LLE5 RUZEN 25. :T EENS DYK's kKJES L UIT HET WOORD J I •N IILIOITIIEI r Karpetten Dr. J. SEVERIJN, Dordrecht; C. WARNAER, Dirksland, en Ds. G. VAN DER ZEE, Wapenveld PREDIKBEURTEN JEUGDLEVEN iiSSS ALLERLEI uchs Ax-1 ^90! e sorteer. I J. |che Ax- dessins Eng. Ax- fol pluche 50 Izen huis- Eng-Ax- it dessins. T de toekomst ts gaat boven op heerlijke endyk's thee. arom verstandig coopt 00k FT GESCHONKEN. garantie uanat 13,-. ïrrnometers ■■■■■■■■I ONDER REDACTIE VAN OP ZONDAG 19 APRIL 1931 STICHTELIJKE OVERDENKING TOT EEN HOOFD DES HOEKS GEWORDEN, H. M T 90' <ei 2150 27So 36.s* 'ïïtr j 510 '>1 RICHTING Hoogstraat 132, R O TTERDAM. VOOR DEN ZONDAG NED. HERV. KERK. Sommelsdijk, -v.m. 9.30 leesdienst en s av. 6 uur Ds. van Asch (Doop). Middelharnis, v.m. 9.30 leesdienst 'en s av. 6 uur Ds. van Ameide van Ouddorp. Stad aan 't Haringvliet, v.m. 9 uur Ds. Polhuijs en n.m. 2 uur leesdienst. Ooltgensplaat, v.m. 9.30' 'leesdienst en, 's av. 6 uur Ds Polhuijs van Stad aan 't Haringvliet. Oude Tonge, v.m. Ds. Vlasblom (voorb. H. A.) en n.m. leesdiënst. Nieuwe Tonge, v.m. 9.30 leesdienst en 's av. 6 uur Ds. Dekker. Dirksland, v.m. Ds. van der Wal en s av. leesdienst. Dirksland, v.m. 9.30 de heer Overweel en n.m. 2 uur Ds. van Ameide van Ouddorp (be.v. lidmaten en voorb. H. A.) Melissant, v.m. 9.30 Ds. Dekker van Nieuwe Tonge en 's av. leesdienst. Stellendam, v.m. Ds. van Asch van Sommelsdijk en 's av, de heer Bouman. Goedereede, n.m. Ds. v. d. Wal van Dirksland. Ouddorp, v.m. Ds. van Ameide (H. A.) en n.m. leesdienst. GEREF. KERK. Middelharnis, v.m. 9.30 en 's av. 6 uur Ds. Zeilstra. Stad aan 't Haringvliet, v.m. 9.30 en n.m. 5.30 uur Ds. de Graaff. Den Bommel, v.m. en n.m. Ds. Schaafsma. Ooltgensplaat, v.m. 9.30 en 's av. 6 uur Ds. de Lange. Stellendam, v.m. en 's av. leesdienst (voorb. H. A.) Ouddorp, v.m. leesdienst en n.m. Ds. Zeilstra van Middelharnis. CHR. GEREF. KERK. Sommelsdijk, n.m. 2 en 's av. 6.30 u. leesdienst. GEREF. GEMEENTE. Middelharnis, v.m. 9.30 en 's av. 6 u. leesdienst. Dirksland, v.m. 9.30 en 's av. 6 u. Ds. de Blois. Ouddorp, v.m. en n.m. leesdienst. OUD-OEREF. GEMEENTE. Herkingen, v.m. 9 en n.m. 2 uur leesdi'erist. DOOPSGEZINDE KERK. Ouddorp, v.m. Ds. Foppema. Van de overige gemeenten geen opgaaf. ■BBBBSI BB MI H S BBBBBBBBBBBB SB BBBBBBBBBBBB De steen, dien de bouwlieden ver worpen hadden, is tot een hoofd des hoeks geworden. Psalm 118 22. Het wonder van de verrijzenis van onzen Zaligmaker uit de dooden, maakt ons indachtig van dat verblijdende, dat triumfantelijke, dat Christus tot een hoofd des hoeks geworden is. De vij anden meenden, dat zij het pleit ge wonnen hadden. Christus lag in het graf. Maar God zelf heeft dien ver nederden Christus, in 't graf geworpen, daaruit te voorschijn gehaald en uit den diepsten smaad tot de hoogste eere gebracht. En al blijft Hem nu de we reld verachten en verwerpenMij is toch de hoeksteen geworden, door (Gods wondermacht, van een geestelijk ge bouw, dat door de eeuwen al hcioger rijst en dat, eens voltooid, in g.roote heerlijkheid eeuwig zal schitteren en zal blijken het eenige duurzame gebouw van menschelijke samenleving te zijn, namelijk de gemeente, ten eeuwigen leven verkoren. O, hoe verblijd zich, die Jezus liefheeft, over die hooge eere, Hem door