Bondsdag te Middelburg
Bond van Ned. Herv. Meisjesver. op
Geref. grondslag
MAAS- EN SCHEL DEBODE
ZATERDAG 26 MEI 1934
i/1001 GESLAAGDE LANDDAG
TE 0UD-BE1JERLAND
BOND VAN MEISJESVEREEN.
OP GEREF. GRONDSLAG
3500 meisjes in Zeelands hoofds^d
DE BEGROETINGSAVOND
Tweede Pinksterdag werd te Middelburg
cle zestiende Bondsdag gehouden van den
Bond van Meisjesvereenigingen op Geref.
grondslag.
Reeds Zaterdagavond gingen velen in op
tocht naar Noorderkerk en Hofpleinkerk
waar door een Commissie, bestaande uit do
dames M. Littooy, Lena Ludikhuize, B.
Geense en L. Ton een keurige vooravond
was georganiseerd, een avond, die lang 111
de herinnering der duizenden meisjes zal
blijven.
Nadat elke bondsvriendin een dubbeltje
beeft geofferd voor een fijne corsage en
fleurig uitgevoerd programma, opent de
Presidente deze vooravond van den Bonds
dag met het doen zingen van Psalm 115z.
Na gebed spreekt zij de groote schare har
telijk toe en hoopt dat God een gezegende
Bondsdag moge geven. Alles is in 't werk
gesteld, om het allen zoo aangenaam moge
lijk te maken.
Het was een fijn gevoelde gedachte, de
zen avond te openen met declamatie uit de
werken van wijlen Mej. H. S. S. Kuyper,
de Bondsmoeder, die in warme herinnering
in den Bond zal blijven voortleven. Met
stille aandacht werd geluisterd naar de
vertolking van haar werk, waaruit bleek
welk een rijken geest imej. Kuyper bezat.
N'a deze gevoelvolle inzet, ging men tot
het meer vroolijke over. Een fraai tableau
„Typisch Zeeuwsch" deed de Bondsmeisjes
uit verre streken zien, dat zij nu in Zee
land waren. Ook „de Wijk aan Zeeschc
keukeninventaris" mocht veel bijval sma
ken.
Vooral ook de uitbeelding der toekende
legende van het ronde putje te Souburg viel
in ieders smaak.
Nadat men samen gezongen had „Lof zij
den Heer, den almachtigcn Koning der
eere", werd deze buitengewoon goed ge-
Blaagden vooravond gesloten.
OPENINGSSAMENKOMST VAN
DEN BONDSDAG
De opkomst te Middelburg ongeveer
3500 meisjes waren aanwezig was zóó
groot, dat in drie kerkgebouwen moest wor
den vergaderd.
De „hoofdvergadering'' in de Noorderkerk
werd gepresideerd door de Bondspresidente
nifj. Tj. Torenbeek.
Met psalmgezang, gebed en Schriftlezing
werd de vergadering geopend.
Openingswoord van do Bonds-
presidente.
Van 't hooge Noorden, in 1933, aldus spr.,
Zijn we nu getrokken naar 't verre Zuiden.
Een hartelijk wel
kom in het Zeeland,
waarop we trotsch
zijn, als we denken
aan de zeehelden
van vroeger, aan
den strijd om het
behoud in de aan
winst van 't land.
De Bondsvreugde
wordt dit jaar ge
temperd, omdat er
nog rouw is om het
heengaan onzer
Eere-Presidente, die
onzen Bond steeds
beschouwde als een nieuwe bladzijde in de
geschiedenis van de ontwikkeling van bet
Gereformeerde leven.
Bij dit laatste worden we dit jaar ook be
paald door de herdenking van de Afschei
ding in 1831.
Gaarne wek ik allen op, wanneer de ge
be.urtenissen van 1834 in de vereenigingen
behandeld worden, daarover zooveel moge
lijk te lezen, opdat duidelijk worde, dat én
de Afscheiding èn de Doleantie in de ver
dere ontwikkeling van het Gereformeerde
leven, ook door onzen Bond, een Werk Gods
was.
Jaarverslagen.
Aan het door Mej. M. Jonkhoff, de Bonds
Secretaresse uitgebracht verslag ontleenen
wij, dat de Bond met blijdschap de toena
me van het aantal aangesloten vereenigin
gen mocht constateeren. Moesten eenigu
vereenigingen, wegens klein ledental worden
opgeheven, men kon toch een aanwinst
van 42 nieuwe hoeken, zoodat pr thans 843
Zijn.
Het verslag van de Bondspenning-
meesteresse Mej. E. H. Klapwijk was in
optimistischen toon gesteld. De balans
sloot op 31 Dec. 1933 in ontvangst en uit
gaaf met f 80.303. De exploitatierekening
van het blad „Bouwen en Bewaren" idem
met f 39.056.51. Beide jaarverslagen werden
onder applaus goedgekeurd.
Ingekomen en verzonden geluk-
wenschen.
