Zilveren Jubileum te Stellendam. De heer VROE\GINDEWEJ: Och! goed eten De VOORZITTER: We kunnen niet een veertig jaar teruggaan. De Raad moet daarin een voorbeeld geven. De heer DOORNBOS: De gemeentearchitect heeft er geen bezwaar tegen en het bevreemdt mij, waarom de artikelen niet in dien geest ge- wijzigd zijn. Weth. STRUIK: Het standpunt van den heer Snelleman was, toe te staan,dat bedsteden ge bouwd worden. De gezondheidscommissie ver zette zich hier echter tegen. Dat is de kwestie. De heer VAN DER KOOIJ: Ik vertegen, woordig hier een partij, die zware eischen stelt voor de arbeidersklasse voor goede woningen, Wij hechten groote waarde daaraan. De men schen moeten vaak in krotten leven, waar geen sprake is van een goed gezinsleven. We gaan op zoo'n manier weer terug naar den tijd van voor veertig jaren, toen de conservatieve par tijen de menschen in krotten lieten wonen, alleen maar geschikt voor dieren. Ik wensch, dat er woningen zonder bedsteden -gebouwd worden. De heer KOOTE: Dat kunnen ze betalen ook. De heer VAN DER KOOIJ: Dat is de schuld van de arbeiders niet. De VOORZITTER: Ik moet het U ontraden het voorstel van den heer Vroegindeweij aan te nemen. Ik breng de vier punten, door de heeren genoemd, in stemming. De heer J. VAN DER MElDEj: Wat is er nu tegen, dat het ook gewettigd is bedsteden te bouwen, indien de menschen daarin liever sla pen dan op een ledikant. Laat het aan den wensch van de bouwers over. De VOORZITTER: Het zou in strijd zijn met de waardigheid van den Raad om zulke bepalingen te maken. Ik breng allereerst in stem ming het voorstel van enkele heeren om B. en W. de bevoegdheid te ontnemen de aansluiting van de waterleiding te regelen. De heer J. VAN DER MEIDE: Dat kan niet volgens de gemeenschappelijke regeling. De VOORZITTER: Ja, het helpt niets. De Raad neemt dit voorstel toch aan. Ten tweede wordt de kwestie van de bed steden met algemeene stemmen aangenomen. Besloten wordt de ophooging van 20 c.M. zand te handhaven, gezien de geringe kosten. De heer VROEGINDEWEIJ blijft tegen de verplichte aansluiting en stelt voor de artikelen 38 eri 90 te schrappen. De heer J. VAN DER MEIDE: Ik heb deze debatten verwacht. Eerst hebben we het over licht en over vuur gehad en nu over water, dat zijn gezworen vijanden. De VOORZITTER: LI gelooft toch zeker wel, dat de stichting op een bezadigde manier te werk zal gaan Het zal zoo soepel mogelijk geschieden. De heer VERMAAS: Kan de gemeente geen tijdsbepaling van 10 jaar voorstellen De VOORZITTER: Er is een gemeenschap pelijke regeling en er valt dus niets voor te stellen. De heer DOORNBOS: Dus LI weet niet wanneer men aansluiten moet De VOORZITTER: Al die bepalingen zijn behoorlijk vastgesteld. De heer DOORNBOS: Hoe kan de rechter me nu veroordeelen als er nergens aangegeven staat binnen welken tijd ik aangesloten moet zijn De VOORZJTTEjR: Het staat toch ook in geen enkele bouwverordening, binnen welken tijd een nieuw huis een regenbak moet hebben De heer VOGELAAR: Bij mij staat vast, dat indertijd gezegd is: een tijdsduur van vijf jaren. Zoo is het altijd voorgesteld. De VOORZITTER: Er is nooit een officieel besluit van vijf jaren genomen. Laat het echter gerust over aan de stichting. Het zal wel voor elkaar komen. De heer VROEGINDEWEIJ: Volgens art. 90 en 38 kan men tot directe aansluiting ver plichten. Ik kan mijn stem daar niet voor geven. De heer VOGELAAR: Er is toch steeds ge sproken van vijf jaar Weth. SLIS: Dat zal zoo wel toegepast wor den ook. De heer VOGELAAR: Kan in dit opzicht geen belofte gedaan worden De VOORZITTER: Ik ben onbevoegd een dergelijke toezegging te doen. Het is wel de be doeling een termijn te zeggen. Voorloopig willen wij echter vrijwillig aan laten sluiten. Dan kun nen altijd nog maatregelen getroffen worden. Die het vrijwillig doen, krijgen enkele dingen gratis. Wie er toe verplicht wordt, geniet de voordeden niet. Het is absoluut de bedoeling van het heele bestuur om kalm aan te doen. De heer VOGELAAR: