Een Meisjesgezicht Officieel Gedeelte. Kerk en School. Ingezonden Stukken Plaatselijk Nieuws. Land- en Tuinbouw. Gereformeerden, ook al staan deze groepen dia metraal tegenover elkander. Deze overeenkomst kom hierin tot uiting, dat beide partijen elk op haar eigen wijze, geen middel ongebruikt laten om de ontevredenheid over den gang van 's Lands zaken bij het volk op te wekken. Daarbij wordt de malaise in de bedrijven, benevens de werkloosheid uitgebuit, om de ontstemming, die bij velen heerscht over hetgeen de Regeering doet of wel nalaat, nog te vergrooten. Wanneer men bij de Staatkundig Gerefor meerden- in woord en geschrift uitdrukkingen beluistert als: „elke verlichting van den zwaren druk, waaronder de boerenstand gaat, wordt afgewezen"; „de Regeering speelt met vuur"; „de Regeering verwekt groote ontevredenheid, ja, veel verbittering door zuchtende boeren jaar lijks beduidende sommen af te persen"; „de geest van ontevredenheid wordt algemeen' „zuig de bevolking maar uit tot zij niet meer kan"; en dergelijke uitdrukkingen meer, dan hoort men hier niet veel anders dan den toon, waarop de Sociaal Democraten gewoon zijn de massa tot verzet te prikkelen. Daarom kon het niet verwonderen, dat, in de laatste vergadering van de Tweede Kamer vóór het Kerstrecès, Ds. Kersten van de Regeering eischte, dat de fondsen, die ten behoeve van de voorziening bij invaliditeit en ouderdom zoo als hij zeide aan het volk waren afgeperst, onder de noodlijdende bevolking zouden worden verdeeld, de Communist De Visser met geest drift den Staatkundig Gereformeerden leider op den schouder klopte en hem luide toeriep: „Wij gaan samen den boer op". verliest ook bij guur en schraal wty nimmer de frissche teint en soepele gaafheid, wanneer men zich tot gewoonte maakt het 's avonds met een weinig »Zlj««Crème in te wrijven. De Sociaal Democraten en de Communisten zien in de Staatkundig Gereformeerden de man nen, die op hunne manier ongezocht willen me dewerken om het gezag te ondermijnen en het volk tegen de Overheid opstandig te maken. De in-droeve, revolutionaire houding, die de Staatkundig Gereformeerde voormannen in den laatsten tijd aannemen, en die vierkant ingaat tegen wat Gods Woord leert (zie Romeinen 13), is bovendien zoo fataal, omdat zij, die met de politieke en maatschappelijke vraagstukken niet voldoende op de hoogte zijn,een gansch ver keerden indruk krijgen van wat op die terreinen plaats heeft. Deze menschen worden toch in den waan gebracht om slechts bij het geval te blijven wat Ds. Kersten laatstelijk in de Tweede Kamer bracht, alsof de Regeering de beschikking heeft over de gelden, die in het invaliditeits- en ouderdomsfonds zijn bijeenge bracht, en daarover naar welgevallen kan be schikken. Niets is minder waar dan dit. Uit die fondsen worden toch duizenden invaliden en ouden van dagen, weduwen en weezen onder houden; voorts zijn de gelden in allerlei leenin gen, niet voor 't minst in de gemeenteleeningen, ondergebracht, zoodat verdeeling der gelden zooals de Staatkundig Gereformeerden dit willen zou beteekenen een grijpen naar andermans goed en niet zou nalaten ons land aan den chaos over te geven. Opheffing der fondsen kan 'bovendien maar niet zoo, zonder meer, plaats hebben, omdat intrekking van de invaliditeits- en onderdoms- wet daaraan bij nieuwe wet zou moeten vooraf gaan. Daarom is het hoogst onbillijk en onrecht vaardig om de Regeering te verwijten gelijk Ds. Kersten dit deed dat „zij het volk trapt." Daardoor zaait men ontevredenheid onder het volk, spoort men het tot verzet aan en ver richt men hand- en spandiensten aan de re volutionairen. Uit dien hoofde is het optreden van de Staat kundig Gereformeerden in dezen ernstigen en veelbewogen tijd in hooge mate onverantwoor delijk en af te keuren. Dat