Draait ze innig
VICTORIA-WATER
Buitenland*
V er koopingen.
Marktberichten.
Voor de Vrouw.
Voor de Jeugd.
Sion zal door Recht
verlost worden.
Binnenweg 32, Rotterdam
UIELFSCHOEIIEtl
Speciaal zaak H. ADEMA,
HEERLIJK EK WELSMAKEND
KAIUURLIJH BROKUlAIER
een werkloozendrama,
EEïfl" XÏOSKjjJE TTiiOOES 0"ü"W E
Zaten
Dit Humeri
TWE
uit|
De menschen worden door beginselen ge
dreven.
Dat is de zegen of de vloek van het beginsel.
De SD.A.P. noemt zich wel eens de partij
der democratie, d.w.z. de partij van den volks
wil. Zooals een volksmassa het wil, zoo wil
deze partij het. Daarom moest zij niet anders
dan een zuiver parlementaire partij zijn. Want
in het parlement komt met ons algemeen kies
recht de wil van het geheele volk tot uitdruk
king. De echte democraat buigt zich dus voor
de beslissingen, die in het parlement vallen.
Maar nu blijkt uit de daden der S.D.A.P., dat
zij een echte revolutionaire partij is, dat zij er
niet voor terugdeinst den wil van het volk te
vertrapp'en en de dictatuur te vestigen, d.w.z.
den wil van een minderheid des volks, die over
de meerderheid de lakens uitdeelt. Zij deinst er
niet voor terug over te gaan tot daden, die in
strijd zijn met de wetten des lands. Zij aan
vaardt de revolutie. En nogmaals, dat komt niet
omdat die menschen zoo slecht zijn, maar om
dat die menschen leven uit een beginsel, dat hen
naar de revolutie drijft.
Welk dat beginsel is? Het ongeloof. Anders
niet. Alle ongeloof moet drijven in de armen
der revolutie. Daarom kon Groen zeggen, dat
er tegen de revolutie maar één wapen is: het
Evangelie.
En als Troelstra klaagt zich vergist te heb-
b'en, dan is dat geen klacht over zijn daad, maar
een1 klacht over de machtsverhouding in ons
land, die revolutie onmogelijk maakte.
Dat maakt het vierde boek van Troelstra
leerzaam.
Wanneer men dit boek leest naast het boek
van Groen, dan ziet men, dat die ziener der
vorige eeuw in zijn profetie van ongeloof en
revolutie volkomen waar was. En hoe kon het
ook anders. Hij leefde bij het licht van Gods
Woord I
UITKIJK.
ii.
De heidenen hadden besef van God en ze
kenden Hem voor zoover 't Hem had behaagd
zich te openbaren. Heel eenvoudig en natuur
lijk dus precies als bij ons allen. Gij hebt uit
allerlei gesprekken een besef, indruk van een U
onbekend persoon gekregen, en er is dus een
mystieke, onzichtbare band gelegd tusschen U
en hem. Maar door den loop der historie of
omstandigheden staat die persoon in eens voor
Uen nu openbaart hij zich in zijn gesprek
nu wordt 't besef tot kennis. En de goede
indruk, die de tafelgesprekken U van hem
of haar hadden gegeven, is verheven tot goe
de kennisgij hebt goede kennis
met hem gemaaktomdat hij heeft laten
zien door zijn openbaring van nette vormen,
taal, verstandige opmerkingen en bedenkingen
enz., dat hij precies zoo is als men hem U had
afgeschilderd.
Door openbaring van een persoon
geeft dit „vat" uit, wat 't in heeften komt
al of niet met den indruk en uw besef, uw
wortelidee, overeen.
Uit een teerton, zoo is Uw besef, komt
geen stroop. En de openbaring, als ge dus de
knop losmaakt, brengt U tot de kennis, dat daar
een echte, volle teerton staat.
Wat bedoelen we met 't bovenstaande Heel
eenvoudig dit, dat Multatuli 'en zooveel duizen
den met hem, nooit en nimmer mogen en kunnen
zeggen: „Ik ken U niet, o God, want Gij zweegt
altijd, altijd."
Ja, a 1 s God geewegen had; als Hij zich
niet geopenbaard haddan zeer zeker, net
als in 't voorbeeld, dat we gaven met dien
mystiek gekenden man of met dien teerton
dan was 't bij Multatuli bloot bij een besef of
indruk gebleven; en dat besef had dan nog
onder den' invloed der zonde, die alles scheef
trekt, een wangestalte kunnen zijn; een „aller
zotste" indruk van God.
