VÊ
F
HlellschoeBen
Priisueriaging
flrehshoes
No. 3786
mi nummer Desiaal uil Brie Biaaen
tweede blad.
RGROOTE
VAN OS N.V.
ROTTERDAM! I
O T O'S 20
LIHI-MMMI3!
TNWOCSIGNOWSES
Zaterdag 3 October 1931.
SCHAAKRUBRIEK.
DAMMEN.
Verslag van de ingebruikneming der nieuwe Ned.
Herv. Chr. School aan de Juliana van Stolberglaan,
op Donderdag 1 Oct. 1931, 's avonds 7 uur, in
het gymnastieklokaal der Openb. U.L.O. School.
Rotterdam - Telef. £0995
Ingezonden Stukken
Plaatselijk Nieuws.
Correspondentie deze Rubriek betreffende te
zenden aan F. W. Nanning, Gerarduslaan 15,
Eindhoven.
No. 216.
Probleem voor den wedstrijd.
No. 252.
G. H. GOETHART.
Op de Hoogte 1917.
Zwart (10).
Wit (10).
Wit: Kc5, Db7, Tf8, g8, Lc6, c7, Pe4, h3,
pi. c3, d2.
Zwart: Kg2, Dhl, Tgl, g6, Lh7, h8, pi. d4,
e7, h2, h4.
Wit geeft mat in twee (2) zetten.
Oplossing inzenden vóór Zaterdag 31 Oct.
Men kan a 11 ij d tot den oplossingswedstrijd
toetreden. Een goede oplossing van een twee-
jc* telt voor 2 punten, enz. Voor een foutieve
,ossing wordt een punt in mindering gebracht
^minimum aantal punten is nul)Voor de maan-
delijksche prijs van 2.50 moet men de meeste
punten hebben. Ook niet-abonné's zijn welkom.
Heeft men 10 keer achtereen geen oplossing
ingezonden, dan wordt men geacht niet meer
mee te doen. Een onoplosbaar probleem vervalt
voor den wedstrijd.
Ter besparing van porti is de oplossings
termijn op circa 4 weken gesteld, zoodat de
oplossers meerdere oplossingen eventueel
tezamen kunnen opzenden.
Oplossing Eindspel no. 324.
1. Th3, Rb3; 2. Tg3, Ka4; 3. Tg4, Ta3;
4. Tg5, b3; 5. Tg2.
Eindspel no, 326,
H. RINCK.
Wit speelt en wint.
Oplossing:
1. TH! Pb3 (1Ka6; 2. Tbl, Ka7;
3. Tc4 !en wint); 2. Tbl, Td4f; 3. Ke3, Tb4;
4. Tb2, Ka4 (of a5); 5. Ta2f (of Ta8f), Kb5;
6. Tb8f, Kc4; 7. Tc2f en wint.
Eindspel no, 327.
A. TEBBEN.
De Tijd, September 1931.
Wit: Kc6, Lf8, Pc5, pi. d4.
Zwart: Ka5, Del.
Wit begint en wint.
Oplossing:
1. Lh6, dl; 2. Ld2; 3. Pb3.
(Correspondentie dezer rubriek aan
M. Verbiest, Sommelsdijk).
Oplossing probleem no. 71.
(Het slaan wordt door twee stipjes aangeduid)
De stand was
Zwart: 2, 8, 12, 16, 19, 21, 23, 25, 35.
Wit: 27, 28, 32, 34, 37, 39, 40, 42, 49.
WitZwart
1,. 34—9 35 31
moet 4 stukken slaan.
2. 29 7!! 2 11
3. 37 6. Gewonnen.
Oplossing Eindspel no, 72.
De stand was
Zwart28
Wit: 14, 26, 35.
WitZwart
1. 14-10 28-32
2. 10—4 32—37
3. 4-10 37-42
4. 10-37 42 31
5- 26 37. Gewonnen.
Oplossing Eindspel no, 73.
De stand was
Zwart32.
Wit: 21, 31, 47.
WitZwart
1. 47—41 32—38
2. 41—37 38—43
3. 2116. Gewonnen.
Want indien Zwart nog 43—48 of 43—49
wil spelen, dan speelt Wit 31—26 of 31—27,
want in beide standen moet de dam slaan en
wordt vervolgens gevangen.
Probleem no. 74.
Zwart: 3, 7, 12, 15, 18, 19, 23, 38.
Wit: 21, 25, 30, 31, 37, 39, 41, 49.
