Antirevolutionair
Orgaan
voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden.
IN HOC SIGNO YINCES
HEVEAtiet?b®d|n
Da mes en kinderkleeding
No. 3781
WOENSDAG 16 SEPTEMBERS1931
46ste JAARGANG
Rechtzaken.
if géén ge!3f
All® stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franco toe te arenden aan de Uitgevers
Brieven uit Amerika.
Eerst
kijken
Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post f 1.— bij vooruitbetaling.
BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8 50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGAVEN.V. DRUKKERIJ EN UITGEVERIJ
v.h. W. BOEKHOVEN ZONEN
SOMMELSDIJK
Telef. In tere. No. 202 Postbus No. 2
ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent pe regel
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.- per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
DE TROONREDE.
Evenals vorige jaren zijn wij in staat de
Troonrede reds in dit nummer onzen lezers
aan te bieden.
Het is te begrijpen, dat deze openingsrede bij
het nieuwe parlementaire jaar is uitgesproken
onder den geweldigen druk van de economische
inzinking.
Regeering en volksvertegenwoordiging komen
in de aangevangen zittingsperiode voor een zéér
moeilijk werk te staan.
Onder dezen druk werd de Regeering gedron
gen plannen1, die reeds gevormd waren, naar
de gegeven omstandigheden te wijzigen.
Toch blijft de Troonrede vaag in het aan
geven van de voornemens, die de Regeering
heeft in verband met de malaise.
Er wordt gesproken van „eischen van buiten
gewone ingetogenheid en offerzin".
Maar bij die algemeène formule laat zij het.
Moeten wij hier „offerzin" verbinden aan
salarisverlaging
Toen de Minister van Financiën hierover ge-
intervieuwd werd door een onzer dagbladen, be
gon dit vraaggesprek met de opmerking van den
Minister, dat Zijne Exc. zich voorbehield op
deze vragen geen antwoord te geven.
Ongeveer in denzelfden geest is de Troonrede
gestemd.
We zullen moeten afwachten tot de begroo
ting ter tafel komt.
Veel nieuws bevat de Troonrede overigens
niet.
Zij gewaagt dankbaar van goede verstand
houding tot andere naties, waarbij wordt op
gemerkt, dat de Belgische kwestie nog steeds
op oplossing wacht.
Een novum is, dat zij aandacht schenkt aan
de Volk'enbondspolitiek en de Ontwapenings
conferentie. Misschien wel geïnspireerd door het
^^\dagblad-petitionnement.
Terwijl tenslotte nog van belang is, dat het
departement-mechanisme weer eens een wijziging
zal ondergaan. We krijgen, in navolging van
het buitenland, een departement voor econo
mische zaken, waar het verlangen reeds lang
naar uitging en dat in een leemte voorziet. Onze
landbouwers zullen hier een van hun verlangens
vervuld zien.
Ook Indië moet bezuinigen en in de West
zal getracht worden er meer uit te halen dan
tot heden het geval is door „mechanisatie van
het landbouwbedrijf".
Inderdaad, de Regeering staat voor een zéér
moeilijken winter.
Onze Vorstin bidt den zegen Gods af over
den' arbeid van oinze regeering en volksver-
tegenwoordiging.
Moge naast deze Vorstin een biddend volk
gevonden worden in Nederland, want 'het gebed
eens rechtvaardigen vermag veel.
En inderdaad zal er „veel" zegen van den
Almachtigen God moeten worden uitgestort om
ons volk godsdienstig en stoffelijk, moreel en
materieel van groote ellende te vrijwaren.
EEN LOOZE MANOEUVRE OF....?
Op 't oogenblik leven we nog in onzekerheid
aangaande de Flakkeesche team.
De vraag wordt opgeworpen of het geopperde
plan van den heer Kuiper om de tramdiensten
te staken ernst is dan wel een handige ma
noeuvre om aan subsidies te komen.
J-l. Donderdag ter vergadering werd gezegd
door meerdere sprekers, dat zij niet aan den
ernst van de plaipnen des heeren Kuiper geloof
den, dat heel de/' opgezette beweging niet meer
dan een storm in een glas water is".
Op t oogenblik weten we nog niet wat de
heer Kuiper wil)
In ieder geval is de Minister van Waterstaat
hier buiten zijn boekje gegaan.