E'en exceptioneel ge val is het niet. In het geheele land is er ver plichte aansluiting. De heer KÖESE: Ik wil juist niet, dat de stichting de baas is. De VOORZITTER: De algemeene regeling is nu eenmaal door den Raad aanvaard. De heer VOGELAAR: Er is een wettelijk motief, dat is zoo, maar er is ook een moreel motief en dat spreekt van een tijdsduur van 5 jaren, zooals het ons altijd voorgesteld is. De VOORZITTER: Er zal zooveel mogelijk rekening worden gehouden met de wenschen van den Raad. Het voorstel komt in stemming. De artikelen betreffende de verplichte aansluiting worden niet geschrapt. Zes stemmen waren er tegen, terwijl de heeren Vroegindeweij, Koote, Koese, Ver maas en Doornbos voor de schrapping stemmen. Het voorstel van B. en W. tot vaststelling van de voorschriften ingevolge de artikelen 1, 2 en 7 van de Woningwet wordt dus aange nomen. Aan de orde is vervolgens de voorloopige vaststelling van de gemeenterekening .1932. De SECRETARIS leest het rapport van de commissie tot het nazien van de rekening voor. Er wordt bezwaar tegen gemaakt, dat een chè- que door een bankinstelling wordt geïnd inplaats dat dit door den ontvanger geschiedt, wat een besparing van 2 inhoudt. Dan is de post tele foongesprekken te hoog belast. Vervolgens wordt er op gewezen, dat het wenschelijk is de leveranties van de schrijfmaterialen bij toer beurt over de drie boekhandelaren te laten loo- pen, terwijl Samson uit Alphen vaak buiten den boekhandel om levert. Dat is niet noodig. Samson levert ook over den boekhandel, zonder dat dit meerdere kosten' voor de gemeente mee brengt. Bezwaar wordt er tegen gemaakt, dat 950 is uitgegeven tot verbetering van parti culier terrein. Tenslotte, de kosten van onder houd van den gemeentetuin ^ijn te hoog. De commissie vraagt of er geen andere mogelijkheid gevonden kan worden door aan den grond bijv. een andere bestemming te geven. De VOORZITTER antwoordt, dat er een lijst van telefoongesprekken is aangelegd. Na tuurlijk zal er wel eens een gesprek voor andere doeleinden' gevoerd worden, dat vergeten wordt op te teekenen. Overigens worden alle telefoon gesprekken opgeschreven. Spr. geeft hierna het woord aan den rappor teur, den heer Vroegindeweij, tot het geven van een toelichting op het rapport der commissie. De heer VROEjGINDEWEIJ merkt op, dat de commissie er een paar halve nachten aan gewaagd heeft om de rekening na te zien en van deze plaats brengt spr. den Secretaris dank voor zijn vele toelichtingen. Hij is ons steeds in alles behulpzaam geweest. De administratie laat niets te wenschen over. Het beleid is zeer accuraat geweest. Spr. geeft vervolgens enkele toelichtingen op het rapport. Spr. wijst er op, dat een bedrag van 1629 is uitgegeven tot verbetering van particulier terrein, de H.B.S., zonder dat de Raad daarin erkend is. Dat vindt"cle commissie niet in den haak. Dat had de H.B.S. zelf kunnen doen. Vervolgens vraagt spr. of de gemeente van het onderhoud van den Westhavendijk, dat in 1932 600 heeft gekost, niet af kan komen. De dijk behoeft niet meer bereden te worden. Het is een oud gebruik, dat de polders in het onder houd en ook in de kosten dragen. Voor 600 zou men den weg er haast voor leggen. Dat het zooveel gekost 'heeft komt zeker, omdat de polder er niets aan gedaan heeft. Ten slotte hebben wij een tuin gekregen van de fam. Slis. Dat heeft ons ieder jaar veel centen gekost, Zouden B. en W. aan de schenkers willen vra gen of aan den tuin, indien in de toekomst de gemeente niet meer den tuin kan onderhouden, geen ander doel gegeven mag worden. Misschien zijn zij ook bereid voor het onderhoud van den tuin te willen zorgen,. De VOORZITTER betuigt dank aan de com missie. Wat de drukkerij Samson betreft, zij levert stukken, die hier niet gedrukt kunnen worden. De heer VROEGINDEWEJHet kan echter allemaal over den boekhandel loopen. Het kost geen cent. De VOORZITTER: Als het kan, dan is er geen bezwaar tegen. De heer J. VAN DER MEIDE: Ik ónder- schrijf gaarne hetgeen