Orgaan
kmn
Antirevolutionair
voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden.
Uw Kindje.
IN HOG SIGNO VINCES
FEUILLETON
No. 3715
WOENSDAG 28 JANUARI 1931
45STE JAARGANG
I
Csemeenteraad
1 i
I
4 11© Btukken voor «1© Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franc© tee te «enden aan de Uitgevers
Brieven uit Amerika.
Purol en Purolpoeder
KLATERGOUD
osssks!
x j-.
erblijfsels van oude
;en. De smalle Lim-
erkwaardigheden.
binnenkort worden
K
Deze Courant verschflnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post f l.~ bi vooruitbetaling,
BUITENLAND bi vooruitbetaling f 8.50 per jaar,
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEEFSTER
Fa. W. BOEKHOVEN ZONEN
SOMMELSDIJK
Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2
ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.- per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zl beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur,
enswaren langs de
kt goed en het gaat
„MARCHANDEEREN."
Dat woord is van Fransche oorsprong.
S'Een „raarchand" is een koopman.
In de Sommelsdijksche raadsvergadering werd
|Joor de afgevaardigde der S.G.P. in verband
met de Zondagsdiensten der R.T.M. en het
handhaven van enkele diensten op Zondag door
de A.R. raadsleden gesproken van „marchandee-
ren met het beginsel."
«De lezer'begrijpt nu wel wat hiermede bedoeld
wordt.
Ook in andere raadsvergaderingen werd door
de S.G.P. raadsleden hoog van den toren ge-
blazen tegen de A. Rev. omdat ze toelieten dat
de veerboot ook op Zondag vaart.
T® Nu is het wel opmerkelijk, dat dit eerst in
tweede instantie gebeurde.
■Toen deze kwestie de eerste keer in den Som-
melsdijkschen raad ter sprake kwam, werd door
eer Le Comte (S.G.P.) verlagd geen uit-
g, dus houden zooals het is. We hebben
atoeiTin ons blad er op gewezen, dat de heer
Le Comte hiermee in strijd handelde met hetgeen
Zijn partijleider Ds. Kersten wenscht, die
iiimers in de Kamer verlangde stopzetten van
alle treinen op Zondag.
Nu heeft men wel getracht hierom heen te
draaien, maar feiten blijven nu eenmaal feiten
en dit feit is door ieder te controleeren.
■Kerst later, waarschijnlijk toen men onderling
de houding bepaald had op Flakkee in de S.G.
Partij, kwam de heer Le Comte anders voor
den dag, en sprak hij opeens over „marchan-
deeren met het beginsel."
■Maar m'en gevoelt wel, dat er aan dat plot
selinge „kloeke optreden" een leelijk bijsmaakje
komt als men weet hoe deze man eerst zelf
J .iffiarchandeerde met het beginsel, immers ook
hij wilde de boot wel laten varen op Zondag, en
kwam slechts tegen de uitbreiding der diensten
L» Zondag op.
f beste is maar er niet te veel van te zeg
den. De conclusie ligt duidelijk voor de hand.
r-? Alleen willen we er nog eens op wijzen hoe
roekeloos deze menschen optreden,
jj Wat zou er toch van terecht moeten komen
als een eiland als Flakkee met 32.000 menschen
van 's Zaterdagsavonds tot 's Maandagsmorgens
volkomen geïsoleerd werd van den vasten wal.
Mogen de arme en onbemiddelde menschen
dan op Zondag hun zieken niet meer bezoeken
„Dan gaan ze maar in een roeibootje" werd
door een St. Geref. raadslid op Melissant gezegd!
Het lijkt te dwaas om over te praten En al kan
het, wat hielp het dan nog, want in Hellevoet-
Sluis staan ze weer. Moeten ze dan gaan loopen?
Want de tram mag natuurlijk evenmin rijden
I; Wanneer er van „marchandeeren" sprake is,
dan kan het zeker wel van de houding dezer
St. Geref. menschen gezegd worden, want het
ligt er dik op, dat het vierde gebod des Heeren
hier voor politieke reclame gebruikt wordt.
