BOEKEN EN GESCHRIFTEN Schaakrubriek* MAAS EN SCHELDEBODE ZATERDAG 12 MEI 1934 N. C. C. 9M DE EER VAN DE VLAG Vooral Prof. Visscher wees op den samen hang en riep op tot krachtigen arbeid in de plaatselijke Gemeenten. Alle Geref. Gemeen ten in ons "vaderland moeten zich nauw aan een sluiten opdat zij één geheel vormen tot een kracht in ons volksleven om op te ko men voor het recht der Kerk op hare belij denis. Dat is de roeping van Godswege die wij hebben (applaus). Ds. P. A. K1 u s e n e r te Vinkeveen sprak over: Nationaal Socialisme of Calvinisme als nationale kracht. De N.S.B. wil een geestelijke beweging zijn (doch niet religieus geworteld), dus hangt ze in de lucht, maar heeft met de richtingen, die zij bestrijdt, gemeen, dat zij liet productieproces als doel der samenle ving stelt, zonder dit te zien in eeuwigheids licht. Met historische voorbeelden kan aan getoond worden, dat volks- en staatssouvo rciniteit in de practijk dikwijls op hetzelfde neerkomen. Het Nat. Socialisme staat niet principieel absoluut tegenover het revoluitiebeginsel en is dus naar de maatstaf, die Groen ons leerde hanteeren, revolutionair. Dit geldt ook de N.S.B. Men meent staatsabsolutisnre (brochure 3) te kunnep verbinden met er kenning van de soevereiniteit Gods (bro chure IV). Eerst als zij baar geheele pro gram op dit fundament bouwt, zullen wl] het gelooven. Nu vragen wij: is dit uw a.s. fundament of een vlag om een tegenstrijdige lading te dekken? Communisme of Nat. Socialisme, zegt men: een derde mogelijkheid is er niet! We behooren hier in Nederland een andere kracht tot nationaal herstel te kennen: het Calvinisme. Een nationale kracht? Tegen het revolutiebeginsel? De fabel, dat Revo lutie en Reformatie uit één wortel voortko men, is door Groen reeds voldoende weer legd. Het Calvinisme leeft uit de absolute souvereiniteit. Gods, waar hot al wat leeft aan bindt. Daaruit wordt alle gezag op aarde afgeleid. In 't Calvinisme met zijn vasthouden aan 1de soucereiniteit Gods met daaruit afgeleid de souvereiniteit in eigen kring krachtens sciieppingsordinantie, vinden gezag en vrij heid hun harmonie als nergens elders. Het Calvinisme is tevens oorsprong en waarborg onzer constitutioneele vrijheden (Kuyper). die door de revolutiegeest tot vei wording gekomen zijn. Ons nationale leven is ernstig ontwricht Waarom is ons Calvinisme geen kracht, zoodat menigeen het van do N.S.B. vc» wacht? Gewezen wordt op de kerkelijke verdeeld heid en de politieke versplintering. Ook hier de kanker van het individualisme, als mede schadelijke invloed van wcreldgelijk- vormigheid. Het Calvinisme is zuiver religieus leven. Het wil in zijn beginselen niet slechts be leden. doch bovenal beleefd worden. Op het referaat van Ds. Klusener volgde eenige bespreking. Nadat gezongen was Psalm 8!) 8 werd de vergaderin- gesloten, nadat de bondsse- cretaris Ds. H. A. de Geus van de Bilt was voorgegaan in dankzegging. BOND VAN CHR. GEREF. J V. AFDEELING ZUID HOLLAND De jaarvergadering dezer afd. werd gehou don in gebouw Patrimonium te Dordrecht. Zij stond onder leiding van den heer A. Alblas, van Dordrecht, Voorzitter der afd., die op de gebruikelijke wijze opende en een openingswoord sprak over ,,'t Is bijna eeu eeuw geleden". Uit liet jaarverslag bleek, dat de afd. 21 aangesloten vereenigingen telt. Plus minus ontbreken ruim 10 vereenigingen. Het afdeelingsleven is tamelijk opgewekt. Het Ringleven functioneert goed. De voor studie kon beter worden, 's Penningmeesters verslag besloot met een nadeelig saldo van 4.651/2. Daarna vond plaats het afscheid van den heer C. Bestebreurtje, van Rotterdam, die, genoopt door interne moeilijkheden, als be stuurslid der afd. heenging. Dc uitslag van 'de gehouden bestuursver kiezing was, dat gekozen werden de hee- ren Van Rossen (Lisse) en Molenaar (Oud Beijerland). Hierna leidde vr. R. J. van Pagee Jr. van Delft in: „Het