J
van Huid én Voeten
PUROL
Ingezonden.
Gemengd Nieuws.
EEN HOEKTE VOOS VEOTTW EÏS" TE/
Voor de Vrouw*
V
Voor de Jeugd.
Land- en Tuinbouw.
Van Ged. Staten Is bericht ontvangen van de
goedkeuring van verschillende raadsbesluiten.
Evenzoo van de gemeenterekening dienst 1930.
Bericht van den Minister van Arbeid, dat de
rente der kapitalen, verstrekt ingevolge de land-
arbeiderswet, is verlaagd van 4 tot 3
De gemeente Bergen op Zoom verzoekt ad-
haesiebetuiging aan een adres, waarin betoogd
wordt, dat de nieuwe overbrugging van het Hol-
landsch Diep niet moet plaats hebben bij Moer
dijk, maar moet zijn van Willemstad naar Nu-
mansdorp.
B. en W. achten het, als gevolg van de te
wachten betere verbinding van Flakkee met
N. Brabant gewenscht, dat de overbrugging tot
stand komt als in het adres is aangegeven en
stellen voor adhaesie te betuigen.
Wordt goedgevonden.
De Minister van Binnen], Zaken bericht
40 subsidie te verleenen voor de werkloos
heidsuitgaven', gedurende een maand.
en Doorzitten bij Wielrijden, Zonnebrand
en Smetten, verzacht en geneest men met
Doos 30-60 ca 90 ct, Tube 80 tt
By Apoth. ca Drogisten
De heeren ZOETEMAN en SMIT zullen de
geloofsbrieven der nieuwe raadsleden onder
zoeken.
Udtloting van één obligatie der geldleening,
groot 10.000, per 31 Dec. 1931. Uitgeloot
wordt no. 11.
De heer P. K. Nagtegaal vraagt een per
ceeltje bouwgrond, gelegen aan de Burgemeester
C. Zaaijerlaan naast J. Ardon in erfpacht.
Dit wordt hem verleend tegen 17 Y cent
per M-.
B. en W. stellen voor de jaarwedde van de
helpster der nuttige handwerken A. Vis met
440 te verhoogen. Dit in verband met de meer
werkuren, die n.l. van 12 uren tot 14 u, 20 min.
gekomen zijn.
Wordt goedgevonden.
B. en W. stellen voor M. de Ruiter Ld. te
benoemen tot 2de helpster aan de openbare be
waarschool op een aanvangssalaris van 125.
Eenigen tijd heeft men het zonder 2de helpster
kunnen doen, doch thans is deze weer noodig.
Mej. M. de Ruiter wordt benoemd.
Het Polderdeel Dirksland heeft 247.35 bij
zondere onkosten gemaakt voor de verharding
van den Oost-havendijk, wegens vervoer daar
over van de in de Öirkslandsche haven aan
gevoerde materialen voor den aanleg van den
Provincialen weg.
B. en W. achten het niet noodig het volle
bedrag te vergoeden, maar vinden het wel billijk
120 te betalen.
De heer DE BONTE is bang, dat ook andere
polderbesturen met eenzelfde verzoek zullen ko
men. Dit kan wat duur worden.
De VOORZITTER heeft van dergelijke voor
nemens nog niets gemerkt. Bovendien geldt het
hier een polder, waar de gemeente in 't bijzonder
bij betrokken is, zoodat de Raad hier allerminst
éen' precedent schept.
Het voorstel wordt nu aangenomen.
In verband met den grooten aanvoer voor den
Provincialen weg heeft de sluiswachter extra
werkzaamheden verricht, B. en W. stellen voor
hem 50 vergoeding te verleenen.
De VOORZITTER zegt, dat hierom niet is
gevraagd.
Wordt goedgevonden.
B. en W. stellen voor de begrooting van het
Algemeen-Armbestuur 1932 op eenige punten te
wijzigen, n.l. eenige verhoogingen van posten
en eenige overschrijvingen.
Aldus besloten.
Een commissie moet worden' benoemd voor
onderzoek der rekening van het Algemeen Arm
bestuur 1930.
