VOOR VROUW EN KIND KERSTMIS MAAS- EN SCHELDEBODE ZATERDAG 22 DECEMBER 1934 Erger dan dynamiet WAAROVER WIJ LAZEN Van hier en daar VOOR DE VROUW VOOR DE JEUGD MM- VOORDE ZONDAG ZONDE VOOR ONS GEMAAKT „Want dien, die geene zonde gekendi heeft, heeft 'Hij zonde voor ons ge maakt, opdat "wij zouden worden rechtvaardigheid Gods in Hem." 2 Coriflthe 5 21. Nog slechts enkele dagen en we vieren weer, zoo de Heere wil, het heerlijke Kerstfeest. Met heel de Christenheid van Oost tot West en van Noord tot Zuid richten we onze schreden naar Davids stad, naar Bethlehem; knielen we neder in stille aanbidding bij de kribbe in den stal der beesten voor het Kindeke, den geboren Koning, Die de Zaligmaker der wereld is. Leest en herleest die eerste zeven verzen van het overbekende tweede hoofdstuk van het Evangelie van Lucas, of neen, Ge behoeft ze niet te lezen. Ge herinnert ze U uit Uw prilste jeugd, hoe eenvoudig staat 't daar beschreven, wat toch eigenlijk van de allergrootste betee- kenis is. Maar men moet dan ook bij die luttele verzen niet blijven staan, maar ze beschouwen in het nauwste verband met wat er aan voorafgaat en wat er op volgt. Ja, in verband met heel de Schrift, zoo wel met het Oude als het Nieuwe Testa ment. En dan wordt 't anders. Dan blijkt, dat dat kind in de krib van dien stal der beesten is de Zoon van den eeuwigen God, de Zaligmaker, Die reeds in het Paradijs werd beloofd, op Wien de Va deren van den ouden dag hebben gehoopt en Die nu in de volheid des tijds in het vleesch is gekomen, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe. Beschouwt nu dat geboren kindeke in dat licht van de volheid der openbaring. Heel die openbaring is cr om dat kin deke en i n dat kindeke om Hem, Die geschapen heeft den hemel en de aarde, uit Wien, door Wien en tot Wien alle dingen zijn. Zóó alléén komt Ge tot de ware Kerstfeestviering in den weg van de alleen juiste Christusbeschouwing. O, het is weemoedig, omdat het zoo smartelijk zondig is, dat men zich zoo vaak een Jezus fantaseert, die niet beant woordt aan het beeld der Schriften en dus niet aan de Waarheid. Men bezinne zich dus wel op de Schriftuurlijke Waarheid, zal men op de xechte wijze Kerstmis vieren. Want, verstaat dit wel, niet alleen de Liefde Gods, die groote peillooze Liefde Gods schittert uit in dat Wonder- kindeke, waarvan kan gezegd dat he Woord vleesch is geworden, maar ooi Zijn heiligheid en onkreukbare Recht vaardigheid. Zal dat Kind, in doeken ge wonden en nederliggende in de kribbe waarlijk de Behouder zijn van het men- schefijk geslacht en de Redder der Wereld en de Zaligmaker van Zijn volk, dan moet het door den diepsten weg der vernedering van het eerste begin tot het uiterste einde. Daarom voor dat kind geen plaats in de herberg. Dat is het ont roerende merkteeken van den geboren Zaligmaker, het teeken van het lijden, het teeken van de vernedering, het teeken van den vloek, van de kribbe tot het kruis. En het is in dat licht, dat ook het woord van onzen tekst Hem plaatst; ..Want dien, die geene zonde gekend heeft, heeft Hij zonde voor ons gemaakt, opdat wij zouden worden rechtvaardig heid Gods in Hem." Zullen wij, zondige, diepschuldige men- schen, weer in de rechte verhouding tot God komen, weer in Zijn gunst en ge meenschap deelen, m.a.w. zullen we zalig worden, o, dan moet er zooveel gebeuren! Dan moet God de Heere zooveel doen. Dan moet de eeuwige Vader Zijnen eeniggeboren Zoon geven en dan moet die Zoon er in bewilligen. En waartoe geven? Tot het vereffenen van de schuld, die bij God door den mensch gemaakt is; tot het dragen van dé straf, die de mensch zich heeft waardig gemaakt; tot het le digen van den vollen beker van Gods toorn, die over de zonde is ontbrand Ontzaglijke taak voor dien Zoon om dat te