Wit speelt en wint.
Eindspel no. 75.
(Op verzoek).
Zwart32, 48 dam.
Wit26, 42, 44 dam.
Wit speelt en wint.
Oplossingen in de volgende rubriek.
CORRESPONDENTIE.
A. G. te Numansdorp. Deze opening is al
meermalen voorgeschreven, doch is tevens weer
veranderd in 1. 3328, Zw. 1823; 2. 3933
enz.
Abonné G. 4 dammen tegen 1 dam is bij
oplettendheid direct gewonnen, doch 3 tegen 1
altijd remise.
DAMCLUB „SOMMELSDIJK".
Aan belanghebbenden wordt medegedeeld, dat
op Maandag a.s., des avonds 8 uur, in Hotel
Harmonie Langeweg vergaderd zal worden ter
inleiding competitie. Zij, die wenschen deel te
nemen, kunnen zich op deze vergadering op
geven. Personen beneden 20 jaar geen toegang.
DAMCLUB „KUNST EN VRIENDSCHAP'.
De uitslagen van Donderdagavond luiden als
volgt
M.v.d. Nieuwendijk—B.v.d. Nieuwendijk 20
M. v, d. NieuwendijkJ. Krijger 20.
B. Vis—H. Noordijk 2—0.
D. VroegindeweijK. Vroegindeweij 11.
D. VroegindeweijA. Wielaard 2—0.
M. LangbroekI. Roetman 0—2.
I. Roetman—P. Homburg 20.
J. Krijger— M. Langbroek 2—0.
B, Vis—A. Krijgsman 2—0.
H. Vroegindeweij—H. Noordijk 1 1.
H. Vroegindeweij—J. Krijgsman 02.
Het waren wederom vele spannende partijen;
Het zou te ver voeren alle partijen onderling te
bespreken, echter voor eenige partijen wil ik
een uitzondering maken.
De belangrijkste partijen met het oog op de
bovenste plaats op de ranglijst waren de wed
strijden M. v. d. Nieuwendijk—B. v. d, Nieu
wendijk en J. KrijgerM. v. d. Nieuwendijk.
Vooral de eerste partij was buitengewoon span-
nend, waarin de tegenstanders elkaar weinig
of niets toegaven. Ten slotte won M. v. d.
Nieuwendijk deze buitengewoon fraaie partij
Verder speelde D. Vroegindeweij een goede
partij tegen K. Vroegindeweij, welke in remise
eindigde. Ook B. Vis won op fraaie wijze van
H. Noordijk.
Stand op Donderdag 1 October 1931.
gesp. gew. gel. verl. pt
1. M. v. d. Nieuwendijk 6 5 1 0 10
2. B. v. d. Nieuwendijk 5 3 11 7
3. J. Krijger5 3 1 1 7
4. A. Wielaard 2 1 1 0 2
5. J. Krijgsman 2 1 1 0 2
6. B. Vis7 4 2 1 9
7. I. Roetman 6 3 2 1 7
8. D. Vroegindeweij ..5 2 2 1 5
9. H. Vroegindeweij ..2011 1
10. K. Vroegindeweij ..4121 3
11. H. Noordijk 4 1 2 1 3
12. P. Homburg 4 1 3 0 2
13. F. Noordijk 1 0 1 0 0
14 M Langbroek 4 0 0 0 0
15. H. den Boer 0 0 0 0 0
16. C. Overweel 0 0 0 0 0
De voorzitter, de heer R. Sterk, opent de
vergadering met verzoek te doen zingen Ps.
68 10 en gaat voor in gebed.
Hij doet medeeeling van enkele ingekomen
gelukwenschen, o.a. van den Inspecteur van het
lager onderwijs in de inspectie Brielle, die door
ambtsbezigheden verhinderd is de vergadering
bij te wonen en hoopt, dat de nieuwe school
tot een rijken zegen mag worden gesteld.
Daarna roept de Voorzitter de vergadering
een hartelijk welkom toe. Op 1 Mei 1931 is
de Ned. Herv. School reeds begonnen in het
Koor van de Ned. Herv, Kerk, daartoe bereid'-
willig afgestaan. Dat was echter slechts een
noodmaatregel in verband met het aanvangen
van het schooljaar.