Ingekomen zijn brieven van Prof. Hoek
stra, Ds. Vonkenberg, Ned. Herv. Meisjes-
Bond, Chr. Geref Meisjes Bond en een briei
uit Tsjecho Slowakije, uit Solo en vele
andere plaatsen. Een daverend applaus
klonk bij elke gelukwensch.
Aan H.M. de Koningin werd namens de
22.000 leden een huldetelegram gezonden,
eveneens aan Prinses Juliana. Hierop zong
de vergadering staande geestdriftig het Wn
helmus.
Voorts zond men aan den Minister Presi
dent Dr. H. Colijn een geestdriftig telegram
van trouw, eveneens aan Prof. Hoekstra
voor herstel van zijn ziekte.
Verschillende 'oesprakeu
De vergadering werd voorts toegesproken
door den heer M. Fern hout, burge
meester van Middelburg.
Spr. brengt dank voor de uitnoodiging. Het
is hem een groot
genoegen hier te
zijn. Hij is er
bijna confuus van
door zooveel meis
jes welkom te
worden geheeten
(gelach). Hij
hoopt, dat God
een gezegenden
da<r moge geven.
Het is ons een
voorrecht dat Mid
delburg werd ge
kozen. Spr. wijst
de meisjes op de
heilige roeping
die op d» meisjes
rust.
Het is een weldadige gewaarwording', dat
Mej. Toxenbeek
onze zoo dierbare beginselen worden bele
den door een zoo groote schare. Wij zijn hier
in één geest en één belijdenis. Ons Vader
land zal hier de rijke gaven van plukken.
Houdt uw beginselen vast. Namens zijn va
der moet spr. de Middelburgsche meisjes
even „een knipoogje geven uit zijn naam"
(daverend applaus.) U weet toch wat een
knipoogje van Ds. Fernhout beteekent? (ge
lach). Spr. legt dat even uit. Spr. hoopt 'dat
de meisjes straks tot waardige leden van
Kerk, Staat en Maatschappij mogen ontwik
kelen. Houdt het Calvinistisch beginsel vast
(langdurige toejuichingen).
Thans neemt Mej. Kok het woord. Zij
brengt hulde aan Mej. Torenbeek. 11 jaar
strijdt ze mede, a'/ó jaar als Presidente. Nu
mej. Torenbeek voor het laatst presideert,
wil Spr. haar namens den Bond van Meisjes
bedanken. U hebt trouw gearbeid voor den
Heere. Alles hebt u gedragen, liefde, maar
ook critiek. Wij prijzen U om uw rechtvaar
digheid.
Nu roept de Heere u tot een andere levens
taak, die ook door u aanvaard wordt. Wij
wenschen uw verloofde hartelijk geluk met
zulk een vrouw. Noode staan wij u af. Dank,
voor alles wat ge deed. Wij zullen doorwer
ken in uw geest. Wij bieden u hierbij aan
het eerelidmaatschnp van den Bond. Onder
daverend applaus reikt zij 't diploma over.
Diep geroerd dankt Mej. Torenbeek voor
deze hulde.
Uitslag verkiezingen.
De drie aftredende bestuursleden werden
herkozen, nl. de dames B. v d Berg, J Fran
cken en N Eigersma. Tot nieuw bestuurslid
mej. Hommes uit Assen. In de Redactie werd
Mej. Tini Kok herkozen. Tot nieuwe Bonds
presidente werd gekozen met 586 stemmen
Mej. M. Parmentier uit Oegstgeest. (Dave
rend gejuich).
DE MIDDAGSAMENKOMST.
Deze werd herojiend door mej. Toren
beek, bondspresidente. Gezamenlijk zong
men Ps. 66 1 en 2. Zij roept alle aanwezigen,
ook de radio-luisteraars een hartelijk wel
kom toe. Zij zendt door de radio een harte
lijk woord, vooral aan de zieke leden. Zij
stelt thans haar verloofde, de heer Abels
te Zutphen voor. (Daverend applaus).
Slotwoord Ds. H. A. Wicrsinga.
Na het zingen van het Bondslied werd
het slotwoord gesproken door Ds. II. A.
W i e r s i n g a, van Vlissingen.
Een Fransch spreekwoord zegt: niets
triester dan de dag na een feest Dat i s
vaak ook zoo,
maar dat komt
dan, omdat onze
feesten niets in
houden, puur-
wereldsch zijn.
De dag na een
feest moet een
dag van dank
baarheid wezen.
Aan do dag na
het feest kan
men zien wal
het feest voor
ons geweest is
Ik noem u een
man uit de Bij
bel, die na het
feest, ais liet ge
weldige voorbij is, blijdschap overhoudt. De
kamerling van Candacé, de man uit 't Moo-
reniand. Op weg van Jeruzalem naar Gaza,
als Filippus zich bij hem heeft gevoegd, is
hij komen te staan in het licht. En dan
even later schijnt dat alles weer voorbij, is
Filippus verdwenen, ligt de lange, eenzame
woestijnweg voor hem.
