fë P.wlELtiOllWED
DPOGI5TERXA
Gemeenteraad.
HOESJE VOO
VROUW E
Voor de Vrouw.
Voor de Jeugd.
SS
SS
S
"Sb SS
flfl
flfl
fl
flfl
wees gerustop die momenten kón zelfs
de Wijze niet anders denken, willen en
doen dan 'hij deedhij zocht 't beste, maar
't Noodlot beheerschte hemen daardoor
moest hij soms toch nog 't slechtste ter wereld
ontvangenmaar toch, de Wijzede
common sense, 't nuchtere, natuurlijke, 't prac-
tische en theoretische verstand bood de meeste
kansen om gelukkig te zijn.
Ze kenden niet: M ij n Raad zal bestaan
en Ik zal al Mijn welbehagen doen. Hun
vastigheid lag niet in den wil des Besluits,
maar in den wil des noodlots.
Stoïcijnen waren de materialisten, zooals ze
zich later en nog in onze eeuw openbaarden:
de Wereld is stof van eeuwig: in die wereld
werkt eeuwige kracht in alle deeltjes; wat je
ziet is er; wat je niet ziet, kan er zijn,
mits het niet tegen de Rede strijdt.
Stoïcijnen waren echte sensualisten en em
piristen: niet gelooven op gezag; geen autoritair
geloof, maar aanschouwen :en redelijk redenee
ren op grond van wat je ziet met je oogen en
hoort, en proeft, en denkt als verstandig mensch
wat er dan gedacht zij, goed of slecht
't was de onbreekbare macht des Lots.
En nu de Epicuristen, waarvan sprake is in
onze Geloofsbelijdenis, art. 13. Daar staat zon
der die boogjes
Wij gelooven, dat die goede God, nadat Hij
alle dingen geschapen had, deze niet heeft laten
varen (zooals de D eïsten leeren),
noch aan het geval of de fortuin heeft overge
geven (zooals de Epicur. leeren),
maar ze naar Zijn heiligen wil alzoo stiert en
regeert (zooals de Theïsten leeren),
dat in deze wereld niets geschiedt zonder Zijn
ordonnantie; hoewel nochtans God noch auteur
is, noch schuld heeft aan de zonde, die er ge
schiedt (zooals de Arminianen con
cludeerden op de Dordtsche Sy
node 1618 in hun remonstrantie).
Want Zijne macht en goedheid is zoo groot
en onbegrijpelijk, dat Hij zeer wel en recht-
vaardiglijk Zijn werk beschikt en doet, ook
wanneer de duivelen en goddeloozen onrecht-
vaardiglijk handelen. En aangaande hetgene Hij
doet boven 't begrip des menschelijken ver
stands, datzelve willen we niet curieuslijk (m e t
nieuwsgierige bezorgdheid) onder
zoeken, meer dan ons begrip verdragen kan;
maar wij aanbidden met alle ootmoedigheid en
eerbied de rechtvaardige oordeelen Gods, die
ons verborgen zijn; ons tevreden houdende, dat
wij leerjongeren van Christus zijn, om alleen
te leeren hetgene Hij ons aanwijst in Zijn
Woord, zonder deze palen te overschrijden
(geen inleg-, maar uitlegkunde dus). Deze
leering geeft ons een onuitsprekelijken troost,
als wij door haar geleerd worden, dat ons
niets bij geval overkomen kan (wat
Epicurus leerde)maar door de beschikking
onzes goedertieren hemelschen Vaders, (aan
Epicurus onbekend), die voor ons
waakt met een vaderlijke zorg, houdende alle
schepselen' onder Zijn heerschappij, alzoo dat
niet één haar van ons hoofd, want die zijn alle
geteld; ook niet één muschken op de aarde
vallen kan, zonder den wil onzes Vaders; waar
op wij ons verlaten, wetende dat Hij de dui
velen in toom houdt en alle onze vijanden, die
ons, zonder Zijn toelating en wil niet schaden
kunnenEn hierin verwerpen wij
de verdoemelijke dwali n',g der E p i-
cureën, dewelke zeggen, dat zich
God nergens mee bemoeit, en alle
dingen bij geval laat geschieden."
