R'S
mm mm
eat 95, Rotierdam
t J. IB, Sip 16, B'daifl
HET SPECIALE ADRES
THHHirss mus
SCIILIflEII
leuzenHiadmoc
lil, loeiouen zonen
Mn iieirts.
voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden.
1
lll
J
1
I
reis te gaan 11
Antire volutionair
Orgaan
BR S. BOER
SommeisdlIH
IN HOC SIGN O VINCES
FEUILLETON
EM 175 SSnaM
ei. A. tit Winter
«EDELWEISS"
«istensiraat 18-lB,
ZITDAG
LUail DER HAM - DIRHSLAN
Belangrijk!!!
Hotel Restaurant p. simons
gaat naar Simons en'lKomllaarte
No. 3965
WOENSDAG 21 JUNI 1933
48STE JAARGANG
BRANDING
te nemen.
benevens een ruime sorteering
listen.
'S en PLATEN
naf 55 ets. "W
s slechts 40 ets.
rijzen in
KGAZ'JN
trlsche Steenhouwerij
net tyn 5 en 16. Telef. No. 11005 en 11946
IUTSSPAARBANK
Middelharnis—Sommelsdijk
Kantoor Voorstraat 5 Middelharnis
Geopend van v m. 9—12 en n.m. 2—4 uur
Zaterdag v.m. 9—1 uur
Maandag n.m. 6-7 uur
Donderdag n m. 6—7 uur
R K NT E VERGOEDING 3
Specialiteit in: 17273'
Ligstoelen, Serremeubelcn en vierkante
Waschmanden en Badstoelen,
Groote keuze in bekleed en onbekleed
MANDENWERK, zooals Papierman.
den en Werktafels, Ook verkrijgbaar
bii T Schilperoord. Middelharnis.
voor het behandelen
Uwer WASCH ie
Stoomwaach. en Strtjklnrichting
houdt vanaf 90 September
DONDERDAGS te DIRKSLAND, in
Hotel POLDERMAN vanaf half 11
tot 4 uur 's-namiddags.
VRIJDAGS te OUDE TONGE, in
Hotel VAN VEEN vanaf half 11
tot 4 uur 's-namiddags.
Die dagen SPREEKUUR te MID
DELHARNIS, 's morgens van half
9 tot 10 uur, 's avonds van 7
tot 8 uur.
IN
Ruiters, Falen enz
Gebruik de
500 rellen
Voor slechts 40 ct. verkrijgbaar
in den Boekhandel N.V. v.h.
S1G4REM
Verkrijgbaar voor Winkeliers:
Wij deelen U beleefd mede,
dat vanaf heden onze prijzen
belangrijk verlaagd zijn.
Toch blijft ons moito;
Kwaliteit en kwantiteit is
ons streven om alles een
voudig en goed te geven.
Uw recommandatie is onze
reclame.
Soerenvlschmarkt 12
Tel. Interc. 56341, Rotterdam
Wij zorgen voor U.
Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post f 1.— bij vooruitbetaling.
BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGAVEN.V. DRUKKERIJ EN UITGEVERIJ
v.h. W. BOEKHOVEN dr ZONEN
SOMMELSDIJK
Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2
1 ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f I.— per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiün worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
&19e stale ken voos* «3© Redactie bestemd, A d ver 4 a tiëra ©aa verdere Administratie franco toe 4© aettden aan de Uitgever*
„duys"-tere uitlatingen?
Het heeft lang geduurd voor de S.D.A.P. aan
zichzelf ontdekt werd, maar het is dan toch
eindelijk gekomen: dek racht is gebroken. Niet
door een Hollandsch'en Hitler of onder directen
invloed van de tegenstanders, neen, een ziekte
in eigen leden werkt fnuikend op haar bestaan.
