Rechtzaken. DRAlSrjl A-VASN-VALKEriBURGS e 'A óLEVERTRAATT- Gemengd Mieuws. Voor de Vrouw. Voor de Jeugd. TT! -gr 2JT m £3 XSZ X "V O O jES "V O XX X>i X X\i Volkenbond en Arbeidsorganisatie, diplomatie en directeuren met al hun staven 'en honderden beambten en ambtenaren staan thans voor een taak, die alle menschelijke kracht te boven gaat. De 404 ratificaties, die bij 't Internationaal Arbeidsbureau te Genève geboekt staan; de 28 ontwerpverdragen, door de Arbeidsconferentie aangenomen, krijgen 't in zoo'n crisistijd als we nu doormaken, wellicht wel wat kwaad. Op papier zetten is niet zoo gemakkelijk, maar uit voeren is nog veel moeilijker. Laten wij nu eens bekijken, hoe 't verder met zoo'n in het Bureau te Genève gedistilleerd sociaal ontwerp gaat. We zeiden reeds, dat 't naar de Arbeids conferentie ging, naar de 220, waar er 110 Regeeringsadviseurs zitten uit alle landen, plus 55 groote Industrieëelen, plus 55 knappe koppen der Vakvereenigingen. Daar op die vergadering wordt 't ontwerp van alle kanten bekeken; ieder tuurt er op met zijn eigen oogen, tevens in de gaten houdend zijn eigen landstoestanden; en ten slotte valt de beslissing. Dan komt er in onze Tweede Kamer een Koninklijke boodschap, waarin de Koningin aanbiedt aan die Kamer de ontwerpen. De eerste 6 ontwerpen bood Zij aan op 21 Juli 1921, n.l. den 8-urigen werkdag en de 48-urige werkweek; ook vrouwenarbeid voor en na de bevalling; ook den leeftijd, waarop kinderen mogen worden toegelaten tot 't verrichten van arbeid in onder neming der Nijverheid; ook den nachtarbeid van vrouwen; ook over de werkloosheid; ook over den nachtarbeid van jeugdige personen. Maar ja Op 29 Oct. 1919 tot 29 Nov. 1919 werd te Washington de eerste zitting der Conferentie gehouden; daar waren toen maar 41 landen vertegenwoordigd; van ons land waren er Dr. Nolens, lid der Tweede Kamer, en den heer van Thienen, hoofdinspecteur van den Arbeid; voor de werkgevers de heer Verkade, onder voorzitter van de Ned. Vereeniging van werk gevers; voor de werknemers trad op de heer J. Oudegeest, lid der Tweede Kamer. Dan nog technische raadgevers van de Kroon; dat waren Mevrouw Suze Groeneweg, lid der Tweede Kamer, en Mej. H. Kuyper. Dan nog techtnische raadgevers der werk gevers, dat waren S. ten Bokkel Huinink, J, ter Haar en H. Blomjous. Dan nog techtnische raadgevers der werk nemers; dat waren P. Serrarens, G. Baas en B. Holtrop. Dit gezelschap van 12 personen, om daar te Washington te overleggen over nachtarbeid van vrouwen, zoowel als over dagarbeid van allen enz., maakte een rapport of verslag; en dit werd der Koningin aangeboden. Deze liet 't bestu- deeren aan 't Departement, en toen een en1 ander behoorlijk in potten en kruiken was gevloeid, kwamen de resultaten in de Tweede Kamer, en kon deze haar aandacht gaan wijden aan wat te Genève eerste en toen te Washington was overwogen. 't Slot is geweest, dat in Statasbladen 368, 369, 370, 1922, voorkomt de aanvaarding door Eerste en Tweede Kamer van de ontwerpver dragen betreffende den arbeid van vrouwen gedurende den nacht in de fabrieken, en 't toe laten van kinderen aldaar; ook van den leeftijd, waarop jeugdige personen 's nachts in de fabriek mogen werken. In 1923 weer wat anders: in Stsbl. 