FEUILLETON Ziek GEBROKEN BAKKEN üemeenteraad Mljnhardt's Poeders Plaatselijk Nieuws» Op uw vraag, welken weg dan wel bewandeld zou moeten worden om geneeskundig school toezicht hier ingevoerd te krijgen, als de „S.D.AJP.'ers" 't niet doen, wil ik U gaarne antwoorden. Wel, waarde heer, hoe heb ik het nu Is U zoo'n vreemdeling in 't hygiënisch Jeruzalem, dat gij niet weet, wat er in de laatste jaren op dit gebied -in onze provincie geschied is 't Schijnt zoo. Laat ik II dan mogen in lichten, dat de Z. Holl. Vereen. „Het Groene Kruis" dit schooltoezicht organiseert in overleg en met hulp van de Provinciale Staten en dat zij het reeds in verscheiden districten heeft in gevoerd en in andere in voorbereiding heeft. Tijdens mijn lidmaatschap van 't Hoofdbestuur dezer Vereeniging heb ik van nabij kunnen zien, met hoeveel taaie volharding en takt hiernaar voortdurend gestreefd wordt. Op een algemeene vergadering er van heb ik er op gewezen, dat Flakkee als een natuurlijk district er wellicht ook spoedig toe zou komen bij gelegenheid van 't uitbrengen van 't rapport der studiecommissie voor het Fiakkeesche ziekenhuis en in verband met d'en bouw hiervan. En in een der laatste algemeene ledenverga deringen van ons plaatselijke Groene Kruis heeft de heer De Wilde voorgesteld, dat onze af- deeling 't initiatief zou nemen, om voor deze zaak de andere Fiakkeesche afdeelingen tot be spreking bijeen te roepen, welk voorstel door mij krachtig ondersteund en door de Afdeeling aan genomen werd. Door de bekende tijdsomstandig heden is hiervan tot nog toe niet gekomen, maar 't bestuur heeft volmacht gekregen de actie voort te zetten, zoodra de omstandigheden hier voor gunstig geworden zijn. U ziet dus, dat ook deze zaak reeds ter hand genomen is. Een paar jaar geleden heeft de Dirkslandsche Groene Kruis afdeeling het geneeskundig school toezicht laten bespreken door Dr. Feisser, den grooten organisator er van in onze Provincie, destijds geneeskundig inspecteur voor de hy giëne van 't kind van de Z. Holl. Vereen. Diens keurige en overtuigende rede is destijds uitvoerig weergegeven in de plaatselijke bladen', 't Groene Kruis heeft de voorbereidende werkzaamheden dus reeds in 't oog gevat. En een mooie bijkomstigheid daarvan is m.i. ook, dat het dit doet uit eigen kas, terwijl zekere partijen of vereenigingen (om gevoeligheden te ontzien zullen we nu geen namen noemen: „nomia sunt odiosa") al dadelijk daarvoor een beroep meenen te moeten doen op de openbare kassen. Het Groene Kruis is dus 't aangewezen lichaam hiervoor, alleen reeds door den reeds lang bestaanden gang van zaken, maar ook door dat het een vereeniging is, die slechts de alge meene gezondheidsbelangen op 't oog heeft en werkt met recht voor 't algemeen: zoowel rijken als armen, jongen en ouden, gezonden en zieken zonder onderscheid van welke politieke of godsdienstige richting ook. Wie volgens dit be ginsel mee wil helpen aan het Groene Kruis werk is van harte welkom en 'k hoop dan ook, dat LI en uw medestanders te zijner tijd loyaal zullen willen medewerken tot invoering van 't geneeskundig schooltoezicht. Pogingen daartoe in dezen crisistijd moeten onverbiddelijk op mis lukking uitloopen en kunnen de zaak hierdoor slechts schaden. *k Hoop U hiermee naar ge noegen en met voldoende logica te hebben in gelicht. Verder komt U aandragen met wat U mijn „anti-socialisme" gelieft te noemen. Ja, dat is ook weer een eigenaardig geval. Als ik gegronde aanmerkingen meen te moeten maken op uw beweringen, dan ben ik volgens U „anti-socia list", spreekt ge van tegenwerking „van de gehate partij" e. d. en als ik daar dan tegen opkom en uiteenzet hoe ik tegenover 't socia lisme sta, dan roept U weer: „maar