se GemeenttMiezing. Gemengd Nieuws. Marktberichten. HOESJE TTOOII "VX30TTW 3B 1 Voor de Vrouw. Voor de Jeugd. De Mensch. Waarom is die geschap'en Omdat God zich zelf in de wereld wilde brengen. Als er een doode in Uw familie is, is de scheiding tusschen U en den afgestorvene een absolute. Maar wat doet ge dan, die zooveel jaar met hem saamgeleefd hebt Gij laat zijn of haar portret maken en' dat hangt in Uw 'huiskamer en in de sfeer der intimiteit. Maar nu hebt ge zelf de absolute scheiding wegge nomen; en gij ziet het weer, uw kind; en gij praat er mee; en haar oog staart op U. En dan verrijst voor Uw oog haar gestalte van haar wieg tot haar grafen Uw geest leeft en Uw lichaam trilt en ontroering beweegt Uw ziel Zoo doet God. Hij heeft Zich in de wereld gebracht door (en we wenschen 't met eerbied te zeggen) door Zijn portret d.i. den Mensch. Om Zijns Zelfs wil deed Hij dat. Om Zijn eigen welbehagen; uit Goddelijke eerzucht; welke eer Hij aan geen mensch wil geven. En die Mensch had nu twee dingen te doen; maar twee, doch die twee beslisten over alles: Hij moest eerstens zorgen, dat 't portret netjes bleef; geen zondevlekken er op; geen levenskreukels er in; ge'en bevuiling der wereld; geen schram of kras van weraldsche geneugten. En in de tweede plaats moest hij die twee andere eikels dichter bij hun Schepper brengen. Hij kreeg er immers heerschappij over; heerschaopij over bergen en zeeën, over goud en koper, over leeuwen en rozen. Ja, maar; Als God m ij heerschappij geeft, doet Hij dat niet óm mijdan was God ook niet de Zelfzuchtigste in Hemel en op Aarde. Neen, die heerschappij geeft Hij louter om Zijns zelfs wil. Anders nergens om. Er is geen greintje menschelijks in. „Uit Hem, door Hem en tot Hem zijn alle dingen. En die Mensch is nu portretdrager Gods ge worden; of uit een andefen gezichtshoek bezien: stedehouder Gods op aarde, om die organische en onorganische Natuur zoo op te knappen, en zoo dicht bij Gods heilig oor te leggen, dat die zelfs sprakelooze Natuur, die „steenen" spreken gaan tot God hun Schepper. De Mensch een middelaar tusschen God en de onbezielde Schepping. Doch trek nu Uwe schoenen uit, want de grond waarop gij staat is heilig. De heerschappij van den Mensch i s er; maar b 1 ij f t niet. Mag niet blijven. Kan niet blijven. Moet verdwijnen. Want 't gaat niet om de heerschappij van den Mensch; om die eens te laten schitteren in de eeuwen van Kunst en Weten schap, van Techniek en Kracht en Industrie 't gaat om Goden daarom wordt die men- schelijke heerschappij weggenomenin dien Oordeelsdagals de bergen scheuren', en de j rivieren buiten, om haar zoo stevig aange legde dijken, vloeienen alle Kunst en Techniek verbrandt. En dan rest er niets dan deKerke Gods. Die wordt uit den wereldbrand gered. Omdat de kinderen Gods zoo braaf zijn Waren ze zoo maar Maar Hij doet 't weer uit Goddelijke zelfzucht; want zijn portret was verkreukeld geworden; erg verkreukeld; beduimeld het car ton, bevuild de lijst, en nu ja 1 Zijn eigen portret ziet Hij nog wel, maar hoe En God wil 't oude portret weer zien; 't mooie, niet 't beduimelde. En dat zijn Zijn volk, gelouterd door een anderen Middelaar, den Mensch Christus Jezus. Wat de mensch-middelaar verknoeide in Gods Scheppingswerk, zal de Mensch-Middelaar ver beteren, doch in deze bedeeling nog maar schaarsch. Daarom moet de Wereld