K I
nt
Wat is een oziiiaan
DEI
Uw Huid geneest beter,
mooier en sneller met PUROL
Binnenland.
Burgerlijke Stand
Zate
Ge
Marktberichten.
Gemengd Nieuws.
Herinneringen aan de stich
ting en de geschiedenis van
den Flakkeeschen
Boerenbond.
Land- en Tuinbouw.
sl H
-ri
rt|'
f i i
XXIX.
Ook was er in Den Haag een Bemiddelings
bureau voor den Landbouw opgericht, waaraan
advies kon worden verstrekt over gemobiliseer
den, die aanvraag deden voor verlof, o.a. voor
het binnenhalen van den hooi- en graanoogst
Dat gaf ons in de eerste dagen veel drukte, tot
het voor geheel Flakkee geregeld was en toen
van elke landbouwvereeniging een adviseur was
aangesteld doorgaans de secretaris hadden
wij er weinig meer mede te stellen, behalve van
jongelui, die teleurgesteld waren. Zij kwamen
dan nog eens bij den Boerenbond pingelen. En
dan kostte het vaak moeite om in de plooi te
blijven, wanneer b.v. iemand, die terecht verlof
was geweigerd, omdat ijs en sneeuw elke veld
arbeid onmogelijk maakte, toch vragen durfde
of soms zijn verloofde zond, die dan verklaarde
dat ze haar vrijer zoo graag bij haar had Wij
weigerden nooit het bureau met het verzoek in
kennis te stellen en soms te adviseeren: „Wan
neer de gevechtswaarde van den troep er niet
door leed, aanvrager vrij verlof te willen ver-
leenen." Dit bemiddelingsbureau was inderdaad
een onmisbaar instituut, terwijl wij er voort
durend op aandrongen, dat nooit misleidende of
onjuiste adviezen moesten worden verstrekt,
vooral toen in het vervolg van tijd ook voor
grof- en hoefsmeden, wagen- en zadelmakers
via deze bureaux verlof werd geadviseerd. En
wat vooral voor Flakkee van onschatbare waar
dij was: dat als Minister van Landbouw, Nijver
heid en Handel was opgetreden de heer F. E.
Posthuma, oud-Directeur van de Centrale Land
bouw-Onderlinge, met wien beide leden van het
dagelijksch bestuur reeds sedert enkele jaren als
bestuurslid en als secretaris van de L. O. in
contact waren gekomen, en elkander hadden
leeren kennen. De eerste kennismaking tusschen
den voorzitter en den heer Posthuma was al
van veel ouderen datum. Dit had ook dit voor,
dat wij niet altoos met angstvallige nauwgeze
heid behoefden na te kijken in de bladen of
Zijne Excellentie geen audiëntie verleend. Wel
werd de eerbied voor en den afstand tusschen
den Dienaar der Kroon en ons, verteg'enwoor
digers der Flakkeesche boeren, nooit uit het oog
verloren, doch als we eenmaal tegenover elkan
der waren gezeten, dan verrichtte de Minister
zelf den pontonniersarbeid en werd de groote
standskloof ongemerkt overbrugd, en dan werd
er meermalen behalve de zaken, waarvoor we
op het Departement vertoefden, ook gesproken
over allerlei andere dingen waarmede voor Flak
kee winst of gemak kon worden behaald, en
anderzijds door ons steun kon worden verleend
aan de Regeering, wier weg in die benauwde
dagen vast niet op rozen ging. Talrijk zijn de
gevallen geweest, waarbij wij in spoedeischende
zaken door den Minister als het ware onaan
gediend op particuliere dagen of uren werden
te woord gestaan of geholpen. Ter illustratie
zullen wij één geval mededeelen. In 1915 ston
den wij voor een particuliere reis naar Rotter
dam op het station te Dirksland op den, van
Ouddorp komenden trein te wachten, toen L.
Warnaer op ons afkwam en vroeg of wij direct
naar Den Haag naar den Minister wilden gaan,
om te vragen om verlof. Zijn paarden waren
ziek, er was niemand op de boerderij, zoodat de
verpleging veel te wenschen overliet, en er veel
vrees bestond, dat er enkele van zouden dood
gaan. Ons bezwaar was, dat de Voorzitter er
niets van wist eu reizen voor den Bond eigener
beweging ongeoorloofd was; dan: dat in een ge
woon reiscostuum toch geën bezoek bij den
Minister kan worden gebracht, bovendien 't was
Dinsdag, op welken dag geen audiëntie werd
verleend en tenslotte, dat er bewijs moest zijn
van een veearts, dat hier noodzaak was, War
naer snelt als het ware op veearts de Graaf
af, wien hij thuis trof en omdat te dier tijd
de trein vaak een uur over tijd van Dirksland
vertrok, kwam hij nog vroeg genoeg terug met
een deskundigeverklaring en voerde aan, dat de
Voorzitter met het geval niets te maken had,
omdat hij de reiskosten zou betalen, dat Minister
Posthuma mij in dit pakje net zoo goed zou ont
vangen en te woord staan als in een vierkante
jas en audiëntie zou Zijne Excellentie ons zeker
verleenen.