Zoo spreekt onze Geref. Confessie.
In een Dogmengeschiedenis lazen we, wel wat
triviaal dezelfde gedachte van onze Confessie,
aldus beknopt uitgedrukt: Epicurus (341,270
jaar voor C'hr) huldigde een natuurbeschouwing,
die de mechanische verklaring der natuur van
Democritus (460 v. Chr.) huldigt, d. i. de
wereld uit vuur, en het geloof aan de Voorzie
nigheid uitsluithij ontsloeg de zalige
goden van alle zorgen voor de
wereld en loochende de onsterfe
lijkheid, opdat 'd e W ij ze door gee
nerlei vrees voor het bovenna
tuurlijke geplaagd, de gemoeds
rust zou vinden, die in overeen
stemming is met dat ideaal van
godzaligheid, en door de Deugd
g el e i d, 'het Geluk (Lust) zou ver
krijgen en 't kwaad vermijden.
Epicurus wordt voorgesteld als de wijsgeer
van het zingenot; de man van den levenslol.
Onze indruk is een gansch andere. Hij was een
rustig, wikkend en wegend man, die prijs stelde
op een kalm leven; een leven zonder schokken
en stooten; van zielsrustgenieting; van leven in
stemming en kalm ervaren. Omdat -hij een Deïst
was, geloofde hij in 't zalig-niets-doen der
goden; en in dien ongeschokten sfeer van lust-
ervaren wilde hij ook leven. Natuurlijkieder
voelt dit aanEpicurus stond op een uit
stekend standpunt, zoolang hij Epicurus bleef,
zoolang dat goden 'bewustzijn bleef; maar
als hij en zijn volgelingen dat los laten, gaat
't zondige hart ook genot, rust vinden in
de onbetamelijke dingen; „in de dingen- der
wereld" en dan is de Epicuristische Lustleer
een carricatuur van wat Epicurus onder rust
en zaligheid der goden verstond. Zoo wordt
het Schoonste dan 't Smerigste. En we durven
niet te ontkennen, dat in de Epicuristische
School en in dat Leven niet weinige dames en
heeren zijn geweest, die 't Leven luchtig en
lichter opnamen dan 't „in de School" werd
geleerdwati n 1931 nog zoo is.
't Leven is wel eens anders dan Leer, Religie,
School't leven staat lager dan de Leer.
De O. T. dichter zong ook van die Epicu-
rustische levenslust
Maar mijn volk wou niet
Naar Mijn stemme hooren,
Israel verliet
Mij en Mijn gehoon,
't Heeft zich andre goon
Naar zijn lust, verkoren.
En juist door die ernstige klove tusschen aller
menschen Leven en Leer, was er ook onop
houdelijke, vinnige strijd tusschen Stoïcijnen en
Epicureërs. 't Was dezelfde strijd als tusschen
Farizeërs en Sadduceërs in de dagen van 's Hee
ren omwandeling: de moeizame, zoo levenver-
terende strijd tusschen Theorie en Praktijk; tus
schen Denken en Doen; tusschen den Paulini-
schen Godsdienst, den redelijken', èn de beleving.
De Stoïcijnen beleden 't Noodlot en be
minden de Deugd des Wijzen, die alleen ziele-
rust schonk; maarnatuurlijkals zij
de Epicuristen zagen zondigen, als ze den
Epicurust bezig zagen „in zijn natuur", dan
protesteerde de Stoïcijn tegen dat „varkens
leven" Dan, als bij den Epicurist, de mystieke
zaligheid vervaagde en hij zijn genot en ge
noegen vond in zondigen wellust, ja, dan walgde
de Stoïcijn van zoo'n „Epicuristisc-h zwijn".
't Is in 1931 nog zoo. Er zitten ook heden
nog zwijnen te midden der Religie, maar daar
mee is de Religie niet veroordeeld, wel het
zwijn.
De Leer van Epicurus als bestendige zielsrust
is absoluut heidensch goed wij zouden zeggen:
Wees stil, mijn ziel't ga zoo 't wil, houd
vast aan uw God. En David sterkte zich in
den Heere, zijnen God.