vergaan en de Kerke Gods blijven. Dan ziet Hij op die nieuwe Aarde een vernieuwden mensch; dan aanschouwt Hij Zijn eigen Beeld en Gelijkenis weer. Dan is God de Welbehager in Zichzelf; en alle Levfen, alle Kunst en alle Wetenschap, en alle Stand en alle Ambt, en alle boom en plant uit den tweeden cirkel met alle goud en paarlen van Scheba's koningin uit den achtersten cirkel, zullen dan door de geloovigen dier ge redde Kerke gewijd worden enkel en uitsluitend tot heerlijkheid van den Portretmaker. Daar géén briefje van den dood in 't vall'end blad. Maar de jubel des Levens en de aanbidding, de oratio en de meditatio Heilig, heilig, nog eens heilig, Driemaal heilig Eer zij God 1 Buiten God is 't nergens veilig Heilig is het hoog gebod. Zijn geheimenis zij bondig, Men aanbidde zijn bevel 1 Dat men overal verkondig, Wat de trouwe Gabriël Ons met zijn bazuin kwam leeren. Laat ons God in Adam eeren, Al wat God behaagt is wel. Vondel. En zoo in Eeuwigheidslicht bezien we de Organisatieen de Sociale kwestie, die dan is opgelostdaar zullen geen tranen der verdrukten zijn. Met dank voor de plaatsing. J. VAN DER WAAL. Middelharnis, Mei 1931. ii. Over twee a drie weken worden de burgers der gemeenten van ons eiland geroepen om de overheidspersonen voor de komende vierjarige periode aan te wijzen. Een hoogst belangrijke beslissing zal dus op dien dag vallen. Men zou het zoo, oppervlakkig gezien, niet zeggen. Het is rustig om ons heen: van verkiezings- drukte merkt ge zoo goed als niets. Af en toe een vergadering en hier en daar wat kleine en groote reclamebiljetten. Zelfs gleed reeds een enkel strooibiljet door uw bus. Maar dat is dan ook al. Er is voor wie alleen op de uiterlijke ver schijnselen let, in dezen raads-stembusstrijd iets van groote gemoedelijkheid, iets van bijzondere rust. En toch we mog'en hierbij niet blijven staan. Want daarvoor is de beslissing, die van ons gevraagd wordt, te belangrijk. Heeft zij dan met onze beginselen iets te maken De vraag stellen is haar eigenlijk meteen be antwoorden. Immers: de gemeenteraad is overheid. Niet een vertegenwoordiging des volks, gelijk de Tweede Kamer; neen, maar de gemeenteraad regeert. En er is ge'en anti-rev., die niet weet, dat als het om de Overheid gaat, er dan ook onmid dellijk van beginselen gesproken wordt. Met den aanhef der Amerikaansche consti tutie mogen we het zien we de dingen recht en in goed verband uitsprek'en, dat we God er voor danken, dat hij ons het recht, het voor recht, gegeven heeft om onze eigen overheden te mogen kiezen. Wie stemrecht heeft, gevoelt dan meteen den zedelijken plicht om van dat recht een goed gebruik te maken. Verwaarloozing van zijn recht ziet hij als plichtsverzaking. Als roeping be schouwt hij het om voor de anti-rev. begin selen, die omtrent de overheid als dienaresse Gods, zoo kloek getuigenis geven, op te komen, om anderen op te wekken aan de candidaten, die mede het anti-rev. beginsel belijden en dus met hem van eenzelfden politieken geest zijn, hun stem en steun te geven. Den anti-rev. invloed in het gemeentebestuur te helpen versterken is ons aller taak. Niet ter wille van eigen aanzien of voordeel, maar in het waarachtig belang onzer gemeente. Die invloed is niet absoluut afhankelijk van het getal der door ons bezette raadszetels; maar zonder beteekenis is het toch ook lang niet hoe sterk