de Regeering al het mogelijke doet om in de crisismoeilijkheden tegemoet te komen en den crisisnood te lenigen, is van algemeene be kendheid. Er werden reeds verschillende maat regelen getroffen om land- en tuinbouw te steu nen. Millioenen worden uit de schatkist beschik baar gesteld om in de verschillende nooden en behoeften van het volk te voorzien, en waar financieele bijstand niet afdoende kan helpen, worden wettelijke voorschriften uitgevaardigd om het economische leven tegen te scherpe concurrentie van het buitenland te beschermen. Het is daarom onwaar, wat de Staatkundig Gereformeerden beweren, dat de Regeering niets doet om den zwaren druk, waaronder de boeren stand gebukt gaat ,te verlichten, en even onwaar is de aanklacht tegen de Regeering, dat zij „met vuur speelt". Wie wèl met vuur spelen, dat zijn zij, die mede van de tijdsomstandigheden ge bruik maken om het volk ontevreden te maken en tot verzet tegen de Overheid aan te sporen. Het Kabinet draagt, naar Staatkundig Gere formeerd gevoelen, de schuld van al de ellende, die ons land op dit oogenblik doormaakt. Dat voor dit verwijt geen grond bestaat, hebben wij hierboven met een enkel woord uit eengezet. Evenmin is er reden voor de klacht, dat het Kabinet de oorzaak is van de geestelijke inzin king van ons volk. Als men de Staatkundig Gereformeerden hoort, dan zou, als het Kabinet dit slechts wilde, alles in orde komen. Dan werd de doodstraf weder ingevoerd, de stemplicht afgeschaft, de lijkverbranding ver boden. Dan liepen er op Zondag geen treinen meer, zouden de leeszalen worden gesloten en zou op de scholen niet anders dan gefeformeerd onder wijs worden gegeven. Dat in dit alles wordt tekort geschoten, is eenig en alleen de schuld van het huidige Ka binet. Dat er in ons land nog zoo iets als een Grondwet bestaat, daarmede wordt niet ge rekend. Men staat er intusschen verbaasd over, dat er nog Staatkundig Gereformeerden zijn, die aan 'het gepraat van hun leidslieden geloof hechten. Zoo werd b.v. in de kiesvereeniging van de Staatkundig Gereformeerde partij te Harderwijk naar „De Banier" meldt precies uitge rekend, dat, wanneer de Minister van Justitie een wetsontwerp tot wederinvoering van de doodstraf indiende, hij daarvoor in de Tweede Kamer op eene meerderheid van 57 tegen 43 stemmen zou kunnen rekenen. De conclusie daar bij was, dat de Minister van Justitie niet wil. Maar zóó staan de cijfers niet. Waren zij juist, dan zou Mr. Donner onge twijfeld met een desbetreffend wetsontwerp ko men. De Harderwijksche kiesvereeniging praat de Staatkundig Gereformeerde Kamerleden slechts wat na. Doch wanneer de kiesvereeniging gelijk heeft, waarom dienen Ds. Kersten en de zijnen dan geen voorstel in tot wederinvoering van de doodstraf Zij doen dit niet, omdat zij, evengoed als wij dit weten, daarvan geen succes verwachten. Zoo staat het roet al de principieele kwesties, die hun zoowel als ons belangstelling inboeze- men. Er is voor de oplossing van al deze vraag stukken 'geen meerderheid in de Kamer te vinden. Maar waarom dan de Staatkundig Gerefor meerden tegen het Kabinet opgezet en hen on tevreden gemaakt Het zijn bij de Staatkundig Gereformeerde Kamerleden „woorden" en nog eens „woorden En dan woorden van bedenkelijke strekking. Woorden die tot verzet prikkelen. Daartegen willen wij met erjast, met grooten ernst waarschuwen, vooral in den donkeren en moeilijken tijd, waarin wij leven. Het is zoo kennelijk, dat de Heere God bezig is de wereld met Zijne oordeelen te bezoeken, ook als een gevolg van onze zonden en onze ontrouw. Dat er dan een gebed tot Gods troon opstijge om van Hem te smeeken, dat het licht in de duisternis moge opgaan. Wij hebben kinderlijk stil, ons te leeren onder werp aan Zijn heiligen wil. „De Tuinderij" schrijft DE