wat heeft dat nu met de zuigelingensterfte te maken". Juist, niets natuurlijk.. Maar gij zijt 't, die dat politieke element telkens in de discussie brengt, terwij] ik het er juist uit heb willen houden. En dan krijg ik bovendien nog te hooren: „ge brek van zelfbeheersching in 't debat" e d. Het komt me voor, dat er wel aanleiding voor U zou zijn, om de hand eens in eigen boezem te steken, want m.i. is er op uw schrijftrant ook nog wel eenige aanmerking te maken. En wat zelfbeheersching betreft, als men tegenover sommige uwer beweringen of be moeiingen stelling meent te moeten nemen, of er bezwaren tegen aanvoert, gooit gij allerlei leelijke motieven daarvoor uw opposant naar 't hoofd. Dit wijst m.i. echter meer op prikkel bare zwakte dan op rustig zelfbedwang. Enfin, we zullen hier maar overheen stappen en 't kalm langs ons laten glijden. Alles beziende, kunnen we over 't resultaat der discussie tevreden zijn. Ten eerste heeft ze mij weer eens gelegenheid gegeven sommige algemeene gezondheidszaken te bespreken en 'k hoop, tot de bevordering daarvan weer een ste'entje te hebben bijgedragen. Ten tweede kunnen wij, wat de hoofdzaak betreft, nu wel vaststellen, dat uwe woonplaats en de mijne wel weer gerehabiliteerd zijn na de klad, die U gemeend hebt er op te moeten werpen. Ten derde hebt U me waarlijk nog verrast door de stelling: „De zuigelingensterfte en de algemeene gezondheidstoestand zouden hier niet even goed, maar beter moeten zijn dan in Rotterdam. Dat dit niet zoo is, schrijf ik toe aan 't ontbreken van: zuigelingenklinieken, me disch schooltoezicht, waterleiding enz." Welnu, deze zak'eri ('t Fiakkeesche ziekenhuis krijgt ook een zuigelingen-kinderafdeeling) zijn in zoo'n stadium van ontwikkeling of voorbe reiding gekomen, dat Flakkee er binnen een paar jaar van zal kunnen profiteeren en dan zal ook volgens U Rotterdam in dat opzicht door Flak kee voorbijgestreefd kunnen worden. Precies wat ook mijn slotsom was. Ziedaar ons beiden dan ten slotte op 't zelfde standpunt gekomen, wellicht „bien ètonnés de nous trouver ensemble". Wie had op zoo'n blij en bevredigend eind van onzen pennestrijd kun nen hopen Hij is dan niet nutteloos geweest en heeft geen verbittering achtergelaten. Na de wapens gekruist te hebben past een ridderlijk saluut en ook mijnerzijds mijn beste wenschen voor 1932. C. VAN GELDER. Nieuwe Tonge, 11 Januari 1932. DE MODDERLEIDING. Wanneer men door de straten loopt En van een modderleiding hoort Dan hoort men van die vreemde dingen In welk geheimen men zich kan dringen. Ik liep laatst door de Heerenstraat, Het was tö'en goed gemeend. Maar toen ik bij de „helhoek" kwam, Toen heb ik zacht geweend. Ons dorpsbestuur dat nam e'en plan Hun modder af te voeren Ze rammelde hun radenplan, Maar kwam niet aan hun toeren. Het achterdorp, wil men riolen Voor 't vuil van onze straat. Maar voor het groote vuil daarvan Staat men maar niet paraat. Met vlag en wimpel ging 't er door. Het kost 8 duizend pop, Maar Vraagt men om een aalmoes hier Dan schudden zij hun kop. De kas, van ons dorpsbestuur, Die raakt er mee in 't riet. Men doet nu voor den werkman „wat", Er is „wat" in 't verschiet. Ze trokken nu met man en macht Op onderzoek naar grond. Ze steunen op hun groote kracht, En raad eens wat men vond Ze liep'en naar de duinen toe, Het ligt daar aan de „Pik en Poe" Nu doen we voor het graauw ook wat Want steun te geven wordt men zat O. H. Mijnheer de Redacteur 1 Verzoeke beleefd een plaatsje in uw veel gelezen blad. DE TRAMKWESTIE. Er is al zeer veel gesproken en geschreven over de tram op Flakkee. Over de al of niet onmisbaarheid der tram kan en wil ik mij niet uitlaten. Daartoe bezit ik niet de competentie en wil mij