door den heer Vroegin deweij gezegd is over het beleid van den secre taris. Omtrent de leveringen heeft hij mij dui delijk ingelicht en hij .heeft mij gezegd het zoo veel mogelijk te zullen verdeelen. Ik stel het volle vertrouwen in hem. De VOORZITTEROok boekhandelaar Vroegindeweij is thans tevreden naar hij mij mededeelde. Wij zullen onderzoeken of we aan de verplichting tot onderhoud van den West havendijk niet af kunnen komen. Weth. SLIS. De gelden zijn hoofdzakelijk gebruikt voor rioleering en werkverschaffing. De VOORZITTER: Rekening moet gehouden worden daarmee, dat alles in werkverschaffing is uitgevoerd. De 'Raad heeft zelf gezegd: zoek maar alles op wat te vinden is. Daarom hebben wij die sloot bij de H.B.S. weggeruimd. Een verzameling van muggen en dampen was het daar. Een officieel besluit is er niet, maar als werkverschaffingsobject was het zeer nuttig. Het Rijk wilde echter niets bijdragen in de kosten De heer J. VAN DER MEIDE: Ik kan me er geheel mee vereenigen. Het was er een on houdbare toestand. Ik stel den Raad voor ook aan B. en W. volmacht te geven om den toe stand van den, weg bij Doornbos uit den weg te ruimen. Bij veel regen staat de weg blank, omdat het water niet voldoende afgevoerd kan worden. De gemeente kan misschien voor af watering zorgen. De VOORZITTER. B. en W. zullen de zaak bekijken en dan met voorstellen in den Raad komen. Weth. SLIS: Zoodra de waterleiding goed functioneert, kan het water daar afgevoerd wor den. Dat kan nu nog niet. De heer DOORNBOS wijst er op, dat de gemeente de oorzaak er van geweest is en dus ook de zaak moet verbeteren. In de vorige ver gadering heeft weth. Struik mij toegevoegd: de bewoners van den Langeweg moesten, het even als de bewoners bij de H.B.S. zelf maar betalen! Weth. STRUIK: Nee, nee, dat is niet waar De heer DOORNBOS: U gébruikte dat als ploertendooder, opdat ik maar zwijgen zou. Achteraf blijkt, dat het niet waar is wat Struik heeft gezegd. De menschen bij de H.B.S. hebben niets zelf betaald. Weth. STRUIK Tegen deze onjuiste voor stelling moet ik protesteeren. Ik mankeer het niet in m'n kersepit en ik heb goed geweten wat ik gezegd heb. Ik heb gezegd, dat we pro- beeren zullen, dat deze menschen er ook wat aan zouden betalen. Het is van gemeentewege allemaal betaald. Dat weet ik heel goed. Op de vorige vergadering heb ik verzwegen mee te deel en, dat er bewoners kort bij Doornbos ge weest zijn, die er bij mij over geklaagd hebben, dat door de afval van uien van Doornbos hun water niet weg kon loopen. De heer KOOTE: Struik vergist zich. Hij heeft het woordelijk zoo tegen Doornbos gezegd. Weth. STRUIK- Absoluut niet De heer VERMAAS: Het is gezegd, het mag dan abusief zijn. Ik heb er bezwaar tegen, dat de H.B.S. er niet aan betaalt. De VOORZITTERHet is werkverschaffing geweest. De heer VAN DER KOOIJ dankt B. en W., dat het bij hen niet bij beloften is gebleven, zooals hij er als bestuuurslid van den Land- arbeidersbond zooveel had gehoord van B. en W., maar dat het nu eens daden waren ge worden. De VOORZITTER stelt voor den gemeente- tuin bij de begrooting te behandelen. Den heer J. VAN DER MEIDE zou het bui tengewoon spijten, wanneer de tuin wegging. Hij is een sieraad voor het binnenkomen der gemeente Het bedrag van de onkosten van den tuin is daarbij niet zuiver, omdat ook de tuin onder de werkverschaffing valt. De eigenlijke kosten zullen hoogstens 500 beloopen. De VOORZITTER: Laten we het bij de be grooting opnieuw in behandeling nemen. Aldus wordt besloten. De gemeenterekening 1932 heeft als ontvang sten een bedrag van 237,525,46, als uitgaven 239,552,96, dus eeri nadeelig saldo van 2027,50. De heer VROEGINDEWEIJ. Er wordt vaak rechtstreeks gekocht door de scholen. Kan dat niet over den boekhandel loopen Weth. STRUIK: Er is dank gebracht door den heer v. d. Meide aan secretaris en burge meester. Het komt mij voor, dat de raadsleden denken, dat al die z.g. onjuistheden door de wethouders begaan zijn. De heer J. VAN DER MEIDE: Ik heb niet over B. en W. gesproken, maar natuurlijk ook dank aan de wethouders. De VOORZITTER: Aan de eer van de wet houders is niet tekort gedaan. De heer C. VAN DER MEIDE: Pluimpjes geven' vind ik heelemaal niet noodig. We be talen allemaal goed voor de wethouders. (Vkoo- lijkheid). Daarna wordt de gemeenterekening goedge keurd. De uitgaven en inkomsten zijn gesteld op 240,101,7L De gemeentebegrooting 1934 wordt goedge keurd. De begrooting 1934 van het Ailg. Armbestuur en het Burgerlijk Weeshuis eveneens. De eindcijfers voor 1934 van de begrooting 1934 van het Alg. Armbestuur zijn 23,637,69. De begrooting Vleeschkeuringsdienst eindigt mete en batig slot van 1378. Vervolgens wordt een wijziging van de ge meentebegrooting 1933 goedgekeurd. De post steunverleening wordt met 2000 verhoogd. Tenslotte komt aan de orde vaststelling van een verordening inzake benoembaarheid en be zoldiging van veldwachters. De heer VAN DER KOOIJ vraagt of de betrokken organisaties gevraagd zijn in deze De VOORZTTE|R: Ze zijn wel gehoord, maar we konden ons niet geheel met hun voor stellen vereenigen. Het gaat echter over punten van ondergeschikt belang. De heer VERMAAS: Ik heb gelezen, dat de gemeente Nieuw veen, 1000 heeft bezuinigd door het afschaffen van gemeentepolitie en het nemen van rijkspolitie. Zouden B. en W. een lijst op kunnen maken, waarop gezien kan wor den hoeveel een dergelijke maatregel Middel- harnis voordeel zou brengen De heer KOOTE stelt voor deze bepaling op te nemen. De heer DOORNBOS: Laat de verordening, wanneer zij aangenomen wordt, toe, dat er ver andering in het politiewezen wordt aangebracht De VOORZITTER: Zoo'n verordening kun nen we altijd wijzigen. Het ligt echter in de be doeling van B. en W. om de nachtwakers af te schaffen en nachtpolitie in te stellen. De heer VERMAAS: Wordt mijn voorstel ondersteund De VOORZITTER Maar mijnheer Ver- maas u kunt dergelijke voorstellen, maar niet J zoo in de vergadering brengen, zonder op de gevolgen te letten die er uit voortvloeien. Men kan zoo maar niet in principe besluiten de ge- 1 meentepolitie af te schaffen. De heer VERMAAS U moet zoo maar niet wildraak uw oordeel prijsgeven. Dat is heele maal niet mijn bedoeling. Ik stel alleen voor, dat B. en W. nagaan hoeveel voordeel dit de ge meente zou kunnen brengen. Wethouder STRUIJKDat is al heel ge makkelijk te zeggen. Twee nachtwakers vind ik ook teveel en zij zullen dan ook verdwijnen, maar ik ben er tegen dat in dezen tijd de politie- agenten worden afgeschaft. De VOORZITTER Willen de heeren deze verordening goedkeuren De heer DOORNBOS Ik stel voor de zaak aan te houden tot de volgende vergadering, j Aldus wordt besloten j Daarna gaat de raad over in geheime zitting. In geheime zitting is besloten een crediet te i verkenen van 100 voor de viering van het Oranjejfeest volgende week. Christelijke Nationale School. Herdenkingsrede Ds. Sap. Donderdagavond vond in het schoolgebouw van het Christelijk Nationaal Schoolonderwijs te Stellendam, hoofd de heer Jongsma, de feeste lijke herdenking plaats van het 25-jarig bestaan vag deze school. De schoollokalen warén versierd met vlaggen en groen, zoodat de vele belangstellenden in een prettige feestelijke sfeer kwamen. De voorzitter van het bestuur van de schoolvereeniging, de heer Van der Vlugt, opende de samenkomst met het laten zingen van Ps 77 7, waarna hij Psalm 77 las en voorging in gebed. In zijn openingswoord riep de heer v. d. Vlugt op dit oogenblik van feestviering allen een har telijk welkom toe. In de eerste plaas Ds. Sap, die de feestrede hoopt uit te spreken. Spr. dankte Ds. Sap voor deze welwillendheid. Spr. deelde mede, dat ook een uitnoodiging was gezonden aan Ds. van Ameide van Ouddorp om hier te komen spreken, om ten spijt van hen, die ons andere gedachten aanwrijven, aan te toonen, dat het bestuur nog altijd hetzelfde standpunt in neemt als toen begonnen werd. Het is een Chr. Nationale School, een gemengde school tot op heden en geen kerkelijke