Misschien wordt er veel over de nieuwe
school gesproken, er wordt wel gezegd, dat ze
luxieus is. Maar dat is niet juist, er is niets
overdadigs aan het gebouw. Centrale verwar
ming, een personeelskamer, enz. vindt men haast
overal. Er is rekening gehouden met de eischen
van den tijd.
Den architect der school, den heer Boezeman,
komt lof toe voor zijn geleverd werk, maar ook
de aannemers van der Welle en Spee. Het is
een solied gebouw volgens de deskundigen en
de aannemers hebben zich stipt aan hun bestek
gehouden. Nimmer was er eenige moeilijkheid
met den architect en het bestuur, integendeel, de
prettige samenwerking is aan den bouw ten goe
de gekomen.
Spr, teekent vervolgens de moeilijke taak van
het personeel om de jeugd te onderwijzen in
Gods Woord en wijst er op, dat er voor dat
personeel ook gebed moet zijn, dat ze bekwaamd
mogen worden voor hun werk.
Vervolgens brengt spr. dank aan het gemeen
tebestuur en aan den Inspecteur van het lager
onderwijs voor de royale medewerking, bij de
stichting der school ondervonden. Hij eindigt met
den wensch dat de Heere het aangevangen werk
met Zijn gunst moge bekronen.
Daarna geeft de Voorzitter het woord aan
Ds. Van der W a 1 van Dirksland.
Deze leest de vergadering voor den 8sten
psalm. Spr. acht de oprichting dezer school een
gelukkig verschijnsel, omdat er uit blijkt dat er
meer en meer behoefte komt aan Chr. Onder
wijs. De voorgelezen psalm is een lofpsalm op
de majesteit des Heeren. Zoo op het eerste ge
zicht is deze psalm een natuurpsalm. De oud
testamentische zangers bleven niet stilstaan bij
het innerlijke leven, maar ze lieten hun blik
breed wijden over het gansche gebied der schep
ping. Ook de dichter van dezen psalm. Het is
een nachtpsalm. De dichter slaat met stille ver
bazing gade het mysterieuze licht der maan en
het wondere tintelen der sterren en hij gevoelt
zich klein tegenover de openbaring der heerlijk
heid Gods.
Maar van die hooge hemelen wordt zijn blik
getrokken naar de kinderwereld. Uit den mond
der kinderkens en der zuigelingen hebt Gij sterk-
te gegrondvest, of, zooals er op een andere
plaats te lezen staat, hebt Gij U lof toebereid.
Ook het kind is een wereld in het klein. Reeds
als scheppingskunstwerk verheerlijkt 'het kind
zijn grooten Maker.
Maar nog verder gaat de blik van den ziener.
Hoe klein en gering die mensch ook geschapen
is, hij ziet hem als geschapen1 zijnde om heer
schappij te voeren over die groote wereld, want
dat is de scheppingsidee, de mensch meester over
al het geschapene. De mensch de leider om haar
te voeren naar het doel, dat God met Zijn
schepping 'heeft. Gij doet hem heerschen over
de werken Uwer handen, Qij hebt hem alles
onder zijne voeten gezet.
Het is helaas niet meer zooals het geweest
is. De zonde heeft een breuk gemaakt. Maar
toch is er nog een glimp van het oorspronkelijke
overgebleven. Door de zonde kan de mensch
zijn taak als beheerscher der wereld niet goed
meer vervullen. Het is voor hem nu een moeie-
lijke strijd en dan nog ziet hij slechts een ge
deelte van die schepping onder zich gesteld.
Op het breede terrein der wereld is het dat
de school haar arbeid verricht. Die wereld
doet zich langzamerhand aan het opgroeiende
kind voor. En nu moet de school de leidsvrouwe
zijn die dat kind met die wereld moet vertrouwd
maken. Begrijpt ge nu, vraagt spr., dat her van
zoo groote beteekenis is, wie die leidsvrouw is
Of dat kind gewezen wordt op de hand der
Heeren in die wereld rondom hem. Of God
erkend wordt als de Schepper en Onderhouder
van die wereld.
Want er is een groot verschil tusschen het
onderwijs dat de openbare en de christelijke
school geeft. Bij het christelijk onderwijs is de
allesbeheerschende gedachte: Hoe groot zijn Uwe
werken, o Heere, en hij leest er instemmend met
den 8sten Psalm: O, Heere, hoe heerlijk is Uw
Naam op de gansche aarde.