onze partij In den Raad vertegenwoor digd is. Zouden wij den toestand van 't oogenblik mogen definieeren, dan durVen we de uitspraak aan, dat onze invloed in menige plaats veel grooter is dan correspondeert op onze getals sterkte in den Raad. Er zijn partijen, die slechts stemmen wegen. Wij doen dat niet, maar zoeken versterking van den invloed onzer beginselen. Pleiten voor die beginselen met besef1 van onze groote verant woordelijkheid. We houden aan die beginselen vast, het oog open voor de toekomst, maar bestand tegen de waan van den dag. Van spe culatie op de volksgunst door het afleggen van beloften, die in den regel even snel vergeten worden als ze lichtvaardig zijn afgelegd men zie naar de S. D. A. P. houden we ons verre, maar wie een gezonde communale ontwikkeling wil, met gebruikmaking der in de maatschappij beschikbare levenskracht, kan op ons rekenen. Doas30-60,Tube 8 Oct Bij Apotken Drogisten. Een goed anti-rev, is dan ook noch conser vatief, noch radicaal in den zin, zooals het gebruik van deze woorden onder hen, die op den grondslag der volkssoevereiniteit staan, burgerrecht verkreeg. Het geestelijk-zedelijke staat onder ons voor op, terwijl we tevens bereid zijn om met beleid en voorzichtigheid aan de ontwikkeling der tij den de hand te reiken. Het kiezen van deze principieele positie, maakt ons wellicht in de lagere beteekenis van het woord niet populair, maar toch zijn we over tuigd alleen op deze wijze het best de belangen van onze gemeente als geheel 'en van de onder scheiden groepen der burgerij in 'it bijzonder, te dienen. Zoo 'blijft de gemeente op haar plaats als zelfbesturend lichaam, treedt het gemeentebe stuur niet buiten zijn natuurlijke grenzen om zich als de verzorger van alles en allen op te werpen en blijven recht en vrijheid voor de burgerij gewaarborgd. De ervaring heeft eeuwenlang de voortreffe lijkheid van dit standpunt aangetoond. De anti-revolutionaire gedachte biedt uit nemende waarborgen voor de gezonde ontwik keling van ons volkslevten. Heeft in zich de kracht tot levensbewaring en levensvernieuwing. Onze beginselen wijzen ons den weg, waarop onder Gods zegen, ook het gemeentelijk poli tieke leven tot voortgaande gezonde ontwikke ling kan komen. Ook dat leven willen wij bouwen op de hechte christelijke grondslagen, die door Schrift en historie als ten volle betrouwbaar zijn aan gewezen. Daaraan ontleent ons optreden posi tieven inhoud en daarom is er verband tusschen de gemeentelijke stembus en beginsel. In het vaandel dat de anti-rev. partij ook bij deze stembus opheft, staat geschreven: de eere van God. Met deze belijdenis plaatsen we ons tegen over allen, wier levensovertuiging opkomt uit de Revolutie, die de beginselen van het onge loof in toepassing willen brengen op het staats recht, in wetgeving en gemeentebestuur en op alle levensverhoudingen. Dat zijn zoowel zij, die openlijk voor deze beginselen opkomen, als degenen, die de revo lutionaire allure schuwen, maar voor wie toch de Rede oppermachtig heerscht en die bij de regeling der gemeentezaken, geen gezag kennen en erkennen bulten en boven den mensch. Met dat beginsel, in zijn onderscheiden vor men, is geen vrede mogelijk. Daartegen past onverzoenlijke strijd. Tegen de Revolutie stellen wij het Evangelie. Wij doen dat naar Christenplicht. Maar ook met mannenmoed. Van transigeeren mag