voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsehe Eilanden. Antirevolutionair Orgaan IN HOC SIGNO VINCES Voor Zelfscheerders No. 3683 WOENSDAG 8 OCTOBER 1930 45STE JAARGANG De Veerverbindingen tusschen Holland, Zeeland en Noord-Brabant. Fa. W. BOJEKHOVEM&ZONEM „bakken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franco toe te «enden aan de Uitgevers j» Brieven uit Amerika. De actie van den B. B. N. Deze Courant verschgnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post f 1.- bjj vooruitbetaling. BUITENLAND big vooruitbetaling f 8.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEEFSTER SOMMELSDIJK Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2 ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel DIENSTA AN VRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.^ per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die xg beslaan. Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur, ELECTRISCHE STROOM. Zoo werd dan de vorige, week Flakkee op den electrischen stroom van Dordt ingeschakeld. Zeer zeker een belangrijk feit in de historie van Goeree en Overflakkee. Van stap tot stap gaan we vooruit, en we mogen gerust zeggen: in het laatste tiental jaren snel vooruit. Het ziekenhuisvraagstuk werd opgelost, we kregen dank zij het energiek initiatief van Dr. van Gelder een prachtige ziekenauto, we krijgen op Flakkee mooie wegent zóó mooi, als voor eenige jaren niemand onzer durfde droomen, het vraagstuk der veerverbindingen wordt opgelost, de beslissing om over te gaan tot het stichten van een waterleidingbedrijf werd genomen. Wij zouden geneigd zijn met het refrein van Heines lied in te stemmen en te vragen „Mein Liebchen, was willst du noch mehr Het zwaarste wegen echter nog wel de wa- rleiding en de electrificatie. De een geeft de voorkeur aan het eerste, de ander aan het laatste. Vermoedelijk zullen de „petroleumgemeenten" wel den voorrang aan den electrischen stroom gegeven hebben. Hetgeen te begrijpen is. Wie bij winteravond die gemeenten bezocht, en na genoten te hebben van de straatverlichting, bij iemand binnen stapte, onderging de gewaarwor ding alsof hij plots vijftig jaar werd teruggezet. Vooral voor de petroleumgemeenten is het electrisch licht een uitkomst. We mogen wel hulde brengen aan de directie van de Emgo, die haar woord gestand was en haar belofte inloste 1 October brandt het licht Er zat organisatie in en het laat geen twijfel of ook verder zal zij met uiterste krachtsinspaning werken om aan den wensch van velen die nog wachten, tegemoet te komen en ze vóór den winter te helpen. Maar hulde moet ook gebracht worden aan »j!e landbouwvereeniging „Melissant" en haar ■jakkeren voorzitter, den heer P. D. Sieling. Zonder eenige overdrijving mag gezegd wor den' dat van Melissant de stuwkracht uitging, daar werd nooit gewanhoopt, daar werd van stond af aan ingezien, welke richting het uit moest, (geen eigen centrale, maar afname van Rotterdam of Dordt), daar is het gelukt de be langstelling der autoriteiten voor dit vraagstuk op te wekken. Het leeuwenaandeel van den triumf, welke de vorige week op West-Flakkee kon gevierd worden, komt toe aan Melissant's landbouwvereeniging. Het stemt Flakkee dan ook tot groote dank baarheid, dat Zijne Excellentie Jhr. Mr. van Karnebeek, Commissaris der Koningin in onze Provincie, dit ook gevoeld heeft en met name de Melissantsche landbouwvereeniging dank bracht voor haar werk. Want: eere aan wien eere toekomt Beste Vriend 