deze ook niet toeëigenen. Ik wil hier alleen maar eenige meldenswaardige feiten neer schrijven. Het was in den avond van Woensdag 6 Ja nuari j.l. tijdens den hevigen storm. Op de haven te Middelharnis stonden, als naar ge woonte, de treinen No. 91 en de autobussen voor Ouddorp gereed om de passagiers van de tramboot op hun bestemming- te brengen. Dit maal waren er echter hevige trambestrijders, die daarin toch hun plaats namen en de auto bus links lieten staan. Er was o.a. een hoog geplaatst ambtsbekleeder, tevens tramhater, uit de verst afgelegen gemeente van het eiland, die ditmaal de stoomtram veiligheidshalve verkoos boven de autobus. Die menschen konden toch nog van geluk spreken, dat die oude tram er nog was, die hen op tijd op hun bestemming bracht, daar ik vernam, dat de autobus in een of andere versperring was gereden en alzoo niet of althans zeer laat te Ouddorp was aan gekomen. Dienzelfden avond moesten verscheidene men- sohen met een enkele reis in de tram huiswaarts keeren, die 's morgens vermoedelijk een retour in de autobus hadden betaald. Hieruit blijkt dus, dat men bij storm, mist en dergelijke weersgesteldheden het niet zoo nauw moet nemen, al komt men met de autobus een uur of zoo iets te laat op zijn bestemming. Gebeurt dit echter met de tram, dan moet directie, personeel en materieel worden afge kamd. Dat de tram fietsen, kinderwagens, bagage enz. medeneemt, die de autobus laat staan, daar houdt meh geen rekening mee. Het moge dus een leerstuk zijn voor die menschen, om niet te hoog op te draven met de wénschelijkheid, dat de tram verdwijnt. U dankend voor de plaatsruimte, teeken ik, OPMERKER. DOOR H. ZEEBERG. 1) INLEIDING. Dominé Hans Meinema (niet de oudere van het dorpje aan den zeedijk, maar de jongere van Rotterdam) sloot zijn boeken en ordende zijn paperassen. Dan gleed zijn blik nog over het Bijbelgedeelte dat voor hem opengeslagen lag: Jeremia twee. En hij las het dertiende vers: „want mijn volk heeft twee boosheden gedaan: mij, de spring ader des levenden waters hebben zij verlaten, om zichzelve bakken uit te houwen, gebro ken bakken, die geen water houden." Vervolgens vergeleek hij nog even de nieuwe vertaling, die weinig verschilde met de oude: „want twee booze dingen heeft mijn volk ge daan: Mij, de springbron van levend water, hebben zij verlaten, om zichzelve bakken uit te houwen, gebroken bakken, die geen water hou den." Hij was zóó vervuld van het onderwerp, waarover hij den volgenden Zondag wilde pree- ken, dat hij, hoewel gereed om zijn studeerver trek te verlaten, nóg eens nalas de korte ver klaring, gegeven bij het dertiende vers van het hoofdstuk, dat handelt over de trouwelooze bruid Met welk een taaie vasthoudendheid kleven de heidenvolken aan hun goden en dat zijn niet eens wezenlijke goden Maar Israël, dat de kennis en den dienst van den levenden, waar- achtigen God bezit, geeft Hem, die zijn heer lijkheid, zijn glans en glorie is, prijs voor de tot niets nutte afgoden. Dat is zoo iets vreese- lijks, dat de hemelen worden opgeroepen om zich daarover te ontzetten. Want tweevoudig is de boosheid, die Israël daarmee heeft be gaan: le. heeft het God de springbron, van levend, frisch stroomend water verlaten; 2e. heeft het zichzelf bakken uitgehouwén, om zich drinkwater te verschaffen. Zulke bakken, in den rotsachtigen bodem uitgehakte holten of gemetselde putten, kan men tegenwoordig in Palestina nog zien. Maar het regenwater, dat daarin vergaderd en voor den drogen tijd be waard wordt, is alles behalve uitlokkend om den dorst te stillen: het ziet er uit als een zwak zeepsopje, is vol wormen en smaakt gronderig, zoo verhaalt een ooggetuige. Hoe moest dan dit beeld de hoorders van Jeremia's