Helaas ons artikel moeten we hier afbreken,
want niet alleen over de Epicuristische levens
leer wilden we iets zeggen, maar ook over hun
leer van 't Toeval.
Ook 'hierin openbaarde zich bittere vijand
schap tusschen Epicuristen en Stoïcijnen
maar tegenover Paulus waren ze samen vrinden
zooals Herodes en Pilatus ook vrinden
waren tegenover den Heiland.
Over Noodlot en Toeval enz. (D. V.) de
volgende maal.
J. v. d. W.
Middelharnis, 17 October 1931.
(Wordt vervolgd).
Vergadering van den Raad der gemeente
STAD AAN 'T HARINGVLIET op
Dinsdag 13 October 1931, des voorm.
10 uur.
Aanwezig met den Voorzitter alle leden.
De VOORZITTER opent de vergadering met
gebed, waarna de notulen der vorige vergadering
worden gelezen en onveranderd goedgekeurd.
Ingekomen stukken.
De begrooting van den keuringsdienst van
waren te Dordrecht voor den dienst 1932, waar
op als bijdrage van deze gemeente is geraamd
145.86, welk stuk voor kennisgeving wordt
aangenomen.
Schoolartsendienst.
Naar aanleiding van een schrijven van de
Centrale Ouderraad van Goeree en Overflakkee
betreffende het verleenen van J4 cent per in
woner voor het voeren van actie ter verkrijging
van een schoolartsendienst op dit eiland, stellen
B. en W. voor geen bijdrage te verleenen, om
dat in tijd van malaise geen nieuwe lasten op
de gemeente kunnen worden gelegd en van
meening zijn, dat hier wordt getreden op het
terrein der ouders en de overheid daar geen
roeping heeft.
De heer WAGNER deelt het gevoelen van
B. en W. en meent, dat de ouders er niet op
gesteld zullen zijn, dat de overheid de zorg over
hun kinderen overneemt.
De heer BERK vraagt of het Rijk ook sub
sidie verleent aan een in te stellen school
artsendienst.
De heer VAN SPRANG is ook voor het voor
stel van B. en W„ doch acht de kosten niet
de voornaamste reden. Hij wil rekening houden
met het beginsel, dat dit ingrijpen van de over
heid niet toelaat, hoewel de kosten natuurlijk
ook als een bezwaar kunnen gelden. Stel het
geval, dat een schoolartsendienst wordt ver
kregen, dan is de gemeente ook verplicht het
geen de betrokken arts voorschrijft 'en door de
ouders niet kan worden betaald, voor eigen re
kening te nemen. Een dergelijk besluit heeft
z. i. zeer ver-strekkende gevolgen.
De heer BERK meent, dat wanneer de ouders
door tusschenkomst van een schoolarts op de
hoogte worden gehouden met den gezondheids
toestand van hun kinderen, zij erg dankbaar
voor zulke rapporten1 zullen zijn.
Na nog eenige bespreking wordt met alge-
meene stemmen besloten niet in te gaan op het
verzoek van den Centralen Ouderraad betref
fende het verkrijgen van een schoolartsendienst.
Plaatsing brandkranen.
In verband met de aan te leggen drinkwater
leiding is een verzoek ingekomen van de Ind.
Mij. „Mabeg" over in deze gemeente te plaat
sen brandkranen.
Voor rekening van de Stichting worden in
deze gemeente vijf spui-brandkranen geplaatst,
terwijl voor de overige te plaatsen brandkranen
de gemeente zal hebben te betalen 30 per
brandkraan of een jaarlijksche betaling van 3.
Op een bijgevoegde plattegrondteekening is
door B. en W. aangegeven op welke plaatsen
zij brandkranen noodig -oordeelen.
Na eenige bespreking wordt besloten nevens
de vijf voor rekening der stichting, zeven brand
kranen voor rekening der gemeente te laten
plaatsen De -kosten ad 210.zullen in eens
worden voldaan.
Ambtenarenreglement.