10, datum 13 Jan. 1923, heet 't: „Wet tot goedkeuring van 't Ontwerpverdag van Genua, tot vaststelling van den minimumleeftijd van toelating van kinderen tot arbeid op zee. In Staatsblad 11, ook 13 Jan. 1923, heet 't: „Wet tot voorbehoud der bevoegdheid tot toe treding tot 't Ontwerpverdrag van Genua be treffende schadeloosstelling voor werkeloos heid ia geval van verlies van 't schip door schipbreu k." In Staatsblad 12, ook 13 Jan. 1923, heet 't „Wet tot voorbehoud der bevoegdheid tot toe treding tot 't ontwerpverdag van Genua be treffende plaatsing van zeelieden." In Staatsblad 329, van 10 Oct. 1927, heet 't: „Besluit, bepalende de bekendmaking van de Ontwerpverdragen van Genève betreffende ver eenvoudiging in de inspectie van emigranten aan boord van schepen; gelijkheid van behandeling van vreemde arbeiders en eigen onderdanen voor de ongevallenverzekering; schadeloosstel ling voor ongevallen, overkomen in.verband met de dienstbetrekking." In Staatsblad 95, van 16 April 1928, luidt 't: „Besluit van 't Ontwerpverdrag van Genève betreffende het verplicht geneeskundig onderzoek van kinderen en jeugdige personen werkzaam aan 'boord van schepen." Voor den Landbouw en den Kinderarbeid staat er iets in Staatsblad 271, 31 Mei 1929 „Wet tot voorbehoud der bevoegdheid tot toe treding tot 't Ontwerpverdrag betreffende den leeftijd waarop kinderen mogen worden toege laten tot arbeid in den landbouw. Er is dus door de Internationale Arbeidsor ganisatie arbeid verricht voor grooten en klei nen, voor mannen, vrouwen en kinderen. De toekomst zal leeren wat door deze wereld crisis de Geneefsche Organisatie van den Arbeid nog zal kunnen presteeren. Ook haar arbeid staat weer niet los van de aanstaande Ontwa peningsconferentie. En deze arbeid staat weer niet los van wat de Scholen den kinderen in prenten aangaande allerlei Vredesvereenigingen en Vredesdoeleinden. De School moet de Vre desgedachte inprenten. Wil men dat niet vlak voor de Kerstvacantie als 't Vrede op Aarde ruischen gaat door de wereld van onrust en wrevel, laat men dan eens per jaar, op 18 Mei, het nut van den Volkenbond aantoonen; spreken over 't Protocol van 1924, waarin de veiligheid der Volken (en dus de rustige sfeer van voort- werken aan de Arbeidsbeweging geschapen wordt)waarin de veiligheid langs den weg van arbitrage, rechtspraak en bemiddeling voort gang hebben konmaar mislukte De Jeugd is 't plantsoen van de Maatschappij; de hoop des Vaderlands; de verwachting der Kerk. En Staat en Maatschappij en Kerk kunnen alleen tieren bij 't Vrede op Aarde, in menschen een welbehagen. Dat is niet de Vrede der particuliere genade 't Is de vrede der GemeeneGratie, die er als fundament zijn moet, zal de particuliere genade, de waarachtige Vrede na wedergeboorte rijkelijk bloeien kunnen. In de woestijn tieren de rozen niet. Op afgebrande boomstronken slaat de nachtegaal nooit zijn slag. Geen adelaar bouwt zijn nest waar lijklucht hangt. Inwerken op de Jeugd met de Vredesidee. Inwerken op haar hart tot Recht en Gerechtig heid, tot samenwerking der Volken, tot inter nationale broederschap. Opdat doo rden Vrede de Arbeid bloeien kan over de gebeele linie. Opdat de Geest en de Bruid zeggen: Indien U komt om te oordeelen de levenden en de dooden, zie de vruchten des Vredes in een sam'enwerking van alle rangen enstanden; die de ziel des eenvoudigen verhoogde door ge paste waardeering; en de ziel des leiders ver kwikte door gepast medegevoel zijner werklieden met hem en zijn 'bedrijf. J. VAN DER WAAL. Middelharnis, 18 December 1931. (Wordt vervolgd). (En nu rusten we weer eenige weken). v. d. W. RECHTBANK TE ROTTERDAM. Strafzitting van Dinsdag 15 December 1931. OP AAR VERZEKERING OF HYPOTHEEK. De 19-jarige verzekeringsagent K. '1'. uit Uuadorp neett zich vandaag te verantwoorden yenad cerzaKe van oplichting. Hem was ten laste gelegd, dat nij ie op Z(J Juni te Stel lendam A. Klink heelt bewogen tot algute van j iy.— door hem opzettelijk valschelijk, bedrie- yenjk en in strijd met de waarheid mee te aee- icn dat Klink door het storten bij hem als agent van de maatschappij Nieuw Eigenhuis te s-ura- venhage van een hedrag van 48.