STOPZETTING VAN DE TRAM OP GOEREE EN OVERFLAKKEE. Nadeelig voor land- en tuinbouw. Over dit onderwerp is in de pers al veel geschreven. Zooals bekend, zal de R.T.M. op 1 Februari a.s. haar diensten op dit eiland staken. Het moge waar zijn, dat het passagiervervoer van de R.T.M. niet aan redelijke eischen vol doet, het moge ook waar zijn, dat passagiers buiten-de R.T.M. kunnen, het goederenvervoer, in hoofdzaak dat van land- en tuinbouwpro ducten, alsmede vervoer van vee, zal door het verdwijnen der tram ongetwijfeld stagnatie en schade bij een regelmatige levering ondervinden. O.i. is bij de actie, die gevoerd is, dit te weinig begrepen. Men staart zich blind op het vervoer per auto-tractie in de toekomst, maar de groote vraag is, of een dergelijk vervoer middel beter in de behoefte zal voorzien en of dit vervoer geen verhooging der vrachtprijzen tengevolge zal hebben. Het komt voor, dat in het drukste van den tijd meer dan 100 wagons land-, tuin- en andere producten worden verzonden, zoodat de groote vraag rijst, of er alsdan voldoende uitvoer- capagiteit aanwezig zal zijn. Bovendien staat vast, dat voor het vervoer van kleine partijen groenten enz, de vracht aanmerkelijk hooger zal komen, als die tot heden was. De opkomende tuinbouw op dit eiland, zal .daardoor met nieuwe lasten worden bezwaard. Het belang, dat Goeree en Overflakkee heeft bij het behoud van de tram, moge blijken uit de opgave van de tuinbouwveiling aan den Per- soonsdam te Rotterdam, waar in 1930 door 45 tuinbouwbedrijven van dit eiland voor 81.298.48 en in 1931 (tot October j.l.) voor 87.860.56 aan producten werd aangevoerd. Terecht is hierop door den Directeur dier veiling, de heer A. Hogeweg en zijn comité voor den handel in verschillende vergaderingen te Middelharnls gewezen. Helaas mocht dit gevormde comité niet de noodige eenstemmigheid vinden met het reeds bestaande comité, om de actie tot behoud van de tram naar wensch te doen slagen. De algemeene beteekenis van de tram, in zonderheid voor het vervoer van land- en tuin bouwproducten zal, wanneer de rails zijn op gebroken, door de betrokkenen te beter worden ingezien. De copie van ingezonden stukken, die niet ge plaatst zijn, wordt niet teruggegeven. Bultes verantwoordelijkheid van Redactie en Uitgever» Mijnheer de Redacteur Neemt U s.v.p. het volgende op. Naar aanleiding van het ingezonden stuk van den heer J. van Dijk wil ik nog enkele opmer kingen maken. 't Spijt me, dat de heer Van Dijk me per soonlijk van zulke leelijke dingen beschuldigt. Hij zegt zoo maar le. dat mijn schrijven partijdig was; 2e. dat mijn schrijven eenzijdig was; 3e. dat ik iemand, die den moed .heeft om voor zijn beginsel uit te komen, a a n'v a 1 4e. dat ik met opzet verdraaide wat de heer P. van Dijk 'sprak; 5e. dat ik bij helderen dag spoken zie; 6e. dat ik vecht tegen windmolens 7e. dat ik een goeden slag doemaar in de lucht; 8e. dat ik verkeerd gehandeld heb. Mijnheer J. van Dijk, waraan heb ik het ver diend, dat U me zóó o n - C h r i s t e 1 ij k, on broederlijk aanvalt Ik wil mij tegen dergfelijke persoonlijke aanvallen niet verdedigen, de krant is daarvoor de plaats niet. Wel wilde ik II en alle lezers eventjes er op wijzen, dat ge me p e r s o o n 1 ij k aanviel. En nu: wat zal ik verder antwoorden Ik wil niet alle onjuistheden in uw stuk recht zetten» II hebt mijn 'bedoeling met mijn vorig ■stuk niet gesnapt. 