De voorzitter zou met het geval in kennis
worden gesteld.
Wij reisden naar Den Haag, werden zonder
omslag toegelaten, kwamen door Posthuma s
tusschenkomst op 't bureau van Minister Bos
boom en kregen zonder eenig verwijl verlof.
Zijn paarden bleven in het leven
Ook met 't Departement van Oorlog stonden
we op goeden voet, omdat Minister N. Bos
boom, verwant aan een aanzienlijke familie te
Middelharnis, kermis aan ons had. Hoewel we
daar niet veel mee te maken hadden, waren
er toch enkele gevallen, dat we Oorlog noodig
hadden.
Wij noemen dit geval om te doen uitkomen,
dat het in 1910 juist was gezien van den toen-
maligen voorzitter J. D. Mijs, om L. O. en
Boerenbond in één hand te houden en dat één
groote eilandelijke organisatie als de Flakkee
sche Boerenbond, zoowel in dagen van vrede
als in dagen van strijd een onmisbare schakel
is tusschen Overheid en bedrijf en zoowelde
Regeering als de Flakkeesche boeren er wel bij
voeren.
Een van de eerste crisisbureaux, waarmede
wij te maken kregen, was de Kunstmestcommis-
sie. Er was zeker van al de honderden com
missies en bureaux geen met zoo groote be
langstelling door den landbouw ontvangen als
deze. Ze werd daarom zóó door den landbouw
geapprecieerd, omdat men, zij 't in de verte,
kennis had gemaakt met de mentaliteit der
kunstmestfabrikanten. Zouden deze heeren
meester zijn gebleven in hun bedrijf, dan had
-het er allerdonkest uitgezien voor de boeren! Nu
ging wel niet alles, zooals ze dat wenschten
en kleefden ook aan deze commissie gebreken,
doch een feit was, dat men niet werd afgezet
in den koopprijs en bij opvolging van de voor
schriften zijn aandeel kreeg van den in het
land aanwezigen voorraad hulpmest. Bovendien
was er nog een „Commissie voor de voorziening
en distributrie van Chili-salpeter" uit de Kunst-
mestcommissie geformeerd, welker kantoor ge
vestigd was aan het Zuiderpark te Groningen,
waarmede wij later eveneens met veel zegen
zaken mee hebben gedaan.
- 1915
Zoo kwamen we aan de algemeene vergader
ring van 17 Januari 1915, te Sommelsdijk ge
houden. Nieuwe Tonge en Goedereede waren
afwezig, zoodat met 13 afdeelingen zou worden
overgegaan tot bestuursuitbreiding.
Bij eerste stemming werden gekozen P. van
Schouwen te Oude Tonge en J. Breen Pz. te
Ouddorp, en bij herstemming tusschen C. War
naer G.Lz. te Dirksland en J. van Schouwen
te Sommelsdijk, werd de eerste met heel groote
meerderheid gekozen. De beide eerstgenoemden
namen staande de vergadering hunne benoeming
aan, terwijl Warnaer, die niet ter vergadering
tegenwoordig was, reeds op 1 Maart zijn be
noeming aannam.
Dat gaf een verlichting
In de eerste plaats hadden we nu voor het
Westend een vertegenwoordiger, die de drie
a vier daar gevestigde afdeelingen kon advi
seer'en, des noodig instrueeren, terwijl het voor
het Oosten eveneens in goede handen was, en
bovendien waren we door de verkiezing van
het Statenlid Warnaer in beter contact met het
Provinciaal bestuur.
We stonden nu in dezen buitengewoon ern-
stigen tijd buitengewoon sterk, óók al omdat
dez edrie nieuwe bestuursleden elk op zijn ge
bied, behalve het gewsetelijke, ook in dat
van gemeente en waterschapsgebied volkomen
op de hoogte waren, 't Zou nu vrijwel uitge
sloten zijn, dat we voor iets Flakkeesch, on
verschillig van welken aard, niet iemand in
het bestuur zouden hebben, die niet in staat zou
zijn tot 't geven van advies, des noodig tot
leding.
Het verdere der vergadering werd besteed aan
allerlei crisis-ellende en -wee, en vooral ook
aan het ontwerp: „Stichting eener Coöperatieve
Superphosphaatfabriek". Besluiten werden er
niet genomen, doch alles werd gesteld in handen
van het bestuur ter verdere afdoening.
Met recht mocht de voorzitter deze ver
gadering sluiten met woorden van dank voor den
aangenamen toon. die er geheerscht had.
't Bestuur ontwierp nu een circulaire, bestemd
voor alle erkende landbouwvereenigingen in
Zuid-Holland en West-Noord-Brabant, waarin
het beoogde doel omschreven werd, en gezegd,
dat de kosten van onderzoek naar de mogelijk
heid van de oprichting der Kunstmestfabriek
nooit hooger mochten loopen dan 0.25 per lid.