zijn Vader aangedaan, dat Hij, eerst zoo smadelijk verworpen en diep vernederd, nu zoo hoog geëerd is, en der gemeente gegeven tot een hoofd, boven alle dingen. Wat menschen bouwen met verwer ping van Christus als hoeksteen, dat z al eens alles in puin storten. Maar dat gebouw, waarvan Jezus cle hoeksteen werd, zal blijken het eenige, blijvende, bouwwerk Gods te zijn. Christus, de verworpene tot een hoofd des hoeks geworden Ziedaar de verrassing van den Opstandingsmor gen. Ziedaar, wat Gods sterke rechter hand wrocht, tegen de verwachting van zijn vijanden in. Ziedaar, wait hij nóg bezig is voor te zetten, en wat voor de, nu verblinde, fanatieke vijanden van Christus, eens en volkomen verrassing zal zijn: Christus, Dien zij verwierpen, een hoofd des hoeksMaair de ge meente jubelt daarover is» Als nu maar die jubel over Christus, den verhoogde, niet valscli klinkt. Christus, tot een hoeksteen geworden: dat beslist over heel onze levensrich ting en onze levenshouding. De hoek steen geeft de lijn aan, waarin het fun dament en dus ook de muren, en alle steenen in de muren liggen moeten. Dit is de eere, die aan Christus, den Heere toekomt, dat Hij de richtlijn aangeeft, waarnaar het geestelijk gebouw der kerk gevoegd wordt. Christus, de hoek steen wil zeggen, dat elk in de ge meente naar Hem zich schikken moet, wil hij geestelijk gebouwd worden. Ge sticht worden, dat is maar niet lieflijk en aangenaam bezig gehouden worden met de heilsgoederen, van Christus verkregen, maar gesticht worden, dat is vooral zich richten naar den hoek steen. Is Christus zóó voor u de hoeksteen geworden Dat gij geleerd hebt uw eigen zin en wil te verzaken, en u naar Hem te schikken, en naar Zijn wil uw leven te richten Anders toch klinkt de jubel over Christus, den hoeksteen, valsch. Om zich zoo te richten naar dien hoeksteen, daarvoor zal het goed zijn en noodzakelijk, te bedenken, dat toch op den hoeksteen het gansche gebouw rust. Al wat uit de lijn valt immers, die de hoeksteen aangeeft, mist de rechte steun: rust niet meer op den hoeksteen: wankelt en valt op den duur. Daarin zal, wie roemt in den hoeksteen, deze in Christus moeten eeren, dat hij alleen op Hem bouwt voor zijn zaligheid. Gij kunt maar al leen op Hem rusten met alle andere steunsel komt gij bedrogen uit: Hij is alleen de vaste rotssteen, waarop gij u kunt verlaten. Wie op Hem bouwt, dien zal Hij nooit begeven. Als gij u verblijdt, dat God Hem tot een hoeksteen gemaakt heeft, die eerst van de bouwlieden verworpen was, dan moet gij met uw gansche ziel u op Hem verlaten, en op Hem steunen en leunen. In u zelf verloren u wetende, u geheel en al en altijd laten zinken op dien vasten hoeksteen: Jezus Christus. Dan eerst recht gaat gij in Hem roemen, en u verblijden, dat God Hem tot een hoofd des hoeks gelegd heeft. BBBBBBBBBBBB BB BBBBBBBBBBBB BB STEMMEN. De jeugd van den mensch is wel genoemd: de lente van het leven. Nu is dit ook een ken merk van de lente, op landbouwgebied althans, dat nauwelijks de eene arbeid is geschied, of de andere roept weer om vervulling. Zoo moet binnen korten tijd alles worden klaargemaakt en late zoowel als de vroege gewassen worden gezaaid. Zoo gaat het ook in het leven der jongeten. Zijn ze eenmaal van school, dan dienen ze een ambt of