1934
J h „Week-end"
I" en „Keet"
1 Noordje"
ink
I h:
MAAS EN SCHELDEBODE
Gemeenteraad van Ooltgensplaat
ZATERDAG 1 SEPTEMBER 1954
IGEN
ZWOELE AVOND
EEN GEBROKEN HART
\-NYMPHEN.
tngers
Jen rust
iduinen
zeekust.
Iive huisjes
i nieten:
jicht!
imen
tijd
serie
heid.
Iink" en „Koe-
\stemd [koek"
ie Valk" hier
\id?
en „de Zee-
zee [meeuw"
ker
ïardé"
I ilverdistcl"
\ct
I evanck"
yeeu weg mee -
wijs -
en Pallast"
Ivintig
T t strand
I dens
HAKATE.
nertijd, ia hotel
aan de Z.zijde
bis, plaatselijk ge-
van mej. W. M.
['AN BUUREN.
In den heer J. O
7 jaren ingaati-
Goedereede, in
den Roggedijk,
1115. groot 1.28.90
kns in pacht bij
Jder Ouddorp in
Spuidijk, nabij
|ctie C nrs. 173,
A. of 4 G 159V3
van Erkelens-
ligaaf van huur-
Irnsch Gemet en
of op Zaterdag
den berg.
jizet in het Loge-
|n n Dinsdag 11
Logement Kaas
des namidd. 4
r van Mejuffr-
ptellendam van:
I op en het
1950 aan een
J, aan de Molen-
J 1179, groot 4 A-
■vember 1934 en
lendam in kavel
l, aan den Lange
1S94 en 1956,
I., te aanvaarden
N den berg,
II
ii. De oefe»
Dinsdagmiddag om vier uur kwam de raad
dezer gemeente in vergadering bijoen onder
voorzit terschap van burgemeester Donker
sloot.
Er hangt een droevige stemming in de
raadzaal en menige blik gaat naar de lcdigo
plaats van het plotseling overleden raadslid,
den heer L. A. Hobbel.
De VOORZITTER gaat voor in gebed,
waarna de raadsleden kennisnemen van 't
schrijven van Mevrouw J. HobbelKoert,
waarin zij modedeeling doet van het over
lijden van haar man. Staande luisteren de
raadsleden toe en diep onder den indruk
luisteren zij toe, wanneer de burgemeester
naar aanleiding van dit bericht zegt, dat
wij allen diep ontroerd zijn, thans woorden
tot zijn nagedachtenis te moeten spreken.
De heer Hobbel deed 11 jaren geleden zijn
intrede in den raad. Dit geschiedde op zeer
bijzondere wijze omdat hij niet afgevaar
digd werd namens een politieke organisatie
Hij was een man, die een zeer bijzondere
plaats innam in onze gemeente. Hij was
geen man van het woord, toch was hij een
man van veel invloed. Zijn tijd en gaven
stelde hij in dienst van het algemeen be
lang. Dikwijls hebben wij met hem verschild
van meening en toch werden er sterke
vriendschapsbanden tusschen hem en ons
gelegd. Ik mag wel zeggen dat niemand
uwer hem een kwaad hart toedroeg. Al
waren we het niet altijd met hem eenB, nim
mer twijfelden we aan zijn oprechtheid.
Niet alleen in den gemeenteraad maar ook
daarbuiten was hij een zeer geziene per
soonlijkheid.
Ontroerend fs het (spr. richtte zich ont
roerd naar de ledige plaats van den heer
Hobbel) thans te weten, dat deze plaats,
die een maand geleden nog door den heer
Hobbel werd ingenomen, nimmermeer door
hem zal bezet worden. Ook hierbii wordt
ons weer in gedachte gebracht het oude
woord: De mensch wikt, God beschikt.
Nog vele dingen had de heer Hobbol zich
in het belang van de gemeente voorgeno
men te doen. Het heeft alzoo niet mogen
zijn. Aandachtig staan wij stil bij zijn her
innering. Spr. stelde voor om namens den
Raad aan de weduwe een brief van rouw
beklag te zenden bij het overlijden van
zulk eon.
Wethouder JACOBS deelt mede, dat de
Raad zich gaarne hierbij aansluit.
De SECRETARIS leest vervolgens de no
tulen van de vorige vergadering, welke na
enkele aanmerkingen van de heeren van
Nieuwenhuizen en Hokke worden goedge
keurd.
De VOORZITTER deelt den heer van
Nieuwenhuizen mede, dat aangaande de
kwestie ol de gemeente-opzichter verkeerde
handelingen heeft gedaan, een uitvoerig
rapport zal verschijnen.
