Levensgang der Koningin-Moeder
AFSCHEID VAN KONINGIN
EMMA ALS REGENTES
Dank aan de Koningin=Moeder
WAT DE KONINGIN-MOEDER
IS GEWEEST
ZeÏÏ gezegend, was Zij anderen ten zegen
Herinneringen uit een lang
en welbesteed leven
Op Dinsdag SO Augustus 1898
verscheen een buitengewoon nummer
van de Nederlandsche Staatscourant.
Daarin nam Koningin Emma af
scheid als Regentes der Nederlanden.
Zij deed dat met de volgende pro
clamatie:
De taak, die mij in 1890 werd toe
vertrouwd, is weldra geëindigd. Mij
valt het onwaardeerbaar voorrecht
ten deel, Mijn beminde Dochter den
leeftijd te zien bereiken, waarop Zij
naar het voorschrift der Grondwet
tot de regeering geroepen wordt. In
de dagen van smart en rouw trad Ik
op als Regentes van het Koninkrijk;
thans schaart zich het geheele Volk
in vreugde om den troon zijner jonge
Koningin. God heeft Mij in deze
jaren gesteund, Mijn dierbaarste
wensch is vervuld.
Aan allen, die Mij met raad en
daad hebben ter zijde gestaan, en
die Mij gesteund hebben door hunne
liefde en gehechtheid, breng ik
Mijnen dank.
Moge het ons Land met zijn Bezit
tingen en Koloniën, onder de regee
ring van Koningin Wilhelmina wèl
gaan! Het zij groot in alles, waarin
ook een klein volk groot kan zijn!
Ik treed af van de hooge plaats,
die Ik in ons Staatswezen heb be
kleed, met den diepgevoelden wensch
dat op Koningin en Volk te zamen,
door de nauwste banden vtreenigd,
Gods zegen blijve rusten.
EMMA.
zeventigsten verjaardag onzer Konmgin-
Moeder, dat hij haar eens ontmoet had op
een tentoonstelling van artikelen in dienst
der ziekenverpleging. Hij verklaarde getrof
fen te zijn door haar hartelijk meeleven;
ook was hij verbaasd over haar groote ken
nis van zaken. En hoe belangstellend liet
zij zich over alles inlichten.
Als we haar als een echte Landsmoeder
in het midden haars volks zagen: op zie
kenbezoek, of krachtig meewerkend aan de
bestrijding van de sombere krachten, die
den bloei van ons volk ondermijnen hoe
menigmaal hebben we dan gedacht aan het
Bijbelwoord, dat onze Koningin-Moeder zich
op den dag harer openbare belijdenis tot
levensspreuk koos: God is liefde, en die in
de liefde blijft, die blijft in God en God in
hem!
Liefde en dankbaarheid van ons volk
Het Nederlandsche volk heeft Koningin
Emma altijd groote liefde en dankbaarheid
betoond.
Toen zij als Regentes aftrad, wilde dat
volk in een kostbaar bewijs, in een natio
naal huldeblijk aan die dankbaarheid
uiting geven.
Uit alle standen door 't goud der rij
ken, maar vooral ook door 't koper der ar
men werd een som van drie-honderd
duizend gulden bijeengebracht en Koningin
Emma aangeboden.
De Koningin-Moeder was diep getroffen
door deze uiting der volksliefde. „Bij het
einde van mijn taak zoo sprak zij
Regentes en Koningin-Moeder,
Duld, Koninklijke Vrouw, dat Nederland U huldigt.
Met blijk van liefde en dank en eerbied diep en groot!
Het is aan U 't behoud van 't Hoog Geslacht verschuldigd,
D'at uit te sterven dreigde en opbloeide uit Uw schoot.
U zegent uit zijn graf de Koning, wien Ge een zegen
Des Hemels zijt geweest, op 't afgaand levenspad;
U zegent van Haar Troon, aan Uwe hand bestegen,
De Dochter, die in U de vroedste Moeder had;
U zegent van rondom, uit hooge en lage woning,
Een volk, dat, één van zin, Uw rijksstaf heeft gekust,
Met eerbied voor de Weeuw van zijn beminden Koning,
Verzekerd van Uw hart en op Uw deugd gerust.