Lang is de partij-discipline in staat geweest
om de kwaal te verbergen, maar door den druk
der omstandigheden, die voor de sociaal-demo
cratie in het binnenland en in het buitenland
hoe langer hoe ongunstiger zijn geworden, zijn
velen tot de overtuiging gekomen, dat men in
de toekomst onmogelijk zich af kan scheiden
van de nationale groepen. In Duitschland zien
zij ,dat de stok, waarmee het Marxisme de niet-
arbeidersgroepen jarenlang dreigde, in onmee-
doogenlooze kracht op de hoofden van de arbei
ders zelf terecht is gekomen.
De brochure van mr. Duys wijst er op, dat
vele socialisten, al is het dan ook, dat ze bang
zijn voor eigen hachie, de tot dusver gevolgde
partij-taktiek funest achten. Dat hij zich daarmee
den ongunst van de tegenwoordige partijleiding
op den hals heeft gehaald, is te begrijpen. Het
valt voor deze menschen niet mee, om door één
der meest vooraanstaande socialisten een klap
in het gezicht te krijgen.
In verschillende steden zijn Zondag vergade
ringen gehouden van personen, die leidende
functies bekleeden in de S.D.A.P.
Ir. Albarda, de aanvoerder der Kamerfractie,
heeft zich afkeurend over Duys uitgelaten. Al
gemeen werd trouwens in scherpe bewoordingen
het verschijnen van de brochure van mr. Duys
afgekeurd. En dat nog wel bij een burgerlijke
uitgeverij en ingeleid in de TelegraafDuys
had de brochure de bourgeoisie niet aan mogen
bieden, werd algemeen gezegd.
We krijgen echter den indruk, dat het mr.
Duys bij het laten drukken van "zijn brochure
moeilijk gemaakt is. Men wist reeds lang, dat
hij het van plan was.
De SjD.A.P. zal zich over de „Duys"-tere
uitlatingen moeten uitspreken. Dat zij de voor
gestelde richting zal inslaan, gelooven wij niet.
Daarvoor is een al te groote zelfvernietiging
noodig. Een kat in 't nauw doet echter vreemde
sprongen en de Duitsche socialisten hebben den
laatsten tijd reeds proeVen van ontstellende be
kwaamheid in dit opzicht afgelegd.
Zou haar beeld thans zelfs niet gevonden
moeten worden in een arme muis, waarmee de
Hitler-kater zijn rasgenooten vermaakt
Ir. Albarda is Zondag in Amsterdam hevig
te keer gegaan tegen fascisme en communisme,
hij wees op de geestverwantschap tusschen de
uiterst linkscbe en uiterst rechtsche groepen'.
Jan Oudegeest merkte op, dat hij in Neder
land, dat tot de oudste democratieën behoort,
de democratische traditie een sterk wapen en
een rem tegen fascistische driften achtte, terwijl
de buitengewone omstandigheden, die in Duitsch
land het nationaal-socialisme hebben bevorderd,
hier te lande ontbreken.
Op welken grond Albarda bewijzen kan, dat
er een geestverwantschap bestaat tusschen fas
cisme en communisme, van uit het marxistisch
standpunt geredeneerd, is ons een raadsel. Wat
onderscheidt het socialisme van deze ideeën
De dictatuur schuilt ook in haar principe. De
klassenstrijd, de dictatuur, de onderdrukking is
door Albarda en zijn voorgangers reeds jaren
lang gepropageerd en als een gif heeft deze ge
dachte de Europeesche volken verslapt.
Dat Holland tot de oudste democratieën be
hoort, is de S.D.A.P. tot zegen geweest. Het
Calvinisme heeft de democratische gedachte op
Hollands bodem geplant en is de doodsvijand
geweest van alle dictatuur. Ondanks de bijna
ongelimiteerde propaganda door de S.D.A.P. is
de Hollander democraat gebleven. Nog altijd
kan uit volle borst gezongen worden: de tyran-
nie verdrijven, die mij mijn hert doorwondt.
Moge de S.D.A.P. door de tyrannie der feiten
er van overtuigd worden, dat op Hollandschen
bodem een beweging als de hare geen bestaans
recht heeft en dan ook tot ondergaan gedoemd is.
DE KLUTS KWIJT?