geen sprake zijn. Met vrijmoedigheid en ernst wekken wij dan ook een ieder op: ijver en werk voor de anti revolutionaire candidaten en zorg, dat op de stembus in Juni zooveel mogelijk kiezers hun stem uitbrengen op de anti-rev. lijst. ONWEER. Te Winschoten is Woensdagmorgen de blik sem geslagen in den stadhuistoren. Het leien dak werd beschadigd. Woensdagmorgen ongeveer 1 li uur is een groote boerderij te Steënwijkerwold, eigenaar H. Pen en bewoond door de gezinnen J. Kuyper en A, Scheer, door het inslaan van den bliksem in brand geraakt. De brandweer van Steenwijk werd te hulp geroepen. Om half twee Woens dagmiddag was men het vuur nog niet meester. Het perceel zal geheel verloren gaan. Vee en inboedel werden gered. Verzekering dekt de schade. Boven den Zuid-Oosthoek van Drenthe heeft zich Woensdagmorgen een buitengewoon zwaar onweer ontlast. Tegen 10 uur werd het nachte lijk donkerde auto's, die zich op de wegen bevonden, moesten de lichten opsteken. Het on weer ging gepaard met regen en hagelslag. Te Emmen werd een der mooiste boomen van het dorp, een eeuwenoude eik, aan de J. P. Kan straat, ten deele versplinterd. Te Ermelo is de boerderij van den heer H. Oldenbeuving door den bliksem getroffen en af gebrand. Drie kalveren, eën paar varkens en vele kippen kwamen in de vlammen om. Te Buinen sloeg de bliksem in de boerderij van den heer J. Hulshof, die spoedig in lichte laaie stond. Het vuur sloeg over op een naast liggende boerderij, bewoond door het gezin Tim merman. Van de beide inboedels kon niets wor den gered. Vier kalveren, ruim 20 varkens en eenige kippen kwamen daar in de vlammen om. De schade wordt door verzekering gedekt. Een man door den bliksem getroffen en gedood. Woensdagnacht en Woensdagochtend heeft boven Helmond en omstreken een vrij hevig onweer gewoed. Te Milheeze is de bliksem in de boerderij van den landbouwer P. v. d. Wete ring geslagen, waarbij de landbouwer en zijn vrouw getroffen werden, v. d. Wetering was op slag dood, zijn vrouw werd bewusteloos. Toen de bliksem insloeg, zat het echtpaar in de keuken. De nieuwgebouwde boerderij werd ernstig gehavend, doch er ontstond geen brand, v. d. Wetering was ongeveer 30 jaar oud en vader van drie kinderen. Te Millingen is Woensdagochtend tegen half negen het dubbele woonhuis van K. en H. door den bliksem getroffen en geheel afgebrand. Te Hoogezand is Woensdag de boerderij van A. Mulder Jwz. door den bliksem getroffen en tot den grond toe afgebrand. Een en ander was verzekerd. Woensdagmorgen is de bliksem in de boer derij van de Wed. Overbeek in de buurtschap Holthuizen, gemeente Haaksbergen, geslagen. In een ommezien stond het pand in lichte laaie. Zes varkens en drie kalveren kwamen in de vlammen om. Van den inboedel kon niets wor den gered. Verzekering dekt de schade. Te Harfsea ïs de bliksem ïa de pas gebouwde boerderij van J. Bleumink geslagen. De boerde rij is afgebrand. Verzekering dekt de schade. Bij Diepenheim zijn Woensdag vier koelen van één eigenaar in de weide door den bliksem getroffen en gedood. CENTRALE VEILING TE MIDDELHARNIS Veiling van Dinsdag 26 Mei 1931. Bloemkool 6.40 tot 17.70 per 100 stuks. Komkommers 19 9per 100 stuks. Sla 3 tot 5 per 100 krop. Rabarber 4.60 tot 5 per 100 bos. Radijs 1.80 tot 2.80 per 100 bos. Sjalotten 1.80 per 100 bos. Spinazie 6.80 tot 10.70 per 100 K.G. Postelein 12.70 tot 