— als borg stelling zonder verdere kosten, behoudens dan j 1.— of j 1.10 voor zegelkosten in de geiegen- neid zou gesteld worden binnen eenige weKen_ van genoemde maatschappij een hypotheek te krijgen van 5U0.— tegen 5 rente en jaar- lijKs f 50.— aflossing. Het storten van de borg stelling van 48.zou alleen ten doel hebben te verhinderen, dat Klink bij een andere maat schappij een hypothecaire leening zou sluiten, in geen geval zou het door Klink te storten bedrag bestemd zijn om daarmee een spaarre kening ten name van genoemde Klink te openen. Ten 2e werd T. ten laste gelegd, dat hij op iö April te Sommelsdijk A. Grootenboer op de zelfde wijze heeft bewogen tot de afgifte van j 900.door het te doen voorkomen, dat Grootenboer door de storting van dit bedrag een hypotheek zou worden verstrekt van 2100 voor den koop van een huis, terwijl in werke lijkheid de storting moest dienen om bij de maatschappij Nieuw Eigenhuis ten behoeve van Grootenboer een spaarrekening te openen. T., die dn het vooronderzoek had bekend, wiern nu de schuld van het gebeurde op M. den Inspecteur van Nieuw Eigenhuis. Hij had vast en zeker in de overtuiging verkeerd, dat de in de dagvaarding genoemde Klink een hy potheek zou krijgen. Verdachte sprak zich in zijn verklaringen herhaaldelijk tegen. Hij gaf ten laatste toe, dat het hier een spaarrekening betrof, maar dat de inspecteur hem had opge dragen het te doen voorkomen, alsof het hier om een borgstelling ging. S A IriW MS*. - "j T LEEUWARDEN De president, mr. Van Viersen Trip Ja, we weten wel, dat deze inspecteur een schavuit is en de maatschappij een zwendelmaatschappij, die oneerlijke jongelui in haar dienst neemt, om haar oneerlijke practijken te doen uitvoeren. Getuige A. Klink, verklaarde, dat hij nog tot T. gezegd had Ik sluit geen spaarrekening af. T. had daarop geantwoord Neen Getuige had wel enkele malen zijn handteekening moeten zetten. De president tot verdachte Uit dezen leu gen komt u toch nooit meer uit, wat de inspec teur u ook mag gezegd hebben. De smid H. K. en de vrouw van Klink be vestigden de verklaring van getuige Klink. Klerik zeide nog, pertinent zijn vraag ge steld te hebben, omdat hij er eens meer was in- geloopen met zoo'n spaarverzekering. De president tot verdachte Het zou kunnen zijn, dat u één keer aan de verzekeringen van M. geloofd had, maar u hebt wel 20 van die overeenkomsten gesloten. De landbouwer A. Grootenboer had 900 gestort. Hem was in uitzicht gesteld, dat dit geld zou worden gebruikt als afbetaling op een huis, dat getuige wilde koopen, voor welken koop hij een hypotheek noodig had. Getuige heeft het geld gestort en daarvoor een kwitan tie gekregen. Hij had toen nog geen enkel for mulier ingevuld, later zijn T. en de inspecteur M. samen geweest bij getuige en toen is er een stuk geteekend. Getuige zegt, dat hij geen spaarbrief heeft willen aanvaarden, men heeft hem toen ruim 700.— terug willen geven, maar dat heeft hij niet geaccepteerd, hij wil al les terug hebben. De presidentMassa's menschen zijn op de zelfde manier als u bedrogen. Voor zoo'n zwen del nemen ze dan zoo'n oneerlijke jongen, zoo'n praatjesmaker. De president tot verdachte: Doe je nu nog zaken VerdachteNeen, ik ben veldarbeider. De presidentJuist hou je daar maar bij spitten en rooien En praat dan maar een beetje tegen de koeien. Je liegt al, voor je je mond open doet. Voor die 100.per maand heb je je tot leelijke streken geleend. Verdachte Ik heb nooit salaris gehad. Van den post van Grootenboer heb ik 15.ge kregen, maar verder heb ik maar heel weinig ontvangen. De getuigen J. v. d. Doel en K. Grootenboer bevestigden de verklaring van Grootenboer. De