prediking tref fen om hun de ontzaggelijke tegenstelling tus- schen den levenden God, de bron van leven, en de zelfgemaakte afgoden te doen beseffen. En dan bovendien, het zijn nog gebroken bakken, die geen water houden. Als het er op aankomt, beschamen zij de verwachting ge heel. Bij langdurige droogte zijn zelfs de meest solide bakken aan barsten onderhevig, en het weinige, onsmakelijke water, dat er nog in is, loopt weg. Zoo begeeft ook de hoop van den afgodendienaar hem in het oogenblik van den hoogsten nood geheel. Maar de Heere, Israels God, is de nimmer opdrogende bron van heil, die nooit teleurstelt of beschaamt." Toen, met een energieke beweging, sloeg do- miné Meinema ook dat boek dicht en ging naar beneden, naar de huiskamer, om thee te drin ken, waarna hij ziekenbezoek had te doen. In den hoogen stoel zat de kleine Hans, die op het punt was zes jaar te worden, hij zou naar school, op een stuk papier te teekenen een al leenspraak houdend: „Met den trein naar Meer burg en dan met een autobus en dan met een boot en dan met een rijtuig en dan bij Opa". Opa Meinema, predikant in het dorpje aan den zeedijk, naar wien de kleine rakkert, donker van opslag, genoemd was. In het loophek kraalde de tweejarige Alex, Mijnheer de Redacteur 1 Gaarne zag ik onderstaande regelen in uw blad geplaatst. In het vorig nummer werd onder plaatselijk nieuws van Oude Tonge, aangaande het ver voer van tarwe dqor den beurtschipper gewag gemaakt, dat dit zoo onbillijk was. Dit is in werkelijkheid niet zoo onbillijk als 't lijkt. Want door de uitvoering der tarwewet worden de beurtschippers in hun bedrijf, zoowel wat hun handel ,als het vervoer van tarwe betreft, sterk benadeeld en zien deze menschen een gedeelte van hun werk en hun verdiensten zich ontgaan. Zoo doende werd, om hun eenigszins in hun schade tegemoet te komen, het vervoer der tarwe, voorzoover deze dit konden doen, aan geboden, Wat zij noodgedwongen aanvaardden. Maar zij dachten, beter een half ei dan een leege dop. Nu komt van particuliere schippers de roep, dit mag niet en dat zal niet gebeuren, wij gaan naar Den Haag. Den Haag geeft de particuliere schippers het vervoer der tarwe, en de beurtschipper welke dit vervoer al jaren heeft gehad, wordt met steun uit Den Haag, uit zijn bestaan gestooten. Den Haag zal nu wel niet zoo onbillijk zijn om deze catagorie menschen, die met hun personeel te samen plm. 60 personen omvatten, aan hun lot over te laten. Hoogachtend, EEN BEURTSCHIPPER. VERSLAG van den Raad der Gemeente OUDDORP, op Donderdagavond 7 Januari, te 7 ure. Opening der vergadering door d'en Voorzit ter op de gebruikelijke wijze. De notulen van de vorige vergadering wor den gelezen en onveranderd goedgekeurd. De agenda wasIngekomen stukken en rio- Ieering Achterweg. De ingekomen stukken waren in hoofdzaak mededeelingen van schrijven van Heeren Ged. Staten aangaande af- 'en overschrijvingen. Deze worden allen voor kennisgeving aangenomen. Hieronder was ook nog een Verslag der Com missie tot Wering van Schoolverzuim, wat ook voor kennisgeving wordt aangenomen. Rioleering. Alvorens tot dit punt over te gaan, wordt door den Voorzitter medegedeeld, om eerst in beslo ten zitting over dat onderwerp te onderhandelen. Als technische adviseurs in deze aangelegenheid zijn aanwezig de heeren Hoogwater en de Klui ver. Na heropening van de openbare zitting deelt de Voorzitter mede, dat het voorstel van B. en W. is, om tot rioleering over te gaan. B. en W. zijn van meening om gezien de kosten van on derhoud die jaarlijks besteed worden tot schoon making van die sloot, hiertoe gunstig te beslui ten. De begrooting voor dat uit <te. voeren werk is geraamd op ongeveer 8000.