De VOORZITTER stelt voor in verband
met het ingekomen advies van den Bond van
gemeenteambtenaren, dit advies bij de raads
leden te laten circuleeren en het ambtenaren
reglement in de volgende vergadering te be
handelen. Hiertoe wordt besloten.
Gemeentebegrooting dienst 1932.
De VOORZITTER stelt nu aan de orde
de behandeling der gemeentebegrooting dienst
1932 en vraagt of bezwaren bestaan tegen door
B. en W. aangeboden begrooting.
De heer VAN PAASSE acht het in dezen
tijd van malaise noodig dat op de gemeente
ambtenaren in plaats van 2 het maximum
zijnde 8Yt als pensioenspremie wordt ver
haald. De Regeering heeft ook voorstellen in
gediend om de salarissen van de rijksambtena
ren te verlagen en omdat alhier de salarissen
niet kunnen worden verlaagd is m.i. de eenige
weg meer pensioenverhaal op de gemeenteamb
tenaren. De steeds goedkooper wordende le
vensstandaard zou anders voor de ambtenaren
een verhooging beteekenen.
De heer BERK Ik kan mij geheel vereeni
gen met het voorstel van den heer v. Paasse.
De heer BRABER JLzn.Het is nog niet be
kend of de voorgestelde verlaging der salaris
sen' van de rijksambtenaren zal worden aange
nomen. Mocht dit het geval zijn, dan is toch
te verwachten dat Ged. Staten wel voorstellen
zullen doen om de salarissen van de gemeente
ambtenaren ook te verminderen. Ik acht het
dan ook in dit stadium verkeerd het pensioen-
verhaal op de ambtenaren te verhoogen, om
dat dan mogelijk een dubbele salarisverminde
ring zou plaats hebben.
De heer VAN SPRANGEr wordt thans
veel gesproken over hooge salarissen en al is
nu moeilijk -uit te maken wanneer een salaris
te hoog is, zou ik wel voor vermindering van
salaris zijn in verband met de heerschende ma
laise. Nu echter de gemeente niet kan besluiten
tot salarisvermindering, omdat dit tot de com
petentie van Ged. Staten behoort, acht ik het
verkeerd door pensioenverhaal de salarissen te
verminderen. Mijn meening is dat een werkge
ver verplicht is te zorgen voor pensioen der
werknemers en kan mij dus niet vereenigen met
het voorstel van den heer v. Paasse.
De heer WAGNER Door het verhalen op
alle ambtenaren van &l/2 pensioen worden
m.i. de ambtenaren met een laag salaris jjet
meest getroffen. In vind dit erg onbillijk.
De heer BERK Ik voel wel wat voor de
opmerking van den heer Wagner en zou daar
om de salarissen van den weegmeester en den
-gemeentereiniger willen verhoogen met het be-
drag dat wordt verhaald.
De VOORZITTERv. d. Boogert verdient
niet meer dan den gemeentereiniger. Waarom
noemt U die niet
Tusschen de heeren WAGNER en BERK
ontstaat een discussie over het al of niet bil
lijke van een regeling zooals Berk die voorstelt.
Het voorstel van den heer v. Paasse wordt
in stemming gebracht en verworpen met 5 te
gen 2 stemmen. Voor de heeren van Paasse en
Berk.
De heer VAN SPRANG vraagt eenige in
lichtingen over den post druk- en bindwerk,
welke door den Voorzitter worden verstrekt.
De heer BERKIk zou gaarne zien dat een
post op de begrooting wordt geraamd voor
werkverschaffing. Vermoedelijk zal ook hier a.s.
winter wel werkloosheid zijn en dan kan het
dagelijksch bestuur, wanneer een zeker bedrag
is geraamd, deze zaak nader regelen. Wij ho
pen natuurlijk dat het mie-t noodig zal blijken te
zijn.
De heer BRABER J.Lzn.Het lijkt mij be
ter geen post op de begrooting te plaatsen. In
dien later 'blijkt dat het noodig is voor werk
verschaffing te zorgen kan de Raad zelf uit
spraak doen, hoe moet worden gehandeld. De
gelegenheid maakt een dief.
