FEUILLETON
Ziek
GEBROKEN BAKKEN
üemeenteraad
Mljnhardt's Poeders
Plaatselijk Nieuws»
Op uw vraag, welken weg dan wel bewandeld
zou moeten worden om geneeskundig school
toezicht hier ingevoerd te krijgen, als de
„S.D.AJP.'ers" 't niet doen, wil ik U gaarne
antwoorden. Wel, waarde heer, hoe heb ik het
nu Is U zoo'n vreemdeling in 't hygiënisch
Jeruzalem, dat gij niet weet, wat er in de laatste
jaren op dit gebied -in onze provincie geschied
is 't Schijnt zoo. Laat ik II dan mogen in
lichten, dat de Z. Holl. Vereen. „Het Groene
Kruis" dit schooltoezicht organiseert in overleg
en met hulp van de Provinciale Staten en dat
zij het reeds in verscheiden districten heeft in
gevoerd en in andere in voorbereiding heeft.
Tijdens mijn lidmaatschap van 't Hoofdbestuur
dezer Vereeniging heb ik van nabij kunnen zien,
met hoeveel taaie volharding en takt hiernaar
voortdurend gestreefd wordt. Op een algemeene
vergadering er van heb ik er op gewezen, dat
Flakkee als een natuurlijk district er wellicht
ook spoedig toe zou komen bij gelegenheid van
't uitbrengen van 't rapport der studiecommissie
voor het Fiakkeesche ziekenhuis en in verband
met d'en bouw hiervan.
En in een der laatste algemeene ledenverga
deringen van ons plaatselijke Groene Kruis heeft
de heer De Wilde voorgesteld, dat onze af-
deeling 't initiatief zou nemen, om voor deze
zaak de andere Fiakkeesche afdeelingen tot be
spreking bijeen te roepen, welk voorstel door mij
krachtig ondersteund en door de Afdeeling aan
genomen werd. Door de bekende tijdsomstandig
heden is hiervan tot nog toe niet gekomen, maar
't bestuur heeft volmacht gekregen de actie
voort te zetten, zoodra de omstandigheden hier
voor gunstig geworden zijn. U ziet dus, dat ook
deze zaak reeds ter hand genomen is.
Een paar jaar geleden heeft de Dirkslandsche
Groene Kruis afdeeling het geneeskundig school
toezicht laten bespreken door Dr. Feisser, den
grooten organisator er van in onze Provincie,
destijds geneeskundig inspecteur voor de hy
giëne van 't kind van de Z. Holl. Vereen. Diens
keurige en overtuigende rede is destijds uitvoerig
weergegeven in de plaatselijke bladen', 't Groene
Kruis heeft de voorbereidende werkzaamheden
dus reeds in 't oog gevat.
En een mooie bijkomstigheid daarvan is m.i.
ook, dat het dit doet uit eigen kas, terwijl zekere
partijen of vereenigingen (om gevoeligheden te
ontzien zullen we nu geen namen noemen:
„nomia sunt odiosa") al dadelijk daarvoor een
beroep meenen te moeten doen op de openbare
kassen.
Het Groene Kruis is dus 't aangewezen
lichaam hiervoor, alleen reeds door den reeds
lang bestaanden gang van zaken, maar ook door
dat het een vereeniging is, die slechts de alge
meene gezondheidsbelangen op 't oog heeft en
werkt met recht voor 't algemeen: zoowel rijken
als armen, jongen en ouden, gezonden en zieken
zonder onderscheid van welke politieke of
godsdienstige richting ook. Wie volgens dit be
ginsel mee wil helpen aan het Groene Kruis
werk is van harte welkom en 'k hoop dan ook,
dat LI en uw medestanders te zijner tijd loyaal
zullen willen medewerken tot invoering van 't
geneeskundig schooltoezicht. Pogingen daartoe
in dezen crisistijd moeten onverbiddelijk op mis
lukking uitloopen en kunnen de zaak hierdoor
slechts schaden. *k Hoop U hiermee naar ge
noegen en met voldoende logica te hebben in
gelicht.
Verder komt U aandragen met wat U mijn
„anti-socialisme" gelieft te noemen. Ja, dat is
ook weer een eigenaardig geval. Als ik gegronde
aanmerkingen meen te moeten maken op uw
beweringen, dan ben ik volgens U „anti-socia
list", spreekt ge van tegenwerking „van de
gehate partij" e. d. en als ik daar dan tegen
opkom en uiteenzet hoe ik tegenover 't socia
lisme sta, dan roept U weer: „maar wat heeft
dat nu met de zuigelingensterfte te maken".