school en daarom is ook Ds. van Ameide verzocht. Gisteravond was echter bericht ingekomen van Ds. van Ameide, dat hij in verband met de verhuisdrukte niet aan de uitnoodiging kon voldoen. Ook het feit dat dominé 10 September a.s. afscheid moet preeken, maakt het niet mogelijk. De schrijver uit in dezen brief de beste wenschen en de hartelijke groeten. Dit schrijven, aldus de heer v. d. Vlugt, is eerst 2 Sept. ingekomen en het was niet meer doenlijk een andere spreker van Hervormde zijde te doen komen. Spr. heette vervolgens welkom de heer Van der Poel uit Sommelsdijk, vriend en oud-hoofd van den heer Jongsma. De andere broeders, die uitgenoodigd zijn, konden niet komen. Spr heette ook nog welkom de ouders, de oud-leerlingen. Het bestuur is blij met zooveel belangstelling. Ik wil echter niet meer pluimpjes geven, want we zijn hier gekomen om samen feest te vieren. In ons hart was schuchterheid om gezien de tijdsomstandigheden met een feestdag te komen en toch vonden we ook weer niet de vrijmoe digheid om dezen dag zoo zonder meer voorbij te laten gaan. Daarom hebben wij er toe be sloten en inzonderheid wel dank zij het initiatief van den geachten penningmeester, die er sterk voor was aan dezen dag een feestelijk karakter te geven. We hebben bij de oud-leerlingen aan geklopt en niet tevergeefs, direct hebben zij zich er achter willen stellen. We zijn hier echter ook niet in de eerste plaats om feest te vieren, maar om de daden des Heeren te gedenken. Het zou niet goed zijn, wanneer door het schoolbestuur steeds achterom gezien zou wor den bij den arbeid: wij moeten steeds vooruit zien en het doel voor oogen houden. Toch zijn er dagen en oogenblikken, waarop het goed is terug te blikken. En dan zijn we dankbaar voor al hetgeen God geschonken heeft in die broeders, die niet gerust hebben voordat deze school er was, waar de kinderen onderwijs ontvingen naar Gods Wet. Dat is niet gemakkelijk gegaan. De officieele gegeVens ontbreken mij. Het is jam mer, dat de notulen weg zijn. Als de scholen toen zoo schitterend waren geweest als nu, dan hadden we een andere school gehad met een bestuurskamer en een brandkast, waarin de no tulen opgeborgen konden worden. Spr. releveerde, dat Ds. Volten nu 30 of 35 jaren geleden' bij hem was gekomen op een morgen' en toen gezegd had te weten waar de school zou moeten staan. Hij had de duimstok in zijn hand en wilde de school plaatsen op de plaats van de consistorie der Geref. Kerk, een ruimte van hoogstens 10 bij 6 Meter De con sistorie moest maar afgebroken worden. Als het dan niet in de breedte kon, dan maar naar boven. Spr. wees vervolgens er op, dat de anti revolutionaire raadsleden toendertijd, die den door het bestuur te koop gevraagden grond niet wilden verkoopen, wel eens verkeerd beoordeeld zijn, omdat het toenjmalige bestuur van de school volgens hen een verkeerde gedachte over de zaak had. Eindelijk werd grond gevonden. De Gereformeerden en Hervormden besloten een school te bouwen. Toen de school echter ge opend werd, stuurden vele ouders, die het eerst beloofd hadden, hun kinderen niet. Zoo zouden we verder gebeurtenissen uit het verleden aan kunnen hal eri. We willen echter niet alleen de schaduwzijden naar voren brengen. Het heeft God goed ge dacht het werk van die mannen, en dan noem ik vooral Jacob van Seters en R. van Oosten- brugge, die inmiddels zijn heengegaan, te zege nen. Inzonderheid de kranige voorzitter, de heer Van Seters, die door den Heere is weggenomen. Hij was een man des geloofs, die niet terug deinsde om voor de rechten van de ouders op te komen. Ook van de andere bestuursleden zijn niet allen meer in 't leven en 't doet mij goed op deze vergadering een oud-bestuurslid te zien, waarvan wij niet gedacht hadden, gezien, de ongesteldheid, die hem aankleeft, dat hij in dit avonduur tot ons zou durven komen. Die on gesteldheid is voor hem geen verhindering ge weest om hier te komen. In dien tijd werd er veel gebeden en de Heere heeft het alles