ksche oh nummer Destaai uil flrie Bladen FEUILLETON sche Vazen, IE ontvangt' le Etalages! I belastbare (soger dan Zaterdag5 23 Augustus 1930. No- 3670 TWEEDE BLAD. Herinneringen aan de stich ting en de geschiedenis van den Flakkteschea Boerenbond. De nederzetting van Groningsche boeren te OberboIzer In Transvaal. Gemeenteraad. MIJNHARDT's Hoofdpijn-Tabletten 60 ct. Laxeer-Tablattan 60 ct. Zanuw-Tabistten 75 ct. Staal-Taoletten SO ct. Maag-Tabletten 75 ct. Bij Apoth. en Drogisten Van een arm dorp dat rijk werd Tli V, lijksinkom- 3680C 52308.70' e s t a n d inwoners, 362 X laarwedden Secretaris Igst grond- |736.14) asting over lasting (in- Idhaafd Isting, ver- Iden gevon- leveer 27874.11 3000.— 7302.10 5613.65 5031.38 1798.50 50619.74 1680.— I en W. wordt daarna aor de personeele be ats voorheen, in de belastbare huurwaai huurwaarde 125.-; huurwaarde 150.-; huurwaarde 175.— huurwaarde 200.-; huurwaarde 250.- huurwaarde 300.- huurwaarde 400.— huurwaarde 500.- huurwaarde 750.- huurwaarde ■belastbare (soger dan I belastbare (soger dan I belastbare (soger dan ■belastbare (soger dan (belastbare loger dan (belastbare (soger dan belastbare loger dan (belastbare (soger dan (belastbare Inten zijn dan verwerkt le opcenten en de op- het leeningsfonds 1914, al van de 80 opcenten len en motorrijtuigen, ■st tengevolge van deze l op 1580.-. chikken in de 2e klasse ing. De meerdere op- geraamd op ongeveer heffing van opcenten lasting en 50 opcenten som der Vermogensbe- herziening zal zijn een 1 van den belastingdruk- :nd gemeente-ontvanger IK. Korteweg, gemeente- {seming aanneemt en de jeischte eeden aflegt. fn, gemeente-ontvanger- B. en W. tot vasten nte-secretaris benoemd. Jchte eeden af. |bben plaats gehad bui- emeentekas, waar deze (den waargenomen. wordt in geheime zit' het Gemeente-zieken- pene stemmen benoemd hen aan den Rijn. Jjag wordt vastgesteld op wijziging van de ge' rohier Hondenbelasting 134.—. art. 101 der L. O. wet s Engelsche cursus Bij?- id op 295.25; die voor op 752.12 en voor thuizen op 606.74. SMAN nog inlichtingen :regen over de gunniny TTM HOCSKïNO VJNTSES XXI. 1913 En nu stonden we voor de te Ouddorp te houden zomervergadering. 't Kostte vaak nog al eenige moeite om voor deze vergadering een erkend goed en goed on derlegd spreker te vinden over een onderwerp, dat volgens onze meening voor Flakkee urgent was. Destijds was de koudbloed paardenfokkerij naar onze meening in hooge mate urgent. Onze oud-voorzitter J. Warnaer had van het nogal opspraak makend Rijkshengstveulendepöt te Ber gen op Zoom een volbloed koudbloed hengst aangekocht, genaamd „Chausseur" (Jager), wel ke, behalve het gebrek niet altijd paraat te zijn als de waldhoorn schalde, overigens een voor treffelijk vaderpaard was. De strijd over het aanpassingsvermogen van dat paardenras, voor onze zware, in den herfst uitermate natte klei, was gestreden, en men was overtuigd, dat onze gronden het doorfokken van dit ras mogelijk maakte. We wisten beslag te leggen op A. J. Lako, controleur van het Zeeuwsch-Belgisch Stam boek te Breskens, die spreken zou over „Ratio- neele Koudbloedfokkerij". Doch Ouddorp liep zwanger van grootsche plannen, waarvoor we naar Ouddórp moesten ter conferentie. Het bleek, dat men de rijtoer van Dirksland naar Herkingen het vorig jaar zóó prettig had gevonden, al was het dan over een enkelen, boomloozen dijk, doch langs uit muntend gecultiveerde landerijen met schoone ge wassen, dat men de mogelijkheid van een rijtoer door het schoone plantsoen- en boschrijke land schap had overwogen. Om dat echter volkomen tot zijn recht te laten komen was men genood zaakt in den voormiddag te vergaderen en den namiddag voor dezen tocht te reserveeren. Doch dan stond men weer voor een andere moeilijk heid: men was genoodzaakt een gemeenschappe- lijken maaltijd te houden en dan kon er niet vergaderd worden in het Hotel Akershoek, waar moest worden gedineerd en waar men zelfs met eigen personeel en service niet be rekend was op misschien wel 50 a 60 gasten. Men zou dus den voormiddag geheel en al noodig hebben voor de voorbereiding daarvan. Dan: de burgemeester A. J. van Vessum hielp ons uit de verdrukking, door eén paar leeg staande lokalen in de openbare school aan te bieden, onder voorwaarde, dat er geen alcohol houdende dranken werden geschonken. We waren nu een heel eind in de richting. Een ander probleem vroeg nu om oplossing: de samenstelling van het ménu, dat behalve voed zaam ook in den prijs redelijk moest zijn, om er alle leden van den