1 Het Sylovullen is bij ons in vollen gang. Ik heb je, geloof ik als eens eer geschreven over onze sylo's. Dit zijn groote cementen kuipen van 30 tot 40 of 50 voet hoog en 10 tot 16 voet in doorsnee. Deze cementen kuipen of tanken wor den gevuld met groene kortgesneden maisplanten. Dit is een best melkvoer in den winter. Wij planten de mais op 3J^ voet vierkant, zoodat wij van beide kanten den grond kunnen bemes ten in den zomer. Om een goede maisoogst te krijgen moet de grond gedurende den zomer goed bewerkt worden. Wij doen dit met een cultofa- tor door twee paarden getrokken. De drijver zit er op en heeft vooral toe te zien dat voor namelijk vroeg in den zomer, kort bij de plant de grond goed los gehouden wordt. De mais groeit hier van 8 tot 16 voet hoog, 2 of 3 planten bij elkander. AVij hebben hier twee soorten, een soort dat zeer lang en zwaar wordt, dit is'voor. de sylo en een ander soort, wat niet zoo lancf wordt, maar flinke maisaren voortbrengt. Deze aren worden er in den winter machinaal of ook wel met de hand afgenomen en dan gepeld voor voer. Mais is een van de beste oogsten in Amerika, 'en voor den landbouwer zeer productief. Nu zijn wij bezig met de mais te snijd'en. De een heeft daarvoor een machine die het afsnijdt en op bossen bindt. Deze machine wordt door een man gehanteerd en getrokken door twee paar den. De machine gooit de bossen achter zich op c cn grond. Later moet dit alles opgezet worden in kleine hoopjes van 8 of 10 bossen, om ze go ed te laten drogen. Wij zelf hebben een eigen gen, taakte machine om dit werk te doen,en zij wer, ki best. Wij maken een driekanten slede, van vore. is zij V2 voet breed en van achter 4J4 Aan bvee kanten op zij hebben wij twee scher pe me. isen» meestal gemaakt van twee oude trek zagen, die men vroeger in de bosschen gebruik te om de boomen mee te zagen. Het wordt ge trokken door een paard, die tusschen die hooge maisregels niet gestuurd behoeft te worden. Op de slede staan of zitten twee menschen, die niets anders hebben te doen dan de maissstokken in hun arm op te vangen, die door de driekante slede aan beide kanten afgesneden worden. Als hun arm vol is, roepen zij ho aan het paard, stappen van achter van de slee en zetten de maisstokken overeind, armvol bij armvol tegen elkaar aan. Hier is een groot gevaar, als men op zij afstapt en het paard onverwachts een stap vooruit gaat, dat men zijn beenen doorsnijdt, wat ook wel gebeurd is. Daarom zijn vooral onze moeders altijd blijde als het maissnijden afgeloopen is. Vlak bij ons woont een man, die op deze manier zijn hakkepeezen afgesneden heeft en dus voor zijn leven ongelukkig is. Dezen tijd van het jaar is het druk. Toen ik eergisteren van de markt kwam, zag ik de men schen druk bezig op het land, op zijn Ameri- kaansch, de mouwen omhoog. Het werkt ook gemakkelijker dan een maand geleden. De druk kende hitte die ons vooral van den zomer plaagde, is voorbij. Mensch en beest is meer actief. De mais moet gesneden zijn voor de nachtvorsten komen. Bevroren maisstokken kun nen' niet bewaard worden, maar schimmelen in den winter. Toen ik alles zoo vroeg in de weer zag, dacht ik aan den wijzen Prediker. Want goed bezien is al ons werk en de resultaten daarvan, maar tijdelijk en vergaat. Als wij weer een jaar ver der zijn, is dezelfde behoefte van hooi, koren en mais er weer. En zoo gaat het eene jaar en het ander komt. Zoo ook met onze geslachten. Wij gaan en een nieuw geslacht komt. Om onge veer hetzelfde