De Landbouwleeraar voor Zuid-Holland, A.
A. Neeb, trad op verzoek van het bestuur op
als wetenschappelijk adviseur.
Er werd getracht met het comité in Zeeland
samen te werken, hetwelk niet gelukte. Men
stond daar nog op het standpunt, dat de fabriek
in Zeeland moest worden gebouwd, b.v. aan
het kanaal van Wemeldinge, terwijl onze com
missie als haar overtuiging uitsprak, dat de
fabriek moest worden gebouwd aan groot vaar-
water midden in Holland, b.v. aan den Rotter,
damschen Waterweg, vanwaar uit het product,
op allerlei wijze, 't zij te water, 't zij per spoor,
hetg eheele land door kon worden vervoerd.
Doch behalve dit onderzoek was er nog meer
werk aan den winkel.
Door de Regeering was den uitvoer van alle
landbouwproducten en voortbrengselen, van vee
varkens schapen, in één woord alles, absoluut
verboden. Dit was daarom noodzakelijk, omdat
alle oorlogvoerende landen aan alles behoefte
hadden en buitengewone prijzen betaalden, voor
al voor vleesch en vet, en de exporteurs ons
land leeg zouden hebben gekodht om de groote
winsten binnen te krijgen, terwijl dan ons eigen
volk had kunnen verhongeren. Evenwel voor
die voortbrengselen, waarvan wij overschot had
den, werd aan erkende importeurs en exporteurs
consent verleend. Die consenten werden ver
strekt door commissies of vereenigingen, welke
de Regeering voor de verschillende producten
had benoemd. Zoo had men een Peulvruchten-
vereeniging, een Groentencentrale, een Kolen-
bureau, in één woord: langzamerhand was er
in ons goede land niets waarvoor niet een ver-
eeniging, bureau of commissie de leiding had.
Wij hadden in Flakkee in het voorjaar van
1915 vooral met twee vereenigingen te maken;
dat waren die voor erwten en aardappelen. Nu
was het zeer eigenaardig, dat in een groot deel
dezer crisisbureaux leden van de Staten-Gene-
raal, vooral uit de Tweede Kamer, zitting had
den genomen en vaak de lakens uitdeelden.
Het was waarschijnlijk een mooie bijverdienste,
en wat waarschijnlijk in dit moeilijk en bewogen
tijdperk van niet minder groot belang was, dat
heel veel van die HoogEdelGestrenge Heeren,
die over elk onderwerp, of het Marine gold of
Heideontginning, prachtig gestileerde redevoe
ringen konden houden, hoewel ze misschien
practisch van die zaken niets afwisten, nu van
aangezicht tot aangezicht tegenover de werke
lijkheid stonden, welke in dezen ernstigen tijd
met geën schoone theorieën, noch met fraaie
voordrachten waren o pte lossen, en nu waren
velen hunner door een betrekking als commissie
lid vleugellam geslagen.
Zoo was lid der commissie van toezicht op
de Peulvruchtenvereeniging het oud-Middelhar-
nissche schoolhoofd W. de Jong, lid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal. Of de oude
vriendschapsbanden nog trokken, dan wel of er
geen andere liefhebbers voor waren, consent
om Schokkererwten, alsmede aardappelen uit
te voeren, werd verleënd aan J. C. de Gast,
kassier en administrateur, en M. de Haas, vee
handelaar, beiden te Sommelsdijk.
Hadden tot dusverre de Flakkeesche koop
lieden een passieve houding aangenomen tegen
over den „Bond", ze gingen nu over tot actie.
Het was buitengewoon, zooals ze nu op hun
poot gingen spelen en in nactie kwamen tegen
over het Bondsbestuur. 't Had den schijn of dat
bestuur consenten verleende en de winst met die
houders deelde, terwijl consenten natuurlijk wer
den verleend door de Regeering of wie zij daar
toe deb evoegdheid had gegeven. Bovendien,
deze uitvoervergunning werd door het Bonds
bestuur ernstig afgekeurd, welke afkeuring in
een particuliere audiëntie op het Ministerie werd
kenbaar gemaakt. Dit baatte evenwel nietsi die
heeren hadden uitvoervergunning voor een ze
kere hoeveelheid, dat was niet meer ongedaan
te maken. Wanneer nu evenwel de Flakkeesche
boeren van die dagen ruggegraat hadden gehad
en zich niet op het sleeptouw van den handel
hadden laten nemen, dan had veel anders kun
nen loopen en ook geloopen, wan dan had het
Bondsbestuur zelf om uitvoerconsent gevraagd,
hetwelk ongetwijfeld verleend zou zijn trou
wens later ook verleend is.
De mogelijkheid om als exporteurs voor var-
kensvleesch op te treden, was door het land-
bouwcomité in orde gemaakt met C. Reitsma,
directeur van het Rijksdistributiekantoor te
's-Gravenhage.