laatste verklaarde, dat de zaak zoo was voor gesteld, dat de 'heele koopsom 3000 bedroeg. Daarop gaf de maatschappij 2100 hypotheek. Met de door Grootenboer gestorte 800 zou de heele koopsom afgedaan zijn. Er was nog gezegd, dat de spaarbrief alleen als zekerheid voor Grootenboer gold. Mocht het wat lang duren, dan zou er rente van de 900 worden betaald. Er waren 3 getuigen a décharge gedagvaard, waaronder de inspecteur M. Deze was echter niet opgekomen. Het O. M. zeide in zijn requistitoir, dat in Den Haag bestaat een maatschappij tot exploi tatie van onroerende goederen, Nieuw Eigen huis, die spaarbrieven uitgeeft. Als men twee jaar betaald had, kan men een geldleening sluiten bij de maatschappij, maar het bedrag van de leening is altijd lager dan het gestorte bedrag. Met die spaarbrieven zijn de eilanden hier over stroomd. Het eenige mooie van deze spaar rekeningen is te vinden in den linkeronderhoek, waar de naam van den commissaris: Van Heec- keren van Molecaten, staat. Anders is er weinig moois aan. Deze maatschappij neemt nu yhen- schen dn haar dienst, die uitblinken door gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel, of, zooals ver dachte, door gebrek aan waarheidsliefde. Deze spaarbrieven zijn bij de eilandenbewoners zoo langzamerhand berucht geworden. Er zijn tal- looze klachten ingekomen en daarvan zijn er twee vervolgd. Nu wordt er beweerd, dat de inspecteur M. de ware schuldige zou zijn. Inderdaad zou het O. M. ook M. vervolgd hebben, als tegen dien voldoende getuigen waren te vinden geweest. M. is trouwens een even onontwikkeld man als deze verdachte. M. was metaalbewerker met 10 kinderen, die men maar inspecteur heeft gemaakt en agenten liet aanstellen. De verdediger, mr. A. de Mooy: Maar hij is geen 19 jaar. Het O. M.: Neen, dan kon hij ook geen kin deren hebben. Mr. Reumer acht dezen verdachte niet in aanmerking te komen voor een voor waardelijke veroordeeling. Eisch 1 jaar gevangenisstraf. De verdediger, mr. A. de Mooy, zeide aan de eerste verklaringen van verdachte in de instruc tie afgelegd, niet veel waarde te hechten. Er zijn zooveel getuigen gehoord en zelfs meer dan eens gehoord, dat men die verhooren met de noodige reserve moet aanvaarden. Een fout is het, dat men niet heeft nagegaan, welke rol de inspecteur M. heeft gespeeld en het O. M. dezen niet heeft opgeroepen. T. komt zoo van het boerenland, hij is veld arbeider geweest, geen wonder, dat hij zich nauwkeurig hield aan de instructies van den inspecteur. Verdachte was er van overtuigd, dat de spaargelden door de storters altijd weer op te vorderen zouden zijn, en dat hij den cliënten een hypotheek in uitzicht kon stellen. Naar pleiters meening is verdachte de speelbal van den inspecteur M. geweest, uit zichzelf zou hij niet tot een dergelijke daad zijn gekomen; Ver- dachte's belang bij de zaken was heel gering, van den post-Grootenboer heeft hij niet meer dan 15 gekregen, op den post-Klink zelf geld toegelegd. Een samenweefsel van verdichtsels kan pleiter hier niet ontdekken, één onwaarheid heeft verdachte slechts gesproken, n.l. dat de klanten geen spaarrekening sloten, maar een hypotheek. Pleiter concludeert tot vrijspraak, subs, een nader onderzoek naar de gedragingen van M„ meer subs, de alleruiterste clementie, indien mogelijk een voorwaardelijke straf. Uitspraak 29 dezer. In een zaak van M. de B., 24 jaar, vracht rijder te Den Bommel, appellant van een vonnis van den Kantonrechter te Sommelsdijk, waarbij hij wegens overtreding van de Motor- en Rij- wielwet hij zou op 27 Juli rijdende op een weg onder Middelharnis niet voldoende zijn uit geweken voor een aan de rechterzijde van den weg hem tegemoet rijdenden