—. De bedoe ling is om dit werk uit te laten voeren voor zoover mogelijk door onze ingezetenen. De heer T. TANIS meent, dat wij ook'zou den kunnen volstaan met het westelijk gedeelte aan te sluiten op de bestaande rioleering. Bo vendien heeftv hij bezwaar op de groote kosten. Het bezwaar der kosten wordt door B. en W. bestreden, en om dit werk nu weer in gedeelten uit te voeren is altijd schadelijk. De heer C. GRINWIS heeft ernstig bezwaar tegen het geheele plan, en kan het nut niet in zien, dat zulks opweegt tegen die groote uit gaven. Hij meent ook met recht te mogen op komen tegen het voorstel van B. en W„ en kan overeenkomstig zijn eed geen vrijmoedigheid vinden om daar straks voor te stemmen. De heer C. BREEN merkt op, dat indien er nog eenigen tijd zou moeten verloopen, voor dat er aan dit werk kan worden begonnen, hij dan geen garantie geven kan, dat hij voor de dem ping van de sloot voldoende grond meer zal overhouden. Hij stelt mitsdien maar voor, om tot stemming over te gaan. De heer A. PADMOS vraagt alvorens tot stemming over te gaan, om ook zijn meening aangaande dat onderwerp te mogen zeggen. Hij is nu al enkele keer'en getuige geweest, van de wijze waarop dit aanhangig onderwerp hier in den Raad was ontvangen. Mijn eigen mee ning, alzoo spr. heb ik onder geen stoelen of banken geplaatst, maar heb van af het begin, dat deze zaak in het gesprek kwam, steeds ver klaard, dat ik voor het verststrekkende plan was, mits andere uitgaven, die ik hier niet noem in de knel daardoor geraakten. Nu moet ik, alzoo spr. volgens verklaringen van de zijde van B. en W„ die zeer, zeer kort geleden zijn gedaan over de voorzichtigheid die moet wor den betracht met onze gemeenteuitgaven, het moge dan wel zijn over een andere aangele genheid, dat thans wel aan niet aan de orde is, maar mij wel voldoende reden geeft om met het oog op onze gemeentefinantien,, straks tegen dit voorstel stemmen. Ik doe zulks enkel en alleen omdat ik ook geen vrijmoedigheid heb in deze dagen ons zulk een groote uitgaaf te ver- oorlooven. Niettegenstaande nu van de zijde van B. en W„ met een zekere sympathie dit voorstel wordt verdedigd, ofschoon ik weet dat genoemd naar Opa Alex van Meersma, den Utrechtschen architect. Hij kraaide, omdat zijn moeder, wie het stille geluk uit de oogen straal de, hem vermaakte. Zij lag geknield bij het loophek, het hoofd voorover gebogen, zoodat de kleine Alex in het volle, ravenzwarte haar woelen kon, een ver maak, waarin hij steeds groot behagen schepte. Geen van het drietal had de binnenkomst van den man en vader bemerkt. Hans Meinema stond stil in de deuropening, met een dankbaren blik starend op het liefelijk tooneel. Dan kreeg Alex opeens zijn vader in de gaten. Met ee*i juichkreet strekte hij zijn dikke armpjes uit, waarop zijn moeder opkeek en haar man ontwaarde. „Ben je er nu al 7" vroeg zij, om dan, op de klok ziende, uit te roepen: „O, is het al zóó laatAls je met die jongens bezig bent, vergeet je den tijd 1" „Straks ben je er één kwijt", plaagde hij, doelend op het schoolgaan van den oudste. „Hans, houd op, ik zie er tegenop als tegen een berg." „Kom, kom, Lia, hij gaat niet naar een ge vangenis." Als een groote jongen, streek hij over heur haar. „Je 'bent nog kleiner dan Alex", pruttelde zij, quasi boos. „Ik ga even naar boven, want ik zie er uit als een boschnegerin. Stel jé voor, dat één van je gemeenteleden nu eens binnen kwam vallenZou ik niet voor altijd uit de gratie zijn .