Spr. deelt vervolgens mede, dat hij in de
vorige vergadering een fout heeft gemaakt
met het opgeven van de percentages voor
de provincie Zuid-Holland en Noordbrabant
in de stichtingsbijdragen voor het veer Flak
keeNoordbrabant. Spr. heeft gezegd, dat
Noordbrabant 25 pet. en Zuid-Holland 25
pet. zullen bijdragen. Dit is onjuist, Noord-
Brabant zal 15 pet. en Zuid-Holland 35 pet.
bijdragen.
Aan de orde zijn de ingekomen stukken.
Ingekomen is van Ged. Staton do veror
dening betreffende de benoembaarheid en
de bezoldiging van de veldwachters van de
gemeente Ooltgensplaat.
Ingekomen is van het Prow. Bestuur
bericht, dat de beslissing inzake de goed
keuring van het raadsbesluit tot wijziging
van deSjafuten van de stichting Drinkwa
terleiding Goèree en Overflakkce is ver
daagd.
Ingekomen is bericht, dat ingovolge art.
7, le lid van de warenwet 8 Juni 1933 de
bijdrage in den keuringsdienst voor waren
voor deze gemeente over 1934 iS vastgesteld
op f 357.16.
Ingekomen is van de gasfabriek Oost-
flakkee een rekening betreffende de ver
nieuwingen en uitbreiding van het buizen
net over de maanden Maart en April 1934,
groot f 207.02. De Ruiter heeft de rekening
nagezien en in orde bevonden.
Ingekomen is een schrijven van het Mi
nisterie van onderwijs, kunsten en weten
schappen, waarin medegedeeld wordt, dat
het R-K. Parochiaal Kerkbestuur voor zijn
school in 1933 terecht rijksver^oeding heeft
ontvangen. Deze school heeft aan de eischen
voldaan en heeft recht op een rijksvergoe
ding voor het onderwijzend personeel van
f 12 305 61. Zij heeft een voorschot ontvan
gen van f 12,100, zoodat f 94.39 teveel ont
vangen is. Hetgeen over 1934 ingehouden
moet worden.
Ingekomen is een schrijven van het Minis
terie van Onderwijs, kunsten en wetenschap
pen, dat ingevolge de Middelbaar Ondor-
wijswet de gemeente voor de Rijks H.B.S
over 1933 een bijdrage van f 1310.60 heeft
gedaan. De slotberekening over de vergoe
ding van de gemeente over 1932 heeft uit
gewezen, dat deze bijdrage f 161.24 minder
moet zijn. Over 1933 bedraagt de bijdrage
dus maar f 1149.36.
Ingekomen is van den keuringsdienst
voor waren, district Dordrecht het rapport
over het tweede kwartaal 1934. In deze ge
meente zijn twee partijen afgekeurd. Èr zijn
geen processen-verbaal geweest.
Al deze stukken worden voor kennisgeving
aangenomen.
De VOORZITTER deelt vervolgens mede,
dat in de vorige vergadering behandeld is
het adres vau den Bond van Koffiehuis-
houders, Restauranthouders en Slijters oiu
verlaging van de Personeele Belasting voer
de café's. Toon is beloofd dit adres tc bc
bandelen bij de begrooting. B. en W. stol
len echter voor liet, adres thans te hehande
len aangezien de verordening voor de per
soneele belasting bij de behandeling van de
begrooting, welke in September plaats zal
vinden, niet meer veranderd ma" worden.
B. en W. stellon voor afwiizend op dit ver
zoek te beschikken, aangezien ton eersto
een café nog altijd rendabel is, ten tweede
gaat het niet aan de eene groep to ontlasten
en de ander te belasten, want als we de
Personeele belasting voor de cafés gaan
verlagen moet het percentage voor de an
derc groepen verhoogd worden.
Het voorstel van B. en W. wordt met al-
genteene stemmen aangenomen.
Ingekomen is een verzoek van L. Paassen
om verlaging van huur, aangezien hij ten
gevolge van de liquidatie van do fa. Breur
en zn. werkloos is geworden. De huur van
f 3.50 kan hij thans niet meer betalen.
De VOORZITTER wijst er op, dat verla
ging van huur door den Minister goedge
vonden moet worden. De Minister heeft
meegedeeld, dat hij met ingang van 1 Jan.
1935 da annuiteiten zal verlagen, waardoor
de huren ook verlaagd zouden kunnen wor
den. Deze verlaging zal echter heel gering
zijn. Stel dat ze f 4 zal bedragen. Een der
gelijke verlaging moet dan verdeeld wor
den over 56 woningen. Daarom zal een
andere oplosing gevonden moeten worden.