auto, bestuurd door Mej. C. Born was veroordeeld tot 15 boete subs. 5 dagen hechtenis, heeft het O. M. ge- eischt vernietiging van het vonnis en vrijspraak. De verdediger, mr. Kwast uit Den Haag, sloot zich bij het requisitoir aan. Uitspraken. In een zaak van H. v. R„ 20 jaar, chauffeur te Middelbands, appellant van twee vonnissen van den KantonrecHter te Sommelsdijk, waardij mj, wegens het besturen van een auto in slaat van dronkenschap en wegens het in gevaar brengen van de veiligheid van het verkeer, door te Melissant, zonder een teeken te geven, plot seling van richting te veranderen, tengevolge waarvan een I2-jarig jongetje was aangereden, was veroordeeld tot twee maai 5 dagen hechte nis, heett de rechtbank de vonnissen vernietigd en opnieuw recht doende verdachte veroordeeld' tot z maal 5 dagen hechtenis. H. v. R„ 20 jaar, chauffeur te Middelharnis, wegens het veroorzaken van dood door schuld verdachte had te Nieuwe 'l'onge een auto bestuurd, terwijl hij onder den invloed van al cohol verkeerde en daarmee den veldarbeider J. v. d. Boom aangereden, die dientengevolge was overleden tot 9 maanden gevangenis straf, met ontzegging van het recht een motor rijtuig te besturen voor den tijd van 1 jaar. GERECHTSHOF TE 's-GRAVENHAGE. POGING TOT DIEFSTAL. De 19-jarige landbouwarbeider M. van den B. uit Sommelsdijk is door de rechtbank te Koteer- dam tot één jaar gevangenisstraf veroordeeld rr lairriMMiMi ïiBiwWitoTiü'i n os wegens poging tot diefstal. Aanvankelijk had verdachte halstarrig voor de politie, voor de rechtbank en zelfs tegenover zijn moeder en zijn raadsman, ontkend schuldig te zijn. Zelfs wierp hij de verdenking op andere personen. Naderhand heeft hij de feiten toegegeven. De procureur-generaal, die uitstel van deze zaak had verzocht, om nadere inlichtingen, om trent verdachte te krijgen, had den ambtenaar der reclasseering gedagvaard, die het Hof mede deelde, dat verdachte bij een voorwaardelijke straf direct aan het werk kan gaan in een an dere omgeving. Dit was voor den procureur- generaal aanleiding het Hof voor te stellen gezien het berouw dat verdachte thans toonde de hem toegekende straf voorwaardelijk op te leggen, met drie jaar proeftijd en onder bij zondere voorwaarden. De verdediger, mr. W. J. C. A, Nijgh, ver zocht daarna den jongeman onmiddellijk in vrij heid te stéllen. He.t Hof heeft daarna onmiddellijk uitspraak gedaan en arrest gewezen conform het requisi toir. Het beval de opheffing van de voorloopige hechtenis. OVERVAL MET ROOF OP EEN OUDE VROUW TÉ ZAANDAM. Te Zaandam is Dinsdagavond een overval met root gepleegd op de ajleen wonende 68- jarige juffrouw Zwart aan het Ventje, wie onder oeareiging met een revolver een bedrag van 2 a hUÜ gulden is ontroofd. juffrouw Zwart, die zeer doof is, drijft een handeltje in thee, koffie en beschuit, dat zij in een klein wagentje vervoerd. Wanneer zij des avonds thuis komt zij is altijd laat in de weer haalt zij haar wagentje leeg en bergt de handelswaar op. Daar gaat steeds geruimen tijd mee heen. Dê dieven zijn vermoedelijk hier mee op de hoogte geweest en hebben dit tijdstip algewacht. Zij hebben aan de achterzijde een keukenraam uitgesneden en zijn zoo binnenge komen. Zonder dat juffrouw Zwart iets had be merkt, hadden zij al een voorloopig onderzoek ingesteld. Toen de vrouw naar bed wilde gaan, werd zij door een der beide gemaskerden vast ge grepen, die haar belette om hulp te roepen en met een revolver op haar voorhoofd eischte, dat zij de plaats zou aanwijzen, waarzij haar geld bewaart. Toen de dieven het geld in het bed onder het hoofdkussen hadden gevonden, hebben zij zich zoo spoedig mogelijk met den buit uit de voeten gemaakt. Juffrouw