fë P.wlELtiOllWED DPOGI5TERXA Gemeenteraad. HOESJE VOO VROUW E Voor de Vrouw. Voor de Jeugd. SS SS S "Sb SS flfl flfl fl flfl wees gerustop die momenten kón zelfs de Wijze niet anders denken, willen en doen dan 'hij deedhij zocht 't beste, maar 't Noodlot beheerschte hemen daardoor moest hij soms toch nog 't slechtste ter wereld ontvangenmaar toch, de Wijzede common sense, 't nuchtere, natuurlijke, 't prac- tische en theoretische verstand bood de meeste kansen om gelukkig te zijn. Ze kenden niet: M ij n Raad zal bestaan en Ik zal al Mijn welbehagen doen. Hun vastigheid lag niet in den wil des Besluits, maar in den wil des noodlots. Stoïcijnen waren de materialisten, zooals ze zich later en nog in onze eeuw openbaarden: de Wereld is stof van eeuwig: in die wereld werkt eeuwige kracht in alle deeltjes; wat je ziet is er; wat je niet ziet, kan er zijn, mits het niet tegen de Rede strijdt. Stoïcijnen waren echte sensualisten en em piristen: niet gelooven op gezag; geen autoritair geloof, maar aanschouwen :en redelijk redenee ren op grond van wat je ziet met je oogen en hoort, en proeft, en denkt als verstandig mensch wat er dan gedacht zij, goed of slecht 't was de onbreekbare macht des Lots. En nu de Epicuristen, waarvan sprake is in onze Geloofsbelijdenis, art. 13. Daar staat zon der die boogjes Wij gelooven, dat die goede God, nadat Hij alle dingen geschapen had, deze niet heeft laten varen (zooals de D eïsten leeren), noch aan het geval of de fortuin heeft overge geven (zooals de Epicur. leeren), maar ze naar Zijn heiligen wil alzoo stiert en regeert (zooals de Theïsten leeren), dat in deze wereld niets geschiedt zonder Zijn ordonnantie; hoewel nochtans God noch auteur is, noch schuld heeft aan de zonde, die er ge schiedt (zooals de Arminianen con cludeerden op de Dordtsche Sy node 1618 in hun remonstrantie). Want Zijne macht en goedheid is zoo groot en onbegrijpelijk, dat Hij zeer wel en recht- vaardiglijk Zijn werk beschikt en doet, ook wanneer de duivelen en goddeloozen onrecht- vaardiglijk handelen. En aangaande hetgene Hij doet boven 't begrip des menschelijken ver stands, datzelve willen we niet curieuslijk (m e t nieuwsgierige bezorgdheid) onder zoeken, meer dan ons begrip verdragen kan; maar wij aanbidden met alle ootmoedigheid en eerbied de rechtvaardige oordeelen Gods, die ons verborgen zijn; ons tevreden houdende, dat wij leerjongeren van Christus zijn, om alleen te leeren hetgene Hij ons aanwijst in Zijn Woord, zonder deze palen te overschrijden (geen inleg-, maar uitlegkunde dus). Deze leering geeft ons een onuitsprekelijken troost, als wij door haar geleerd worden, dat ons niets bij geval overkomen kan (wat Epicurus leerde)maar door de beschikking onzes goedertieren hemelschen Vaders, (aan Epicurus onbekend), die voor ons waakt met een vaderlijke zorg, houdende alle schepselen' onder Zijn heerschappij, alzoo dat niet één haar van ons hoofd, want die zijn alle geteld; ook niet één muschken op de aarde vallen kan, zonder den wil onzes Vaders; waar op wij ons verlaten, wetende dat Hij de dui velen in toom houdt en alle onze vijanden, die ons, zonder Zijn toelating en wil niet schaden kunnenEn hierin verwerpen wij de verdoemelijke dwali n',g der E p i- cureën, dewelke zeggen, dat zich God nergens mee bemoeit, en alle dingen bij geval laat geschieden." Zoo spreekt onze Geref. Confessie. In een Dogmengeschiedenis lazen we, wel wat triviaal dezelfde gedachte van onze Confessie, aldus beknopt uitgedrukt: Epicurus (341,270 jaar voor C'hr) huldigde een natuurbeschouwing, die de mechanische verklaring der natuur van Democritus (460 v. Chr.) huldigt, d. i. de wereld uit vuur, en het geloof aan de Voorzie nigheid uitsluithij ontsloeg de zalige goden van alle zorgen voor de wereld en loochende de onsterfe