Maar God hééft zich geopenbaard in de
Natuur en in de Schriften. Daarom zijn de
Heidenen minder schuldig dan mijnheer Douwes
Dekker, zooals zijn eigenlijke familienaam luidt;
want de Heidenen van Paulus hadden niets
dan de Natuur, en enkele „heilige schriften", die
echter een zeer verminkt beeld van den Schep
per en Schepping geven. Een beeld voor óns,
die den Bijbel lezen, onaanvaardbaar. Verge
lijking van die heidensche „heilige boeken" met
ons „heilig boek of de Schriften", valt niet ten
gunste hunner boeken uit; er zit, zeggen
kenners van dat Sanskriet, te veel mythe, ver
dichting in.
Toch is er een besef van een Opperwezen,
maar uitgegroeid tot een kennis van een
God, die zooals zij Hem meenden te moeten en
te mog enzien, voor ons een carricatuur van een'
echte Godheid is; in elk geval oneindig ver
schilt van den God, zooals Mozes dien zag en
verwaardigd werd te zien en te hooren spreken
en dicteeren.
Wie daarvan meer weten wil, ga naar den
boekhandel, 'en bestelle daar de Mythologie of
mythengeschiedenis van Grieken, Romeinen,
Germanen, Perzen enz. enz. En dan loopt door
al die boeken één goddelijke draad; zoo sterk,
dat de Brahmanen in Voor-Indië hun alphabet
zelfs noemen: het goddelijk A. B. C.
Comrie scheef ook „Het goddelijk A.B.C.",
maar 't is anders.
Hun bijbel heet Veda het door open
baring gehoorde.
Hun god: Brahma.
Hun Schepping: de Aarde uit een ei. Van
welke kip is ons niet bekend.
Er is dus, door de eeuwen heen, een i n-
d r u k geweest van een hoogere macht; en die
indruk is kennis geworden doordat die
„macht" zich heeft geopenbaard. Brahma heeft
met de „wijzen" van Indië gesproken; met de
ingewijden, met de priesters over de wijze van
aanbidding, de offers, de plechtigheden, het lied
des lofs voor Brahma, over de godennatuur,
over de menschenziel, enz. enz.
En natuurlijk, zooals die „openbaring" van
Brahma was, zoo is nu ook het beeld „Gods"
in dat Indische volk. Die heidenen hebben dat
„gegloofd". Veda is waar.
En 't Volksgeloof daar aanvaardt den Brah
ma en de schriften.
Maar Multatuli zegt: er is geen openbaring
geweest.
Hij vocht voor Menschelijkheid en Recht,
maar trok zich van Natuur en Schriften niets
aan; hij zag in de Natuur wel een macht, maar
die macht was de ijzeren wet der Noodzakelijk
heid; was de Natuurwet, nooit te verbuigen;
altijd konsekwent hierin, dat gelijke oorzaken
gelijke gevolgen hebben.
Doch juist die openbaring der Na
tuur had hem toch kunnen en moeten leeren,
dat er dan ook in 't geestelijke leven, waartoe
't Recht en de Rechtswetenschappen behooren,
een zelfde wet leefde van oorzaak en gevolg;
en dat die eeuwige regelmaat van gelijke straf
bij gelijke schuld toch een sprekend getuige moet
zijn van een Zedelijke wereldorde, die niet zóó
maar in de wereld gekomen kan zijn. Er is orde
in de Natuur; er is orde in de moraal; er is
dus een Macht der Orde.
En daar de Natuur ons geen stap verder
brengen kan dan hoogstens tot de kennis van
een Ordemacht, die Brahma heeten kan, Zeus
of Jupiter, Re, Bel of Baal, Ormoezd of Ahri-
man enz., daar is ons gegeven de Schrift, die
aantoont dat Indië met zijn Brahma foutief gaat;
dat Griekenland en Rome met hun Zeus dwa
len; dat Egypte met zijn Re mis was, en Babel
met zijn Bel, en Perzië met zijn Ormoezd
maar dat de Israëlieten en Christenen juist zijn,
als ze die Ordemacht noemen: God den Drie-
eenige.