Psalm 8 is niet alleen een natuurspalm. Het
is ook een Messiaansche psalm. Er is een glimp
van 's menschens heerschappij over de scnepping
overgebleven. Jaren van denken, zoeken en
worstelen zijn den mensch noodig geweest om
de natuurkracht aan zich dienstbaar te maken
en dan betreft dit nog slechts enkelen; Hoeveel
slachtoffers zijn er niet gevallen in den strijd
dien de mensch voert om de stof aan zich
dienstbaar te maken
Maar met Christus gaat deze psalm in heer
lijke vervulling. Hij staat in het centrum van
deze wereld en ook naar zijn menschelijke na
tuur is Hem gegeven alle macht in hemel en
op aarde. In waarheid geldt van Hem, dat alle
dingen onder Zijne voeten zijn gezet. En Hij
is gekomen om de gebroken harmonie op aarde
te herstellen. Dat doet Hij met de zaak in den
wortel aan te tasten, in de zonde. Want Hij
wordt tot zonde voor ons gemaakt.
Deze Christus moet zijn middelpunt van het
christelijk onderwijs. Niet alleen het feit der
schepping en der zonde, maar ook het feit der
herschepping en de verlossing door Jezus Chris
tus.
Spr. acht het niet genoegzaam dat het kind
in den godsdienst wordt onderwezen op zon
dagsschool en catechisatie. Heel de opvoeding,
heel het onderwijs moet er op gericht zijn om
hem op te voeden tot een mensch, voor alle
goed werk bekwamelijk toegerust. En daarbij
zal gepaard moeten gaan de bede, dat God het
in het harte moge leggen. Dan gebruikt Hij
die kinderen nog om Zijn sterkte te grond
vesten. Moge de Heere ook het nieuwe schoolge
bouw nog dienstbaar willen maken aan de uit
breiding van Zijn Koninkrijk.
Daarna verkrijgt het woord de heer Van
Houdt van Herkingen, hoofd der Christe
lijke school, aldaar.
Het is spr. een genoegen een woord van fe
licitatie te mogen spreken dat het is mogen ge
lukken om deze school op te richten, zij het dan
na veel strijd en moeite. Elke oprichting van
een christelijke school stemt tot dankbaarheid
en blijdschap. Allereerst omdat het aantal kin
deren, dat chr. onderwijs zal ontvangen, weer
vermeerdert. Spr. wijst er op, dat de opvoeding
bij de oude Hervormden altijd geweest is op de
school met den Bijbel met de formulieren van
Eenigheid. Zij hebben altijd het belang begrepen
van het chr. onderwijs. Die oude Hervormden
hebben altijd beter hun roeping verstaan dan wij.
Daarom wil spr. er den nadruk op leggen, dat
niet eene zoon der reformatie de vrijheid mag
nemen om zich verre te houden van deze school.
Maar de blijdschap die er in ons hart is bij
de opening eener nieuwe chr. school is ook
gemengd met droefheid. En wel hierom, dat
onze scholen aangeduid moeten worden als bij
zondere. Helaas. Door de staatkundige ontwik
keling is, wat algemeen moet zijn, afgedaald tot
het bijzondere. Dat doet niets te kort aan de
eerepositie der chr. school. De toestanden hebben
zich zoodanig ontwikkeld dat de openbare sch.
de algemeene school is. Voor den Koning der
kerk is binnen hare muren geen plaats. En de
grootste helft van het Protestantsche Neder
land brengt zijn kinderen nog op zulk een school.
En dat waar men- toch de gelegenheid heeft
om zijn kinderen christelijk onderwijs te doen
geven. Is het niet verschrikkelijk. Moge het ons
tot ootmoed stemmen. En dat onze oogen maar
wijd geopend mogen zijn voor de groote nooden
waarin zooveel protestantsche ouders met hunne
kinderen verkeeren;
Nu zullen zich velen afvragen wat biedt nu
de christelijke school boven de openbare. Die
vraag te stellen is reeds verkeerd. Er wordt
vaak gevraagd wat kunnen mijn kinderen voor
mij zijn, het moet juist andersom wezen wat
kan ik voor mijn kinderen zijn. En daarbij mo
gen wij wel in gedachte houden, dat we niet
moeten uitgaan van het nut, maar van onze
roeping. En die is niet anders, dan dat wij
9 X 1215 ct.
Briefk. form. 20 ct.