De heer WAQNBRIk ben van meening
dat bij werkloosheid moet worden gehandeld,
maar acht het een -gevaar nu reeds een post
op de begrooti-ng te plaatsen. Wanneer de werk
gever weet dat de gemeente gelden beschikbaar
heeft zou de mogelijkheid bestaan dat hij zijn
arbeiders bedankt.
De heer VAN PAASSE Men kan altijd nog
maatregelen nemen, wanneer het noodig blijkt.
De heer VAN SPRANGHet is voor deze
gemeente altijd lastig. Wanneer de werkgevers
uit Middelharnis, waartoch een groot gedeelte
van de arbeiders uit deze gemeente werkzaam
zijn, weten dat alhier steun wordt verleend,
zullen zij gauw geneigd zijn hun arbeiders te
ontslaan, omdat zij niet behoeven bij te dragen
in de kosten van een steunregeling. Dit is voor
de werkgevers in deze gemeente dan een strop,
omdat zij boven het loon der arbeiders nog bij
moeten dragen in den vorm van belasting voor
de nalatigheid van werkgevers uit een andere
gemeente. Bovendien -geloof ik en om die reden
heb ik mijn stem uitgebracht op de thans zit
tende wethouders, dat indien er nood is, zij
met voorstellen zullen komen.
De VOORZITTER vraagt den heer Berk of
hij zijn voorstel in stemming wenscht te bren
gen.
De heer BERK deelt mede dat hij zijn voor
stel intrekt.
Hierna wordt de gemeentebegrooting dienst
1932 voorloopig vastgesteld als volgt: Gewo
nen dienstOntvangsten -en Uitg. 47018.4?it-
KapitaaldienstOntvangsten 3015.425, UI®
gaven 2400.—, Batig slot 615.425.
Rondvraag.
De heer VAN PAASSEToen de verkeers-
spiegel in de Nieuwstraat -werd geplaatst kon
dit niet op de juiste plaats geschieden in ver
band met een daar aanwezige telefoonpaal. Nu
deze verwijderd is, kan de spiegel op de juiste
plaats worden gebracht.
De VOORZITTER zegt onderzoek toe.
Niets meer te behandelen zijnde sluit de
Voorzitter de vergadering.
Abonné te M. Hierbij het gevraagde patroon.
Ik zou u raden -bruingekleurde jute -te nemen.
Dan kunt u voor de kleinen wol nemen licht
bruin, geel, zwart en korenblauw.
U kunt het nu op twee manieren doen.
De ruimte, die op '-t patroon opengelaten is,
kunt U op uw poef ook oningevuld laten en
vooral als U di<e mooie bruingetinte jute hebt
kan dit zeer wel.
Ook kunt U de open vlakken alle bewerken
met een tint wol.
De ruimte buiten het patroon figuur zou ik
dan van een andere tint nemen dan de open
vlakken binnen het patroon.
De randen kunt U telkens van verschillende
tint nemen. De buitenste rand zwart.
'k Hoop U hiermede voldoende geholpen te
hebben. Bij de groote van dit patroon heb ik
op niet ite fijne jute gerekend.
M'n beste nichtjes en neefjes 1
Dezen keer is de prijs gewonnen door
HEN WALING te Ooltgensplaat.
Over een nieuwen wedstrijd, waarnaar een
paar al weer gevraagd hebben, moet ik eerst
nog eens denken, hoor.
Het wordt er nu weer een mooie tijd voor.
Als 's avonds de lamp aan is, kun je er prach
tig voor werken.
Nu, binnenkort hooren jullie er dan wel nader
van.
Allemaal heel veel hartelijke groeten van
jullie TANTE TRUUS.
Nellie W, te Stad aan 't Haringvliet. Wat
aardig, dat Hansje zoo van 't kleine zusje houdt.
Hij wil er misschien wel mee spelen als jullie
naar school zijn. Maar dat zal nu nog niet
gaan. Wat zit jij 's morgens vroeg te schrijven.