Wanneer zij verantwoordelijkheid droegen en
het in hun macht hadden Flakkee den geheelen
Zondag te isoleeren, zou geen enkele S.G.P.er
het aandurven, maar nu zij weten dat er toch
niets van komt, maken ze er een parade-paardje
van.
Het is wel droevig, dat hoog heilige dingen
zoo verpolitiekt kunnen worden.
Het is in onze dagen sinds de omwandeling
van den Heiland op aarde al heel weinig ver
anderd.
Ook Hem is het kwalijk genomen, dat Hij op
Zondag ziek'en genas en de menschen met hun
beddeken naar huis liet wandelen.
En die aanmerkers op het werk des Heeren
waren wat trots, want zij „marchandeerden" niet
met hun beginsel, maar droegen hun gedenkce
dels wel heel zichtbaar en heiligden den Sabbath.
Maar Christus schudde droef het gezegende
Hoofd en zeide ,,de mensch is er niet om den
Sabbath, maar de Sabath is er om den mensch."
Doch zij volgden Hem niet.
Beste Vriend
Op onzen nationalen dankdag zijn duizenden
bij duizenden besteed om werkloozen van een
goed maal te voorzien. De president had ons
volk in zijn proclamatie verzocht onzen hulpbe
hoevende medeburgers vooral op Dankdag te
gedenken, om ook hun in een oprechte dankdag-
stemming te brengen.
Het is ook de gewoonte in onze Ger. en Chr.
Ger. Kerken op dien dag een' dankoffer in te
zamelen voor de zending. Ook daar zijn duizen
den geofferd. De meeste kerken in de stad Hol
land en in Grand Rapids collecteerden in één
collecte van 1000 tot 2000 dollar. Ik las van een
gemeente van 110 huisgezinnen, waar de dank
dagcollecte 1520 dollar opbracht. Zelfs waren
er grootere gemeenten, die over de 2000 dollar
inzamelden.
Het is een goede eigenschap van ons Ame-
rikaansch volk, dat het als het noodig is, niet
vastzit aan bet geld. Geven is voor den Ameri
kaan een genot. Elk jaar hebben wij een alge-
meene collecte voor alle doeleinden Hospitalen,
Blindeninstituten, Kinderhuizen enz. Dit wordt
door een commissie verdeeld. Maar men geeft
dan koninklijk. Sommige personen geven 2000,
ja zelfs jaarlijks 5000 dollar. Zoo'n inzameling
bereikt soms het bedrag van een half millioen
alleen in de stad Grand Rapids. Deze stad heeft
een derde van de 'bevolking van Rotterdam,
heeft 36 Geref. of Chr. Geref. kerken. Al deze
kerken zijn van Hollandschen oorsprong. Dan
zijn er nog drie vrije Geref. 'kerken en één Holl.
Doopsgezinde. In sommige kerken heeft men
's Zondags 4 diensten, 2 Hollandsche en 2 En-
gelsche. De Engelsche zijn het meest bezet.
Het is een groot blad met advertenties in de
„Grand Rapids press", op Zaterdagavond van
al de kerken, die hun diensten adverteeren. De
„Grand Rapids press" is een zoogenaamd neu
traal blad, zooals alle dagbladen hier zijn en
■heeft een oplaag van 90.000. Weinige van onze
Geref. of Chr. Geref. Kerken doen met dat ad
verteeren mede. Dit zal U niet verwonderen,
als ik zeg, dat in datzelfde blad op een andere
pagina de theaters en bioscopen hun portretten
afgebeeld hebben, soms op ergerlijke manier. De
natie van ons groote land gaat moreel achteruit.