De heer Paassen moet dan maar een goed-
kooper huis opzoeken. B. en VV. stellen voor
deze zaak met adressant te bespreken pn
een bevredigende oplossing te zoeken.
Ingekomen is een verzoek van de heeren
Paassen, Reener en H. J. Visch, typografen,
resp. 30, 25 en 20 jaren in dienst geweest bij
de firma Breur, om verlaging van school
geld ingevolge het verkregen ontslag.
De VOORZITTER wijst erop, dat deze
menschon verlaging van inkomstenbelas
ting moeten zien te krijgen. Daarvoor zijn
ze echter te laat, aangezien de reclametijd
reeds verstreken is.
Het eenigste is nog dat wij deze posten
oninvorderbaar verklaren. B. en W. stellon
voor dit ijirzoek voor kennisgeving aan te
nemen. Het is voor de gemeente een slag
dat al deze menschon werkloos zijn ge
worden.
Aldus wordt besloten.
Dan komt aan de orde de vaststelling
van de gemeenterekening 1933 en de reke
ning van de Bewaarschool 1933.
De heer VAN NIEUWAAL doet namens
de commissie, waarin ook nog zitting heb
ben de heeren Hokke en van Kemnen, me
dedeeling van inkomsten en uitgaven.
Allereerst behandelt spr. de gemeente
rekening. De gewone dienst heeft aan in
komsten een bedrag van f 176.562.29, aan
uitgaven f 176.010.70, zoodat er een batig
Blot is van f 551.59. De kapltaaldienst heeft
aan uitgaven f 64.512.59, aan inkomsten
f 57.605.38, zoodat er een nadeelig slot is
van f 6.916.21.
De rekening .van de Bewaarschool ver
toont aan inkomsten een bedrag van
f 2692.95 en aan uitgaven f 2692.95. Spr.
zegt, dat de commissie een cokes-verbruik
door de bewaarschool van f 123 veel te
hoog vindt. Er wordt maar 20 weken ge
stookt. en de cokes is 50—55 ets per H.L,
men heeft dus 200 mud cokes gebruikt, dat
Is 10 mud per week. Wat de gemeen tere k-e-
ning betreft, de commissie staat paf van
het kapitaal aan achterstand in huur. Wij
zijn tot de overtuiging gekomen, aldus spr.
dat er bij velen geen sprake is van onmacht
maar van onwil moet hier gesproken wor
den. Het is allertreurigst en B. en W, die
nen strenge maatregelen te nemen. De com
missie adviseert voorts de rekeningen goed
te keuren
De VOORZITTER deelt mede, dat een
stooktijd van 20 weken zuinig is berekend,
het moet minstens 23 of 24 weken zijn.
Daarbij zijn het groote kachels, waarin met
gemak 1 mud gaat- Dan kost de cokes on
geveer 65 cents per mud. Dan zijn het
groote lokalen, die veel verslinden. Wij
hebben niet het idee, dat de cokes niet go
bruikt wordt.
De heer VAN NIEUWENHUIZEN: Is de
cokesprijs voor de gemeente goedkooper.
DE VOORZITTER. Ja. Spr. deelt vervol
gens mede, dat B. en W. reeds allerlei maat
region genomen hebben in verband met de
achterstand in huren. Dit vervult ons allo
met groote. angst. Er was met een beetje
goeden wil veel te bereiken. Zoo langzamer
hand krijgen we het idee dat de gedachte
postvat: het is maar voor de gemeente. We
zullen de namen nog niet noemen, dat kan
een volgend maal wel. Maar hier zal ik,
aldus spr. enkele bedragen noemen. Op 1
Januari 1934 waren er bij die een achter
stand in huur hadden van 18 weken van
f 2.25, 56 weken van f 1.75, 23 weken van
f 2.25, 37 weken van f 2.25, 7 weken van
f 2.25. Dit is notr maar het derde gedeelte.
Spr. gaat hiermede nog even door: 14 weken
van 3, 51 weken van 2, 59 weken van
2.25, 35 weken van 3.50, 19 weken van
3, 39 weken van 3, 55 weken van 2.50,
50 weken van 3, 21 weken van 2.50, 11
weken van 3, 26 weken van 3, 20 weken
Een luchtopname van
het dorpje Aasgaard-
strand, waarheen
H. AL in gezelschap
van H.K. H. Prinses
Juliana vertrok na
haar verbliif te VI-
vilc. De Kon. familie
vertoeft thans reeds
ongeveer twee we
ken, in dit dorpje.
van 3, 21 weken van f 2.75 enz. enz.