Straks zijn we allen op den terugweg
naar huis. Op dien terugweg zal 't gezien
worden wat 't hier vandaag voor u geweest
is. Of 't alleen maar wat uitbundige vreug
de, wat geapplandiseer en gezang geweest is,
ói dat ge iiier iets ontvangen hebt, verrijkt
zijt geworden.
Dr K. Dijk
Ds H. A. Wicrsinqa
M. Fernhout
„Allen en een iegelijk'
Dit was het onderwerp van Dr K. D ij k,
die hierna het woord verkreeg.
Spr. sluit zijn rede aan, aan het feest van
Pinksteren.
Dit heilsfeit. is het feit van rijken zegen,
en die zegen die in overvloedige stroomen
neerdaalt, komt
ook hierin uit, dat
de Geest uitge
stort wordt op al
len, dat is de ge
meenschap, en op
een iegelijk, dat
zijn de enkelin
gen. In het werk
van den trooster
is de harmonie
van het sociale
en het individu-
eele, gelijk in het
werk des Vaders
en des Zoons
deze samenstem-
ming altijd ge
vonden wordt.
Die pinksterorde eischt God van ons niet
alleen in ons kerkelijk-institutair maar ook
in ons vereenigingsleven, en ook in onze
jeugdbeweging moet de heilige eenheid en
vvederkeerigheid tusschen gemeenschap en
persoonlijkheid noodzakelijke levensvoor
waarde wezen. Bij de vervulling van deze
voorwaarde hebben wij voor beide zijden de
strijd te voeren. Eenerzijds tegen het ge
vaar van de eenzijdigheid voor het sociale,
het objectivisme, waarbij het persoonlijke
verwaarloosd wordt, en aan den anderen
kant tegen het gevaar van het individualis
me, het subjectivisme, dat aan de gemeen
schap onrecht doet, voor beide excessen is
in onze gereformeerde jeugdvereenigingci,
nimmer plaats.
Voorts wijst spr. op de beteekenis van de
vereeniging voor ons persoonlijk leven,
waarbij hij met name denkt aan de bele
ving van de belijdenis. Ook voor dio bele
ving moet ons jeugdwerk vrucht dragen.
Wel slaat de inteilectueele vorming op den
voorgrond, wel mag van onze vereeniging
niet een soort gezelschap gemaakt worden,
wel moeten we waken voor overgeestelij',6
mystiek en ontijdig vertoon van bevinding,
maar dat neemt niet weg, dat door de ver
rijking van kenis ook innerlijke verdieping
moet verkregen worden en onze vereenigin
gen hieraan dienstbaar moeten zijn, dat we
in onze heiligmaking en bevinding gesterkt
worden en ook leeren voor elkander de deu
ren des harten te openen.
Op 'dit referaat volgde een drukke be
spreking.
Bede Prof. Dr. K. Schildei
Thans trad op Prof. D r Schilder, die
met een daverend
applaus begroet
werd, met het on
derwerp: „Twee
Priscilla's".
De eerste Pris-
cilla kont ge we]
uit den Bijbel. Zij
was de vrouw van
Aquilla. Zij woon
den in Rome,
waar ze uitge
jaagd zijn en
trokken naar Co-
irinthe. Op dit mo
ment zendt God
ook Paulus naar
Corinthe. Treffen
de besturing Gods.
Hij komt bij Aquilla terecht. Deze steunde
Paulus in zijn taak. Vooral Priscilla leefde
mee met Paulus in zijn taak. De Kerk werd
er zoodoende geiboren.
Nu over de andere Priscilla. Deze leefde
een eeuw later. De Kerk had haar orde ont
vangen en deed haar invloed in de wereld
gelden. Een der hoofden was Montanus,
Montanus kreeg naast zich Priscilla II. Deze
was bijzonder vrijmoedig. Zij beweerde, dat
in hen de Heilige Geest woonde, nl. in Mon
tanus en haar. Zij gingen zoover het doopen
zoo te regelen, met de formule: „In den
naam des Vaders en des Zoons en van Mon
tanus en Priscilla". Brutaler kan het niet.
Scherp zet spr. in het licht, dat wij in het
voetspoor van de eerste Priscilla moeten
wandelen. Dat is de weg der Kerk. Lees
Openb. 12. Zij leeft bij de Una Sancta. Zij
bouwt zonder dat ze het goed weet, de
Kerk op.
Priscilla II ziet alleen in Christus komst
de Una Sancta. Dit is onkerkelijk en niet
in overeenstemming met de Schrift. De lijn
over Joel, Handelingen 2, naar deze Kerk.
loopt over Priscilla I. Volgt die lijn en ge
gaat .veilig. (Daverend applaus).
Joh. C. Francken
Prof. Dr. Schilder
IN DE ANDERE KERKGEBOUWEN
HOFPLEINKERK
In de Hofpleinkerk werden do vergade
ringen geleid door de vice-presidento mej.
