R'S mm mm eat 95, Rotierdam t J. IB, Sip 16, B'daifl HET SPECIALE ADRES THHHirss mus SCIILIflEII leuzenHiadmoc lil, loeiouen zonen Mn iieirts. voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden. 1 lll J 1 I reis te gaan 11 Antire volutionair Orgaan BR S. BOER SommeisdlIH IN HOC SIGN O VINCES FEUILLETON EM 175 SSnaM ei. A. tit Winter «EDELWEISS" «istensiraat 18-lB, ZITDAG LUail DER HAM - DIRHSLAN Belangrijk!!! Hotel Restaurant p. simons gaat naar Simons en'lKomllaarte No. 3965 WOENSDAG 21 JUNI 1933 48STE JAARGANG BRANDING te nemen. benevens een ruime sorteering listen. 'S en PLATEN naf 55 ets. "W s slechts 40 ets. rijzen in KGAZ'JN trlsche Steenhouwerij net tyn 5 en 16. Telef. No. 11005 en 11946 IUTSSPAARBANK Middelharnis—Sommelsdijk Kantoor Voorstraat 5 Middelharnis Geopend van v m. 9—12 en n.m. 2—4 uur Zaterdag v.m. 9—1 uur Maandag n.m. 6-7 uur Donderdag n m. 6—7 uur R K NT E VERGOEDING 3 Specialiteit in: 17273' Ligstoelen, Serremeubelcn en vierkante Waschmanden en Badstoelen, Groote keuze in bekleed en onbekleed MANDENWERK, zooals Papierman. den en Werktafels, Ook verkrijgbaar bii T Schilperoord. Middelharnis. voor het behandelen Uwer WASCH ie Stoomwaach. en Strtjklnrichting houdt vanaf 90 September DONDERDAGS te DIRKSLAND, in Hotel POLDERMAN vanaf half 11 tot 4 uur 's-namiddags. VRIJDAGS te OUDE TONGE, in Hotel VAN VEEN vanaf half 11 tot 4 uur 's-namiddags. Die dagen SPREEKUUR te MID DELHARNIS, 's morgens van half 9 tot 10 uur, 's avonds van 7 tot 8 uur. IN Ruiters, Falen enz Gebruik de 500 rellen Voor slechts 40 ct. verkrijgbaar in den Boekhandel N.V. v.h. S1G4REM Verkrijgbaar voor Winkeliers: Wij deelen U beleefd mede, dat vanaf heden onze prijzen belangrijk verlaagd zijn. Toch blijft ons moito; Kwaliteit en kwantiteit is ons streven om alles een voudig en goed te geven. Uw recommandatie is onze reclame. Soerenvlschmarkt 12 Tel. Interc. 56341, Rotterdam Wij zorgen voor U. Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post f 1.— bij vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGAVEN.V. DRUKKERIJ EN UITGEVERIJ v.h. W. BOEKHOVEN dr ZONEN SOMMELSDIJK Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2 1 ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f I.— per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan. Advertentiün worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur. &19e stale ken voos* «3© Redactie bestemd, A d ver 4 a tiëra ©aa verdere Administratie franco toe 4© aettden aan de Uitgever* „duys"-tere uitlatingen? Het heeft lang geduurd voor de S.D.A.P. aan zichzelf ontdekt werd, maar het is dan toch eindelijk gekomen: dek racht is gebroken. Niet door een Hollandsch'en Hitler of onder directen invloed van de tegenstanders, neen, een ziekte in eigen leden werkt fnuikend op haar bestaan. Lang is de partij-discipline in staat geweest om de kwaal te verbergen, maar door den druk der omstandigheden, die voor de sociaal-demo cratie in het binnenland en in het buitenland hoe langer hoe ongunstiger zijn geworden, zijn velen tot de overtuiging gekomen, dat men in de toekomst onmogelijk zich af kan scheiden van de nationale groepen. In Duitschland zien zij ,dat de stok, waarmee het Marxisme de niet- arbeidersgroepen jarenlang dreigde, in onmee- doogenlooze kracht op de hoofden van de arbei ders zelf terecht is gekomen. De brochure van mr. Duys wijst er op, dat vele socialisten, al is het dan ook, dat ze bang zijn voor eigen hachie, de tot dusver gevolgde partij-taktiek funest achten. Dat hij zich daarmee den ongunst van de tegenwoordige partijleiding op den hals heeft gehaald, is te begrijpen. Het valt voor deze menschen niet mee, om door één der meest vooraanstaande socialisten een klap in het gezicht te krijgen. In verschillende steden zijn Zondag vergade ringen gehouden van personen, die leidende functies bekleeden in de S.D.A.P. Ir. Albarda, de aanvoerder der