Do heer VERMAAS: Is dat dit jaar ver
minderd'?
De Voorzitter: Verminderd niet,
De rekeningen worden daarna goedge
keurd.
Vervolgens wordt do rekening van liet
Burgerlijk Armbestuur behandeld.
De heer VAN NIEUWAAI. deelt mede, dat
de inkomsten bedrar-n 14.467.07 en de uit
gaven 14.313.69, zoodat er een "oed slot is
van 154.25. Er ziin nog achterstallige
pachten. J. Nelis over 1012 10, over '33
140 en erfpacht over '33 f 1' 00 totaal
168.90; M. Kroon over '32 22.34 en over
'33 67.58 totaal 80 02. M. Stam over '33
33.79. W. Bas over '32 210.20 en Swiebbe
over '33 288.82. In totaal aan achterstal
lige pacht een bedrag van 701.63. N. Ver
maat heeft over '33 nog 33.68 aan luiur
van land te betalen. Maatregelen dienen ge
nomen tc worden ont deze posten binnen te
krijgen.
De VOORZITTER deelt mede, dat hiertoe
nog geen maatregelen genomen zijn, omdat
B. en W. eerst de Raad zouden willen
hooren. Er zijn twee manieren: afnemen ot
vervolgen. Ras heeft geen wei meer en Nelis
idem. De laatste heeft een zftndwcg, die we'
af kunnen sluiten.
De heer VAN NIEUWAAL zegt, dat hij
wel eens met Nelis gesproken heeft. Hij zegt
dat de uitwatering slecht verzorgd wordt.
De VOORZITTER: Laat hem eerst eens
betalen en laat hem dan aanmerkingen ma
ken. De gemeente moet nu 2100 subsidiee
ren aan het burgerlijk Armbr tuur, daarom
sluit de rekening. B. en W. stellen voor de
menschen, die- over '32 en '33 niet betaald
hebben te vervolgen. Elke weck moet hot
B. A. 136 aan contanten hebben voor do
arme menschen. Dat kan zoo niet langei
blijven wanneer deze menschen hun schul
den niet betalen.
De heer VAN NIEUWENHUIZEN: Kan
niet zooveel mogelijk in de minne geschikt
worden?
Do VOORZITTER: We zullen kalm aan
doen. De raad zullen we steeds hierover
blijven raadplegen.
De rekening van het B. A. wordt vervol
gens goedgekeurd. Aan do orde is de wijzi
ging van dc verordening betreffende de
straatbelasting. Ged. Staten hebben enkele
wijzigingen voorgesteld.
De VOORZITTER laat mededceling doen
van een brief van God. Staten dienaangaan
de en wijst erop, dat. Ged. Staten een ver
dere definieering wenschten van de bepa
lingen, waaronder de aangeslagenen in de
straajbelasting vallen. Ze wilden nog in het
percentage wijziging brengen. Persoonlijk
heeft spr. zich in verbinding gesteld met dc
griffie. Spr. heeft ze daarvan nog af kun
nen brengen. Er zijn namelijk gronden, die
vlak bij en aan de wegen liggen. Ligt een
stuk grond aan het eind van een gemeen
telijke, een provinciale of een rijksweg, dan
moet hij meer betalen dan iemand, die aan
een polderweg ligt en toch de genoemde
wegen evenveel gebruikt. We hebben het
percentage voor bebouwd op 3 en voor
onbebouwd op '2 gebracht. Dat is reeds
voldoende verschil.
l)c hoer VAN NIEUWENHUIZEN: Straat
belasting moet toch eigenlijk geheven wor
den tot onderhoud van de wegen. Ged. Sta
ten zien er echter niets anders in dan een
goado manier om aan geld te komen. Welke
gronden worden vrijgesteld.
IJe VOORZITTER antwoordt, o.a. eigen
dommen, welke ondergebracht zijn bij de
openbare kassen van Rijk, Provincie en Ge
meente. Eigendommen ten bate van instel
lingen van weldadigheid, eigendommen van
scholen, wclko gesubsidieerd worden door
Rijk, Provincie of gemeente. Eigendommen,
geiiouwen, landerijen enz., die meer dan G
achtereenvolgende maanden ongebruikt lig
gen, bijv. het land aan de. Zuidzijde van den
Bohunel is vrij. Dc kwestie staat zoo dat wij
geen verdere definieering gewenscht ach-
Ten. Zoo ligt do boerderij en het land van
Jacobs aan den Prov. weg, van Kalkeren
ligt aan den dijk, dio onder den polder ge
rekend wordt en dus minder moet betalen,
terwijl liij toch ovcnveel gebruik maakt van
den provincialen weg. Dergelijke gevallen
zouden, wanneer we bet advies van Ged.