E. C. Versluys, die de morgen-samen
komst op de gebruikelijke wijze opende.
Rede Joh. C. Francken.
Hierna sprak de heer Joh. C. Francken
van Utrecht, over liet onderwerp „Waar het
hart klopt in ons werk... Het hart klopt in
ons werk als..."
M aar liet hart klopt in ons werk?... dat
is de vraag naar
liet centrum \an
onzen arbeid.
Want uit liet
hart zijn de uit
gangen des le
vens, ook van de
uitgangen van 't
leven onzer ver
eenigingen.
En daar is het
hért, do ziel, de
centrale gedach
te altoos weer
het Woord van
onzen God, dat
we bespreken,
onderzoeken, in
zijn consequente
toepassing naspeuren om straks in het le
ven te mogen staan in de volle wapenrus
ting!
Het hart klopt in ons werk in de Schrift
studie. Spr. zegt dat opzettelijk zoo, omdat
we in de groote M.V. niet mogen blijven
staan bij Gewijde Geschiedenis; ook al be
houden wc dien naam, toch moet liet ka
rakter der behandeling van dit vak opschui
ven naar de idee: Schriftonderzoek,
Maar het hart klopt pas echt in ons werk,
dat wil zeggen: we zetten er heel onze ziel
op, we leggen ouzo ziel er in, als we door
genade liet leven kennen in Jezus Christus
Want dan pas kunt ge echt U geven m
heel uw hart aan dit werk, als in U de
drang leeft door Gods Geest gewekt, om den
Ileerc te belijden in Uw leven, Zijn Naam
eere en glorie toe te brengen door al uw
arbeid.
Dan klopt het hart in uw werk, ook in
uw verccnigingswerk en ge krijgt het on
derzoek der Schrift lief, omdat daar ook
klopt bet hart van dat werk. Dan geeft go
het beste in U voor het beste, dat er is en
dat eeuwige waarde heeft!
's Middags sprak hier Ds. W. F. M. Lin
de boom, vail Serooskerke (W.), over het
onderwerp:
„Blijvende waarden'
Spr. wees er op, dat een vergadering ais
deze voor enkele tientallen van jaren een
onmogelijkheid zou zijn geweest. Onze meis
jes zijn pas in
den laatstcn tijd
zich bewust ge
worden van do
noodzakelijkheid
van vorming en
voorbereiding
voor de levens
taak, welk go-
voelen hoe lan
ger hoe meer
doorwerkt. Goluk-
kig zijn ons meis
jesvereenigingen,
bij alle overeen
komst, die er on-
miskentbaar is,
geen kleurlooze
copie van do
jongelingsvereeniging geworden, die eigen
cachet en karakter missen. De meisjesjaren
zijn hoogst belangrijke jqren. Nieh als allo
aandacht besteed wordt aan wat verandert
of voorbijgaat, maar als daarin gegrepen
wordt naar de dingen van blijvende waarde
Laat .rom di bezieling, die op deze
Bondsvergadering werd gevonden niet zijn
gelijk een vlinder, die slechts één dag leeft
maar een kracht, die ons, teruggekeerd ia
het gewore leven, aandrijft tot gestadigen
arbeid tot vermeerdering van onze kennis en
verdere bekwaammaking voor de taak, die
ons wacht. Met Gods hulp hebben wij ons in
het vereenigingsleven te vormen tot men-
6chen van diepe en neilige overtuiging, zoo
dat ons leven gedragen wordt en geleid door
blijvende waa-d" i. Dan vergaderen wij ons
geen schatten, die mot. en roest verteert,
maar de schatten die worden opgegraven uit
Gods onfeilbaar Woord. Dan kan weerstand
worden geboden aan het lieftallig lachen der
wereld en het lieftalig lokken en lonken der
zonde. Dan is ons beginsel de vreeze des
Heeren, niet als een ornament, maar als het
fundament vai ons leven. Met een krachtige
opwekki-g: „Houdt, wat gij hebt, opdat nie
mand uwe kruone neme", besloot Spr., zijn
rede.
IN DE OOSTKERK
In de 'Oostkerk, waar de vergaderingen
werden geleid door Mej. B. van den
Berg, sprak 's morgens Ds. H. Toren
beek, van Iersekc, over het onderwerp
„Volgen."
De eisch van het volgen, aldus spr., ligt
opgesloten in de schepping naar Gods beeld
en kan alleen hieruit recht worden .ver
klaard. Deze schepping houdt in dat wij
hebben een persoonlijkheid die wij ontwik
kelen moeten, maar tevens een beperkte
persoonlijkheid, die nooit de volkomen zeil
stancligbeid bereikt. Uit dit laatste vloeit
oort de eisch van het volgen. In verband
hiermede worden enkele practische dingen
besproken en gewezen op de voorwaarden
en vruchten hiervan.
's Middags sprak hier D s. J. O ver du in,
an Kampen, over het onderwerp:
„Richting en beweging".