volbrengen; ontzaglijk offer van den Vader, om daartoe Zijn geliefden Zoon over te geven; geweldig lijdenspro gram om dat af te werken. In Bethlehem vangt dat aan. De Zon- delooze wordt tot zonde gemaakt, de Heilige met onze schuld beladen: de vloek Gods doet reeds zijn werking. Zóó is het begin en zoo zal het voortgaan tot het bittere, bittere einde, van het teeken der kribbe tot het teeken des kruises, „want dien, die geene zonde gekend heeft, heeft Hij zonde voor ons gemaakt, opdat wij zouden worden rechtvaardigheid Gods in Hem." Knielt nu neder in dien stal der bees ten bij de kribbe en roept het uit voor menschen en engelen: „Heere, hoe groot hoe nameloos groot is Uw liefde, dat Gij dat voor mij hebt willen doen, opdat ik. geloovend in Uwen Naam, bevrijd worde van den vloek Gods, die op mij rust en weer deele in Uw Gunst en eenmaal in de Heerlijkheid opgenomen worde." Viert nu Kerstfeest in ootmoedig dankbaarheid, met den blik in Uzelf doch ook met het oog des geloofs gericht op Hem, Die zonde voor ons is gemaakt opdat wij zouden worden rechtvaardig heid Gods in Hem. Wat heerlijk om dat te gelooven en in dat geloof te aanbid den! Dat is zaligheid: dat is de ware Kerstvreugde. Soli Deo gloria, Gode alleen de eer. op ruimere schaal beschikbaar worden gesteld. tiet treffen van een regeling voor het leveren van goedkoops 'groenten, móet in een vergevorderd stadium van voor bereiding zijn. Verder werd in vervolg op een reeds eerder gedane toezegging, door do re- geering een bedrag van 2 milliöen gul den beschikbaar gesteld, als bijzondere «leun ten behoeve rain de wettklooze arbeiders. Ten deele zal dit bedrag die nen tot extra verhooging van don kerst bijslag aan de wevkl-oozen, die reeds enkele jaren gegeven wordt. liet overige deel dient tot vergroeiing van liet be drag, dat. liet. Nat. Crisis-Comité ter be schikking zal hebben vogi' dien z.g. B- steun. Dat zijn belangrijke maatregelen, die ©enigermate tot verlichting van den druk kunnen bijdragen. liet is jammer, dat de socialisten, te gen beter weten in, deze maatregelen op rekening van liun zgn. petitionnements actie probeenon te stellen. Dat schijnt, anen van dien kant niet anders te kunnen T. G. Lei-bbrandt schrijft in „Korenland" van Callenbach: Wij zijn liet volkomen eens niet alle revolutionairen, dat liet verkeerd gaat met, de wereld, dat er wat. kapot moet, dat er verbrijzeld, vernietigd moet wor den voor en aleer liet licht kan door breken hij de menschen en zij gelukkig kunnen worden. Wezenlijk is liet dan ook zoo, dat christenen erger revolutionnair zijn, dan anarchisten, nihilisten, commu nisten, bolsjewisten. Het verschil met de revolutionnairen loopt dan ook niet over het al of niet noodzakelijke van revolutie en verbreking maar over de vragen, waar of de revolu tie moet worden voltrokken en wat of er moet worden verbroken. Kr is nog een verschil: De revolution nairen beschikken als uiterste middel om de door hen bedoelde revolutie te be reiken en te handhaven, over dynamiet en terreur. De christenen zijn de getuigen van de Boodschap van God. Het Evaji- gelie. Wij lezen in liet Ghr. Vrouwenblad „In en oim oais Huis": K x t r a-s teu n. Groot, is de noocl in vele gezinnen, als gevolg van soms ja ren lange w erkloosh e i d. Een sprekend bewijs is daarvoor wel de sterk gedaalde koopkracht. Voor vernieuwing of aanschaffing van klce- di'iig, boddegocd of meubilair ontbreken vaak de middelen, omdat alles voor directe levensbehoeften moet wondlen uit gegeven. l)e regeering toont duidelijk te besef fen, dat extra-steun hier cn dear gebo den is. Zij doet in dit opzicht wat zij (mogelijk en, met het oog op 's lands financiën, verantwoord acht. Enkele maatregelen van den laaisten tijd zijn daarvoor weer een bewijs. Zoo besloot de 'regeering o.a. den prijs voor liet vleesch in blik te verlagen van 35 cent op 25 cent per kilogram. Tevens zal dit vleesch tegen dezen logeren prijs De aanbidding der Wijzen uit het Oosten. Naar de schilderij van P. P. Tlubens. 