lijkheid, opdat 'd e W ij ze door gee nerlei vrees voor het bovenna tuurlijke geplaagd, de gemoeds rust zou vinden, die in overeen stemming is met dat ideaal van godzaligheid, en door de Deugd g el e i d, 'het Geluk (Lust) zou ver krijgen en 't kwaad vermijden. Epicurus wordt voorgesteld als de wijsgeer van het zingenot; de man van den levenslol. Onze indruk is een gansch andere. Hij was een rustig, wikkend en wegend man, die prijs stelde op een kalm leven; een leven zonder schokken en stooten; van zielsrustgenieting; van leven in stemming en kalm ervaren. Omdat -hij een Deïst was, geloofde hij in 't zalig-niets-doen der goden; en in dien ongeschokten sfeer van lust- ervaren wilde hij ook leven. Natuurlijkieder voelt dit aanEpicurus stond op een uit stekend standpunt, zoolang hij Epicurus bleef, zoolang dat goden 'bewustzijn bleef; maar als hij en zijn volgelingen dat los laten, gaat 't zondige hart ook genot, rust vinden in de onbetamelijke dingen; „in de dingen- der wereld" en dan is de Epicuristische Lustleer een carricatuur van wat Epicurus onder rust en zaligheid der goden verstond. Zoo wordt het Schoonste dan 't Smerigste. En we durven niet te ontkennen, dat in de Epicuristische School en in dat Leven niet weinige dames en heeren zijn geweest, die 't Leven luchtig en lichter opnamen dan 't „in de School" werd geleerdwati n 1931 nog zoo is. 't Leven is wel eens anders dan Leer, Religie, School't leven staat lager dan de Leer. De O. T. dichter zong ook van die Epicu- rustische levenslust Maar mijn volk wou niet Naar Mijn stemme hooren, Israel verliet Mij en Mijn gehoon, 't Heeft zich andre goon Naar zijn lust, verkoren. En juist door die ernstige klove tusschen aller menschen Leven en Leer, was er ook onop houdelijke, vinnige strijd tusschen Stoïcijnen en Epicureërs. 't Was dezelfde strijd als tusschen Farizeërs en Sadduceërs in de dagen van 's Hee ren omwandeling: de moeizame, zoo levenver- terende strijd tusschen Theorie en Praktijk; tus schen Denken en Doen; tusschen den Paulini- schen Godsdienst, den redelijken', èn de beleving. De Stoïcijnen beleden 't Noodlot en be minden de Deugd des Wijzen, die alleen ziele- rust schonk; maarnatuurlijkals zij de Epicuristen zagen zondigen, als ze den Epicurust bezig zagen „in zijn natuur", dan protesteerde de Stoïcijn tegen dat „varkens leven" Dan, als bij den Epicurist, de mystieke zaligheid vervaagde en hij zijn genot en ge noegen vond in zondigen wellust, ja, dan walgde de Stoïcijn van zoo'n „Epicuristisc-h zwijn". 't Is in 1931 nog zoo. Er zitten ook heden nog zwijnen te midden der Religie, maar daar mee is de Religie niet veroordeeld, wel het zwijn. De Leer van Epicurus als bestendige zielsrust is absoluut heidensch goed wij zouden zeggen: Wees stil, mijn ziel't ga zoo 't wil, houd vast aan uw God. En David sterkte zich in den Heere, zijnen God. Helaas ons artikel moeten we hier afbreken, want niet alleen over de Epicuristische levens leer wilden we iets zeggen, maar ook over hun leer van 't Toeval. Ook 'hierin openbaarde zich bittere vijand schap tusschen Epicuristen en Stoïcijnen maar tegenover Paulus waren ze samen vrinden zooals Herodes en Pilatus ook vrinden waren tegenover den Heiland. Over Noodlot en Toeval enz. (D. V.) de volgende maal. J. v. d. W. Middelharnis, 17 October 1931. (Wordt vervolgd). Vergadering van den Raad der gemeente STAD AAN 'T HARINGVLIET op Dinsdag 13 October 1931, des voorm. 