Zilveren Jubileum te Stellendam.
De heer VROE\GINDEWEJ: Och! goed eten
De VOORZITTER: We kunnen niet een
veertig jaar teruggaan. De Raad moet daarin
een voorbeeld geven.
De heer DOORNBOS: De gemeentearchitect
heeft er geen bezwaar tegen en het bevreemdt
mij, waarom de artikelen niet in dien geest ge-
wijzigd zijn.
Weth. STRUIK: Het standpunt van den heer
Snelleman was, toe te staan,dat bedsteden ge
bouwd worden. De gezondheidscommissie ver
zette zich hier echter tegen. Dat is de kwestie.
De heer VAN DER KOOIJ: Ik vertegen,
woordig hier een partij, die zware eischen stelt
voor de arbeidersklasse voor goede woningen,
Wij hechten groote waarde daaraan. De men
schen moeten vaak in krotten leven, waar geen
sprake is van een goed gezinsleven. We gaan
op zoo'n manier weer terug naar den tijd van
voor veertig jaren, toen de conservatieve par
tijen de menschen in krotten lieten wonen, alleen
maar geschikt voor dieren. Ik wensch, dat er
woningen zonder bedsteden -gebouwd worden.
De heer KOOTE: Dat kunnen ze betalen ook.
De heer VAN DER KOOIJ: Dat is de schuld
van de arbeiders niet.
De VOORZITTER: Ik moet het U ontraden
het voorstel van den heer Vroegindeweij aan
te nemen. Ik breng de vier punten, door de
heeren genoemd, in stemming.
De heer J. VAN DER MElDEj: Wat is er
nu tegen, dat het ook gewettigd is bedsteden te
bouwen, indien de menschen daarin liever sla
pen dan op een ledikant. Laat het aan den
wensch van de bouwers over.
De VOORZITTER: Het zou in strijd zijn
met de waardigheid van den Raad om zulke
bepalingen te maken. Ik breng allereerst in stem
ming het voorstel van enkele heeren om B. en
W. de bevoegdheid te ontnemen de aansluiting
van de waterleiding te regelen.
De heer J. VAN DER MEIDE: Dat kan niet
volgens de gemeenschappelijke regeling.
De VOORZITTER: Ja, het helpt niets.
De Raad neemt dit voorstel toch aan.
Ten tweede wordt de kwestie van de bed
steden met algemeene stemmen aangenomen.
Besloten wordt de ophooging van 20 c.M.
zand te handhaven, gezien de geringe kosten.
De heer VROEGINDEWEIJ blijft tegen de
verplichte aansluiting en stelt voor de artikelen
38 eri 90 te schrappen.
De heer J. VAN DER MEIDE: Ik heb deze
debatten verwacht. Eerst hebben we het over
licht en over vuur gehad en nu over water, dat
zijn gezworen vijanden.
De VOORZITTER: LI gelooft toch zeker
wel, dat de stichting op een bezadigde manier
te werk zal gaan Het zal zoo soepel mogelijk
geschieden.
De heer VERMAAS: Kan de gemeente geen
tijdsbepaling van 10 jaar voorstellen
De VOORZITTER: Er is een gemeenschap
pelijke regeling en er valt dus niets voor te
stellen.
De heer DOORNBOS: Dus LI weet niet
wanneer men aansluiten moet
De VOORZITTER: Al die bepalingen zijn
behoorlijk vastgesteld.
De heer DOORNBOS: Hoe kan de rechter
me nu veroordeelen als er nergens aangegeven
staat binnen welken tijd ik aangesloten moet
zijn
De VOORZJTTEjR: Het staat toch ook in
geen enkele bouwverordening, binnen welken
tijd een nieuw huis een regenbak moet hebben
De heer VOGELAAR: Bij mij staat vast, dat
indertijd gezegd is: een tijdsduur van vijf jaren.
Zoo is het altijd voorgesteld.
De VOORZITTER: Er is nooit een officieel
besluit van vijf jaren genomen. Laat het echter
gerust over aan de stichting. Het zal wel voor
elkaar komen.
De heer VROEGINDEWEIJ: Volgens art.
90 en 38 kan men tot directe aansluiting ver
plichten. Ik kan mijn stem daar niet voor geven.
De heer VOGELAAR: Er is toch steeds ge
sproken van vijf jaar
Weth. SLIS: Dat zal zoo wel toegepast wor
den ook.
De heer VOGELAAR: Kan in dit opzicht
geen belofte gedaan worden
De VOORZITTER: Ik ben onbevoegd een
dergelijke toezegging te doen. Het is wel de be
doeling een termijn te zeggen. Voorloopig willen
wij echter vrijwillig aan laten sluiten. Dan kun
nen altijd nog maatregelen getroffen worden.