Juist, niets natuurlijk.. Maar gij zijt 't, die dat
politieke element telkens in de discussie brengt,
terwij] ik het er juist uit heb willen houden.
En dan krijg ik bovendien nog te hooren: „ge
brek van zelfbeheersching in 't debat" e d. Het
komt me voor, dat er wel aanleiding voor U
zou zijn, om de hand eens in eigen boezem te
steken, want m.i. is er op uw schrijftrant ook
nog wel eenige aanmerking te maken.
En wat zelfbeheersching betreft, als men
tegenover sommige uwer beweringen of be
moeiingen stelling meent te moeten nemen, of
er bezwaren tegen aanvoert, gooit gij allerlei
leelijke motieven daarvoor uw opposant naar
't hoofd. Dit wijst m.i. echter meer op prikkel
bare zwakte dan op rustig zelfbedwang. Enfin,
we zullen hier maar overheen stappen en 't
kalm langs ons laten glijden.
Alles beziende, kunnen we over 't resultaat
der discussie tevreden zijn.
Ten eerste heeft ze mij weer eens gelegenheid
gegeven sommige algemeene gezondheidszaken
te bespreken en 'k hoop, tot de bevordering
daarvan weer een ste'entje te hebben bijgedragen.
Ten tweede kunnen wij, wat de hoofdzaak
betreft, nu wel vaststellen, dat uwe woonplaats
en de mijne wel weer gerehabiliteerd zijn na
de klad, die U gemeend hebt er op te moeten
werpen.
Ten derde hebt U me waarlijk nog verrast
door de stelling: „De zuigelingensterfte en de
algemeene gezondheidstoestand zouden hier niet
even goed, maar beter moeten zijn dan
in Rotterdam. Dat dit niet zoo is, schrijf ik toe
aan 't ontbreken van: zuigelingenklinieken, me
disch schooltoezicht, waterleiding enz."
Welnu, deze zak'eri ('t Fiakkeesche ziekenhuis
krijgt ook een zuigelingen-kinderafdeeling) zijn
in zoo'n stadium van ontwikkeling of voorbe
reiding gekomen, dat Flakkee er binnen een paar
jaar van zal kunnen profiteeren en dan zal ook
volgens U Rotterdam in dat opzicht door Flak
kee voorbijgestreefd kunnen worden.
Precies wat ook mijn slotsom was.
Ziedaar ons beiden dan ten slotte op 't zelfde
standpunt gekomen, wellicht „bien ètonnés de
nous trouver ensemble". Wie had op zoo'n blij
en bevredigend eind van onzen pennestrijd kun
nen hopen Hij is dan niet nutteloos geweest en
heeft geen verbittering achtergelaten. Na de
wapens gekruist te hebben past een ridderlijk
saluut en ook mijnerzijds mijn beste wenschen
voor 1932.
C. VAN GELDER.
Nieuwe Tonge, 11 Januari 1932.
DE MODDERLEIDING.
Wanneer men door de straten loopt
En van een modderleiding hoort
Dan hoort men van die vreemde dingen
In welk geheimen men zich kan dringen.
Ik liep laatst door de Heerenstraat,
Het was tö'en goed gemeend.
Maar toen ik bij de „helhoek" kwam,
Toen heb ik zacht geweend.
Ons dorpsbestuur dat nam e'en plan
Hun modder af te voeren
Ze rammelde hun radenplan,
Maar kwam niet aan hun toeren.
Het achterdorp, wil men riolen
Voor 't vuil van onze straat.
Maar voor het groote vuil daarvan
Staat men maar niet paraat.
Met vlag en wimpel ging 't er door.
Het kost 8 duizend pop,
Maar Vraagt men om een aalmoes hier
Dan schudden zij hun kop.
De kas, van ons dorpsbestuur,
Die raakt er mee in 't riet.
Men doet nu voor den werkman „wat",
Er is „wat" in 't verschiet.
Ze trokken nu met man en macht
Op onderzoek naar grond.
Ze steunen op hun groote kracht,
En raad eens wat men vond
Ze liep'en naar de duinen toe,
Het ligt daar aan de „Pik en Poe"
Nu doen we voor het graauw ook wat
Want steun te geven wordt men zat
O. H.
Mijnheer de Redacteur 1
Verzoeke beleefd een plaatsje in uw veel
gelezen blad.
DE TRAMKWESTIE.
Er is al zeer veel gesproken en geschreven
over de tram op Flakkee. Over de al of niet
onmisbaarheid der tram kan en wil ik mij niet
uitlaten. Daartoe bezit ik niet de competentie
en wil mij deze ook niet toeëigenen. Ik wil hier
alleen maar eenige meldenswaardige feiten neer
schrijven.