Zwart heeft toen dadelijk de buren gewaarschuwd, die dadelijk de politie met de zaak in kennis hebben gesteld. Het onderzoek heeft echter nog geen resultaat gehad. LIEFDESDRAMA IN DE HOOFDSTAD. Op zijn vroeger meisje geschoten. Te ongeveer middernacht heett een 20-jarige jongeman te Amsterdam, die in de Pieter Aertsz- straat woont, in de van Woustraat op den hoek van de Lutmastraat uit een klein model revolver een schot gelost op een in de Jan Lievenstraat v-oonachtig, ly-jarig meisje, waarna hij het wapen op zich zelf richtte. Uoor den opgewonden toestand, waarin de dader van den aanslag verkeerde, richtte hij de revolver slecht, waardoor het meisje niet ge- ironen werd. De jongeman zelf kwam er slech ter at, aangezien hij zich door een kogel in den hais vrij ernstig verwondde.- Per auto van den G. G. D. is hij naar het Wilhelminagasthuis overgebracht. Zijn toestand moet niet levens gevaarlijk zijn. uit het onderzoek van de politie is tot nu toe komen va^t te staan, dat het drama 'neerkomt op een wanhoopsdaad. De jongeman is n.l. vcrlooid geweest met het meisje, welke ver loving van haar kant is uitgemaakt. Daar hij het meisje echter niet kon vergeten, had hij haar s avonds laat in de buurt van haar woning opgewacht. Beiden hebben toen vermoedelijk in heitige discussie gewikkeld, naast elkander voortgeloopen, tot op genoemde plaats de jon geman tot zijn daad overging. Het gebeurde verwekte in de buurt uiteraard groote opschudding. OUDE VROUW LEVEND VERBRAND. i'e Steenbergen (N.-iBr.) bekwam een 77- jange vrouw bij het aanzetten van de kachel ei nstige brandwonden. 22e is aan de gevolgen gestorven. CORRESPONDENTIE. Lezeres te IJ. Hartelijk dank voor Uw pret- tigen brief. Vvait ben ik blij, dat uw noed zoo goed gelukt is. Dat ben ik met U eens hoor, oat die heerlijke warme eigengewerkte hoeden of mutsen vrij wat prettiger zijn in t dragen dan vroeger die groote opgetuigde schuiten van hoeden. Baten we echter maar niet al te blij zijn, wie weet wat de mode ons weer gaai brengen. Nu wat Uw andere vraag betreft, het is voor deze week te laat am U te kunnen helpen, want ik weet nu nog niet wat U bedoelt. Ge lukkig weet ik wel, waar raad te krijgen is. Doch dat wordt dan volgende week eer ik het weet. Mocht het te moeilijk zijn, om in de krant te zetten, dan stuur ik wei een duidelijk staaltje aan uw adres op. Uw brief was heusch niets te lang. Het is wel prettig om op deze wijze contact te hebben met elkander. MANDENWERK EN HET ONDERHOUD DAARVAN. Mandenwerk moet dikwijls uitgeborsteld wor den, daar zichr gauw stot tusschen de naden vastzet. Wit mandenwerk, dat vuil wordt, moet met lauw zeepsop of met lauw sterk pekelwater schoongeboend worden. Daarna met water na spoelen. Voor het afboenen, moeten we echter eerst de manden stofvrij maken. Doen we dat niet, dan wordt dat stof nat en gaan tusschen het vlechtwerk op plukjes zitten, die moeilijk ite verwijderen zijn. Is dit witte mandenwerk heel vuil, dan kan het schoongeboend worden met bleekwater, verdund met azijn. Gekleurd man denwerk moet geborsteld worden. Is het gever nist, borstel het dan goed en spoel na met water. Gevernist mandewerk kan, 'als het droog is, met was gewreven worden. Donker mandewerk wrij ven w dan met ongekookte lijnolie, verdund met roode of witte terpentijn, al naar de kleur van het vlechtwerk. NUTTIGE WENKEN. Rek kousen in hun vorm, terwijl ze nog vochtig zijn. Het is veel beter kousen niet te strijken. Is er een glas aan splinters gevallen Veeg de splinters dan op, met een vodhtigen doek. Doe een beetje ammonia bij de bijenwas en terpentijn, waarmee de vloer gewreven wordt. De was lost dan sneller op. Als men groentenafval in het