De VOORZITTER stelt voor dit onderzoek
op te dragen aan dezelfde commissie, die de
gemeenterekening moet onderzoeiken, hetwelk
wordt goedgevonden.
De begrooting van de E.M.G.O. voor 1931
wordt goedgekeurd.
In de commissie tot onderzoek der gemeente
rekening over 1930 worden benoemd de heeren
De Bonte, Buth en Zoeteman.
In de Commissie tot onderzoek der gemeente-
begrooting 1932 worden benoemd de heeren De
Bonte, Hagens en Zoeteman.
B. en W. stellen voor tot wijziging van ver
ordening ex artikel 54 der Gemeentewet voor
het Gasbedrijf, zoodanig, dat de Commissie uit
3 in plaats van uit 2 Raadsleden zal bestaan;
zulks naar aanleiding van het nieuwe art. 60
der Gemeentewet.
Aldus besloten.
Voorts besluit de Raad geen gebruik te maken
van de bevoegdheid, gegeven in art. 215 2de
alinea der Gemeentewet, om een jaarlijksch ver
slag der gemeente te doen uitbrengen, waardoor
het verslag om de 5 jaar wordt uitgebracht.
Vervolgens worden eenige administratieve wij
zigingen aangebracht in de gemeentebegrooting
voor 1931.
Daarna wordt nog gesproken over eenige aan
te brengen wijzigingen in de verordening op de
geme'en te-ambtenaren', welke nader worden voor
bereid.
De Bond van Personeel in Overheidsdienst
heeft een adres ingezonden, waarin bij zich be
klaagt over de houding van B. en W., die
bovengenoemde materie zonder nader overleg
met dezen Bond willen behandelen en verzoeken
den Raad er op aan te dringen, dat dit overleg
alsnog plaats vindt.
De VOORZITTER zegt, dat dit adres wat
voorbarig is, daar het ontwerp tot wijziging nog
niet in zooverre gereed is, dat overleg kan
worden gepleegd.
De heer DE BONTE vraagt inlichtingen om
trent den techmschen term „ambtenaren". Wie
worden daarmee in deze verordening bedoeld
De SECRETARIS zegt: Ambtenaren' zijn die
personen in gemeentedienst, die een vaste aan
stelling hebben. De anderen kunnen werklieden
worden genoemd.
Er wordt den Secretaris aan herinnerd, dat
vóqr jl Sepjtember dezte verordening gereed
moet zijn.
De SECRETARIS licht nader toe, dat deze
moet worden gedistilleerd uit 1 artikel met 11
punten en dat daarover juist een handboek van
plm. 400 blz. is verschenen. Dat is dus geen
kleinigheid.
Bij de rondvraag vraagt niemand het woord.
Daarna sluiting.
Aaa de vrijenden van den arbeid onder
de militairen in Oost- en West-Indië.
L. S.
NA VEERTIG JAREN.
Op 26 Juni j.l. was bet 40 jaar geleden, dat
te Harderwijk de „Vereeniging voor Evangeli
satie onder de militairen", later omgezet in
„Ghr. Mil. Bond voor O. en W. Indië", werd
opgericht. In 1891 werd dus begonnen met de
stichting van Chr. Militaire Tehuizen in Indië.
Bij zulke gedenkdagen worden meestal extra
vergaderingen enz. gehouden. Helaas Bestuur-
deren van bovengenoemden Bond badden na
zooveel jaar zegenrijken arbeid thans niet ge
dacht in groote zorgen te moeten neerzitten en
te vragen: „hoe komen wij er weer boven op
Waren de laatste 10 jaren minder zorgvol,
thans staan wij voor een noodtoestand. In Öost-
Indië hebben wij zes mooie tehuizen en wel te
Buitenzorg, Bandoeng, Tjimahi, Mr. Cornelis,
Magelang en Salatiga. De Regeering steunde ons
loffelijk, doch heeft plotseling de subsidies ver
minderd, zoodat deze Tehuizen niet langer zou
den kunnen bestaan en ons Indische Comité per
telegram een noodsein deed toekomen: „zendt
onmiddellijk twintigduizend gulden, anders is be
staan Tehuizen niet verzekerd."