Nieuwste
procédé
13 X 18 cM25 ct.
18 X 24 cM35 ct.
HOOGSTRAAT 238
USTHOFSTRA AT 43
onze kinderen moeten opvoeden in de vreeze
des Heeren. Dat is de eisch Gods voor ouders
en onderwijzers en naar dien eisch zal ons eens
rekenschap worden gevraagd. Dat werk is on
volmaakt, maar mocht die wetenschap ons uit
drijven tot God opdat Hij ons geven moge wat
we noodig hebben.
Wat kan het chr. onderwijs zijn voor onze
kinderen. Allereerst hem bekend maken met
het Woord Gods. Maar ook om hen als kin
deren des Verbonds te wijzen op de wederge
boorte, op de noodzakelijkheid dat ze van God
een nieuw hart ontvangen. De onderwijzers
moeten de kinderen voor houden, dat ze zonder
bekeering niet veilig zijn voor den komenden
dag des gerichts.
Deze school is te danken aan samenwerking.
Aan samenwerking tusschen personen genomen
uit de N. H. Kerk en de Geref. Gemeente. Dat
valt toe te juichen. Want wie een oog heeft
voor den toestand der Nederlandsche christen
heid, die beseft dat ondanks de verschillende
kerken er toch altijd weer plaats is voor sa
menwerking maar we ons stellen op de basis
der belijdenis.
Daarna voert het woord de heer B o u m a n,
godsdienstonderwijzer te Stellendam. Spr. herin
nert aan de klacht van Koning David als hij
aanschouwt het ontzielde lichaam van zijn kind
Absalom, mijn zoon, mijn zoon. Want daar is
een nauwe band tusschen vader en kind, een
band des bloeds. Maar David gevoelt hier nog
meer, want hij is een godvreezende vader. Hij
beseft heli zoo diep als hij neerblikt op het
doode lichaam van zijn kind, dat dit kind ge
schapen is voor een groote eeuwigheid. Wel
heeft hij veel verdriet van hem gehad, want
hij was een opstandig kind, maar dat gedenkt
hij nu niet. Hij gevoelt, dat zijn Absalom is
verschenen voor een groot Rechter, zonder dat
hij met Dezen in een verzoenende betrekking
stond.
David is hier een treffend beeld van ieder
rechtgeaard ouder, die met dood en eeuwigheid
rekening houdt. Er is een natuurlijke liefde
maar er is ook een liefde, die naar het gees
telijke uitgaat. Onze kinderen zijn met ons in
zonde gevallen, ze liggen voor God verdoemelijk
we mogen er wel aan denken. Dat zal de be
geerte doen ontstaan om het goede voor onze
kinderen te zoeken, zoodat ze ook in den dag
des eeuwigheids kunnen bestaan.
Daarom is het spr. zulk een genoegen om hier
zijn gelukwenschen te brengen bij de opening
der nieuwe school. Want nu kunnen ouders
met den geest van David bezield hun kinderen
brengen onder de beademing van Gods Woord.
Want door dien geest gedrongen zullen ze alle
genademiddelen aangrijpen om hun kinderen aan
den troon van Gods genade te brengen. Spr.
eindigt met den wensch, dat de nieuwe school
gesteld moge worden tot een rijken zegen in
deze gemeente.
Vervolgens krijgt het woord de heer A. v a n
Eek, hoofd der Ned. Herv. School te Stellen
dam.
Spr. zegt, dat er blijdschap in zijn hart is nu
deze nieuwe school geopend wordt, want daar
is zoo lang op gewacht. Gemeenten, kleiner dan
de onze, hadden reeds lang hun Chr. school.
Dit is de derde poging, die aangewend werd
om in deze gemeente een Chr. School op te
richten. In 1918 werd de eerste poging ge
waagd. Door het ontijdig vertrek van Ds. Pop
liep dit op niets uit. In 1921 werd de poging
herhaald onder Ds. Alers, maar ook thans
zonder succes door gebrek aan samenwerking
en vertrouwen. Gelukkig, dat we eindelijk een
eigen school hebben.
Spr. acht deze school van groote beteekenis.
Het wordt tijd, dat de liberale alleenheerschappij
in onze gemeente op het gebied van het onder
wijs eens een einde gaat nemen, het liberale
bolwerk is nog veel te machtig. Daarom hoopt
hij, dat de school uit moge breiden; Daarop
heeft het bestuur ook gerekend met het in erf
pacht vragen van den grond. Het ligt aan de
inwoners wanneer de school over 10 a 15 jaar
niet is uitgegroeid tot een school met een zeven
tal lokalen. Dat kan gemakkelijk, als er slechts
eensgezind gearbeid wordt.