25 Jaarg eleden zouden die theater-advertenties,
die tegenwoordig onze bladen vullen, niet op
genomen worden, omdat de lezers er niet mee
gediend waken. Maar blijkbaar heeft het tegen
woordig aller goedkeuring. Ook het deel, dat
zich Christelijk noemt, is geabbonneerd op die
bladen, wat zeer zeker een vergif is voor het
Christelijk huisgezin. Ook is er geen actie bij
onze leiders. Men werkt hard voor de Zending
om de heidenen het brood des levens aan te
bieden. Daar bouwt men Christelijke scholen.
De Amerikanen offeren daar millioenen bij mil-
lioenen voor, maar men heeft geen oog voor
het heil van onze eigen 'kinderen 'en voor onze
eigen natie. Ook onze openbare scholen gaan
zich meer en meer buigen naar de propaganda
van het atheïsme. Alles wordt in die instituten
gedaan om van de kinderen goede burgers .te
maken, flinke patriotten. Het is zelfs wet, dat
gedurende de schooluren de vlag voor elk
schoolgebouw moet wapperen. Kinderen worden
geleerd hun hoofd te ontblooten als de vlag op
gaat. En dit is goed. Ook die „Star and Stripes"
draagt zijn naam „The old glorie" met eere.
Ook die vlag heeft een geschiedenis, die achting
en respect afdwingt. Maar wat heeft die vlag
voor waarde, als m'en een geslacht gaat kweeken
dat de daden Gods niet meer wil erkennen in
de geschiedenis Wat heeft een natie aan een
volk, dat God miskent. Dat kan niet 'bestaan en
Moeder, Uw kindje zal U niet half zooveel
zorg geven als U het kindje maar droog
houdt met Purolpoeder en de branderige of
stukgaande plekjes behandelt met Furol. Dit
verzacht dadelijk en geneest spoedig.
zijn verkrijgbaar bij Apoth. en Drogisten
heeft ook nog nooit stand gehouden. Een natie
zonder God beteekent revolutie. En straks zullen
de kinds-kinderen van dit geslacht, die nu eer
bied geleerd is voor onze vlag, hem met voeten
treden en verbranden. God beware ons door
flinke Christelijke dagbladen en goede Christe
lijke scholen, opdat wij winste mogen doen met
de droeve historie van andere machtige landen,
diet en onder zijn gegaan of aan den rand van
den ondergang staan, door Gods miskenning.
Neutraliteit bestaat niet, het is voor of tegen,
men kan volgens Gods eigen Woord geen twee
heeren dienen, ook niet in 't lezen van een
dagblad of weekblad.
Zooals je weet 'ben ik Nederlander van ge
boorte, maar ik heb de geschiedenis van Ame
rika lief. Daarom is het ook ,denk ik, dat ik
veel boeken in mijn kast heb, die over de Ame-
rikaansche geschiedenis handelen. Toén ik gis
terenavond op mijn gemak zat te lezen, trof
het mijn aandacht, dat 18 December 1865 de
verjaardag was, dat the Thirtienth amendement
tot stand kwam en in onze Constitution werd
ingelascht. Dit amendement was een gevolg van
een burgeroorlog tegen de slavernij. De kroon
van het werk van onzen dierbaren presid. Abra
ham Lincoln, een hoogstaand Christen-staatsman
die zich in de eerste plaats niet aan menschen,
maar aan zijn God verantwoording schuldig
wist. En weet U wat nu voor mij zoo pakkend
was in de beschrijving van die geschiedenis
Dat Abraham Lincoln zoo beslist deze wet de
clareerde in den naam van God, wiens zoenoffer
ook voor de vrijheid van den slaaf had gevloeid.
En na die declaratie zong de geheele vergade
ring der wetgevende macht „de doxology", dit
is zooveel als het eerste vers van Ps. 100. Dit
geschiedde in de vergaderzalen des lands, nog
maar een groote 60 jaar geleden
Dat ons volk ontwake als nazaten van dit
roemrijk voorgeslacht, opdat de geest van
Abraham Lincoln en George Washington onder
de „Star and Stripes" moge zegevieren
Voor Amerika geldt ook het woord van Da
Costa „Bouwt scholen in wier het Evangelie-
zout, van on- en bijgeloof een dierb're jeugd
behoudt".