Schier ongelooflijk is het, dat Zijne Exc.,
zonder de locajjiteit te raadplegen, zulke voor
de localiteit zo(o hoogst belangrijke beslissing
heeft durven neiiien. Het is een raadsel hoe een
bewindsman tot jzoo iets komen kan.
Indien het indjerdaad slechts een manoeuvre
1S en in dat (geval zal men er aan het Mini
sterie van Waterstaat toch wel niet onkundig
zijn valtj er ook veel van het ongerijmde
"j iet optredeii van dit departement te ver-
aren' '^aar djan kan onzerzijds wel worden
opgemerkt, dat zij een mislukte manoeuvre is.
Flakkee zal tot geen enkelen prijs tot suppleeren
genegen zijn. Van de localiteit valt er voor de
R. T. M. niets te hopen. Zeer terecht is Don
derdag opgemerkt, dat Flakkee al belasting ge
noeg betaalt om zich te kunnen verplaatsen.
Een reisbiljet of vrachtbrief over een afstand
dat hemelsbreed goed 30 K.M. is, wordt op
Flakkee al duur genoeg betaald.
Als het gaat over het subsidie-vraagstuk, zal
hier het Rijk in de eerste plaats moeten in
springen.
En daarom herhalen we, wat we de vorige
week schreven: onze actie moet gericht worden
niet tegen de Rosestraat, maar tegen het Bin
nenhof.
Het is te begrijpen, dat de R. T. M. een lijn,
die blijvend geld kost, niet handhaaft. Men moet
een lichaam als de R. T. M. louter als een
commercieele beweging beschouwen.
Maar in dat geval staat Flakkee ook los van
de R. T. M. En als dan ook inderdaad deze
geste van den heer Kuiper geen looze manoeuvre
maar ernst is, en dat zal a.s. Zaterdag wel
blijken1, dan is het maar de beste weg, dat
Flakkee Ged. Staten met grooten aandrang
vraagt aan de R. T. M. geen concessie te ver-
leenen, maar aan de localiteit over te laten op
welke wijze zij busdiensten in het leven wil
roepen.
Er bestaat op 't oogenblik nog onzekerheid
omtrent hetgeen Flakkee boven het hoofd hangt.
Maar aangaande hetgeen Flakkee zelf wil,
bestaat er niet de minste onzekerheid, maar
groote beslistheid, n.l.
le. Geen subsidie uit de localiteit aan de
R. T. M.
2e. Moeten er busdiensten komen, dan behoort
hier het initiatief aan Flakkee en niet aan de
Rosestraat.
Beste Vriend
In den vroegen morgen op de markt zie ik
een welgekleede' dame met een stokje in haar
hand, den komkommer wegpikken onder mijn
vrachtauto. Vandaar ging zij naar een ijzeren
vat, waar de farmers en kooplui hun produc
ten in werpen, die voor de consumptie onge
schikt zijn. Ik ging naar haar toe en vroeg wat
zij aan 't zoeken was. Haar antwoord was for
somting to eat (om iets te eten te hebben). Ik
zei haar: you will find nothing in there, Lady
(gij zult daar niets in vinden). Ik vroeg haar
of zij een gezin had. Ja zij had 5 kinderen en
een man die nu ruim een jaar zonder werk was
en reeds 3 maanden ziek. „Waar woont U
en toen het bleek dat zij niet zoo ver van de
markt woonde, beloofde ik haar, als ik van de
markt afkwam even bij haar te stoppen en wat
mede te brengen.
Ik had wat sweetcorn, die bijna onverkoop
baar was en een buurman had wat no.2 to
maten waar geen markt voor was, een ander
gaf mij wat aardappelen, zoodoende kreeg ik
voor die dame een goed portie eten.
Toen ik bij haar aan 'huis kwam, vond ik
een prachtig gemeubileerde voor- en achterka
mer met een dito keuken. Piano en radio ont
braken niet. Zij vertelde mij dat zij haar nood
aan den stadsraad had bekend gemaakt, maar
dat een inspectie van the City haar had verteld,
dat zij eerst maar eens wat van haar overtol
lige weelde moest verkoopen, eer zij op hulp
kon rekenen van the city.
Dit zijn hier dé menschen, die armoede heb
ben. Niet de lagere klasse volk, die niets heeft,
maar nette menschen, die eerbaar door 't le
ven willen, ontbreekt hier 't meest.