Dat men in deze tijden de kluts wel eens
kwijt raakt, is te begrijpen. We moeten ons
daarover niet verwonderen. Waarom zou het
vreemd zijn als dit ook in onze Christelijke
kringen geschiedt? Verwondert u over niets,
zegt de Schrift.
Ook als het principieele blunders geldt, lijkt
het ons het beste niet al te fel er op af te vlie
gen. De heetgebakerden onder ons zijn niet
altijd de flinksten en zijn meestal in het bezit
van een neus, die zij op de meest ongelegen
oogenblikken stooten, ja zelfs meerdere malen
voorbij praten. Soms krijgen we ook wel eens
den indruk, dat ze naar het puntje van dien
neus probeeren te zien en dan, zooals onze lezers
weten zullen1, scheel zien.
Eén van onze broeders, die politiek helaas
een ander inzicht heeft dan wij, schreef vorige
week in zijn blad, dat het leidend beginsel van
onze Christelijke politiek moest zijn: op iedere
plaats voldoende gelegenheid om echt nationaal
onderwijs te ontvangen, d.i. een onderwijs in
overeenstemming met Gods Woord 'en belijdenis.
Een waarlijk Chr. regeering moet breken met
allen, die dat niet willen of een andere gedachte
daarover hebben.
Op een andere plaats trof ons echter de vol
gende volzin.Trouwens, de dictator kan zich
alleen handhaven door onderdrukking van an
dersdenkenden. Tegenstanders worden verban
nen naar de Liparische eilanden. De pers wordt
gekneveld, de vrijheid van meeningsuiting aan
banden gelegd. En zoo heerscht Mussolini nu
reeds ruim 10 jaar met onbeperkte macht over
Italië, dat ongetwijfeld veel aan hem te danken
heeft, maar waar het voor een vrije Nederlander
toch wel wat onbehaaglijk zou zijn te leven."
Het blad is met zichzelf in tegenspraak I
We zouden deze vraag willen stellen zoolang
God de zon laat schijnen over boozen en goe
den, waar haalt een Christen ook in de poli
tiek het recht vandaan om andersdenkenden hun
vrijheid te ontnemen
Het zijn moeilijke tijden, maar laten wij Chris
tenen niet als God willen zijn door den laatsten
oordeelsdag maar vast te beginnen. De hel en
de hemel zijn nog niet op deze aarde
Ook voor vele Christenen valt het niet mee
te moeten bukken onder den dwang der om
standigheden en onder den wil Gods
de economische conferentie.
De economische conferentie staat in het tee-
ken van dezen tijd. Amerika heeft plotseling
weer bezwaren gemaakt tegen de stabilisatie
van den dollar.
Wat dit beteekent heeft dr. Colijn vorige
week duidelijk uit laten komen. Ook diens arbeid
staat of valt met een stabilisatie, zij het slechts
een langzame, van den dollar en 't pond sterling.
Dat de volkeren een algemeen accoord op
deze conferentie zullen maken, gelooft niemand.
Holland en België hebben het goede voor
beeld gegeven in het verdrag van Ouchy, waar
in zij besloten wederkeerig geen hoogere tarieven
meer te heffen. Zij adviseeren de andere landen
eveneens hetzelfde te doen met elkander onder
ling, opdat ze zoo stuk voor stuk samensmelten.
Ook met de stabilisatie zal het zoo moeten
gaan. Langzamerhand zal men op monetair ge
bied tot vastheid moeten geraken. De schom
meling van den dollar is nog niet tot stilstaan
gekomen en het is te begrijpen, dat Roosevelt
zich er voor wacht overijlde besluiten te nemea.
In een interview met Reuter heeft dr. Colijn
gezegd: een definitieve stabilisatie lijkt op dit
oogenblik onwaarschijnlijk en wanneer er thans
een stabilisatie komt, zal deze wel voorloopig
zijn.