14.80 per 100 K.G. Tomaten 0.25 per pond. Veiling van Woensdag 27 Mei 1931. Bloemkool 12 tot 13 per 100 stuks. Sla 3.50 tot 5.40 per 100 krop. Radijs 1.40 tot 1.70 per 100 bos. Sjalotten 0.80 per 100 bos. Spinazie 4.80 tot 10.70 per 100 K.G. Postelein 13.60 tot 14.60 per 100 K.G. Boter 0.70 per pond. Veiling van Donderdag 28 Mei 1931. Kipeieren, 50-53 kg., 2.85 tot 3 p. 100 st. Kipeieren, 56-59 kg., 3.15 tot 3.45 per 100 stuks. Kipeier'en, 59-60 kg., 3.55 tot 3.70 per 100 stuks. Kipeieren, bruin, 59-60 kg., 3.55 tot 3.70 per 100 stuks. Eendeieren, 66-68 kg., 3.15 tot 3.45 per 100 stuks. Aanvoer 22.500 eieren. MARKTOVERZICHT DER VORIGE WEEK Ingezonden door JAC. KNOOP, Makelaar in aardappelen, groenten en fruit, Nassaukade 158, telef, 81431, Amsterdam. De afgeloopen week was er een zeer groote vraag naar Roodster uit Anna Pauwlowna en Texel en iedere partij, die aan mij ter verkoog gezonden werd, was vlug verkocht. Grove Drie lingen gevraagd, soort "werd niet naar gevraagd. Zeeuwsche Bonten en Blauwen verkoop lang zaam mat hooge prijzen. Blanke soorten zijn te plaatsen tegen middelmatige prijzen. Dinsdag 19 Mei was de eerste veiling van nieuwe Malta aardappelen en Portugeesche en Spaansche nieuwe aardappelen, en werden de nieuwe Malta verkocht voor 24 tot 27, Portugeesche 17.50 tot 18 en Spaansche voor 15 tot 17 per 100 K.G. Italië begint 20 Mei af te leveren, dus onze Hollandsche markten krijgen voldoende Buitenlandsche nieu we aardappelen. Vrijdag 22 Med was er weder, groote aanvoer van Malta aardappelen en kwam' er een groote daling, de prijzen liepen van 18 tot 20 per 100 K.G. Deze aanvoeren' zijn groote concurrenten voor de Hollandsche Bonten en Blauwen. Heden 26 Mei werden da volgende prijzen gemaakt per H.L. Zeeuwsche Bonten 7 tot 7.50; idem Blau wen 6.75 tot 7.25; idem Bevelanders 4.75 tot 5; idem Industrie f 4.25 tot 4.50; Bonte en Blauwe poters 3.75 tot 4; Geldersche Industrie 3.50 tot 4; Noord-Holl. Roodster 4.60 tot 5; Ypolder Bravo 4 tot 6; idem Bevelanders 4.75 tot 5; Vlaamsche Eigenh. 4.50 tot 5; idem Industrie 4.25 tot 4.50; Duitsche Industrie 4.25 tot 4.50. Drentsche zand in balen a 50 K.G., dn den vrijen handel 1.75 tot 3. Winter Malta 18 tot 20; Spring Malta 23 tot 25; Portugeesche nieuwe 20 tot 21; Spaansche nieuwe 18 tot 20; Italiaansche nieuwe j 20 tot 21; alles per 100 K.G. Hierbij weer een ovaal patroon, 'k Heb er nu binnenkort twee gegeven. De vraagster van onlangs is hiermee hoop ik tevreden gesteld. Wie dit patroon heel fijn nahaakt, zal dan een mooi theebladkleedje krijgen. Wie wat grover garen gebruikt, krijgt ook wat grooter kleed, dat op een ovaal tafeltje ook aardig zal staan. Voor doorstopwerk is het ook geschikt. Wie nog iets te vragen heeft hierover wil ik graag nader antwoord geven. M'n beste nichtjes en neefjes De meesten van jullie hebben nu geen vacantie gehad, 't Schoolleven gaat dus nu weer gewoon zijn gang. 's Avonds hebben jullie toch nog gelegenheid genoeg om buiten te spelen. Het is zoo lang licht. Dat vinden jullie zeker wel fijn 'k Moet nog ev envertellen, dat er vorigen keer een drukfout is blijven staan in de raad sels. 