Socialisme", aan de hand van een 7-tal stellingen. Na de pauze beantwoordde de inleider een zevental vragen, welke gesteld werd. Het was een pittig, leerzaam referaat, dat niet paliet indruk te maken. In de avondvergadering, die te 6 uur aan ving, trad op de leger- en vloot-predikant i.a.d. Ds. H. Janssen, met het onderwerp: „Het vraagstuk van den oorlog" Het eerste punt, bij hetwelk spr. wil stil staan is, dat het bezien mod worden bij het licht van Gods Woord. Nu leert dat Woord Gods, dat de oorlog niet bezien moet wor den buiten den mensch. De diepste oorzaak .van den oorlog ligt in de zonde. Een tweede punt, waarop spr. de aandacht vestigt, is het karakter van den oorlog. Spr. gelooft er niets van dat de oorlogen vroeger menschelijker waren dan de laatste oorlog. Het karakter van den oorlog is niet veran derd, maar de middelen waarmee hij ge voerd. wordt zijn anders. Mr Dr J. Schokking, lid ran den Raad van State, die vele jaren een vooraanstaande plaats innam in de Chr. Hist. Unie, herdacht Donderdag zijn lOslen jaardag. We geven hier een foto van Dr Schokking temidden van zijn familie. Ileering e.a. hebben voor de oplossing van het oorlogsvraagstuk afgerekend mot het Oude Testament, want aanvaarding daarvan brengt onoverkoombare moeilijkheden met zich. Komend tot de nieuwe bedoeling, beziet spr. de roeping der kerk als een getiu.ige-kerk en Spr. vraagt zich af: heeft do kerk deze roeping t.a.z van den oorlog, betracht? Spr zegt prof. Heering niet na dat de Kerk een zondeval heeft gemaakt, maar hij loochent het feit niet, dat de Kerk na Constantijn verwereldlijkt is. Het eenige lichaam, dat met een non possimus den oorlog zou kun nen opheffen, is de Kerk. Maar dan moet de Kerk ook inderdaad Kerk zijn: d.w.z. zout der aarde. Het oorlogsvraagstuk, is evensils alle andere vraagstukken, een k e r k e 1 ij k vraagstuk. Het kerkelijk vraagstuk is pri mair. De laatste vraag, die spr. beziet, is: hoe staan wij als christenen tegenover dit pro bleem? Wie den oorlog niet aanvaarden wil, volge de konsekwentie en wordt absoluut dienstweigeraar. Maar dienstweigering is zelf rechtvaardiging en zelfrechtvaardiging is farizeïsme. Men volge de andere weg en aanvaarde den oorlog als vrucht der zonde. De christen werlce mee aan alles wat den oorlog voorkomen kan en doe voorts zijn plicht als er oorlog komt. Wij zijn nog niet in 't vredegrijk, maar '1 komt. Wat de Engelen boven de kribbe van den Vredevorst zongen, zal eenmaal heerlijk worden vervuld. Een geanimeerde bespreking volgde; de vragers werden door Ds. Janssen kostelijk van repliek gediend. Hierna sluiting. KONINGIN EMMA. D. Hans Bij de fa. Sijthoff te Leidien ie een boekje verschenen over Koningin Emma, geschre ven door den bekenden journalist D. Hans, met een woord vooraf van Dr H. Coljjn- den min ieteivpresident. Ieder Nederlander moet dit prachtig uit gevoerde geda-chtcniisboek van den heer Hams, die een warm vaderlander is en het Vorstenhuis een groote liefde toedraagt, be zitten. Dr Colijn zegt in zijn voorwoord: Wie de Ivoningin-Moeder persoonlijk ge kend hbeben, bij die bestaat geen oogonblik twijfel aan de Juistheid dier visie van den scltrijver. Het geschetste levensbeeld is na tuurgetrouw. Het is daarom, dat ik hoop, dat dit herinneringsboek in breeden kring worde vast gehouden. Nederland en Oranje beide ten zegen." In de rubriek voor „Vrouw en Kind" heb bende lezers reeds uitvoeriger over dit prachtige rijk geïllustreerde boek kunnen lezen. DIE GOEDE, OUDE TIJD. Van Cornells Vefh. Bij d fa. G. W. den Boer te Middelburg is bovengenoemd boekwerk verschenen in de Praat- en Plaatserie onder leiding van 1!. J. Goddiard. In dit werkje wordt het HollandSche le ven in 't laatst van de vorige eeuw geschil derd. Met groot genoegen hebben wij de vaak humoristische beschouwingen van Cornelis Votih gelezen. Duidelijk laat hij zien dat or een op en neer gaan