beroep te kiezen. Na enkele jaren zijn ze op geschikten leeftijd om belijdenis des geloofs af te leggen, en over een huwelijk te gaan denk'en. En ook, wanneer ze goed en wel een kwarteeuw oud geworden zijn, mogen ze voor het eerst gaan stemmen. Ook diit jaar nu er twee keer gestemd moet worden, n.l. voor de Provinciale Staten en Gemeenteraad, zullen er weer zijn, die voor het eerst het roode potlood tusschen hun vingeren zullen krijgen. Ook ondergeteekende behoort bij deze laatsten. En die taak is zoo gewichtig, dat dit artikel e'ens enkele opmerkingen wil maken over,, steimmen". „Wie zal ik stemmen dat is de vraag, die vele jongeren zich reeds voor hun eerste stem ming stellen. Ook ouderen kunnen soms nog moeilijk tot een keus komen. Is die vraag dan zoo moeilijk? Neen, zeggen wij, als ge maar eerst een andere vraag beantwoord, n.l. „Wie ben ik Ja, wie ben ik. Het antwoord zal wel verschillend luiden. De een zegt: Ik ben arbei der, moet enkel met handenarbeid in mijn en der mijnen onderhoud voorzien, en nu zegt men, dat er een partij is, die voor de belangen van mijn klasse opkomt, n.l. de S.D.A.P. Men raadt mij aan rood te stemmen. Een ander merkt op: Landbouwer is mijn beroep, en als boer lijdt ik geducht onder de crisis, mij schooit Braait voort durend om mijn stem. Een derde verzekert, dat al die sociale verzekeringen en al dat christelijke in de .politiek hun onuitstaanbaar is. Hij houdt van vrijheid en blijheid. Vandaar, dat de Vrij heidsbond hem aantrekt, en hij denkt trouw te blijven aan Mr. L. Trouw. Een vierde ziet met ergernis, dat de Ned. Herv. Kerk wordt belaagd door Roomschen en Gereformeerden. Hiertegen komt zijn geuzenbloed in gisting en hij volgt gedwee Ds. Lingbeek. Een vijfde vindt, dat de A.-R. partij te doleerend getint is, en voegt zich liever bij de Chr, Historischen. En nummer zes slaakt een zucht en weeklaagt: Och, wat is het toc'h een goddelooze tijd. Het is geen won der, dat de oordeelen op de aarde zijn. Mochten wij ons toch bekeeren, als weleer de Ninevieten1 op de prediking van Jona. Gelukkig heeft de Heere ons nog e'en boetgezant willen geven in Ds. Kersten. En daarom is onze leus als bij de Gideonsbende: Voor den Heere en voor Kersten! Maar zoo komen wij er niet. Wij moeten veel dieper onderzoeken. Eerst komt de vraag: Ben ik een Ghristen of niet? En als dit te moeilijk is, dan: Begeer ik een Christen te zijn en te worden En ik vertrouw, dat al mijn lezers 'en lezeressen nu wel zullen antwoorden: Ja, ja zeker, want er is niets beters op de wereld. Goed zoo, nu zijn we het eens, wij moeten Christenen zijn, of begeeren het te worden. En dan natuurlijk ware christenen, zooals Brakel zich uitdrukt. D.w.z. die zich geheel onder werpen aan des Heeren Woord. Ook als ze straks gaan stemmen. En weet ge nu welke partij er in de politiek precies over denkt als gij Dat is onze goede, veel gesmade A.-R. partij. Wij beweren niet, dat deze partij geheel volmaakt is. Ook niet, dat hare leden alle als voorbeeld kunnen gesteld worden. Doch dit is aan een kant gelukkig, andres konden wij niet <tot haar behooren, aangezien wij immers ons zelf kennen als vol zonden en gebreken Alleen door de genade Gods mogen wij ook nu nog in navolging van Groen van Prinsterer, de A.