U zeeg'ne van omhoog, de God dien we U zien eeren,
Met wat gelukkigst maakt en opheft boven 't stof
Hij was Uw Sterkte en Licht bij zorgen en regeeren;
Zijn Vrede bljjve Uw deel, met aller braven lof!
Nicolaas Beets in 1898.
Koningin Emma bij een bezoek aan Potter
dam. Rechts de Burgemeester, Mr P«
Droogleever Fortuyn.
vind ik ln de liefde en den dank van het
Nederlandsche volk, waarvan dit geschenk
getuigt, de grootste, de schoonscbe voldoe
ning voor wat ik gepoogd heb te doen in
het belang van Land en Volk".
Wat zij met de groote som geld deed?
Het landgoed Oranje-Nassauoord bij Ren-
kum gaf zij ten geschenke. En door het na
tionaal huldeblijk werd zij in staat gesteld
op dit landgoed het eerste Nederlandsche
Sanatorium te stichten.
Minstens éénmaal per jaar bracht de
thans gestorven Vorstin een bezoek aan
haar stichting, waar 't kranke lichaam een
zorgvuldige verpleging vindt en waar te
vens hoe zou 't ook anders kunnen?
niet vergeten wordt wat de ziel voor ieven
en sterven noodig heeft.
De stichting van 't Oranje Nassau-oord
was 't antwoord van Koningin Emma op de
daad der dankbaarheid van 't Nederland
sche volk.
Inderdaad: ons stugge, koele, nuchtere
Nederlandsche volk heeft Koningin Emma
altijd groote dankbaarheid betoond.
Er zijn in ons vaderland heel wat kerken'
en scholen, pleinen en straten naar de Ko
ningin-Moeder genoemd.
Maar van veel grootere beteekenis is de
plaats die zij in 't hart van ons volk
heeft veroverd.
Het Christelijk volksdeel zal dan ook bij
al den rouw, die 't bedrijft over 't verschei
den van deze zoo zeer beminde Vorstin,
God danken voor de rijke gaven van hoofd
en hart, zoovele jaren in Hare Majesteit
Koningin Emma geschonken.
De Koningin-Moeder! In den loop der
tijden heeft deze naam een eigen be
teekenis gekregen.
Zij, die evenals ik het voorrecht'
hadden als minister samen te werken
met de Koningin-Moeder, toen zij
Regentes was of later Haar mochten
benaderen in moeilijke omstandig,
heden en bewogen tijden, zij weten,
wat zij geweest is voor Haar nieuw
gekozen vaderland.
De Koningin-Moeder heeft ons volk
lief gekregen, want zij zag in ons volk,
zijn zeden en gewoonten, bijna alleen
het waardevolle en het goedespiegel
beeld van Haar eigen moed, Zij heeft
Haar liefde betoond door Haar trouw
medeleven met allen, die Haar dien
den, door Haar onvermoeide belang
stelling in ziekenverpleging, in weten
schap en kunst en door Haar stille
hulp in nood. En ons volk heeft Haar
liefde met liefde vergolden.
Mr. A. P. W. CORT v, d. LINDEN,
Oud-minister van Justitie tijdens
het regentschap van de Koningin.
Moeder., «-
volk geschreven wat er tijdens haar regent
schap is tot stand gekomen.
't Was een moeilijke tijd. De politieke
partijen bestreden elkaar op de meest felle
wijze; niet minder dan vier ministeries tra
den tijdens het regentschap op, en vooral
ook onze koloniën gaven vaak reden tot
zorg.
Dat Koningin Emma met wijsheid in al
deze voor ons land zoo belangrijke gebeur
tenissen optrad, bewijst wel het merkwaar
dig oordeel van een buitenlander: „Deze
Vrouw heeft binnen acht jaren de partijen
meer tot verdraagzaamheid gevoerd dan
drie Koningen in tachtig jaar".
Had Koningin Emma reeds aanstonds bij
haar komst in Nederland het hart van ons
volk veroverd, het regentessetijdperk heeft
die liefde niet weinig versterkt.
En deze beleidvolle Regentes was tegelijk
Koningin-Moeder.
Zoo zag ons volk haar zelfs in de eerste
plaats: als Moeder van het kind, dat eens
zitten zou op den troon der Oranjes.
„Ons Prinsesje" zou eens, zoo God wilde,
Koningin der Nederlanden zijn en daarom
lag in de handen der Koningin-Moeder zulk
een gewichtige taak.