J Een reeds in 1930 samengesteld Comité te
Willemstad (W.I.) en de daar aanwezige vloot-
predikant zijn van oordeel, dat zoo ergens, zeer
zeker te Curasao thans een militair tehuis hoog
noodig is, omdat de toestand daar voor onge
huwde militairen' en matrozen zeer ernstig is.
Op deze dringende en herhaalde bede seinden
wij reeds: „reken op 7000.Bond en toezen
ding voor rekening Bond Huisvader en Huis
moeder". Onze geringe middelen, door zuinig
beheer verkregen, gaven wij in pand 'bij onzen
kassier om daarop het toegezegde bedrag te
kunnen leenen. Voor het gevraagde bedrag voor
W. Indië en reisgeld voor het bedoelde echt
paar naar Curagao hebben wij niets, zegge:
niets. Zoo zit ons hoofdbestuur voor een zeer
moeilijk probleem. Moet nu deze zegenrijke ar
beid van ruim 40 jaar doodloop'en' door geld
gebrek Wij hopen van neen
„Onze voormannen, die dezen arbeid hebben
aangevSt, vaak onder zeer moeilijke omstandig
heden, hebben dat gedaan in het geloof en wat
in het geloof gebouwd is, valt niet met den
eersten stoot. God heeft voor ons nog dezelfde
roeping in dien arbeid als bij de oprichting van
40 jaar geleden. Het komt er thans op aan,
dat wij die aanvaarden met gewilligheid. Wij
mogen uit het leger niet terug. Er is misschien
geen terrein in onze Indische Maatschappij,
waarvan wij dat met zooveel klem kunnen zeg
gen. Wij mogen zelfs niet stilstaan, we moeten
steeds voorttrekken". Zoo schreef onze ijverige
afdeelingssecretaris in een Geref. Kerkblad te
Magelang in Ned. Indië. En wij als hoofdbe
stuur, wij heffen het hoofd omhoog en gelooven
ook, dat zij, die ons tot nu toe hebben geholpen,
dit zullen blijven doen en ook, dat er nog zeer
velen in ons land zullen zijn, die aan onze
smeekbede gehoor zullen geVen. Helpt ons dan
met Uw gave, klein of groot, voor hetgeen een
maal in Oost-Indië is tot stand gébracht en
steun ons ook bij een zeer noodzakelijke opbouw
van een Tehuis voor onze militairen en ma
trozen op Curasao.
Het giro-nummer, ten name van den Chr. Mil.
Bond voor O. en W. Indië is No. 71784, adres:
„Beukenoord" te Leersum.
Namens het Hoofdbestuur
Ir. E. MIDDELBERG, Loenersloot, Voorz.
D. J. C. VAN REENEN, Den Haag,
Sportlaan 107, Secretaris.
S. SLOOTEN, Beukenoord, Leersum,
Penningmeester.
AARDBEIENBEMESTING.
Nauwelijks is de aardbeienpluk afgeloopen,
of wij gaan weer alles in het werk stellen, de
volgende oogst zoo groot mogelijk te doen zijn.
Twee factoren spelen hierbij een groote rol, n.l.
'het van onkruid zuiver houden van 'het gewas
en de bemesting. Vooral de bestrijding van het
onkruid is, hoofdzakelijk waar de teelt eenigs-
zins in het groot gedreven wordt, een heele toer.
Nog dikwijls stuit een gelukken van de aard
beienteelt af doordat men het vuil niet baas
kan. Bij het aanleggen der aardbeien lette mén
dus terdege op, dat in de eerste plaats land
genomen wordt, dat practisch vrij is van on
kruid, en zeker geen wortelvuil mag bevatten.
Zelfs met de voorVrucht houdt men rekening.
Hiervoor wordt een gewas gekozen, dat zeer
goed voor onkruidbestrijding geschikt is.
Verder neemt men een goed groeiende aard
bei, vooral de slechtgroeiende aardbeien hebben
het hardste tegen het onkruid te vechten. Ook
leert de ondervinding, dat stalmest achteraan-
staat bij kunstmest, omdat met deze mest veel
onkruidzaad meekomt.