Spr. is gevraagd te spreken over het „Te
kort in ons persoonlijk geestelijk leven"
Pinksteren geeft ons leiding hierin. Immers
Pinksteren is het feest van: Richting èn
Beweging, Woord èn Geest, Verwerving en
toepassing. Het feest van onze geloofs
inhoud.
Laten we nooit vergeten dat met ons
geestelijk loven liet gaat om geloofs
inhoud, dat is heel wat moer dan dogma
tische inhoud. Wij kunnen dan pas sjire-
ken van geestelijk leven als onze dogmati
sche Godskennis en zelfkennis en Christus-
kennis, geloofskennis is. Wij hebben
niet genoeg aan gemeenschap met onze
rechtzinnige wereldbeschouwing en levens
beschouwing, we moeten gemeenschap heb
ben met den Dricëenigen God.
Jezus Christus vinden wc alleen door de
richting van Gods Woord èn de beweging
van Gods Geest. Wie alleen richting en
Woord en inhoud zegt, kent God niet in het
geloof. Wie alleen beweging en Geest en ge
loof zegt, kent God ook niet in liet geloof.
Het een zonder het ander is ten diepste
geloof in je zelf in plaats van geloof in God.
Na 't zingen \an liet lied „Leer mij vol
gen", was 't woord aan Ds. S. Wouters,
van Soest, mot het onderwerp:
Ds W. Lindeboom
„Levensvernieuwing".
Spr. begint met aan te toonen, hoe tegen
woordig weer alom in geding is de vraag
naar de wijze, waarop de 11. Geest de le
vensvernieuwing in zondaarsharten tot
stand brengt. Hij wijst aan, hoe de geschie
denis hier de schommeling toont, van liet
eenzijdig nadruk leggen óf op den Geest ói
op het Woord. Spr. pleit vervolgens voor
de harmonie, die de Schrift aanwijst tus
schen den Geest en liet Woord en werkt
dit nader uit t. o. v. liet gebedsleven. Hij
toont aan, dat de Meisjesverecniging zoo
wel oi> de objectieve als subjectieve factoi
nadruk moét en ook kan leggen en eindigt
met een vurige opwekking aldus het ver
eenigingsleven voort te zetten.
„Schetaen in huis"
Hierna werd 't slotwoord gesproken dooi
Ds. A. Koning, van St. Laurens, die tot
onderwerp koos „Schatten in huis".
Er behoeft niet getreurd ov er verlies van
Huiselijke schatten-van-voorheen; maar wei
dient betreurd liet verlies van veel gezel
ligs en intiems, liet knusse en idyllische,
dat liet huiselijke leven van vroeger zoo
aantrekkelijk maakte. Er is iets kils en
kouds gekomen in de woningen, we zijn a'
nier geworden, als we het leven der gezin
nen van heden vergelijken met iiet huise
lijke leven van voorheen.
Daarom ziet spr. in don arbeid van bet
vereenigingsleven liet streven, niet om liet
huisgezin nog meer van zijn schatten te
berooven, door de jonge meisjes van liet ge
zinsleven te verwijderen, zoöals vele oude
ren klagen, maar om haar rijker te maken
en daardoor schatten des huizes te vormen,
d'e in dubbele mate vergoeden hetgeen wat
verloren ging. Immers liet is liet hooge doel
van liet vereenigingsleven. zegt spr., om
van U te vormen deugdelijke huisvrouwen,
die, naar het oordeel van den Spreuken
dichter, verre gaag boven de robijnen. En
dc eclite deugdelijkheid ligt in de vreczu
des Heeren, want do godzaligheid heeft lie
loften voor dit als voor liet toekomende
leven.
God zegene den arbeid van uw vereeni
gingen en baar Bond, zoo, dat er duizende
gezinnen eerlang gezegend mogen worden
met de schatten, die ge thans verzamelt.
Met 't zingen van 'I toekende lied „Wij
loven U, o God, wij prijzen Uwen Naam'
werd de Middelburgsche Bondsdag gesloten
Hij zal in de rij van zijn voorgangers een
eereiilaats blijven innemen.
DE BONDSDAG TE ROTTERDAM
Bijzonder welkom
aan de Flakkeesche Bondsvriendinnen
De Bond van Ned. Herv. Meisjesvereeni
gingen op Gereformeerden Grondslag, die
te Rotterdam zijn achtste algemeens verga
dering hield, heeft een prachtigen, door
zon opgevroolijkt,en dag gehad, echt een
dag vol opgewektheid frischheid en jeugd.
Omstreeks kwart voor elf werd do och
tendvergadering geopend door de Bonds
presidente, mevrouw A. van der Wal-
van Wal sum, van Wageningen, die de
aanwezigen verzocht te zingen Psalm 111
1 en 2, vervolgens voorlas liet eerste hoofd
stuk van den Tweeden Brief van Petrus,
en in gebed voorging.