Spr. juicht als oud-burger van Middelharnis,
als medle-bestuurslid der vereeniging en als
dienaar van het Chr. onderwijs deze nieuwe
school van harte toe. Wel zijn we wel eens
ongeduldig geweest onder de tegenwerking.
Maar dat is misschien goed geweest. Een zaak,
die we al te gemakkelijk krijgen, stellen we
meestal niet zoo erg op prijs.
Spr. wil de aandacht vestigen op den lof-
waardigen arbeid van den heer P. Wielhouwer,
secretaris van de vereeniging, wien geen moeite
te veel is geweest. Hij verdient hulde voor zijn
opofferenden arbeid.
Aangezien spr.'s taak thans in een andere
gemeente ligt, neemt hij bij dezen afscheid van
bestuur en vereeniging. Spr, hoopt, dat het
bestuur nog met zegen moge arbeiden.
De school is genoemd naar een onzer groote
voormannen: Groen van Prinsterer. En dat niet
alleen om zijn naam te eeren, maar vooral om
zijn werk in gedachtenis te houden. Hij is het
geweest, die in 1840 den schoolstrijd heeft in
geluid, toen hij in zijn bekende Kamerredevoe
ring het openbaar onderwijs als onchristelijk
brandmerkte. En daarin is sindsdien geen ver
betering gekomen. Integendeel: het is nog on-
vaderlandsch geworden bovendien, met zijn so
cialistische en communistische onderwijzers, die
weigeren om de kinderen vaderlandsche liederen
te leeren zingen.
Spr. hoopt, dat het bestuur op 'het voetspoor
van Groen van Prinsterer voort moge gaan.
Nadat deh eer Beversluis nog een woord
van gelukwensch 'heeft gesproken namens den
Kerkeraad der Geref. Gem., wordt het woord
gegeven aan den heer Jansen, het hoofd
der school.
Spr begint met te zeggen, dat hij zijn plannen
voor de toekomst reeds ontvouwd heeft bij de
opening der school. Hij zal nu niet in herhaling
treden. Toen hij hier kwam had hij groote ver
wachtingen. Hij was in Rotterdam gewend aan
propvolle scholen. Maar hier gaat de groei van
het Chr. onderwijs langzaam. Wie zou dat den
ken van het streng orthodoxe Flakkee. Wat
heeft men toch eigenlijk tegen het Chr. onder
wijs Och, men hoort verschillend redeneeren.
Men zegt: mijn kinderen ontvangen op de openb.
school ook goed onderwijs, daar leeren ze toch
ook niet vloeken, godsdienst leeren ze wel bij
dominee op catechisatie. Maar men moet be
denken, dat het zoo noodig is, dat de kinderen
reeds vroeg Bijbelsch onderricht ontvangen. Het
gaat er op de Chr. school zoo ongemerkt in.
Spr. weet wel, dat we de kinderen niet kunnen
bekeeren, maar we moeten hen den weg wijzen.
Spr. wijst er op, dat we hedenavond onze
nieuwe school inwijden en dat God de gever is
van dat alles. Hij dankt ook de ouders, die het
onderwijs des Chr. School steunen en tegen aan
vallen in bescherming nemen. Maar we zijn nog
niet waar we wezen willen. De school moet
worden uitgebreid.
Daarna voeren nog het woord de heer
Boezeman als architect, de heer Van der
V e e r e, hoofd der Chr. U.L.O. school, de
heer J. Spee namens de aannemers W. van
der Welle te Stad aan 't Haringvliet en C. Spee
Jz. te Sommelsdijk, de heer Hogeweg, hoofd
der Chr. school te Stad aan 't Haringvliet.
Een slotwoord spreekt de heer J. Vroeg
indeweij. Spr. is verheugd, dat er zoovelen
zijn, die de opening der school hebben willen
bijwonen. Hij ziet alle kerken vertegenwoordigd.
En dat verheugt hem in het bijzonder. Want
naast deze school is er in de gemeente nog een
Gereformeerde school. Dat deze school er is,
heeft moeilijkheden in den weg gelegd bij de
oprichting van deze school. Want het is na
tuurlijk niet de bedoeling om de Gereformeerde
school af te breken.