Hieruit blijkt, dat de zaak niet geforceerd kan
en mag worden. Stapje voor stapje zal men
slechts voorwaarts kunnen komen. Beter iets
gewonnen dan niets Hardloopers zijn doodloo-
pers, zeker in kwesties als deze 1
WAAR ZULLEN WE ZWEMMEN
Hoewel de weersgesteldheid ons niet aanlokt
om ons zeer in dit onderwerp te verdiepen, doen
wij toch graag mee met hen, die er den laatsten
tijd wat over gezegd hebben.
We gelooven niet, dat er veel menschen zijn,
die er bezwaar tegen hebben dat cr gezwom
men wordt. Dat er in Middelharnis en Sommels-
dijk bezwaren rijzen tegen de plaats, waar tot
dusver gesparteld is, kunnen we alleszins be
grijpen.
Inderdaad is het Hoofd geen geschikte zwem-
gelegenheid. Ten eerste is het er niet zonder
gevaar voor hen, die de handigheid van het
zwemmen nog niet te pakken hebben. De houten
vlonder is te klein en de bodem van den haven
kant ongeschikt. Ten tweede kan men de be
zwaren tegen het gemengd zwemmen niet licht
achten.
Het plan-Oosthavendijk komt nu aanstaande
Woensdag in den Raad van Middelharnis. Men
zou dit als werkverschaffingsplan onder de
oogen willen zien. De ijsbaan schijnt van de
baan te zijn, wat wij gelukkig achten.
Voor het zwembad Oosthavendijk kunnen wij
echter evenmin enthousiast zijn. Natuurlijk zou
zulk een zwembad een prachtige oplossing zijn.
Het gemengd zwemmen werd daarmee onder
vangen en de gevaren waren uit den weg ge
ruimd.
Echter de kosten van den aanleg zijn hoog en
het onderhoud zal de gemeente elk jaar op aan
zienlijke bedragen komen.
Een betere plaats als het Hoofd voor een
zweminrichting kunnen wij ons echter niet den
ken. Altijd frisch water en ons inziens ook ruimte
voldoende.
Kan de gemeente op de plaats, waar tot dus
ver gezwommen wordt, geen toestemming krij
gen van Waterstaat om een zwembad in te
richten Er behoeft slechts een goed ondiep
gedeelte tusschen de ducdalven gemaakt te
worden. De geoefende zwemmers kunnen in het
diepe zwemmen. Tevens zou men een scheiding
kunnen maken tusschen heeren- en damesafdee-
ling of men zou bepaalde uren voor de dames
en bepaalde uren voor de heeren vast kunnen
stellen.
De kosten behoeven slechts gering te zijn.
Het plan-Oosthavendijk lijkt ons als werkver
schaffingsobject veel te duur en vooral het on
derhoud in de toekomst zal te veel van de ge
meentekas vragen, die er toch werkelijk slecht
voorstaat.
De werkverschaffingsgelden kunnen veel beter
besteed worden. Het lijkt ons werkelijk al te
optimistisch, dat er in de gemeente geen andere
verbeteringen aan te brengen zouden zijn. Ons
lijkt, wanneer men iets voor de jeugd wil doen,
altijd nog het beste een goed, flink speelterrein
aan te leggen, zooals wij reeds vroeger voor
stelden.
zuivering van de marine.
In totaal zijn er den laatsten. tijd een kleine
honderd mannen ontslagen.
Bij het corps mariniers te Rotterdam zijn deze
week negen mariniers en een korporaal-timmer
man ontslagen.
Naar de commandant van de afdeeling mari
niers, kolonel J. Oele, mededeelde, houden deze
ontslagen verband met gegevens omtrent deze
manschappen, waaruit bleek, dat zij er minder
juiste opvattingen op na zouden houden.
De „Voorwaarts"' schrijft natuurlijk: de maat
regelen, die minister Deckers heeft genomen,
oin de betrouwbaarheid der marine te verzeke
ren, hebben op den buitenstaander een nog al
verbijsterenden indruk gemaakt. Zij beschuldigt
natuurlijk van „schandelijke willekeur".