't Ging er mij alléén om aan te toonen, dat Gods Woord niet misbruikt mocht worden om de sociale opvattingen van den heer P. van 'Dijk te bevestigen. Nu zegt U, dat in de voorbeelden, door mij aangehaald, te zien is, dat God als Derde in het Verbond wordt aangemerkt en beschouwd.... en dan zegt li: dat hiervan tegenwoordig weinig te zien of te hooren is. Maar mijnheer J. van Dijk, U spreekt hier een oordeel uit, dat LI niet toekomt. Uit mijn ingezonden stuk bleek, dat 'ik op 't oog had Christel ij ke vakorganisaties en wie geeft U het recht te zeggen, dat in die Christelijke vakorganisaties God weinig erkend wordt. Wie geeft U het recht te Zeggen, dat die Christelijke vakorganisaties meer het stempel dragen van strijdorganisaties dan van vakver- eeniging, die ook de patroons als beelddragers Gods beschouwen Houdt uw veroordeelend vonnis voortaan in, als U het recht tot vonnissen niet toekomt U moet dan toch erkennen, dat mijn Schrif tuurlijke voorbeelden zwakke bewijsgronden wa ren, welnu: zwakke bewijsgronden zijn toch ook bewijsgronden. U had andere verwacht Lees dan mijn inge zonden stuk nog eens na. Die andere bewijs gronden heb ik opzettelijk achterwege gelaten, omdat ikniet tegen windmolens vechten wou. 't Is ook beter niet al zijn kruit in eens te verschieten En nu over die tapijten enz. enz. Wat heb ik daarvan gezegd Lees goed In verband met de karpetten enz. wil ik den heer Van Dijk wijzen op Spreuken 31 22. En verder „Gods Woord keurt dus de versiering van ons huis niet af en rekent zelfs het versieren van het huis tot de kenmerken eener deugdelijke huisvrouw. Om dus zonder meer en met zekere minachting over die dingen te spreken, is zonde, is zonde tegen Gods Woord." Waaruit blijkt nu, dat ik de woorden van den, heer P. van Dijk verdraai? Ik zei alléén anders niet dat de heer Van Dijk le. zondermeer van die dingen sprak; en 2e. met zekere minachting. En dat houd ik vol. De heer P. van Dijk had als Christen hier ook een Schriftuurlijk geluid moeten doen hooren. Het versieren van ons huis en het hebben van muziekinstrumenten (zie Ps. 150) is niet zoo maar een eisch van vele menschen, maar die dingen moeten bezien onder 't licht van Gods Woord. En daarop heb ik alleen willen wijzen. Uit de redeneering van den heer P. van Dijk is met recht op te maken een zekere gerng- schatting. Welnu zei ik dan wijs ik in verband met Spreuken 31 22 op de Schriftuur lijke opvatting hierover. Niet men versta mij wel om het leven boven zijn stand goed te praten, enz. Ik wou alleen zeggen „'Mijnheer P. van Dijk, vóór dat U over karpetten enz. begint te praten, en uw houdihg bepaalt, denk dan eerst eens na over wat Gods Woord U daaromtrent leert. Tracht die zaak van de „levensstandaard" nu niet op te lossen vanuit het standpunt: wat heb ik persé noodig maar onderzoek nu eens wat de Schrift U leert en zeg dan uw meening er pas over. Doe het dus niet „zonder meer" nu al. En dan zal dat Schriftuurlijk standpunt uw spreken in den Raad kunnen beïnvloeden. Want alle dingen, ook het meubileeren van uw huis, moet ter eere God's zijn. Want 't zij, dat ge eet, hetzij dat gij drinkt, doet het alles ter eere Gods." En nu was het mijn bezwaar, dat ik van die Schriftuurlijke opvatting in een principieel be toog als dat van den heer P. van Dijk niets merkte. Van een Christen verwacht ik een Christelijke zienswijze over alle dingen: ook over meubileering en muziek enz. Nog eens, ik wil niet zeggen, dat de Overheid ook steun geven moet voor luxe of meubileeren van 't huis enz. Ik waag me er niet aan, de grenzen van de Overheidssteun vast te stellen. Dat is mij te moeilijk. Ik sprak alleen over wat 't Woord Gods me rechtstreeks leert. Ten slotte wijst de heer J. van Dijk mij er op, dat ik het begrip „loon" verward heb met „steun". Hij zegt: het ging er hier over, dat men geen beroep mag doen op Rijk en Gemeente, zoolang we nog het noodige hebben, m. a. w. zooals de heer P. van Dijk betoogde: zoo lang het loon toereikend is om zich voedsel en deksel te verschaffen. Nu ging de heer P. van Dijk een heele loon- theorie opzetten, op zijn ervaring gegrond en hij ging daarbij uit van het beginsel in 1 Tim. 6 7. Nu