Terwijl de Regeering bleef voortgaan met
allerlei al maar krassere maatregelen te nemen
en onze organisatie in overleg met, en steun
van andere gelijkgezinde vereenigingen alles
deed wat in haar vermogen was om de ergste
slagen mis te loopen, naderde de Zomerver
gadering, welke den 4 Augustus 1915 in de
concertzaal te Middelharnis zou worden ge
houden.
t Bestuur had de agenda opgemaakt, als
SDreker geëngageerd O. J. G. A. van Genderen
Stort, secretaris van het Nederlandsch Land-
bouwcomité, en alles voorts geregeld met het
afdeelingsbestuur, wat voor het rustig verloop
van een groote vergadering noodzakelijk is.
Voor den gemeenschappelijken maaltijd was het
voorbeeld, wat betrof de regeling en de vooruit
betaling. vanvorige jaren gevolgd. Middelharnis,
dat al eenige jaren was miskend geworden, zou
zich nu op hare zusterafdeelingen eens gaan
wreken Er zou geen rijtoer worden gehouden.
Dat was te ouderwets en uit den tijd 1 Neen,
ze zou met de algemeene vergadering gaan
spelevarenNaar een uitermate dun bevolkt
eiland, dat vanuit Oost-Flakkee goed te zien
was en hetwelk voor meer dan 90 der Flak
keesche boeren een onbekend oord was. Naar
Tien gemeten". Ze had met de daar gevestigde
eigenaren of pachters deze excursie geregeld,
om het van de Zuid-Westpunt, tot de haven,
ongeveer Noord-Oost van het eiland, te door
wandelen.
De heer M. B. S(mits te Rome schrijft in de
„Nederlander"
DE LANDBOUWCRISIS.
1. Twee samenvallende crisis.
Bij de lezing van al wat tot nu toe over de
crisis, die onzen landbouw zoo zwaar treft, ge
schreven is, of van al wat blijkens couranten
verslagen daarover gesproken is, komt de vraag
op, of de crisisverschijnselen wel voldoende zijn
geanuleerd. Zonder een doeltreffende analyse
valt het uiterst moeilijk tot een juiste waardee
ring der verschijnselen te komen en daarmee
tot een juiste behandeling van de kwaal. En ;s
het niet onwaarschijnlijk, dat men de zaken een
voudiger ziet, dan ze zijn en dat daardoor ver
schijnselen als gelijksoortig worden beschouwd,
die in werkelijkheid zeer veel n.l. in principe
van elkaar verschillen.
En toch hangt van een juiste beschouwing
af, welke gedragslijn de regeering bij de behan
deling van deze storing zal hebben te volgen.
Het maakt toch een zeer groot verschil, of de
thans heerschende toestand er een is van blij-
venden aard, althans van zeer langen duur, of
wel er min of meer spoedig verandering ten goe
de te verwachten is.
Het is natuurlijk zeer wel mogelijk, dat de
Staatscommissie-Lovink deze vraag onder de
oogen heeft gezien, het is zelfs wel waarschijnlijk
maar aangezien daarvan naar buiten niets geble
ken is maakt dit in ons geval geen verschil.
Een critische beschouwing nu van, wat men
de landbouwcrisis noemt, voert tot de conclusie,
dat men feitelijk te maken hee.ft met twee cri
sissen, die weinig of niets met elkaar hebben
uit te staan en die toevalligerwijze zijn uitge
broken. De eene heeft te doen met de groote
stapelproducten van de wereldmarktgranen,
vezelstoffen, plantaardige vetten, suiker, zet
meel en vele koloniale producten. De andere met
producten voor het locale verkeer en kwaliteits-
prodnucten visch, vleesch eieren, proenten,
fruit, planten bloemen, boter, kaas, enz.
2. De crisis der stapelproducten.
De omvang van een dagbladartikel laat niet
toe met uitvoerige statistische gegevens als be
wijsmateriaal voor, wat beweerd wordt voor,
den dag te komen. En aangezien zonder uitvoe
rige gegevens geen bewijs te leveren is, zullen
ze hier achterwege blijven. Het statistisch mate
riaal is bovendien voor ieder, die er mee te
maken heeft of er belang in stelt, gemakkelijk
te vinden en den laatsten tijd in ruime mate een
punt van bespreking geweest.
Het zal zeker geen tegenspraak ontmoeten, wan
neer gezegd wordt, dat de lage prijzen der sta
pelproducten grootendeels te wijten zijn aan de
sterk toegenomen productie. Daarnaast kan de
verandering der goudwaarde een min of meer
belangrijke invloed hebben gehad en de ver
minderde tarweconsumptie door verminderd
■broodgebruik, maa.r hoofdzaak is de sterk toe
genomen productie. Voor de granen is die te
zoeken, in de eerste plaats in de buiten-Euro-
peesche landen, waar honderdduizenden hecta
ren aan den" akkerbouw zijn toegevoegd, die
door het droge klimaat daarvoor vroeger niet
geschikt waren, maar die door de ontwikkeling
der landbouwmachines thans blijvend aan dit
areaal zijn toegevoegd, En nog grootere op
pervlakten, dan thans voor graanproductie zijn
veroverd op de droogte, liggen te wachten op
in cultuurneming. Daarnaast komt een belang
rijke toeneming in productie van die streken in
Europa, die tot nog toe door den modernen land
bouw zijn voorbijgegaan, Het is echter een al
gemeen verschijnsel, dat waar toepassing der
landbouwwetenschap eenmaal haar intrede heeft
gedaan, geen terugtred meer volgt doch wel een
steeds voorwaarts gaan op den ingeslagen weg.