4- Nu heerscht er onder revolutionaii'-ge- zinden niet alleen, maai' ook in christe lijke kringen, meestal misvatting over he.t gewelddadig karakter van liet Evan gelie. Waarachtig! liet Evangelie is in zijn werking erger dan dynamiet. Als het Evangelie iemand treft, dan is de uitwer king radicaler, dan die van welk bekend of nog te kennen explosiemiddel ook. Het treft de mensch in liet hart van zijn persoonlijkheid. Dit is niet verwonderlijk voor een ieder die de werkelijkheid heeft leeron kennen. Immers de persoonlijke aanra king met hem, die alle „kracht en stof' hooit gemaakt, kan niet anders dan machtiger in werking zijn, dan die van alle aan te wenden aardsclie machts middelen. Toch leeft er bij een hoop menschen; d" indruk, alsof het bij de evangeliepre diking gaat over een zachtaardige zoet- saupighéid, die in een kapitalistische wereld dienst kan doen om de massa van liet volk in een toestand van ver- dooving te houden of te brengen. De oorzaak ligt voor een niet gering deel in liet onzuiver getuigenis, van christelijke zijde aangaande Jezus Christus en zijn Evangelie. Het begint al met het voeden van de uit de middeleeuwen tot op onze tijd be staande voorstelling aangaando Jezus van Nazareth. Een tengere', magere, zwak gespierde figuur met dweoperige oogen en lange haren. Dat is niet do Jezus uit de evangelieën. Dé timmerman uit Naza reth was een door en door gezonde, krachtige figuur, die. toen liij veertig da gen had gevast, niet eerst naar het zie kenhuis moést voor herstel van zijn ge zondheid, maar meteen aanving met zijn prediking in opdracht van zijn Vader. 1,1 ij sprak geen lieve woordjes. De liefde Gods is téer en hard tegelijk. Het vlcoscligewor den Woord vergeleek zichzelf zelfs met een steen, waarop een ieder, tlio er zich aan stoot, te pletter loopt eii waardoor een ierier, die er door wordt getroffen, wordt vermorzeld. Bevreesd vluchtten dé wisse laars en de kooplui uit de tempel, toen Jezus ze er met da zweep uitjoeg. Ach we spreken zoo graag van Jezus, zooals hij past hij liet ideaal, dat we ons zelf hebben gesteld. Dacht ge, dat het indruk zou hebben gemaakt, wanneer een zwakke stumper zou hebben gepredikt: Hebt uw vijanden lief. Zoo iemand u op de rechterwang slaat, keer hem ook de linker toe. Zoo iemand u de rok neemt, laat hem ook de mantel. Neen. Maar het is gezegd dooi' een man.. Wie Mij volgen wil, die verloochene zichzelf en neme zijn kruis op". Dat gaat over de meest radicale revo lutie die er niaar denkbaar is. De meest radicale verbreking, die er bestaat. Dat is niet een revolutie van staat, en maatschappij. Dat is niet liet geweldda dig vernielen van menschelijke lichamen. Zelfverloochening, dat is kapot gaan van je persoon. Dat is erger dan doodge schoten worden. Dat gebeurt, door een bui- tengewoon dynamiet. Dat gebeurt door het Evangelie, dooi' GOD gesproken. Dan wordt eT een nieuwe mensch geboren. I)ie mensch mag zeggen Christus is mijn Heer. Christus leeft in mij. Die mensch heeft in Christus de wereld overwonnen. Makkere! Van dat dynamiet moeten wij getuigen in deze verwarde wereld. Want eerst op de puinhoopen door dat dynamiet geslagen, bloeit liet geluk der menschen: de Vrede met GOD. WAT MOETEN WE ETEN? Bij deze vraag zullen waarschijnlijk velen denken aan de talrijke, met elkaar in strijd zijnde opvattingen hieromtrent. „Iloe zoudien wij in dit doolhof de waarheid kunnen ontdekken? We zullen maar liever blijven eten vat we gewoon zijn. Het smaakt ons best, en noch onze oudere, noch wij, hebben er nadeel