zal de heer J. van Dijk me toch toestem men, dat de 'heer P. van Dijk letterlijk gezegd heeft „De Heere Jezus Christus heeft al zijn volge lingen geleerd in het allervolmaakste gebed om haar dagelijksch brood te bidden, dus als gevolg mogen zij ook niet meer begeer en op deze aardsche rei ze." Wat volgt daaruit? Toch dit: wat ik reeds schreef. De heer P. van Dijk redeneert: Het tegenwoordige loon biedt dagelijksch brood men mag niet meer begeeren dan dagelijksch brood op deze aardsche reize, dus: men mag niet hooger loon begeeren. Dat volgt uit de redeneering van den heer P. van Dijk onomstootelijk juist. En als nu de heer J. van Dijk zegt: Er is toch geen sprake van meer of minder loon, maar van steun, dant antwoord ik: Dat is het nu juist. De heer P. van Dijk had zich moeten bepalen tot de kwestie: steun verleening, maar hij heeft er zelf heel onverstandig ook bij ge geven zijn loontheorie en die loontheorie trachten te gronden op Gods Woord. En nu was mijn schrijven alleen bedoeld, aan te toonen, dat de heer P. van Dijk die teksten niet had mogen gebruiken voor zijn loontheorie, en even min voor de steunregeling, want géén van beiden, zóó toegepast, zeggen iets over het punt in kwestie. De heer P. van Dijk zelf haalt loontheorie en steunregeling hopeloos door mekaar en daarom zal ik verder over dat punt geen woord zeggen. Ook al, omdat de heer P. van Dijk zichzelf in zijn rede tegenspreekt en de heer J. van Dijk de verwarring nog komt vergrooten door z ij n meenmgen er bij te voegen, is het gewenscht over deze kwestie in de krant te zwijgen verder. En 'k dank den Redacteur voor de plaats ruimte. OPMERKER. DIENSTPLICHT. INSPECTIE. Behoudens onvoorziene omstandigheden zal in JUNI a.s. het jaarlijksch onderzoek plaats heb ben voor de gewone dienstplichtigen der land macht van de lichtingen 1920 en 1923. Plaats en tijd van het onderzoek zullen nader worden bekend gemaakt. Sommelsdijk, 16 Januari 1932. De Burgemeester van Sommelsdijk, L. J. DEN HOLLANDER. SOMMELSDIJK, Vorige week werden! uit deze gemeente verscheept: 1285 H.L. aardap-, pelen, 2470 H.L. uien en 670 H.L. paardepeen. Bij den Correspondent der arbeidsbemid deling dezer gemeente stonden vorige week ge middeld 28 werkloozen ingeschreven. Door de werkloozen alhier is een aan vang gemaakt met het versteken van de sloo- ten in den polder Everdina. MIDDELHARNIS, Doordat de smidsknecht P. Homburg tijdens zijn werkzaamtheden een stuk ijzer .op zijn voet kreeg, bezeerde hij zich zoo ernstig, dat geneeskundige hulp noodzakelijk was. In een der zalen van de R.H.B.S. alhier werd Donderdagavond een samenkomst gehou den van 14 personen, onderwijzers en onderwij zeressen, die zich tot een commissie vormden, met het doel de werklooze jongens uit Middel bands en Sommelsdijk des avonds nuttig bezig te houden. Een 17-tal jongens hebben zich reeds aangemeld. De H.B.S. en de nieuwe vergader zaal naast het Gemeente-huis zijn hiervoor be schikbaar gesteld. L.l. Zaterdag vergaderde in een zaal van Hotel Meijer alhier de Onderafdeeling „Goeree en Overflakkee" van den Ned. Bond van Ge meente-ambtenaren. De vergadering stond' on der leiding van den Edelachtbaren Heer L. J. den Hollander. 'Behandeld werden de rekening 1931 en begrooting 1932, Door den Voorzitter en Secretaris van de Afdeeling Zuid-Holland' werden verschillende mededeelingen gedaan in verband met het ontwerp der financieele kor- tingswet voor provincie en gemeente, enz. De Heer K. de Boer, Gemeente-secretaris van Har» dinxveld, tevens secretaris van de Afd. Zuid- Holland van meergenoemden Bond hield een duidelijke en leerzame lezing over het wetsont werp Terpstra (Wijziging Lager-onderwijswet 1920). DEN BOMMEL. Bij den Correspondent der Arbeidsbemiddeling staan 56 werkloozen inge schreven. Tegen J. P. M. is