gezegend. IHet viel ïóen niet mee, want alles moest zelf bekostigd worden. Het verschil van omstandig heden was wel zeer groot. Zien we hoe het toen was en thans, dan moet schaamte ons aan gezicht bedekken. Toen was het geloofsmoed in ïooge mate. De tijd van thans is misschien' lang zoo niet. In dien tijd was de schoolstrijd een' zaak van worsteling en gebed. Thans gaat i het zonder eenige moeite om een school op te richten. Zijn we dan niet dankbaar voor de gelijkstel ling Zeker, we zijn er den Heere dankbaar voor, maar we zien toch ook vaak, dat de zegen Gods hierin misbruikt wordt. Toen was het een heerlijke tijd van gezamen lijk optrekken in eenheid en onder de kracht dadige leiding en werking van Gods Geest. Toen werden offers gebracht en nu niets. Wij zijn dankbaar voor de gelijke rechten, maar huiverig voor de gevolgen. Als 't ons offers kost, dan is er een band en handelen wij uit liefde voor Christus en worden wij gedwongen om in den Naam van Jezus Christus te zoeken wat noodig is voor ons en onze kinderen. Thans wordt het ons geschonken en wordt maar al te vaak ge dacht: och, we krijgen het toch We vergeten 2oo licht dankbaar te zijn, we vergeten zoo licht te bidden. Mfoge deze avond er toe bijdragen, dat we weer komen tot het besef: te mogen strijden in den Naam des Heeren voor het welzijn van onze kinderen ten opzichte van het Koninkrijk Gods en van het onderwijs van onze kinderen op den grondslag van Gods Woord. Zegene de Heere deze avonduren Eén ding wil spr. nog gedenken. Dit feest valt samen met de nationale herdenking van de voor rechten, welke God ons in de Regeering van Koningin Wilhelmina, nu 35 jaren lang, heeft willen schenken. Wij gedenken ook Haar en bidden Haar vanaf deze plaats Gods onmisbaren zegen toe. Daarom staat de Koningin zoo dicht bij ons, omdat zij zulk een groote liefde gevoelt voor de Christelijke scholen. Meer dan eens heeft Zij het gezegd: in streken, waar geen Christelijke scholen zijn, zorgt dat daar Chris telijke scholen komen'Zij weet, dat daarin de toekomst van ons volk ligt, dat de kinderen opgevoed worden in Gods Woord en daardoor eerbied voor het gezag ontvangen. Dankbaar willen wij in dit avonduur Haar gedenken en ik verzoek U dan ook staande mee te willen zingen: Wlhelmus van Nassauen Spontaan staan allen op en wordt het aloude Wilhelmus aangeheven. De heer Jongsma brengt daarop met een koortje leerlingen een feestlied ten gehoore, speciaal voor deze gelegenheid gemaakt, het welk met groote belangstelling wordt beluisterd. Ook worden onder leiding van het Hoofd nog enkele Valerius-liederen en Dankt, dankt nu allen God" gezongen. Het meisjeskoor, hetwelk één der onderwij zeressen op het orgel begeleidde, zong enkele mooie liedjes, waarvan vooral het „Sikkels klinken, sikkels blinken, ruischend valt het graan" algemeen prachtig gevonden werd. De voorzitter dankte de jongens en meisjes voor hun mooie zang, waarna ze allen de zaal verlieten. Het werd langzamerhand kinderen-bedtijd Ds. Sap van Nunspeet sprak daarna de feestrede uit. Toen de vereeniging mij riep om over te komen, aldus begon spr., heb ik geen oogenblik geaarzeld om aan deze vereerende uitnoodiging te voldoen. Wij predikanten hebben van Paulus een heerlijke vingerwijzing gekregen: „Weest blijde met de blijden en weent met de weenen den". Te midden van het drukke leven is het ons predikanten wel eens een behoefte om een paar dagen in de smart te verkeeren en olie te mogen gieten in de schreiende wonde van het hart. Aan den anderen kant is het ook aan genaam om aan de andere opdracht te mogen voldoen: weest blijde met de blijden En er is hier reden om blij te zijn Alleen uit het feitreeds, dat in 1908 door de broeders van het schoolbestuur een daad des geloofs is ver richt door de stichting van een schristelijke school ondanks de minder gunstige conjunctuur en dat men thans eenparig van me'enïng is, dat men dezen datum niet onopgemerkt voobij wil laten gaan, dat men feest wil vieren bij dit zil