Kamerfractie, heeft zich afkeurend over Duys uitgelaten. Al gemeen werd trouwens in scherpe bewoordingen het verschijnen van de brochure van mr. Duys afgekeurd. En dat nog wel bij een burgerlijke uitgeverij en ingeleid in de TelegraafDuys had de brochure de bourgeoisie niet aan mogen bieden, werd algemeen gezegd. We krijgen echter den indruk, dat het mr. Duys bij het laten drukken van "zijn brochure moeilijk gemaakt is. Men wist reeds lang, dat hij het van plan was. De SjD.A.P. zal zich over de „Duys"-tere uitlatingen moeten uitspreken. Dat zij de voor gestelde richting zal inslaan, gelooven wij niet. Daarvoor is een al te groote zelfvernietiging noodig. Een kat in 't nauw doet echter vreemde sprongen en de Duitsche socialisten hebben den laatsten tijd reeds proeVen van ontstellende be kwaamheid in dit opzicht afgelegd. Zou haar beeld thans zelfs niet gevonden moeten worden in een arme muis, waarmee de Hitler-kater zijn rasgenooten vermaakt Ir. Albarda is Zondag in Amsterdam hevig te keer gegaan tegen fascisme en communisme, hij wees op de geestverwantschap tusschen de uiterst linkscbe en uiterst rechtsche groepen'. Jan Oudegeest merkte op, dat hij in Neder land, dat tot de oudste democratieën behoort, de democratische traditie een sterk wapen en een rem tegen fascistische driften achtte, terwijl de buitengewone omstandigheden, die in Duitsch land het nationaal-socialisme hebben bevorderd, hier te lande ontbreken. Op welken grond Albarda bewijzen kan, dat er een geestverwantschap bestaat tusschen fas cisme en communisme, van uit het marxistisch standpunt geredeneerd, is ons een raadsel. Wat onderscheidt het socialisme van deze ideeën De dictatuur schuilt ook in haar principe. De klassenstrijd, de dictatuur, de onderdrukking is door Albarda en zijn voorgangers reeds jaren lang gepropageerd en als een gif heeft deze ge dachte de Europeesche volken verslapt. Dat Holland tot de oudste democratieën be hoort, is de S.D.A.P. tot zegen geweest. Het Calvinisme heeft de democratische gedachte op Hollands bodem geplant en is de doodsvijand geweest van alle dictatuur. Ondanks de bijna ongelimiteerde propaganda door de S.D.A.P. is de Hollander democraat gebleven. Nog altijd kan uit volle borst gezongen worden: de tyran- nie verdrijven, die mij mijn hert doorwondt. Moge de S.D.A.P. door de tyrannie der feiten er van overtuigd worden, dat op Hollandschen bodem een beweging als de hare geen bestaans recht heeft en dan ook tot ondergaan gedoemd is. DE KLUTS KWIJT? Dat men in deze tijden de kluts wel eens kwijt raakt, is te begrijpen. We moeten ons daarover niet verwonderen. Waarom zou het vreemd zijn als dit ook in onze Christelijke kringen geschiedt? Verwondert u over niets, zegt de Schrift. Ook als het principieele blunders geldt, lijkt het ons het beste niet al te fel er op af te vlie gen. De heetgebakerden onder ons zijn niet altijd de flinksten en zijn meestal in het bezit van een neus, die zij op de meest ongelegen oogenblikken stooten, ja zelfs meerdere malen voorbij praten. Soms krijgen we ook wel eens den indruk, dat ze naar het puntje van dien neus probeeren te zien en dan, zooals onze lezers weten zullen1, scheel zien. Eén van onze broeders, die politiek helaas een ander inzicht heeft dan wij, schreef vorige week in zijn blad, dat het leidend beginsel van onze Christelijke politiek moest zijn: op iedere plaats voldoende gelegenheid om echt nationaal onderwijs te ontvangen, d.i. een onderwijs in overeenstemming met Gods Woord 'en belijdenis. Een waarlijk Chr. regeering moet breken met allen, die dat niet willen of een andere gedachte daarover hebben. Op een andere plaats trof ons echter de vol gende volzin.Trouwens, de dictator kan zich alleen handhaven door onderdrukking van an dersdenkenden. Tegenstanders worden verban nen naar de Liparische eilanden. De pers wordt gekneveld, de vrijheid van meeningsuiting aan banden