Toen de rouwtijd voorbij was, maakte
Koningin Emma zich op het Nederlandsche
volk zijn toekomstige Koningin voor te stel
len.
Onvergetelijk is de tijd, die toen aanbrak.
Dat is al weer vele, vele jaren geleden,
maar de mannen en vrouwen, die van die
eerste ontmoeting tusschen Koningin en
volk getuigen waren, zijn 't nóg niet ver
geten.
Ja, 't Nederlandsche volk wist zich met
sterke banden verbonden aan de matste
spruite uit het oude Oranjehuis, 't Had zijn
Koningin vurig lief, maar niet minder de
Moeder, die zich zoo ten volle gaf aan de
verheven en sclioone taak, die zij bij de
aanvaarding van 't Regentschap met deze
woorden op zich had genomen: Ik zal er
mij hijzonder op toeleggen de Koningin
gehechtheid aan de Grondwet en liefde voor
haar volk in te boezemen.
In het midden haars volks.
Koningin Wilhelmina, die in 1898 den
troon harer vaderen beklom, regeert nu
reeds langer dan vijf-en-dertig over het Ne
derlandsche volk.
Het levensdoel: het door haar moeder ge
geven voorbeeld na te volgen, bleef zij
trouw. En daarvoor is en blijft ons volk
haar dankbaar.
Maar daarom blijft 't ook dankbaar de
Koningin-Moeder, die door 's Heeren gunst
ons zoo lang gespaard bleef.
Toen haar dierbaarste wensch werd ver
vuld, was Koningin Emma veertig jaar; en
thans is zij op ruim 75-jarigen leeftijd zacht
en kalm ontslapen
Of er van die laatste vijf-en-dertig jaron
veel te vermelden is?
Onze Koningin-Moeder woonde in 't mid
den haars volks. En zij leefde met dat volk
mede in blijde en droeve gebeurtenissen.
Als jong meisje verlangde zij pleegzuster
te worden. Die wensch is niet in vervulling
gegaan. En toch ook weer wel. Een pleeg
zuster is het beeld der dienende liefde
en wat is onze Koningin-Moeder heel haar
lange leven anders geweest?
Een geheel volk werd haar aangewezen
en zij gaf zich aan dat voik met heel haar
meevoelend en medelijdend hart.
Ja, er is in die jaren veel gebeurd en ook
van dien tijd zou veel te vermelden zijn.
Als ons volk door ziekte of ramp getrof
fen werd, betoonde Koningin Emma zich
immer de Landsmoeder, die rusteloos in de
weer was mee te helpen de geslagen wonde
te heelen. In haar lange leven bewees zij,
de levenslessen op Arolsen geleerd niet ver
geten te zijn.
Dikwijls lazen we tot voor eenige jaren
telkens berichten over bezoeken, die onze
Koningin-Moeder bracht aan een of ander
ziekenhuis.
Wat vriendelijk, beminnelijk, ja moeder
lijk wist Koningin Emma met zieke men-
schen om te gaan. Dat is een moeilijke
kunst, die slechts weinigen verstaan. Maar
de vroegere Prinses van Arolsen had 't,
door de rijpe ervaring van een lang leven,
in die heerlijke kunst ver gebracht.
Menig patiënt keek verwonderd op, al9
die vriendelijke gestalte zich boog over 't
bed en een deelnemende stem vroeg hoe 't
er mee ging. Was dat nu de Koningin Moe
der? 't Leek wel een gewone moeder, die
eens kwam kijken hoe al die zieke men-
schen 't maakten. En als een aangename
herinnering aan 't verkwikkende bezoek
bleef meestal een ruiker bloemen achfer.
En wie denkt niet aan elk jaar terug-
keerend Emma-bloempje, waardoor reeds
vele tonnen gouds geofferd werden voor het
prachtige werk der t.b.c.-bestrijding?
Emma-bloempje! 'n Veelzeggende naam,
die tevens een welverdiende hulde vertolk
te aan haar, die op dit terrein zooveel tot
stand heeft gebracht.
Een sociaal-democraat schreef bij den
Na een regeering van ruim 41 jaar over
leed Koning Willem III op 23 Nov. 1890.
Door dit sterven was de Nederlandsche
Kroon overgegaan op Prinses Wilhelmina
Maar de Prinses was toen nog maar tien
jaar. Volgens de Grondwet zou zij eerst
over acht jaar tot de regeering kunnen wor
den gereepen. Tot dat tijdstip zou Koningin
Emma als Regentes van het Koninkrijk op
treden.