fornuis ver brandt, doe dan tegelijkertijd een handje zout in het vuur. Dat neemt de onaangename geur weg. a» Als de ruiten erg vuil zijn, neem ze dan eerst at met een vochtige lap. Daarna afnemen met een iap 'brandspiritus. Nawrijven is niet noodig. Als men zijde wascht, is het goed, een beetje zout in het water te doen, ten einde de kleuren te bewaren. Tevens blijft de stol er zacht door. Gewreven houten vloeren moeten schoon gewreven worden met een vochtige lap. Als de vioer daarna opgedroogd is, goed nawrijven met bijenwas. Als men knoopen aanzet, die veel te dragen zullen hebben, is het goed een stukje van een oude glacé handschoen onder de stof, waaraan de knoop komt te zitten, te naaien. Een kom heet water, waarin een paar druppels lavendelolie, neemt alle onaangename geur van het koken uit de keuken weg en maakt de lucht in de keuken frisch en rein. Om de geur van uien, die aan het mes, waar ze mee gesneden zijn, blijft hangen, weg te nemen, moet mes en handvat in koud water afgewasschen worden. Warm water maakt de lucht juist harnekkiger. M'n beste nichtjes en neefjes! Er vroegen mij nu al weer een paar uit onze raadselfamilie: „Tante, krijgen we weer een wedstrijd voor de vacantie Ja, ja, een wedstrijd, dacht ik, dat is goed en wel, maar welke Veel tijd om te kiezen wordt me niet gegeven. Maar ik dacht, iJc doe het, want t is pas Smt- tNicolaas geweest, en mijn prijzenhoekje is ook weer aaroig gevuld. Dat is dus geen bezwaar meer. iNu dan, omdat jullie me niet kunnen helpen om te kiezen, heb ik het maar voor jullie ge daan. k Heb er dan twee gekozen, want ik maak het graag zooveel mogelijk ieder naar den zin. EEN OPSTELLENWEDSTRIJD en EEN TEEKENWEDSTRIJD. jullie mogen een opstel maken waarover je maar wilt, en je mag ook teekenen wat je wilt. jullie zien dus, vrijneid genoeg. jullie mogen echter maar aan één wedstrijd tegelijk meedoen. De opstellen mogen niet langer zijn dan twee bladzijden uit een gewoon schoolscnrift en het papier mag maar aan één zijde beschreven zijn. Dn op elke inzending moet je naam, leeftijd en adres vermeld zijn. Denk er nu om, ook die kleinigheden moeten in orde zijn. Al is je opstel nog zoo goed, maar ik vind er je naam niet onder of 't papier is aan twee zijden beschreven, dat maakt je kans op een prijs kleiner. O ja, nu ik het toch over de prijzen heb, zal ik daar eerst maar verder over praten. k Zal mijn hoekje in de kast maar weer eens voor jullie plunderen. 'k Geef voor eiken wedstrijd 4 PRIJZEN. Dat is dus ACHT samen. Nog al heel wat, hé Tot VRIJDAG 15 JANUARI geef ik tijd om jullie werk in te zenden. Zoo, dat is nu afgepraat 1 'k Heb echt prettige brieven van jullie gehad. Fijn hoor. Wat hebben jullie een pret gehad, 'k Heb wel gemerkt, dat jullie thuis elkaar er nog al eens tusschen genomen hebt. Verbeeld je, als je een pakje krijgt en er zit een stuk cokes of aardappelschil in. Neen maar, dat is mooi hoor. Gelukkig, dat jullie dan heelemaal binnen in het pakje nog wel wat goeds vonden. Nu moet ik toch heusch mijn praatje eindigen. Allemaal heel veel groeten van jullie TANTE TRUUS. TINEKE. XIX. Maar Moe wist er raad op. Tini zou haar pop locu wel Krijgen, al was nee aan mei aauelijK. i oen i ineke Moe elKen dag zoo dapper hieip zooiang ivuna nog ziex was, zei Moe op een Keer: „Hoor nu eens, meisKe, K neo een mooi plannetje; „dus HneKe weet wel, dat Moe die mooie gruoce verjaaraagspop nog in bewaring heen. nni KinKte venegen van ja. He, wat was dat toen weer naar geworden, ze had toen zen aues bedorven. „Hoor nu eens, als Mina weer heelemaal beter is, gaan we eike week saampjes een beeien nnddag en avond naaien, allemaal moois voor je nieuwe pop. Aim. ra en Moe