In baar openingswoord riep de voorzit
ster allen een hartelijk welkom toe en wel
in het bijzonder dg Flakkeesche Bonds
vriendinnen, die heden voor het eerst een
Bondsdag kunnen meemaken. We zijn ver
rast, aldus spr., door de groote opkomst,
waarin wij ons vandaag mogen verheugen:
elf honderd leden! Dat hebben we nog
nooit eerder meegemaakt. Spr. herinnerde
aan den Bondsdag, welke, nu acht jaar ge
leden, ook in de Maasstad gehouden werd
onder leiding van mevrouw Ottevanger—
van Driel. Het verblijdde baar, dat ds.
Ottevanger ook vandaag in het midden zou
zijn, om een woord te spreken.
De Heilige Geest geeft ons Gods-kennis,
maar ook zelf-kennis. Daar hebben wij ons
Iieele leven voor noodig. Moge dan ons har:
in liefde voor Hem ontvonken. Wanneet
wij dan met Simon Petrus mogen getuigen,
(lat wij Hem liefhebben, dan ontvangen ook
wij een opdracht: onzen naaste lief te heb
ben als onszelvc. liet moet ons gaan om
zijn behoud, om zijn redding. Wij als
Bondsvriendinnen zijn ook, en in bijzon
(lore mate elkanders naasten. Als wij dit
duidelijker gaan beseffen, dan zal he'
Bondsleven er aan winnen; zelfzucht en
traagheid afschuddend, zullen wij ons hoo
ge doel in liet oog houden. Dan komen wij
uit boven veel kleinheid, en krijgen wij lust
om te leven en te werken voor de geestelijke
goederen.
Laten wij opnieuw, vanaf dezen dag, de
Bond gaan zien in eeuwigbeidslicht. Laten
wij het onderling contact ook gaan verster
ken. en eveneens zorgen voor verdere ring-
vorming.
Na deze openingsrede van de Bondspresi
dente werd gezamenlijk het lied gezongen:
„Christus heeft overwonnen!"
Op voorstel der Bondspresidente werd aan
H. M. de Koningin een telegram van aan
hankelijkheid en trouw gezonden, waarna
men staande een couplet van het Wilhelmus
zong.
Uit het jaarverslag der secretaressen ver
melden wij het volgende: het aantal afdee-
lingen steeg tot 8S, het aantal leden tot 2265.
Sinds de vorige Bondsdag sloten zich bij de
Bond een elftal nieuwe vereenigingen aan.
De ring Wageningen werd gesplitst, daar
deze te groot werd. Zoo ontstond de nieuwe
ring Bameveid.
De penningmeesteresse, mej. A. den Hoedt,
meldde, dat de inkomsten in totaal iets lager
was dan verleden jaar, o.a. door het niet op
tijd voldoen der contributies. Er waren dit
jaar extra-uitgaven, zooals bijv. voor het
vaandel.
De ontvangsten bedroegen dit jaar f 1129.04;
de uitgaven 989.52, zoodat er een batig
saldo is van 139.52, waarbij gevoegd kan
worden een batig saldo van 843.47 over het
vorige jaar.
MIDDAGVERGADERING
Van de morgenvergadering van de Bonds
dag van de Bond van Ned. Herv. Meisjes-
vereen., die in de Doelen te Rotterdam is ge
houden, gaven we gister reeds verslag. Van
de middagvergadering kan liet volgende wor
den gemeld:
Nadat er gelegenheid was geweest om ge
zamenlijk de koffietafel te gebruiken, werd
de uitslag van de gehouden bestuursverkie
zing bekend gemaakt. Daaruit bleek, dat er
184 stemmen zijn uitgebracht, dat mevrouw
A. A. E. MulderRupke als bestuurslid is
herkozen en dat de ledige plaats, ontstaan
door het aftreden van mej. H. van Willigen,
door mej. C. Leenmans, van Delft, zal wor
den ingenomen.
Onder de aanwezigen waren thans ook ds.
en mevrouw Van Grieken en ds. De Bruin.
Nadat de vergadering gezongen had Psalm
147 1 en 4 dankte mevr. M-u 1 d e r voor haar
herkiezing als bestuurslid. Spr. deelde nog
mede, dat er in het afgeloopen jaar ook nog
een ring Terbregge is gevormd en dat nog
ingekomen waren .gelukwensclien yan de
Ned. Chr. Vrouwenbond en van de Bond
van M.V. op G.G.
Vervolgens werden felicitaties uitgebrach.
door de secretaresse van het Ned. Verbond
van C.lir. Meisjesvereenigingen; door ds. Van
Grieken, als voorzitter \an don Gereformeer
den Bond; ds. P. A. A. Klnsener, als afge
vaardigde van den Bond van Ned. Herv
Mannenvereenigingen op Geref. Gr. en van
do Federatie van Bonden en Vereenigingen
op Gi G.; ds. Lans. van Huizen, namens de
Ned. Herv. Jongelingsbond op G. G; de lieer
Z. II. de Groot, namens de Bond van Ned
HeVv. Knapen vereeniging op G. G.