Die het vrijwillig doen, krijgen enkele dingen
gratis. Wie er toe verplicht wordt, geniet de
voordeden niet. Het is absoluut de bedoeling
van het heele bestuur om kalm aan te doen.
De heer VOGELAAR: E'en exceptioneel ge
val is het niet. In het geheele land is er ver
plichte aansluiting.
De heer KÖESE: Ik wil juist niet, dat de
stichting de baas is.
De VOORZITTER: De algemeene regeling
is nu eenmaal door den Raad aanvaard.
De heer VOGELAAR: Er is een wettelijk
motief, dat is zoo, maar er is ook een moreel
motief en dat spreekt van een tijdsduur van
5 jaren, zooals het ons altijd voorgesteld is.
De VOORZITTER: Er zal zooveel mogelijk
rekening worden gehouden met de wenschen
van den Raad.
Het voorstel komt in stemming. De artikelen
betreffende de verplichte aansluiting worden niet
geschrapt. Zes stemmen waren er tegen, terwijl
de heeren Vroegindeweij, Koote, Koese, Ver
maas en Doornbos voor de schrapping stemmen.
Het voorstel van B. en W. tot vaststelling
van de voorschriften ingevolge de artikelen 1,
2 en 7 van de Woningwet wordt dus aange
nomen.
Aan de orde is vervolgens de voorloopige
vaststelling van de gemeenterekening .1932.
De SECRETARIS leest het rapport van de
commissie tot het nazien van de rekening voor.
Er wordt bezwaar tegen gemaakt, dat een chè-
que door een bankinstelling wordt geïnd inplaats
dat dit door den ontvanger geschiedt, wat een
besparing van 2 inhoudt. Dan is de post tele
foongesprekken te hoog belast. Vervolgens
wordt er op gewezen, dat het wenschelijk is
de leveranties van de schrijfmaterialen bij toer
beurt over de drie boekhandelaren te laten loo-
pen, terwijl Samson uit Alphen vaak buiten
den boekhandel om levert. Dat is niet noodig.
Samson levert ook over den boekhandel, zonder
dat dit meerdere kosten' voor de gemeente mee
brengt. Bezwaar wordt er tegen gemaakt, dat
950 is uitgegeven tot verbetering van parti
culier terrein. Tenslotte, de kosten van onder
houd van den gemeentetuin ^ijn te hoog. De
commissie vraagt of er geen andere mogelijkheid
gevonden kan worden door aan den grond bijv.
een andere bestemming te geven.
De VOORZITTER antwoordt, dat er een
lijst van telefoongesprekken is aangelegd. Na
tuurlijk zal er wel eens een gesprek voor andere
doeleinden' gevoerd worden, dat vergeten wordt
op te teekenen. Overigens worden alle telefoon
gesprekken opgeschreven.
Spr. geeft hierna het woord aan den rappor
teur, den heer Vroegindeweij, tot het geven van
een toelichting op het rapport der commissie.
De heer VROEjGINDEWEIJ merkt op, dat
de commissie er een paar halve nachten aan
gewaagd heeft om de rekening na te zien en
van deze plaats brengt spr. den Secretaris dank
voor zijn vele toelichtingen. Hij is ons steeds
in alles behulpzaam geweest. De administratie
laat niets te wenschen over. Het beleid is zeer
accuraat geweest. Spr. geeft vervolgens enkele
toelichtingen op het rapport.
Spr. wijst er op, dat een bedrag van 1629
is uitgegeven tot verbetering van particulier
terrein, de H.B.S., zonder dat de Raad daarin
erkend is. Dat vindt"cle commissie niet in den
haak. Dat had de H.B.S. zelf kunnen doen.
Vervolgens vraagt spr. of de gemeente van het
onderhoud van den Westhavendijk, dat in 1932
600 heeft gekost, niet af kan komen. De dijk
behoeft niet meer bereden te worden. Het is
een oud gebruik, dat de polders in het onder
houd en ook in de kosten dragen. Voor 600
zou men den weg er haast voor leggen. Dat
het zooveel gekost 'heeft komt zeker, omdat de
polder er niets aan gedaan heeft. Ten slotte
hebben wij een tuin gekregen van de fam. Slis.
Dat heeft ons ieder jaar veel centen gekost,
Zouden B. en W. aan de schenkers willen vra
gen of aan den tuin, indien in de toekomst de
gemeente niet meer den tuin kan onderhouden,
geen ander doel gegeven mag worden. Misschien
zijn zij ook bereid voor het onderhoud van den
tuin te willen zorgen,.
De VOORZITTER betuigt dank aan de com
missie. Wat de drukkerij Samson betreft, zij
levert stukken, die hier niet gedrukt kunnen
worden.
De heer VROEGINDEWEJHet kan echter
allemaal over den boekhandel loopen. Het kost
geen cent.
