakten zij den koers eens kwijt; Want het stormweer le Albury Bracht hun in onzekerheid. Parmcnlicr en zijn bemanning, Kloeke helden van de lucht, Bleven trouw aan hunnen vogel, d'Uiver „deed" de groote vlucht. Ondanks vele concurrenten, Waarmee men den strijd begon; Deed de Uiver trouw zijn plichten, Ende Uiver overwon. De retourvlucht slaagde idem, Sloeg daarmede zelfs 't record; En opnieuw werd dan bewezen, Dat een afstand steeds verkort. Hulde aan de koene vliegers Uil den Nederlandschen Staat; Hulde aan de K. L. Men Aan het Douglas-fabrikaat. Onze „jongens" zijn gehuldigd, Mot echt Vadcrlandsch gevoel; Ende kwaliteit van d'Uiver Diende als reclamodoel. Vindingrij ke fabrikanten, Zóó is 't omstreeks Kerstmis en Kieuwjaar vaak geweest. Hoe ïicel anders is l dez winter. Maar 't kan nog komen. Als de dagen gaan lengen... Gaven aan hun waar het merk, Van den trotschen overwinnaar, Die zoo braaf was, moedig, sterk. 't Heette Uiver, „zuiver Uiver", Het idee bleek weldra goed; Ju, het redde naar men smoesde Menigeen van den bankroet. Zoo ontstonden: „Uivorkoekjes, Uiverpett.cn, Uiverwol; Uiverlepcls, Uiverborden, Uiver koffie, bussen vol, Uiver linnen, Uiver mesjes, Uiver spelden, klein en groot; Huiverende Uiver-fuivers, In de welbekende goot". d'Uiver was als vliegmachine, Technisch zeker goed gemaakt; En hij heeft dat is gebleken Heel veel roem en eer gesmaakt. Totde Kerstvlueht ging gebeuren, 't Was de Pelikaan die toen De versnelde Kerstvlueht maakte Nu zou zulks de Uiver doen. Met een andere bemanning. Beekman voerde het bevel; K.L.M. gaf de „instructies", De verwanten het „vaarwel". Weldra sleeg bet machtig wonder, Mechaniek \an deugd en pracht; Kliefde met vermaarde snelheid 't Zwarte duister van den nacht. Richting: „Neêrlandsch Insulindc", Oc.li, een heel gewone lijn Doch 't begin van deze Kerstvlueht, Zou ook dra hot einde zijn. Heel de Nederlandsche natie, Volgde spannend, opgewekt, De verrichtingen der Uiver, Op het lange vliegtraject. Toen,opeens het draadloos seinen Schier in alle talen zweeg; Kwam 't vermoeden, jlat do Uiver Groote ongemakken kreeg. Ja, vermoedens werden waarheid: Box en onherbergzaam oord, Was de Uiver overvallen Is daar op zijn vlucht gesmoord. In den strijd met d'elementen, Was de Uiver slechts oen- bal; Hoe die strijd daar is gestreden? Niemand die het zeggen zal. 't Veel geroemde vliegtuig „Uiver", Eens de Nederlandsche trots Kwam in vlammen naar beneden. Sloeg te pletter op een rots. Als een wrak uiteen geslagen, Was het een voldongen feit: Dat de Uiver. onvolmaakt was De natuurkracht won den strijd. Zeven menschcn lieten 't leven, In die dorre wildernis; En de nabestaanden treuren, Zijn vervuld met droefenis. Hun gedachten vonden schreiend 'I Verre graf, in vreemd gebied Slechts waarboven stille winden Zongen: ,,'t Vredig Kerstnachtlied". I Dirkslaijd, Jan. '35. B. L. G. HOE LANG MOET EEN BABY SLAPEN? Op een Zondagavond, op een zeer laat uur, werden niiet minder dan drie babies, allen beneden liet jaar, door de tram naar huis gebonsd, nadat ze een dog niet hun respec tievelijke ouders xvaren uitgeweest. Eén van de drie was kxvaad cn schreide; de tweede lag te staren naar tic electrisclie lampen boven hem, alsof dat zijn dagelijk- sche bezigheid was, cn dc derde werd op cn neer bewogen in moeders arm, teneinde te voorkomen, dat Hij het voorbeeld van num mer één ging volgen. 