Wat de bemesting betreft, deze staat in nauw
verband met het onkruid; doelmatig bemeste
aardbeien moeten zooveel blad hebben, dat zij
het onkruid onder zich houden, mogen echter
ook weer niet zooveel blad hebben, dat zij
schaduw geven. Nog veel te weinig wordt de
bemesting op den juisten tijd gegeven. Ongun
stige uitkomsten zijn dikwijls een gevolg biervan.
Wij moeten de bemesting geven: ten eerste
bij het aanleggen der aardbeien. Wij geven in
verband met voorvrucht en grond, een flinken
voorraad fosforzuur en kali, laat ons zeggen
per Are 8 K.G. superfosfaat of Thomasslakken-
meel en 7 K.G. patentkali. Verder geven wij
3 K.G. kalksalpeter per Are. Dit is voor na
jaarsbeplanting. Plant men in bet voorjaar, dan
geeft men genoemde bemesting ineens.
Bij het bemesten van bestaande aardbeien kan
men bet beste gebruik maken van Nitrophoska,
de volledige meststof. Men voorziet hiermee het
gewas van de noodige stikstof in een gewensch-
ten vorm, terwijl men den bodem tegelijk met
fosforzuur en kali op peil houdt. Men gebruikt
dan van deze meststof per Are 6 K.G., waar
van men de helft geeft direct na den pluk, de
rest in het vroege voorjaar.
Wij hebben dezen zomer twee bemestings-
proefveldjes gehad op aardbeien en we) op de
soorten Madamme le Fèbre en Jucuda. Deze
aardbeien liggen voor het derde jaar. De proef-
veldjes bestonden ieder uit drie veldjes van
1 Are. Van deze drie veldjes werd een zonder
bemesting gelaten, het tweede kreeg alleen fos
forzuur en kali, in den vorm van superfosfaat
'en' patentkali, en wel zooveel van ieder als in
6 K.G. Nitrophoska aanwezig is, het derde
veldje kreeg 6 K.G. Nitrophoska.
De opbrengst was als volgt: Madamme le
Fèbre, perceel 1, onbemest 26.4 K.G.; perceel 2,
bemest met fosforzuur en kali, 36 K.G.; perceel
3, bemest met 6 K.G. Nitrophoska, 65 K.G.
De opbrengst van de Jucunda was: perceel 1,
onbemest, 36 K.G.; bemest met fosforzuur en
kali, 47 K.G.; bemest met Nitrophoska, 81 K.G.
De helft van het fosforzuur en de kali en de
helft van de Nitrophoska zijn gegeven in Juli
van het vorige jaar, de andere 'helft in Maart
van dit jaar. Deze veldjes hebben nu weer voor
den oogst 1932 de helft van het fosforzuur en
de kali, en de helft van de Nitrophoska gehad.
Nog zij opgemerkt, dat de stand van de veldjes
zonder Nitrophoska gedurende den geheel en zo
mer veel minder was dan die met deze meststof
bemest. De veldjes met Nitrophoska bemest
zaten gedurende den geheelen pluktijd mooi in
het blad, hadden weinig last van onkruid, terwijl
de andeten' veel last daarvan hadden.
AVONTUURLIJKE GRONINGSCHE
JONGEDAMES.
Met het circus Gleich op stap.
Wij lezen in de Leeuw. Ct.
De volgende tragi-komische geschiedenis,
waarbij drie Groningsche jongedames de hoofd
rollen vervullen, heeft zich onlangs afgespeeld.
Drie meisjes van ongeveer 16 jaar, vrien
dinnen, hadden de vorige maand, toen de cir
cuskoning Gleich aan het Zaagmulderswegje te
Groningen zijn tenten had opgeslagen, een be
zoek aan dit paardenspel gebracht en kennis
aangeknoopt met drie medewerkers uit de are
na drie cowboys. De kennismaking leidde tot
vriendschap, welke zoo innig werd, dat de meis
jes besloten, zich bij hun geliefden aan te slui
ten en als medewerksters het icircus te volgen.