Het verschijnsel der groote graanproducties is
dus te beschouwen als iets van zeer langen
duur. Het is te vergelijken met wat viel waar
te nemen' in de jaren tusschen 1880 en 1900 toen
door spoorwegaanleg, groote gebieden bij de
wereldgraanmarkt werden aangesloten. Voor
zoover men van blijvend spreken kan, is de hui
dige toestand op de graanmarkt, n.l. die van
lage prijzen als zoodanig te beschouwen. Min
of meer belangrijke schommelingen zullen na
tuurlijk niet uitblijven, hoewel de kans daarop
geringer wordt, naarmate het areaal zich over
de wereld uitbreidt.
Voor de vezelstoffen is geen andere toekomst
te verwachten. Immers om minder afhankelijk
te worden van de Amerikaansche katoenprodu
centen, die eenige jaren geleden getracht hebben
de markt te monopoliseeren en door aanplant-
restrictie den prijs te verhoogen (de eerste po
gingen daartoe dateeren reeds van 1919), heeft
men zoowel in de Engelsche als Fransche kolo
niale gebieden met alle macht er naar gestreeft
de katoencultuur ingang te doen vinden. Hier
door' is de wereldproductie aanmerkelijk ver
groot en dat juist door zulke landen, welke
door den lagen levensstandaard der producen
ten, zéér goedkoop produceeren kunnen. Die
cultuur verdwijnt niet meer, integendeel, daar
ze in vele koloniale gebieden de eenige is, die
geld onder de bevolking brengt, bestaat alle
kans op verdere uitbreiding, En 't is de katoen,
die de markt helpt bepalen voor de fijnere ve
zelsoorten, die weefstels leveren voor kleeding.
Hierbij komt de druk, die uitgeoefend wordt door
de kunstzijde en hoewel die zeker de katoen en
het linnen niet verdringen zal van de markt,
ze vervangt toch een belangrijke hoeveelheid
ervan. Ook hier kan men daarom van een blij-
venden toestand spreken.
Met de suiker is het niet anders gesteld. De
tropenlanden hebben èn hun aanplant uitgebreid
èn hun cultuur en fabricage verbeterd, èn nieuwe
veel meer suiker leverende rietsoorten voortge
bracht. En 't grootste deel dier tropenlanden
is nog niet toe aan zijn productie-mogelijkheid.
Groote oppervlakten grond liggen nog op het
riet te wachten en in de meeste landen is de
vermeerdering van productie per hectare nog <n
groote mate mogelijk. Op Java is men, evenals
op Hawai, het verst en als men dan weet, dat
per oogst van een H. A. aanplant niet minder
dan 13000 a 15000 kilo suiker wordt gewonnen,
dan begrijpt men welke beteekenis dit heeft. En
ook hier is terugtred uitgesloten. Lage suiker
prijzen zullen voor langen tijd de markt be-
heerschen. En nu moge men door onderlinge
afspraken aen slotte eenige verbetering berei
ken hoewel zelfs van afspraken tot heden
niets gekomen is ze zullen nooit in staat zijn
de prijzen belangrijk op te voeren.
Het zijn eveneens de tropenlanden geweest, die
de prijs der vetten hebben omlaag gebracht. eHt
aantal vetleverende planten is daar zeer groot
en hun productievermogen per H. A. is enorm.
Het is nog maar sedert korten tijd, dat men bezig
is door toepassing der wetenschap de productie
per H.A. te verhoogen, Tot nu toe is de geheele
productie afkomstig geweest van aanplantingen
der inkomsten, die zeer weinig zorg er aan
besteden, maar door hun geringe levenseischen
zeer goedkoop leveren kunnen. Het openleggen
van Afrika, uitbreiding van den aanplant in
Azië, deze twee alleen hebben een geweldige
vermeerdering veroorzaakt. Thans bemoeit ook
de plantage cultuur er zich mee op groote schaal.
En als men weet, dat men te doen heeft met
boomcultures met hooge producties (alleen Je
oliepalm levert per jaar per H. A. 2000 kilo
olie en' de cocospalm onder modenre omstandig
heden weinig minder), dan begrijpt men, dat
ook hier van een blijvenden toestand kan wor
den gesproken. Deze toestand is een geweldige
slag voor de olijfencultuur in Zuid-Europa, maar
daar een zeer groote hoeveelheid der tropische
vetten ook in de rest van Europa als margarine
gebruikt wordt, doen de tropenvetten ook de
natuurboter, dus de melk, een hevige concur
rentie aan.