De H. Schriftuur geeft openbaringen, die de
Natuur uit der aard niet kan geven. Wat
wou de Natuur li leeren van den Raad des
Vredes, van Hemel en hel en velerlei andere
toestanden en verhoudingen. Niets, totaal niets.
Die H. Schrift geeft een scherper analyse,
ontleding, inzicht in die Ordemacht en leert den
Chris t-geloovige, maar ook slechts
hem alleen, God te kennen; van Godsbesef
tot Godskennis op te klimmen; en te leeren
kennen 't Recht d.i. de som der duizenden
ordinantiën voor het rijke m'enschenleven, voor
dieren en planten en zelfs voor de anorganische
natuur van stoffen.
Maar Multatuli was een ongeloovige. Hij
vroeg niet om Christ-geloof als gave Gods;
kreeg 't dus ook niet; wilde zelfs niet vragen.
Want om te vragen om Geloof, óf om te
bidden om versterking en vermeerdering des
Geloofs, moet er in 't menschenhart Bijzondere
vatbaarheid geboren zijn.
En wie die vatbaarheid mist, omdat de Geest
des Vaders in hem n i e t is, kan ook de Waar
heid der Schrift niet aanvaarden. De wereld
kent den Geest der Waarheid niet, die uitgaat
van Vader en Zoon; en ként dus evenmin de
dingen, die door dien Geest als boodschapper
Gods naar 't menschelijk hart, aan dat hart en
dat menschelijk verstand worden bekend ge
maakt.
Paulus zegt 't duidelijk in 1 Cor. 2 vs. 12,
en dit is Multatuli's eenige grond waarom hij
zei: „Ik ken U niet, o God".
Daar staat„Doch wij Christenen hebben
niet ontvangen den geest der wereld, maar den
Geest die uit God is, opdat we zouden weten
de dingen' die ons van God (d.i. Openbaring)
gegeven zijn." Opdatexpres voor dat
doel gegevenom God te leeren kennen.
De fout van M. zat 'm niet in 't nie t-
bezit van dat Christ-geloof, want
dat heeft een Mënsch uit zijn eigen niet; dat
heeft slechts de Christ-geloovige, in wien Gods
Geest werkt door de genade die de Christus
schenkt om te ku n n e n gelooven; maar de
fout van M. zat in 't niet-willen b e-
Er is geen God.
En voor den Christen, is 't Geloof in God
zitten; en dat leidt tot den harden schreeuw:
en Schrift een Bewijs van Hem; trouwens ge
loof is voor ieder mensch Bewijs; wie gelooft,
die bewijst en heeft voor zichzelf zekerheid,
't Staat duidelijk in Hebr. 11 1 't Geloof is
een vaste grond der dingen die men hoopt, en
een bewijs der zaken die men niet kent,
We hebben daar eens over hooren preeken;
maar die leeraar was mis. Hij zei, dat Paulus
hier 't zaligmakend geloof op 't oog had,
waardoor hij wist, dat hij in den hemel zou
komen, dien hij nog niet kende.
't Is onjuist.
Paulus neemt zes zintuigen aan, die ons
leiden tot zekerheid Oog-zien; ooren-hooren;
neus-ruiken; tong-smaken; vingers-voelen en een
hart om te gelooven.
En even sekuur als in mij alle twijfel
ouhoudt, en Zekerheid in trdeedt door 't
gebruik van oog, oor enz., even sekuur komt er
Zekerhei dén Bewijs door 't geloof.
OBERIAHNSTEIN
De gezondste dagelljkeche tafeldrank die in geen huishouding mag ontbreken,
In heele literaschroeffleaschen voor huishoudelijk gebruik, zeer voordeelig en
gemakkelijk, inhoudsprijs 32 cent.
Ik: Wie is U?
Gijvan der Weel.
IkIs uw vader en moeder dan die en die
GijJa, dat staat voor mij vast.
Ik Weet ge dat zeker Hebt ge b e w ij s
GijBewijs 1 Bewijs 1 dat is nooit te be
wijzen; hoe kan een kind dat nu bewijzen?
IkEn ge weet 't toch zeker
GijJa, 'k moet 't wel geloovenl En
geloov'end heb ik ze lief.
IkDus Paulus heeft gelijk
Gij Ja. 't Geloof is een vaste grond der
dingen, die ik hoop en bewijs der zaken, die
ik niet ken en nooit zal leeren kennen. En wie
durft te zeggen, dat zij mijn ouders niet zijn,
die is een lasteraar.
v. d. W.