De VOORZITTER: Als het kan, dan is er
geen bezwaar tegen.
De heer J. VAN DER MEIDE: Ik ónder-
schrijf gaarne hetgeen door den heer Vroegin
deweij gezegd is over het beleid van den secre
taris. Omtrent de leveringen heeft hij mij dui
delijk ingelicht en hij .heeft mij gezegd het zoo
veel mogelijk te zullen verdeelen. Ik stel het
volle vertrouwen in hem.
De VOORZITTEROok boekhandelaar
Vroegindeweij is thans tevreden naar hij mij
mededeelde. Wij zullen onderzoeken of we aan
de verplichting tot onderhoud van den West
havendijk niet af kunnen komen.
Weth. SLIS. De gelden zijn hoofdzakelijk
gebruikt voor rioleering en werkverschaffing.
De VOORZITTER: Rekening moet gehouden
worden daarmee, dat alles in werkverschaffing
is uitgevoerd. De 'Raad heeft zelf gezegd: zoek
maar alles op wat te vinden is. Daarom hebben
wij die sloot bij de H.B.S. weggeruimd. Een
verzameling van muggen en dampen was het
daar. Een officieel besluit is er niet, maar als
werkverschaffingsobject was het zeer nuttig. Het
Rijk wilde echter niets bijdragen in de kosten
De heer J. VAN DER MEIDE: Ik kan me
er geheel mee vereenigen. Het was er een on
houdbare toestand. Ik stel den Raad voor ook
aan B. en W. volmacht te geven om den toe
stand van den, weg bij Doornbos uit den weg
te ruimen. Bij veel regen staat de weg blank,
omdat het water niet voldoende afgevoerd kan
worden. De gemeente kan misschien voor af
watering zorgen.
De VOORZITTER. B. en W. zullen de zaak
bekijken en dan met voorstellen in den Raad
komen.
Weth. SLIS: Zoodra de waterleiding goed
functioneert, kan het water daar afgevoerd wor
den. Dat kan nu nog niet.
De heer DOORNBOS wijst er op, dat de
gemeente de oorzaak er van geweest is en dus
ook de zaak moet verbeteren. In de vorige ver
gadering heeft weth. Struik mij toegevoegd: de
bewoners van den Langeweg moesten, het even
als de bewoners bij de H.B.S. zelf maar betalen!
Weth. STRUIK: Nee, nee, dat is niet waar
De heer DOORNBOS: U gébruikte dat als
ploertendooder, opdat ik maar zwijgen zou.
Achteraf blijkt, dat het niet waar is wat Struik
heeft gezegd. De menschen bij de H.B.S. hebben
niets zelf betaald.
Weth. STRUIK Tegen deze onjuiste voor
stelling moet ik protesteeren. Ik mankeer het
niet in m'n kersepit en ik heb goed geweten
wat ik gezegd heb. Ik heb gezegd, dat we pro-
beeren zullen, dat deze menschen er ook wat
aan zouden betalen. Het is van gemeentewege
allemaal betaald. Dat weet ik heel goed. Op
de vorige vergadering heb ik verzwegen mee te
deel en, dat er bewoners kort bij Doornbos ge
weest zijn, die er bij mij over geklaagd hebben,
dat door de afval van uien van Doornbos hun
water niet weg kon loopen.
De heer KOOTE: Struik vergist zich. Hij
heeft het woordelijk zoo tegen Doornbos gezegd.
Weth. STRUIK- Absoluut niet
De heer VERMAAS: Het is gezegd, het mag
dan abusief zijn. Ik heb er bezwaar tegen, dat
de H.B.S. er niet aan betaalt.
De VOORZITTERHet is werkverschaffing
geweest.
De heer VAN DER KOOIJ dankt B. en W.,
dat het bij hen niet bij beloften is gebleven,
zooals hij er als bestuuurslid van den Land-
arbeidersbond zooveel had gehoord van B. en
W., maar dat het nu eens daden waren ge
worden.
De VOORZITTER stelt voor den gemeente-
tuin bij de begrooting te behandelen.
Den heer J. VAN DER MEIDE zou het bui
tengewoon spijten, wanneer de tuin wegging.
Hij is een sieraad voor het binnenkomen der
gemeente Het bedrag van de onkosten van den
tuin is daarbij niet zuiver, omdat ook de tuin
onder de werkverschaffing valt. De eigenlijke
kosten zullen hoogstens 500 beloopen.
De VOORZITTER: Laten we het bij de be
grooting opnieuw in behandeling nemen.
Aldus wordt besloten.
De gemeenterekening 1932 heeft als ontvang
sten een bedrag van 237,525,46, als uitgaven
239,552,96, dus eeri nadeelig saldo van
2027,50.