Wij zijn eveneens buitenstaanders, toch maakt
dit ontslag op ons absoluut geen verbijsterenden
indruk. Het maakt op ons een heelen goeden
indruk, dat de regeering de marine zuivert van
schadelijke elementen, die oorzaak zijn van
rampen als de Zeven Provinciën. Het is in 't
belan gvan alle Nederlanders en zeker cok
in 't belang van deze menschen zelf. Ze be
hoeven niet latager een minderwaardige rol te
spelen, die aanleiding geeft tot voor het vader
land noodlottige tooneelen.
Het ware beter, dat men in dit opzicht zijn
oor te luisteren legde bij Mr. Duys, die wat dit
betreft ook tot het juiste inzicht is gekomen.
HET FASCISME op FLAKKEE.
Dat het fascisme ook op ons eiland voet aan
wal heeft gezet, zal den lezers blijken uit een
bericht onder de rubriek plaatselijk nieuws van
Middelharnis.
Waarom niet Overal heeft men dergelijke
menschen zitten en het is nu eenmaal een nieu
wigheid.
Heeft het fascisme toekomst voor ons land
Wij gelooven van niet. Ons volk is wat de
politiek betreft niet zoo erg te beïnvloeden. Er
is de laatste halve eeuw principieele politiek
gevoerd, die tot resultaat heeft gehad, dat de
Nederlanders weten wat het fascisme inhoudt.
De laatste verkiezingen hebben aangetoond, dat
het fascisme ons volk niet bekoort. De gebeur
tenissen in Duitschland zal het in deze opinie
stijven J
DOOR
K. H. marinussen.
4)
„Tóch niet, Meulemans. Er blijft een graf
achter", zeide mevrouw Woldinga met trillende
stem.
,,'t Is waar, juffrouw. Een dorp, waar men
jaren heeft gewoond en waar voor een gelief
den man e'en graf is gedolven, wordt niet ver
geten. Wij zullen het groote verlies ook niet
spoedig te boven komen."
Nog eenigen tijd werd het gesprek over den
geliefden doode voortgezet, waarna Meulemans
opstond.
„Ik moet gaan", zeide hij. „Dus, Annie, je
schrijft een brief naar Frits
„Ik begin er onmiddellijk aan, Meulemans. En
ik post den brief nog vanavond, al is het nog
zulk weer. Wat zou het fijn zijn, als Frits
hier kwam
„Wat denk je, zou hij solliciteeren
„Ik ben er van overtuigd. Hij mag hier vast
graag zijn. Met moeder geloof ik, dat Frits niet
heeft durven solliciteeren. Wij hebben trouwens
niet eens aan hem gedacht. Mogelijk ook om
dezelfde reden als hij."
„Por hem er toe aan, als je zoo zeker van je
zaak b'en't."
Meulemans vertrok in de beste stemming: aan
vankelijk was zijn opzet gelukt. Als de zoon
van het overleden' schoolhoofd naar de functie
dong, stond zijn benoeming vast. Want de jonge
Woldinga was op het dorp even gezien, als
zijn vader. Tegen dien candidaat legde de twee
in de vacature dingende onderwijzers van de
school het af. En dat was het beste. Meulemans
gunde elk hunner van harte de functie, maar als
er een werd benoemd (h ij zou trouwens niet
weten, wien hij kiezen moest en de andere be-
stuurslieden allicht ook niet) dan was de ander
in zijn wiek geschoten en was de goede ver
standhouding bedorven. Als Frits nu maar toe
hapte, dan was het in orde. Met dien can
didaat dacht niet één der bestuuursleden aan
een ander.
Optornend teg'en' den vrij stevigen wind en
den striemenden regen, verwijlden de gedachten
van boer Meulemans dan bij de twee vrouwen,
die hij zooeven verlaten had.
De mededeeling, dat zij naar Rotterdam zou
den vertrekken, had hem ten hoogste verbaasd.
Ook even teleurgesteld. Maar tenslotte kon hij
de onbillijkheid er niet van inzien en waren de
opgegeven motieVeri wel steekhoudend, al
had hij er weinig verwachting van, dat Dolf
zich storen zou aan het feit, dat zijn moeder
dichtbij woonde.