vuil ondervonden!" En werkelijk, menschen, die op een een zijdige wijze ingelicht zijn omtrent het voedingsprobleem, die opgewarmd zijn door hartstochtelijke aanhangers van bepaalde bewegingen op voedingsgebied, kunnen- we het niet euvel duiden, indien ze er zoo over denken. Bovendien valt liet ons moeilijk, om gewoonten af te wennen, die ons dier baar zijn geworden, doordat ze veie ge slachten lang gehandhaafd zijn. Ook liier merken, we os, hoe graag we in éénzelfde gewoonte-gang dóórgaan, wanneer er niet een zeer ingrijpende invloed op ons uitge oefend wordti Menigmaal waarschuwt, een ziekte ons, dat wij ons op den ve.rkeerden weg bevin den, en we mogen ons ai gelukkig prijzen, wanneer de oorzaak wordt begrepen, en d'oor juist gekozen voeding liet evenwicht wordt hersteld. Veel vaker gebeurt liet echter, dat liet verband tusschen voeding en ziekte niet wordt ingezien, omdat tus- eoben oorzaak en gevuigen dikwijls een lange tijd verstrijkt. Bij stoornissen, die liet gevolg zijn van verkeerde voeding, lweft men niet te doen met een direct waarneem bare grove fout, doch met de som van een groot aantal kleine feilen, die heimelijk, in alle stilte, onoverzichtelijk en heel ge leidelijk hun verwoestend werk verrichten. Daarbij komt, dat de r-ad-eejen van ver keerde voeding niet beperkt blijven tot de spijsverteringeoitgancn, doch dat zij tevens organen aantasten, die met de verwerking der voeding niets uitstaande hebben. Ken goed inzicht in dit vraagstuk heeft ons de beri-beri verschaft. Dit is een ziekte inheamsch bij Indische en Aziatische vol ken, die zicli hoofdzakelijk met geraffineer de rijst voeden, en de ziekte ontstaat door vitamine-gebrek. Ze gaat gepaard met al- gem-eeno verzwakking en zenuwstoringen, cn kan de dood veroorzaken. Nu is deze beri-beri weliswaar geen ziek te, die bij ons regelmatig voorkomt, maar dut neemt niet weg, dat ook bij ons dikwijls iets niet in orde is. Onze zgn. „gemengde kost" is weliswaar voelzijdiger dan de een zijdige voeding der rijsteten.de volken, maar daardoor zijn ook de fouten talrijker en veel-zijdiger geworden. Het ontstaan van beri-beri is trouwens niet een gevolg van gebrek aan veelzijdig heid, doch slechts van liet ontbreken van liet zilvervliesje bij de rijstkorrels. I-Iet toenemen van stofwisselingsziekten, hartkwalen, afwijkingen in de functie der klieren en kanker als een zeer bepaalde ziekte der bescha-ving, loont na de de er varingen met beri-beri duidelijk aan, dat een verband met de voeding moet bestaan, ook. al is heb ziektebeeld bij ons dikwijls duisterder en vager als gevolg van hot groote aantal oorzaken en nadeeiige ge volgen. Door allerlei technische middelen, die in onze moderne maatschappij telkens op ver schillende voedingsstoffen toegepast wor den, ontneemt men aan de van nature dik wijls zeer nuttige en voedselrijke levens middelen hun beste bestaauldeelcn. Vroeger ging men bij het bereiden van levensmiddelen veel primitiever cn eenvou diger te werk dan tegenwoordig. De groote styl-en van nu vragen massa-productie van allerlei voedingsstoffen, en om ze van de fabrieken te kunnen verzenden, dikwijls naar ver weg gelegen plaatsen, moet men ze, veel, meer dan ypor onmiddellijk ge bruik noodig zou zijn, verduurzamen. Bo vendien ondergaan sommige levensmidde 1-en in verband met de vraag van liet con- sumeerend publiek nog allerlei bewerkin gen, die de voedingswaarde geringer ma ken. Zoó komt het, dat de machinale maalde rijen in plaats van „volkoren" wit meel af leveren, waaraan belangrijke voedings stoffen ontbreken. Teneinde dit meel zoo wit mogelijk 1e maken, is liet bovendien met behulp van chloor nog uitgebleekt, m°t het gevolg, dat alle vitaminen zijn vernietigd. Wj-tte suiker bevat lang niet zooveel waardevolle