-R. partij noemen de partij van den levenden God. En, ook dit sprak Groen, ieder Christen is in den grond A.-R. Zoo zouden wij dus vermoeden, dat met name in onze Chr. kringen er wel niemand anders zal stemmen' dan op de A.-R. lijst. Helaas echter, het is er ver vandaan. Wij zagen reeds om welke redenen. Nu laat onze ruimte niet toe om in den breede aan te 'toonen, waarom ieder verkeerd doet, die niet A.-R. stemt. Wij kunnen slechts f enkele opmerkingen maken en slechts de voor naamste uitwassen bestrijden. Naar men zegt zijn het voornamelijk de Jonge menschen, die geneigd zijn te stemmen op de lijst der S.D.A.P. De roode toezeggingen en beloften vinden weerklank in hun hart, en men schaamt er zich zelfs niet voor op te trekken achter het roode vaandel. Weten zij echter wel, wie in den Bijbel zij navolgen Wij bedoelen Ezau, ontsproten uit geloovige ouders, die ook vermoeid was, evenals zoovelen in onzen tijd en die ook lust kreeg aan het roode, dat zich aan zijn oog vertoonde. Hij toef) sprak: Laat mij toch slorpen van dat roods, dat roode daar. Zelfs zijn eerstgeboorterecht ruilde hij in voor een schotel linzenkooksel. Zoo doen ook alle gedoopten, die den socialist stemmen. Hun eerst geboorterecht verkoopen zij voor een schotel roode leuzen. 'En daarom komt tot ons allen het vermaan van den schrijver van den Hebreeër- brief: Dat niet iemand zij gelijk Ezau, die om een spijze zijn eerstgeboorterecht weggaf. Ja maar, zegt ge, het zou toch stoffelijk wel veel voordeeliger voor ons zijn als wij een rood be wind kregen. Meent ge dat nu werkelijk De barmhartigheden des goddeloozen zijn wreed, zegt de Schrift. Het is beter dit nu te gelooven, dan dit te laat te ondervinden. En dan de aanhangers van Braat. Denkt ge nu waarlijk, dat de partij van Braat meer doet voor den landbouw, dan de partij van v. d. Heuvel Kom, wees wijzer, opdat men niet tot u zegt met een waar spreekwoord. Boer word mensch Ik weet niet of er nog aanhangers van den Vrijheidsbond zijn onder degenen die dit lezen, tot hen alleen deze opmerking: Ware vrijheid is alleen gebondenheid aan het Woord des Heeren. En ook in het Staatkundig leven dient het getuigenis Gods richtsnoer te zijn. Iemand, die dan ook getrouw stemt op de lijst van Mr. Trouw, is allesbehalve een getrouw dienstknecht van Christus, den Gezalfden Koning. ■Lingbekianen zouden wij willen aanraden: Be denk toch, dat de strijd thans niet meer mag loop'en tusschen Roomschen enProtestanten, Her vormden en Gereformeerden op Staatkundig ge bied. De strijd is veel meer: Voor of tegen den Christus. Pas daarom op, dat gij met al uw ijver voor de Herv. Kerk de komst van het 'Koninkrijk Gods niet verhindert. En dan de Chr. Historischen. Zeker, we zijn dankbaar, dat ge rechts stemt. Doch ga nog een stapje verder. Vaar voort tot 'het volmaaktere. En als ge er -dan stichtelijk voor bedankt om een Geref. persoon te stemmen, welnu op iedere A.-R. lijst staan voldoende namen van bekende Herv. broeders. Meestal zelfs no. 1. Op hen moogt ge gerust uw stem uitbrengen. En dan ten slotte nog de Staatkundig Gere formeerden. Deze zijn, voor het meerendeel althans, eenvoudige, vrome menschen-. Ten min ste daar houdt Ds. Kersten hen gaarne voor. En deze „veronderstelt" niet. Ze zijn echter op het Staatkundig gebied tamelijk onkundig, en daarbij eigenwijs, wat meer samengaat. Vandaar, dat ze inplaats zich nederig in de A.