Middelharnis, 20 Juni 1931.
(Wordt vervolgd).
SPRINKHANENPLAAG IN BESSARABIE.
Naar uit Boekarest aan de Uj Nemzedék be
richt wordt, hebben de sprinkhanen in het zui
delijk gedeelte van Bessarabië tot dusverre
14.U00 H.A. grond kaalgevreten. De sprink
hanenplaag begon reeds in Mei en de plaat
selijke autoriteiten zonden toen telegram op tele
gram aan de regeering, die echter tengevolge
van de verkiezingen, die haar geheel in beslag
namen, niets deed. De sprinkhanenplaag be
dreigt Zuid-Bessarabië met een ramp. De in
woners van twintig dorpen zijn dag en nacht
in touw, om de sprinkhanen uit te roeien. Bijna
de geheele oogst is vernietigd en de streek wordt
door eene hongersnood bedreigd.
EEN AUTO DOOR EEN WOLF
BESPRONGEN,
Naar uit Boekarest aan de Uj Nemzedék be
richt wordt, had een Roemeensch prefect dezer
dagen een onaangenaam avontuur bij gelegen
heid van een dienstreis. De auto werd n.l. on
derweg onverwachts door een troep wolven aan
gevallen, die, hoezeer de chauffeur ook de snel
heid vergrootte, niet wilden achterblijven. Een
wolf sprong op den koeler en slechts door een
plotselmgen draai van den wagen was het mo
gelijk hem er weer af te krijgen. De wolf werd
daarop door de auto overreden, waarna de an
dere wolven zich op het lichaam van hun col
lega storten, zoodat de prefect ze op die manier
kwijt raakte.
EEN DIKKERD GESTORVEN.
Op 47-jarigen leeftijd is te Duitburg de dikste
man van Duitschland gestorven. Hij heette Ro
bert Roggendorf en woog maar eventjes 505
pond. Enkele jaren geleden heeft hij zich in tal
van plaatsen laten bewonderen en daarvoor een
rondreis door het rijk gedaan. Deze reis had
eigenaardige moeilijkheden, want de dikkerd kon
niet pe rspoor gaan, omdat hij niet door de
coupe-deuren kon. Ook een gewone auto bleek
niet bruikbaar. Ten slotte is een bestelauto ver
bouwd om het geweldige lichaam van R, te
kunnen bevatten.
WAARAAN HERKENT MEN EEN
MILLIONAIR
Voor den politierechter te Oxford stond dezer
dagen een meneer terecht, die het vertikt een
schuld' van bijna 17 pond aan een garagehouder
te hetalen. Op de vraag van rechter Randolph
waarom laatst genoemde den man zooveel cre-
diet had gegeven, antwoordde eischher: wel, hij
bewoont een' eigen flat, gaat goed gekleed, heeft
een auto en loopt altijd rond met het air van
een millionair.
Ja, antwoordde de rechter, dat kan alle
maal wel zijn, maar het bewijst niet, dat ge
daagde werkelijk middelen heeft. Tegenwoor
dig rijden menschen, die geen zeven stuiver
bezitten in auto's, rooken dure cigaretten en
geven diners aan hun vrienden, maar de wer
kelijke millionair gaat door het leven, alsof hij
geen dubbeltje per dag te verteren heeft.
Te Nicolai waren Woensdag in een schuur
bij de stad verscheidene werkloozen. Een van
hen had een oud Russisch geweer en tien pa
tronen bij zich. Een ander werklooze verlangde
nu, dat de bezitter van het geweer op hem zou
schieten. Eerst het derde schot trof den man
in het hart. De andere schoot zich daarop in
het hoofd. De beide andere werkloozen, die in-
tusschen weggeloopen waren, riepen de politie,
welke de beide lijken heeft gevonden. De oor
zaak van dit drama is in de werkloosheid te
zoeken.
Zaterdag 20 Juni 1931, 's avonds 6 uur
(zomertijd) te Ouddorp in het logement
Akershoek, van 61 perceelen grasgewas, kant»
hooi en naët onder de gemeenten Ouddorp
en Goedereede.
Notaris VAN DEN BERG.