te doen wat wij doen. Wat is men druk, alles kein en groot, jong en oud is in de weer. Waarvoor Voor een kort leven, waarvan Salomo getuigt, dat alle zijn dagen smarten zijn en zijn bezigheid is verdriet. Zelfs des nachts rust zijn hart niet. Dat is ook ijdel- heid Wat heeft de zonde ons verblindtHet hoogste, het absolute wordt door ons niet gezien. En het vergankelijke wordt gediend, alsof het eeuwig is. Gelukkig voor Gods volk, dat zij met de wijsheid Gods geleid worden. Want de zonden die de wereldling beklemd en in zijn banden meesleept tot een eeuwige verwoesting is ook Gods volk eigen, maar hun wordt hei dagelijks als bij de hand' afgebroken, opdat zij niet geheel opgaan in dat leven. God heeft er in Zijn eeuwige Voorzienigheid voor gezorgd, dat zijnvolk in dit drukke leven niet ten onder gaat, maar ook mede door den rustdag bepaald wordt, dat de mensch meer noodig heeft dan brood. Toen ik gistermorgen ter kerk ging, had onze leeraar de tekst uit Ps. 66 16. „Komt hoort toe allen die God vreest en ik 'zal vertellen wat Hij aan mijne ziel gedaan heeft." Ja waarlijk, dat was meer dan koren en mais. Dan voelen we de eeuwige banden, die ons binden aan het absolute. Vér boven al het vergankelijke. In het Engelsch en ook volgens onzen leeraar, staat het in het oorspronkelijke beter, daar lezen we „wat God voor mijn ziel gedaan heeftDat was een nabetrachtingspredikatie, welke ons uit het stof ophief en deed leven in hoogere sferen. Je AMERIKAANSCHE VRIEND. Het was een goede gedachte op de Mitento te Middelharnis een stand te reserveeren voor den B. B. N. (Bond van Bedrijfsautohouders in Nederland). En wel om het feit, dat het deze organisatie is geweest, die het initiatief nam om eenheid te krijgen in de veelheid der ver langens, die er waren ten aanzien van het ver- keersvraagstuk in ons gewest. Het publiek, dat de stand van den B. B. N. bezocht, heeft uit de teekeningen en de duidelijke explicaties van den heer A. Maas, inspecteur van den B. B. N. te R'dam, de overtuiging ge kregen, dat het verkeersvraagstuk een urgent belang is voor de Zuid-Hollandsche eilanden in het algemeen en zeker voor Flakkee nog wel in het bijzonder. Wij hebben reeds eer een uittreksel gegeven uit het rapport der commissie Van Rijckevorssel. We willen naar aanleiding van hetgeen de B. B. N. deed hier nog een en ander over mede- deelen. Dat de B. B. N. zich bijzonder voor dit vraagstuk interesseert, blijkt wel uit zijn orgaan, dat dezen zomer een speciaal nummer gewijd had aan onze veerverbindingen. Wij willen hier enkele stukken uit overnemen. De hoofdredacteur van dit orgaan, de heer Jacg. Harms Tiepen, schreef het volgende DE VERBINDING TUSSCHEN HOLLAND, BRABANT EN ZEELAND. 1 Januari a.s. kunnen Zeeland, West-Brabant en de Zuid-Hollandsche eilanden uit hun isolement verlost worden. De taak van dit nummer is niet simpelweg weer te geven, welke betere perspectieven zich openen met het verslag van de Staatscom missie van Rijckevorsel voor de verbinding Zuid-Holland, Brabant en Zeeland, neen, deze is breeder engrootscher. Wie spoedig helpt, helpt dubbel, wordt elders in dit verslag betoogd, het is de groote lijn ge weest van de beraadslagingen dezer commissie, welke reeds zoo spoedig een verslag van haren arbeid den Minister kon voorleggen. „Waar van een ingrijpende wijziging van de bestaande verhoudingen voor het oogenblik geen praktisch resultaat zou mogen verwacht wor den", heeft deze commissie gezocht naar ver beteringen „gericht op een zoo snel mogelijke voorziening in de meest dringende behoeften, opdat het dadelijk nut der verbeteringen zoo groot mogelijk worde". Doch, dan moet ook deze, voorloopige ver betering, zoo spoedig mogelijk tot stand komen. „Het zou ten zeerste gewjenschit zijn, zoo de in dit verslag voorgestelde verbeteringen uiterlijk 1 Januari 1931 in uitvoering konden komen en in de begrootingen van dat jaar van het Rijk, van de betrokken provincies, en van de andere subsidieerende lichamen, op de tot dat doel noodige uitgaven werd gerekend". De taak van dit nummer is, te betoogen voor, met klem aan te dringen op spoed, ook bij ande ren, bij allen, die die kunnen bevorderen, nu deze Staatscommissie zoo snel een compleet plan tot voorloopige verbetering heeft kunnen te- zamenstellen. Daar ligt een strook van rijke vruchtbare land en tuinbouwgronden in het zuidwesten van ons t vaderland, dit tot enorme bloei kan komen, ten nutte van ons geheele volk, een zeestrand nog vrijwel ongekend in'ons geheele land, omdat deze eilanden steeds geïsoleerd zijn geweest, een landsdeel uitnemend geschikt voor industrieën met verbindingen reeds naar het zuiden, per spoor en langs den weg, maar nog niet vol doende naar het Noorden naar het hant van ons land, en te water. Welnu, op de ontwikkelingsmogelijkheden te wijzen van geheel deze vruchtbare en rijke ge westen', is ons doel Landbouw, tuinbouw, industrie, vreemdelin genverkeer kunnen zich ontwikkelen als niet langer 't water een onoverkomelijke scheidslijn is, als niet langer het Zuiden en Zuidwesten zich concentreert op België alleen. Hiervan vertellen de bewoners van deze ge westen, die de ontwikkelingsmogelijkheden niet beoordeelen door idealistische fantasie, maar met hetgeen er reeds is, hetgeen zich reeds ontwik kelt daar. Met landbouw, tuinbouw en industrie, welke reeds door zendingen naar de groote be volkingscentra aangetoond hebben wat Zeeland, Brabant en dit deel van Holland nog in veel en veel grooter mate zal kunnen produceeren, als niet langer deze, toch ook vaderlandsche ge westen, door duur en langzaam transport be lemmerd worden. Als ieder, wie de ontwikkeling van vrucht baar Nederland aan het hart gaat, slechts het zijne doet, als Kamerleden op spoed aandringen, Staten-Generaal, Gemeentebesturen slechts d i t voor oogen houden „1 Januari 1931 kan deze geheele verbetering reeds in uitvoering komen als in de begrootingen voor dat jaar van het Rijk, van de betrokken provincies en van de andere subsidieerende lichamen, op de tot dat doel noodige uitgaven wordt gerekend." JACg. HARMS TIEPEN. De Voorzitter van den B. B. N„ de heer A. J. Ten Hope, schreef als volgt: HERINNERING. Bij de publicatie van het verslag van de Commissie-van Rijckevorsel betreffende het ver keer van de Zuid-Hollandsche eilanden met Zuid-Holland en Noord-Brabant is het begrijpe lijk, dat mijn herinnering mij terugvoert naar de vergaderingen, die op instagnatie van en onder auspiciën van den' B. B. N. door mij als voor zitter zijn geleid in de tweede helft van 1928 en gehouden werden te Zierikzee, Middelharnis en Bergen op Zoom. Nog geen twee jaar zijn sindsdien voorbij en nu reeds ligt het resultaat voor mij. Gezien de uitgebreidheid van de materie mag ik hier zeker wel, hoewel ik zelf lid was van die Staats commissie, hulde brengen aan de Commissie voor haar snellen arbeid, maar zeker in het bijzonder ten eerste aan haar voorzitter, die op zoo eminente wijze de besprekingen vlug heeft