Zij vertelde mij dat haar man 17 jaar op een
meubelfabriek gewerkt had en altijd goed ver
diend had, van -40 tot 60 dollar in de week
en dat die fabriek nu bijna een jaar gesloten
was Ja, was ook zij meer zuinig geweest, dan
zouden izij nu zich zelf kunnen helpen, maar
dit is nu eenmaal niet zoo.
De meeste Amerikanen stellen hooge eischen
aan t leven Men ging eigenlijk van de gedachte
uitik werk even zooveel uren als mijn baas,
waarom zal ik niet hebben wat hij heeft Dit
heeft de goede tijden in Amerika bewerkt, men
liet den dollar rollen, en heeft er nooit aan ge-
dacht, dat wij een tijd zouden krijgen als waar
in wij nu 'leven. Er was altijd overvloed van
werk. De fabrieksdeuren stonden altijd open
voor ieder die werken wilde. Hoe meer arbei
derskrachten de fabriek kon "krijgen, hoe meer
de fabrikanten verdienden, er scheen'geen grens
van 't afzetgebied, er was altijd market voor
de fijnste meubelen, meubelen die aan mate
riaal en arbeid 10 pond sterling kostten, wer
den voor 20 pond sterling verkocht aan de
groothandelaars en die verdienden ook weer de
helft én zoo ging het met alles. Wie geen „kas-
money" had kreeg het op zeer gemakkelijke
voorwaarden er was immers geld te over, men
wist geen belegging voor het overschot aan
geld. Handige reizigers verkochten maar en dit
is zoolang goed gegaan, tot dat de overproduc
tie zoo groot was, als zij nu is. Want men
werkte dag en nacht tot dat alles overvol zat
en er geen afzet meer was. De aandeelen van
100 procent overwaarde kwamen aan de markt
en bleven 50 procent onder de waarde. Fa1
brieken stopten. De arbeiders kwamen zonder
werk. Daardoor hebben zij ook géén geld om
de overproductie te helpen verminderen. Zoo
doende zitten wij als natie nu in een toestand
die donker schijnt, óók nog voor de toekomst.
Want de overproductie is zoo groot, dat er
genoeg in voorraad is voor een menschenge-
slacht, dat nog geboren moet worden. Maar
wat nu in dit alles het ergste is, dat wij als
rijkste natie der wereld, die vol gestapeld ligt
met kapitaal in geld of goed, er menschen zijn,
die afval moeten zoeken om hun gezin in 't
leven te behouden. En wij zullen als natie hier
voor de oordeelen Gods niet ontgaan. Het is
niet waar dat God, zooals velen willen be
weren ,met zijn oordeel ons bezoekt. Wat wij
heden door maken is niet anders dan een ge
volg van den mammondienst. De dollar was
God in Amerika. Daar werd schier alles voor
opgeofferd. God zegent ons als natie van kust
tot kust, regen en zonneschijn heeft ons een
oogst gegeven, zooals wij in geen jaren gehad
hebben. Er is eten gegroeid voor tweemaal
zooveel menschen als de Vereen. Staten noo-
dig heeft. Neen, ons past dankbaarheid voor
de milde en rijke zegeningen, die God van den
hemel ons ook in 1931 schonk.
De malaise waarin wij leven is onze eigen
schuld. Wij heebben dat zelf zoo bewerkt en
plukken nu de wrange vruchten van ons eigen
doen. En mochten de ©ogen hiervoor nu maar
open gaan, dan was de toekomst niet zoo duis
ter. Dan zou de stapels van kapitalen voor een
deel ten goede komen aan behoeftigen en ar
men, maar het schijnt mij toe dat er nog heel
wat meer moet doorleeft worden, eer dat wij
de toestanden leeren inzien, zooals ze zijn.
Blijkbaar zijn ook onze leiders en leeraars in
cluis blind voor de werkelijkheid.
Ons methodistisch volk ziet natuurlijk in dit
alles het naderend einde, Men kan geen weg
berijden of men leest op borden en groote stee-
nen„Jezus in coming" (Jezus is komende).
En dat zou nu voor velen een uitkomst wezen.