voedingsbestanddeelen «is brui-ne. Fruit en groenten in blik worden met zwavel bewerkt, en met saccharine, zuren en kunstmatige aroma's behandeld, ten einde ze te verduurzamen en er friscli te laten uitzien. Groenten en fruit worden in te sterk be meste bodem tot ongezonde wasdom ge prikkeld. Van een vrije, door ons zelf bepaalds levensmiddelenkeuze is dos geen sprake, Ongetwijfeld hebben onze voorouders an dere geleefjl. Het is een groote fout om Ie spreken over een „ven ouds beproefde" leefwijze, aangezien we bij onze voeding gebukt gaan onder de nadeel-en van „do vooruitgang" van onze beschaving. Op welke wijze moeten we nu trachten deze nadealen op te heffen? Wij wéten, dat we bepaalde stoffen ab soluiit noodig hebben, zal ons lichaam in ge-zonde toestand blijven vsrkeeren. Zoo b.v. de vitaminen. Wat we hieronder precies hebben te ver staan, is nog lang niet bekend. Wél weten we, dat deze veelbesproken vitaminen uit sluitend door het z o n 1 i «ril t in do plan ten woi'dt. gevormd. En óók, dat bij ver hooging van temperatuur tip vitaminen spoedig uit tic plantaardige voedingsmid delen verdwijnen, Langen tijd opgeslagen liggen cn uitdrogen oefent ervcneon-s op sommige vitamine-soorten een nadee-lige invloed uit. Hoe korter oe weg is tusschen liet voedsel, zooals liet onder iiivlrp^ van liet zonlicht is, cn ons, des te heter én vol waardiger is onze voeding. Hieruit kunnen we heel gemakkelijk af leiden, dat we on-ze (evensmid-ofcLen zoo min mogelijk moeten bewerken, en dat we een deel er van, met naine groente en fruit, bij voorkeur rauw moeten nuttigen. Alleen voor één gevaar hebben we ons ie wachten. Nooit mogen we plotseling, zond-er geleide lijke overgang, onze gewone voedingswijze veranderen in rauwkostvoedin-g. In dit ge val is het middel enger ri-an de kwaal. Wie veranderen wil, doe liet heel galedd-eiiijk, daar andere onze spijsverteringsorganen, die nu eenmaal op de gewone voedings wijze ingesteld zijn. zich niet snel genoeg aanpassen, en dit zou erpetiige gevolgen kunnen hebben. Verschillende geleerden hebben op «lil gebied onderzoekingen verricht. Eén van resultaten daarvan is onder meer, dat som migen meenen, dat door dagelijks aan de spijzen rauwe kost, speciaal ook ui-en, toe te voegen, tal van ziekten vermed-en of g3- nezen zouden kunnen worden, en dat waar schijnlijk ook kanker zich minder vaak zou gaan voordoen. Een andere groep van zeer noodzakelijke stoffen voor ons lichaam zijn de zooge naamde minerale stoffen. Ook hiervan wist men tot voor korten tijd zoo goed ais niets, tegenwoordig echter is er moer over bekend, nadat men tientallen jaren ge bruikt Heelt, om proeven te nepten met betrekking tot deze stoffen. Ze zijn te vei'deelen in twee groepen: basen en zuren. W-at hieronder precies versitaan moet worden, kunnen we hier nist behandelen; dit ligt op scheikundig terrein. Alleen dit dien-en we te weten: wanneer een base met een zuur vereenigd wordt, ont slaat een zout (er zijn heel vee) verschillen de soorten zout, ons gewone keukenzout i.s maar één van de vele). En nu wil ons lichaam alijd de in het voedsel toegevoerde basen met de op ge lijke wijze aangevoerde zuren vereenigen. Wat gebeurt nu, als ons voedsel eenzijdig is? Dan worden óf te veel zuren (b.v. ir, vleescih, kaas, 'eieren, algekookte groente) óf te veel basen (b.v. in aardappelen) aan liet lichaam toegevoegd. Is er een te vaei aan zuren, dan zijn cr niet genoeg basen aanwezig om met de zuren zouten te vor men, en ons lichaam krijgt een overvloed van zuren. Deze kunnen zeer nadeelig zijn voor de gezondheid, zoo b.v. urinezuur, dut de oorzaak is van tal van ziekten. In zoon geval Heeft net lichaam bijzonder behoefte aan prikkelende stoffen, b.v. zout, krach tige specerijen, veel koffie, terwijl