'Hij wist niet, wat er van dien jongen terecht
komen moest. Ongetwijfeld had Dolf een helder
hoofd en hij kon het naar het materieele allicht
ver sturen. Maar geestelijk was het met hem niet
in orde.
Hier werd wel bewaarheid, dat genade geen
erfgoed wasHoe was het mogelijk, dat een
jongen uit zulk een voorbeeldig, godvreezend,
vroom levend gezin zóó onverschillig was op
het terrein van het geestelijk levenWat had
Woldinga al een verdriet van dien jongen ge
had.
Het overleden hoofd was een stoer man ge
weest, een echte Calvinist, die van sentimenta-
liteiten niets hebben moest. Maar wanneer hij
vertrouwelijk met Meulemans over Dolf sprak,
dan stokte zijn stem.
„Ik kan aan dien jongen niets meer doen",
steunde hij dan. „Alleen bidden, of God hem ge
nadig wil zijn en hem grijpen wil."
Het was de ontroerende klacht van een lief
hebbend vaderhart, dat vanééngereten werd.
Maar 't moest steeds gezegd worden, dat
Woldinga de lijn strak hield. En ook, dat Dolf
respect had voor die strenge leiding. Vandaar,
dat Meulemans zijn hart vasthield, nu het school
hoofd overleden' was: zou de moeder voldoenden
invloed op den jongen hebben
Hij twijfelde er aan; wist wel zeker, dat
Dolf Woldinga eigen wegen kiezen zou.
Het zouden wegen zijn, die afvoerden van
den God zijns vaders
HOOFDSTUK III.
De opvolger.
De klok van de kerk in Noordwoude het
eeuwenoude kerkgebouw stond midden op het
dorpsplein en was omgeven door een breed
grasveld liet vier heldere slagen door het
luchtruim galmen.
En uit was het met de rust en de stilte, die
er eenige uren geheerscht hadden.
Uit de eveneens op het dorpsplein staande
school, „waaraan de natie gehecht was" en die
opleidde „tot alle maatschappelijke en chris
telijke deugden", stormde de jeugd, blijde uit
het gareel te kunnen springen.
Niet alle menschen in Noordwoude waren
gehecht gebleven aan die school. Er was ook
daar een ontwaking gekomen en men had in
gezien, dat de doopbelofte niet werd nagekomen,
wanneer men zijn kinderen zond naar de school,
waar de bijbel werd geweerd.
Met ongeloof el ijke inspanning was men er
jaren geleden gekomen tot oprichting eener
school met den bijbel, die aanvankelijk een
moeizaam (bestaan had en soms dreigde, weer
ten onder te gaan. Maar moedig hielden de
voorstanders in het geloof stand en langzaam
kwam er eenige bloei. Het aantal leerlingen
wies, daar het onderwijs er niet onder deed
voor dat op de openbare school, al had het
onderwijzend personeel er lang niet die leermid
delen1, die de gemeente kas met ruime hand op
de andere school verstrekte.
De succesievelijke subsidieering hadden eenige
verbetering gegeven en tóen het gelukte, in
plaats van den modernen predikant in de Ned.
Herv. Kerk, een orthodoxe te verkrijgen, die een
warm voorstander van het christelijk onderwijs
was, ging de school met den bijbel, gebouwd
in de straat, die op het dorpsplein uitkwam,
met sprongen vooruit, zoodat zij in leerlingen
tal de openbare overvleugelde.
Bij zijn komst, vijf jaar geleden, vond Frits
Woldinga er dan ook een betrekkelijk flinke
school, al was de huisvesting slecht te noemen.
Op achttienjarigen leeftijd had hij de hulp-
achte gehaald, waarna hij twee jaren in de
school van zijn vader was werkzaam geweest.
Doch deze had het verstandiger gevonden, dat
zijn zoon ook elders eens rondneusde, vooral
daar hij met stevig werken op twintigjarigen
leeftijd reeds was geslaagd voor de hoofdacte.