En dit kan geen neutraal blad doen en ook
is de institutie van de publieke school in Ame
rika geen inrichting voor het Evangeliezout
Je AMERIKAANSCHE VRIEND.
VERGADERING van den Gemeenteraad
van OUDDORP op Vrijdag 23 Januari,
des nam. om half drie uur.
Afwezig met kennisgeving de heeren M. Bos-
land, Mastenbroek en Bezuien.
De Voorzitter, burgemeester Gobius du Sart,
opent de vergadering met gebed en zegt den
raadsleden dank voor hun gelukwenschen bij de
jaarswisseling van hen ontvangen. Wederkeerig
wenscht spr. hen en de hunnen wat zij noodig
hebben in stofelijk en geestelijk opzicht voor het
jaar 1931. Het vorige jaar werd met eenige hoop
op economische verbetering begonnen, maar het
voldeed niet aan de verwachtingen én 1931 gaat
de gemeente Ouddorp met groote zorgen zoowel
voor het particuliere- als voor het gemeenschaps
leven tegemoet. Gelukkig voor deze gemeente
komt dit jaar de nieuwe regeling der finantieele
verhouding tusschen Rijk en gemeenten in wer
king, waardoor deze gemeente in eenigzins betere
positie komt te staan. Was dat niet het geval
geweest, dan zou deze gemeente dit jaar in groote
zorgen zijn gekomen en was men financieel in
de klem geraakt. Maar al is het, dat de malaise
zich tot alle takken uitbreidt en ook scheepvaart
en industrie er hun deel in krijg'en, mag dit toch
geen reden zijn om bij de pakken te gaan neer-
zittten. In het afgeloopen jaar heeft de Raad dat
dan ook niet gedaan. Met zijn hulp zijn er
groote werken tot stand gekomen, waarvan de
electrische stroom wel het voornaamste is. Ook
nu weer in deze eerste vergadering van het nieu
we jaar wordt de aandacht van den gemeente
raad voor een belangrijk werk gevraagd, en wel
de veerverbeteringen op Hellevoetsluis en het
inleggen van een nieuw veer op Numansdorp en
Dintelsas. De voordeelen, die het Rijk en de
Provincie het eiland hierbij aanbieden, zijn van
zoo groote beteekenis, dat het eiland die wel met
beide handen mag aangrijpen. Spr. hoopt, dat
Gods zegen moge rusten op de werkzaamheden,
zoowel in het private leven als op de gemeente
werken en bidt de raadsleden toe, dat zij krach
ten mogen ontvangen om wars van alle persoon
lijke dingen het algemeen belang te blijven die
nen.
De notulen der vorige vergadering worden
voorgelezen en onveranderd vastgesteld.
Enkele goedkeuringen over genomen raads
besluiten worden door Ged. Staten medegedeeld.
Ingekomen is het verslag der commissie tot
wering van schoolverzuim.
B. en W. stellen voor 'bij aclamatie te her
benoemen tot leden dezer commissie de aftre
dende heeren.
De heer van der Linde, hoofd der school
aan den Oostdijk, vraagt ontslag uit deze com
missie, maar de VOORZITTER stelt voor hem
zoolang hij daar nog hoofd is, als zoodanig te
handhaven.
Met algemeene stemmen wordt conform be
sloten.
Kurvink vraagt concessie voor het aanleggen
van een radio-centrale. Van Splunter had eerst
concessie, maar die zag er geen kans toe. B. en
W. stellen voor het te verleenen, onder voor
waarde, dat het 'binnen drie maanden tot stand
komt.
Met algemeene stemmen wordt hiertoe be
sloten.
Het veilingbestuur der Zuid-Hollandsche ei
landen vraagt het landbouwverlof der school
kinderen te doen ingaan in de week, waarin
1 Juni valt, met het oog op aardbeien plukken
enz.