Het was in den avond van Woensdag 6 Ja
nuari j.l. tijdens den hevigen storm. Op de
haven te Middelharnis stonden, als naar ge
woonte, de treinen No. 91 en de autobussen
voor Ouddorp gereed om de passagiers van de
tramboot op hun bestemming- te brengen. Dit
maal waren er echter hevige trambestrijders,
die daarin toch hun plaats namen en de auto
bus links lieten staan. Er was o.a. een hoog
geplaatst ambtsbekleeder, tevens tramhater, uit
de verst afgelegen gemeente van het eiland, die
ditmaal de stoomtram veiligheidshalve verkoos
boven de autobus. Die menschen konden toch
nog van geluk spreken, dat die oude tram er
nog was, die hen op tijd op hun bestemming
bracht, daar ik vernam, dat de autobus in een
of andere versperring was gereden en alzoo
niet of althans zeer laat te Ouddorp was aan
gekomen.
Dienzelfden avond moesten verscheidene men-
sohen met een enkele reis in de tram huiswaarts
keeren, die 's morgens vermoedelijk een retour
in de autobus hadden betaald.
Hieruit blijkt dus, dat men bij storm, mist
en dergelijke weersgesteldheden het niet zoo
nauw moet nemen, al komt men met de autobus
een uur of zoo iets te laat op zijn bestemming.
Gebeurt dit echter met de tram, dan moet
directie, personeel en materieel worden afge
kamd.
Dat de tram fietsen, kinderwagens, bagage
enz. medeneemt, die de autobus laat staan, daar
houdt meh geen rekening mee.
Het moge dus een leerstuk zijn voor die
menschen, om niet te hoog op te draven met
de wénschelijkheid, dat de tram verdwijnt.
U dankend voor de plaatsruimte, teeken ik,
OPMERKER.
DOOR
H. ZEEBERG.
1)
INLEIDING.
Dominé Hans Meinema (niet de oudere van
het dorpje aan den zeedijk, maar de jongere van
Rotterdam) sloot zijn boeken en ordende zijn
paperassen.
Dan gleed zijn blik nog over het Bijbelgedeelte
dat voor hem opengeslagen lag: Jeremia twee.
En hij las het dertiende vers: „want mijn volk
heeft twee boosheden gedaan: mij, de spring
ader des levenden waters hebben zij verlaten,
om zichzelve bakken uit te houwen, gebro
ken bakken, die geen water houden."
Vervolgens vergeleek hij nog even de nieuwe
vertaling, die weinig verschilde met de oude:
„want twee booze dingen heeft mijn volk ge
daan: Mij, de springbron van levend water,
hebben zij verlaten, om zichzelve bakken uit te
houwen, gebroken bakken, die geen water hou
den."
Hij was zóó vervuld van het onderwerp,
waarover hij den volgenden Zondag wilde pree-
ken, dat hij, hoewel gereed om zijn studeerver
trek te verlaten, nóg eens nalas de korte ver
klaring, gegeven bij het dertiende vers van het
hoofdstuk, dat handelt over de trouwelooze
bruid
Met welk een taaie vasthoudendheid kleven
de heidenvolken aan hun goden en dat zijn
niet eens wezenlijke goden Maar Israël, dat de
kennis en den dienst van den levenden, waar-
achtigen God bezit, geeft Hem, die zijn heer
lijkheid, zijn glans en glorie is, prijs voor de
tot niets nutte afgoden. Dat is zoo iets vreese-
lijks, dat de hemelen worden opgeroepen om
zich daarover te ontzetten. Want tweevoudig
is de boosheid, die Israël daarmee heeft be
gaan: le. heeft het God de springbron, van
levend, frisch stroomend water verlaten; 2e. heeft
het zichzelf bakken uitgehouwén, om zich
drinkwater te verschaffen. Zulke bakken, in
den rotsachtigen bodem uitgehakte holten of
gemetselde putten, kan men tegenwoordig in
Palestina nog zien. Maar het regenwater, dat
daarin vergaderd en voor den drogen tijd be
waard wordt, is alles behalve uitlokkend om
den dorst te stillen: het ziet er uit als een zwak
zeepsopje, is vol wormen en smaakt gronderig,
zoo verhaalt een ooggetuige. Hoe moest dan dit
beeld de hoorders van Jeremia's prediking tref
fen om hun de ontzaggelijke tegenstelling tus-
schen den levenden God, de bron van leven,
en de zelfgemaakte afgoden te doen beseffen.