Aldus geschiedde. Doch dit ging maar niet
zoo één, twee, drie. Er werd afgesproken, dat
de meisjes vacantie zouden vragen en haar
ouders zouden meedeelen, dat ze tezamen een
fietstocht gingen ondernemen naar Assen, om
daar bij familie van een harer eenige dagen
door te brengen.
Eenmaal de deur uit, waren ze vrij en kon
den zij zich gevoeglijk in de armen harer cow
boys werpen.
Nadat bet circus Gleich uit Groningen was
vertrokken en met twee extratreinen in Lee.uwar-
den was gearriveerd, lieten de avontuurlijke
dames niet lang op zich wachten en reisden
koning Gleich per rijwiel na. De fietstocht op
het 55 K.M. lange traject Groningen—Leeuwar
den verliep zonder incidenten en spoedig had
den zij haar troubadours bij het circus ontdekt.
De fietsen werden bij een handelaar in rijwie
len te Leeuwarden gedeponeerd. De drie cow
boys waren zoo gecharmeerd van hun Gro
ningsche Dulcinéa's, dat na kort 'beraad en in
overleg met de directie besloten werd haar mee
te nemen op tournee.
Toen bet icirrsus na verblijf van eenige da
gen in Friesland's hoofdstad wederom vertrok,
om zijn tenten op te slaan te Almelo, volgden
ook de dames. De fietsen werden in Leeuwar
den bij den rijwielhandelaar achtergelaten. Deze
laatste begon zich echter wat ongerust te ma
ken 'en' tobde er over, waarom de drie aanval
lige jongedames haar vehikel nog steeds niet
terughaalden. Dies stelde hij zich in verbinding
met de politie ter plaatse, die een onderzoek
begon. Het geluk diende de recherche, doordat
aan een der fietsen een kaartje met naam en
woonplaats van de eigenaresse bevestigd was.
Ook meende de rijwielverhuurder zich te her
inneren, dat hij de drie jongedames bij Gleich
in de Arena had gezien.
Intusschen was het circus verhuisd van Al
melo naar Enschede. De drie Groningsche
sc'hoonenj behoorden toen nog steeds tot het
vaste personeel. Teneinde haar ouders te mis
leiden, die in de vaste me'ening verkeerden, dat
hun dochters te Assen waren, werd een mooie
prentbriefkaart van een filmster via de familie
te Assen die van deze excursie dus 'blijk
baar op de hoogte was naar Groningen ge
zonden. Doch de politie had niet stil gezeten
en zich in verbinding gesteld met hagr collega's
te Groningen, Enschede en Almelo.
Toen was de pret spoedig afgeloopen. Voor
de recherche in Almelo was het nu niet moei
lijk de drie liefjes der cowboys op te sporen.
En zonder haar gelegenheid te geven van haar
aanbidders afscheid te nemen, werd het drietal
op transport gesteld naar Groningen.
Hoe de ontvangst thuis is geweest, vertelt
de historie niet. Wel is bekend, dat de moeder
van een der meisjes bij aankomst van het drie
tal op het politiebureau aanwezig was. Toen
zij haar dochter weer van den inspecteur mee
kreeg, kon zij niet nalaten, het cowboy-liefje
onder den Martinitoren een flinke lichamelijke
'kastijding toe te dienen.
JEUGDHERBERG AFGEBRAND,
Het vroegere landhuis Wolkenland te Beek
een prooi der vlammen.
Het vroegere landhuis Wolkenland .te Beek
(gemeente Berg), sedert korten tijd eigendom van
het Amsterdamsche lyceum en als jeugdherberg
ingericht, is Woensdagmiddag totaal afgebrand.
De vader der stichting, de heer La'bruyère, heeft
nog tevergeefs' getracht met snelblusschers het
vuur te stuiten. Verzekering dekt de schade.
De brand is vermoedelijk ontstaan doordat von
ken uit den schoorsteen van de bijkeuken op
het rieten dak terecht kwamen. Deze nieuwe
jeugdherberg, die de volgende maand officieel
zou zijn geopend, zou Woensdag door 62 jon
gens worden bevolkt. Deze zijn thans onderge
bracht in hotels en' zalen in de buurt. De bur
gemeester van Berg was op het terrein van den
brand aanwezig.
GASVERSTIKKING.