doen verloopen en feri tweede aan de heeren Ingenieurs van der Steur en van Gelder als leden van de kleine commissie voor onderzoek en samenstelling van het rapport. Hoe lang was er niet reeds actie gevoerd en door hoevelen. Hier wil ik nu even terugkomen op het zwakke punt in de actie van vóór 1928. Er was toen te veel actie, de acties gingen dik wijls tegen elkander in en liepen steeds op niets uit door de veelheid der wenschen. Groep- en streekbelangen werden te veel vooropgesteld, ongetwijfeld natuurlijk met de beste bedoelingen, maar het gemis aan eenheid maakte het voor de regeering zeer moeilijk zich een juist denkbeeld te vormen van de nooden, die zeer zeker be stonden: de adviezen waren te uiteenloopend. Het is de gelukkige gedachte geweest van het bestuur van den B. B. N. de al jaren wanhopig vechtende commissies, vereenigingen enz. attent te maken op de groote lijn van hun in den grond gelijk, maar in aard verschillend streven. Wij hebben het geluk gehad al deze besturen, be langhebbenden en belangstellenden voor een goede oplossing onder één leuze te kunnen ver eenigen. Het is de eenheid in de gedachte, de eenheid in de uitspraak te Zierikzee, Middelhar nis en Bergen op Zoom geweest, die een groote B.B.N. Commissie heeft doen ontstaan, waarin alle groepen vertegenwoordigd waren. Deze ver gaderingen en het werk van deze commissie hebben mede met de krachtige woorden van ons medelid den heer Ter Laan in de Tweede Ka mer de aandacht der landsregeering gevestigd op den onhoudbaren toestand op deze eilanden, een toestand, waarmede provinciale, stedelijke en anlere besturen zich bij voortduring met grooten ernst hadden bezig gehouden, doch helaas zonder dat een oplossing mogelijk scheen. De B.B.N. heeft voor de betrokken gewesten, ja voor heel het land, een taak verricht, waarop hij met voldoening en ook met eenigen trots mag neerzien. Zonder de door den B.B.N. belegde vergaderingen op zichzelf een succes en zonder de uitmuntende diensten, die daarbij ieder commissielid en niet te vergeten onze oud- secretaris, de heer Rauh, en zeker ook de pers heeft bewezen, zou het verkeer niet de Zuid- Hollandsche en Zëeuwsche eilanden waarschijn lijk nog geen stap verder zijn gekomen. Dank zij de breede opvatting van het B.B.N. bestuur is de vorige Minister van Waterstaat met een voortvarendheid, waarvoor Zijne Excellentie dank en lof toekomt, overgegaan tot instelling der genoemde Staatscommissie. Nu is het mij natuurlijk reeds lang bekende rapport, waarover ik echter niet eerder mocht spreken naar aanleiding van een belofte aan onzen voorzitter en het nakomen van een ver plichting tegenover den Minister, publiek eigen dom geworden. Met verheugenis zal geconstateerd worden, dat het zich beweegt in de richting, welke de 1 B.B.N. indertijd aangaf. Persoonlijk ben ik dus j dankbaar, hoewel nog niet ten volle voldaan. Het rapport stelt nog wel niet alles voor, wat wensc'helijk, noodig 'en mogelijk is, maar het is dan ook een voorloopige oplossing; een op lossing, die in korten tijd voor mogelijk moest worden voorgesteld. De oplossing is dan ook slechts voor drie jaar; zij kan dan eenigen tijd den toets der practijk doorstaan en de Staats commissie is niet ontbonden, maar zal ge durende die 3 jaar voortwerken aan een voorstel voor een definitieve oplossing. Ook de B.B.N. zal na dit eerste succes zijn werkzaamheden niet laten rusten en zeker te zijner tijd met verdere voorstellen komen bij de Staatscommissie. De