10 uur. Aanwezig met den Voorzitter alle leden. De VOORZITTER opent de vergadering met gebed, waarna de notulen der vorige vergadering worden gelezen en onveranderd goedgekeurd. Ingekomen stukken. De begrooting van den keuringsdienst van waren te Dordrecht voor den dienst 1932, waar op als bijdrage van deze gemeente is geraamd 145.86, welk stuk voor kennisgeving wordt aangenomen. Schoolartsendienst. Naar aanleiding van een schrijven van de Centrale Ouderraad van Goeree en Overflakkee betreffende het verleenen van J4 cent per in woner voor het voeren van actie ter verkrijging van een schoolartsendienst op dit eiland, stellen B. en W. voor geen bijdrage te verleenen, om dat in tijd van malaise geen nieuwe lasten op de gemeente kunnen worden gelegd en van meening zijn, dat hier wordt getreden op het terrein der ouders en de overheid daar geen roeping heeft. De heer WAGNER deelt het gevoelen van B. en W. en meent, dat de ouders er niet op gesteld zullen zijn, dat de overheid de zorg over hun kinderen overneemt. De heer BERK vraagt of het Rijk ook sub sidie verleent aan een in te stellen school artsendienst. De heer VAN SPRANG is ook voor het voor stel van B. en W„ doch acht de kosten niet de voornaamste reden. Hij wil rekening houden met het beginsel, dat dit ingrijpen van de over heid niet toelaat, hoewel de kosten natuurlijk ook als een bezwaar kunnen gelden. Stel het geval, dat een schoolartsendienst wordt ver kregen, dan is de gemeente ook verplicht het geen de betrokken arts voorschrijft 'en door de ouders niet kan worden betaald, voor eigen re kening te nemen. Een dergelijk besluit heeft z. i. zeer ver-strekkende gevolgen. De heer BERK meent, dat wanneer de ouders door tusschenkomst van een schoolarts op de hoogte worden gehouden met den gezondheids toestand van hun kinderen, zij erg dankbaar voor zulke rapporten1 zullen zijn. Na nog eenige bespreking wordt met alge- meene stemmen besloten niet in te gaan op het verzoek van den Centralen Ouderraad betref fende het verkrijgen van een schoolartsendienst. Plaatsing brandkranen. In verband met de aan te leggen drinkwater leiding is een verzoek ingekomen van de Ind. Mij. „Mabeg" over in deze gemeente te plaat sen brandkranen. Voor rekening van de Stichting worden in deze gemeente vijf spui-brandkranen geplaatst, terwijl voor de overige te plaatsen brandkranen de gemeente zal hebben te betalen 30 per brandkraan of een jaarlijksche betaling van 3. Op een bijgevoegde plattegrondteekening is door B. en W. aangegeven op welke plaatsen zij brandkranen noodig -oordeelen. Na eenige bespreking wordt besloten nevens de vijf voor rekening der stichting, zeven brand kranen voor rekening der gemeente te laten plaatsen De -kosten ad 210.zullen in eens worden voldaan. Ambtenarenreglement. De VOORZITTER stelt voor in verband met het ingekomen advies van den Bond van gemeenteambtenaren, dit advies bij de raads leden te laten circuleeren en het ambtenaren reglement in de volgende vergadering te be handelen. Hiertoe wordt besloten. Gemeentebegrooting dienst 1932. De VOORZITTER stelt nu aan de orde de behandeling der gemeentebegrooting dienst 1932 en vraagt of bezwaren bestaan tegen door B. en W. aangeboden begrooting. De heer VAN PAASSE acht het in dezen tijd van malaise noodig dat op de gemeente ambtenaren in plaats van 2 het maximum zijnde 8Yt als pensioenspremie wordt ver haald. De Regeering heeft ook voorstellen in gediend om de salarissen van de rijksambtena ren te verlagen en omdat alhier de salarissen niet kunnen worden verlaagd is m.i. de eenige weg meer pensioenverhaal op de gemeenteamb tenaren. De steeds goedkooper wordende le vensstandaard zou anders voor de ambtenaren een verhooging beteekenen. De heer BERK Ik kan mij geheel vereeni gen met het voorstel van den heer v. Paasse. De heer BRABER JLzn.Het is nog niet be kend of de voorgestelde verlaging der salaris sen' van de rijksambtenaren zal worden aange nomen. Mocht dit het geval zijn, dan is toch te verwachten dat Ged. Staten wel voorstellen zullen doen om de salarissen van de gemeente ambtenaren ook te verminderen. Ik acht het dan ook in dit stadium verkeerd het