-R. partij te voegen, zich opwierpen tot een S.G. P., die, wij zouden het kunnen bewijzen, reeds onnoe melijke schade heeft gedaan aan de doorwerking ■der Chr. beginselen in het staatkundig leven. En wie zal hen van de dwaling 'huns wegs terugbrengen 'Geen mensch die 'het kan. Laat ons daarom bidden of God, die recht is, door onderwijzing hen die dwalen weer wil brengen in het rechte spoor. De schapen behandelen wij dus zacht, voor de herders, de leiders daaren tegen hebben wij een hard woord. Ook voor hen, die de S. G. pers verzorgen. En wel dit: Gij schermt zoo gaarne met het Bijbelwoord: Vervloekt is de man, die vleesch tot zijn arm stelt, doch bedenkt, dat er ook staat: Vervloekt is, die een blinde op den weg doet dolen. En ook dit: Het -is goed, dat er ergernissen komen, doch wee degenen door wie ze konien. Nu zijn er -misschien jonge menschen, wier ouders Staatkundig Geieformeerd stemmen, en die denken, dat ze verkeerd doen als ze het spoor dier ouders verlaten en A.-R. stemmen. Doch wij mogen verwijzen naar het woord van den profeet Zacharia, als hij zegt: Weest niet als uwe vaders Het is zoo goed vanaf de eerste keer zich voor te nemen nooit anders dan A.-R. te zullen stemmen. In de nieuwe vertaling van Ps. 137 staat: Zoo ik u vergete, o Jeruzalem, zoo moge mijn rechterhand verdorren. Daar maken wij van: Zoo ik ooit anders dan A.-R. stem, zoo verdorre mijn rechterhand. Tot deze vaste overtuiging komt men vooral op de Jeugd verenigingen. Wij hopen in October a.s. D.V. hier nader op terug te 'komen. Wij komen dus tot deze slotsom. Dit jaar stemmen wij twee keer A.-R. Alle twee, mannen en vrouwen, jongen en ouden. Volgende week reeds als onze scheurkalender twee tweeën ver toont. We stemmen op lijst -twee voor den naam van hem, die ge als no. twee leest aan den kop van deze bladzijde. Laat ieder zich wel twee keer bedenken voor hij of zij anders stemt. Want dan doet ge twee booshecten. O. J. W. K. BBBBB SOMMELSDIJK. Woensdag 22 April a.s., des avonds van 6—8 uur zal in de consistorie kamer der Ned. Herv. Kerk alhier de ver kiezing plaats hebben van 2 notabelen. Aftre dend (herk.) de heeren Abr. 'Breeman en M. van der Sluijs. MIDDELHARNIS. Woensdag 29 April, des avonds 6.30 uur, zal de off-icdeele opening plaats hebben van de Christelijke Groen van Prinste- rerschool in het Koor der Ned. Herv, Kerk alhier. Voor leden van de op dit eiland op te richten Centrale Oudercommissie van de O. L. Schol-en zijn uit deze gemeente aangewezen de heeren J. v. d. Meide en A. van Dongen. HERKINGEN. Aan Mej. M. Langbroek, on derwijzeres aan de Herv. School, is met ingang van 1 Mei op haar verzoek eervol ontslag verleend, wegens benoeming in gelijke betrekking te Middelharnis. STELLENDAM. Mej. E. Jonker, onderwijze res te Dirksland, heeft hare benoeming tot on derwijzeres aan de O. L. School alhier aan genomen. Aan de Chr. Bewaarschoolv-ereeniging al hier werd door den Raad dezer gemeente een subsidie toegekend over 1930 van 495.30. GOEDEREEDE. De heeren T. Lodder en P. v. d. Wen-de zijn resp.'herbenoemd als voor zitter en secretaris van de commissie tot wering van schoolverzuim. OUDDORP. Als voorzitter en secretaris