De VOORZITTER deelt mede, dat dit lid
plaatselijk geregeld moet worden. Op de eene
plaats is dat vroeger én op de andere valt het
beter als het wat later ingaat, dat hangt af
van de plaatselijke cultures. Spr. heeft zich altijd
bij de plaatselijke toestand aangepast en zou dit
willen blijven doen.
Weth. VOOGD: Het is een plaatselijk belang.
Het stuk wordt in handen van B. en W.
gelaten.
De groep van het Alg. Ned. Verbond wijst
op de invoering van vreemde woorden in onze
taal, in officieele stukken, correspondentie, naam
geving op de gebouwen, villa's enz. Dat is in
strijd met het Nederlandsch belang en daarom
stelt deze organisatie voor belasting te heffen
op vreemde namen van villa's enz.
B. en W. willen het stuk voor kennisgeving
aannemen.
We moeten aldus de VOORZ. de
menschen vrij laten in het benoemen van hun
woning. En het gemeentebestuur weet zelf wel
de woorden te kiezen, die het in de officieele
stukken noodig oordeelt.
Aldus wordt 'besloten.
Aan de orde zijn de veerverbeteringen.
De VOORZITTER geeft een overzicht van
den stand van zaken en een verslag van het
verhandelde op de vergadering van 27 Dec. te
MiddeJharnis (reeds eer in ons blad opgenomen)
Spr. wijst op het groote belang, dat Flakkee
heeft bij den nieuwen uitgang, die eigenlijk reeds
voor de mobilisatiejaren ook bestond. Het be-
door
H. RINGMANS.
7)
JÉ Maar nauwelijks had zij dat besluit genomen
ofzij verwierp het weer. H ij moest een
man zijn. Heino moest verklaren. Zij moest
fier zijn en geen duimbreed toegeven.
En dat bevredigde haar ook weer niet.
Want dan bestond de mogelijkheid dat
het tooneel van vóór ongeveer een jaar zich
i herhaalde en hij vertrok, zonder dat zij ook
maar de minste zekerheid had. Dat was immers
j .ondragelijk
f Maar misschien, en wéér kwam de
hoop om den hoek gluren, misschien kwam
Heino zijn gegeven woord wel inlossen 'en'
haalde zij zich allerlei muizenissen in het
'hoofd
Zóó streed zij, dagen lang. Streed ook op
haar kamer in het gebed, 't Was een eerlijke
zaak. Die voor den Heere gebracht worden
mocht, H ij kende haar hart. Hij wist, dat het
warm voor Heino klopte. En Hij kende ook
het hart van den jongeling, die.^op zijn zachtst
uitgedrukt, vreemd en wonderlijk met haar han
delde.
En terwijl haar ziel heen en weer geslingerd
werd en zij ook in het gebed niet de rust en
vrede verkreeg, waarnaar zij snakte, sprak de
niets wetende en niets vermoedende mevrouw
,er™la al den dag over den komenden Heino.
f f Was een ware marteling voor Martha. En
'er Wa,ren minuten, dat zij er over dacht, haar
■ante op de hoogte te brengen en haar raad
]f v^?en' f Waren tot nu toe nog de meest
woeilijke oogenblikken geweest
Doch zij zweeg. Zij had Heino beloofd,
met niemand er over te zullen spreken. En
en als hij nu eens kwam, om zijn woord
in te lossen en hij moest ervaren, dat moeder
al geheel op de hoogte wasneen, dat zou
van haar niet fair geweest zijn.
In gedachten verzonken, was Martha de Em-
mabrug over gewandeld, om op den Stations-
singel gewaar te worden, dat zij zich haasten
moest, wilde zij op tijd zijn voor den uit Hol
land komenden sneltrein van 8.10.
Haastig liep zij door en zij had het ijlings
gekochte perronkaartje juist laten knippen, toen
een sissend geluid verkondigde, dat de trein
binnenliep.
Zij besloot te blijven staan op de verbinding
tusschen het eerste en tweede perron. Dan kon
zij Heino in ieder geval niet missen.