Over haar arbeid als Regentes zouden
vele bladzijden te vullen zijn eni s een
heel dik boek verschenen.
Toen de thans overleden Vorstin 2 Aug.
f928 haar zeventigsten verjaardag mocht
vieren, is dat dikke boek haar aangeboden.
Daarin hebben de knapste mannen van ons
Het paleis aan het Voorhout ta 's-Gro.ven.hage, waar de Koningin-Moeder overleed.
Het slot Arolsen, waar de Koningin-Moeder 2 'Augustus 1858 werd geboren,
Koningin Emma is niet meer
Vrijdag kwam het eerste bericht van de
krankheid van de door ons volk zoo geliefde
Koningin-Moeder.
Zaterdag luidden de berichten uit de zie
kenkamer al ernstiger. Zondag werd reeds
het ergste gevreesd, en nu ging de treur
mare heel 't land door; Koningin Enuna is
niet meer.
Hoe vurig is op den laatsten rustdag in
alle plaatsen en in alle kerken gebeden óf
God dit kostbare leven nog wat sparen wil
de, voor de koninklijke familie en voor heel
ons volk.
Maar Gods wegen waren anders.
In 't zelfde jaar, dat wij do 25sten jaardag
van onze Kroonprinses hopen te vieren,, werd
't leven afgesneden van Haar, aan wie ons
volk zoo onnoembaar veel te danken heeft.
En zoo zien we ons tamelijk onverwacht
voor de taak gesteld eenige bijzonderheden
te verhalen uit dit veelkleurige en rijk ge
zegende leven.
't Zullen maar eenige grepen zijn.
En veel nieuws zal daarbij niet zijn.
Want ons volk had zijn Koningin-Moeder
hartelijk lief.
En 't wist welk een groote plaats zij ruim
een halve eeuw lang in ons midden heeft in
genomen.
Koningin Emma was algemeen be
mind. Zelfs bij hen, die dat openlijk niet
durven zeggen.
Maar wij achten 't ons een eere in dit
blad, dat voor een groot deel gewijd is aan
de dankbare nagedachtenis van de hooge
en beminnelijke Koningsvrouwe, een en
ander onder de aandacht te mogen brengen
uit dit leven, dat onder ons ontlook, tot
vollen wasdom kwam, in een langen levens
avond nabloeide en nu tot hooger heerlijk
heid werd bevorderd.
't Is plicht der dankbaarheid om te geden
ken hoe voor dezen de Heere God ons ook
in Koningin Emma heeft gunst bewezen.
Jeugdjaren op Arolsen
Onze Koningin-Moeder werd 2 Augustus
1858 geboren op 't slot Arolsen, de residen
tie van Vorst George Victor van Waldeck-
Pyrmont en zijn gemalin Vorstin Helena,
geboren Prinses van Nassau.
Het Huis-Waldeck-Pyrmont heeft 'n oude
geschiedenis achter zich, met menige roem
rijke bladzijde. Het werd gesticht in 777
door Wittekindus I, graaf \an Waldeck en
Swalenberg.
Toen onze Koningin-Moeder als kind in
Arolsen speelde, was 't nog een echt oudcr-
wetsch plaatsje met de meest gemoedelijke
toestanden.
Zoo wordt verteld, dat er maar één rij
tuig was, wat den gasten van 't slot soms
heel wat last bezorgde.
Ook stond er een kleine gevangenis, die
bijna altijd leeg was. Want de gevangenen
haalden water of kloofden hout, en niemand
van hen dacht er aan te ontvluchten.
In zulk een omgeving werd Prinses Emma
geboren en groeide zij op. Zij had drie
oudere zusters: de Prinsessen Sophie, Pau
line en Marie; op haar volgden Prinses
Elisabeth en Prins Frederik.
De vorstelijke ouders hadden dus zes kin
deren op te voeden en niets lieten zij onbe
proefd om die opvoeding zoo goed mogelijk
te doen zijn.
't Was een gelukkig, vi-ooiijk gezin: daar
op 't liefelijke Arolsen, in de nabijheid van
Waldecks uitgestrekte bosschen. De kinde
ren genoten een onbezorgde jeugd en hun
blij gelach klonk luid op in de groote ka
mers van 't oude slot of in de mooi aange
legde en goed onderhouden tuinen.