is in de begrippen van bet-amilijkheid. I)e schrijver laat zien de verandering die er in de kringen ran de uitgaande burgers van ons volk in de laatste decenniën heb ben plaats gegrepen. De meerdere welvaart, de meebdiere zorg van de ovrheid voor huisvesting en hygiëne de sociale verzekeringen hebben volgens den schrijver de onverschilligheid, ruwheid en baldadigheid doen verminderen. „De mensehen die zoo klagen over de lasten en ile kosten dor sociale wetgeving waarbij ongetwijfeld bureaucratische misbruiken zijn ingeslopen mogen dit wel eens be denken. Ik herinner miij zeen* goed don tijd, dat arbeiders in de bouwvakken bijvoorbeeld om van mijnwerkers, fabrieksarbeiders en-z. niet eens te spreken in den zomer tieii tot twaalf uur por dag werkten, een gezinsleven nauwelijks kenden, te nnoe wa ren vror uitspanning van eeni-gen aard en daarentegen 's winters maanden lang rond liepen, om dan gewoonlijk overat in de sahi'Jld te raken- die later weer moest war den ingelost. De leuze van den strijd om een meinaclh-vvs-ardig bestaan is waarlijk geen fraze geweest. 1 Maar ook aan een kindivvaardig bestian ontbrak veel. Vooral in schooltijd. Men heeft sedert wel hier en daar wat overdre ven, maar in liet bijzonder wat de kinderen der armen betreft is er toch enorm veel gods tot stand gekomen. Wie de leerplicht nog heeft zien tot wet worden, kan dit moei lijk ontkennen. De srholen zelf, wat lokaliteit betreft, wat leerstof en peisoneel aangaat, zijn aanmer kelijk verbeterd. Men heeft het onderwijs aanschouwelijk gema-akt, minder op machinaal van buiten leeren doen aankomen, liefde voor de na tuur gekweekt, de zong en de liefhebberij voor planten en bloemen aangemoedigd, bet spel uit de ergste verwildering geheven Men heeft bloemen en planten op school, men heeft schooltuintjes, speelplaatsen, ge organiseerde uitgynngen, alles dingen waar van toen nauwelijks nog sprake was." Een ander typeerend gedeelte vindt de lei zer op bld'z. 25, waar de schrijver het heeft over woord collega. „Ik neem daar het woord collega, en bej denk mij tegelijkertijd dat de scherts, die bk er in wilde leggen- niet za.l worden ge waardeerd. Ik leefde even in den tijd waar in nog slechts a-mbtena-eis dezen term ge bruikten, en verder geleerden, gestudeer den, zooals dokters en advocaten. Men zon het toen potsierlijk gevonden hebben, als een kelln-er, een winkelbediende, en zelfs een werkman van bun collega's zouden heb ben gesproken, zooals dat nu geschiedt. Een arbeider sprak van zijn maat. Dit woord is thans bijna evenzeer in on bruik ails „vrijer", een personage dat tegen woordig ails verloofde wordt aangeduid, liet vrouwelijk van vrijer is vrijster, en ik heb het nog bijgewoond, dat bet dienstmeisje dat opendeed, zoo werd aangesproken. Het was een soortnaam. De vrouwelijke dienst bode was vrijster in het oog van een vreem de, ook al was ei* niemand die om haar vrijde, en dien zij met gelijke munt kon betalen. Er lag misschien naast gemoede lijkheid ook een soort nonchalante gering schatting in dergelijke benamingen, en het is geen wonder dat de democratie ze heeft weggevaagd. Meer geringschatting dan ge moedelijkheid lag zeker in de gewoonte, om eiliken kellner Jan te noemen (maar waarom neemt geen e rake te Fransche kellner aan stoot aan het vecil enger ,-garcon"?) en in het geheel geen gemoeddlijikihoid in de ge woonte van sommige mevrouwen om al'e meisjes rion-ze-lfd-on naam te geven, b.v. Ma rie, omdat ze niet konden onthouden hoe ze elk voor zich heeften. Men zou met zul ke dingen nu eens aan moeten komen!" liet boek bevat prachtige spotprenten uit binnen- en buitenland. RUTH. Jolles Limburg. Bij de firma D. A. Da amen te VG raven- ha,ge is een nieuw boek versohon-en van den bekenden Jelles Limburg, wiens boeken „Wie niet heft", „Wie" enz., zoo zee-r de aandacht getrokken hebben. In dit boek wordt geschilderd boe de geld