Zoo was de school van Noordwoude de
plaats geworden, waar Frits Woldinga zijn
dagelijksch werk vond, om in de avonduren te
blokken voor eenige moderne talen. Twee jaar
later was 't hem gelukt de acte Fransch te halen.
Noordwoude leverde hem ook zijn vrouw; de
dochter van den gereformeerden, of, zooals men
sprak, den afgescheiden dominé, die inmiddels
naar elders was beroepen, welk beroep was
aangenomen.
Ook in de dorpsstraat klonk het gejuich der
kinderen op en was er gedraaf van vele trap
pelende voeten: de christelijke school ging uit.
Frits Woldinga ruimde de leermiddelen op,
maakte nog een praatje met enkele kinderen,
die niet zoo spoedig uit het lokaal verdwenen
waren en begaf zich dan, demi aan en hoed op,
naar het lokaal der hoogste klassen, oin het
hoofd der school, naar vaste gewoonte, de hand
te drukken.
„Woldinga", zeide deze plotseling, „ik moet
je toch op den man af eens wat vragen, 'k Heb
tot nu gewacht er mee, omdat ik veronderstelde,
dat je het zelf zoudt meedeelen. Maar nu ik niets
hoor, ga ik zelf vragen. Heb je gesolliciteerd
naar Laarwoud
De jonge Woldinga glimlachte.
„Ik heb u niets gezegd, omdat ik niets te
zeggen had", antwoordde hij. „Want ik heb
niet gesolliciteerd."
„Daar ben ik blij om", antwoordde het hoofd
opgelucht, ,,'k Zou je het liefst niet willen mis
sen. Maar ik begrijp niet, dat je het niet hebt
gedaan, 'k Heb onmiddellijk tot mijn vrouw
gezegd: we zullen Woldinga hier het langst heb
ben gezien. Je spreekt altijd met enthousiasme
over Laarwoud en de school daar. En me dunkt,
dat je er wel kans zoudt hebben."
Frits Woldinga glimlachte weer.
't Was evenwel niet een vroolijke lach. Want
hij had het er niet gemakkelijk onder gehad,
toen de oproep voor sollicitanten voor Laar-
woud hem onder de oogen kwam, een oproep,
die natuurlijk te verwachten was, maar die hem
machtig had aangegrepen. Allereerst, omdat hij
hem herinnerde aan den dood van zijn diep
betreurden vader, maar dan ook, omdat hij on
derdrukken wilde den ontembaren lust om te
solliciteeren.
Slechts één, behalve God, had van zijn strijd
geweten: zijn vrouw, Lena, die onmiddellijk had
begrepen, dat haar man veel idee had in Laar
woud. Hij was nu eenmaal iemand, die zich
graag verdienstelijk maakte, wat hij als hoofd
nog meer kon doen dan als onderwijzer, omdat
een hoofd nog meer overwicht op de menschen
heeft. Bovendien was het een eer, op zulk een
leeftijd hoofd eener flinke school te zijn, terwijl
het salaris toch ook hooger was.
Zij had gevoeld zijn begeerte en, zonder dat
er een woord over gevallen was, bij het lezen
der advertentie gevraagd: „Wat doe je, Frits
Hij had zijn vrouw niet eens verbaasd aange
staard en de vraag als de meest gewone ter
wereld gevonden. En te kennen gegeven, dat
hij inderdaad aan solliciteeren had gedacht, maar
het toch niet durfde te doen, allereerst, omdat
hij nog zoo jong was, maar dan ook anderzijds,
omdat hij de zoon van het overleden hoofd was
en het bestuur in Laarwoud mogelijk niet vrij
tegenover zijn sollicitatie zou staan. Als het
Laarwoud niet betrof, zou hij stelling naar de
betrekking dingen, omdat hij er werkelijk naar
verlangde, aan het hoofd van een school te
staan, teneinde zijn volle krachten te kunnen
ontplooien. (Wordt vervolgd).
i
ijl