Hoe vroeg sta je dan wel op 'k Ben het heele-
maal met je eens, hoor, als den heelen dag de
lucht zoo donker blijft, wordt het 's avonds
pas gezellig als de lamp opgaat. Heb je al 't
werk al ingehaald op school
Arie W, te Stad aan 't Haringvliet. Heb je
al weer een nieuw boek met orgellessen, of
moet je 't oude eerst nog eens vlug door
spelen Wat is zusje een dikkertje, dat ze nu
al zooveel weegt. Het is zeker wel heel wat
werk om zelf voor je konijntjes te zorgen. Maar
je hebt nog al hele wat gras in je buurt, dat
scheelt.
Hen W. te Ooltgensplaat, Het is toch maar
fijn als je zoo telkens met je Vader kunt mee
varen. Je gaat zoodoende nog al eens uit. En
dan nog eens extra zoo'n toertje door de stad.
Wel, als je nu weer gedoon school hebt, vind
je dat ook weer prettig, vooral als er van die
mooie nieuwe banken zijn. Dan lijkt alles da
delijk veel gezelliger, 'k Zal doen wat je ge
vraagd hebt, hoor. De familie in Maasland, de
hartelijke groeten van de familie W. in Oolt
gensplaat.
Cornelia R, te Nieuwe Tonge. Ja, een enkele
maal rijd ik wel eens door Nieuwe Tonge. Als
ik tijd heb wil ik dan graag eens aankomen. Je
moet denken, dat is met de meesten in onze
raadselfamilie zoo, ze schrijven me lange brieven
en ze hebben me nog niet gezien. Toch lijkt het
mij of ik jullie allemaal ken, dat komt door de
lange 'brieven, die ik krijg. Daar leer ik jullie
uit kennen. En ik heb ook al een aardig sta-
jeltje protretten.
Jan W. te Stad aan 't Haringvliet, Die som
men waren keurig in orde, ik heb er geen enkel
foutje in gevonden. Je sommen beginnen al
moeilijk te worden. Klein zusje is dan al flink
gegroeid. Is ze altijd zoet?
Bram W. te Stad aan 't Haringvliet. Dank
voor je nieuwe raadsel. Je vroeg waarom ik jou
niet geantwoord had. Wel, anders had ik wel
drie keer over zus geschreven. Toen heb ik het
maar verdeeld. Ik herinner me nog wel, dat je
toen ook de rij van jullie namen opschreef. Nu,
dat is wel goed, want anders zou ik in de war
bbflbflbbbbbesflflbbbflbflbbbbfl flfl
bh bflflflflbflflbbflbbflflflflflbflflbbfl bi
bb bb
bb
bb bbbbbflfl
bb
hbbbbbb
bb BB bb
bb bb
bb bb
bb bb
BB
bb bb
bb
BB bb
bbbbbbbbbbbbbbbb
bbbbbbbbbbbbbbbb bb
bb bbbbbbbbbbbbbbbbb
bbbbbbbbbbbbbbbbb
bb BB
BBBBB
BBBBB
Baa
bb
BBI
IBB
BB
BB
bb
BB
BB
bbbb
bbbb
bb
BBBBBBBB
bb
B
a
bb
BB
b
B
bb
bb
b
B
BB
bb
B
bb
bb
b
BB
b
B
BB
bb
B
B
bb
bbbbbbb
bbbbbbb
bb am
bb
bb
SB
bb bb
bbbbbbb bi
bbbbbbb bb
bbbbbbbbbb b
BBflflB BBBB B TB 1_
bbbbbhhbbbbbabbbbbbbbb~ï b
bbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbb 4 b
bbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbb b
bbbb -
BB.