zucht, de zucht naar gewin, den mensch on gelukkig maakt. Een meisje van het land, Bertha gc-hee-ten trouwt met een bollenkwee-ker, die de goud koorts te pakken heeft en door zijn groot doenerij te gronde gaat. Ze moesten liet dorpje waar zij woonden, met hun beide kinderen verlaten en gaan zicih vestigen in Amsterdam, waar A-driaan Veldhuizen- de man van Bertha, een nieuwe zaak begint, voorspoed heeft en tenslotte door de speculatiezucht te gronde gericht, failliet verklaard Wordt en zelfmoord pleegt. Bertha bleef over met haar zoons, Jan en Adriaan. Adriaan hoeft het karakter van zij-n va der en most, nadat hij carrière gemaakt lieeft in de zaak van een vooraanstaand ~ker kelijk man, de wijk nemen na-ar Amerika, omdat hij met dezen „broeder" vele broe ders van do gemeente had opgelicht. Jan krijgt kennis aan een meisje uit de Jordaan waar zijn moeder* na den dood van zijn va der is gaan wonen, trouwt er mee. Voor zijn trouwen krijgt Jan t.b.c. en twee jaren lang mag Fietje, zijn vrouw, hem verple gen, waarna hij als socialist en godlooche naar sterft. Bertha heeft al die jaren haar broodje verdiend met het naoien van klee- ren, heeft een aanzoek van neef Peter, met wien zij in haar jeugd werd opgevoed, en sedert dien tijd een groote liefde voor haal bar! opgevat, zoo zelfs dat hij tot nu toe on getrouwd gebleven was- afgewezen, omdat zij voor baar jongens wilde zongen. Neef Peter komt haar na den dood van Jan opzoeken en vond haar verstijfd van rheumatiek en gebroken van ellende op 'n kamertpe van de met haar lot bewogen oudere van Fietje in de Jordaan. Ze gaat met Fietje, die een groote liiefde ycior haa-r gekregen heeft, cn tevens tot ge loof was gekomen, naar het dorp, waar zij vroeger de bollenkweekerij hadden. Peter, een schatrijke man, richtte daar een huisje vohr hen beide in. Bertha is vergrijsd cn een vrouw van zeventig geworden, hoewel ze pas in de vijftig is. Al haar schoonheid is vergaan. Fietje daarentegen is een bloeiende jonge vrouw. Ais een Ruth is ze met Bertha, de Naomie uit de groote stad naar hot dorp getrokken Van achterbuurtm-e-isje was ze tot een vrouw geworden, die in het dorp door de mannen van huwbaren leeftijd al spoedig begeerd wordt. Hot slot van deze boeiende geschiedenis is dat Fietje met Peter trouwt, tot groote emgernis van het dorp, dat gehoord heef dat Fietje vroeger een meisje uit de Jor daan was geweest cn ook op zedelijk gebied volgens de spraakmakende gemeente niet te vertrouwen is. Ondanks alles trouwt Peter en is over gelukkig met haar! U ziet lezers, er zit vaart in dit boek, alle verschrikkelijke dimgen, die er i,n het leven gebeuren kunnen, zijn er in verwerkt, zelf moord- t.b.c., Amerika, farizeeërs in grooi formaat, kletspraatjes enz. Gelukkig dat de schrijver sliuöt met een prachtig slot. Jelles Limburg heeft er verstand van tegenstel lingen te maken. Te maken zeggen wij, wamt o.i. is dit boek meer gemaakt dan ge baren. Alles gebeurt met een snelheid, die ons niet bekoren kan. De figuren zijn opp'*r vlokkig geschetst en de veranderingen die een mensje als Fietje, en Jan in geestelijk opzicht ondergaan, zijn in elkaar gezet, maar niet gegroeid. Overigens dit boek biedt een boeiend volks verhaal. Litterair kunnen we liet ectrter niet bewonderen. IDEEEN OVER KUNST EN SCHOON HEID, van L. Hoyack. Bij d fiirma M. E. Kluwor te Deventer is een boek volschonen „Ideeën over Kunst en Schoonheid", van den schrijver L. Iloyack. Hierin ontwikkelt de schrijver zijn pan theïstische kunstbeschouwing. De eohrijver heeft een groot liefde voor de natuur en in prachtige stijl zet hij zijn gedachten op papier. Wat God wil zeggen hult Ilij in sluieis van symbolentaal. De wereld van namen cn vormen wordt ons een symbolentaal, waarin een godde lijke bedoeling, een goddelijke gedachte tracht kenbaar te maken aan don mensch. De wereld wordt een tooneelopvoering, waarvan God de schrijver