Het zetmeel is afkomstig van granen, van fa
brieksaardappelen en van de tapiocaplant der
tropen. Lage graanprijzen maken lage zetmeel-
prijzen mogelijk. De aardappelcultuur is niet
alleen in Nederland verbeterd, ook in andere
landen met name in Duitschland en Polen heeft
men niet stilgezeten. Meer productieve soorten,
betere ziektebestrijding, rationeele bemesting zijn
geen monopolie der Veenkoloniën. Zoo is ook
de zetmeelproductie der aardappels grooter ge
worden. En dan hangt nog als een zwaard van
Damocles de zetmeelproductie der tropen boven
't hoofd van deze industrie. De tapiocaplant
groeit in alle tropenlanden doch wordt tot nog
toe vrijwel alleen op Java en in Brazilië geteeld
als zetmeelproducent voor de wereldmarkt. Haar
cultuur is eenvoudig, haar eischen zijn niet hoog,
Een Oziliaan is een inwoner van de nieuwe
republiek »Ozilië«, waar de zindelykheid
heerscht. Men heeft daar nl. het gebruik in»
gevoerd van Zeeppoeder »Ozil«, dat door de
Fa, Wigleven in Rotterdam wordt gefabri'
ceerd en slechts 10 ct. per pakje kost. Dit
fabrikaat toont aan dat al wat men meer betaalt
voor Zeeppoeder dan 10 ct. per pakje, weg
gegooid geld is. Wordt dus Oziliaan 1 11
de mogelijkheid tot verbetering zoowel van cul
tuur als plant zéér hoog. Eén oogst kan 12000
kilo zetmeal per H. A. leveren. Ook hier is de
toestand dus blijvend.
We zagen achtereenvolgens voor granen, ve
zels, olie en suiker en zetmeel geen uitzicht op
verbetering van de markt. Wat moet de regeer
ring nu doen Zoodanige maatregelen treffen,
die door steunverleening een loonend prijsni
veau gebaseerd op huidige verhoudingen
ook in de toekomst waarborgen Maar dan
zal de productie voor suiker en zetmeel moeten
worden ingekrompen tot wat noodig is voor
binnenlandsch verbruik. Of zijn er andere mo
gelijkheden
In Duischland, Frankrijk en andere landen
is men tot een dergelijkeen steun overgegaan.
Maar men moet niet vergeten, dat de landbouw
daar een geheel andere structuur heeft dan ten
onzent. In deze landen is graanbouw de spil
van het geheele landbouwbedrijf. Zuivelberei
ding, tuinbouw en teelt van grove tuinbouwge-
wasen vindt men daar niet. Hier te lande is
de akkerbouw niet het Nederlandsche landbouw
bedrijf, het is er slechts een deel van.
Kan men nu in Nederland het geheele. .eco
nomische leven zich laten richten naar den cfk-"
kerbouw Dit is hetzelfde bezwaar, dat ook
in Engeland gevoeld wordt. In Frankrijk, Italië,
Duitschland, Spanje, kortom bijna overal is de
akkerbouw het landbouwbedrijf. Hier niet.
't Is waar, ook in Zwitserland niet. Maar
men moet niet vergeten, dat Zwitserlands be
langrijkste industrie het vreemdelingenverkeer is
en het hotelwezen en dat het dus een monopo
liepositie inneemt en wel ten opzichte van een
kapitaalkrachtige clientele Zoo'n industrie heb
ben wij niet. En daarom gaat verwijzing naar
Zwitserland voor ons land niet op.
3, De crisis in de niet-stapelproducten.
Men begrijpt, dat de oorlog weinig van doen
heseft met de crisis in de stapelproducten. Die
was er toch gekomen oorlog of geen oorlog.
Misschien is de crisis wat spoediger gekomen,
wat heftiger uitgebroken, doordat men onder
druk van den oorlog productie ging entamee-
ren in nieuwe gebieden, maar dat is tenslotte
iets bijkomstigs.
Anders is het met de crisis in de niet-stapel
producten, in onze Hollandsche „speciaal-pro-
ducten." Laten we ze voortaan kortheidshalve
aanduiden als „Nederlandsche". Dat wil niet
zeggen, dat ze nergens anders worden voort
gebracht, Maar wel, dat ze als bestanddeel !n
onze voortbrenging en export een zoo groote
plaats innemen als in geen ander land. Ze zijn
dus in dit opzicht voor Nederland karakteristiek.
Het tweede eigenaardige is, dat hun uitvoer voor
't allergrootste deel gericht is naar onze naaste
buren Duitschland, Engeland, België. Van som
mige gaat wel een belangrijk percentage naar
andere landen bloembollen, kaas, boter, maar
de drie genoemde landen vormen toch voor de
ze productengroep het voornaamste afzetgebied.
En dit afzetgebied heeft in hevige mate geleden
onder de gevolgen van den oorlog sterk ver
minderde koopkracht, enorme Werkeloosheid.