proces-verbaal opge maakt wegens overtreding van artikel 115 der algemeene politieverordening (het laten liggen van vaten benzine) Vervoerd1600 H.L. aardappelen 1200 H.L. uien en 100 H.L. koepeen. Aanstaanden Wdensdajg zal wederom een aanvang worden gemaakt met de schiet oefeningen van den B.V.L. Alhier hebben zich 4 gegadigden voor landarbeider in den Wieringermeerpolder aan gemeld. OUDE TONGE C. B. kwam met het voet ballen! zoodanig te vallen, dat geneeskundige hulp noodzakelijk was. J.l. Vrijdag zijn aan de deelneemsters van de kookcursus diploma's uitgereikt. Alle cur sisten (20) kwamen er voor in aanmerking. Het bestuur van den Landarbeidersbond en de voorz. Oost-Flakkee van de H. M. v. L, waren er bij tegenwoordig. De vorige week stonden bij de Arbeids bemiddeling 148 werkloozen ingeschreven. De prijzen der veldgewassen zijn als volgtUien 5.—, Aardappelen 4,25, koe peen 2. —en poters 2.50 met weinig handel. NIEUWE TONGE. Bij den Correspondent der Arbeidsbemiddeling stonden de vorige week gemiddeld 65 werkloozen ingeschreven. Deze week werden van hier vervoerd 7000 balen uien, 1000 balen peen en 1000 H.L. aardappelen. Houders van Spaarbankboekjes worden verzocht deze a.s. Woensdag en Donderdag terug te halen. (Zie advertentie in dit nummer) Loop der bevolking in 1931 De bevolking was op 31 December 1930 1009 M„ 945 Vr., Totaal 1954. In 1931 geboren 30 M. en 14 Vr. Ingekomen 22 M. en 27 Vr. De bevolking vermeerderde dus met 52 M. en 41 Vr. Overleden15 M. en 9 Vr., Vertrokken 39 M. en 38 Vr. De bevolking verminderde dus met 54 M. en 47 Vr. De bevolking bestond dus op 31 Dec. 1931 uit 1007 M. en 939 Vr„ totaal 1946 inwoners. In 1931 een vermindering van 2 mannen en 6 vrouwen.14 Huwelijken zijn gesloten leven loos aangegeven 2 Geen Echtscheidingen geen Kindserkenningen. MELISSANT. Een openbare vergadering van den Raad der gemeente is belegd op Woens dag a.s., nam. 2 uur. Naar men verneemt zal binnenkort een beurtvaart voor deze gemeente naar Rotterdam geopend worden. Aanlegplaats de e.g. Stelvaart HERRINGEN. Aan den Molendijk alhier is een groot gedeelte sloot gerioleerd, wat voor de omwonenden, gezien de minder frissche toe stand, waarin ze meestal verkeert, een belang rijke verbetering mag heeten. OUDDORP. Door den "jager M. Sparling, werden wij uitgenoodigd een valk te bezichtigen, die door hem in het Noorden geschoten is, toen de roofvogel een konijn 'in zijn klauwen had. De valk had een vlucht van 1.40 M. Het dier zal worden opgezet. De Vereen. „Draagt elkanders lasten", bedoelende weduwen en weezen naar behoefte te steunen, en wier man of vader lid der ver. zijn geweest, hield in café v. d. Doel haar jaar vergadering. Aanwezig waren 18 leden de ver een. telt er 100, en wordt door 59 begunstigers bijgestaan. In 1931 is met omstreeks 350. gesteundhet kapitaal is aangeroeid tot 4106,72. De penningmeester, de heer S. Bezuijen, werd herkozen. De secretaris, de heer P. Hekman, wenschte niet meer in aanmerking te komen. Bij een stemming en herstemming verwierven de heeren J. Hameeteman en J. Westhoeve ieder 9 stemmen. Met het lot werd beslist, dat de tweede in het vervolg secretaris zal zijn. Na voorlezing van de Koninkl. goedgekeurde Statuten en huishoudelijk reglement door den voorzitter, den heer T. Tanis Tz„ werd beslo ten deze te doen drukken en aan de leden uit te reiken. Tot het nazien der volgende rekening werden aangewezen de heeren P. B. Crezee, P. Sperling en J. Hameetemanen als plaats vervangers de heeren P. Bosland, J. Mierop en L. Akershoek. J. 1. Zaterdag werd in hotel Spee de 6e jaarvergadering gehouden van de Geitenfok- vereen. Met het bestuur waren aanwezig 70 leden. Uit de verslagen vernamen wij, dat de vereen, thans 300 leden teltbij de oprichting waren het er 97. Het gaat met