en regisseur is. en waarin Hij zelf optreedt, in de gestalten der spelers, aldus de schrijver. De schrijver negeert de bijzondere open baring cn zijn beschouwingen- van de pan theïstische idealen doortrekken, plaatsen den mensdh op een voetstuk, dat stvij it met alle werkelijkheid cn -geen rekening houdt met don Bijbel, die den menscli schil dert, als onbekwaam tot eenig goed. Iloyack verwisselt den Soliepper met bet schepsel. In dit bock wordt, voor do zooveelste maail, getracht de mensobheid te brengen van onder de tyrannie der fottcn; als de zondeval en de heilsopenbaring, de komst van Christus op de aarde. De schrijver wijst er in zijn boek op, dat vanaf de Cal vinistische preekstoelen geen nadruk ge legd wordt op Gods Schoonheid. Het Calvi nisme echt echter creatu-ur-vergeding één van de zwaarste zonden en ons inziens maakt Iloyack hiervan in zijn ideeën over kunst en schoonheid zich schuldig. Overigens is dit boek zeer zker lezens waard, vooral om zijn monumentale stijl. PAULUS DE APOSTEL. Dr. A. M. Brou wer. Bij de fa. G. J. A. Ruys te Zutphen is de nieuwe uitgave vereehenen van het boek van Dr A. M. Brouwer, hoogleeraar te Utrecht, „Paulius de Apostel", waarin de eohrijver een toelichting en een vertaling geeft van de brie-ven aan de Thessaloni- censcn. In dit geschuift poogt de schrijver uit zeiidingsoogpunt een pra-ctische verklaring te geven van de brieven aan de Tthessaioni- oenscn. Tevens diept de schrijver uit deze brie ven ailge-mecne beginselen op, die ook voor liet leven van beden moeten gelden. De gehoorzaamheid aam Gcd, de- ruimte van zijn blik- de diepte van zijn medegevoel met de heidemvereid, de geestelijke ge-meen schap met de nieuw toegebrachte Christe nen, de toewijding va-n zijn geheele persoon en van al zijn krachten, zoo laat de schrij ver Paulus zien terwijl hij tevens goed uit laat komen dat de bedendaageohe zendings arbeid zich hem tot voorbeeld moet etelllen Het is een prachtig werk, de groote heiden- apostel wordt hier in ware grootheid ge plaatst. JOHN BUNYAN. Christen en Ghristinne- reis. Vertaald door Ds A. G. Barkey Wolf, met illustraties van J. I-I. l6-ings (uitgave Mei-nema, Delft). Twee boeken in één pracht band gebonden. Twee boeken van ou-den datum, en toch van beteekenis voc-r onzen tijd. Twee boe ken die door de eeuwen heen een rijken ze gen hebben verspreid en in d-e toekomst tot rijken zegen zullen zijn. Twee boeken, die men niet één keer leest doch die men gaarne af en toe nog eens doorleest. Van vele boewen kan worden ge zegd: één keer gelezen, en dan weet ik liet wel. Bunyons boeken brengen u telkens tot Gods Woord en daarom veruoderen ze niet Vele zijn de uitgaven. Doch de 2e dru-k d-ocr de firma Meinema uitgegeven, 16 een uit gave, met duidelijke letter gedrukt, en in een pra-abtgewaad gestoken, die tof de beste uitgaven kan cn ma-g worden gerekend. Van heeler ha-rte hopen we dof zeer veilen dit boek zich zullen toeöiigenen en lezen. Niemand zal het berouwen zich in de din gen in dit boek geschreven, te verdiepen. Correspondentie deze rubriek betreffende te zenden aan F. V. NANNING, St. Gerarduslaan 15, Eindhoven. No. 341 No. 407 heeft tot auteursoplossing 1. Ddl. Helaas gaat ook 1. Pf2. No. 408 (B.W.) heeft tot oplossing 1. Dc2 dl 2. Kd4. Het veld e5 wordt tweemaal geblok keerd. Men kan altijd tot den oplossingswedstrijd toetreden. Een goede oplossing van een twee- zet telt voor twee punten enz. Voor een fou tieve oplossing wordt een punt in mindering gebracht. (Minimum aantal punten is nul). Voor den maandelijkschen prijs van f2.50 moet men de meeste punten hebben. Ook niet- abonné's zijn welkom. Heeft men tien keer ach tereen geen oplossing ingestuurd, dan verliest men zjjn aantal punten. Een onoplosbaar pro bleem vervalt voor den wedstrijd. Ter besparing van porti is de oplossings termijn op circa 4 weken gesteld, zoodat op lossers meerdere