bewoners van de Zuid-Hollandsche en Zeeuwsehe eilanden en ook die van West- en Noord-Brabant hebben met waardeering onzen arbeid gadegeslagen en van hun erkentelijkheid op verschillende wijze doen blijken. Zij hebben vertrouwen in de belofte, die de B.B.N. te Zie rikzee aflegde en in Middelharnis en Bergen op Zoom hernieuwde. De inlossing van ons woord is begonnen en de B. B. N. blijft voort gaan. Rotterdam, 20 Juli 1930. A. J. TEN HOPE. De heer A. A. Mijs te Sommelsdijk, Voorzitter van het comité voor verkeersverbetering van Goeree en Overflakkee en West Noord-Brabant, schreef speciaal voor het belang, dat Flakkee bij het vraagstuk heeft en gaf het onderstaande ten beste KASSENBOUW, AARDBEIEN- en BOLLEN TEELT ONTWIKKELEN ZICH ALREEDS OP GOEREE EN OVERFLAKKEE. Ons eiland „Goeree en Overflakkee", door zijn isolement bij velen onbekend, is als land bouwstreek een der belangrijkste van het land. Met zijn rijk wisselende akkerbouw, die zeer intensief wordt gedreven, ik noem de uien- teelt, zaadteelt, selectie van pootgoed en zaden; de zich sterk uitbreidende kassenbouw, aard- beeien en bollenteelt, staat het op landbouw gebied zeker in de voorste rijen Ongeveer de helft van de uit Nederland uit gevoerde uien worden hier verbouwd, wat som mige jaren een export voor het eiland beteekent van enkele millioen gulden. De verwerkings coöperatie vooral van suikerbieten en cichorei is er ver doorgevoerd. Tenslotte moge nog met trots gewezen worden naar het westen, waar door diep omzetten en af graven van eertijds onvruchtbaren zandgrond, honderden hectaren tot prachtigen vruchtbaren teelgrond met rijke opbrengsten zijn herschapen. Is het wonder, dat het dezer dagen verschenen verslag over het verkeer tusschen de Zeeuwsehe eilanden met Zuidholland én Noordbrabant voor al hier met groote belangstelling werd tegemoet gezien, waar wij, juist door ons isolement en de treurige verkeersmogelijkheden zoo zwaar wor den gehandicapt. Zouden de voorstellen en plannen in het rap port neergelegd op korten termijn worden ver wezenlijkt, dan zal dat voor het verkeer en de welvaart, belangrijke gevolgen kunnen hebben en zal aan redelijke eischen en wenschen van het eiland eindelijk recht zijn gedaan. Twintig jaar geleden bracht de Rotterdamsche Tram hier groote veranderingen: uitbreiding van het verkeer, vlugge diensten naar Rotterdam; verbetering van het locaal verkeer op het eiland alles tegen redelijke tarieven voor personen en vrachtgoederen. Wij waren tevreden, doch de tevredenheid duurde niet lang. Overal nam het verkeer toe, werd aan de zooveel hoogere eischen die dat verkeer stelde, tegemoet ge komen. Op Flakkee daarentegen zagen we het aantal diensten verminderen, de tijdsduur der reizen verlengen, de tarieven verhoogen en ble ven al onze protesten onverhoordSinds een paar jaren is er door het inleggen van enkele sneldiensten verbetering gekomen en kunnen we verklaren, dat de tarieven nog wel abnormaal hoog zijn, maar dat wij overigens wat het ver- Eerst een weinig Purol inwrijven en daarna inzeependan scheert men zich schoon, zacht en pijnloos keer betreft! weer bijna even ver zijn als twintig jaar geleden, nochtans met dit voorbehoud, dat we toen voor het laatst, 's avonds om acht uur van uit Rotterdam, thans 's middags zes uur voor het laatst van uit Rotterdam, het eiland kunnen bereiken. Voor het zich sterk uitbreidend auto-verkeer, zoowel met personen- als vrachtwagens is het hopeloos gesteld. De eenige gelegenheid om het