Vrijdag 19 Juni bij inzet en Vrijdag 26 Juni
bij afslag, telkens des avonds 7 uur (zomertijd)
te Melissant in de herberg van M. van der
Werf, van een huis met schilderswerkplaats,
erf en grond te Melissant aan de Dorpsstraat,
kadaster Sectie A nos. 1137 en 1374, groot
1 are 23 centiaren, bewoond door J. de Reus.
Te aanvaarden 1 Augustus 1931.
Notaris VAN DEN BERG.
Zaterdag 20 Juni bij inzet en Zaterdag 27
Juni bij afslag, telkens des avonds 6 uur (zomer
tijd) te Ouddorp in het Logement Akershoek,
van: a. Een huis en grond te Ouddorp aan den
Pik én Poeweg, kadaster Sectie B no. 1127,
groot 19 aren 50 centiaren (1273^2 R. V. M.),
eigendom van Jacobus van 't Geloof, en b.
Een huis en grond te Ouddorp aan de Middel
duinen, kadaster Sectie B no. 976, groot 45
aren 60 centiaren (298 R. V. M.), eigendom
van Jacob Klijn Mz. c.s. Te aanvaarden 1
Augustus 1931.
Notaris VAN DEN BERG.
Op Vrijdagen 19 en 26 Juni 1931, 's avonds
7.30 uur (z.t.) respectievelijk in de zaal Odeon
en café Keuvelaar, bij veiling en afslag, van een
zeer goed onderhouden huis met schuur, tuin
met vruchtboomen en erf, te Dirksland, nabij
het dorp, aan den Havendijk, ten verzoeke van
Mej. de Wed. G. Nagtegaal. Dadelijk te aan
vaarden.
Notaris VAN DER SLUYS.
Central. Veiling te Middelharnis.
Veiling van Woensdag 17 Juni.
Bloemkool f 3,60 tot f 18,— per 100 stuks.
Sinaasappelen f 4,35 per 100 stuks.
Sla f 0,60 tot t 1,80 per 100 krop.
Rabarber f 3,80 tot f 4,60 per 100 bos.
Peen f 5,60 tot f 12,80 per 100 bos.
Sjalotten f 0,80 tot f 1,80 per 100 bos,
Postelein f 13,80 tot f 20,— per 100 kg.
Spinazie f 13,— per 100 kg.
Aardbeien f 21,10 tot f 23,— per 100 pond.
Tomaten f 15,— per 100 pond.
Vanaf Maandag 22 Juni iederen dag aard»
beienveiling des namiddags 1 uur (Zomertijd).
Veiling van Donderdag 18 Juni.
Kipeieren 49—52 kg. f 3,10 tot f 3,15.
58-59 kg. f 3,70 tot f 3,90.
59-61 kg f 3,95 tot f 4,10.
bruin 59-60 kg. f 3,90 tot f 4,15.
Eendeieren 66—68 kg. f 3,10 tot f 3,25.
Poelpetaateieren f 2,70. Per 100 stuks.
Eerstelingen f ld,— per 100 kg.
Aanvoer 18.500 eieren.
ROTTERDAM, 16 Juni 1931.
Op de heden in ons Veilingslokaal, Wai»
moezicrstraat 37—39, gehouden Veiling, wet,
den de volgende prjjzcn besteed
Kipeiéren. 3,15 tot f 4,65
Eendeieren 2,75 tof 3,95
Ganseieren tot
Aanvoer 210.000 stuks.
DE ROTTERDAMSCHE VEILING
In de laatste nummers van ,De Jonge Vrouw"
maken de lezeressen van dat blad gretig gebruik
van de rubriek onderlinge correspondentie, om
elkaar vragen te stellen of inlichtingen te geven
over verschillende vacantieoorden. Nu, er schijnt
gelegenheid te over om met clubjes er op uit
te trekken.
Als je pas „De klop op de deur" gelezen
hebt, dan komt je toch wel even' in de ge
dachte: wat een verschil, vroeger of nu.
Vroeger mocht een jong meisje niet eens alleen
over straat gaan. Een oudere dame, of 'broer of
wie dan ook, moest altijd chaperonneeren. En
warén die er niet, nu dan moest er maar een
kruier gehuurd, die de jonge dame van huis
haalde en haar aan 't bestemde adres afleverde.