De heer VROEGINDEWEIJ. Er wordt vaak
rechtstreeks gekocht door de scholen. Kan dat
niet over den boekhandel loopen
Weth. STRUIK: Er is dank gebracht door
den heer v. d. Meide aan secretaris en burge
meester. Het komt mij voor, dat de raadsleden
denken, dat al die z.g. onjuistheden door de
wethouders begaan zijn.
De heer J. VAN DER MEIDE: Ik heb niet
over B. en W. gesproken, maar natuurlijk ook
dank aan de wethouders.
De VOORZITTER: Aan de eer van de wet
houders is niet tekort gedaan.
De heer C. VAN DER MEIDE: Pluimpjes
geven' vind ik heelemaal niet noodig. We be
talen allemaal goed voor de wethouders. (Vkoo-
lijkheid).
Daarna wordt de gemeenterekening goedge
keurd. De uitgaven en inkomsten zijn gesteld
op 240,101,7L
De gemeentebegrooting 1934 wordt goedge
keurd.
De begrooting 1934 van het Ailg. Armbestuur
en het Burgerlijk Weeshuis eveneens.
De eindcijfers voor 1934 van de begrooting
1934 van het Alg. Armbestuur zijn 23,637,69.
De begrooting Vleeschkeuringsdienst eindigt
mete en batig slot van 1378.
Vervolgens wordt een wijziging van de ge
meentebegrooting 1933 goedgekeurd. De post
steunverleening wordt met 2000 verhoogd.
Tenslotte komt aan de orde vaststelling van
een verordening inzake benoembaarheid en be
zoldiging van veldwachters.
De heer VAN DER KOOIJ vraagt of de
betrokken organisaties gevraagd zijn in deze
De VOORZTTE|R: Ze zijn wel gehoord,
maar we konden ons niet geheel met hun voor
stellen vereenigen. Het gaat echter over punten
van ondergeschikt belang.
De heer VERMAAS: Ik heb gelezen, dat de
gemeente Nieuw veen, 1000 heeft bezuinigd
door het afschaffen van gemeentepolitie en het
nemen van rijkspolitie. Zouden B. en W. een
lijst op kunnen maken, waarop gezien kan wor
den hoeveel een dergelijke maatregel Middel-
harnis voordeel zou brengen
De heer KOOTE stelt voor deze bepaling
op te nemen.
De heer DOORNBOS: Laat de verordening,
wanneer zij aangenomen wordt, toe, dat er ver
andering in het politiewezen wordt aangebracht
De VOORZITTER: Zoo'n verordening kun
nen we altijd wijzigen. Het ligt echter in de be
doeling van B. en W. om de nachtwakers af
te schaffen en nachtpolitie in te stellen.
De heer VERMAAS: Wordt mijn voorstel
ondersteund
De VOORZITTER Maar mijnheer Ver-
maas u kunt dergelijke voorstellen, maar niet
J zoo in de vergadering brengen, zonder op de
gevolgen te letten die er uit voortvloeien. Men
kan zoo maar niet in principe besluiten de ge-
1 meentepolitie af te schaffen.
De heer VERMAAS U moet zoo maar niet
wildraak uw oordeel prijsgeven. Dat is heele
maal niet mijn bedoeling. Ik stel alleen voor, dat
B. en W. nagaan hoeveel voordeel dit de ge
meente zou kunnen brengen.
Wethouder STRUIJKDat is al heel ge
makkelijk te zeggen. Twee nachtwakers vind ik
ook teveel en zij zullen dan ook verdwijnen,
maar ik ben er tegen dat in dezen tijd de politie-
agenten worden afgeschaft.
De VOORZITTER Willen de heeren deze
verordening goedkeuren
De heer DOORNBOS Ik stel voor de zaak
aan te houden tot de volgende vergadering,
j Aldus wordt besloten
j Daarna gaat de raad over in geheime zitting.
In geheime zitting is besloten een crediet te
i verkenen van 100 voor de viering van het
Oranjejfeest volgende week.
Christelijke Nationale School.
Herdenkingsrede Ds. Sap.
Donderdagavond vond in het schoolgebouw
van het Christelijk Nationaal Schoolonderwijs te
Stellendam, hoofd de heer Jongsma, de feeste
lijke herdenking plaats van het 25-jarig bestaan
vag deze school.
De schoollokalen warén versierd met vlaggen
en groen, zoodat de vele belangstellenden in een
prettige feestelijke sfeer kwamen.
De voorzitter van het bestuur van de
schoolvereeniging, de heer Van der Vlugt,
opende de samenkomst met het laten zingen van
Ps 77 7, waarna hij Psalm 77 las en voorging
in gebed.