Prinses Emma's moeder was een zorg
zame, ernstige vrouw; zij was niet sterk en
had veel van jicht te lijden.
Haar vader was een man, die opgeruimd
en welgemoed zijn weg door 't leven ging;
hij kende geen grooter genoegen dan zijn
kinderen vroolijk en dartel om zich heen te
zien geen wonder, dat 't zestal aan zulk
een vader hing.
Wat een prettige jeugd heeft onze Ko
ningin-Moeder daar in 't ouderlijk huis
doorleefd; steeds heeft zij dan ook dank
baar aan dien gelukkigen tijd terug ge
dacht
Maar ook ging dóór de zon wel eens ach
ter donkere wolken schuil. In welk huisge
zin is 't altijd voorspoed en vreugde?
De oudste dochter, Prinses Sophie, werd
ziek. Dag en nacht was de trouwe moeder
voor haar kind in de weer; en 't gelaat van
den vroolijken vader werd versomberd door
een donkere wolk.
De knapste dokters werden ontboden,
maar beterschap bleef uit. Toen werd ge
tracht in 't zuiden van Engeland herstel te
vinden, maar steeds ernstiger werden de
berichten, die op Arolsen binnenkwamen.
En in den zomer van 1869 werd Prinses
Sophie, slechts 15 jaar oud, uit haar blijde
jeugd weggerukt. En toen die slag gevallen
was, pakten zich opnieuw donkere wolken
hoven Arolsen samen: Vorstin Helena werd
ziek. 't Smartelijk verlies van haar oudste
dochter had de krachten van de toch al
niet .sterke vrouw uitgeput.
Weer raadden do dokters aan een milder
klimaat te zoeken en aanstonds werd deze
raadgeving opgevolgd: de geheele familie
vertrok voor eenigen tijd naar Cannes.
Zoo is droefheid en smart onze thans
overleden Koningin-Moeder in haar jeugd
niet gespaard. Arolsen heeft haar blijden
lach gehoord, maar ook haar tranen gezien,
geschreid in dagen van angst en rouw.
Maar 't zij blijde of droeve dagen een
gelukkig huisgezin was dat van Vorst
George Victor en zijn gemalin Helena.
Deze ouders hadden een groot gemeen
schappelijk doel: hun kinderen gereed te
maken voor 't wachtende leven. En niets
lieten zij daarvoor onbeproefd.
De beste leeraars werden uitgekozen tot
het geven van onderwijs; maar zelf hielden
de oudprs de opvoeding en leiding van hun
kroost in handen.
Hebben deze kinderen van hun onder
wijzers ongetwijfeld veel geleerd dat hun
in t later leven uitnemend te pas kwam
van hun ouders hebben zij een nog groote
ren schat meegekregen. Heel jong hebben
zij geleerd met andere menschen mee te
leven: vooral met menschen, die door ziekte
of armoede lijden en ontberen. Geen won
der, dat Prinses Emma als jong meisje
meermalen den wensch uitsprak pleegzus
ter te mogen worden.
En zoo zaten de prinsessen daar op Arol
sen vaak bijeen, druk bezig met het maken
van kieedingstukken, die straks in de wo
ningen der armen groote blijdschap en
dankbaarheid zouden brengen.
Van hun ouders hebben deze kinderen
geleerd de nooden van anderen mee te hel
pen dragen; en meermalen moest de spaar
pot daarvoor worden leeggeschud.
't Is een groot voorrecht: als kinderen dat
vroeg van hun ouders mogen leeren.
Maar een nóg grooteren schat kunnen
ouders hun kinderen meegeven op de reis
door 't leven.
Dat is de schat, waarvan de Heere Jezus
sprak, toen Ilij zeide: Vergadert u geen
schatten op de aarde, waar ze de mot en de
roest verderft, en waar de dieven doorgra
ven en stelen; maar vergadert u schatten in
den hemel, waar ze noch mot noch roést
verderft, en waar de dieven niet doorgraven
noch stelen.
Die schat was den Vorst van Waldeck-
Pyrmont en zijn gemalin niet onbekend, en
op dien grootsten aller schatten hebben zij
kun kinderen ernstig gewezen.