Een groote stroom reizigers en reizigsters pas
seerde haar. Maar Heino verscheen niet. Een
heftige teleurstelling maakte zich van haar mees
ter, Zou hij op het laatste oogenblik verhinderd
zijn geworden Maar neen, dan had hij toch
wel een telegram gezonden.
Een zucht van verlichting ontsnapte haar
opeens. Zij ontwaarde Heino's lange gestalte en
zij zag onder den strooien hoed het bekende ge
laat, dat zij zoo liefhad.
Dan zag Heino haar. Vergiste zij zich Kwam
er een wolk op zijn gelaat? Een trek van te
leurstelling
Zij vergiste zich blijkbaar. Want er gleed
een lach over. En zijn uitgestrekte hand greep
de hare. Maar zijn oogen dwaalden over
het perron en rustten niet in de hare
„Zoo, Martha, hier is de verloren zoon ein
delijk e'eris," zeide hij opgewekt. „Hoe maak je
het Ben je alleen 'k Had gedacht, dat moeder
er zou zijn."
Zij liepen naast elkaar over het perron, langs
de restauratie naar den uitgang, waar de stroom
reizigers slechts langzaam passeeren kon.
„Tante is niet al te wel," antwoordde Martha
vormelijk. f
Haars ondanks had zij zich heel wat van de
ontmoeting voorgesteld. Maar hij was koud en
koel. En zij wist het met wisse zekerheid:
hij kwam niet, om zijn gegeven woord in te
lossenAls in een droomtoestand liep zij
naast hem en zij gaf het antwoord op een toon,
alsof het de moeite niet waard was, op de ge
stelde vraag een antwoord te geven. Zij was
volslagen gedesillusioneerd
„Is moeder ziek vroeg hij.
De kennelijke bezorgdheid, die uit zijn toon
van spreken te hooren was, bracht haar tot de
werkelijkheid terug.
„Neen, neen, ziek niet. Gelukkig niet. Een
paar dagen niet al te wel. 'k Heb zoo'n flauw
idee, dat het vanavond of morgen weer in
orde is."
Haar oude schalksheid kwam even boven: als
er iets bijzonders op til was, dan was mevrouw
Heerema enkele dagen van te voren reeds van
streek; de „zemeltjes" hadden de jongens vroeger
wel plagend opgemerkt.
„O, die ziekte," zei Heino lachend. „Die ken
nen we, Martha. Kijk die tram eens vol zijn."
„Willen wij niet loopen stelde Martha voor.
De vraag was er uit, vóór zij goed besefte,
wat zij had gevraagd: een half uurtje loopen
naast hem, die zóó afschuwelijk met haar speel
de Zij was nauwelijks zelf in staat, om te
loopen, zóó moe en ellendig voelde zij zich.
Gelukkig ging hij niet op haar voorslag in.
„Laat ons maar gauw zién, thuis te komen,"
zeide hij. „Daar komt al een tram."
De tram liep onmiddellijk vol, daar nog vele
reizigers geen plaats in de vorige hadden kunnen
bemachtigen. Een heer ontfermde zich over
Martha, door zijn plaats af te staan. Heino
was naar het achterbalcon gedrongen. En zoo
waren zij gescheiden. Zóó zou het verder blijven,
overlegde Martha bitter. En zij kon wel schreien
in de overvolle tram, die langs den Stationsweg,
over de Heerebrug en het Heereplein de volle
Heerestraat insuisde.
Heino stond op het balcon, zijn koffertje in
de hand. Tusschen de deurstijl en de schouders
van een in het looppad staanden heer kon hij
juist Martha's lief gezicht zien. Zij bemerkte
niet, dat hij naar haar keek.
Hij zag er een droev'en trek op. En hij wis t,
wat er de reden van was. Hij schold zich een
lafaard. Als hij naar zijn hart te werk was
gegaan, dan had hij haar daareven op het per
ron vurig en hartelijk en gemeend omhelsd.