11ij werd door moeder gekieteld, en als lii] dan lachte, xxas moeder verheugd oxer het. verkregen succes, zonder ook maar een oogenblik te vermoeden, dat do zuigeling vermoeid en nerveus was- cn dat hel lachen een gevolg van hysterie xvas Kiinderen moeten volop slaap hebben. Al het, mogelijke zorgzaam toebereide en voedzame voedsel is-niet voldoende, om een kind gezond en krachtig te ma-ken, als nel aan den noodigen slaap ontbreekt. En kin deren hebben lieel veel slaap noodig. Zij moeten slechts eten cn slapen, afgewisseld misschien door zoo nu en dan xva.t spelen, eigenlijk juist zooals jonge dieren doen. Wanneer een volwassen persoon overver moeid raakt, dan is er groote kans dat zijn spijsvertering daarvan nad-eeüge gevolgen ondervindt. Dit is bij jonge kinderen natuur lijk in veel sterker mate liet geval, en de gevolgen zijn ernstiger. Een slechte spijs- .verteering verzwakt liet jonge nog icere lichaoimpje cn is oorzaak van liet optreden .van verschillende ziekten. Als volwassenen oververmoeid raken, wor den zo nerveus. De zenuwen van kinderen zijn niet gedisciplineerd of gehard: als zij oververmoeid raken, springen ze vaak uit de band, en de onnadenkende oi onwetende oudere xvoi'dcn boos en geven den kleine klappen. De zenuwachtigheid van liet kind wordt -erger, van schreien komt liet tot brul le'.r; dc boosheid der ouders wordt hefti ger, daardoor wordt de -traf weer zwaar der en zoo draait het bij ouders cn kinderen in een cirkel rond, terwijl dc oorzaak ergens andere ligt. Kinderen, die niet voldoende slaap krijgen ncman niet voldoende in gewicht toe. Tc weinig slaap heeft tengevolge te weinig eet lust. en dit veroorzaakt te weinig groei. Een dag 01 ij ksc h bad, voedsel in Ji oo voel beid en samenstelling o v e r e en k onis tig de voor de looft ij d gegeven getalten en aanwijzingen en een diepe, ongestoorde slaap- dat is liet, wat een jong kind allereerst, maar dan ook dringend, noodig heeft. Gedurende de eerste zes maanden moet <le baby zoo min mogelijk in handen wor den genomen. Hij moet slechts eten en e 1 a p e n, 20 a 22 uur van een etmaal. Maak uit moederlijke Ihote de baby niet waik- kev, om hem aan bezoekers te toonen. Legt men hem in den kinderwagen, dan plaatst men de kap zóódanig, dut de oogen in de schaduw liggen. Daarna rijdt men do kleine naar een rustige, zonnige plek. Zen is goed >oor al wat leeft, dc uitwerking .van het zonlicht is bijzonder goed voor kleine kin deren. Alleen dient men te zorgen, dat liet nog teorc huidje voldoende beschermd ir, niet natuurlijk door veel kleedïngstukken, maar op andere wijze, cn ook mag bot kind niet aan al te felle zonnestralen worden blootgesteld. Bovendien mogen nooit de oog jes lasl van de zon hebben; inwerking van licht belemmert een diepe, rustige slaap. Tevens moet bet een rustige plek zijn, waar liet kleintje gebracht xvordt; ook te sterke geluidsprikkols werken nadeeiig in op dc slaap. Waar dit laatste reeds geldt voor de menschcn in 't algemeen, voor alle volwassen dus, kunnen we ons levendig vooretellen, hoe zeer het kind er door ge hinderd wondt. In do tweede helft x-an baby's ccrete le vensjaar meet. hij dagelijks nog 1(1 li 13 uur slopen, gedurende hel tweede jaar 15 a 111 uur- cn dan tol liet vierSc jaar 1-4 uur per dag. Een morgen- cn namiddagslaapje is voor een kind vim oen jaar nog noodig. liet ochten-ddutje zal echter spoedig ver vallen, daarentegen moet liet nainidagdutje zoo lang mogelijk gehandhaafd blijven. Bij gezonde kinderen merken we vanzelf xvel, u urineer ook het middagslaapje overbodig is geworden. Wanneer de avond ftanbreekt, slaat voor kindoren beneden do acht jaar om zeven uur 't klokje x;un gehoorzaamheid, cn acht uur is liet bedtijd voor kinderen tot lion jaar cn ouder. Kinderen onder dc vijftien jaar moeten nog tien uur per dag slapen. Jonge ouders vinden liet vaak een groote opoffering, om hun sociale of andere bezig heden of liefhebberijen op te zeggen ter wille van baby. Zij moeten die opoffering echter beschouwen als het aflossen van een eereschuld aan hun kinderen. Bovendien, een baby blijft niet lieel lang een baby; als we i'us een deel van onze genoegens gedu rende een paar jaar opschorten, om een