van de commissie tot wering van schoolverzuim zijn gekozen de heeren J. Westhoeve Klz. en C. Tiggelman. A.s. Zondagnamiddag wordt op de ge wone uren weder Zondagsschool gehouden in den Oostdijk. WISSELVALLIG ALS HET WEER. Het Zendingsbureau te Oegstgeest schrijft ons: Wisselvallig als het weer in April zijn de inkomsten der Zending. Gelijk wij reeds eenige malen hebben bekend gemaakt, waren zij over d-e maanden Januari en Februari beter dan ver leden jaar in die maanden. Helaas kunnen wij dat van Maart niet zeggen, integendeel is de behaalde -voorsprong zoo goed als te niet ge daan. Wat nog meer zorg wekt echter is, dat tot dusver de maand April slechts 10.000.— heeft ingebracht, terwijl die geheele maand het vorig jaar 57.000.— aan inkomsten bracht. Daardoor worden de moeilijkheden weer bij den dag grooter. Ook de circulaire, die in de vorige maand aan meer dan 50.000 personen is gezonden, heeft bij lange na niet die resultaten gehad, waarop wij gehoopt en die wij ook, gezien vroegere ervaringen, met eenig recht verwacht hadden. Wij zenden nu aan allen, die tegen onze ver wachting in niet geantwoord hebben, nog een herinnering, in de hoop, dat deze er toe zal medewerken, dat zeer velen alsnog zullen helpen voorzien in de behoeften van het juist in deze dagen zoo bloeiende en voorspoedige zendings werk. TIJDSCHRIFT VOOR ZENDINGS WETENSCHAP. Het Tijdschrift voor Zendingswetenschap „Mededeelingen" opent zijn 75en jaargang met een artikel van den tegenwoordigen eind-redac teur, Ds. Joh. Rauws, over zijn beide voorgan gers in die 75 jaren, den heer J. C. Neurden- burg en Prof. C. Poensen. Het was in 1857, dat op initiatief van den toenmaligen director van het Ned. Ziend. Gen. de eerste aflevering verscheen. Het was inzonderheid de bedoeling uit dagboeken, verslagen en brieven van de zendelingen' belangrijke mededeelingen en be schouwingen op te nemen. Langzamerhand zijn die echter meer op den achtergrond geraakt en allerlei actueele artikelen op het gebied van zendingswetenschap kwamen op den voorgrond. De redactie zoekt naar een weg om aan de verslagen' van de zendelingen weer -meer ruimte te verschaffen. Daarna is opgenomen de rede van Dr. J. H. Oldham, gehouden op de Alg. Zend. Conferen tie van 1930 over: „the christianizing and unohristianizing of the world". Daarop volgt het slotwoord, dat op die conferentie over dat onderwerp gesproken werd door Dr. F. J. Fok- kema, rector der Ned. Zend. School. Verder schrijft d-e heer O. Marcks, zen-deling te Pearadja in de Bataklanden over „de na werking van het vroeger-heerschende heiden dom in dé Chr. Batakkerk en de bestrijding er van." De belangrijke verschijnselen op zendingsge- bied behandelen: Dr. iMott over de wereld situatie, Dr. Mott over de home-base, de kerk orde op Oost-Java, de Thinto-cultus in Japan, d-e Ashram-beweging in Britsch-Indië, en Dr. Henry Beets over het besluit van de Gerefor meerde Synode. De afdeeling sluit met literatuur-aankondiging. JAARVERGADERING ZENDINGSSTUDIE-RAAD. 10 April werd te Utrecht in het gebouw van de U. Z. V. op het Jansveld de Jaarvergadering van den Z.S.R. gehouden onder leiding van den voorzitter, -Dr. C. W. Th. 'Baron van Boetzelaer van Dubbeldam. De morgen vergadering werd door den voor zitter geopend met voorlezing van het begin van Filipp. 