'Staten opvolgen, naar 'voren omen. Bij
'onze regeling kan dat niet. De dueling van
de verordening is geld tc krijgen. We zijn
daartoe door tien nood gedrongen.
Het voorstel van B. en W. om dc straatbo-
lasting aldus aan tc nemen wordt m.a.s
goedgekeurd.
Op verzoek van Ged. Staten wordt het re
glement van hot Burgerlijk Armbestuur al
dus gewijzigd, dat een verzekering zal wor
den gesloten tegen diefstal. B. en W. zul
len elke drie maanden onaangekondigd een
opname doen van kas en boeken. De zeker
heidstelling door den penningmeester is er
reeds.
Do VOORZITTER deelt mede, dat dc heer
Bol per 1 Jan. '35 ontslag zal nemen als
administrateur.
Dc lieer VAN KEMPEN vraagt nog
waarom verzekering tegen diefstal noodza
kelijk is, nu do penningmeester toch een
zekerheidstelling heeft gedaan.
De VOORZITTER: Wanneer er gestolen
wordt, dan is de penningmeester daarvoor
niet aansprakelijk. Dio zekerheidstelling is
er in geval van fraude en dergelijke.
Dc lieer VAN NIEUWAAL: Hoe groot is
die ■zekerheidstelling?
Dc VOORZITTER: Ongeveer 1500.—.
Op voorstel van B. en W. wordt het huis
houdelijk reglement van de commissie tot
wering van schoolverzuim goedgekeurd.
Atm dc orde is vervolgens het voorstel
vSlv B. en W. tot wijziging van de statuten
van dc stichting Veerdienst Ooltgensplaat
Noord Brabant.
Dfc VOORZITTER deelt mede, dat van
Ged. Staten een schrijven is ingekomen,
waarin gezegd wordt, dat in beginsel geen
bezwaar bestaat tegen de goedkeuring van
do (Stichting, mits de statuten met enkele
bepalingen wórden aangevuld. De voorzit
ter wijst er op, dat deze bepalingen vooral
gelden het finantieol beheer van de stich
ting. Een bespreking is gehouden met den
rechtskundig adviseur van de stichting, Mr.
Schilthuis, die meer uitgebreide statuten
heeft gemaakt.
De SECRETARIS leest de statuten zooals
ze gewijzigd moeien worden voor.
De VOORZITTER wijst erop, dat tegenwoor
dig erg gewaakt wordt tegen de mogelijk
heid van fraude-pleging.
De lieer VAN GURP: liet bestuur van de
stichting verkeert in een bevoorrechte posi
tie. Het mag zijn eigen salaris vaststellen.
Do VOORZITTER: Geen sprake van. Alles
moet de goedkeuring hebben van den ruad.
Het bestuur en 't dugelijksch bestuur hebben
eigenlijk geen klap te zeggen. Alles moet
goed gevonden worden door Ged. Stalen en
den Raud.
De lieer VERMAAS vraagt lioc het werk
nu uitgesperd zal worden.
De VOORZITTER antwoordt, dat er mee
ningen zijn, die zeggen, dat de aanlcgstei
ger buiten moet komen. Daartegen moe
ten wij waarschuwen, want vooral met ijs
gang is dut onmogelijk. De Directeur-Gene
raai gelooft, dat het wel kan en de lagere
ambtenaren mecncn het ook, maar voor een
geregeld varen, hebben wc liever, dat or ge
regeld gebaggerd moet worden dan dat een
steiger buiten zpu worden gemaakt.
Het voorstel van B. cn W. om de statuten
wijziging goed te keuren wordt m.a.s. aan
vaard.
De VOORZITTER deelt, vervolgens mede,
dat met ingang van 1 Sept. Ged. Staten het
overzetten vanuit de Sluiselichr.ven hebben
verboden in verband met de veiligheid van
het verkeer. Spr. wijst er op, dat Ged. Staten
hem voor dien tijd al erop gewezen hebben,
dat hij als hoofd van de politic maatregelen
kon nemen. De exploitant heeft ons reeds
allerlei moeilijkheden in den weggelegd. Had
hij dat niet gedaan, dan was er nu van stop
zetting geen sprake geweest. Het is een
ramp voor ons eiland omdat gebleken is,
dat het veer onmisbaar is geworden. De in
gezakte wal beteekent voor de gemeente een
groote schadepost. Die zal de stichting moe-
teni vergoeden. Dc stichting heeft een stuk
grond noodig voor den aanleg van den stei
ger, die aan den andoren kant zal komen.