„Dat binnenvallen zal zoo'n vaart niet loopen. Pas maar op, dat je niet bij mij uit de gratie komt." „Poeh. Geen gevaar voor", lachte zij. „Moet je nog niet zeggen. Is me dat een verwaarloozing Je hebt nog niet eens thee. En ik moet zóó weg", zeide hij op een toon, die boos moest klinken, maar die dat niet kon, ter wijl bovendien zijn prettig, open gelaat het tegendeel deed zien. ook anthipathie In het spel kan zijn bij het col lege van B. en W„ zou ik liever hebben' dat deze rioleering met het oog op de ongunstige tijdsomstandigheden nu maar minstens een jaar werd uitgesteld. Bovendien is het nog geen dringend algemeen belang, want spontaan is het nog niet gebleken, dat de burgerij met dit werk zulk een haast bezit. De VOORZITTER zegt dat de omwonende burgers er groot belang bij hebben, dat die sloot worde gedempt. B. en W. van meening zijnde, dat een en ander voldoende is toegelicht, besluit nu om tot stemming over te gaan. Met meerderheid van stemmen wordt besloten om tot rioleering over te gaan. De heeren J. Padmos, C, Grinwis, A. Padmos en T. Tanis stemden tegen. Dan sluiting. door gevatte koude, zwaar gevoel in hoofd en ledematen, Influenza, Griep, Rheumatische pijnen, alsook vastzittende Hoestin al deze gevallen zullen U spoedig helpen. Doos 45 ct. Bij Uw Drogist' „Wacht nu eens even, voorbarig mannetje. Het komt alles best in orde. Ik ben er zóó weer. Licht, als 'een veer, ijlde zij de kamer uit, nagestaard door den predikant, die dan den kleinen Alex op de knie nam, om er paardje mee te rijden. Dat was natuurlijk voor Hans het sein, om van zijn hoogen stoel te klimmen en ook van de partij te zijn. „Twee van zulke rakkers is me te ^zwaar, hoor. Weet je wat, Hans, we gaan autorijden." „Auto auto", kraaide Alex, waggelend naar den divan. En toen moeder terugkeerde, na even toilet gemaakt te hebben, zoodat zij er niet meer „uit zag als een boschnegerin", zat Hans op den kop van den divan, met een ernstig gezichtje chauffeerend, terwijl vader met Alex de passa giers vormden. „Waar gaat dat heen. Hansje 7" „Naar Opa Meinema, moeder." „Zoo, jongen, dat is een heel eind." „Ja, vier uren. Maar nu gaat dat ding nog stuk ook", zeide Hans, op het tapijt springend. „Even wachten, menschen. 'k Zal de motor smeren en maken." „Dat komt net goed uit, jongen", vond moe der. „Maak den auto even. En dan gaan we na het theedrinken verder. Dan ga ik mede, want vader moet weg. En nu, groote Hans, ga eens met je vrouw mee. Want de theeboel staat al even klaar, Jan ongeduld. En dat niet alléén. Ik trakteer vandaag." Met Alex op den arm, terwijl Hans, die van het tracteeren gehoord had en dus zijn auto in den steek liet, aan de hand van zijn vader, volgde, betrad het viertal een ander vertrek, dat door open deuren in verbinding stond met deri grooten tuin. „Koek, koek," kraaide Alex, die op het buffet een schotel gebak zag staan. „Wat is er nu aan de hand, Li 7" vroeg de predikant. ,,'t Is vandaag een herinneringsdag, Hansje, Jij met je drukke besognes vergeet dien natuur lijk. Maar dan ben ik er nog. Er was eens een W. de V. had het ongeluk zijn zoontje met een bijl zoodanig te verwonden (omdat hij hem ongemerkt genaderd was), dat geneeskun dige hulp moest worden ingeroepen. Loop der bevolking over 1931. M. V. Totaal Bevolking op 1 Januari 1574 1515 3089 43 35 78 46 - 53 99 1663 1603 3266 15 22 37 Vertrokken 55 66 121 Inwoners op 31 December 1593 1515 3108 Levenloos aangegeven 3 M. en 1 V., totaal 4 Aantal huwelijken 14. NIEUWE TONVjE. Deze week werden van hier vervoerd 6000 beden uien, 2000 balen peen en 500 H.L. aardappelen. Deze week stonden bij den correspondent der Arbeidsbemiddeling 70 werkloozen inge schreven. Door een defect aan het stuurrad kwam een vrachtauto in de sloot terecht. Met veel moeite werd deze aan den kant gebracht. Per soonlijke ongelukken kwamen niet voor. De prijs der Roomboter is alhier 1.50 per K.G. Melk 12 cent per liter. jong candidaatje, die het oog geslagen had op