Hierbij komt voor Duitschland zware betalin
gen aan de vroegere vijanden.
Wordt vervolgd.
FILMAVOND VOOR DEN B. V. L. VAN
SOMMELSDIJK.
Donderdag 27 Nov. 1930 des nam. 7 uur
opende de heer J. H. Dijkers, voorzitter van
de afdeeling Sommelsdijk met de volgende woor
den de filmavond.
Spreker heette hartelijk welkom alle aanwezi
gen en inzonderheid Luit-kol. Hoogerhuijzen,
den Burgemeester, den heer Hogeweg en den
heer Margodant (welke laatste een toelichtend
woord bij de film der K. L. M. zou spreken.)
Spr. wees hierna op de beteekenis van de
B. V. L. en wees er op dat wij een democra
tisch volk zijn, dat nooit den nek zal krommen
onder het juk der diktatuur. Tenslotte wees hij
er op den ernst van het communistisch gevaar
en de dubbelhartige wijze der S. D. A. P. die
geen „ja" of „neen" durft zeggen. (Applaus.)
Daarna draaide de film, welke zoo welwil
lend door den heer K. Witvliet van Middelhar
nis werd geregeld. Ook van deze firma had men
een gramafoon met geluidversterker in de zaal
opgesteld.
Allereerst een korte film over de verschillende
Koninklijke bezoeken, door de leden van het
Vorstelijk Huis in verschillende steden gebracht.
Het bezoek van de Kon. Familie ter gelegen
heid van het 50-jarig bestaan der afd. Gelder
land van de Holl. Maatschppij van Landbouw,
dat te Arnhem werd gevierd.
De onthulling van het monument voor de in
den oorlog omgekomen Katwijksche visschers,
door H, M. de Prinses Juliana, enz.
Vervolgens zagen we de dit jaar op het eiland
Urk gehouden Landdag van de Overijselsche
Landstormverbanden. Wij zagen de schitterende
aankomst op het eiland van de verschillende
booten. O.a. Minister Deckers, generaal Duy-
maer van Twist, generaal Borel en andere auto
riteiten. Eenige mooi uitgevoerde oefeningen, als
collone-geweer, en collonne-safoel, benevens het
typische vendelzwaaien trokken bizonder onze
aandacht. Dan kwam voor onze landstormers
het belangrijkste deel, de Landdag voor het
verband Monden der Maas, gehouden te N.
Helvoet.
Allereerst verscheen op het doek de H.Edel-
Gestrenge heer W. G. van Hoogerhuizen, luit.-
kol. commandant van de Monden der Maas,
Zijne HoogedelGestrenge had een spontane hul
diging van het publiek in ontvangst te nemen.
Hoewel eerst kort commandant van dit verband
heeft Z. E.Gestrenge reeds een groote popula
riteit onder de landstormers.
We zagen de voor ons zoo bekende hooge
autoriteiten en onze Burgemeester, de heer L.
J. den Hollander, ook mej. T. den Hollander op
het doek verschijnen. De bekende hardlooper
P. Nipius was nog niet op adem gekomen, toen
men hem verfilmde, De schietwedstrijden, het
carouselrijden en hindernissen der cavalerie trof
onze aandacht.
Na de pauze hield de heer W. P. C. Marga-
dant vertegenwoordiger van de K. L. M. een
zeer belangrijke causerie over het vervoerwezen
en de ontwikkeling der K. L. M. welke wij Dins
dag a.s. hopen op te nemen.
Wij zagen de groote vooruitgang van de K.
L. M. op de voor haar vervaardigde bedrijfs
film.
Een buitengewoon interressante film toonde
ons de verschillende vliegvelden, vluchten en
technische bijzonderheden. Allen waren er ten
zeerste van overtuigd, dat de luchtvaart het ge
bied is der onbegrensde mogelijkheden. Ook
volgde nog een stukje van de bedrijfsfilm der
Deutsche Lufthansa, wat eveneens met de groot
ste aandacht werd gevolgd.
Na afloop dankte de heer J. H. Dijkers de
H. EdelGestrenge heer Hoogerhuizen voor de
welwillendheid, dezen avond te hebben bijge
woond, alsmede de Edelachtbare Hef- Den Hol
lander, de heer Hogeweg, en de heer Margadant
.voor hunne medewerking om dezen avond te
doen slagen en een bijzonder woord van dank
aan den heer Witvliet voor zijne schitterende
opvoering.
(Ook van andere dorpen kregen wij gelijk
luidende verslagen over den B. V. L.. Wij ver
wijzen daarvoor naar bovenstaand verslag.)
WETTELIJKE REGELING VAN DE WIN
KELSLUITING.
Door de Eerste Kamer werd gisteren aange
nomen het ontwerp der wettelijke regeling van
de Winkelsliuiting.
Het wetsontwerp werd aangenomen met 25
tegen 13 stemmen.
Voor stemden de katholieken behalve de heer
Dobbelman, de anti-revolutionairen, de sociaal
democraten, de vrijzinnig-democraten, en de
christelijk-historische heer Van der Hoeven.