pensioen- verhaal op de ambtenaren te verhoogen, om dat dan mogelijk een dubbele salarisverminde ring zou plaats hebben. De heer VAN SPRANGEr wordt thans veel gesproken over hooge salarissen en al is nu moeilijk -uit te maken wanneer een salaris te hoog is, zou ik wel voor vermindering van salaris zijn in verband met de heerschende ma laise. Nu echter de gemeente niet kan besluiten tot salarisvermindering, omdat dit tot de com petentie van Ged. Staten behoort, acht ik het verkeerd door pensioenverhaal de salarissen te verminderen. Mijn meening is dat een werkge ver verplicht is te zorgen voor pensioen der werknemers en kan mij dus niet vereenigen met het voorstel van den heer v. Paasse. De heer WAGNER Door het verhalen op alle ambtenaren van &l/2 pensioen worden m.i. de ambtenaren met een laag salaris jjet meest getroffen. In vind dit erg onbillijk. De heer BERK Ik voel wel wat voor de opmerking van den heer Wagner en zou daar om de salarissen van den weegmeester en den -gemeentereiniger willen verhoogen met het be- drag dat wordt verhaald. De VOORZITTERv. d. Boogert verdient niet meer dan den gemeentereiniger. Waarom noemt U die niet Tusschen de heeren WAGNER en BERK ontstaat een discussie over het al of niet bil lijke van een regeling zooals Berk die voorstelt. Het voorstel van den heer v. Paasse wordt in stemming gebracht en verworpen met 5 te gen 2 stemmen. Voor de heeren van Paasse en Berk. De heer VAN SPRANG vraagt eenige in lichtingen over den post druk- en bindwerk, welke door den Voorzitter worden verstrekt. De heer BERKIk zou gaarne zien dat een post op de begrooting wordt geraamd voor werkverschaffing. Vermoedelijk zal ook hier a.s. winter wel werkloosheid zijn en dan kan het dagelijksch bestuur, wanneer een zeker bedrag is geraamd, deze zaak nader regelen. Wij ho pen natuurlijk dat het mie-t noodig zal blijken te zijn. De heer BRABER J.Lzn.Het lijkt mij be ter geen post op de begrooting te plaatsen. In dien later 'blijkt dat het noodig is voor werk verschaffing te zorgen kan de Raad zelf uit spraak doen, hoe moet worden gehandeld. De gelegenheid maakt een dief. De heer WAQNBRIk ben van meening dat bij werkloosheid moet worden gehandeld, maar acht het een -gevaar nu reeds een post op de begrooti-ng te plaatsen. Wanneer de werk gever weet dat de gemeente gelden beschikbaar heeft zou de mogelijkheid bestaan dat hij zijn arbeiders bedankt. De heer VAN PAASSE Men kan altijd nog maatregelen nemen, wanneer het noodig blijkt. De heer VAN SPRANGHet is voor deze gemeente altijd lastig. Wanneer de werkgevers uit Middelharnis, waartoch een groot gedeelte van de arbeiders uit deze gemeente werkzaam zijn, weten dat alhier steun wordt verleend, zullen zij gauw geneigd zijn hun arbeiders te ontslaan, omdat zij niet behoeven bij te dragen in de kosten van een steunregeling. Dit is voor de werkgevers in deze gemeente dan een strop, omdat zij boven het loon der arbeiders nog bij moeten dragen in den vorm van belasting voor de nalatigheid van werkgevers uit een andere gemeente. Bovendien -geloof ik en om die reden heb ik mijn stem uitgebracht op de thans zit tende wethouders, dat indien er nood is, zij met voorstellen zullen komen. De VOORZITTER vraagt den heer Berk of hij zijn voorstel in stemming wenscht te bren gen. De heer BERK deelt mede dat hij zijn voor stel intrekt. Hierna wordt de gemeentebegrooting dienst 1932 voorloopig vastgesteld als volgt: Gewo nen dienstOntvangsten -en Uitg. 47018.4?it- KapitaaldienstOntvangsten 3015.425, UI® gaven 2400.