En dan bovendien, het zijn nog gebroken
bakken, die geen water houden. Als het er
op aankomt, beschamen zij de verwachting ge
heel. Bij langdurige droogte zijn zelfs de meest
solide bakken aan barsten onderhevig, en het
weinige, onsmakelijke water, dat er nog in is,
loopt weg. Zoo begeeft ook de hoop van den
afgodendienaar hem in het oogenblik van den
hoogsten nood geheel. Maar de Heere, Israels
God, is de nimmer opdrogende bron van heil,
die nooit teleurstelt of beschaamt."
Toen, met een energieke beweging, sloeg do-
miné Meinema ook dat boek dicht en ging naar
beneden, naar de huiskamer, om thee te drin
ken, waarna hij ziekenbezoek had te doen.
In den hoogen stoel zat de kleine Hans, die
op het punt was zes jaar te worden, hij zou naar
school, op een stuk papier te teekenen een al
leenspraak houdend: „Met den trein naar Meer
burg en dan met een autobus en dan met een
boot en dan met een rijtuig en dan bij Opa".
Opa Meinema, predikant in het dorpje aan den
zeedijk, naar wien de kleine rakkert, donker
van opslag, genoemd was.
In het loophek kraalde de tweejarige Alex,
Mijnheer de Redacteur 1
Gaarne zag ik onderstaande regelen in uw
blad geplaatst.
In het vorig nummer werd onder plaatselijk
nieuws van Oude Tonge, aangaande het ver
voer van tarwe dqor den beurtschipper gewag
gemaakt, dat dit zoo onbillijk was. Dit is in
werkelijkheid niet zoo onbillijk als 't lijkt. Want
door de uitvoering der tarwewet worden de
beurtschippers in hun bedrijf, zoowel wat hun
handel ,als het vervoer van tarwe betreft, sterk
benadeeld en zien deze menschen een gedeelte
van hun werk en hun verdiensten zich ontgaan.
Zoo doende werd, om hun eenigszins in hun
schade tegemoet te komen, het vervoer der
tarwe, voorzoover deze dit konden doen, aan
geboden, Wat zij noodgedwongen aanvaardden.
Maar zij dachten, beter een half ei dan een
leege dop. Nu komt van particuliere schippers
de roep, dit mag niet en dat zal niet gebeuren,
wij gaan naar Den Haag. Den Haag geeft de
particuliere schippers het vervoer der tarwe, en
de beurtschipper welke dit vervoer al jaren
heeft gehad, wordt met steun uit Den Haag,
uit zijn bestaan gestooten. Den Haag zal nu
wel niet zoo onbillijk zijn om deze catagorie
menschen, die met hun personeel te samen plm.
60 personen omvatten, aan hun lot over te laten.
Hoogachtend,
EEN BEURTSCHIPPER.
VERSLAG van den Raad der Gemeente
OUDDORP, op Donderdagavond 7
Januari, te 7 ure.
Opening der vergadering door d'en Voorzit
ter op de gebruikelijke wijze.
De notulen van de vorige vergadering wor
den gelezen en onveranderd goedgekeurd.
De agenda wasIngekomen stukken en rio-
Ieering Achterweg.
De ingekomen stukken waren in hoofdzaak
mededeelingen van schrijven van Heeren Ged.
Staten aangaande af- 'en overschrijvingen. Deze
worden allen voor kennisgeving aangenomen.
Hieronder was ook nog een Verslag der Com
missie tot Wering van Schoolverzuim, wat ook
voor kennisgeving wordt aangenomen.
Rioleering.
Alvorens tot dit punt over te gaan, wordt door
den Voorzitter medegedeeld, om eerst in beslo
ten zitting over dat onderwerp te onderhandelen.
Als technische adviseurs in deze aangelegenheid
zijn aanwezig de heeren Hoogwater en de Klui
ver.
Na heropening van de openbare zitting deelt
de Voorzitter mede, dat het voorstel van B. en
W. is, om tot rioleering over te gaan. B. en W.
zijn van meening om gezien de kosten van on
derhoud die jaarlijks besteed worden tot schoon
making van die sloot, hiertoe gunstig te beslui
ten. De begrooting voor dat uit <te. voeren werk
is geraamd op ongeveer 8000.—. De bedoe
ling is om dit werk uit te laten voeren voor
zoover mogelijk door onze ingezetenen.
De heer T. TANIS meent, dat wij ook'zou
den kunnen volstaan met het westelijk gedeelte
aan te sluiten op de bestaande rioleering. Bo
vendien heeftv hij bezwaar op de groote kosten.