oplossingen eventueel te zamen tegelijk kunnen inzenden. Problemen voor den wedstrijd No. 415 J. B. VERDONK, Hulst Eerste plaatsing Zwart (6) „MAAS"-N Y MP HEN. Off er grage Nederlanders Doet gij allen thans weer meet Hebt ge soms nog iets te miss. Voor het crisis-comité? Wilt gij helpen te verlichten Veler nood.cn, veler leed Zooals, in de loop der eeuwen, Holland dat met liefde deed? Hebt gij meelij met die moeder Die haar arme, zwakke kind Door ontbering ziet verkwijnen En maar nergens uitkomst vindt? Voelt gij mee met die gezinnen Waar het noodigste ontbreekt Waar d'ondragelijke armoe Stumperds en misdeelden kweekt? Als gij met hun lot begaan zijt Treft hun bange klacht uw hart Als gij waarlijk mee ivilt werken Tot beteug'ling van de smart Als gij inderdaad wilt helpen Al wat hongert, al wat lijdt Al wie dreigen om te komen In deez' donk're crisistijd Geeft spontaan dan aan de oproep Van het N.C.C. gehoor Brengt uw vriendelijke gaven Onverwijld naar 't postkantoor. Koopt daar enk'le van die zegels Voor het crisis-comité We vergrooten er de inhoud Van de crisis-schatkist mee. Het bedraagt slechts enk'le centen Maar als iedereen het doet Is het comité geholpen Dus: Vooruit! Pak aan! Het moet!. (Nadruk verboden.) HAKATE. No, 416 B. WAGNER, Stad a. h. Haringvliet Eerste plaatsing Zwart (7) g Wit (8) Wit: Kb3, Td5, Ld8, Pe5, pi.af, b2, c3 en c4 Zwart: Ka5, Dc7, Tc8, Pb6, pi.a6 en d6 Wit geeft mat in twee (2) zetten Wit (10) Wit: Kdl, Dh2, Ta3, Pe3 en g2, Lal, pi.bT, c4, d6 en e2 ZwartKe4, Te7 en e8, Lh6, pi.aG en g5, Pc7 Wit geeft mat in twee (2) zetten Oplossingen inzenden vóór (Zaterdag 9 Jtlhi, Oplossing Eindspel no. 520 1. Dd6 f5 2. TaS Pb8 3. PJ>6 cb6: 4. Tb8 mat of: 1. BdGf 2. Dd6 enz. Eindspel no. 521 H. GUINET T.N.S.B. Wit: Ke5, TaS, pi.h3 Zwart: Kh5, Tg2, pi.g5 en h4 CORRESPONDENTIE B. en A. VV, De prijs kan zoo geregeld wor den t.z.t. LADDERWEDSTRIJD A. Wagner (1) 70 C. van Gelder (2) 71 J. P. Coppens (6) 52 D. Karrels (3) 49 P. Klein (2) 50 F. C. Laas (9) 39 B. Vis (1) 23 J. L. Braber (4) 12 B. Wagner (2) 102 406 407 408 Totaal 2 6 2 SO 2 3 2 78 2 3 2 59 2 3 2 56 2 - -1 51 (1)] 2 3 2 46 2 3 2 30 1 3 2 16 prijs 6 2 8 N. J. V. VERGADERING RING HOEKSCHE WAARD De Ring „Hoeksche Waard" van het Ne- d-erlandsch Jongelings Verbond zal op Twee de Pinksterdag zijn jaarlijksch Zomerfeest houden te Numansdorp. Er is medewerking toegezegd door de pre dikanten Ten Bokkel Huinink (Numans dorp), Mantz (Charlois) en Van der Loos (Lage Zwaluwe). Als declamator hoopt op te treden de -heer Jan van der Ree uit Rot terdam. Enkele muziekgezelschappon zorgen voor de noodige afwisseling. Historisch verhaal over de gebeurtenissen van 1830—1833 Door J. SNOEP Jr. Grootvader en Rijkers probeerden wel 'te troosten, maar die -kwellende onzekerheid konden zij toch niet wegnemen; en hoe lan ger 't duurde, hoe meer die onzekerheid ook hen ongerust en angstig maakte. 't Was in die dagen, dat dominee Van Kooten zijn vrienden in de Breestraat kwam bezoeken. Heel Dordt was in feeststemming, want men wist; dat van een Belgischen tegenstand geen sprake meer kon zijn. België hoopte nu maar op de beloofde tusschenkomst var. Frankrijk, dat aan de Nederlandsche troepen een gebiedend halt zou toeroepen. Natuurlijk zou dan 't. leger het bezette gebied moet-en veria-ten, maar aan de verwaande Belgische snoeverij was een einde gekomen en heel Europa had gezien-, dat Nederland zich niet straffeloos beleedig-en liet. Dat laatste gaf voldoening aan heel een volk, dlat maanden lang in zijn heiligste gevoelens was ge krenkt Maar hoe verheugd de stemming in Dordt ook was, in de bekende woning aan de Breestraat kon de oude dominee er niets ,van merken. Grootvader en Rijkers zeiden niet veel en op 't gezicht van -i' altijd zoo kordate huis moeder stond droefheid te lezen. Sinds dezen morgen de mare door Dordt ging, dat ook Kees Sanders tot de