Een bejaarde man om het leven gekomen.
Op de eerste étage van perceel 232 in de Van
Ostadestraat te Amsterdam is Woensdagmiddag
een bejaarde man door gasverstikking om hei
leven gekomen. Het ongeluk werd ontdekt do/®
dat een op de twee etage wonende vrouw, does.
het ontsnappende gas, dat tot 'het vertrek waar
zij zich bevond doordrong, bewusteloos geraakte.
Zij werd gelukkig spoedig gevonden, waarna
de politie en de geneeskundige dienst werden
gewaarschuwd. Per auto van dezen dienst werd
de vrouw naar het Wilhelminagasthuis over
gebracht, vanwaar zij na te zijn 'bijgebracht naar
huis kon terugkeefen. Het lijk van den man, die
gehuwd was, is door de politie in beslag ge
nomen.
HET ONWEER VAN WOENSDAG.
Boven Zwolle en omgeving woedde Woens
dagmiddag een hevig onweder, gepaard gaande
met hagelbuien. Een boom werd getroffen en
onderscheidene telefoongeleidingen raakten on
klaar. De landbouwer F, A Alberts wonende
aan de Schellerweg begaf zich met zijn familie
naar buiten om den toestand in oogenschouw
te nemen toen een doffe knal weerklonk. Toen
men omkeek stond het geheeie huis in brand.
Alles brandde tot den grond af. Alleen een
hooiberg bleef behouden.
Hierbij geef ik het patroon van een gebreide
heerenpullover, waarom wij gevraagd is.
'k Heb, zooals mij verzocht was, een middel
matige maat genomen. Bij de berekening had ik
niet te grove wol en ook geen grove naalden.
Zet op 138 steken voor het voorpand.
En brei 10 c.M. 2 recht 2 av.
Dan 'breit men recht (aan den achterkant av.,
zoodat de-goede zijde enkel recht te zien geeft)
tot het werk een lengte heeft van 44 c.M.
G H B C
Lengte totaal 68 cM.
48 cM.
130 steken
VOORPAND
Men is dan aan den hals toe. Brei dan eerst
den kant A B C D af.
Aan den kant A~B wordt om den anderen
toer 1 steek geminderd, net zoo lang tot men
aan dien kant 18 steken geminderd heeft. Men
moet den kant C-~E gewoon recht doorbreien
tot het werk een lengte heeft van 48 c.M. Men
mindert dan voor het armgat, in 6 toeren tellen
2 steken, samen dus 12 steken.
Als dat gedaan is, breit men den1 kant C—D
verder gewoon recht af. Men breit tot het werk
geheel een lengte heeft van 68 c.M. en kant
dan de overgebleven steken, dat is 35 steken, af.
Men begint dan aan de zijde A~'FGH
precies eender af te maken en dan is het voor
pand af.
Het verdient aanbeveling om langs den lijn
A—B en AH een rand van 16 steken 1 recht
1 av. verspringend' te 'breien, dat maakt bet
werk steviger en het rekt niet zoo uit.
Ook moet men, wat anders niet mag, de
kantsteken breien, ook al om dezelfde reden.
Nu de rug.
Die ziet er zoo uit.
B
48 cM.
124 steken
RUG
Zet op 124 steken en brei weer een boord
van 10 c.M. 2 r, 2 av., daarna recht tot een
lengte van 48 c.M. Het armgat weer precies
eender werken als bij het voorpand.
Brei dan tot het werk totaal een lengte ijeeft
van 64 c.M.
Dan is men aan den schouder en hals.
Men' begint de naald bij D en breit tot men
52 steken heeft en kant dan 20 steken af.
Verder wordt de zijde A^B nu eerst afge
maakt. Brei de naald A—B steeds heen en
weer en minder in eiken toer 2 st. bij B en
1 steek 'bij A, net zoo lang tot er geen steek
meer over is.
Dan wordt de naald CD heen en weer
gebreid en bij C 2 steken en bij D 1' st. ge
minderd, ook net zoo lang tot er geen steek
meer is.
Ook de rug is dan af.
Nu rest alleen de mouw.