Het bezwaar der kosten wordt door B. en W.
bestreden, en om dit werk nu weer in gedeelten
uit te voeren is altijd schadelijk.
De heer C. GRINWIS heeft ernstig bezwaar
tegen het geheele plan, en kan het nut niet in
zien, dat zulks opweegt tegen die groote uit
gaven. Hij meent ook met recht te mogen op
komen tegen het voorstel van B. en W„ en kan
overeenkomstig zijn eed geen vrijmoedigheid
vinden om daar straks voor te stemmen.
De heer C. BREEN merkt op, dat indien er
nog eenigen tijd zou moeten verloopen, voor dat
er aan dit werk kan worden begonnen, hij dan
geen garantie geven kan, dat hij voor de dem
ping van de sloot voldoende grond meer zal
overhouden. Hij stelt mitsdien maar voor, om
tot stemming over te gaan.
De heer A. PADMOS vraagt alvorens tot
stemming over te gaan, om ook zijn meening
aangaande dat onderwerp te mogen zeggen.
Hij is nu al enkele keer'en getuige geweest, van
de wijze waarop dit aanhangig onderwerp hier
in den Raad was ontvangen. Mijn eigen mee
ning, alzoo spr. heb ik onder geen stoelen of
banken geplaatst, maar heb van af het begin, dat
deze zaak in het gesprek kwam, steeds ver
klaard, dat ik voor het verststrekkende plan
was, mits andere uitgaven, die ik hier niet
noem in de knel daardoor geraakten. Nu moet
ik, alzoo spr. volgens verklaringen van de zijde
van B. en W„ die zeer, zeer kort geleden zijn
gedaan over de voorzichtigheid die moet wor
den betracht met onze gemeenteuitgaven, het
moge dan wel zijn over een andere aangele
genheid, dat thans wel aan niet aan de orde is,
maar mij wel voldoende reden geeft om met het
oog op onze gemeentefinantien,, straks tegen
dit voorstel stemmen. Ik doe zulks enkel en
alleen omdat ik ook geen vrijmoedigheid heb in
deze dagen ons zulk een groote uitgaaf te ver-
oorlooven. Niettegenstaande nu van de zijde
van B. en W„ met een zekere sympathie dit
voorstel wordt verdedigd, ofschoon ik weet dat
genoemd naar Opa Alex van Meersma, den
Utrechtschen architect. Hij kraaide, omdat zijn
moeder, wie het stille geluk uit de oogen straal
de, hem vermaakte.
Zij lag geknield bij het loophek, het hoofd
voorover gebogen, zoodat de kleine Alex in het
volle, ravenzwarte haar woelen kon, een ver
maak, waarin hij steeds groot behagen schepte.
Geen van het drietal had de binnenkomst van
den man en vader bemerkt.
Hans Meinema stond stil in de deuropening,
met een dankbaren blik starend op het liefelijk
tooneel.
Dan kreeg Alex opeens zijn vader in de gaten.
Met ee*i juichkreet strekte hij zijn dikke armpjes
uit, waarop zijn moeder opkeek en haar man
ontwaarde.
„Ben je er nu al 7" vroeg zij, om dan, op de
klok ziende, uit te roepen: „O, is het al zóó
laatAls je met die jongens bezig bent, vergeet
je den tijd 1"
„Straks ben je er één kwijt", plaagde hij,
doelend op het schoolgaan van den oudste.
„Hans, houd op, ik zie er tegenop als tegen
een berg."
„Kom, kom, Lia, hij gaat niet naar een ge
vangenis."
Als een groote jongen, streek hij over heur
haar.
„Je 'bent nog kleiner dan Alex", pruttelde zij,
quasi boos. „Ik ga even naar boven, want ik zie
er uit als een boschnegerin. Stel jé voor, dat
één van je gemeenteleden nu eens binnen kwam
vallenZou ik niet voor altijd uit de gratie
zijn
.„Dat binnenvallen zal zoo'n vaart niet loopen.
Pas maar op, dat je niet bij mij uit de gratie
komt."
„Poeh. Geen gevaar voor", lachte zij.
„Moet je nog niet zeggen. Is me dat een
verwaarloozing Je hebt nog niet eens thee. En
ik moet zóó weg", zeide hij op een toon, die
boos moest klinken, maar die dat niet kon, ter
wijl bovendien zijn prettig, open gelaat het
tegendeel deed zien.
ook anthipathie In het spel kan zijn bij het col
lege van B. en W„ zou ik liever hebben' dat
deze rioleering met het oog op de ongunstige
tijdsomstandigheden nu maar minstens een jaar
werd uitgesteld. Bovendien is het nog geen
dringend algemeen belang, want spontaan is het
nog niet gebleken, dat de burgerij met dit werk
zulk een haast bezit.