gevallen-en behoorde, was de an-gst -bij moeder Rijkers weer grooter dan ooit; en niemand kon haar troosten, omdat niemand haar omtrent haar jon-gen zekerheid kon geven. „Hoe gaat 't er mee?" vroeg de 1 eeraar haar en in zijn stem klonk warme deelneming. ,,'t Is haast niet uit te houden, dominee!" antwoordde vrouw Rijkers en weer spron gen do tranen in haar oogen. „Moedig zijn, moeder! En vast gelooven, dat -de Ileere een Hoorder der gebeden is." „Ach, dat weet ik wel, dominee maar daig en nacht laat me de vraag niet los wat er van Anton geworden is Er kwam een bijna onmerkbare glimlach op 't gelaat van -den grijsaard. Moeder Rij kers zag 't niet, want ze was te bedroefd, maar haar man zag 't wel. „Hoe is 't met Anton, dominee?" vroeg hij met nauwelijks te bedwingen ongeduld. „Ja, kijk me maar n-iet zoo aan, want ik zie, dat u meer van hem weet!" Dominee Van Kooten stond op cn zijn bei de handen op de schouders der bedroefde moeder loggend, zei hij bewogen: „Anton maakt 't best en laat inzonderhei-d zijn moe der -hartelijk groeten!" Dat was een ommekeer na de dagen va:i kwellende onrust! De oude leeraar moest haarfijn vertellen, hoe hij aan dit goede niaiuws kwam, en hij deed 't met blijde op gewektheid. Er liestorod eeni geregeld en druk verkeer tussohien de troepenmacht in België en Dordrecht. Want Dordt was de stapelplaats van levensmiddelen cn soms vertrokken zestien schepen tegelijk om de duizenden soldaten in België van al 't. noodige te voor zien. Er waren dagen, dat ibij, burgemeester Van der Eist tweemaal een koerier ver scheen met een spoedorder uit 't hoofdkwar tier. Dat hadden de Dordtsohe schutters gewe ten en ze hadden een van die ijlboden ver zocht een brief voor den bekenden Dordt- schen dominee mee te nemen. Die brief was een uur geleden bij d-en' predikant bezorgd en hij haastte zich in vele woningen blijdschap te brengen. Liefst zou hij 't persoonlijk doen, maar daar kon do ge brekkige grijsaard niet aan denken. Gaarne namen eenige vrienden deze aangename taak van 'hem over. Maar naar de Breestraat wilde hij zélf gaan. Hij wist van den angst, die hier al vele dagen ziin intrek had genomen; hij dankte Go-d voor 't voorrecht op dezen dag een boodschapper van goede tijding te mo gen zijn. Dominee Van Kooten haalde het gewich tige stuk uit zijn za-k, cn nooit was er in dit huisgezin meer aandacht en blijdschap ge weest dan bij 't zien van dit oude, vergeel de blad papier, 't Bevatte maar eenige re gels, die zeer gebrekkig geschreven waren. De schrijver had -blij-k-baar een niet al (e beste pen gehad en in groote haast geschre ven. Moeder Rijkers hield 't papier ia haar be vende handen en met tranen in haar oogen en siem las ze: „De ondergeteekonde Dordtsche Schut ters geven niet -blijdschap te kennen, dat zij gezond en welvarend zijn. Zij groeten familie en bekenden hartelijk en hopen spoedig thuis tc zijn. Hoezee voor Koning en Vaderland!" Daaronder volgden achttien namen. En de vijfde naam vaa onderaf was Anton Rij kers. Het stond er, beverig en onbeholpen en achter den naam la-g een groote inktvlek. Maar voor moeder Rijkers was dit 't kost baarste dokument, dat ze ooit in handen had. Ze spelde de lettors cn wel driemaal achtereen sprak ze den naam luit: „Anton Bij kers Henk, -die juist thuis kwam, keek heel verbaasd. Hij verdeelde zijn aandacht tus- schen dominee Van Kooten en 't stuk papier, waarop zij-n moeder maar bleef sta ren, en iiij wist niet wat hij er van denken moest. „Anton is springlevend en niet gewond!" iuichte Nel hem tegemoet en toen kwam er ook een blijde glans in Henks oogen. Veer tien lange dagen had hij hier thuis niet anders gezien dan bedroefde ge-zichten. Ge- iuk-kig, die sombere dagen waren voorbij. Anton was springlevend en de blauwkie- len had-den flink op hun kop -gehad! De wil de rakker, die zich weken lang in toom had moeten houden maakte met Nol een vreug dedans om de tafel. Dominee Van Kooten bleef nog een poos je praten en allen waren in verheugde stem ming. In geen weken was 't bij de Rijkers zoo gezellig geweest. Henk en Geurt brachten samen den ouden leeraar naar huis. Dc Dordtsche straten waren vol menschen in feeststemming. Van sommige hui-zen wapperde de vlag en vele burgers hadden zich getooid met oranje. 