In zijn openingswoord riep de heer v. d. Vlugt
op dit oogenblik van feestviering allen een har
telijk welkom toe. In de eerste plaas Ds. Sap,
die de feestrede hoopt uit te spreken. Spr. dankte
Ds. Sap voor deze welwillendheid. Spr. deelde
mede, dat ook een uitnoodiging was gezonden
aan Ds. van Ameide van Ouddorp om hier te
komen spreken, om ten spijt van hen, die ons
andere gedachten aanwrijven, aan te toonen, dat
het bestuur nog altijd hetzelfde standpunt in
neemt als toen begonnen werd. Het is een Chr.
Nationale School, een gemengde school tot op
heden en geen kerkelijke school en daarom is
ook Ds. van Ameide verzocht. Gisteravond was
echter bericht ingekomen van Ds. van Ameide,
dat hij in verband met de verhuisdrukte niet
aan de uitnoodiging kon voldoen. Ook het feit
dat dominé 10 September a.s. afscheid moet
preeken, maakt het niet mogelijk. De schrijver
uit in dezen brief de beste wenschen en de
hartelijke groeten. Dit schrijven, aldus de heer
v. d. Vlugt, is eerst 2 Sept. ingekomen en het
was niet meer doenlijk een andere spreker van
Hervormde zijde te doen komen.
Spr. heette vervolgens welkom de heer Van
der Poel uit Sommelsdijk, vriend en oud-hoofd
van den heer Jongsma. De andere broeders, die
uitgenoodigd zijn, konden niet komen. Spr heette
ook nog welkom de ouders, de oud-leerlingen.
Het bestuur is blij met
zooveel belangstelling.
Ik wil echter niet meer pluimpjes geven, want
we zijn hier gekomen om samen feest te vieren.
In ons hart was schuchterheid om gezien de
tijdsomstandigheden met een feestdag te komen
en toch vonden we ook weer niet de vrijmoe
digheid om dezen dag zoo zonder meer voorbij
te laten gaan. Daarom hebben wij er toe be
sloten en inzonderheid wel dank zij het initiatief
van den geachten penningmeester, die er sterk
voor was aan dezen dag een feestelijk karakter
te geven. We hebben bij de oud-leerlingen aan
geklopt en niet tevergeefs, direct hebben zij zich
er achter willen stellen.
We zijn hier echter ook niet in de eerste
plaats om feest te vieren, maar om de daden
des Heeren te gedenken.
Het zou niet goed zijn, wanneer door het
schoolbestuur steeds achterom gezien zou wor
den bij den arbeid: wij moeten steeds vooruit
zien en het doel voor oogen houden. Toch zijn
er dagen en oogenblikken, waarop het goed is
terug te blikken. En dan zijn we dankbaar voor
al hetgeen God geschonken heeft in die broeders,
die niet gerust hebben voordat deze school er
was, waar de kinderen onderwijs ontvingen naar
Gods Wet. Dat is niet gemakkelijk gegaan. De
officieele gegeVens ontbreken mij. Het is jam
mer, dat de notulen weg zijn. Als de scholen
toen zoo schitterend waren geweest als nu, dan
hadden we een andere school gehad met een
bestuurskamer en een brandkast, waarin de no
tulen opgeborgen konden worden.
Spr. releveerde, dat Ds. Volten nu 30 of 35
jaren geleden' bij hem was gekomen op een
morgen' en toen gezegd had te weten waar de
school zou moeten staan. Hij had de duimstok
in zijn hand en wilde de school plaatsen op de
plaats van de consistorie der Geref. Kerk, een
ruimte van hoogstens 10 bij 6 Meter De con
sistorie moest maar afgebroken worden. Als het
dan niet in de breedte kon, dan maar naar
boven. Spr. wees vervolgens er op, dat de anti
revolutionaire raadsleden toendertijd, die den
door het bestuur te koop gevraagden grond niet
wilden verkoopen, wel eens verkeerd beoordeeld
zijn, omdat het toenjmalige bestuur van de school
volgens hen een verkeerde gedachte over de
zaak had. Eindelijk werd grond gevonden. De
Gereformeerden en Hervormden besloten een
school te bouwen. Toen de school echter ge
opend werd, stuurden vele ouders, die het eerst
beloofd hadden, hun kinderen niet. Zoo zouden
we verder gebeurtenissen uit het verleden aan
kunnen hal eri. We willen echter
niet alleen de schaduwzijden
naar voren brengen. Het heeft God goed ge
dacht het werk van die mannen, en dan noem
ik vooral Jacob van Seters en R. van Oosten-
brugge, die inmiddels zijn heengegaan, te zege
nen. Inzonderheid de kranige voorzitter, de heer
Van Seters, die door den Heere is weggenomen.