Maar wie de Schrift kent, weet. dat 'het zoover
nog niet is. En dit leidelijke methodisme is mede
oorzaak van onzen on-Amerikaanschen toe
stand. Ook zij hebben' 6 dagen in de week ge
zwoegd voor den dollar en één dag van de
zeven hebben ze trachten productief te maken
voor een hemelsch bezit. En op die manier heb
ben ze den dollar hier :en denken de zaligheid
hiernamaals te hebben. En als dat nu samen
kon gaan wat zou men dan nog beter wen-
schen
Wat Amerika nu meer dan ooit noodig heeft
is Calvinistische leiding, opdat het roode ge
vaar, wat nu welig tiert, gestuit worde. Geve
God ons leiders eer het te laat is. Want al is
er waarheid in wat! Prof. Hepp geschreven
heeft, dat Amerika alleszins godsdienstig is,
toch voert die leidelijke godsdienstigheid ons
in de armen van het ongeloof. Er gaat geen
actie uit van dien Amerikaanschen' godsdienst.
Het eenige wat van hen uitgaat is de vraag
,are you saved (is uw ziel gered) en als op
die vraag met een „ja" geantwoord wordt,
zeggen zal „pdeas die Lord!" (Loof den
Heere). En hiermede achten zij hun taak vol
bracht. Voor den eisch van de ,ere Gods op
elk terrein des levens zijn zij blind.
Je AMERIKAANSCHE VRIEND.
KANTONGERECHT TE SOMMELSDIJK.
Zitting van Vrijdag 11 September 1931.
(Slot).
Terecht staat L. W. d. R., die op 9 Juni te
Stellendam niet voldoende was uitgeweken bij
het inhalen van een fietser, waardoor deze is
aangereden en gevallen.
Als verdediger treedt op Mr. J. H. Willems
te Den Haag.
Gehoord wordt getuige Troost te 'Melissant,
die verklaard rechts van den weg gereden te
hebben, terwijl verd. recht door bleef rijden.
Hij had ruimte genoeg.
De verdediger vraagt aan getuige of de auto
met de voorste of de achterste deelen hem heeft
aangereden.
Getuige: Ik heb eerst wat gezien toen de auto
ophield.
Get. J. K., 30 j„ veldarb, te Stellendam, had
gezien, dat de auto van de Ruiter get. T. aan
reed.
De verdediger: Hoe kan dat, je stond beneden
aan den dijk
Get. K.: Ik stond halverwege een oprei.
De verdediger meent, d!at get. niet gezien
kan hebben, dat get. T. voldoende rechts reed.
Hij stond beneden het oppervlak van den dijk
met zijn gezicht, bovendien heeft de dijk daar
ter plaatse een hoogen berm. Er was nog 40 cM.
vrij rechts van get. T„ zoodat hij meer naar
rechts had kunnen uithalen. Bovendien had verd,
hem 1 M. ruimte gegeven, wat voldoende is
voor een fietser. Maar get. T. heeft zijn hand
opgestoken om iemand te groeten, terwijl verd.
hem voorbijreed, daardoor kwam hij te vallen.
Hij is ook niet aangereden met den bak van de
auto, maar met een haak, die terzijde van den
auto wat uitstak.
Het O. M. zegt, dat vaststaat, dat get. is aan
gereden. Waarmee dat gebeurd is doet minder
ter zake.
Geëischt wordt 15 subs. 5 dagen hechtenis.
De verdediger zegt, dat de weg daar ter plaat
se 3.40 M. breed is, de auto is 1.90 M., er was
voor den fietser 1 M. breedte over om te pas-
seeren, daar er aan den anderen kant maar een
halve M. meer over was én verder de dijk aan
die zijde sterk naar beneden helt. Pleiter geeft
den Kantonrechter in overweging verd. vrij te
spreken, omdat het feit van aanrijding op zich
zelf in strafrechterlijken zin nog niet strafbaar is.
De Kantonrechter tot get. T.: Is het waar,
dat er nog 40 c.M. breedte rechts van je over
was
Get.: Ja, dat is zoo.
De Kantonrechter acht het wettig en over
tuigend bewijs wel geleverd en veroordeelt tot
5 sub, 3 dagen.
M. van St. Annaland, 49 j„ caféhouder, Schel
penpad, Dirksland, had in zijn woonkamer en
toonbanklade sterke drank zonder vergunning
te hebben. Volgens het proces-verbaal had hij
een klein fleschje achter slot en grendel in de
toonbanklade en vulde dat telkens bij uit de
groote flesschen, die hij in huis had staan.