go- zond, gelukkig kind te krijgen, zijn we vooi' onze opofferingen ruimschoots beloond, on geacht liet lëit, dat een verwaarloosde zuige ling spoedig ziek wordt en een ziek kind meer zong, meer tijd en moer geld kost dan een gezond kind. Het meenomen van jonge kinderen no, ir de bioscoop (wat in groote steden, b.v. Pa rijs e.d., heel vaak gebeurt) is een van de grootste fouten, ja zonden, die oudere tegenover hun kinderen begaan kunnen. Volwassenen niet zuigelingen moest do toe gang tol de bioscoop ontzegd warden. Als ouders zich niet de hulp kunnen voreehaf- fen van een vertrouwd persoon, die do zorg van de kleine wereldburger zoolang op zicli neemt, dan doet men beier, zoo moge lijk bij toerbeurt uit te gaan. Onder geen voorwaarde neme men zuigelingen mee, waarheen dan ook. En evenzeer geldt: onder geen voorwaarde late men den zuigeling alleen thuis, hoe kort da,n ook. Slaap is even noodig als voedsel voor ieder monsch; voor kinderen is het een eer ste levensvoorwaarde. Gebrek aan .slaap schaadt het zenuwgeeteld en kan allerlei zenuwziekten ten gevolge hebben. Zuige lingen doen wennen aan lawaai is gemak kelijk voor d-e ouders, maar niet goed voof het kind. Daarentegen is hot niet noodig! als de kleine slaapt op de teenen te loopen cn fluisterend te spreken. Een gezond kind slaapt door normaal geluid heen. I)e verzorging van kindervoeten Ieder, die ds rose teentjes van een baby onder de dekentjes ziet uitgluren, zal zich tooli xvel eens afvragen hoe die voetjes straks verzorgd zullen worden. Het allerbeste is, kindervoetjes niet te spoedig met schoontjes en kousjes te be lasten. Tenzij het xveer erg koud is, hebben ze zelfs geen sokjes noodig cn zoolang baby den drempel van de kamer nog niet over schrijdt, kan men niet beter doen, dan aan de natuur zelf over te laten, het kind de juiste manier bij te brengen om het even wicht te bewaren bij de -eerste schreden op liet levenspad. Als men baby's voetjes goed in het oog houcït bij die pogingen, zal men duidelijk zien, dut de onbelemmerde beweging van baby's teenen, dc beste manier is, want hij buigt zijn teentjes om bi] het loopen, als o-in de grond te pukken. ,\len behoeft zich niet ongerust tc maken als het kindje in 't be gin de teenen binnenwaarts zet- want dit is niets anders dan de natuurlijke manier van het evenwicht te bewaren. Hoe langer de voet wordt vrijgelaten in zijn bewegingen, des te grooter is de kans, dat de geboete voet zich sterk ontwikkelt, en dus in later tijd beter tegen zijn zxvare taak zal zijn opgewassen. Wanneer het kind niet langer buiten schoenen kan, zorg dan, dat deze zoo dun mogelijk van bovenleer, en zeer soepel van zool zijn. De schoentjes moeten ruim zitten, zonder echter te groot te zijn. Sommigen meen-en, dat ruim zittende schoentjes de voeten breeder maken. Deze bexvering wordt echter volkomen gelogenstraft, als men do groei van de voeten van enkele kinderen een paar ja-ar lang volgt. Als het kind van aanleg een lange, smalle voet heeft, zal het dragen van ruim schoeisel in de baby- en kinderjaren hierop geen invloed bobben, maar wél zal het. kind er door behoed wor den voor voel gevaren, die n a u xv schoeisel opleveren. Vanaf het eerste paar schoenen moet er ook op gelet worden, dat de schoen aan de hiel gemakkelijk zit. Dit is een zeer belang rijk onderdeel, wat den sohoenraiakor de grootste moeilijkheid geeft. Het is dan ook bij jonge kinderen heel moeilijk soms bijna onmogelijk om deze pasx-orm van de kieltccombnieemenrte iaWimijécn en do hiel Ie combineeren met de ruimte bij de teenen, die toch ook noodzakelijk is. Men moot nooit - voorat voor kinderen in den groei meerdere paren tegelijk knopen. Het beste is, sleclils één of twee paar tegelijk in gebruik te hebben cn deze steeds zorgvul dig na te zien, zoodat