De VOORZITTER zegt dat de omwonende
burgers er groot belang bij hebben, dat die
sloot worde gedempt.
B. en W. van meening zijnde, dat een en
ander voldoende is toegelicht, besluit nu om tot
stemming over te gaan.
Met meerderheid van stemmen wordt besloten
om tot rioleering over te gaan. De heeren J.
Padmos, C, Grinwis, A. Padmos en T. Tanis
stemden tegen.
Dan sluiting.
door gevatte koude, zwaar gevoel in hoofd
en ledematen, Influenza, Griep, Rheumatische
pijnen, alsook vastzittende Hoestin al deze
gevallen zullen
U spoedig helpen. Doos 45 ct. Bij Uw Drogist'
„Wacht nu eens even, voorbarig mannetje.
Het komt alles best in orde. Ik ben er zóó weer.
Licht, als 'een veer, ijlde zij de kamer uit,
nagestaard door den predikant, die dan den
kleinen Alex op de knie nam, om er paardje mee
te rijden. Dat was natuurlijk voor Hans het sein,
om van zijn hoogen stoel te klimmen en ook
van de partij te zijn.
„Twee van zulke rakkers is me te ^zwaar,
hoor. Weet je wat, Hans, we gaan autorijden."
„Auto auto", kraaide Alex, waggelend
naar den divan.
En toen moeder terugkeerde, na even toilet
gemaakt te hebben, zoodat zij er niet meer „uit
zag als een boschnegerin", zat Hans op den
kop van den divan, met een ernstig gezichtje
chauffeerend, terwijl vader met Alex de passa
giers vormden.
„Waar gaat dat heen. Hansje 7"
„Naar Opa Meinema, moeder."
„Zoo, jongen, dat is een heel eind."
„Ja, vier uren. Maar nu gaat dat ding nog
stuk ook", zeide Hans, op het tapijt springend.
„Even wachten, menschen. 'k Zal de motor
smeren en maken."
„Dat komt net goed uit, jongen", vond moe
der. „Maak den auto even. En dan gaan we na
het theedrinken verder. Dan ga ik mede, want
vader moet weg. En nu, groote Hans, ga eens
met je vrouw mee. Want de theeboel staat al
even klaar, Jan ongeduld. En dat niet alléén.
Ik trakteer vandaag."
Met Alex op den arm, terwijl Hans, die van
het tracteeren gehoord had en dus zijn auto
in den steek liet, aan de hand van zijn vader,
volgde, betrad het viertal een ander vertrek,
dat door open deuren in verbinding stond met
deri grooten tuin.
„Koek, koek," kraaide Alex, die op het buffet
een schotel gebak zag staan.
„Wat is er nu aan de hand, Li 7" vroeg de
predikant.
,,'t Is vandaag een herinneringsdag, Hansje,
Jij met je drukke besognes vergeet dien natuur
lijk. Maar dan ben ik er nog. Er was eens een
W. de V. had het ongeluk zijn zoontje
met een bijl zoodanig te verwonden (omdat hij
hem ongemerkt genaderd was), dat geneeskun
dige hulp moest worden ingeroepen.
Loop der bevolking over 1931.
M.
V.
Totaal
Bevolking op 1 Januari
1574
1515
3089
43
35
78
46
- 53
99
1663
1603
3266
15
22
37
Vertrokken
55
66
121
Inwoners op 31 December 1593
1515
3108
Levenloos aangegeven 3 M. en 1 V., totaal 4
Aantal huwelijken 14.
NIEUWE TONVjE. Deze week werden van
hier vervoerd 6000 beden uien, 2000 balen peen
en 500 H.L. aardappelen.
Deze week stonden bij den correspondent
der Arbeidsbemiddeling 70 werkloozen inge
schreven.
Door een defect aan het stuurrad kwam
een vrachtauto in de sloot terecht. Met veel
moeite werd deze aan den kant gebracht. Per
soonlijke ongelukken kwamen niet voor.
De prijs der Roomboter is alhier 1.50
per K.G. Melk 12 cent per liter.
jong candidaatje, die het oog geslagen had op
een meisje, dat logeerde bij haar grootmoeder
aan den zeedijk. En toen bracht zij haar vader
naar de boot en toen sloop hij haar op de fiets
achterna en verschalkte haar. En toen gingen
zij samen fietsen. En toen vroeg hij haar zijn
vrouw te worden. En toen was zij tenslotte zoo
dom, om „ja" te zeggen-. Welnu, mijn weleer
waarde, dat is heden, op den dag af, precies
negen jaar geleden. En daarom gaan wij ge
zellig thee drinken."