Verd. zegt, dat hij dat voor eigen gebruik
had. In de toonbanklade heeft hij 'n klein fleschje
waar hij zelf af en toe een borrel uit neemt.
Het O. M. zegt, dat hier een zware straf
moet worden opgelegd. Verd. geeft sterken
drank aan dronken chauffeurs uit een gelegen
heid waar hij geen sterken drank hebben mag.
Aan verd. moet een groot deel van de onge
lukken, die er gebeurd zijn, worden geweten.
ROTTERDAM, Hoogstraat, hoek Spui
DEN HAAG,
Alléén „Haagsch Modehuis", Hofweg 6
Geëischt wordt 3 dagen principale hechtenis,
met verbeurd verklaring der in beslag genomen
flesschen drank.
Verdachte vraagt of hij het niet met een
boete kan afdoen.
Verd. wordt veroordeeld tot 40 boete subs.
10 dagen hechtenis en verbeurd verklaring der
flesschen sterken drank.
A. J„ 20 j., arbeider te Middelharnis, wegens
overtreding der loterijwet, Geëischt 5 subs.
2 dagen1. Veroordeeld tot 3 subs. 2 dagen.
J. v. d. L„ 42 j., arbeider te Ouddorp, wegens
het rapen van kievietseieren én' van wild1 ge-
volgelte.
Aangehouden tot 13 November.
H. B. en M. T. d. R., wegens het zich be
vinden na sluitingsuur in het café van A. Melis
sant te Middelharnis. Idem A. M. zelf, die ver
klaart maar één deur te hebben, n.l. door het
profelokala naar zijn woning. De andere ver
dachten waren door zijn vrouw in de woning
uitgenoodigd.
Uit het proces-verbaal blijkt, dat zij eerst in
de woning gevlucht waren toen de politie binnen
kwam.
Tegen verd. wordt geëischt 3 subs. 1 dag.
Veroordeeld de eerste twee tot 1 subs. 1 dag
'en' A. M. 3 subs. 1 dag hechtenis.
C. v. d. W„ bakker te Melissant, wegens
verkoop van versch brood in verboden tijd,
5 subs. 2 dagen hechtenis.
K. v. 't H., 18 j., te Ouddorp, wegens gooien
met steenen, 10 subs. 5 dagen hechtenis.
J. J. L. en L. S. staan terecht wegens niet ver
schijnen bij oproep tot brandblussching te Oude
Tonge.
Verd, L. S., die verschenen was, merkt op,
dat hij eerst de klok niet had hooren luiden.
Toen hij merkte, dat er brand was, is hij direct
op weg gegaan, ma rakwam toen zijn zwager
v.' D. tegen, die zei, dat het niet meer noodig
was, daar 'het brandje al bijna gebluscht was.
Alleen de brandweerlieden met brandhaken
moesten nog blijven.
Gehoord wordt get. v. D., die desgevraagd
hetzelfde verklaart.
Gehoord wordt getuige A. d. H. v. D., pres.
van het Oude Tongsche brandweerpiket, 50 j.,
die zegt, dat volgens den brandraad verd. als
leidend figuur bij het brandpiket had behooren
aanwezig te zijn en zich niet had moeten storen
aan wat iemand als Pulleman over het al of
niet komen tegen v. D. gezegd had.
Verd. S. merkt op, dat de brandweerorgani
satie te Oude Tonge heelemaal niet in orde is.
Hij wordt nooit naar de vergaderingen opge
roepen, weet ook niet wat zijn taak bij even-
tueele brand is en' toont een boekje, dat hij in
1925 gekregen heeft met namen van menschen,
die onder zijn ressort hooren, maar waarvan er
al verschillende overleden en uit de gemeente
vertrokken zijn. Verd. is niet van plan voor
niets bij een brand te komen.
Geëischt wordt tegen ieder der verd. 2 subs.
1 dag hechtenis. Veroordeeld tot 1 subs. 1
dag hechtenis.
C. T. had een huis gebouwd zonder vergun
ning, 3 subs. 2 dagen hechtenis.
L. v. D., 20 j., veldarbeider te Ooltgensplaat,
had woest over het dorp gereden en een kind
aangereden, dat bloedend werd opgeraapt. Toen
de moeder hem aansprak, had verd. nog ge
vloekt en gezegd: ga jij ook maar es liggen, dan
zal ik jouw ook over je drijden.