Spr. brengt in herinnering de gelijkstelling
tusschen openbaar en bijzonder onderwijs. Dat
was vroeger zoo niet. Toen vergde de instand
houding eener Chr. school groote offers. Maar
ook de ouders moesten zich offers getroosten,
want het bezoeken eener Chr. school was duur
der dan van een openb. school. Die tijden zijn
gelukkig voorbij, elke ouders is nu in staat om
zijn kinderen Chr. onderwijs te doen geven. Spr.
wekt de ouders op om hunne kinderen naar
deze school te zenden.
De Voorzitter dankt de sprekers voor
hetgeen zij dezen avond hebben gegeven en
deelt mede, dat belangstellenden volgende week
Woensdag, des middags van 24 uur en des
avonds van 6J^7Yt uur in de gelegenheid
worden gesteld om het nieuwe schoolgebouw te
bezichtigen.
Nadat nog gezongen is Ps. 25 4 gaat de
heer V r o e g i n d e w e ij voor in dankgebed,
waarna de vergadering te ongeveer 11 uur uit
eengaat.
De cople van ingezonden stukken, die niet ge
plaatst zijn, wordt niet teruggegeven. Buiten
verantwoordelijkheid van Redactie en Uitgevers.
Geachte Redactie!
Vergun mij s.v.p. een plaatsje in Uw blad,
waarvoor bij voorbaat mijn dank.
Wat mij reeds 2 jaar geleden hier is over
komen, maakte ik dezer dagen mede te Bilt-
hoven, waar ik gelogeerd was, en wat mij deed
besluiten de menschen hier te waarschuwen.
Ik kreeg daar bezoek van een juffrouw, voor
zien van een tasch met boeken en die mij vroeg
of ik iets over had voor de Inwendige Zending.
Ik vroeg haar of dat van een of andere kerk
uitging en of zij zich kon legitimeeren. Zij gaf
mij een kaart en toen zag ik, dat zij uitging
voor de Zevende dags Adventisten. En toen ik
'haar wees op het bedriegelijke van haar werken,
kreeg ik onder veel moois met een gezicht van
een furie ten antwoord, dat ik geen Christen
was, maar scheen te behooren tot een kerk, die
niet naar Gods gebod leefde ten in plaats van
den Sabbath te vieren, den Zondag voor Gods
dag hield. Ik heb haar vriendelijk de deur ge
wezen.
Zulk een vijandigheid overkwam mij ook het
vorige jaar hier, en toen ik den man ontmas
kerde, zei hij mij, dat ik te zwaar was.
In vele Christelijke bladen is tegen die lui
gewaarschuwd en achtte ik het ook niet over
bodig dit ook in uw blad te doen. Men kan
zijn geld wel beter besteden.
Hoogachtend,
JACOB VAN DEN BLINK.
Middelharnis, 30 September 1931.
SOMMELSDIJK. De aardappelen worden
alhier gekocht voor 2.40, de uien voor 1.60
en 1.70 en de paardepeen voor 1 per H.L.
Op de 1.1. Woensdag gehouden weekmarkt
waren 41 biggen aangevoerd.
In de maand September 1.1. passeerden 23
schepen de Wilhelminabrug dezer gemeente,
waaronder niet begrepen de schepen met abon
nement en beurtschepen.
Door de bakkers D. B. van Erkel en
B. van der Linde is bij den Burgemeester dezer
gemeente een aanvraag ingediend tot het ver
richten van bakkersnachtarbeid. (Zie adverten
tie in dit blad.
MIDDELHARNIS. Loop der bevolking in de
maand September t
Vertrokken Iz. Verolme naar Sommelsdijk,
N. Driesse naar Sommelsdijk, Jantje Lokker
naar Goedereede, N. v. d. Put naar IJmuiden,
J. C. Radder naar Rijswijk, H. van Beek naar
Rotterdam, W. Dijkers naar Hillegersberg, G.
J. A. Bouwer naar 's-Gravenhage.
Ingekomen J. Langbroek van Sliedrecht, G.
v. d. Tol van Ammerstol, H. M. Romijn van
Den Bommel, Joh. van Groningen van Noord-
Amerika, H. Dalstra van Achtkarspelen; B. J.
Slecht van Amsterdam, P. v. d. Bijl van Alphen
aan den Rijn, L. de Vries van Rotterdam, C.
van Markenstein van Oude Tonge, H. Tamboer
van Haarlem.
PostduiVenwedvlucht vanuit Vilvoorde, af
stand 95 K.M.
le prijs J. Jordaan; 2e, 19e en 24e prijs M. J.