gelegd. En zoo heerscht Mussolini nu reeds ruim 10 jaar met onbeperkte macht over Italië, dat ongetwijfeld veel aan hem te danken heeft, maar waar het voor een vrije Nederlander toch wel wat onbehaaglijk zou zijn te leven." Het blad is met zichzelf in tegenspraak I We zouden deze vraag willen stellen zoolang God de zon laat schijnen over boozen en goe den, waar haalt een Christen ook in de poli tiek het recht vandaan om andersdenkenden hun vrijheid te ontnemen Het zijn moeilijke tijden, maar laten wij Chris tenen niet als God willen zijn door den laatsten oordeelsdag maar vast te beginnen. De hel en de hemel zijn nog niet op deze aarde Ook voor vele Christenen valt het niet mee te moeten bukken onder den dwang der om standigheden en onder den wil Gods de economische conferentie. De economische conferentie staat in het tee- ken van dezen tijd. Amerika heeft plotseling weer bezwaren gemaakt tegen de stabilisatie van den dollar. Wat dit beteekent heeft dr. Colijn vorige week duidelijk uit laten komen. Ook diens arbeid staat of valt met een stabilisatie, zij het slechts een langzame, van den dollar en 't pond sterling. Dat de volkeren een algemeen accoord op deze conferentie zullen maken, gelooft niemand. Holland en België hebben het goede voor beeld gegeven in het verdrag van Ouchy, waar in zij besloten wederkeerig geen hoogere tarieven meer te heffen. Zij adviseeren de andere landen eveneens hetzelfde te doen met elkander onder ling, opdat ze zoo stuk voor stuk samensmelten. Ook met de stabilisatie zal het zoo moeten gaan. Langzamerhand zal men op monetair ge bied tot vastheid moeten geraken. De schom meling van den dollar is nog niet tot stilstaan gekomen en het is te begrijpen, dat Roosevelt zich er voor wacht overijlde besluiten te nemea. In een interview met Reuter heeft dr. Colijn gezegd: een definitieve stabilisatie lijkt op dit oogenblik onwaarschijnlijk en wanneer er thans een stabilisatie komt, zal deze wel voorloopig zijn. Hieruit blijkt, dat de zaak niet geforceerd kan en mag worden. Stapje voor stapje zal men slechts voorwaarts kunnen komen. Beter iets gewonnen dan niets Hardloopers zijn doodloo- pers, zeker in kwesties als deze 1 WAAR ZULLEN WE ZWEMMEN Hoewel de weersgesteldheid ons niet aanlokt om ons zeer in dit onderwerp te verdiepen, doen wij toch graag mee met hen, die er den laatsten tijd wat over gezegd hebben. We gelooven niet, dat er veel menschen zijn, die er bezwaar tegen hebben dat cr gezwom men wordt. Dat er in Middelharnis en Sommels- dijk bezwaren rijzen tegen de plaats, waar tot dusver gesparteld is, kunnen we alleszins be grijpen. Inderdaad is het Hoofd geen geschikte zwem- gelegenheid. Ten eerste is het er niet zonder gevaar voor hen, die de handigheid van het zwemmen nog niet te pakken hebben. De houten vlonder is te klein en de bodem van den haven kant ongeschikt. Ten tweede kan men de be zwaren tegen het gemengd zwemmen niet licht achten. Het plan-Oosthavendijk komt nu aanstaande Woensdag in den Raad van Middelharnis. Men zou dit als werkverschaffingsplan onder de oogen willen zien. De ijsbaan schijnt van de baan te zijn, wat wij gelukkig achten. Voor het zwembad Oosthavendijk kunnen wij echter evenmin enthousiast zijn. Natuurlijk zou zulk een zwembad een prachtige oplossing zijn. Het gemengd zwemmen werd daarmee onder vangen en de gevaren waren uit den weg ge ruimd. Echter de kosten van den aanleg zijn hoog en het onderhoud zal de gemeente elk jaar op aan zienlijke bedragen komen. Een betere plaats als het Hoofd voor een zweminrichting kunnen wij ons echter niet den ken. Altijd frisch water en ons inziens ook ruimte voldoende. Kan de gemeente op de plaats, waar tot dus ver gezwommen wordt, geen toestemming krij gen van Waterstaat om een zwembad in te richten Er behoeft slechts een goed ondiep gedeelte tusschen de ducdalven gemaakt te worden. De geoefende zwemmers kunnen in het