eiland met eigen wagen te verlaten of te be reiken is van Middelharnis,Hellevoetsluis v.v., een uiterst sobere gelegenheid tegen onbetaal bare tarieven: zeven tot elf gulden enkele reis, al naar de grootte van den wagen, plus 63 ct. per honderd kilogram voor de lading van een vrachtwagen. De nieuwe verbindingen in het Rapport voor gesteld, van Ooltgensplaat over Numansdorp naar het noorden en oosten, Rotterdam, Hoek- schewaard en Dordt, van Ooltgensplaat over Dinteloord naar Noordbrabant, Zeeland en Bel gië, zijn geen weelde, maar voor landbouw, han del en verkeer in het algemeen van ons eiland met den vasten wal, een dringende behoefte. Voor vervoer van varkens, vee en paarden, fruit, zaden en andere producten, voor direct contact van den handel met zijn relaties, van de landbouwers in Zeeland, West-Noordbrabant en Flakkee, die zoo vele belangen gemeen hebben, voor uitbreiding van werkgelegenheid, voor ver- plaatsings-mogelijkheid van werkzoekenden, zijn deze voorgestelde dienstuitbreiding en nieuwe verbindingen van het hoogste belang Waar in deze tijden van'crisis, de achterstand in verkeersmogelijkheden zoo dubel schadelijk werkt, mogen wij vast vertrouwen, dat Rijks- en Provinciaal bestuur al het mogelijke zullen doen om deze zoo dringend noodige verbeterin gen tot stand te brengen. Waar onvermijdelijk ook van de localiteit financieele offers zullen worden gevraagd, hopen we dat de handen in een zullen worden geslagen en de betrokken gemeentebesturen en anderen, het groote be lang voor de toekomst van ons eiland zullen inzien. Offers hebben onze eilandbewoners zich in- tussc'hen steeds weten te betroosten, al ware het alleen slechts in lankmoedigheid en geduld. Er is geen streek in Nederland, die wat het verkeer betreft, zoo in het achtertouw is geraakt als Goeree en Overflakkee. Oorzaak en bron van die ellende zijn wel in hoofdzaak de con cessies en voorwaarden, waarop de exploitatie van het Trambedrijf, meer speciaal de bediening der veerverbindingen, door den Staat der Neder landen in handen is gegeven van „de Rotter damsche Tramweg Mij." Hier zou kunnen wor den gesproken van een eereschuld aan de ei landen. Er is op het eiland geen kilometer Rijksweg 1 Tot voor korten tijd werden alle verkeerswegen uit eigen middelen onderhouden door de loca liteit. Van de goede wegen op het vaste land hebben wij geen profijt, omdat wij ze niet kunnen bereiken. Toch betalen de autohouders en fiet sers jaarlijks gelaten hun aandeel in de wegen belasting tot een bedrag van thans rpim vijf en zeventig duizend gulden. Moge het spoedig anders worden en onze Minister van Waterstaat zijn volle medewerking verleenen om ons schoone eiland zoo spoedig mogelijk aan betere verkeersgelegenheid te helpen Sommelsdijk, Juli 1930. A. A. MIJS. Wij hebben reeds eer een uittreksel gegeven uit het verslag der Staatscommissie van Rijcke vorsel, maar beschikten toen nog niet over cijfers. Ook deze worden thans door het orgaan van den B. B. N. verstrekt. We nemen het vol gende er uit over Veer HellevoetsluisMiddelharnis. Thans zijn er op werkdagen 5 diensten heen en terug en bovendien nog een vroege dienst van Middelharnis naar Hellevoetsluis enkel op Maandag en Dinsdag. Het aantal zal zijn te vergrooten met 3 en te brengen op 8 diensten per dag in beide richtingen (Maandag en Dinsdag 9 in de rich ting MiddelharnisHellevoetsluis) Zondags varen thans 3 diensten heen en

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1930 | | pagina 1