Nadat de Bondspresidente deze toespra
ken beantwoord iiad, werd door allen staan
de het Bondslied gezongen en kreeg vervol
gens ds. E. K ij f t e n b e 11, van Rotterdam
Feyenoord, liet woord, die spreken zou over
Een moeder in Israël
Deborah, aldus spr., nam een geheel bij
zondere positie in Israels volksleven in. Zij
staat verre van ons af en gaat boog boven
ons uit. Toch mogen wij baar bier, in dezen
kling eenigszins tot exempel stellen, want
dezelfde God, die de Bijbelbciligen sterkte,
leeft ook thans nog.
Israël dankte zijn kracht aan Gods verkie
zende genade, bet moest immers een licht
drager zijn temidden der volkeren. In Debo
ralis dagen lag Israël terneer in schandelijke
slavernij. Zij was ricliteres en dichteres, die
onder baar palmboom voor het volk recht
sprak. Deborah hield er bij een deel van
Gods volk den moed nog in; van liet begin
tot liet einde ging van baar dezelfde bezie
ling uit.Zij was Israels geestelijke moeder,
zij was profetes, zij was door God.s Geest
ge\ nrmd. Zij vormde de verhindingssrhakel
tusschen God en Zijn volk. Velen moeten als
vanzelf haar geestelijke meerderheid hebben
erkend. Mant we kunnen altijd nog leeren
van de mensclien, die dicht bij God leven
Zij kende den juisten tijd om in te grijpen
Welk een onderscheid tusschen baar cn
Barak. God heeft Zijn kracht in zwakheid
volbracht.
Deborah blijft in alles vrouw, maar te
vens is Zij de stuwkracht, het stille vuur,
afkomstig van baar contact met den he
mei. M'annoer God de vrouw haar taak
zelf aanwijst, geschiedt er niets onvrouwe
lijks. Ook voor de vrouwen van onzen tijd
komt het aan op dit stille vuur, waar do
vijand niet bij kan. M'ij hebben ook in onze
dagen profetessen noodig, Zoo het getal zo
nen kleiner schijnt te worden, des te meer
gaat dan de oproep tot de dochteren ui
Wordt vrouwen die het stille vuur der lief
de tot Christus brandende houden in uwi
huizen.
Door Ds M. Ottevanger, van Ridder
kerk, werd een slotwoord gesproken over
het onderwerp: „Do kracht vernieuwen",
naar aanleiding van Jesaja 40, het laatste
vers: „Die den Heere venvachten zullen de
kracht vernieuwen". Zij, die den mensch in
het centrum plaatsen, worden ontmoedigd
en mat, aldus spr., doch die den Heere ver
wachten vernieuwen de kracht. De wereld
geeft allerlei teleurstellingen, omdat voor
haar de mensch staat in het centrum, maar
naar het woord van de belofte mag Gods
kerk rekenen op een uiteindelijke over
winning.
Met een opwekking om deze kracht te zoe
ken, beëindigde spr. zijn toespraak. Na het
zingen van Psalm 72 10 en 11 werd deze
drukbezochte Meisjesbondsdag met gebed
gesloten.
VAN DE NED. HERV.J.V.OP G.G.
't Weer stond Maandag niet toe, dat de te
Oud-Bei jei land georganiseerde landdag van
de Nod. Herv. Jongelingsvereen, op Geref.
grondslag zoo Us de bedoeling was, in de
openlucht Werd gehouden.
Moge dit eenigszins een tegenvaller zijn
geweest, de opkomst in de Ned TIerv. Kerk
was zeer verblijdend te noemen.
De samenkomst werd geopend door Ds. W.
R ij n s b u rg e r van Oud-Beijeriand. die na
gebed te zijn voorgegaan alle aanwezi
gen nartelijk welkom heette. Do bewolkte
luchten daarbuiten herinnerden spr. er aan
hoe ook de kerkelijke hemel niet onbewolkt
Daarom is het vooral noodig, dat jonge
mensclien de belijdenis der kerk bestudee-
ren. In onzen verwarden tijd is meer dan
ooit noodig, dat onze jonge mensehen trof
fel en zwaard leeren hantceren. Spr. hoopte
dat daartoe deze landdag mag medewerken.
Nadat eenige cou-plcttcn van het Bonds
lied gezongen waren, sprak Dr C. Bee-
ken k a m p, uit Leiden, over het onder
werp „Bouwers aan een nieuwe maat
schappij
We vieren thans Pinksterfeest in cnsis-
ijd, aldus Spr Er is groote materieele nood
en cle geestelijke nood is niet minder. De in
vloed van de kerk - schijnt zeer gering en
ils wij vragen waarom zij niet meer ver
mag, dan krijgen wij hetzelfde antwoord
dat eens de discipelen ontvingen: omdat gij
geen geioofheht. Wij \erstaan liet Pinkster
feest te passief, terwijl Pinksteren ons juist
opwekt actief te zijn in den geest. We zijn
te veel praat- en te weinig daad-Christenen.