ze, zoodia ze maar iets te klein worden- op zij gezet en door een nieuxv, beter passend paar vervangen kun nen worden. Men behoeft dan nooit meer dere paren tegelijk weg te deen en houdt zoodoende de onkosten zoo laag mogelijk. KLEINIGHEDEN, DIE MEN WETEN MOET Een geïmproviseerde kleerendroger Een paraplu, die xvat vorm betreft uit de mode is, of waarvan liet overtrek is versle ten, kan nog uitstekend als kleerendroger dienst doen. Men verwijdert hiertoe de staf, zoodat men alleen de baleinen overhoudt. Hangt men deze para-plu nu uitgespreid aan den keukcnzolder boven de kachel, dan kan hieraan prachtig allerlei klein goed, zak doeken, kousen, dassen, boorden, kinder goed, enz. gedroogd worden, zonder dat dit plaatsruimte inneemt. Tegen brandwonden Als bij lichte brandwonden de huid niet beschadigd is, legge men op de wond een papje van dubbel koolzure soda en water, melk, of nóg heler: karnemelk. De pijn zal oixmiddellij'k verdwijnen. Een aangebrande aluminium pan reinigen Wanneer van een aluminium pan de bo dem is aangezet met verbrande spijs of met melk- moet men er een ui in koken. Het aangebrande voedsel Iaat dan los en gaat omhoog gelijk schuim. Men schopt het af totdat men niets meer ziet, waarna dc pan xveer schoon is. Wanneer spijkers uit den muur vallen omdat de gaten te groot geworden zijn, moet men deze met xmtten omwikkelen en in een dunne gispap steken, waarna men ze xxeet' in liet oude, te wijd geworden gat kan steken, en 't is ook nog xvel aardig om de raad- i seis eens even te probeerenmaar dau i is 't ook welletjes. Als ze dan toevallig nog al een beetje lastig zijn, en je er zoo in eens niet op kunt komen, wat er mee be doeld xvordt, dan leg je de krant weg, en 1 je gaat xveer fijn iets anders doen. En dat is ook al heel begrijpelijk, 't Is ook lieele- maal niet erg. Maar alleendenk nu eens even, hoe 't voor mij is, als ik maar steeds naar briefjes uitkijk ener maar weinig krijg! Toch wel een beetje oen teleurstelling, niet? En daarom wou ik vragen: doe liet nu in 't nieuwe iaar eens anders. Leg dan die krant eens niet zoo gauxv moedeloos opzij. Houd eens vol! Je zult zien, dan lukt bet wel! En als 't dan nóg licoiemaal niet wil, schrijf me dan toch eens, dan maar zonder oplossingen. Dat hindert niets, daardoor weet ik dan meteen, of de raad sels nu heusch le moeilijk zijn, en dan kan ik zorgen, dat. er xoortaan gemakkelijker vragen in komen te staan. Dus dat spreken we af voor 't niomve jaar? Voel succes dan met .je oplossingen, xvees maar niet bang, dat ik genoeg "zal krijgen van jullie briefjes. Nog altijd geldt, ook in 1935: „Hoe meer, hoe liever!" Nu de uitslag van de wedstrijden van 8 December 1934. De xvedstrijd voor de grooteren bestond in liet maken van een opstel over „liet. Sint Nicolaasfeest". Van de opstellen die in kwamen waren het mooist: het opstel van Cornelia Holier te Nieuwe Tonge en van L. Beket te Sommeisdijk. C, Ilobor ontvangt een prijsje, L. Beket een eervolle vermel ding. Een mooie aanwinst voor mijn notitie boekje. Fijn hoor! Van de jongens was weer W. Kamminga nummer één. Dc oplossingen waren: Beste Neefjes en Nichtjes, Allereerst voor jullie allemaal mijn beste wenschen in liet, nieuwe jaar. 'k Hoop dat liet voor jullie allemaal een prettig' en goed jaar zal worden, met veel voorspoed cn blijdschap en naar xve graag zouden willen zoo min mogelijk teleurstelling en verdriet. En mochten die laatste toch ko men, dan wensch ik jullie veel moed en flinkheid toe, om allo moeilijkheden te overwinnen. Ook hoop ik van harte, dat het voor „Ons Hoekje" een goed cn voorspoedig jaar zal worden, met xeel deelnemers en deelneem sters, en met veel snuggere nichtjes en tientjes, die do raadsels goed kunnen op lossen, en die een vlugge pen hebben om aan Tante Tine te schrijven. .Wat