een meisje, dat logeerde bij haar grootmoeder aan den zeedijk. En toen bracht zij haar vader naar de boot en toen sloop hij haar op de fiets achterna en verschalkte haar. En toen gingen zij samen fietsen. En toen vroeg hij haar zijn vrouw te worden. En toen was zij tenslotte zoo dom, om „ja" te zeggen-. Welnu, mijn weleer waarde, dat is heden, op den dag af, precies negen jaar geleden. En daarom gaan wij ge zellig thee drinken." „Dat was net een sprookje", zei kleine Hans, die aandachtig geluisterd had. „Neen, mijn kleine schat, dat is nu eens geen sprookje. Dat is echt gebeurd. Negen jaar ge leden." „Je bent een snoes, Lia. Dien datum zou ik heusch niet onthouden. Heb je nog geen spijt van je domme daad 7" „Soms wel eens", plaagde zij, „Maar er is nu eenmaal niets aan te veranderen. Ik moet het nemen', zooals het uitgevallen is." „Dan hebben wij elkaar niets te verwijten, want ik sta voor hetzelfde geval", lachte hij vroolijk. Het theedrinken duurde iets langer dan ge woonlijk. Maar daarin was geen verandering te brengen, vond de predikantsvrouw, die vol fleur en gratie haar man en jongens bediende op dien gewichtigen dag. „Deze dag is er maar éénmaal per jaar", zeide zij. „Ja, en éénmaal de datum van ondertrouw en van trouwen en de jaardagen", plaagde hij. „Het kan niet op met het feesten." „Elke dag is een feestdag. Hans", zeide zij. „Als wij het maar willen- zien." „Je bent mijn zonnig vrouwtje", antwoordde hij, haar naar zich toetrekkend en kussend. Maar dan vertrok hij toch, om zijn werk te gaan doen. Hij verliet zijn huis met een dank baar en juichend hart, nadat zijn vrouw hem er aan herinnerd had, dat hij niet al te laat moest zijn, aangezien hij des avonds een vergadering had. (Wordt vervolgd). SOMMELSDIJK, Belanghebbenden worden er aan herinnerd, dat de inschrijving voor den dienstplicht, lichting 1932, voor deze gemeente in het bijzonder zal plaats hebben op Woensdag 13 Januari 1932, van 8.45 tot 12 uur v.m., ter gemeente-secretarie. - Tegen een inwoner uit Melissant is alhier proces-verbaal opgemaakt wegens overtreding ivan het Reglement op de Provinciale wegen in Zuid-Holland, Vorige week stonden bij den correspondent der Arbeidsbemiddeling dezer gemeente gemid deld 43 werkloozen ingeschreven. De prijs der aardappelen is alhier stijgende. Men besteedt thans 4.— per H.L. De uien tracht men te koopen voor 5.— per H.L. Donderdag 14 Januari a.s,, des avonds van 6.30 tot 8 uur, zullen de vrije schietoefeningen van den B. V. L., afdeelingen Sommelsdijk en Middelharnis, wederom in de bijzondere lagere school alhier een aanvang nemen. In het jaar 1931 werden alhier 6 groote jachtakten uitgereikt en 32 vergunningen inge volge de Vogelwet 1912. Deze week wordt langs de huizen' alhier de jaarlijksche openschaalcollecte gehouden voor de Commissie van Weldadigheid. Vorige week zijn verscheept: 2165 H.L. uien, 1645 H.L. aardappelen en 650 H.L. paar- depeen. MIDDELHARNIS. Bij den correspondent der Arbeidsbemiddeling hebben zich als werkloos opgegeven 87 werkloozen'. Maandag zijn Voor het afgraven van het Zandpad 40 werkloozën te werk gesteld in de plaats van hen, die de vorige week gewerkt hebben. Denk aan de uitvoering van het Kinder koor l Wij herinneren nog even aan de advertentie in ons j.l. Vrijdagnummer betreffende de uit voering van het Kinderkoor „Sursum Corda", welke zal gegeven worden op Woensdag 13 Jan., des nam. om half 8 uur, in 'het Zondags schoolgebouw te Sommelsdijk. Daar zal worden gezongen de bekende Kinder cantate „Michiel Adriaansz. de Ruijter". Aan den ingang van het gebouw zijn kaarten verkrijgbaar zoover de voorraad strekt a 0.50. Niemand die kan verzuime deze gelegenheid waar te nemén. Woensdagavond 13 Januari begint het derde gedeelte van den E.H.B.O.