Hij was een man des geloofs, die niet terug
deinsde om voor de rechten van de ouders op
te komen. Ook van de andere bestuursleden zijn
niet allen meer in 't leven en 't doet mij goed
op deze vergadering een oud-bestuurslid te zien,
waarvan wij niet gedacht hadden, gezien, de
ongesteldheid, die hem aankleeft, dat hij in dit
avonduur tot ons zou durven komen. Die on
gesteldheid is voor hem geen verhindering ge
weest om hier te komen.
In dien tijd werd er veel gebeden en de Heere
heeft het alles gezegend.
IHet viel ïóen niet mee, want alles moest zelf
bekostigd worden. Het verschil van omstandig
heden was wel zeer groot. Zien we hoe het
toen was en thans, dan moet schaamte ons aan
gezicht bedekken. Toen was het geloofsmoed in
ïooge mate. De tijd van thans is misschien'
lang zoo niet. In dien tijd was de schoolstrijd
een' zaak van worsteling en gebed. Thans gaat
i het zonder eenige moeite om een school op
te richten.
Zijn we dan niet dankbaar voor de gelijkstel
ling Zeker, we zijn er den Heere dankbaar
voor, maar we zien toch ook vaak, dat de zegen
Gods hierin misbruikt wordt.
Toen was het een heerlijke tijd van gezamen
lijk optrekken in eenheid en onder de kracht
dadige leiding en werking van Gods Geest. Toen
werden offers gebracht en nu niets. Wij zijn
dankbaar voor de gelijke rechten, maar huiverig
voor de gevolgen. Als 't ons offers kost, dan
is er een band en handelen wij uit liefde voor
Christus en worden wij gedwongen om in den
Naam van Jezus Christus te zoeken wat noodig
is voor ons en onze kinderen. Thans wordt het
ons geschonken en wordt maar al te vaak ge
dacht: och, we krijgen het toch We vergeten
2oo licht dankbaar te zijn, we vergeten zoo licht
te bidden.
Mfoge deze avond er toe bijdragen, dat we
weer komen tot het besef: te mogen strijden in
den Naam des Heeren voor het
welzijn van onze kinderen
ten opzichte van het Koninkrijk Gods en van het
onderwijs van onze kinderen op den grondslag
van Gods Woord.
Zegene de Heere deze avonduren
Eén ding wil spr. nog gedenken. Dit feest valt
samen met de nationale herdenking van de voor
rechten, welke God ons in de Regeering van
Koningin Wilhelmina, nu 35 jaren lang, heeft
willen schenken. Wij gedenken ook Haar en
bidden Haar vanaf deze plaats Gods onmisbaren
zegen toe. Daarom staat de Koningin zoo dicht
bij ons, omdat zij zulk een groote liefde gevoelt
voor de Christelijke scholen. Meer dan eens
heeft Zij het gezegd: in streken, waar geen
Christelijke scholen zijn, zorgt dat daar Chris
telijke scholen komen'Zij weet, dat daarin de
toekomst van ons volk ligt, dat de kinderen
opgevoed worden in Gods Woord en daardoor
eerbied voor het gezag ontvangen. Dankbaar
willen wij in dit avonduur Haar gedenken en
ik verzoek U dan ook staande mee te willen
zingen: Wlhelmus van Nassauen
Spontaan staan allen op en wordt het aloude
Wilhelmus aangeheven.
De heer Jongsma brengt daarop met een
koortje leerlingen een feestlied ten gehoore,
speciaal voor deze gelegenheid gemaakt, het
welk met groote belangstelling wordt beluisterd.
Ook worden onder leiding van het Hoofd nog
enkele Valerius-liederen en Dankt, dankt nu
allen God" gezongen.
Het meisjeskoor, hetwelk één der onderwij
zeressen op het orgel begeleidde, zong enkele
mooie liedjes, waarvan vooral het „Sikkels
klinken, sikkels blinken, ruischend valt het
graan" algemeen prachtig gevonden werd.
De voorzitter dankte de jongens en
meisjes voor hun mooie zang, waarna ze allen
de zaal verlieten. Het werd langzamerhand
kinderen-bedtijd
Ds. Sap van Nunspeet sprak daarna de
feestrede uit.
Toen de vereeniging mij riep om over te
komen, aldus begon spr., heb ik geen oogenblik
geaarzeld om aan deze vereerende uitnoodiging
te voldoen. Wij predikanten hebben van Paulus
een heerlijke vingerwijzing gekregen: „Weest
blijde met de blijden en weent met de weenen
den". Te midden van het drukke leven is het
ons predikanten wel eens een behoefte om een
paar dagen in de smart te verkeeren en olie
te mogen gieten in de schreiende wonde van
het hart. Aan den anderen kant is het ook aan
genaam om aan de andere opdracht te mogen
voldoen: weest
blijde met de blijden
En er is hier reden om blij te zijn Alleen uit
het feitreeds, dat in 1908 door de broeders van
het schoolbestuur een daad des geloofs is ver
richt door de stichting van een schristelijke
school ondanks de minder gunstige conjunctuur
en dat men thans eenparig van me'enïng is, dat
men dezen datum niet onopgemerkt voobij wil
laten gaan, dat men feest wil vieren bij dit zil
veren jubileum, spreekt het vanzelf dat er reden
is om blij te zijn.