„Dat was net een sprookje", zei kleine Hans,
die aandachtig geluisterd had.
„Neen, mijn kleine schat, dat is nu eens geen
sprookje. Dat is echt gebeurd. Negen jaar ge
leden."
„Je bent een snoes, Lia. Dien datum zou
ik heusch niet onthouden. Heb je nog geen spijt
van je domme daad 7"
„Soms wel eens", plaagde zij, „Maar er is nu
eenmaal niets aan te veranderen. Ik moet het
nemen', zooals het uitgevallen is."
„Dan hebben wij elkaar niets te verwijten,
want ik sta voor hetzelfde geval", lachte hij
vroolijk.
Het theedrinken duurde iets langer dan ge
woonlijk. Maar daarin was geen verandering te
brengen, vond de predikantsvrouw, die vol fleur
en gratie haar man en jongens bediende op dien
gewichtigen dag. „Deze dag is er maar éénmaal
per jaar", zeide zij.
„Ja, en éénmaal de datum van ondertrouw en
van trouwen en de jaardagen", plaagde hij.
„Het kan niet op met het feesten."
„Elke dag is een feestdag. Hans", zeide zij.
„Als wij het maar willen- zien."
„Je bent mijn zonnig vrouwtje", antwoordde
hij, haar naar zich toetrekkend en kussend.
Maar dan vertrok hij toch, om zijn werk te
gaan doen. Hij verliet zijn huis met een dank
baar en juichend hart, nadat zijn vrouw hem er
aan herinnerd had, dat hij niet al te laat moest
zijn, aangezien hij des avonds een vergadering
had.
(Wordt vervolgd).
SOMMELSDIJK, Belanghebbenden worden er
aan herinnerd, dat de inschrijving voor den
dienstplicht, lichting 1932, voor deze gemeente
in het bijzonder zal plaats hebben op Woensdag
13 Januari 1932, van 8.45 tot 12 uur v.m., ter
gemeente-secretarie.
- Tegen een inwoner uit Melissant is alhier
proces-verbaal opgemaakt wegens overtreding
ivan het Reglement op de Provinciale wegen in
Zuid-Holland,
Vorige week stonden bij den correspondent
der Arbeidsbemiddeling dezer gemeente gemid
deld 43 werkloozen ingeschreven.
De prijs der aardappelen is alhier stijgende.
Men besteedt thans 4.— per H.L. De uien
tracht men te koopen voor 5.— per H.L.
Donderdag 14 Januari a.s,, des avonds van
6.30 tot 8 uur, zullen de vrije schietoefeningen
van den B. V. L., afdeelingen Sommelsdijk en
Middelharnis, wederom in de bijzondere lagere
school alhier een aanvang nemen.
In het jaar 1931 werden alhier 6 groote
jachtakten uitgereikt en 32 vergunningen inge
volge de Vogelwet 1912.
Deze week wordt langs de huizen' alhier
de jaarlijksche openschaalcollecte gehouden voor
de Commissie van Weldadigheid.
Vorige week zijn verscheept: 2165 H.L.
uien, 1645 H.L. aardappelen en 650 H.L. paar-
depeen.
MIDDELHARNIS. Bij den correspondent der
Arbeidsbemiddeling hebben zich als werkloos
opgegeven 87 werkloozen'.
Maandag zijn Voor het afgraven van het
Zandpad 40 werkloozën te werk gesteld in de
plaats van hen, die de vorige week gewerkt
hebben.
Denk aan de uitvoering van het Kinder
koor l
Wij herinneren nog even aan de advertentie
in ons j.l. Vrijdagnummer betreffende de uit
voering van het Kinderkoor „Sursum Corda",
welke zal gegeven worden op Woensdag 13
Jan., des nam. om half 8 uur, in 'het Zondags
schoolgebouw te Sommelsdijk.
Daar zal worden gezongen de bekende Kinder
cantate „Michiel Adriaansz. de Ruijter".
Aan den ingang van het gebouw zijn kaarten
verkrijgbaar zoover de voorraad strekt a 0.50.
Niemand die kan verzuime deze gelegenheid
waar te nemén.
Woensdagavond 13 Januari begint het
derde gedeelte van den E.H.B.O.-cursus in het
gebouw der RJHjB.S. alhier, des avonds half
negen.