diepe zwemmen. Tevens zou men een scheiding kunnen maken tusschen heeren- en damesafdee- ling of men zou bepaalde uren voor de dames en bepaalde uren voor de heeren vast kunnen stellen. De kosten behoeven slechts gering te zijn. Het plan-Oosthavendijk lijkt ons als werkver schaffingsobject veel te duur en vooral het on derhoud in de toekomst zal te veel van de ge meentekas vragen, die er toch werkelijk slecht voorstaat. De werkverschaffingsgelden kunnen veel beter besteed worden. Het lijkt ons werkelijk al te optimistisch, dat er in de gemeente geen andere verbeteringen aan te brengen zouden zijn. Ons lijkt, wanneer men iets voor de jeugd wil doen, altijd nog het beste een goed, flink speelterrein aan te leggen, zooals wij reeds vroeger voor stelden. zuivering van de marine. In totaal zijn er den laatsten. tijd een kleine honderd mannen ontslagen. Bij het corps mariniers te Rotterdam zijn deze week negen mariniers en een korporaal-timmer man ontslagen. Naar de commandant van de afdeeling mari niers, kolonel J. Oele, mededeelde, houden deze ontslagen verband met gegevens omtrent deze manschappen, waaruit bleek, dat zij er minder juiste opvattingen op na zouden houden. De „Voorwaarts"' schrijft natuurlijk: de maat regelen, die minister Deckers heeft genomen, oin de betrouwbaarheid der marine te verzeke ren, hebben op den buitenstaander een nog al verbijsterenden indruk gemaakt. Zij beschuldigt natuurlijk van „schandelijke willekeur". Wij zijn eveneens buitenstaanders, toch maakt dit ontslag op ons absoluut geen verbijsterenden indruk. Het maakt op ons een heelen goeden indruk, dat de regeering de marine zuivert van schadelijke elementen, die oorzaak zijn van rampen als de Zeven Provinciën. Het is in 't belan gvan alle Nederlanders en zeker cok in 't belang van deze menschen zelf. Ze be hoeven niet latager een minderwaardige rol te spelen, die aanleiding geeft tot voor het vader land noodlottige tooneelen. Het ware beter, dat men in dit opzicht zijn oor te luisteren legde bij Mr. Duys, die wat dit betreft ook tot het juiste inzicht is gekomen. HET FASCISME op FLAKKEE. Dat het fascisme ook op ons eiland voet aan wal heeft gezet, zal den lezers blijken uit een bericht onder de rubriek plaatselijk nieuws van Middelharnis. Waarom niet Overal heeft men dergelijke menschen zitten en het is nu eenmaal een nieu wigheid. Heeft het fascisme toekomst voor ons land Wij gelooven van niet. Ons volk is wat de politiek betreft niet zoo erg te beïnvloeden. Er is de laatste halve eeuw principieele politiek gevoerd, die tot resultaat heeft gehad, dat de Nederlanders weten wat het fascisme inhoudt. De laatste verkiezingen hebben aangetoond, dat het fascisme ons volk niet bekoort. De gebeur tenissen in Duitschland zal het in deze opinie stijven J DOOR K. H. marinussen. 4) „Tóch niet, Meulemans. Er blijft een graf achter", zeide mevrouw Woldinga met trillende stem. ,,'t Is waar, juffrouw. Een dorp, waar men jaren heeft gewoond en waar voor een gelief den man e'en graf is gedolven, wordt niet ver geten. Wij zullen het groote verlies ook niet spoedig te boven komen." Nog eenigen tijd werd het gesprek over den geliefden doode voortgezet, waarna Meulemans opstond. „Ik moet gaan", zeide hij. „Dus, Annie, je schrijft een brief naar Frits „Ik begin er onmiddellijk aan, Meulemans. En ik post den brief nog vanavond, al is het nog zulk weer. Wat zou het fijn zijn, als Frits hier kwam „Wat denk je, zou hij solliciteeren „Ik ben er van overtuigd. Hij mag hier vast graag zijn. Met moeder geloof ik, dat Frits niet heeft durven solliciteeren. Wij hebben trouwens niet eens aan hem gedacht. Mogelijk ook om dezelfde reden als hij." „Por hem er toe aan, als je zoo zeker van je zaak b'en't." Meulemans vertrok in de beste stemming: aan vankelijk was zijn opzet gelukt. Als de zoon van het overleden' schoolhoofd naar de functie dong, stond zijn benoeming