Dat de Inspecteur, dat de regeering dus den
wensch uitspreekt, dat deze school nog lange
jaren zal mogen blijven bestaan in den rij van
goede onderwijsinrichtingen is het mooiste getui
genis en de kostelijkste boodschap, welke het
schoolbestuur in deze dagen mag ontvangen.
Broeder Vloorzitter, ik breng u mijn hartelij
ke gelukwenschen over
Het schoolbestuur heeft moeilijke tijden mee
gemaakt, maar toch hebt gij hulpe van God mo
gen ontvangen om staande te blijven
Ik hoop, dat de school ook het zilveren,- het
gouden en daarna het diamanten jubileum, zal
mogen vieren, ja dat zij tot in lengte van dagen
zal blijven bestaan. Ik wensch ook geluk hen,
die nog op de schoolbanken hier hebben mogen
zitten. Broeder Vogelaar, als ik u zoo aanzie,
dan geloof ik dat u vroeger wel eens een ondeu
gende jongen geweest bent. (Vroolijkheid). Gij
weet echter, dat ge hier uitnemend onderwijs
genoten hebt.
iBroeder Vogelaar, ik hoop dat u als Voor
zitter en ook de jubileerende oud-leerlingenver-
eeniging in het algemeen tot in lengte van dagen
de vruchten hiervan zult mogen plukken..
Het zal u in het leven wel zoo gegaan zijn
als mij, dat u later over veel wat meester in uw
jonge jaren gezegd heeft maar waarvan gij de
bedoeling toen niet begreep, licht is opgegaan.
Het is echter mijn plan om ook nu die snaar
aan te roeren, welke bij een feest als dit aan
geroerd moet worden God heeft groote dingen
bij ons gedaan.
De Voorzitter heeft het zoo juist uitgedrukc,
wat de bedoeling van deze bijeenkomst is de
daden des Heeren gedenken.
Als onze God niet bestond dan was onze
school er niet. Als de Heere Zijn Verbond niet
I bevestigde, dan stond er geen een steen meer op
den andere van dit gebouw Dus
Gode alleen de eer J
God heeft mij in het hart gelegd u dezen tekst
mee te geven Ps. 34 46.
Dit woord van David wensch ik u allen op de
lippen te leggen, wanneer wij de groote gave
willen zien in het christelijk onderwijs voor het
christelijk volk. Er is niets wat meer gehaat
wordt door den Duivel. Spr. had eens met ie
mand van de „Dageraad" gedebatteerd. Deze
man beweerde dat alle christelijke scholen weg
moesten, omdat zij het volk vergiftigden. De
macht zit in de school. Tóen in 1903 de Fran-
sche radicale minister Combe het bevel gaf
sluit alle christelijke scholen, waren de Room-
sche boeren zoo verbitterd dat zij met schoppen
en hooivorken de schoolgebouwen bewaakten
en zeiden, kom er eens aan als je durft. Zij wil
den strijden voor hetgeen God hen geschonken
had. Dat voelden deze Roomschen al, wat moe
ten wij Protestanten dan wel niet gevoelen
In deze door God geschonken school met den
Bijbel wordt het gansche onderwijs doortrokken
van de beginselen uit het Woord des Heeren.
Zouden we dan niet den Heere groot maken.
„Maakt den Heere met mij groot, en laat ons
Zijheri naam verhoogen."
Dat is vanavond onze roeping, niet om met
het schepsel te eindigen, maar God groot te
maken, om met elkander dit lichtpunt op te
merken.
Spr, wees er op, dat de Chr. Nat. School, het
goede zoekt voor heel Stellendam. Dat Gere
formeerden en Hervormden zich hierin één ge
voelen dat heeft de Heere hen in het hart ge
geven.
David zegt„Ik heb den Heere gezocht, en
Hij heeft mij geantwoord, en mij uit al mijne
vreezen gered."
Onze broeder Jacob van Seters, zou hij den
Heere niet gezocht hebben zou hij de knieën
niet gebogen hebben Laten wij den Heere zoe
ken en niet zooals in dezen materialistischen tijd
zoo sterk gebeurd ons zelf, de zonde.
Als God ons zoekt gaan wij Hem zoeken.
De stichter van het Leger des Heils liep op
een avond met zware hoofdpijnen op en neer
met een van zijn vrienden. Zij vroegen elkan
der Wat moeten wij doen tegen de zonden
van Londen. Wat moeten wij doen om de jeugd
te redden Zoo hebben de .broeders 25 jaren
geleden ook gevraagd Wat moeten wij doen
om
de jeugd van Stellendam
te redden
Zij zagen dat het Woord van God, de paden
des Heeren, haar alleen kon behouden. Toen
hebben zij het met den Heere gewaagd en nu
is er deze kostelijke inrichting.