Dat stukje grond is van de gemeente. De
schade kunnen we daarmede verrekenen.
Dc heer VAN NES: Als ze de andere kant
van de haven in orde maken, zullen ze
noodwendig de verzakte kant ook moe
ten reparecren.
Do VOORZITTER: En als ze de steiger bui
ten maken, wat dan? Men heeft ook al ge
dacht aan een steiger aan de Croot-Adriana-
polder. Ik geloof niet, dat men hem daar
zal leggen.
De heer VAN ES: De steiger huiten leggen
is practisch onmogelijk. Bij storm enz. kan
men daar niet aanleggen.
De VOORZITTER: De verantwoording
daarvan kunnen wc niet dragen. Hier heb
ben ze ook een steiger neergelegd. Wat is
er achteraf van terecht gekomen. De ver
zanding is nog erger geworden.
De heer BRINKMAN: De buitensteigcr kaft
onmogelijk.
De VOORZITTER: Ik hen er vorig jaar.
nog geweest toen een schip daar in den
storm gezonken is. Het was verschrikkelijk
weer. Men kan er dan onmogelijk aanleg;
gen. Wanneer men daartoe overgaat, kun
nen we het niet voor onze verantwoording
nemen en heffen we de stichting op als dat
gebeurt.
Wethouder JACOBS: Dan zou er een storm!
opgaan in ITakkee als dat gebeurde.
Dc VOORZITTER: Als .men dc haven daar
niet gebruikt dan treden we uit de stich-'
ting.
De lieer NIEUWAAL: Waarom wil men
dat?
De VOORZITTER: De Iramboot. Het is
niet dc schuld van de stichting. Van morgen
belde spr. nog een vooraanstaand ingezetene
van Flakkee op, die een verzoek had gekre
gen de publieke opinie te bewerken. De toe
stand kan zoo echter niet blijven.
Vervolgens werd een begrootingswijziging
goedgekeurd en werd het suppletoir-cohier
van de hondenbelasting op voorstel van B.
en W. goedgekeurd.
Daarna volgt sluiting.
't Is fluisterstil, de wilgenblaadjes
zwijgen
en witte wolkjes glijden traag langs 't
blauw
de avondmugjes dansen, dalen, stijgen
en schijnen 't zwenkend zwaluwtje te
gauw.
Het rimp'loos water ligt zoo klaar te
spieg'len,
weerkaatsend 't blauw en purp'ren
avondgloed
en doet het kleine knusse schuitje
wieg'len
op zachte deining van den wijden vloed
Straks gaat de zon in vlammig rood
ten onder
en bliksemflitsen flikkeren in 't Zuid;
bloedroode bol brandt als een vurig
wondei*
ginds over 't vlakke veld in verre
ruit,
en machtig dreunt het rollen van den
donder
(S
Ja, hij had haar nog lief, maar in den
diepsten grond des harten met een genegen
heid, onder duizend andere gedachten en
gevoelens zoo diep bedolven, dat slechts een
schemering dier liefdevlam nu en dan ge
zien werd. Hij had haar nog lief, die hij eens
tot gade had verkregen; want zij was nog
altijd het sieraad van zijn huis en de lust
zijner oogen. Hij dacht er niet aan, dat zij
zich ongelukkig gevoelde. Zij bezat immers
alles, wat zij kon wenschen, vooreerst hem,
dien hij wist het wel vele dames tot
echtgenoot begeerd hadden; vervolgens lieve,
vlugge kinderen, dan een deftige woning
en eindelijk den toegang tot de aanzienlijk
ste kringen, waarin zij gevierd en geëerd
werd; wat kon zij billijk meer verlan-
gen?
Ach, hij vermoedde niet, dat dagelijks een
uur van vertrouwelijke samenspreking over
huiselijke belangen aan zijn zijde haar on
eindig veel aangenamer was, dan al dat
benijden! Hij wist de liefde van het vrou
welijk hart, dat zich geheel aan hem had
overgegeven, niet op den rechten prijs te
schatten. Door de macht dier liefde was zij
tot ieder offer bereid en offers had Agnes
genoeg te brengen, meer dan haar niet
sterk gestel dienstig was.