OUDE TONGE. J.l. week zijn er 177 werk
zoekenden bij de Arbeidsbemiddeling ingeschre
ven, waaronder eenige ambachtslieden.
-— H. R. Terpstra, die de vorige week naar
het ziekenhuis te Rotterdam moest voor een oog
operatie, zal het oog, naar we vernemen, moeten
missen,
De prijzen' der veldgewassen zijn als volgt:
Uien 5.koepeen 2.aardappelen 4.-—
en poters 2.—, met veel vraag.
DIRKSLAND. Bij de arbeidsbemiddeling
stonden 128 werkzoekenden ingeschreven.
Alhier werden partijen benzine gevonden,
waarvoor' geen belasting was betaald.
Zij, die vorderingen ten laste der gemeente
hebben, moeten hiervan hun nota's spoedig ter
secretarie indienen.
Van den oogst 1931 werden gedurende het
2e half jaar van 1931 verscheept: 89640 H.L.
aardappelen, 94360 balen uien, 56360 balen peen
en 660.000 K.G. witlof.
De collectebus, geplaatst in de trouwzaal,
bevatte over 1931 ruim 47.
Aan de coöp. machinale graan- en zaden-
schoonmakerij is ingevolge de Hinderwet ver
gunning verleend tot het oprichten van een in
richting voor het stofvrij maken van graan enz.,
waarin te plaats'en een electromotor van 6 P.K.
in een pand aan den Gelderschendijk.
HERRINGEN. De schietoefeningen van den
B. V. L. zullen nog gedurende enkele weken
worden voortgezet en wel op Woensdagavond
van half zeven tot half negen in de schuur van
den heer Abr. Witvliet.
Voor de uien besteedt men op 't oogenblik
hier 5.— per H.L. Voorwaar een flinke prijs.
De arbeider R. kreeg vorige week zoo'n
slag van een motor op e'eri zijner polsen, dat
medische hulp noodzakelijk was en hij zijn werk
niet kan verrichten.
STELLENDAM. De garnalenvisschers heb
ben de vorige week gedurende 2 dagen gevischt
en daarbij gemiddeld per dag en per vaartuig
gevangen 50 K.G. garnalen.
De vorige week werden van hier ver
scheept 50OH.L. aardappelen, 600 H.L. uien en
130 H.L. koepeen.
Bij d'en correspondent der Arbeidsbemidde
ling alhier stonden Zaterdag j.l. ingeschreven
38 werkloozen.
Door de Coöp. Broodbakkerij alhier zijn
met ingang van Maandag j.l. de broodprijzen
verlaagd, t. w. 8 ons bruin van 16 cent op
14 cent en 8 ons wit van 18 op 14 c'ent.
Gedurende het jaar 1931 zijn ter gemeente
secretarie voor huissiachting aangegeven 217
varkens, waarvan gedurende de laatste 3 maan
den 164.
Loop der bevolking over het jaar 1931.
Op 1 Januari 1931 bestond de bevolking uit
902 m. en 849 vr.-, tezamen 1751 zielen.
Vermeerdering door geboorte 27 m. en 17 vr.,
vestiging 20 m. en 23 vr., alzoo 47 m. en
40 vrouwen.
Vermindering door overlijden 8 m. en 17 vr.,
door vertrek 22 m. en 23 vr., alzoo 30 m. en
40 vr.
De bevolking vermeerderde dus met 17 man
nen en bedroeg op 31 December 1931: 919
mannen en 849 vrouwen, tezamen 1768 zielen.
Aangegeven levenlooze kinderen 1.
Gesloten werden 16 huwelijken.
GOEDEREEDE, Voor de lichting 1933 zijn
20 jongelingen ingeschreven.
-Vorige week werden in het sorteerings-
station 1000 balen uien aangevoerd, die allen
aan de Centrale Veiling te Middelharnis zijn
verkocht.
Doordat de 13-jarige K. T. met de fiets
verkeerd uithaalde, kreeg hij van het van de
handsche paard van T. v. d, W. een trap tegen
de fiets, zoodat deze midden in een breede sloot
terecht kwam en hij zelf wonder boven wonder
ongedeerd en droog er af kwam.
Loop der bevolking over het jaar 1931.
Bevolking op 31 December 1930: 647 mannen
en 634 vrouwen, totaal 1281.
Vermeerdering door: geboorte 10 mannen en
10 vrouwen, totaal 20; vestiging 15 mannen en
18 vrouwen, totaal 33. Alzoo een totale ver
meerdering van 25 mannen en 28 vrouwen, of
53 personen.