„Ik heb den' Heere gezocht en Hij heeft mij
geantwoord." De Heere heeft uitkomst gegeven.
O, als deze broeders nog eens in ons midden
konden verschijnen, ze zouden zeggen dat is
waar, wij hebben het met God gewaagd
De Heere heeft hen geantwoord. God ant
woord ons, door een vrede die God in ons hart
legt.
Broeder van Seters en allen, die hem ter
zijde stonden hebben het gezieneen plaats
werd gevonden, de eerste spade kon gezet wor
den. AJles kwam in orde. God heeft groote
dingen gedaan, dies zijn wij verblijdIn de
kracht des Heeren zijn wij voortgegaan en Hij
heeft hen uit alle vreeze gered Ondanks te
genwerking en verdachtmaking, mogen wij ge
tuigen zijn van den bloei van deze school. De
christelijke school is een kostelijk middel om de
eenheid van ons volk te bearbeiden. De chris
telijke school, dat is de banier, waarmee het
christelijke volksdeel optrekt.
De kerk doet ook wel iets. Over de borst
wering der kerkmuren heen gevoelen wij ons
toch één in Jezus, maar de christelijke school
niet minder. Daarin staat voorop de glorie van
Gods grooten Naam, de komst van het Ko
ninkrijk Gods en het heil van het kind.
Het is de eeuw van het kind. In Lonen zet
een' politieagent het geheele verkeer stil wanneer
een kleine kleuter van 5 jaren over moet steken.
Het is de gedachte van den genialen Kuyper
geweest om het kind te brengen aan de voeten
van het Kruis van Jezus Christus. Gods kind
moet opgevoed worden in de vreeze en verma
ning des Heere. Dat is de heerlijke vrucht van
het onderwijs, niet alleen de eenheid wordt be
oefend maar ook in kunsten en wetenschappen
wordt de eere bevordert van Hem, den Heer
der heeren, den Koning der koningen. Geen
terrein is er, waarvan niet gezegd kan worden
het is Mijn
De Heere heeft" groote dingen gedaan Het
Bestuur jubeltDe Heere heeft ons uit alle
vreeze gered f E(r komt een blijde lach om onze
lippen en er is dank in ons hart, dat Hij ons
geen kind ontnomen heeft.
„Zij hebben op den Heere gezienDat
kunnen we aan het bestuur van Stellendam
zeggen. Zien op Gods trouw, wat is dat heer
lijk in deze tijden van economische crisis. Alle
vreeze is dan weg. Het zien op Jezus is een
heerlijke zaak. „Mijn zoon, mijn dochter, uw
zonden ziin u vergeven."
Als ge geen raad weet, ziet op Jezus
Hem als een waterstroom aangeloopen. Wij we
ten wat daarmee bedoeld wordt. Wij kennen
de rustelooze golven, zoo moeten wij tot Hem
roepen: „Heere, help mij."
„Heere, waar dan heen, Tot U alleen
Spr. wijst op het verheugende feit, dat Stel
lendam gehecht is aan het christelijke onder
wijs en niet aan de school „waaraan de natie
gehecht is." Dat is echter hier niet alleen. Spr.
toonde dit met cijfers aan. Laten we God
danken. Het aantal christelijke scholen is steeds
crescendo gegaan. Er zijn meer dan 2000 scho
len, waar de naam van Jezus verkondigd wordt.
Spr. wees er op, dat de christelijke onderwij-
zeds op tal van plaatsen de pioniers waren van
het christelijk beginsel en dat de komst van een
christelijk kabinet in '88 te danken is geweest
aan dé trouw van de christelijke onderwijzers:
Bij een jublieum als dit, aldus spr., mag het
goud niet verdonkert worden. De christelijke
onderwijzer mag het nooit om den broode doen,
alleen uit beginsel, uit waarachtige overtuiging
bidden leeren
Zij zijn niet schaamrood geworden,"wel
die anderen die afbreken en schimpen. Het
hoofddoel moet zijn, zooals ook op het roode
glas aan den muur geschilderd staat„Soli
Deo Gloria."
Er zijn er die van uit de hoogte neerzien
op de christelijke school en haar zien als een
noodzakelijk kwaad. Het is echter niet het
grootste kwaad, maar de grootste gave voor
een volk.
Op 't oogenblik wordt er in Duitschland
een stille schoolstrijd
gestreden en we mogen God bidden, dat het
daar anders mag worden.
Wat de toekomst uw school brengen zal
Ik hoop heel weinig zuur en veel zoets.