bb
bb
[bbbbbbb
bbbbbbb
BB
bb bb bbbbbbbbbbbbbb b
bb
bb
bb bb b bbb
bbbbbbbbbbbb
bbb
bb bbbbbbbbbbbbbb b
bb bbbbbbbbbbbbbb b
bb
bs bbbbbbbbbbbbbbbbb
bb bbbbbbbbbbbbbbbbb
bb
bb
b
b
b
BBB
BBBB B B
BBBBBBBBBB
bbbbbbbbbbbb
bbbb bbb
bbb b bbbbbbbbbbi
bbbb fl bbbbbbbbbbi
bbb r
■bbb
bbb
bb bb
bb bb
bbbbbbbbbbbbbbbb
bb
bb
bb
bbbbbbb
BBBBBBB
bhbbbbbbbbbbbbbbbbbbb
bbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbb
bbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbb
bbbbb b b b b„
B liiiiira
b bb
b - bb
fl bb
bb
BBBBBBBBBBBBBBBB
bb bbbbbbb bb
bb bbbbbbb bbbbb
bbbbbbbb i bb
bbbbbbbb4 bb bb bb
mbb bb bb
bb bbbbbbb
bbbbb bbbbbbb
bbbbbbb
bbbbbbb
bbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbb flfl
bbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbbb bb
BB
BB
BB BB
BBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBB
BBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBB
raken, 'k heb jullie ook in zoo'n poos niet
gezien.
Neeltje N. te Zuidland. Doe maar goed je
best, dan is het sloop gauw af. Het is wel een
precies werkje. Maar als het af is, is het ook
een aardig stuk.
Sibilla N, te Zuidland, O wee, daar kom
ik slecht af van deze week. Was er zoo weimjf
nieuws, dat je me niets te vertellen had dmgl
de oplossingen
Mien van der K. te Alphen aan den Rijn-
Wat hebben jullie een visite gehad. Dat was
een heel gezin toen de Jongelingsvereeniging uit
Andelst er was. Ze zijn jullie dan nog lang niet
vergeten dn Andelst. Wat zullen jullie met je
vorige buurmeisjes veel te vertellen hebben ge
had. '-t Is jammer, dat Gretha -het zoo druk
heeft op de H. B. S., dat mijn brieven er bij
inschieten. Ik kreeg hier al gauw bericht, toen
ze geslaagd was. Je raadt zeker wel van wien.
De groeten aan Gretha.
Gerrit P, te Numansdorp. Dat is voor jullie
zeker jammer, dat die boot niet meer vaart.
Ik geloof niet, hoor, dat je binnenkort hierheen
kunt vliegen. Dat zal nog wel een poosje duren.
Wel ja, hoor, ik zou wel mee durven. Wat ge
zellig 's avonds hé, als je zoo kunt spelen
J-e hebt het aardig verzonnen met die batterij op
je auto. Doe je Pa en Moe de groeten terug.
Riek P. te Numansdorp, Je brief kreeg ik
nog tijdig dn mijn bezit, 't Is prettig, dat je zoo
bij je vriendinnetje speelt. Buiten spelen is nu
wel afgeloopen. Over zwemmen moet je nu maar
niet praten, hoor 1 Brr, zoo koud. Ik ga nu
liever aan de kachel denken. Dat is -nu ge
zelliger.
Arie W. van der V. te Melissant. Je brief
was -toch nog tijdig genoeg bij mij, hoor. En
dan om die reden neem ik het niet kwalijk, al
was hij een dag later geweest. Gezellig, dat op
school de banken en borden vernieuwd zijn. In
school moet het ook prettig zijn, hé Dan ga
je er echt -graag naar toe.
j i ijr n f,i
De oplossingen zijn
I. Zaag, ham of hark.
II. Kachelpijp, schoorsteenpijp.
III. Om den hals.
- i.
Nieuwe raadsels
I. Verborgen visschen.
Blijkbaar snapte hij nog niet veel van de
sommen.
Het is waar. Jan heeft je geslagen, maar jij
schold hem uit en dat is net zoo erg.
Heb je niets ander dan dit botte mes
II. Ingezonden doop Bram. W, te Stad aan
't Haringvliet
In een trein zaten in een1 wagon eerste klasse
zeven menschen, en in een wagon tweede klasse
ook zeven. Wie reden harder
III. Welke bloemen zet men niet in een
vaas
De oplossingen kunnen, met vermelding van
naam, -voornaam, leeftijd en adres, tot Vrijdag
23 October worden gezonden aan;
TANTE TRUUS,
Bureau „Maas- en Scheldebode",
SOMMELSDIJK.