Twee jaren na het bekend worden der
ongunstige testamentaire beschikking trof
den Baron een nieuwe slag. Hij had een
aanzienlijke som in de Rotterdamsche Afri-
kaansche Hanclelsvereeniging gestoken.
waarvan men toen de beste verwachtingen
koesterde, omdat er een rijk en algemeen
geacht Israëliet, die zelfs lid was van de
Eerste Kamer, aan het hoofd stond en toen
deze verwachtingen faalden en de aandeelen
plotseling geweldig terugliepen, verloor hij
daaraan twintigduizend guldens. Dat was
geen geringe schade. Zijn vrouw, die hij
daarvan niet kon beschuldigen, en de arme
kinderen moesten nu zijn wrevelmoedigheid
verduren. Gemelijk over dat tweede verlies
morde hij tegen God en menschen.
Zoodra het „Dagblad van 's Gravenhage"
hem de vlucht van den heer L. Pincoffs be
richtte, wierp de Baron de courant op de
tafel, stond op, liep met kruiselings over el
kaar geslagen armen zijn kamer op en
neer, terwijl zijn vrouw, gelijk een schuch
tere duif, met angstige blikken de uitbar
sting van den naderenden storm verwachtte.
Eindelijk wendde hij zich tot haar en
sprak: „Agnes! een aanzienlijk deel van mijn
vermogen is ons ontstolen. Gij zult inzien,
dat wij ons moeten bezuinigen in huis, maar
niet voor het oog van de wereld. Dit zou
onze achting doen dalen. In huis zal veel
bespaard kunnen worden. Eén dienstbode
zouden wij kunnen laten gaan, wat dunkt U
daarvan?"
Agnes zag eerst een wijle zwijgend voor
zich. Zij streed een hangen strijd. Daarna
antwoordde zij: „Onze kleine Aurelia (die
zij kort daarna door den dood verloor) is
nu 1 y2 jaar. Ik wil een dienstbode wegzen
den en kan nog wel meer besparen".
„In welk opzicht meent gij dat, Agnes?"
„Ik kan mijn kleeding vereenvoudigen".
„Neen! dat niet!" zei hij. „Gij moet steeds
overeenkomstig uw stand gekleed gaan".
„Maar Otto! ik meende wat minder kost
baar en
Hij liet haar niet uitspreken„Neen
Agnes! dat kan niet; maar het kamermeisje
weet ook mot de naald om te gaan en als
zij met de naaimachine U wat kon helpen,
dan zouden althans die verbazend hooge
rekeningen van de modemaaksters uitgewon
nen kunnen worden".
„Ik wil beproeven wat ik vermag", ant
woordde zij zacht. Zij vroeg niet: „Hoe zal
ik dat alles ten uitvoer brengen?" Gaarne
deed zij alles, om hem weer vergenoegd te
maken.
Hij kuste haar en verliet in minder ge
drukte stemming het woonvertrek en kort
daarna zijn huis.
Twee avonden na dit gesprek ging hij in
de sociëteit met zijn vrienden een wedden
schap aan om drie flesschen champagne cn
telde, toen hij ze had verloren, daarvoor 15
gulden op de tafel!
„Die Baron van Weldam is toch een edel
moedig mensch", spraken zijn vrienden. „Hij
moet ook veel geld hebben!"
En Agnes zond een dienstbode weg en
verzorgde met Lizette ook de beide jongste
kinderen. Zij stond 's morgens vroeger op
dan gewoonlijk en was overal in de huis
houding. De kleeren der kinderen werden
van toen af niet meer de deur uitgebracht,
maar in huis gemaakt of hersteld. Met de
aanwijzingen van de „Gracieuse", een mode
journaal, werden nu de kleeren der kinderen
en die van Agnes door haarzelve gemaakt
en wanneer de kinderen reeds lang sliepen,
dan zaten dikwerf Agnes en haar kamenier
met de naald nog druk bezig tot het uur van
middernacht, h"t uur, waarop de Baron
doorgaans uit zijn vriendenkring huiswaarts
keerde.
Dikwijls zuchtte Agnes. Meermalen brand
den haar opgen of werd zij gekweld door pijn
in den rug, bij het aanbrengen van al die
strooken en plooisels en versiering aan de
japonnen, die de grillige en weelderige mode
de dames opdringt. Diep medelijden gevoel
de zij dan met die beklagenswaardige vrou
wen en meisjes, die dag aan dag en dikwijls
halve nachten zich moeten kwellen om de
jjdeiheid van anderen te bevredigen. De
eenige gedachte, die haar al dezen arbeid
dragelijk maakte, was: Mijn Otto verlangt
dat alzoo en ik moet gehoorzamen. Ik hoop
hem daardoor tc verblijden. Geduld slechtst
Geduld!"