zijn zoo blij, dat onze groote meid nu met altijd eersc maar aan zichzeu denkt. riet zal nog wel eens moeilijk worden hoor, maar dan moet je maar ve.cbten tegen jezelf, noor. Dn je weet, bidden helpt. Nu gaan we elKe week naaien, en als de pop geKleea is, mag je er meer spelen. Maar kinaje, ais Moe een week niet tevreden zou zijn, dan naaien we niet. We vragen ot Truus bij ons komt, en dan naaien we voor Truusjes pop ook een mooie jurk. Ik heb nog wei een mooi lapje goed, dat Kan dan 'iruus wel gebruiken." „Fijn, Moeen Tim pakte en knuffelde Moe, dat het een aard was, en ze dacht al bij zichzelf over die prettige avondjes, met zijn drietjes, want 'Truus mocht zeker komen. Tini ging wel dikwijls naar de De Raedtjes om met ze te spelen, maar hier met Moe er blij was toch heerlijker. Heel stiliekens voor zich heen dacht Tineke, ze zou wel zorgen, dat ze elke week zouden naaien, maar het was in 'Tini's hartje toch niet meer zooais vroger, want ze dacht er bij wat Moe ook gezegd had; „Bidden heipt." Wat werden date en feestelijke avonden, als ze zoo met z'n drietjes zaten te naaien. Truus voor haar eigen pop en Tini aan haar eigen poppen-uitzet. Daar was heel wat voor te peu teren, want die nieuwe was zoo groot en zoo mooi, dat geen der kleertjes van de andere poppenkinderen haar pasten. Het zou wel een poosje duren, eer alles klaar was. Maar Truus zei: „Niets erg, hoor Tini, als mijn jurkje af is, ga ik jou meehelpen. Mag dat, Mevrouw?" „ja hoor, dat vind ik pretig, als jullie ekaar iieipen. „Deg, Tini, als we een beetje opschieten, is m.sscmen aues met de Kerstvacantie af. Dan Kunnen we er fijn mee spelen. O ja, dat is waar ook, we gaan met de vacantie allemaal uit, naar Grootmoeder toe. Nou ja, maar dan daar na toen, dan is alles lekker Klaar." rie, gaan jullie allemaal weg, wat is dat naar, dan ben ik zoo alleen en de tranen sprongen m A ini s oogen. Nou net in de vacantie, dan zou het weer net zoo wezen als vroeger, toen ze nog geen vrien- onmetjes in de buurt had. Net kwam Moe weer binnen. „Wat kijkt mijn naaistertje verdrietig, liggen de steekjes niet netjes genoeg?" „ja Moe, maar ik vind het zoo verdrietig, dat Truus en allemaal in de Kerstvacantie uit gaan, dan ben ik heelemaal alleen." Moe vond het ook heel naar voor haar kleine meiske, maar ze hielp ze toch om haar te troosten. „ja hoor, je blijft héélemaal alleen over, Pa en Moe gaan ook uit, Tini, dan blijf jij maar alleen hier in huis.' Tini lachte al weer een beetje, maar 't ging nog niet erg van harte, „Nee, Moe, dat weet ik wel, dat u bij me blijft, maar u kunt toch niet den heelen dag met me spelen Nee, dat moest Moe toch toegeven. „Kom, Tini, het valt misschien nog wel mee". Vroeger zou Tini al gauw gemopperd hebben, dat hij haar nu ook altijd alles tegenloopt, maar dat zei ze nu niet, al bleef ze wel stiller dan ze eerst geweest was. Mevrouw vroeg aan Truus hoe lang ze zou den gaan en Truus, blij dat ze al haar nieuws vertellen kon, vertelde, dat ze allemaal al een week voor Kerstmis zouden gana naar Groot moe. Pa zou vragen aan den meester of ze zoo lang vrij mochten van school. Grootmoe wilde het zoo graag hebben; omdat er van den zomer niets van gekomen was, toen was zus door haar ziekte te zwak geweest om weg te gaan en toen was het ook beter geweset, dat ze hier -bleef dan bij Grootmoe in de stad. En Truus raakte niet uitverteld over de heer lijkheden bij Grootmoe. Toen Truus weg was, vroeg Tini: „Moe, kunnen wij ook niet naar de stad gaan naar Oom Niek. Tante vindt het vast goed, als u het vraagt. Of vraag, of Oom hier komt, net als verleden jaar." Wordt yervolgd),

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1931 | | pagina 2