Tegen stemden de liberalen, de christelijk-his-
torischen, behalve de heer Van der Hoeven, en
de katholiek Dobbelman.
STAD AAN 'T HARINGVLIET.
Geboren: Jacobus, z. v. A. A. Hogerweg
en M. Post; Cornelia Jacobs, d. v. J. A. Peek»
stok en A. D. Huiz.er; Pieter, z. v. A. van
Biert en A, van SplunterLena, d. v. J. L.
Timmer en S. Donkersloot,
NIEUWE TONGE.
Getrouwd A. Kareis jm. 23 jaar te Rotter
dam en P. A. Tieleman jd. 20 jaar alhier.
DIRKSLAND.
Geboren Jan Willem zoon van L. W. Wit
vliet en L. van der Wekke.
OverledenArie van der Wekke. 73 jaar
wedn. van H. Ridder.
HERKINGEN.
Ondertrouwd Leendert Cornelis Brugegman
jm. te Dirksland en Cornelia Melissant jd. al
hier.
VEI
ra
H
de
Voorzitte
tegenwoord
De verga
gebed geop
vergadering
goedgekeur'
Ingekome
Procesve:
ontvanger,
kas was ei
komstig bo
De goedl
fing van 5
de heffing
Het vers!
in het distr
Een bed:
Utrecht ov
en Febr. 1
van 830.1
B. en W
verteeren
Gemeenten
resteerend
leening var
nog 2500
tekoek, gr<
van 5l/2 o1
Alzoo
De best:
1931 opnie
Begrootii
schrijvingei
Een ver:
betuigen a
beteringen
B. en
onder voor
over de ve
mansdorp
ffl brieding v
Centrale Veiling te Mlddelharnla.
Veiling van Dinsdag 25 November.
Bloemkool f 7,70 tot f 10,—
Savoye kool f 1,70 tot f 7,70
Rooae kool f 2,— tot f 6,60 per lOOstuks
Spruiten f 12,10 tot f 13,—
Bevelanders f 4,—
Witte kozijn f 17,80 tot 20,—
Bergamotten f 21,50 per 100 kg.
Uienveiling van Woensdag 26 Nov.
Grove f 0,98 tot f 1,12
Gewone f 1,22 tot f 1,50
Drielingen f 0,50 tot f 0,54
Picklers 2,19
Aanvoer 111950 kg.
Alles per» en inclusief baal.
Eierveiling van Donderdag 27 Nov.
Kipeieren 47—50 kg. f 4,95 tot f 5,75
idem 58-61 kg. f 7,65 tot f 8,—
idem bruin 60 kg 7,90 tot 8,10
Eendeieren f 5,80 tot f 6,— per 100 stuks
Boter f 0,85 per pond.
DE VROUW MOET DEN MAN VOLGEN.
Ook als hij gaat zwemmen
Donderdagnacht om half één zag een survei-
leerende agent van politie op den Nesserdijk te
Rotterdam tot zijn groote verbazing, dat een
juffrouw daar rustig langs den kant liep pootje
te baden. Alsof het volop zomer was en alsof
ze zich bevond op het zonnige zand langs de
zilte zee bij Hoek van Holland, zóó stapte de
dame parmantig met haar bloote beenen door het
drabbige Maaswater. Haar rokken hield zij tot
even boven de knieën opgetild en voorzichtig
tastte zij zich een weg tusschen de puntige
steenen, de glasscherven en den rommel welke
gewoonlijk een rivierbodem bedekken.
Voor de oogen van den verbaasden agent
werden de jaargetijden vertoondimmers, de
veer Middi
De heer
alles stil
klaar liggd
doch geen I
hij de vooa
op Zondad
voor jolijtj
Weth.
was; men
neer men n|
zin kreeg,
dan zij nul
heelen dag|
daarvan d<.
De heer
moet laten.|
legenheid
zichzelf w|
over een
zijn rechtel
De heerj
ten en wijl
bepalen of
De VC
over te ze|
en de hooi
De heerj
De heerj
noodzakelij
betere oplj
te behoudeT
Daarna
stel tot a<J
restrictie v|
genomen
heer Paas;
Besloten:
om een zie
Een ver|
van Landb
aangenomd
protestverd
B. en
voldoen;
voelen, ste
cultuur. V;
te spr. gel
komstig v|
gadering,
en wij mcL
handelwijzi'
De heel?
treden teg|
van den I
medewerkt:
pleiten vc
beiders
die straks
ook geveij
tarwezaaie
der werka
wij straks
te stellen.
De VC
niet steung
Weth.
vastgestelc
de drie af]
bouw op
sturen zuil;
hebben wi[
bouw en
te worden!
De VOl
dat een
landbouwt
De heeij
een mengd
zijn. Mee:
zoo'n prij
kunnen vd
tot den
brood toet
De hee:
zich op gl
gelijke me
meenten a
bietenculti]
De VC
haesie te
6 tegen
Van enj
gekomen
De VC
verbeterir
brengen