veren jubileum, spreekt het vanzelf dat er reden is om blij te zijn. Dat de Inspecteur, dat de regeering dus den wensch uitspreekt, dat deze school nog lange jaren zal mogen blijven bestaan in den rij van goede onderwijsinrichtingen is het mooiste getui genis en de kostelijkste boodschap, welke het schoolbestuur in deze dagen mag ontvangen. Broeder Vloorzitter, ik breng u mijn hartelij ke gelukwenschen over Het schoolbestuur heeft moeilijke tijden mee gemaakt, maar toch hebt gij hulpe van God mo gen ontvangen om staande te blijven Ik hoop, dat de school ook het zilveren,- het gouden en daarna het diamanten jubileum, zal mogen vieren, ja dat zij tot in lengte van dagen zal blijven bestaan. Ik wensch ook geluk hen, die nog op de schoolbanken hier hebben mogen zitten. Broeder Vogelaar, als ik u zoo aanzie, dan geloof ik dat u vroeger wel eens een ondeu gende jongen geweest bent. (Vroolijkheid). Gij weet echter, dat ge hier uitnemend onderwijs genoten hebt. iBroeder Vogelaar, ik hoop dat u als Voor zitter en ook de jubileerende oud-leerlingenver- eeniging in het algemeen tot in lengte van dagen de vruchten hiervan zult mogen plukken.. Het zal u in het leven wel zoo gegaan zijn als mij, dat u later over veel wat meester in uw jonge jaren gezegd heeft maar waarvan gij de bedoeling toen niet begreep, licht is opgegaan. Het is echter mijn plan om ook nu die snaar aan te roeren, welke bij een feest als dit aan geroerd moet worden God heeft groote dingen bij ons gedaan. De Voorzitter heeft het zoo juist uitgedrukc, wat de bedoeling van deze bijeenkomst is de daden des Heeren gedenken. Als onze God niet bestond dan was onze school er niet. Als de Heere Zijn Verbond niet I bevestigde, dan stond er geen een steen meer op den andere van dit gebouw Dus Gode alleen de eer J God heeft mij in het hart gelegd u dezen tekst mee te geven Ps. 34 46. Dit woord van David wensch ik u allen op de lippen te leggen, wanneer wij de groote gave willen zien in het christelijk onderwijs voor het christelijk volk. Er is niets wat meer gehaat wordt door den Duivel. Spr. had eens met ie mand van de „Dageraad" gedebatteerd. Deze man beweerde dat alle christelijke scholen weg moesten, omdat zij het volk vergiftigden. De macht zit in de school. Tóen in 1903 de Fran- sche radicale minister Combe het bevel gaf sluit alle christelijke scholen, waren de Room- sche boeren zoo verbitterd dat zij met schoppen en hooivorken de schoolgebouwen bewaakten en zeiden, kom er eens aan als je durft. Zij wil den strijden voor hetgeen God hen geschonken had. Dat voelden deze Roomschen al, wat moe ten wij Protestanten dan wel niet gevoelen In deze door God geschonken school met den Bijbel wordt het gansche onderwijs doortrokken van de beginselen uit het Woord des Heeren. Zouden we dan niet den Heere groot maken. „Maakt den Heere met mij groot, en laat ons Zijheri naam verhoogen." Dat is vanavond onze roeping, niet om met het schepsel te eindigen, maar God groot te maken, om met elkander dit lichtpunt op te merken. Spr, wees er op, dat de Chr. Nat. School, het goede zoekt voor heel Stellendam. Dat Gere formeerden en Hervormden zich hierin één ge voelen dat heeft de Heere hen in het hart ge geven. David zegt„Ik heb den Heere gezocht, en Hij heeft mij geantwoord, en mij uit al mijne vreezen gered." Onze broeder Jacob van Seters, zou hij den Heere niet gezocht hebben zou hij de knieën niet gebogen hebben Laten wij den Heere zoe ken en niet zooals in dezen materialistischen tijd zoo sterk gebeurd ons zelf, de zonde. Als God ons zoekt gaan wij Hem zoeken. De stichter van het Leger des Heils liep op een avond met zware hoofdpijnen op en neer met een van zijn vrienden. Zij vroegen elkan der Wat moeten wij doen tegen de zonden van Londen. Wat moeten wij doen om de jeugd te redden Zoo hebben de .broeders 25 jaren geleden ook gevraagd Wat moeten wij doen om de jeugd van Stellendam te redden Zij zagen dat het Woord van God, de paden des Heeren, haar alleen kon