Gehoord wordt getuige H. L., 27 moeder
van het kind, die een en ander nader verklaart.
Gehoord wordt C. K„ 13 j., die het ook ge
zien en gehoord heeft.
Geëischt wordt 2 geldboeten van 5 en 3
subs. 2 dagen en 1 dag hechtenis. Veroordeeling
idem.
L. D. had te Melissant zonder vergunning
gevent en gevloekt. Veroordeld tot 2 geldboeten
van 3 subs, 2X1 dag hechtenis.
P. 23 j., koopman, G. K., 18 j„ arbeider,
J. A, K., 18 j., arbeider en J. M., 22 j„ arbeider,
te Stellendam, hadden gezongen en de nachtrust
verstoord De laatste verd. verklaart, dat het
420 M. buiten de kom had plaats gehad en het
was een psalm geweest, die ze vierstemmig ge
zongen hadden.
De Kantonrechter: De menschen buiten de
kom hebben ook behoefte aan nachtrust.
Het O. M. meent, dat dergelijke liederen zacht
en zonder storing van anderen dierien gezongen
te worden.
Verd. K.: Mogen we geen psalmen of Chr.
liederen meer zingen
Veroordeeld ieder tot 5 subs. 3 dagen
hechtenis.
L. v. S„ bij verstek, wegens rijden met auto
op den Molendijk te Melissant zonder rijbewijs,
5 subs. 2 dagen hechtenis.
H. N„ bij verstek, wegens loopen op de
trambaan te Sommelsdijk, 3 subs. 2 dagen
hechtenis.
T. V., 22 j., schippersknecht te Oude Tonge,
had niet op bevel van den havenmeester een
schip verlegd, 3 subs. 2 dagen hechtenis.
J. d. J. te Oude Tonge, bij verstek, wegens
overtreding der arbeidswet, 3 subs. 1 dag
hechtenis.
F. N., 18 j., bakkersknecht te Sommelsdijk,
wegens niet verschijnen op dagvaarding om ten
Kantongerecht te getuigen, 8 subs. 4 dagen.
H. K., bij verstek, wegens per rijwiel een
paard door het dorp begeleiden, 5 subs.
2 dagen hechtenis.
E. Z., bij verstek, wegens rijden met auto
over het Zandpad zonder rijbewijs, 8 subs.
4 dagen hechtenis.
J. J. C„ bij verstek, wegens overtreding der
motor- en rijwielwet, 5 subs. 2 dagen hechtenis.
J. S„ 35 j., vrachtrijder te Melissant, wegens
rijden met auto met aanhangwagen, welke niet
voldoende was bevestigd en rijden zonder rij
bewijs.
Het O. M. acht dit een gevaarlijk bedrijf en
herinnert er aan, dat pas in Roterdam door het
niet goed bevestigd zijn van den aanhangwagen'
iemand is doodgereden en acht een behoorlijke
straf hier op haar plaats.
Eisch 15 subs. 5 dagen hechtenis. Veroor
deeld tot 12 subs. 6 dagen hechtenis.
P. N., bij verstek, wegens overtreding arbeids
wet, 8 subs.z 4 dagen hechtenis.
A. L., bij verstek, wegens niet voldoende
uithalen op den Langeweg te Ooltgensplaat bij
het voorbij rijden van een wielrijder.
Gehoord wordt get. J. d. K., 19 j., monteur
te Sommelsdijk, die vertelt, dat verd. met zijn
rechter spatbord tegen zijn arm reed.
Get. K. V., 19 j., zonder beroep, te Middel
harnis, verklaart het feit gezien te hebben en
zegt, dat verd. wel meer heel hard rijdt.
Get. A. K„ 43 j., te Sommelsdijk, had het
geval niet gezien, daar het achter haar was ge
beurd.
Veroordeeld tot 15 subs. 5 dagen hechtenis.
W. C. v. D„ 21 j., chauffeur-monteur te
Ooltgensplaat, had' met een auto met één licht
op gereden. Verd. zegt het niet te kunnen con-
stateeren.
Het O. M. wijst op het groote gevaar aan het
rijden met één licht verbonden. Anderen meenen
in dit geval met een motorfiets te doen te heb-