dat laatste betreft, o.r is nog voor uitgang mogelijk gelukkig. Wc zijn er nog lang niet. O, wat denk juilie toch nog xvel nig om je onbekende Tante. En dat, ter- xx"ij 1 ik bijna brand van nieuwsgierigheid om eens te hooren, lioe jullie het maakt in de vacantie. Enfin, eert heel klein beetje kan ik het me hegrijpen; als je eenmaal vacantie hebt, en zoo heelemaal vrij bent, heb je eigen lijk nergens anders zin in dan in spelen en...... lekker luieren. En dan is 't nog wel leuk om Vrijdags avonds of Zaterdags „de Maas' 'aan moe der te vragen, cn ons jeugd-lioekje te lezen, 1. tak kat, 2. aar paar paard. 3. spiegel. 4. klem melk. 5. schaar (de vrouw knipt or mee de tuinman eveneens, maar dan met' de snoci-scliaar, terwijl de andere beteekenis is: menschenmenigte. (Denk b.v. aan een groote schare volk). Nu, jongens en meisjes, nu laat ik hier achter meteen maar de nieuwe raadsels volgen. Doe je host hoor, ik heb liet ook gedaan. Weet je xvaarvoor? Om eens pi a k k c 1 ij k c raadseis to krijgen, die jo 1:1 t nieuwe jaar mei een beetje moed al lemaal kunt vinden. Kijk maar eens, of mijn poging gelukt is! 1. Als je de volgende lettergrepen goed rangschikt, krijg je eenige boschdieren: e, ko, eek, gel, lioorn, nijn. 2. Verborgen jongensnamen: a. Gooi je pet er achteraan. sJaa^ ritselde niet de -waaier. c. Wij hebben Fransche les. d. Als dol fietste hij door do drukke stralen. c. Ja, nietwaar, dat was een gexvcldiae prestatie. fa 3. Welke bloemen .verwelken hot spoe digste?. 1 4. Ik ben niet in klein, maar wel in" groot, ik ben niet in blauw, maar wel in rood. Ik ben in <Je koe en in de os, In het dozijn en in liet gros. Wie ben ik? 5. Ik ben een ding. 't hangt aan da wand, Het slaat, en lieeft toch heel geen hand. Het hangt, en tevens moet het gaan, Maar.;.... 't komt niet van zijn plaats vandaan. Nu, aan de gang maar. Veel plezier! \orige keer had ik beloofd, dat de rest: van ons verhaal over Engeltjes Kerstfeest de volgende keer zou komen. Maar daar voor is ditmaal helaas geen plaats. Daar om stellen xve 't één keertje uit. Vind jul lie 't lieel erg? Ditmaal xvas er wat veel voor jullie Moeders, cn daarom staat er voor jullie xvat minder in. Maar je wilt toch xvel eens een keertje wat ruimte al- staan, hè? Volgende keer doen we 't eens anders om. Dan hel) ik ook geen uitslag hekend te maken en ook geen nieuwe raadsels te geven. Dan is alio ruimte voor ons verhaal. Dat spreken we dus meteen maar af. Dit werk mag ingezonden tot uiterlijk 18 Jan. 1935. Dus xveer 2 weken tijd. Over 14 dagen uitslag xaii 22 Dec. cn weer nieuw werk; volgende week enkel ons Kerstverhaal vet- der. Nog even een paar briefjes: L. Beket te Sommeisdijk. Welkom in onze familie hoor. Mag ik je voornaam ook nog weten? Wat had je fijn geschreven! Goed werk hoor! Doe je nu xoortaan trouxv mee? Mijn groeten terug aan jullie alle- maal. C. Rober te Nieuwe Tonge. Fijn gedaan, hoor! Je prijsje komt. Verwacht niet, dat hot xx eer zoo erg mooi is, hoor als de vorige keer. Dut kan niet altijd. Toch denk ik, dat je cr blij mee zult zijn. B. Pulleman te Numansdorp. Jo prijsje komt, hoor' Houd maar moed. Wegens de drukke feestdagen ko;. liet niet dadelijk worden verzonden. W. Kamminga. Wel, wel, hoe vind jij die raadsels toch allemaal zoo. Jammer dat je ze niet alle 5 goed had. Dan had je vast weer een prijs gehad. Maar toch was 't kranig hoor; in zulke leuke versjes je op lossingen te verstoppen is nog lang niet makkelijk. Houd maar vol. Groeien aan jullie allemaal thuis. Ziezoo, nichtjes cn neefjes, nu eindig ik Nogmaals: het beste voor jullie allemaal gewcnscht, ook voor Vader, Moeder, broer tjes en zusjes. Hoor ik gauxv weer eens xvat? De hartelijke groeten van jullie TANTE TINE.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1935 | | pagina 6