't "ostte de jongens soms moeite den grijsaard door do menigte -heen te leiden, maar voor dominee Van Kooten werd gaar ne ruimte gemaakt. En zonder ongeliu-k-ken werd de deftige predikantswoning bereikt. Op weg naar huis ontmoetten Henk en Geurt een hossende jongenstroep, waaronder zich Piet van Dam bevond. De broers sloten er zich aanstonds -bij aan en zongen dapper mee het lied van de Dordtsche Schutterij: Voor haardstee en altaren, Voor Vorst en Vaderland Trotsecren wij gevaren 't Was laat, toen de jongens eindelijk thuis kwam-en. Maar moeder Rijkers was heelemaal niet boos. Ze was blijde en dankbaar want de Heere had alles wél gemaakt! VIJFTIENDE HOOFDSTUK Toen de kogels floten... De plotselinge vrede was voor velen een tegenvaller. De Prins van Oranje was op een kanon schot Leuven genaderd, toen Engelsche en Fransche gevolmachtigden zich bij hem aanmeldden en meedeelden, dat de Fransche maarschalk Gérard bij Wavre met 40.000 man gereed stond om de Nederlandsche troepen tot den terugtocht te dwingen. Wel wist de Prins zich nog van Leuven meester te maken, maar reeds 20 Augustus bevond hij zich weet* met bet leger binnen de vaderlandsche grenzen. De onverschrokken Hertog van Saxen- Weimar, die met zijn krijgsmacht reeds op weg was naar Brussel, was woedend, toen hij 't. bevel ontving om onmiddellijk terug te trekken. .Van spijt wierp bij zijn muts en degen tegen d-en grond, maar 't slot was toch, dat ook hij gehoorzaamde. Toch had de Tiendaagsche Veldtocht op de Lon-densche Conjerentie grooten indruk gemaakt. De nieuwe schikking, die zij Ko ning Willem I voorlegde was heel wat gun stiger dan de vorige. Maar weer dacht de Koning er niet aan toe te geven-, te meer daar de mogendheden hem bevelen gaven alsof hij haar onderdaan was. Toen besloot de Conferentie hem door ge weld te dwingen. Een Engelsch-Franeche vloot stak in zee en na-m al de Nederland sche koopvaardijschepen in beslag. Dat was voor den handel een geweldige schadepost, maar Koning Willem wist van geen toegeven en heel 't vaderland stond hierin trouw achter zijn Vorst. Een onweer staanbare geestdrift had zich van het Ne derlandsche volk meester gemaakt/met ge willigheid droeg 't het reeds liooge cijfer der iaarlijksche uit-gaven van 45 millioen gul den, en toen een vrijwillige leening werd uitgeschreven, werd nog een gelijk bedrag -bije-en -gebracht. Maar ondanks dez-e geestdrift zag d'e toe komst van Nederland er somber en drei gend uit. Waar twee groote mogendheden 't zich tot taak hadden gesteld, clat kleine, koppi-ge land-je van even v-ier millioen inwo ners, dat hun bevolen durfde tc wederstaan, te dwingen naar hun wil tc handelen daar was 't wel zoo goed als zeker, dat Nederland ten slotte toch zou moeten toege ven. Grootvader Rijkers zag met groote zorg de ontwikkeling der gebeurtenissen tegemoet, en dominee Van Kooticn was 't in dit op zicht -geheel met hem eens. (Wordt vervolgd)] )V NED. HEI Onder Christelijl te opgeko tienjarig V. een sc bauw van luisteraar: haar plan bestuur li Utrecht v vinciale C Beslotei den, uitga sies, om ti Bestuur „N.C.R.V.- tenminste Voor de van een r de heden bedrag ni maatscha de initiati niet op ren, terw zijn, dat is, wanne doordron-f Het zal bi offer van volk voor V. gedure daarbuite Over d< zal worde mededeel ciale Cor werken a mité's, di vorming bevelin-g Het Uit Jubileum van de P terwijl d< gen aai Utrecht, vendeel, IJsselstei van Duy Het bu gevestigd 14S06, Gi ■■•TT*

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1934 | | pagina 6