-cursus in het gebouw der RJHjB.S. alhier, des avonds half negen. OUDE TONGE. J.l. week zijn er 177 werk zoekenden bij de Arbeidsbemiddeling ingeschre ven, waaronder eenige ambachtslieden. -— H. R. Terpstra, die de vorige week naar het ziekenhuis te Rotterdam moest voor een oog operatie, zal het oog, naar we vernemen, moeten missen, De prijzen' der veldgewassen zijn als volgt: Uien 5.koepeen 2.aardappelen 4.-— en poters 2.—, met veel vraag. DIRKSLAND. Bij de arbeidsbemiddeling stonden 128 werkzoekenden ingeschreven. Alhier werden partijen benzine gevonden, waarvoor' geen belasting was betaald. Zij, die vorderingen ten laste der gemeente hebben, moeten hiervan hun nota's spoedig ter secretarie indienen. Van den oogst 1931 werden gedurende het 2e half jaar van 1931 verscheept: 89640 H.L. aardappelen, 94360 balen uien, 56360 balen peen en 660.000 K.G. witlof. De collectebus, geplaatst in de trouwzaal, bevatte over 1931 ruim 47. Aan de coöp. machinale graan- en zaden- schoonmakerij is ingevolge de Hinderwet ver gunning verleend tot het oprichten van een in richting voor het stofvrij maken van graan enz., waarin te plaats'en een electromotor van 6 P.K. in een pand aan den Gelderschendijk. HERRINGEN. De schietoefeningen van den B. V. L. zullen nog gedurende enkele weken worden voortgezet en wel op Woensdagavond van half zeven tot half negen in de schuur van den heer Abr. Witvliet. Voor de uien besteedt men op 't oogenblik hier 5.— per H.L. Voorwaar een flinke prijs. De arbeider R. kreeg vorige week zoo'n slag van een motor op e'eri zijner polsen, dat medische hulp noodzakelijk was en hij zijn werk niet kan verrichten. STELLENDAM. De garnalenvisschers heb ben de vorige week gedurende 2 dagen gevischt en daarbij gemiddeld per dag en per vaartuig gevangen 50 K.G. garnalen. De vorige week werden van hier ver scheept 50OH.L. aardappelen, 600 H.L. uien en 130 H.L. koepeen. Bij d'en correspondent der Arbeidsbemidde ling alhier stonden Zaterdag j.l. ingeschreven 38 werkloozen. Door de Coöp. Broodbakkerij alhier zijn met ingang van Maandag j.l. de broodprijzen verlaagd, t. w. 8 ons bruin van 16 cent op 14 cent en 8 ons wit van 18 op 14 c'ent. Gedurende het jaar 1931 zijn ter gemeente secretarie voor huissiachting aangegeven 217 varkens, waarvan gedurende de laatste 3 maan den 164. Loop der bevolking over het jaar 1931. Op 1 Januari 1931 bestond de bevolking uit 902 m. en 849 vr.-, tezamen 1751 zielen. Vermeerdering door geboorte 27 m. en 17 vr., vestiging 20 m. en 23 vr., alzoo 47 m. en 40 vrouwen. Vermindering door overlijden 8 m. en 17 vr., door vertrek 22 m. en 23 vr., alzoo 30 m. en 40 vr. De bevolking vermeerderde dus met 17 man nen en bedroeg op 31 December 1931: 919 mannen en 849 vrouwen, tezamen 1768 zielen. Aangegeven levenlooze kinderen 1. Gesloten werden 16 huwelijken. GOEDEREEDE, Voor de lichting 1933 zijn 20 jongelingen ingeschreven. -Vorige week werden in het sorteerings- station 1000 balen uien aangevoerd, die allen aan de Centrale Veiling te Middelharnis zijn verkocht. Doordat de 13-jarige K. T. met de fiets verkeerd uithaalde, kreeg hij van het van de handsche paard van T. v. d, W. een trap tegen de fiets, zoodat deze midden in een breede sloot terecht kwam en hij zelf wonder boven wonder ongedeerd en droog er af kwam. Loop der bevolking over het jaar 1931. Bevolking op 31 December 1930: 647 mannen en 634 vrouwen, totaal 1281. Vermeerdering door: geboorte 10 mannen en 10 vrouwen, totaal 20; vestiging 15 mannen en 18 vrouwen, totaal 33. Alzoo een totale ver meerdering van 25 mannen en 28 vrouwen, of 53 personen.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1932 | | pagina 2