—, Batig slot 615.425. Rondvraag. De heer VAN PAASSEToen de verkeers- spiegel in de Nieuwstraat -werd geplaatst kon dit niet op de juiste plaats geschieden in ver band met een daar aanwezige telefoonpaal. Nu deze verwijderd is, kan de spiegel op de juiste plaats worden gebracht. De VOORZITTER zegt onderzoek toe. Niets meer te behandelen zijnde sluit de Voorzitter de vergadering. Abonné te M. Hierbij het gevraagde patroon. Ik zou u raden -bruingekleurde jute -te nemen. Dan kunt u voor de kleinen wol nemen licht bruin, geel, zwart en korenblauw. U kunt het nu op twee manieren doen. De ruimte, die op '-t patroon opengelaten is, kunt U op uw poef ook oningevuld laten en vooral als U di<e mooie bruingetinte jute hebt kan dit zeer wel. Ook kunt U de open vlakken alle bewerken met een tint wol. De ruimte buiten het patroon figuur zou ik dan van een andere tint nemen dan de open vlakken binnen het patroon. De randen kunt U telkens van verschillende tint nemen. De buitenste rand zwart. 'k Hoop U hiermede voldoende geholpen te hebben. Bij de groote van dit patroon heb ik op niet ite fijne jute gerekend. M'n beste nichtjes en neefjes 1 Dezen keer is de prijs gewonnen door HEN WALING te Ooltgensplaat. Over een nieuwen wedstrijd, waarnaar een paar al weer gevraagd hebben, moet ik eerst nog eens denken, hoor. Het wordt er nu weer een mooie tijd voor. Als 's avonds de lamp aan is, kun je er prach tig voor werken. Nu, binnenkort hooren jullie er dan wel nader van. Allemaal heel veel hartelijke groeten van jullie TANTE TRUUS. Nellie W, te Stad aan 't Haringvliet. Wat aardig, dat Hansje zoo van 't kleine zusje houdt. Hij wil er misschien wel mee spelen als jullie naar school zijn. Maar dat zal nu nog niet gaan. Wat zit jij 's morgens vroeg te schrijven. Hoe vroeg sta je dan wel op 'k Ben het heele- maal met je eens, hoor, als den heelen dag de lucht zoo donker blijft, wordt het 's avonds pas gezellig als de lamp opgaat. Heb je al 't werk al ingehaald op school Arie W, te Stad aan 't Haringvliet. Heb je al weer een nieuw boek met orgellessen, of moet je 't oude eerst nog eens vlug door spelen Wat is zusje een dikkertje, dat ze nu al zooveel weegt. Het is zeker wel heel wat werk om zelf voor je konijntjes te zorgen. Maar je hebt nog al hele wat gras in je buurt, dat scheelt. Hen W. te Ooltgensplaat, Het is toch maar fijn als je zoo telkens met je Vader kunt mee varen. Je gaat zoodoende nog al eens uit. En dan nog eens extra zoo'n toertje door de stad. Wel, als je nu weer gedoon school hebt, vind je dat ook weer prettig, vooral als er van die mooie nieuwe banken zijn. Dan lijkt alles da delijk veel gezelliger, 'k Zal doen wat je ge vraagd hebt, hoor. De familie in Maasland, de hartelijke groeten van de familie W. in Oolt gensplaat. Cornelia R, te Nieuwe Tonge. Ja, een enkele maal rijd ik wel eens door Nieuwe Tonge. Als ik tijd heb wil ik dan graag eens aankomen. Je moet denken, dat is met de meesten in onze raadselfamilie zoo, ze schrijven me lange brieven en ze hebben me nog niet gezien. Toch lijkt het mij of ik jullie allemaal ken, dat komt door de lange 'brieven, die ik krijg. Daar leer ik jullie uit kennen. En ik heb ook al een aardig sta- jeltje protretten. Jan W. te Stad aan 't Haringvliet, Die som men waren keurig in orde, ik heb er geen enkel foutje in gevonden. Je sommen beginnen al moeilijk te worden. Klein zusje is dan al flink gegroeid. Is ze altijd zoet? Bram W. te Stad aan 't Haringvliet. Dank voor je nieuwe raadsel. Je vroeg waarom ik jou niet geantwoord had. Wel, anders had ik wel drie keer over zus geschreven. Toen heb ik het maar verdeeld. Ik herinner me nog wel, dat je toen ook de rij van jullie namen opschreef. Nu, dat is wel goed, want anders zou ik in de war bbflbflbbbbbesflflbbbflbflbbbbfl flfl bh bflflflflbflflbbflbbflflflflflbflflbbfl bi bb bb bb bb bbbbbflfl bb hbbbbbb bb BB bb bb bb bb bb bb bb BB bb bb bb BB bb bbbbbbbbbbbbbbbb bbbbbbbbbbbbbbbb bb bb bbbbbbbbbbbbbbbbb bbbbbbbbbbbbbbbbb bb BB BBBBB BBBBB Baa bb BBI IBB BB BB bb BB BB bbbb bbbb bb BBBBBBBB bb B a bb BB b B