vast. Want de jonge Woldinga was op het dorp even gezien, als zijn vader. Tegen dien candidaat legde de twee in de vacature dingende onderwijzers van de school het af. En dat was het beste. Meulemans gunde elk hunner van harte de functie, maar als er een werd benoemd (h ij zou trouwens niet weten, wien hij kiezen moest en de andere be- stuurslieden allicht ook niet) dan was de ander in zijn wiek geschoten en was de goede ver standhouding bedorven. Als Frits nu maar toe hapte, dan was het in orde. Met dien can didaat dacht niet één der bestuuursleden aan een ander. Optornend teg'en' den vrij stevigen wind en den striemenden regen, verwijlden de gedachten van boer Meulemans dan bij de twee vrouwen, die hij zooeven verlaten had. De mededeeling, dat zij naar Rotterdam zou den vertrekken, had hem ten hoogste verbaasd. Ook even teleurgesteld. Maar tenslotte kon hij de onbillijkheid er niet van inzien en waren de opgegeven motieVeri wel steekhoudend, al had hij er weinig verwachting van, dat Dolf zich storen zou aan het feit, dat zijn moeder dichtbij woonde. 'Hij wist niet, wat er van dien jongen terecht komen moest. Ongetwijfeld had Dolf een helder hoofd en hij kon het naar het materieele allicht ver sturen. Maar geestelijk was het met hem niet in orde. Hier werd wel bewaarheid, dat genade geen erfgoed wasHoe was het mogelijk, dat een jongen uit zulk een voorbeeldig, godvreezend, vroom levend gezin zóó onverschillig was op het terrein van het geestelijk levenWat had Woldinga al een verdriet van dien jongen ge had. Het overleden hoofd was een stoer man ge weest, een echte Calvinist, die van sentimenta- liteiten niets hebben moest. Maar wanneer hij vertrouwelijk met Meulemans over Dolf sprak, dan stokte zijn stem. „Ik kan aan dien jongen niets meer doen", steunde hij dan. „Alleen bidden, of God hem ge nadig wil zijn en hem grijpen wil." Het was de ontroerende klacht van een lief hebbend vaderhart, dat vanééngereten werd. Maar 't moest steeds gezegd worden, dat Woldinga de lijn strak hield. En ook, dat Dolf respect had voor die strenge leiding. Vandaar, dat Meulemans zijn hart vasthield, nu het school hoofd overleden' was: zou de moeder voldoenden invloed op den jongen hebben Hij twijfelde er aan; wist wel zeker, dat Dolf Woldinga eigen wegen kiezen zou. Het zouden wegen zijn, die afvoerden van den God zijns vaders HOOFDSTUK III. De opvolger. De klok van de kerk in Noordwoude het eeuwenoude kerkgebouw stond midden op het dorpsplein en was omgeven door een breed grasveld liet vier heldere slagen door het luchtruim galmen. En uit was het met de rust en de stilte, die er eenige uren geheerscht hadden. Uit de eveneens op het dorpsplein staande school, „waaraan de natie gehecht was" en die opleidde „tot alle maatschappelijke en chris telijke deugden", stormde de jeugd, blijde uit het gareel te kunnen springen. Niet alle menschen in Noordwoude waren gehecht gebleven aan die school. Er was ook daar een ontwaking gekomen en men had in gezien, dat de doopbelofte niet werd nagekomen, wanneer men zijn kinderen zond naar de school, waar de bijbel werd geweerd. Met ongeloof el ijke inspanning was men er jaren geleden gekomen tot oprichting eener school met den bijbel, die aanvankelijk een moeizaam (bestaan had en soms dreigde, weer ten onder te gaan. Maar moedig hielden de voorstanders in het geloof stand en langzaam kwam er eenige bloei. Het aantal leerlingen wies, daar het onderwijs er niet onder deed voor dat op de openbare school, al had het onderwijzend personeel er lang niet die leermid delen1, die de gemeente kas met ruime hand op de andere school verstrekte. De succesievelijke subsidieering hadden eenige verbetering gegeven en tóen het gelukte, in plaats van den modernen predikant in de Ned. Herv. Kerk, een orthodoxe te verkrijgen, die een warm voorstander van het christelijk onderwijs was, ging de school met den bijbel, gebouwd