deze juist heel schadelijk zijn voor hart, zenu wen, bloedsomloop cn nieren. Nog nooit bv zijn ziekten geconstateerd als gcvo-l-g van liet nuttigen van te weinig zout; Hij doel matige, goedgekozen voeding, verschaffen we ons lichaam zout genoeg ook zonder dat wc keukenzout toevoegen. Wél echter zijn dikwijls de schadelijke gevolgen ge bleken van het gebruik ian te véél keuken zout. Nuttigt men rauwe kost, dan went men zicli liet zouten uit gewoonte van-zei! af, daar deze kost rijk genoeg is aan zout, en een voldoend aroma bezit. In dlit .verband moeten we nog wijzen op cle groote betee-kenis van de aardappelen als voedingsmiddel, Als tegenwicht togen groenten, vooral juist de afgekookte groenten (stoven is beter, als liet mogelijk is!) en tegen ge kookt of gebraden vleesch, en tegen groen ten en jus, die gebonden zijn met meel (all; meelsoorten, behalve aardappel-meel, beval ten veel zuren!) bevat de aardappel juist heel veel basen. Bovendien veel eiwit en vitaminen, en wel juist soorten, die zelfs tegen koken bestand zijn. Dit maakt, mét. de lich-tverteerbaarttieicl van de aardappel, item tot een voedingsmiddel van onschat bare waarde. Door hot ruimschoots nutti gen van aaitoappelen blijven onze gezond heid en energie behouden en kunnen tal van fouten ip de voiding worden opgehe ven. We moeieft dus nooit meen-en, dat d- aardappel, wegens zijn algemeenheid en betrekkelijk geringe duurte, -een mindere voedingswaarde b*aft. Tenslotte dit. We moeten ook, ja: juist op d-it gebied waken voor uitersten. Som m-ige menschen willen hun gc-kren-kte go zoihlheid uitsluitend genezen zien door ge neesmiddelen va® -dcn> -arts? Dpr-fnwr- diings-vvijze te letten achten ze onmoodig en overbodig, 't Spreekt vanzelf dat dit eland- punt geheel onjuist is. Maar even verkeerd is de an-d-ede hou ding, n.l. die van menschen, die'zich met niets andere bezig houden dan met liet probleem van hun gezondheid en de daar mee verband houdende voedingswijze. Zij zijn er voortdurend op uit, iets te doen, wat gezond is: vitaminen eten, zorgen voor doelmatige veelzijdige voedin», v-oor veel lichaamsbeweging, veel inwer king van de zon op huil lichaa-m, enz., cn/.. Bij zulke personen ontaardt alle goeds in overdrijving en dwaasheid, tot. een kwelling voor luii) omgeving. Het voed-in-gevraagstuk mag niet tot levensdoel worden, niet in fanatisme ontaarden. Niet. op r e g el s, die slaafs moeten wor den opgevolgd, berust het groote wonder van liet leven, dat eindeloos veelzijdig is. Niet elke maaltijd moet beslist aan alle vereieehten voldoen; e.r een enkele keer eens van afwijken, hindert niets, otmdat een gezond lichaam hiervan geen schade ondervindt. De fouten, die verderfelijk zijn zijn de kleine, uit gewoonte en onna-den- kencllieid begane fouten! BESTE NICHTJES EN NEEFJES Zoo, allemaal al in vacantie-stemming? Bij de nieesten van jullie begint de vacanlio zekker juist vandaag, hè? Vanmiddag al een beetje vroeger uit school. Eerst nog eens fijn wat Kerstversjes gezongen cn toen: „Leve de vacantie!" En 't is van 't jaar ge loof ik nogal een lange vacantie ook, is 't niel? Nou, dat tref jullie weer fijn! Enfin, na gedane arbeid is liet goed rusten en als je weer vier maanden flink je best gedaan hebt, verdien je heusch wel eens weci' een paar vrije dagen. Daarom: allemaal veel plezier hoor! 'k Hoop, dat het voor iedcl' oen èclite prettige vacantie zal worden, met een heerlijk Kerstfeest! Als 't jullie net gaat ais mij, begin jc steeds meer naar die dagen te verlangen! Maar, da's waar ook. 'k Moet nog even „zaken doen". Jullie weet nog niet do op lossingen van die lange raadsels uit de kramt van I December. Die zal ik jo eerst maar eens gauw vertellen. Het zijn: 1 Spoortrein. 2 Verver 3 liegen Neger A kurk - kruk Kom-konmier. Zie je wel? 