En dankbaar zullen deze ouders geweest
zijn, toen 27 Juni 1874 hun beide dochters,
de Prinsessen Marie en Emma in de Evan
gelische kerk te Arolsen hun openbare ge-
toolsbelijdenis deden.
't Was in die kerk gewoonte, dat ieder,
die als lidmaat werd bevestigd, zich een
levensspreuk koos. Prinses Emma koos de
Steeds werd ieder getroffen door de eenvoud
en ongedwongen hartelijkheid, waarmede de
Koningin met oud en jong wist om te gaan.
de Dr. L. R. Beynen enkele maanden op
Arolsen. Prinses Emma kon geen beteren
leermeester hebben, want Dr. Beynen gaf
zich met groote toewijding aan zijn verant
woordelijke taak.
En de leermeester kon tevreden zijn over
zijn leerlinge, die niet alleen blijk gaf van
een helder verstand maar tevens groote
belangstelling en liefde betoonde voor 't
land, waar zij weldra zulk een plaats van
beteekenis zou innemen.
Er is die laatste maanden van 1878 op 't
slot te Arolsen hard gewerkt, zoowel door
leeraar als leerlinge. Maar toen die voor
bereidingstijd voorhij was, waren heiden
heel tevreden.
Prinses Emma is haar bekwamen leer
meester immer dankbaar gebleven voor zijn
uitnemend onderwijs. En Dr. Beynen kende
iater geen grooter genoegen dan te spreken
over den tijd op 't slot Arolsen doorgebracht.
Zoo naderde 7 Januari 1879: de dag, waar
op Prinses Emma gemalin van Koning
Willem III en daardoor Koningin der Ne
derlanden worden zou.
Nadat het huwelijk in het ouderlijk pa
leis der Prinses voltrokken was, begaf het
Koninklijk echtpaar zich naar de kapel van
't slot Arolsen, waar de kerkelijke inzege
ning zou plaats hebben.
De Ouders van wijlen Koningin Emma: Vorst George Victor van Waldeck-Pyrmont,
en Vorstin Helena, geboren Prinses van Nassau, moeder van Koningin Emma.
woorden uit 1 Joh. 4 16: God is liefde; en
die in de liefde blijft, die blijft in God en
God in hem.
Koningin der Nederlanden.
In 't einde van 1878 ging door Nederland
't gerucht, dat Koning Willem III cpnieuw
in 't huwelijk zou treden. En 9poedig was
bekend wie Neerlands nieuwe Koningin zou
zijn: Adelheid Emma Wilhelmina Theresia
Prinses van Waldeck-Pyrmont.
Er moest echter nog heel wat gebeuren
eer 't zoo ver was. Dat begreep de toekom
stige Koningin zelf wel 't best. Daar ginds
in 't Westen wachtte een land op haar,
waarover zij Koningin zou moeten zijn.
Maar zou zij dat waarlijk kunnen zijn, dan
moest zij zich met de taal, met de geschie
denis en met de gebruiken van dat land
zooveel mogelijk vertrouwd maken.
Om haar daarbij leiding te geven vertoef-
De hofprediker Scipio, die een schoone
rede hield naar aanleiding van Psalm 121,
sprak op aangrijpende wijze de Koninklijke
Bruid toe: „Gij geniet het voorrecht, dat gij
zijt omgeven door uw Vorstelijke ouders,
broeders en zusters, die trouw en liefdevol
u herwaarts naar het altaar en ook op uw
verderen levensweg met de bede begelei
den, dat Gods liefde uw deel moge zijn uw
heele leven lang, en dat gij aan de zijde
van uw Koninklijken gemaal ten zegen
moogt zijn voor zijn waardig en edel volk,
opdat gij daarginds met geheel uw gemoed
zeggen kunt: Uw volk is mijn volk".
De intocht van Koningin Emma binnen
de grenzen van Nederland werd een ware
zegetocht. Dat begon al te Oldenzaal; dat
bleek op Het Loo; en toen Koning Willem
met zijn gemalin in Amsterdam en Den
Haag verscheen, barstte de voik.sj.ubeI los
in een schier eindeloos gejuich.
Stormenderhand won de jonge Koningin
de harten der Nederlanders. En een luide
vreugdekreet daverde over de steden en
dorpen en gehuchten van Oud-Holland, toen
31 Augustus 1880 Prinses WilhelmiDa ge
boren werd.