Ja, werkelijk, je komt er toe om in zoo'n geval
afleverde te zeggen alsof 't pakje was, en op
het bepaalde uur des avonds was de kruier
weer op zijn post om de dame van 't gezellige
avondje of wat dan ook af te halen, op straat
te begeleiden en aan het ouderlijk huis weer
te bezorgen, 't Is bijna ongelooflijk.
Dat we n uniet te veel naar 't andere uiterste
zijn overgeslagen, dat zal niemand ontkennen.
Dat onze jonge meisjes er eens op uit kunnen
gaan, om met elkander te genieten, is kostelijk.
Het leven is tegenwoordig zoo, dat de meesten
door geregelden arbeid in hun eigen onderhoud
moeten voorzien. Wat is er dan heerlijker, dan
er eens echt met elkander op uit te trekken,
want die meisjes, die door zelfstandigen arbeid
dn hun eigen onderhoud voorzien, om die dan
onder ouderlijke vleugelen weer hun vacantie
te doen genieten, dat zou niet altijd veel genot
geven, daar de wenschen der ouderen ten' dien
opzichte vrij wat verschillen van die der jongeren.
Neen, dat ze er eens vrij ou uit kunnen
gaan, om in een gezellig clubje of intiem onder
onsje van een of twee vriendinnen te genieten,
dat is geen bezwaar. Mits men maar weet, waar
de meisjes vertoeven zullen. In dat opzicht moet
men gerust kunnen wezen, want er dreigen' ge
noeg gevaren.
Wie op den doortrek voor een enkele nacht
of ook wel voor langer logeeren wil in de steden,
kan altijd terecht in Chr. Vrouwentehuizen.
Dat is voo ronze jonge meisjes een zeer goed
onderkomen, 't Is er meestal eenvoudig, maar
de kosten zijn zeer gering. Terwijl in ver
schillende plaatsen van ons land bij zee en bosch
ook vacantiehuizen zijn voor jonge meisjes en
dames. Deze tehuizen zijn meestal daar, waar
men dichtbij de mooiste plekjes vinden kan.
Het is voor de meisjes zelf prettig om in een
gezellig eomgeving onbekommerd eenigen tijd te
vertoeven' en vader en moeder kunnen da nook
onbezorgd zijn, wat anders niet altijd het geval
kan zijn, want de gevaren, die onze jonge meisjes
'bedreigen, worden met den dag vermeerderd.
Even wil ik nog zeggen, dat in dat opzicht
in de groote steden op de stations ook altijd
in de z.g. stationdames een goede dienst aan
wezig is. Aan deze dames kunnen de meisjes
ook altijd alle inlichtingen vragen, welke ze
noodig hebben, indien ze in een vreemde stad
aankomën of er eenigen tijd zullen vertoeven.
Er wordt dus genoeg gedaan, maar ieder weet
altijd nog maar niet, dat deze dingen er zijn.
M'n beste nichtjes en neefjes 1
'k Zou haast gaan zuchten en zeggen: wat
is het toch moeilijk om het alle menschen naar
den zin te maken.
Maar nee hoor, zoo ernstig, dat ik er van
zuchten moet, is het toch ook weer niet. Maar
wat is er dan gaande?
Dat zal ik' jullie vertellen. Je weet, 'k heb
gezegd, volgenden keer een wedstrijd te zullen
uitschrijven.
Nu schrijft er een: „Tante, 'k hoop, dat het
een Aardrijkskundige wedstrijd is, want dat doe
ik zoo graag." Een ander vertelde me, dat ze
Opstellenwedstrijd zoo leuk vond. En een neef
schreef: „Tante, ik wou maar, dat u een teeken
wedstrijd gaf, want teekenen is zoo fijn."
O zoo, daar zit ik nu met de moeilijkheid.
'k Zal er diep 'en diep over nadenken.
Geven jullie me nog raad Als je me maar
niet van den wal in de sloot helpt door met nog
veel meer wedstrijden aan te komen. Volgende
week hoop ik het jullie te zeggen.
Dezen keer is de prijs gewonnen door
MIEN VAN DER KEMP
te Alphen aan den Rijn.
Nu, allemaal heel veel groeten van jullie
TANTE TRUUS.