't Lijkt altijd zoo makkelijk hè, als je eenmaal de oplossingen ziet.. Ja, alles is maar een weet, maar óm liet te wetendat' is dikwijls nog zoo een voudig niet. Maar: de moed niet lalen zak ken hoor. 't Komt best in orde. Telkens wat beter, telkens wat meeren daar zie je opeens de een of andere Zaterdag je naam in ons hoekje prijken met do bijvoeging, dat je do prijs, of een eervolle vermelding hebt. En denk nu maar niet: ik geef niets om zoo'n eervolle vermelding. Want, zie jc, ik onthoud altijd precies, wie die onderschei ding krijgen. Al die dingen schrijf ik op in een notietie-boekje, waarop met groote let ters staat te pronken '„Ons Hoekje". Nu je ent allemaal wel, wat dit wil zeggen! In dat hoekje is heel wat te vinden. Allereerst de namen cn adressen,,van mijn heele fa milie, van allo Neefjes" en Nichtjes dus. Eigen 1 ijle móest het. andersom he? Maar mijn neefjes zitten op 't oogenblikken steeds veel meer vooraan in mijn gedachten dan de nichtjes. Zou dat soms komen doordat ik van de eersten zooveel meer goede oplossin gen krijg? Kom, Nichtjes, jullie namen staan alle maal genoleerd, maar waar blijf jullie? Zoo druk met andere dingen? Ja, misschien met Moeder helpen. Dat kan ik me best begrij pen. Daar moet alles voor opzij gaan. Ook briefjes en oplossingen van raadsels van Tante Tine. Maar, schiet er nu heusch nooit eens een oogeiiblikje over? En als je de raadsels niet good weet (daarom kun je toch nog wel opschrijven wat je er van denkt: afdoende leert men!), schrijf dan eens zóó weer een gezellige brief. Ik begin wer kelijk te denken van enkelen van jullie, dat je ziek bent! Dat is locli hoop ik niet waar? Dal zou me heel erg spijten in elk geval. Vooral in de Kerstvacantic ziek zijn is geen pretje. Maar, kom, zulke sombere vermoe dens lioef ik tocli zeker in geen geval van jullie allemaal te koesteren, is het wel? Laat nic maar eens gauw weer wat iioo- ren. 'k Hoop, dat je nie allemaal vertellen Huilt, dat je in beste gezondheid verkeert. Ziezoo, dat was even een uitstapje. Mijn pen maakt, op sommige punten wel eens zoo maar onverwachts een omweggetje met liet gevolg, dat er in mijn brief opeens iets komt te staan, wat ik eigenlijk heelemaal niet van plan was te zetten. Hoe kwam ik er ook weer bij O, ja, vanwege de volgorde: neefjes cn nichtjes. Nu, je weet nu de roden. Wees anders maar niet beleedigd lioor, meisjes, voortaan zal ik jullie weer netjes voor laten gaan. Als ik me nu aan die ai- spraak houd, houd jullie je dan aan die an dere? Dan zijn we allemaal in onze nopjes! Dus jullie namen en adressen slaan in dat boekje. Daar ging liet eigenlijk over. Bovgn- dien: de leeftijd en liet aantal keerendat je meegedaan hebt, 't zij door een briefje m,t of door een briefje zónder oplossingen. Verder noteer ik, hoe je oplossingen ge weest zijn, wanneer je, indien dit voorge komen is, een prijs hebt gehad en óók en daar heb jc nu, wat ik vertellen wou óf en wanneer jc een eervolle vermelding hebt gehad, 't Spreekt vanzelf, dat degenen, tlie één of meermalen deze onderscheiding ontvingen, eerder voor een prijs in aanmer king komen dan anderen. Dal begrijp je na tuurlijk allemaal wel. En óók, dat. degenen, die geregeld mee doen gauwer een prijs krijgen, dan wie maar eens „een blauwe Maandag" in ons hoekje komt kijken. (Je weet toch, wat dat beteekent, hè? Anders vraag jc 't maar eens aan Vader of Moedei', die weten 't vast cn zeker allebei wel!) Dat boekje is dus een belangrijk ding. 