Op do Jongcl. vereeniging zullen we ons
ook meer moeten be'-wamen ten opzichte
van sociale en politieke vraagstukken.
Wij kunnen van communisme, socialisme
en fascisme nog veel leeren: ook onze orga
nisatie moet er op gericht zijn ons beginsel
tot gelding te brengen. Steeds moet 't er
ons om tc doen zijn Gods recht en Zijn or
dinandi n te leeren verstaan.
Ook onze tegenstanders zeggen te bouwen
aan een nieuwe maatschappij, maar zij hou
wen op drijfzand. Wij bouwen op den rots
dor eeuwen en wat daarop gebouwd is blijft
to! in eeuwigheid.
Hierna "-prak D s R. Bart Ie ma. van
Zeist, over bet onderwerp „Aan 's Vaders
Rechterhand".
J)e voorspelling van Mussolini, zegt Spr.,
dat het fascisme steeds meer veld zal win
nen, schijnt thans wel in snelle vervulling
te gaan.
'f Is inzonderheid voor jonge mensehen
een jrevaarlijke tijd, want overal werken
anti-f'.bristelijke tendenzen. Inzonderheid bij
liet fascisme schijnt geestdrift te zijn
ook hij ons? Zullen wij den stroom kunnen
keer en?
Onze Koning is echter opgevaren naar den
hemel, daar zit IIij aan 's Vaders rechter
hand en in Zijn hand rust 't bestuur der
wereld.
Pinksterfeest is het feest van den Heiligen
Geest hebt gij den Geest al ontvangen,
vraagt Spr Die Geest geeft geestdrift en
bezieling en die zal ons leeren in Gods
kracht den grooten strijd tc strijden.
Na de pauze was eerste spreker Ds. P.
A. Klusener, van Yinkeveen, die tot
onderwerp koos „Sprekende, nadat hij ge
storven is."
Spr. bedoelt hiermede Mr. Groen van
Prinsterer, do groote staatsman cn Evan
geliebelijder der vorige eeuw. Tegen den
volkswil stelde hij hot beginsel der souve-
reiniteit Gods en dit beginsel is van de
grootste nationale kracht. Hij leerde ons hoe
ook de politiek een onderdeel van ons Chris
telijk leven moet zijn; aan stichtelijke lec
tuur alleen mogen we niet genoeg hebben-
Groen keurde de afscheiding af, doch bleef
do hand des geloofs met de Afgescheidenen,
die hij ontvluchte eigenaars noemde, gevoe
len. Hij bleef hen rekenen te behooren bij de
Herv. Gezindheid, d. i. het Geref. volk. Toen
en nu vergeet men nog te veel, dat er onder
de stolp der Synodale Organisatie binnen
de Herv. Kerk nog Geref. gemeenten en
kerkeraden zijn.
Groens visie bewaart ons alleen voor
kerk isme.
Laatste spreker was Ds. J. D. Kleijne,
van Ooltgensplaat. met 't onderwerp „Een s
jongclings vraag".
Daarmede bedoelde Spr. de rijke jonge
ling, die, naar ons in Markus 10 wordt mee
gedeeld. tot Jezus kwam. Deze jongeling
was rijk in geld en deugden en beloofde
een sieraad te worden voor zijn omgeving.
Maar zijn rijkdom «tond hem in den weg
en hij keerde Jez.i* den rug toe.
Ook wij hebben goed waarop wij ons ver
trouwen stellen en dat toch voor God weg-
wcrpelijk is. Slechts in de eenvoud van het
kind kunnen wc Let koninkrijk Gods ingaan.
Dat we niet kunnen, zal ons vergeven wor
den. maar nooit dat we niet willen.
Met dit bange probleem moeten ook wij
vluchten tot Jezus, der. sterken Held, bij
Wien voor ons hulp is beschoren. Bij Hem
leeren we den rijkdom van het Evangelie
verstaan: bij God zijn alle dingen mogelijk.
Hierna werd de goedgeslaagde landdag
op de gebruikelijke wijze gesloten.
DE BLOEMENAFSCHEIDSGROET
DER NEDERL. VROUWEN
DE BATE VOOR ORANJE NASSAU'S OORD
Naar de Raad van Commissarissen der
Stichting Oranje Nassau's Oord aan de pen
ningmeesteresse van liet comité voor liet
huldeblijk der Nederlandsche vrouwen voor
de Koningin-Moeder heeft bericht, heeft de
ze Stichting een bate van f 9714,39 ontvan
gen ais overschot van het voor de bloemen
hulde bijeengebrachte bedrag.
Dc arafsleen op dc laatste rustplaats van oud-minister Mr 11. v. d. Veate Op dc
%milUP:iaats"De Kranenbura" te Zwolle had H. de overdracht aan de.