behouden. Toen hebben zij het met den Heere gewaagd en nu is er deze kostelijke inrichting. „Ik heb den' Heere gezocht en Hij heeft mij geantwoord." De Heere heeft uitkomst gegeven. O, als deze broeders nog eens in ons midden konden verschijnen, ze zouden zeggen dat is waar, wij hebben het met God gewaagd De Heere heeft hen geantwoord. God ant woord ons, door een vrede die God in ons hart legt. Broeder van Seters en allen, die hem ter zijde stonden hebben het gezieneen plaats werd gevonden, de eerste spade kon gezet wor den. AJles kwam in orde. God heeft groote dingen gedaan, dies zijn wij verblijdIn de kracht des Heeren zijn wij voortgegaan en Hij heeft hen uit alle vreeze gered Ondanks te genwerking en verdachtmaking, mogen wij ge tuigen zijn van den bloei van deze school. De christelijke school is een kostelijk middel om de eenheid van ons volk te bearbeiden. De chris telijke school, dat is de banier, waarmee het christelijke volksdeel optrekt. De kerk doet ook wel iets. Over de borst wering der kerkmuren heen gevoelen wij ons toch één in Jezus, maar de christelijke school niet minder. Daarin staat voorop de glorie van Gods grooten Naam, de komst van het Ko ninkrijk Gods en het heil van het kind. Het is de eeuw van het kind. In Lonen zet een' politieagent het geheele verkeer stil wanneer een kleine kleuter van 5 jaren over moet steken. Het is de gedachte van den genialen Kuyper geweest om het kind te brengen aan de voeten van het Kruis van Jezus Christus. Gods kind moet opgevoed worden in de vreeze en verma ning des Heere. Dat is de heerlijke vrucht van het onderwijs, niet alleen de eenheid wordt be oefend maar ook in kunsten en wetenschappen wordt de eere bevordert van Hem, den Heer der heeren, den Koning der koningen. Geen terrein is er, waarvan niet gezegd kan worden het is Mijn De Heere heeft" groote dingen gedaan Het Bestuur jubeltDe Heere heeft ons uit alle vreeze gered f E(r komt een blijde lach om onze lippen en er is dank in ons hart, dat Hij ons geen kind ontnomen heeft. „Zij hebben op den Heere gezienDat kunnen we aan het bestuur van Stellendam zeggen. Zien op Gods trouw, wat is dat heer lijk in deze tijden van economische crisis. Alle vreeze is dan weg. Het zien op Jezus is een heerlijke zaak. „Mijn zoon, mijn dochter, uw zonden ziin u vergeven." Als ge geen raad weet, ziet op Jezus Hem als een waterstroom aangeloopen. Wij we ten wat daarmee bedoeld wordt. Wij kennen de rustelooze golven, zoo moeten wij tot Hem roepen: „Heere, help mij." „Heere, waar dan heen, Tot U alleen Spr. wijst op het verheugende feit, dat Stel lendam gehecht is aan het christelijke onder wijs en niet aan de school „waaraan de natie gehecht is." Dat is echter hier niet alleen. Spr. toonde dit met cijfers aan. Laten we God danken. Het aantal christelijke scholen is steeds crescendo gegaan. Er zijn meer dan 2000 scho len, waar de naam van Jezus verkondigd wordt. Spr. wees er op, dat de christelijke onderwij- zeds op tal van plaatsen de pioniers waren van het christelijk beginsel en dat de komst van een christelijk kabinet in '88 te danken is geweest aan dé trouw van de christelijke onderwijzers: Bij een jublieum als dit, aldus spr., mag het goud niet verdonkert worden. De christelijke onderwijzer mag het nooit om den broode doen, alleen uit beginsel, uit waarachtige overtuiging bidden leeren Zij zijn niet schaamrood geworden,"wel die anderen die afbreken en schimpen. Het hoofddoel moet zijn, zooals ook op het roode glas aan den muur geschilderd staat„Soli Deo Gloria." Er zijn er die van uit de hoogte neerzien op de christelijke school en haar zien als een noodzakelijk kwaad. Het is echter niet het grootste kwaad, maar de grootste gave voor een volk. Op 't oogenblik wordt er in Duitschland een stille schoolstrijd gestreden en we mogen God bidden, dat het daar anders mag worden. Wat de toekomst uw school brengen zal Ik hoop heel weinig zuur en veel zoets.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1933 | | pagina 4