2 en gebed. D-e notulen' der vorige Jaarvergadering werden daarna gelezen en goed gekeurd. Bij de Bestuursverkiezing werden de heeren Dr. C. W. Th. Baron van Boetzelaer van Dub beldam, H. Duyker en J. van Keulen na stem ming herkozen. In het Bestuur werd voorts nog benoemd Mejuffrouw N. van Rossem te Hoen- derloo. Bij de behandeling van de rekening en ver antwoording over 1930 wordt het rapport van de commissie tot nazien der rekeningen voor gelezen. De indruk -der Commissie is gunstig. Enkele vragen, die gesteld werden, werden door den penningmeester beantwoord. De rekeningen worden1 daarna goedgekeurd en den penning meester dank gezegd voor zijn beheer en ge dechargeerd. In de commissie tot nazien der rekeningen over 1931 worden benoemd de hee ren H. Fortgens en W. J. A. C. Bins. De be grooting wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. Na opening van de middagvergadering op de gebruikelijke wijze, verwelkomt de voorzitter de aanwezigen en geeft daarna den secretaris ge legenheid zijn jaarverslag voor te lezen. De voorzitter dankt den secretaris voor zijn be langrijk verslag. Vervolgiens houdt de heer P. M. Leg ene, oud-zendeling onder de Hindoes in Suriname, thans secretaris van het Zeister-Zendingsgenoot schap, een referaat over „Het Hindoeïsme als Zendingsprobleem". Spreker wijst er op, dat het Hindoeïsme nu meer dan 200 jaren' pal heeft gestaan tegenover alle pogingen van de Christelijke Zending om bet omver te loopen. Wat is het geheim van zijn levenskracht Of wat is onze zwakte tegen over het Hindoeïsme Wat het eerst opvalt bij het bestudeeren van het Hindoeïsme, zijn de enorme tegenstellingen, die daarin gevonden worden. Wij ontmoeten er de hoogste en schoonste philosophie naast den ruwsfen afgodendienst, Animisme en Brahma nisme, de ernstige aanbidding van ongetelde goden en tevens de bewering, dat er maar één God is. Dezelfde persoon, die in het stervens- oogenblik den staart van de koe vast houdt of er zijn handen aan vast laat binden in de over- tuding dan zalig te worden, zoekt ook zijn heil in het Gangeswater, in de reinigende kracht van het vuur, in meditatie enz. De -Hindoes ge looven vast, aan de ijzeren wet van „karma" gebonden te zijn. Toch is hun -geheele gods dienstig leven, hun verdienstelijke werken, zelf kastijding en vrijwillig lijden, hun baden en wasschen van het lichaam, een poging, d'en kringloop van het leven zoo te keeren, dat zij er tenslotte een voordeel van mochten 'behalen. De Hindoes zijn diep religieus aangelegd, met een buitengewoon gevoel voor het mystieke. Elk ding wqrd't hun tot een god en gaat voor hen leven. Vragen wij de Hindoes, hoe of zij denken, zalig te worden, dan zullen zij ver schillende antwoorden geven: door godsdienstig leven; wetenschap, of „wij weten het niet". Een Hindoe volgt getrouw, geloovig en zon der verstandelijke overleggingen zijn geestelijke leidslieden. Bij alles is zijn antwoord, dat het geloof het fundament is van het leven. Dit rotsvaste geloof dringt en brengt hem vaak tot ongeloofelijke handelingen, b.v. in het water, waar de halfvergane lijken van zijn medem'en- schen in ronddrijven, te baden en er van te drinken. „Waarom zou het niet inogelijn zijn, dat daarin een goddelijke -kracht was, die ons tot zegen kon zijn?" is zijn rustige en een voudige antwoord. De Hindoes gelooven, dat hun eeuwenoude godsdienst, in de Veda en andere heilige boe ken neergelegd, door de goden zelf is samen gesteld. De groote massa van de Hindoes denkt niet, zij gelooft maar en volgt blindelings de voorschriften van haar godsdienst. Daarbij zijn zij fatalisten en nemen het zwaarste lijden zon der te murmureeren. „Het was zoo voor mij bestemd". De groote tegenstellingen laten zoo veel ruimte over om -te ontkomen, dat zij de aanvallen van de Zending gemakkelijk uit den weg kunnen gaan. Wanneer wij meenen hen te kunnen winnen, dan -ontdekken wij, dat zij zich hebben teruggetrokken. De inconsequentie van het Hindoeïsme is dus in zeker opzicht zijn sterkte. De ernstige Hindoes zijn in menig opzicht philosophisch aangelegd; zij zoeken God en het heil van -hun ziel niet zoo zeer in het abstracte als in het concrete leven. Indien zij het levens- „heil" bij de Christenen vinden, dan zullen zij Christen worden, vinden zij dat niet, dan zullen alle pogingen van de Zending, 'hen tot het Christendom over te doen gaan, op niets uit- loopen. Indië heeft den levenden Heiland noo- di'g, Die verlossing van de zonde, vrede voor het hart en zekerheid van het eeuwige heil schenkt en de menschen leert eens-gezind en in liefde met elkaar te leven. Het groote probleem van de Zen-ding ten opzichte van de -Hindoes is dus, hoe wij door of zonder ons, Christus tot hen kunnen d-oen komen om hun Heiland te worden in den vorm en op de wijze, zooals Hij het zelf wil. Met groote 'belangstelling w-erd de referent aangehoord. Nadat nog enkele vracjen, door de aanwezigen gesteld-, door den referent beantwoord zijn, bracht de voorzitter den dank der aanwezigen voor het belangrijke referaat. Hij sluit daarna de vergadering, na dankgebed van 'Ds, Th. Scharten. DE GRAMAFOON TEN DIENSTE DER EVANGELISATIE. Het is een teeken des tijds en tevens een zeer verblijdend verschijnsel, dat voor het ver breiden van het evangelie alle moderne hulp middelen der techniek, voor zoover nuttig, ge bruikt worden. Wie zal zeggen, aan hoevelen de radio ten zegen1 is geweest Het bezwaar echter bleef steeds, dat de Radio in e'en evangelisatie-samenkomst niet goed bruikbaar was. Slechts de spreker, die in de zaal spreekt, voelt aan en wordt daardoor -ge ïnspireerd. De toespraak moet echter worden afgewisseld door samenzang en de harten der toehoorders zijn op het juiste moment zoo ontvankelijk voor een solozang, waarbij niet zooveer het artis tieke element op den voorgrond treedt, doch een eerste vereischte is: duidelijke uitspraak en een zuivere toon, bovendien een zich geheel inleven in het gezongene. En deze eigenschappen vereenigd waren nu juist zoo zeldzaam. Daarom vernam'en we met genoegen, dat er eerstdaags gramafoonplaten zullen verschijnen, waarop de alom bekende stem van den alom bekenden Joh. de Heer zal vastgelegd zijn in liederen uit zijn alom bekenden Zangbundel. Voor zoover ons ter oore kwam, zal Vital- phon voorloopig 8 dubbelzijdige platen van dezen evangelist uitbrengen, die speciaal voor den luidspreker gegroefd zijn. Met belangstel ling zien wij deze platen tegemoet. Sm

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1931 | | pagina 13