Hen W. te Ooltgensplaat. Fijn zeg om zoo
te kunnen zeilen. Toch moet je altijd maar heel
voorzichtig wez'en, hoor, want het blijft toch
altijd gevaarlijk. Wat verdrietig, hé, dat Gerrit
zielq is en hij een paar weken moet blijven
liggen. En vooral nu het zulk mooi weer is. Je
schiet al fijn op met Fransch, Welke boekjes
gebruik je er voor
Gerrit P. te Numansdorp. Riek heeft wel
naméns jou geschreven, dat je ziek bent, maar
je krijgt toch zelf een brief hoor, want ik vind
het toch wel erg naar voor je. Van Hen uit
Ooltgensplaat heb je de hartelijke groeten. Hij
schreef me ook al, dat hij 't zoo naar voor je
vond. Ik wensch je van harte een voorspoedig
herstel toe. Als je niets te lezen hebt en je mag
wel lezen, laat Riek dan gauw even' e'en kaart
sturen, dan leen ik je wel wat boeken voor een
paar weken. Is dat nu geen lange brief 't
Beste hoor.
Riek P. te Numansdorp. 't Is aardig, dat je
meteen voor je broer schreef. Houd hem nu
maar veel gezelschap, dan valt hem de tijd niet
zoo lang. Zoo'n drukte met die markten is altijd
wel aardig. Maar als ik jou was, bleef ik maar
een beet je uit de buurt, want het lijkt me nog al
gevaarlijk met zooveel paarden.
To V. te Utrecht. Wel, wat heb jij het fijn
gehad op je tocht naar 't vliegkamp van Soes-
terberg. Ik denk, dat je wel eens in zoo'n vlieg
machine had willen zitten alshet maar niet
ging vliegen. Die arme Beppie, nu al ziek, ter
wijl ze nog maar zoo kort op school is. 'k Hoop
dat ze gauw weer beter is. Doe je ze de groeten
terug
Jo B. te Ooltgensplaat. 't Is heel goed, hoor,
dat je met ons mee wil doen. Wat heb je al
dadelijk een gezelligen langen brief geschreven.
Je verjaardag komt al gauw aan. Je hebt op
school al heel wat gehandwerkt, 'k Wilde wel,
dat ik het eens allemaal kon zien. Jij zult Moe
wel flink kunnen helpen, want met zoo'n clubje
is er heel wat te doen, maar 't is met elkaar
toch ook echt prettig, hé Doe maar trouw met
ons mee.
Bram W. te Stad aan 't Haringvliet, Zoo
veel Fransch heb ik gelukkig nog wel ont
houden. Hoe vind je 't Fransch Prettiger dan
Duitsch Hebben jullie dn de eerste ook al
Engelsch Dat is de prettigste taal om te leeren.
Dat gaat zoo maar vanzelf. Hoe moeten jullie
aan een nieuwen voetbal komen Of heb je
er al weer een? 'k Vind het niet leuk, dat ze
dat doen en er zijn nog heel wat bekenden van
me bij.
Arie W. te Stad aan 't Haringvliet. Je zult
het wel druk hebben nu je voor die twee ko
nijntjes moet zorgen. Zijn ze al groot Wat
is het jammer van dat goudvdschje, maar die
zijn dikwijls toch zoo moeilijk in leven te houden,
't Raadsel, dat je opgaf, heeft al eens vroeger
in ons hoekje gestaan.
Nellie W, te Stad aan 'it Haringvliet. Wat
aardig, dat je er zoo'n lief nichtje bij hebt.
'k Vind het gewichtig, dat je het nichtje in de
kerk mocht brengen. Was je niet bang, dat ze
huilen zou Hartelijk gefeliciteerd met je ver
jaardag. 'k Had graag weer bij je geweest, maar
ik heb er heusch geen tijd voor gehad. Je hebt
het portret al aardig nageteekend, tenminste 't
paard, van jou is niet veel te zien.
Cornelia A, R, te Nieuwe Tonge. Dank voor
je nieuwe raadsel. Was er zoo weinig nieuws
in Nieuwe Tonge Nu hoor, 'k hoop maar op
een' volgënden keer,
Jan W. te Stad aan 't Haringvliet, Je prijs
is verzonden, hoor. Je hebt die sommen al aardig
gemaakt. Je vindt het zeker wel prettig, dat je
nu al tot honderd sommetjes kunt maken Dan
kunnen ze ook al aardig moeilijk zijn.
Anithonie R, te Goedereede. Wel wat heb je
't druk, maar 'k heb toch lekker geen medelijden
hoor, want het is wel een prettige drukte, nu ja,
behalve jaartallen leeren dan, maar een psalm
vers dat is wel prettig om die te leeren. Met
dit mooie weer ben je zeker wel dikwijls aan
het strand Daar is 't nu heerlijk.