in de straat, die op het dorpsplein uitkwam, met sprongen vooruit, zoodat zij in leerlingen tal de openbare overvleugelde. Bij zijn komst, vijf jaar geleden, vond Frits Woldinga er dan ook een betrekkelijk flinke school, al was de huisvesting slecht te noemen. Op achttienjarigen leeftijd had hij de hulp- achte gehaald, waarna hij twee jaren in de school van zijn vader was werkzaam geweest. Doch deze had het verstandiger gevonden, dat zijn zoon ook elders eens rondneusde, vooral daar hij met stevig werken op twintigjarigen leeftijd reeds was geslaagd voor de hoofdacte. Zoo was de school van Noordwoude de plaats geworden, waar Frits Woldinga zijn dagelijksch werk vond, om in de avonduren te blokken voor eenige moderne talen. Twee jaar later was 't hem gelukt de acte Fransch te halen. Noordwoude leverde hem ook zijn vrouw; de dochter van den gereformeerden, of, zooals men sprak, den afgescheiden dominé, die inmiddels naar elders was beroepen, welk beroep was aangenomen. Ook in de dorpsstraat klonk het gejuich der kinderen op en was er gedraaf van vele trap pelende voeten: de christelijke school ging uit. Frits Woldinga ruimde de leermiddelen op, maakte nog een praatje met enkele kinderen, die niet zoo spoedig uit het lokaal verdwenen waren en begaf zich dan, demi aan en hoed op, naar het lokaal der hoogste klassen, oin het hoofd der school, naar vaste gewoonte, de hand te drukken. „Woldinga", zeide deze plotseling, „ik moet je toch op den man af eens wat vragen, 'k Heb tot nu gewacht er mee, omdat ik veronderstelde, dat je het zelf zoudt meedeelen. Maar nu ik niets hoor, ga ik zelf vragen. Heb je gesolliciteerd naar Laarwoud De jonge Woldinga glimlachte. „Ik heb u niets gezegd, omdat ik niets te zeggen had", antwoordde hij. „Want ik heb niet gesolliciteerd." „Daar ben ik blij om", antwoordde het hoofd opgelucht, ,,'k Zou je het liefst niet willen mis sen. Maar ik begrijp niet, dat je het niet hebt gedaan, 'k Heb onmiddellijk tot mijn vrouw gezegd: we zullen Woldinga hier het langst heb ben gezien. Je spreekt altijd met enthousiasme over Laarwoud en de school daar. En me dunkt, dat je er wel kans zoudt hebben." Frits Woldinga glimlachte weer. 't Was evenwel niet een vroolijke lach. Want hij had het er niet gemakkelijk onder gehad, toen de oproep voor sollicitanten voor Laar- woud hem onder de oogen kwam, een oproep, die natuurlijk te verwachten was, maar die hem machtig had aangegrepen. Allereerst, omdat hij hem herinnerde aan den dood van zijn diep betreurden vader, maar dan ook, omdat hij on derdrukken wilde den ontembaren lust om te solliciteeren. Slechts één, behalve God, had van zijn strijd geweten: zijn vrouw, Lena, die onmiddellijk had begrepen, dat haar man veel idee had in Laar woud. Hij was nu eenmaal iemand, die zich graag verdienstelijk maakte, wat hij als hoofd nog meer kon doen dan als onderwijzer, omdat een hoofd nog meer overwicht op de menschen heeft. Bovendien was het een eer, op zulk een leeftijd hoofd eener flinke school te zijn, terwijl het salaris toch ook hooger was. Zij had gevoeld zijn begeerte en, zonder dat er een woord over gevallen was, bij het lezen der advertentie gevraagd: „Wat doe je, Frits Hij had zijn vrouw niet eens verbaasd aange staard en de vraag als de meest gewone ter wereld gevonden. En te kennen gegeven, dat hij inderdaad aan solliciteeren had gedacht, maar het toch niet durfde te doen, allereerst, omdat hij nog zoo jong was, maar dan ook anderzijds, omdat hij de zoon van het overleden hoofd was en het bestuur in Laarwoud mogelijk niet vrij tegenover zijn sollicitatie zou staan. Als het Laarwoud niet betrof, zou hij stelling naar de betrekking dingen, omdat hij er werkelijk naar verlangde, aan het hoofd van een school te staan, teneinde zijn volle krachten te kunnen ontplooien. (Wordt vervolgd). i ijl

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1933 | | pagina 1