bb bb b B BB bb B bb bb b BB b B BB bb B B bb bbbbbbb bbbbbbb bb am bb bb SB bb bb bbbbbbb bi bbbbbbb bb bbbbbbbbbb b BBflflB BBBB B TB 1_ bbbbbhhbbbbbabbbbbbbbb~ï b bbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbb 4 b bbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbb b bbbb - BB. bb bb [bbbbbbb bbbbbbb BB bb bb bbbbbbbbbbbbbb b bb bb bb bb b bbb bbbbbbbbbbbb bbb bb bbbbbbbbbbbbbb b bb bbbbbbbbbbbbbb b bb bs bbbbbbbbbbbbbbbbb bb bbbbbbbbbbbbbbbbb bb bb b b b BBB BBBB B B BBBBBBBBBB bbbbbbbbbbbb bbbb bbb bbb b bbbbbbbbbbi bbbb fl bbbbbbbbbbi bbb r ■bbb bbb bb bb bb bb bbbbbbbbbbbbbbbb bb bb bb bbbbbbb BBBBBBB bhbbbbbbbbbbbbbbbbbbb bbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbb bbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbb bbbbb b b b b„ B liiiiira b bb b - bb fl bb bb BBBBBBBBBBBBBBBB bb bbbbbbb bb bb bbbbbbb bbbbb bbbbbbbb i bb bbbbbbbb4 bb bb bb mbb bb bb bb bbbbbbb bbbbb bbbbbbb bbbbbbb bbbbbbb bbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbb flfl bbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbb bb BB BB BB BB BBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBB BBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBB raken, 'k heb jullie ook in zoo'n poos niet gezien. Neeltje N. te Zuidland. Doe maar goed je best, dan is het sloop gauw af. Het is wel een precies werkje. Maar als het af is, is het ook een aardig stuk. Sibilla N, te Zuidland, O wee, daar kom ik slecht af van deze week. Was er zoo weimjf nieuws, dat je me niets te vertellen had dmgl de oplossingen Mien van der K. te Alphen aan den Rijn- Wat hebben jullie een visite gehad. Dat was een heel gezin toen de Jongelingsvereeniging uit Andelst er was. Ze zijn jullie dan nog lang niet vergeten dn Andelst. Wat zullen jullie met je vorige buurmeisjes veel te vertellen hebben ge had. '-t Is jammer, dat Gretha -het zoo druk heeft op de H. B. S., dat mijn brieven er bij inschieten. Ik kreeg hier al gauw bericht, toen ze geslaagd was. Je raadt zeker wel van wien. De groeten aan Gretha. Gerrit P, te Numansdorp. Dat is voor jullie zeker jammer, dat die boot niet meer vaart. Ik geloof niet, hoor, dat je binnenkort hierheen kunt vliegen. Dat zal nog wel een poosje duren. Wel ja, hoor, ik zou wel mee durven. Wat ge zellig 's avonds hé, als je zoo kunt spelen J-e hebt het aardig verzonnen met die batterij op je auto. Doe je Pa en Moe de groeten terug. Riek P. te Numansdorp, Je brief kreeg ik nog tijdig dn mijn bezit, 't Is prettig, dat je zoo bij je vriendinnetje speelt. Buiten spelen is nu wel afgeloopen. Over zwemmen moet je nu maar niet praten, hoor 1 Brr, zoo koud. Ik ga nu liever aan de kachel denken. Dat is -nu ge zelliger. Arie W. van der V. te Melissant. Je brief was -toch nog tijdig genoeg bij mij, hoor. En dan om die reden neem ik het niet kwalijk, al was hij een dag later geweest. Gezellig, dat op school de banken en borden vernieuwd zijn. In school moet het ook prettig zijn, hé Dan ga je er echt -graag naar toe. j i ijr n f,i De oplossingen zijn I. Zaag, ham of hark. II. Kachelpijp, schoorsteenpijp. III. Om den hals. - i. Nieuwe raadsels I. Verborgen visschen. Blijkbaar snapte hij nog niet veel van de sommen. Het is waar. Jan heeft je geslagen, maar jij schold hem uit en dat is net zoo erg. Heb je niets ander dan dit botte mes II. Ingezonden doop Bram. W, te Stad aan 't Haringvliet In een trein zaten in een1 wagon eerste klasse zeven menschen, en in een wagon tweede klasse ook zeven. Wie reden harder III. Welke bloemen zet men niet in een vaas De oplossingen kunnen, met vermelding van naam, -voornaam, leeftijd en adres, tot Vrijdag 23 October worden gezonden aan; TANTE TRUUS, Bureau „Maas- en Scheldebode", SOMMELSDIJK.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1931 | | pagina 4