Arie W. van der V. te Melissant, Hartelijk
gefeliciteerd met je verjaardag. Jij beat gelijk
met ons raadselnichtje Nellie jarig. Dat is mak
kelijk om te onthouden, 'k Zal 't onthouden
voor den wedstrijd. Al heb je vacantie, dan
kun je toch nog een massa prettige dingen doen,
waar je anders geen tijd voor hebt.
Sibillia N. te Zuidland. Jullie krijgen al vroeg
zomervacantie. Prettig vooruitzicht, als je weet,
dat je mag gaan logeeren. Hoe is 't met dat
kleine nichtje, dat gevallen is Je schrok zeker
wel toen je het hoorde Je prijs heb je toch zeker
al ontvangen
Neeltje N. te Zuidland. Ook weer eens pre
sent in osn hoekje, 'k Heb je gemist, hoor. Echt
fijn, dat je zelf een tuintje aangelegd hebt 't Is
wel een heel werkje, maar als de bloemen
bloeien is 't ook weer heerlijk. Probeer langs
den kant wat lathyrusplantjes te krijgen, daar
zul je heel wat plezier van hebben.
Gretha van der K. te Alphen aan den Rijn.
Dezen keer had je me heel wat te vertellen.
Je zult met al die mooie plannen haast tijd te
kort komen van den zomer. Maar 'k geloof
graag, dat die reis naar Andelst een der pret
tigste vooruitzichten is. Die naam „Kwiek" is
schitterend gekozen. Wat zal het een feestelijk
gezicht zijn zoo'n mooie nieuwe school, 't Kan
best gebeuren, dat ik van den zomer eens dien
kant uitkom. Als je dan maar thuis bent. Je
hebt ook zooveel uitgaansplannen.
Mien van der K. te Alphen aan den Rijn.
Nog gefeliciteerd met je verjaardag. Het is wel
wat laat, maar ja, daar kan ik heusch niets
aan dóen. Je hebt mooie cadeuax gehad. Dat
postpapier is prachtig. Op deze manier zie ik
toch ook iets van je cadeaux. Zoo'n reisje naar
Aalsmeer in 't vooruitzicht, nou dat is fijn
hoor. Jij gaat dus ook al op „Kwiek".
De oplossingen zijnt
I. Evert, Barend.
II. Zeis Zeist.
III. Boterletters.
Nieuwe raadsels»
I. Ingezonden door Cornelie R. te Nieuwe
Tonge
Welke kleur wordt een dier, dat erg kan
prikken, door alleen maar de letters te ver
wisselen
II. Ingezonden door Jannetje 'G. te Melissant:
Wat bitter is, dat lust gij niet 1
Dat zegt gij wel, maar 'k weet,
Dat gij wel allen zeker lust,
Iets dat toch bitter heet. Wat is dat?
III. Verbogen bloemennamen
Ik' zeg maar: „Oost West, thuis best".
'k Heb Piet van je reis niet verteld.
Hij was ternauwernood thuis of het begon
te stortregenen.
De oplossingen kunnen', met vermelding van
naam, voornaam, leeftijd en adres, tot Vrijdag
26 Juni worden gezonden aan
TANTE TRUUS,
Bureau „Maas- en Scheldebode",
SOMMELSDIJK.
i zÈ "bft
SCHA
Correspondentie
zenden aan F.
Van problee
dreigt 2. De6
Varianten zijj|
1
1.
1.
Pc5
Pd7
Voor een bej
Probleq
E.
2e Pr.
Wit: Kh8,
pi. d4 en e2.
Zwart: Kd!
f) Wit geeft
Oplossing
Men kan
toetreden. Ee
zet telt voor|
oplossing wc
(minimum aa
delijksche pr
punten hebb
Heeft men
ingezonden,
mee te doen.
voor den wi
Ter besp:
termijn op
oplossers m
tezamen
H
Wit spel
1. Lc3,
en wint.
spel om du
Kb5; 3. Ll
6. Ld4 enj
SCI
1. L.
2. G. J
3. A.
4. D.
5. L.
6. J. v|
7. Ani
8. G.
9. A.
10. D.
11. J.
12. S.
13. W
14. G.
15. H.
16. A.
17. C.
De m