den aanfok van beste geiten steeds vooruit, zooals bleek op de keuring. De bokhouder kreeg voor zijn goede zorgen weder een premie van den bond. Door vermeerdering van het getal geiten in het wes ten, moesten aldaar twee bokken geplaatst wor den. Pogingen worden aangewend om ook in den Oostdijk een bok gestald te krijgen tot heden tevergeefs. In het voorjaar zijn twee gei ten tegen den prijs van 50 van hier verkocht naar Zuid-Amerika. De ontvangsten hebben be dragen 653.27, de uitgaven 429.37. De re kening is nagezien en in orde bevonden door de heeren Jan Meijer KIz. en A. Pijl. De heeren T. Breen en W. Meijer werden zonder stemming als leden van het bestuur herkozen. Tot afge vaardigde naar de vergadering te Rotterdam werd aangewezen de heer Kommer v.d. Wende Wz. Het voorstel van het bestuur om mate riaal aan te schaffen voor de melk-controle werd goedgekeurd. Tenslotte werd de bepaling ge maakt, dat alleen die lammetjes aan de jaar- lijksche keuring mogen deelnemen, die drie da gen na de geboorte genummerd zijn. De Raad der gemeente is ter vergade ring bijeengeroepen op Vrijdag 22 Jan. des avonds te 7 uur. Voor den dienstplicht, lichting 1933, zijn 44 jongelingen ingeschreven. Loop der bevolking over het jaar 1931. Bevolking op 31 December 1930: 1884 man nen en 1798 vrouwen, totaal 3682 inwoners. Vermeerdering door: geboorte 37 mannen en 36 vrouwen, totaal 73; door vestiging 14 man nen en 20 vrouwen, totaal 34. Alzoo een totale vermeerdering van 51 mannen 56 vrouwen, of 107 inwoners. Vermindering door: overlijden 14 mannen en 23 vrouwen, totaal 107; door vertrek 34 mannen en 47 vrouwen, totaal 81. Alzoo een totale ver mindering van 48 mannen en 60 vrouw, of 108 inwoners. De bevolking verminderde dus met *1 inwoner en bedroeg alzoo op 31 December 1931 3681 zielen. SOMMELSDIJK. Zondagavond zal in de Ned. Herv. Kerk alhier doopsbediening plaats hebben. Aangifte daartoe kan geschieden in de consistoriekamer der Ned. Herv. Kerk alhier op Vrijdagavond 7.30 uur. In verband met de jaarvergadering van de Herv. Meisjesvereeniging zullen de catechi saties in de Ned, Herv. Kerk van Woensdag avond van 7—8 uur deze week niet worden gehouden; die van 6—7 uur zullen wel gehouden worden. A.s. Vrijdagmiddag 3 uur zal in de Ned. Herv. Kerk door Ds. E. van Asch de huwelijks inzegening plaats hebben van B. van den Doel en H. van der Laan. MIDDELHARNIS. Tot ouderling in de Ned. Herv. Kerk is gekozen de heer J. Vroegindeweij Lz. De heer G. van Eek heeft als ouderling en d'e heer L. Razenberg als diaken bedankt. De Meisjesvereeniging „Tabitha" heeft 246 kleedingstukken uitgedeeld aan behoeftige gezinnen. Donderdagavond half zeven hoopt in de Chr. Geref. Kerk op te treden Ds. Hoogendoorn van Zierikzee. Ds. J. A. Riekel van Sliedrecht heeft voor het beroep naar de Chr. Geref. Kerk alhier be dankt. Vrijdagavond 6.30 uur hoopt voor de Geref. Gemeente alhier op te treden Ds. Lamain van Leiden. OUDE TONGE. Zondag a.s. zal in de Ned. Herv. Kerk alhier de H. Doop bediend worden. Doopvaders kunnen zich aanmelden Vrijdag avond in de consistoriekamer. Zondag a.s. 'hoopt in de Ned. Herv. Kerk op te treden Ds. van Ameide van Ouddorp, waarbij een collecte zal worden gehouden ten behoeve van het Studiefonds van den Geref. Bond. NIEUWE TONGE. J.l. week werd ten bate van de Ned. Herv. Kerk een extra gift van 25.ontvangen. MBLISSANT. De in de Ned. Herv. Kerk gehouden verkooping van 9 zitplaatsen heeft 89.50 opgebracht. HERRINGEN. De catechisaties bij de Herv. Kerk zullen deze week weder op de gewone uren plaats hebben, met uitzondering van de groote jongens catechisaties, die deze week in verband met een vergadering op Woensdag avond zullen worden gehouden. De Ned. Herv. Meisjesvereen. „Dorcas" alhier hoopt a.s. Donderdagavond in de Ned. Herv. Kerk haar derde jaarvergadering te houden om 7 uur. STELLENDAM.