't Derde raadsel moet wezen Voor wien moet elk d'en hoed afnemen Wie het raadsel eerst niet wist op te lossen en nu wel, mag toch nog inzenden, al is het een paar dagen later. Nu allemaal heel veel groeten van jullie TANTE TRUUS. Gretha van der K. te Alphen aan den Rijn. Wat dachten jullie vorigen keer wel toen je niet in ons hoekje stond? Je brief was wel op tijd, maar 'k kreeg hem te laat in mijn 'bezit. Maar ik wil jullie nu toch niet langer laten wachten, daarom krijg je deze week een beurt, 't Is te begrijpen, dat het bij jullie druk is, als je net aan den grooten weg woont. Die drukte is meestal wel aardig om te zién, maar soms kan 't ook lastig zijn. Voor veertien dagen, toen jij mij schreef, was 'het ook nog niets geen weer voor 't zwembad. Dat ben ik met jou eens. Je vriendinnetje wilde er zeker vlug bij zijn. Nu hoor, voor dat weekje wachten' heb je nu ook een langen brief. Mien van der K. te Alphen aan den Rijn, Pa heeft al dadelijk weer extra werk met die zang er bij. Jij hebt het al ver gebracht als je nu al in de zevende klas zit. 'k Heb het voor jou ook even nagezi'en. Je doet nu anderhalf jaar in onze familiekring mede. Ben jij nu al heelemaal 'thuis in Alphen Toch zal je nu wel dikwijls aan Andelst denken, want daar hadden jullie het wel heel prettig. Ingezonden door Arie W, van der V. te Melissant DE PAASCHVACANTIE VAN JAN EN JO. Het was Donderdag 1 April, nog één dag voor de Paaschvacantie. Want Vrijdags zouden Jan en Jo vacantie krijgen. Wel 12 dagen 1 En het mooiste nog wel was, dat Jan en Jo naar Oom mochten, die in Leiden woonde. Jan was 12 jaar en Jo ook. Ze zaten beiden in dezelfde klasse. Eindelijk zei de meester 's morgens om twaalf uur, toen het einde van d'en schooltijd naderde: Kinderen, jullie hebben vacantie tot Dinsdag 14 April. Ze zouden den anderen morgen al met den trein van 8 uur gaan naar Leiden. Oom had een brief geschreven, dat hij ze zou komen af halen. Er stond nog meer nieuws in, over wat ze zouden doen, maar dat zul je wel hooren, als ze er waren, 's Nachts toen droomden ze er van, To'en zij 's morgens uit bed gingen, toen stond bet ontbijt al klaar. Jan haastte zich zoo met het aankleteden, dat hij zijn broek achterste voren aandeed. Hets preekwoord zegt immers: haastige spoed, is zelden goed. Eindelijk zei moeder: Jongens, we gaan weg. Want moeder ging mee naar het station. Ge lukkig behoefden ze niet lang te wachten, want daar kwam de trein. Eindelijk zaten ze. Daar ging dé trein weer weg. Ze wuifden nog met de zakdoek, tot eindelijk de stad uit zicht was. Het was niet zoo ver naar Leiden. Ze zaten heerlijk, toen ineens kregen ze er erg in, dat ze er al bijna waren. Daar stond Oom bij het station. Ze stapten uit en zeiden Oom goeden dag. Toen zij er waren, zei Oom „Nu zullen we eerst maar eens wat eten. „Kom, zei Oom, „nu zullen we eerst eens in den tuin .gaan kijken." Wat was het er mooiAchter in den tuin was ■een vijver, een schommel en een wip. „Kom", zei Oom, „nu gaan we eerst naar Tante terug." 's Avonds kropen ze gauw bij de kachel en vroegen aan Oom of hij wat wou vertellen. Ze hadden in den vijver aan 't roeien ge weest, en aan het visschen. De dagen vlogen voorbij. En toen ze eindelijk weer thuis waren, hadden ze veel te ver tellen. Toen konden ze weer naar school. Dit is een vertelling van Jan en Jo, die gin gen logeeren. BB BB BB BB BB ■■BB I BB BB BB 1 I BB BB ■BB BB I IB IBB BBI IBBBB BBBBI BBBI ■■■■■■■■■■BB ■BB BBBI ■BB I I IB I I BB BB BB I BB BB BB I BB BB BB I I ■■■BB BB

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1931 | | pagina 2