Zet op 70 steken en brei een boord 2 r. 2 av.
van 10 c.M.
Dan moet er recht gebreid worden tot het
werk totaal een lengte heeft van 58 c.M. Ter
weerskanten moeten echter over de geheeie
lengte 15 steken bijgemaakt worden, totaal dus
30 steken.
100 steken
170 stekenf
MOUW
Dan mindert men om den anderen toer ter
weerskanten 3 steken. Dat moet zoo 8 maal
herhaald worden en dan nog 52 steken over.
Die kant men in eens af en daarmede zijn de
deel'en van de pullover af.
Rest alleen nog het in elkaar zetten.
Het is aan te raden geen effen wol te nemen
en ook vooral geen te heldere kleur. Licht en
donker grijs dooreen of bruin beige. Dat kan
altijd gedragen worden.
Wil men echter een model met een kraag,
hoewel dat meestal niet gedaan wordt, dan
vervalt bij het voorpand de mindering bij AB.
Wel wordt daar dan een split gebreid. Men
breit dan tot aan den schouder recht, en kant
alles recht af.
De kraag is éen gewoon recht lapje. Het
aantal steken kan men het best zelf even be
rekenen als de 'hals van de pullover af is. Lijkt
deze wat wijd te vallen, dan neemt men het
aantal steken wat minder. Valt de hals nog
maar net ruim genoeg, dan neemt men het
aantal steken ook ruim.
'k Hoop hiermede aan het verzoek van onze
lezeres te hebben voldaan. Mocht er nog iets
te vragen zijn, en ik kan helpen, dan wil ik
dat graag doen.
M'n beste nichtjes en neefjes!
Nog een week dus hebben jullie den tijd om
voor onzen wedstrijd in te Zenden. Maar dan
is het ook voorbij, hoor. 'k Wil de nichtjes en
neefjes, die mij deze week een brief of kaart
stuurden en daarvan niets in ons hoekje zien,
even gerust stellen en zeggen, dat ik die den
volgenden keer wel 'beantwoorden zal, omdat
ik die in mijn vacantie niet nagezonden krijg.
Dat wacht dus tot ik weer terug ben.
Jullie ijver en lust voor Aardrijkskunde schijnt
me verbazingwekkend, 'k Heb al heel wat
inzendingen' voor onzen wedstrijd ontvangen.
Maar Aardrijkskunde voert den boventoon, al
zijn de opstellen ook niet vergeten, hoor.
Zoo hoor, nu eindig ik mijn praatje, 'k
Wensch mijn nichtjes en neefjes allen heel pret
tige vacantiedagen toe, want ik vermoed, dat
de meesten nu toch wel vacantie hebben.
Veel groeten van
TANTE TRUUS.
TINEKE.
XV.
Het was haast niet om te gelooven. Zusje
een klein beetje 'beter. Wat waren ze. blij
Truus kwam naar Mevrouw toe en nestelde
zich tegen haar. Truusje was heelemaal thuis
in Tini's 'huis. Mevrouw was ook zoo lief voor
ze geweest toen ze zoo bedroefd waren.
„Ik ben zoo blij, Mevrouw. Zouden we nu
zusje al gauw mogen zien
„Ho, ho, nu loopt ons Truusje te bard van
stapel, hoor. Het zal nog wel een poosje duren,
eer je zusje mag zien en eer je weer naar huis
mag. Maar ik begrijp het al, je wilt bij ons
vandaan loopen, maar ik houd je zoo vast", en
plagend trok Mevrouw aan Truus' lange vlech
ten.
„Nu gaan slapen en dan zullen we bidden
of we morgenochtend weer zulk heerlijk nieuws
mogen hooren."
Wel, het leek wel of het een andere Fré 'en
Hans en Truus waren, die naar boven gingen.
Kleine Hans, die er nog niet zoo veel van be
greep, had het woord een beetje beter alleen
maar goed gehoord, en hij dacht, dat het nou
al wel weer gauw alles gewoon zou zijn, daar
om dartelde en sprong hij weer als altijd en
Fré deed vamzelf weer een beetje mee.