't Is een soort, van verklikker, die me alles, wat ik van jullie weten wil, vertelt. En daarom: zorg, dat ik er veel goeds in kan zetten van je. Wat er eenmaal in staat, blijft, en 't is van groot belang. En wal er nu wel in staat van deze wed strijd? Wel, kijk maar. Twee dingen. Ten eerste, dat de prijs ten deel viel aan: Bram Pulleman te Numansdorp, cn ton tweede 'n eervolle vermelding aan den jongeheer W. Kamminga '(is 't nu goed, W.?). Fijn werk, hoor! Ga zoo maar door. Een paai' echte trouwe raadselneven. Laten nu de anderen maar niet teleurge steld worden. Ook jullie beurt komt wel. Geduld maar. Dat deze twee jongens het brute zerk leve beteekent '--"sch nog niet, dra liet werk der anderen n'-'s waard was. Alleen: er kan nu eenmaal maar één allerbeste en één „daaropvolgende-bestc" zijn. Nog eens: dc aanhouder wint! Ook nieuwe nichtjes en neefjeé hdttèlijlï welkom! Die hoeven zich niet af te laten schrikken hoor, door die mededeeling, dat alleen trouwe mededingers prijsjes krijgen, 'k Begrijp heel goed, dat één keer nu een maal de eel-ste moet wezen, en bedenk goed, dat je daarom tóch nog nooit kunt weten, hoe raar een prijsje soms kan rollen. Ook houd ik er rekening mee, dat trouw mee doen niet voor iedereen even gemakkelijk is. Uit jullie briefjes kan ik daaromtrent dik wijls wel het een en ander opmaken. Je ziet dus, voor nichtjes en neefjes met een goede wil en flink wat moed, staat liet er heusch nog zoo slecht niet voor! Nu, jongens en meisjes, da-t was een Ian-g praatje van de week. 't Is maar 't beste, dat we precies alles van eikaar weten, vind jullie ook niet? Maar nu houd ik toch op, hoor! Nu breng jullie mij maar weer eens precies van allerlei op de hoogte. Afgespro ken Nu 't nieuwe werk, Inzendingen schrik nietliet volgend jaar pas. Namelijk inzendingen tot uiterlijk Vrijdag 4 Januari 1935! Tijd genoeg hè? Vooruit dan maar! 1. Van welk woord van vijf letters blijft slechts een over, als men de beide eerste er af neemt? 2. Amsterdam begint, met. een A en ein digt met een E. Hoe kan dat? 3. Ik ben een veldgewas. Draai me om, en wij zijn met ons beiden. A. Met M. ben ik een slad in Drente. Met gr. bon ik een smalle sloot tusschen weilan den. 5. Een man ging de stad in. Bij de pgort ontmoette hij zeven mannen, drie vrouwen, tien kinderen, die één paard, vier varkens en twintig schapen hij zich hadden. Hoeveel voeten J'.ngen er de stad in? Nu, beproef je krachten maar weer eens. Denk er in de vacantie maar goed over, dan krijg ik vast weer een stapel brieven met goede oplossingen! Nu nog een paar briefjes. Veel ruimte is er niet meer. Bijna is onze ruimte al weer vol. Dus maar een beetje kort ditmaal. B. P. te Numansdorp. Je prijs zal toege zonden worden, hoor. 'k Hoop voor jou, dat er ijs zal zijn in de Kerstvacantie. Maar ik vrees, dat er op 't oogenblik óók heel veel menschen zijn, die juist het tegengestelde hopen. Begrijp je, wie ik bedoel en waarom? Denk er maar eens over. Dag, hoor! W. K. te IJmuiden. Al weer fijn werk. 'k Ben blij, dat je me alles geschreven he-bt, Watse. Grool gelijk hoor. Jammer, dat ik liet niet eerder geweten lieb! Toch geloof ik, dat je het boek wel mooi znlt gaan vin den, vooral als je wat grooter wordt. En dan heb je .er toch eigenlijk des te meer aan, hè? Schrijf me maar eens, of je 't met me eens bent. Prettige vacantie, hoor! En 'k hoop, dat je niet weer ziek zult worden. Ziezoo, nu maar gauw oen punt er achter. Anders vinden de menschen ons misschien nog begeerig, dat we zoo'n groote hap van het Zondagsblad opslokken! Daarom eindig ik met. alle beste wenschen voor jullie Kerstvacantie, veel plezier de laatste dagen van dit jaar en de hartelijke groeten van jullie TANTE TINE d Maar I openbaai de kost el iiooger dl Dat. is I Daartol Gr. v. p| a 4J/2 pi f 1100 al verdeeldl per leeil kosten 1 Men J ning ze! lende fa voor al openbar! Ook cl van geil enz., nel school. I Wij I als mem Gemeen! bracht, I niet zo! Wan tl wijs inl Met I spraak I

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1934 | | pagina 6