Want toen hij haar zag staan, was met kracht
de oude liefde weer naar voren gekomen. Hij
had haar lief. Hij had gemeend, wat hij
haar toen had gevraagd. Maar
„Groote Marktriep de conducteur. De tram
liep grootendeels leeg.
Heino en Martha, geen woord spiekend, zoch
ten lijn 2 op, die hen bracht over de Visch-
markt door de Brugstraat, over de Abrug en
de Astraat, langs den Westersingel, om voor
hen te stopp'en op den hoek van de Bleekerstraat.
De tram was niet vol, zoodat zij naast el
kaar konden zitten Hij vroeg naar zijn moeder,
naar Tjaard en diens vrouw en kinderen en
naar andere zaken. En zij gaf verstrooid ant
woord.
,,'k Heb vanmiddag Tjaard gebeld, of hij
je wilde halen, nu tante niet kon. Maar hij was
op reis en kwam pas om acht uur thuis."
Hij moest het voelen, dat zij alleen ge
komen was, omdat het niet anders kon. Hij
begreep het ook. En hij kon haar geen ongelijk
geven. Zij had het volste -recht, hem koel te
behandelen.
Hij had zich de laatste dagen voorgenomen,
Martha haar woord terug te geven. Maar nu
hij éénmaal in Groningen was, zag hij er tegen
op als tegen bergen, die hij het vorig jaar in
Zwitserland had gezien. Hij durfde niet, om
dat hij er de schandelijke oneerlijkheid van in
zag. Enen hij kon het niet, omdat
hij haar nog liefhad met dezelfde, sterke liefde,
als toen
„Ik zou aan Groningen ontwennen," zei hij
plotseling, zonder haar aan te zien.
„Ja," antwoordde Martha, uit gepeins ont
wakend. „Het is al lang geleden."
„Het ging niet van de zaak," loog hij. ,,'t Is
altijd even druk. Nu ben ik er een paar dagen
tusschenuit en nu moet ik Maandagmiddag nog
naar Leeuwarden voor de zaak. De directeur
zei: Je^ bent nu toch in de buurt. En dan ga
je natuurlijk weer. Enfin, allicht wordt het straks
in Amsterdam beter. Wij zijn er, niet
Met stevigen tred, zonder e'en woord te spre
ken, liepen zij door de „schildersbuurt" en ston
den weldra in huis, waar mevrouw Heerema
haar zoon met grotoe hartelijkheid ontving.
„Eindelijk ben je dan toch eens thuis," knorde
zij. „Je hebt heel slecht opgepast, hoor."
„Het kon heusch niet anders, moeder. Maar in
Amsterdam wordt het wat beter, hoor. Daar ben
iik weer zelfstandiger. Een mooie promotie,
hé
„Prachtig, Heino. De Heere zegent mijn jon
gens wel. Maar, Martha, kind, wat scheelt je
Je bent zoo bleek als wat," zeide zij dan op
eens, toen haar oog op Martha viel, -die stil in
een fauteuil zat.
„Ik ben niet erg wel," antwoordde Martha,
moeilijk sprekend en vuurrood wordend, ,,'t Zal
wel weer overgaan."
„Heb je dat al lang
„Ne'en, tante, onderweg naar huis. Maar maak
u niet bezorgd, 't Is niet erg. Wil je koffie,
Heino
„Graag," zei hij. „Maar als je nu niet
,,'t Is niets," merkte Martha op. En zij liep
naar het buffet, opmerkzaam gadegeslagen door
mevrouw Heerema.
„Je moet toch zeker nog eten, Heino?"
„Dank u, moeder, 'k Heb in den trein ge
dineerd. 'k Hoor van Martha, dat Tjaard en
Truus en de jongens het goed maken?"
„Uitstekend gelukkig. Tjaard zal straks wel
komen, denk ik."
„Tjaard en Truus. Tenminste, dat zei Mar
tha."
„Heb je Truus dan gesproken, Martha? Was
ze dan in de stad
(Wordt vervolgd).