Den anderen morgen zaten ze voor schooltijd
weer te wachten op de 'bekende bel van de te
lefoon. 'Het was net Truusje's beurt om te luis
teren. Mevrouw had natuurlijk eerst geluisterd.
,,'t Is gelukkig weer goed nieuws, Truus,
ga jij nu Moe maar gauw gendag roepen."
Wat werd het nu alles anders. Eiken dag
hoorden ze: „Zusje is een 'beetje beter", en ze
genoten nu echt van het uit logeeren zijn bij
Tini. Nu konden ze fijn spelen met elkaar,
eiken avond, tot ze naar bed gingen toe.
Moe keek au wel eens bezorgd naar Tini.
Hoe zou ze het nu maken Eerst ging alles zoo
makkelijk. De groote droefheid bad hen voor
elkaar eerst gemakkelijk in den omgang ge
maakt, maar nu na al die 'bedroefde dagen en
nu het elk'en dag een 'beetje beter met de kleine
i
zus ging, nu waren ze uitgelatener dan ooit.
Doch dat vond Mevrouw niet erg. Ze hield
wel van die blijde pret, als er maar geen ge
kibbel kwam. Als Tini maar steeds zoo ge
makkelijk van alles afstand kon blijven doen en
het ook goed kon vinden als die flinke, stevige
Fré eens een keer wat bazig deed.
Tot nu toe ging het uitstekend, en Mevrouw
was er al heel blij mee. Ze merkte dikwijls, dat
Tini nu graag wat toegaf, wat ze anders niet
licht gedaan zou hebben.
Op een Woensdag toen werd het even drei
gend. Het regende heel den middag. Ze konden
maar net eVeri in den tuin naar Moe zwaaien
en moesten toen weer heel hard naar binnen
loopen, om niet heelemaal nat te worden.
Fré had een mooi boek van Tini's plankje
genomen en ging stil zitten lezen, maar 'Hans
zou met Truus en Tini meespelen. 'Doch de
kleine baas had lang geen gemakkelijke bui.
Hij wilde juist alles hebben wat Tini of Truus
juist hadden. Truus had hem al eens gewaar
schuwd en gezegd: „Toe Hans, speel nou edit
met ons, zoo mag je van Moe ook niet doen
Hans liet zich echter niet veel gezegden, er
juist had Tini haar lievelingspop netjes aange
kleed, of Hans wild haar hebben om in zijn
zelf van blokken gebouwde stoel te zetten.
Toen werd het Tini toch te machtig en ze
werd boos en bijna wilde ze booze woorden
zeggen tot Hans, tot ze Moe s bezorgde blik
zag. Wat die Tini van zichzelf schrok.
„Hier Hans, neem dan maar, hoor. Wat geeft
het nou Truus, wij nemen die andere pop dan
wel."
Tini du'rfde niet naar Moe zien, want die 'had
eerst haar booze gezichtje wel gezien. O, als
ze Moe maar weer niet zoo bedroefd had. Wat
gaf nou ook die pop en Hans was eigenlijk ook
nog maar klein.
Hans was'; tevreden. Pop Loes troonde boven
op zijn eigen gemaakte wankele stoel.
Tini paktl? baar andere poppen en speelde
verder. Maat toen ze tersluiks Moe 'even aan
zag, knikte dVze haar vriendelijk toe. Moe was
blij, dat TiniS dezen 'keer zichzelf overwonnen
had.
Eindelijk kwjam de dag in 't zicht, dat de drie
logeetjes weer'i naar hun huis zouden mogen
Ze hadden het 'o zoo prettig gehad bij Mevrouw,.
van der Hoog en Tini was o zoo lief gewecsi
voor hen, maar' u mochten ze toch weer naa-u
hun eigen huis, en hun Vader en Moeder er.P
ook hun zusje.
De jongens mjaakten het Tini niet makkelijk'
de laatste dagenl, ze waren niet stout, o nee
enkel maar uitgeföaten van blijdschap. Zus wa-
heelemaal beter, i ze hadden ze in een doei
gepakt achter hei
Als nou dit do
thuis kwamen, da
k,
raam gezien.
;ter maar goed vond, dat z'
n was alles klaar.
(Wordt vervolgd).