* Het is 25 jaar geleden, dat de heer C. de Graaf werd benoemd als orgel trapper in de Ned. Herv. Kerk Als aandenken werd hem namens den kerkeraad een schilderij aangeboden met inscriptie Ps 89 Ï6. OUDDORP. Als predikant bij de Ned. Herv. Gemeente van Scherpenisse is beroepen Ds. H. H. van Ameide alhier. De belijdeniscatechisatie van de Ned. Herv. Kerk zal gehouden worden na de Bijbellezing op Woensdagavond. Op a.s. Woensdag kan nog aanmelding gedaan worden. De Mennisten Meisjesvereeniging, ge naamd „Werk zoolang het dag is", heeft in den loop van dezen winter op haar we'kelijksché samenkomsten verschillende kleedingstukken ver vaardigd, bestemd voor behoeftige gezinnen in deze gemeente. Zij hoopt op Dinsdag 26 Januari des avonds te 7 uren deze goederen ter bezich tiging te stellen in het kerkgebouw der Doops gezinde Gemeente; alle belangstellenden zijn welkom. De vergadering staat thans onder lei ding van Mevr, Foppema. WAT ELKE MAAND TE DOEN GEEFT. (In moes- en bloemtuin, keuken en kelder), 2e helft Januari. (Nadruk verboden) Kamerplanten. In den winter gaat er nog wel eens een kamerplant door de vorst verloren. Toch zouden vele bevroren planten nog te be houden zijn, als zij op oordeelkundige wijze werden behandeld. Door er namelijk voor te zorgen, dat de ontdooiing uitermate langzaam kan geschieden. Een bevroren plant behandele men op de volgende wijze Men zet de plant onverwijld in een koel en donker vertrek, dat maar net vorstvrij is, en overgiete haar voor zichtig met water van niet veel meer dan nul graden Celsius. Daarna houdt men ze net zoo lang in het duister en in die lage temperatuur, tot de plant geheel ontdooid is. Het ontdooi- ïngsproces kan daardoor uiterst langzaam in zijn werk gaan. Is de plant eenmaal geheel ont dooid, dan kan ze weer in een verwarmd ver trek geplaatst worden, in het volle licht. Men meene evenwel niet, dat deze handel wijze altijd het begeerde succes zal hebben. Vele planten toch schijnen een inwendige verande ring, als bij bevriezing plaats heeft, in het ge heel niet te kunnen verdragen, en zijn, als zij eenmaal bevroren zijn geweest, totaal verloren. We moeten niet vergeten, dat de teoiperatuur- grenzen voor alle planten niet dezelfde zijn. Waar sommige de strengste koude verdragen soms vele graden onder nul, gaan andere reeds te gronde, eer het vriespunt is bereikt. Aza lea's, Laurieren, Aucuba's, Fatsia, Viburnum, Tinus, Affidistra's enz. kunnen wel een stootje velen en bij langzame ontdooiing gespaard blij ven, maar Pelargoniums, Begonia's, Cinerasia's en andere planten vooral die van kruidachtige structuur, zijn veelal dadelijk weg. Toch kan men vóór men zulke planten wegdoet, het bo ven aangegeven middel altijd nog eerst in toe passing brengen, omdat de graad van bevrie zing ook nog wel verschillen kan. Het spreekt echter vanzelf, dat men beter doet te zorgen, dat de planten in 't geheel niet kunnen be vriezen, want gevaarlijk is het altijd Voor moes- en bloemtuin. De prijscouranten komen als paddestoelen uit den grond. Iedere dag 'brengt de post weer nieuwe aan, waarvan de een nog uitgebreider dan de andere; som mige voorzien van mooie plaatjes, die menigeen doen watertanden. Het is zoo jammer, dat menig een teleurgesteld zal worden, indien hij zulke afgebeelde exemplaren als maatstaf neemt voor zijn verwachtingen betreffende den aanstaanden oogst. Moeilijk is het voor hen, die niet met volkomen kennis zijn toegerust, om uit al die opgesomde variëteiten zijn keus te doen, want meestal staat achter iederen naam een aan beveling. 't Schijnt wel of sommige samenstellers van prijscouranten onuitputtelijk zijn in het op-

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1932 | | pagina 2