De Baron scheen dit moet tot zijn ver
schooning worden gezegd geen begrip te
hebben van al de inspanning, die hij door
zijn bezuinigingssysteem zijner gade op de
schouders laadde. Hij waande zelfs, dat zijn
vrouw daardoor een deugdelijke huisvrouw
zou worden. Had hij gegist, dat zij van ze
nuwachtige inspanning, ondanks haar ver
moeidheid, dikwerf 's nachts den slaap niet
kon vatten en haar hoofdkussen met tranen
bevochtigde, jiij zou van zijn bezuinigings
plannen zijn teruggekomen.
Toen het gezin nogmaals met een kind
werd vermeerderd, kwam er voor negen
maanden een min in huis. Maar zoodra de
kleine gespeend kon worden, werd de min
weggezonden en do verpleging van het kind
aan de moeder en Lizette overgelaten.
Zoo was Agnes dan wel met werk overla
den. Rusteloos was zij werkzaam voor de
kinderen en de huishouding. Maar ook deze
beproevingsschool werd haar ten zegen,
want zij leerde steeds meer God te aanbid
den in geest en in waarheid.
Agnes loerde nog steeds meer God zoeken
om van Hem kracht, te erlangen tot den
strijd des levens, die haar zwaar werd. Maar
als zij in de Willemskerk in de Nassaulaan
aan bet Heilig Avondmaal met de schare
aanzat, de Baron ging sedert lang niet
meer naar de kerk dan kon haar gemoed
vol worden en het verlangen in haar opko
men, met haar vooruitgeroisde lievelingen
bij den Heere te mogen zijn in Zijn vrede en
heerlijkheid.
Op het einde van het laatste der in dit
hoofdstuk beschreven tien jaren vond er een
onverwachte gebeurtenis plaats, die Agnes
nieuwe zorgen veroorzaakte.
Nadat er van haar moeder, thans Lady
Wilton, in geruimen tijd geen bericjit was
ontvangen, meldde plotseling een telegram
uit Vlissingen, dat zij dienzelfden avond
nog te Den Haag dacht aan te komen. Zij
kwam ook, maar niet de schoone en levens
lustige vrouw van vroeger zonk Agnes in dc
armen, doch een vermagerde en zeer ver
ouderde gestalte. Haar tweede huwelijk met
een hardvochtige?), cigenzinnigen man was
■lang zoo gelukkig niet geweest, als haar
eerste eclit met den zachtmoedigen dokter
Roemer.
Lord Wilton had een geheel ander karak
ter dan dokter Roemer. Zonder zich om
anderen te bekommeren, ging hij steeds vol
hardend en stijfhoofdig op zijn doel af. Juist
daardoor had hij, eenmaal in vurige gene
genheid voor Mevrouw de weduwe Roemer
ontvlamd, ook zóó lang in het aanzoek oin
haar hand volhard, totdat zij hem toeslem
ming had gegeven. Of haar beweegredenen
om hem te huwen, liefde of begeerte naar
zijn rijkdom waren geweest, daarover had zij
zich niet bekommerd. En toen zij eens de
zijne was, eisclite hij ook met onverbidde
lijke gestrengheid, dat zij zijn wil zou op
volgen.
Hij had haar eerst naar Londen gebrachl
en daar in schitterende kringen, juist naar
haar zin, binnengeleid. Eerst verheugde hij
zich in de algemeene bewondering, die zijn
schoone vrouw ten deel viel; maar spoedig
deed haar koketterie, die luiar steeds een
aantal lichtzinnige aanbidders bezorgde, zijn
jaloezie ontbranden en besloot hij, op zijn
wijs, daaraan niet één slag een einde te
maken.
In weinige woorden gaf hij haar'te kennen
dat hij voornemens was, zich uit het woelige
Londen metterwoon terug te trekken en zich
naar zijn landgoed bij Cambridge te begeven.
Zij meende een wereld vol nieuw genot te
gemoet te gaan en volgde zonder eenige te
genspraak.
Op het kasteel aangekomen, verklaarde
hij haar, dat zij van nu af hier zouden wo
nen. Slechts weinige menschen werden daar
toegelaten en onder deze alleen mannen
van gevorderden leeftijd. Hevige tooneelen
vielen nu voor tusschen de teleurgestelde
vroinv, die daar niet genoeg kon schitteren,
en haar „tiran", zooals zij hem noemde.
Maar hij bleef bij dat alles kalm en zei
slechts: T,adv Wilton is de vrouw van den
Lord n''- moet zij met liet gezelschap
var n"den zijn".
(Wordt vervolgd).