Bond, de kleinen en de grooten, te kunnen doen aanzitten, en ook deze moeilijkheid bezweek onder den onverzet- telijken wil der organisatoren. De critiek op Jeze nieuwigheid van de oerconservatieven on der de Flakkeesche boeren zouden we dan maar op den koop toenemen Op 10 Juli 1913, voorm. half elf, had de vergadering plaats. Behalve de leden der alge- meene vergadering waren ook tegenwoordig ge- interesseerden bij de fokkerij zelfs uit-Voorne en Putten, zoodat het lokaal dicht bezet was. De voorzitter opende de groote vergadering met een woord van welkom, vooral aan den burgemeester. Hij stond eenigszins uitvoerig stil bij het in November 1912 ingediende wetsont werp „Landarbeiderswet", hetwelk de mogelijk heid schiep voor landarbeiders om op gemakke lijke wijze een eigen woning met een stuk grond in eigendom, of land in huur te bekomen. U. J. Mijs, burgemeester van Middelharnis, had een studie over dit ontwerp in brochurevorm het licht doen zien, en aan de hand hiervan konden de afdeelingen het belang voor hun omgeving nader overwegen, om in de winter vergadering te beslissen of we er een advies vóór of tegen moesten geven. Er bleek uit een en ander, dat ten opzichte van den trek van het platteland naar de groote stad, Flakkee een eigen positie inneemt tegenover het geheele land, daar alleen jonge meisjes als dienstbode den exodus uitmaakten, doch dat het geboorteover schot op dit eiland aanzienlijk inkromp en een slecht figuur maakte in vergelijking met het geheele rijk. Voor Nederland waren deze cijfers per 1000 in 1876 nog 39.3, in 1906 31.6 en in 1911 27.8, terwijl voor Flakkee deze cijfers waren in 1870, 42.9, in 1886, 36.9,in 1896, 32.3, in 1906, 29,7 en in 1911, 27.9. In 35 jaar dus een vermindering van 15 per 1000. Uit het verslag bleek, dat in 1912 voor ruim 350.000.— kunstmest en in totaal voor ruim 442.000.— was aangekocht, en dat door de statutenwijziging, de actie tegen het wegenregle ment en 't concours aardappelrooimachines een kastekort was van 60.98. De voorzitter stelde voor dat tekort in eens te dekken door een buitengewonen omslag van 5.— en de con tributie op 7.— te houden, waartoe besloten werd. Voorts zouden behalve' granen en peulvruch ten voortaan ook aardappelen op stam worden gekeurd, doch door een afzonderlijke commissie. De voorzitter benoemde voor de graankeu- ringen J. A. Slis Jz. te Sommelsdijk, P. Voogd te Goedereede en C. van der Velde te Herkin gen en voor aardappelen J. Koert Mz. te Den Bommel, C. de Haas van Dorsser te Nieuwe Tonge en Th. van Vugt te Oude Tonge. Men schrijft aan de N. R. Ct. Het was in Mei drie jaren geleden, dat een commissie, bestaande uit de heeren dr. H. van Beeck Vollenhoven, te Haarlem, J. H. Memelink te Harskamp en F. Veldman te Hekkum (Gro ningen) aan de Ned. Zuid-Afrikaansche Ver- eeniging en de vereeniging Zuid-Afrikaansche Voorschotkas een rapport uitbrachten over de mogelijkheid van emigratie van Nederlandsche landbouwers naar Zuid-Afrika, nadat zij een studiereis van vier maanden hadden gedaan in de Unie van Zuid-Afrika, welke 1 Dec. begon en waarbij zij van de Zuid-Afrikaansche en Nederlandsche autoriteiten de meest mogelijke hulp en voorlichting ontvingen. De aan hen ge geven opdracht luidde: „om een onderzoek in te stellen naar de voorwaarden waarop Neder landsche landbouwers, in groepen vereenigd, met de grootst mogelijke kans op welslagen zul len kunnen emigreeren naar Zuid-Afrika op ge- irrigeerde gronden of op terreinen, waar de hun toevertrouwde intensieve cultuur kan worden toegepast." Zij kwamen toen tot de gevolgtrekking, dat de landbouw in Zuid-Afrika zeer zeker mogelijk is, ondanks de vaak niet te voorkomen tegen spoeden, doch winstgevender zal worden, wan neer de bevolking toeneemt, het transport ver betert en de boer beter de fijnere onderdeelen van zijn vak verstaat en leert van alle gunstige omstandigheden partij te trekken. Zij zagen de toekomst van den landbouw in Zuid-Afrika be moedigend in. Het is nu niet bij het woord alleen gebleven, maar de daad is gevolgd, zoodat thans een aan tal Hollandsche boeren als groepsnederzetting te Oberholzer in Transvaal aan de lijn Pretoria- Potchefstroom gevestigd is, waar men hetzelfde Groningsch hoort spreken, dat in de buurt van den Dollart wordt gehoord. Tien gezinnen zijn daar gevestigd en degenen die er het langst zijn, hebben zich reeds heel geriefelijk ingericht. De spoorwegverbinding is vrij gunstig. Vier malen per dag houdt er een trein bij de neder zetting stil, waarvan de eerste heel vroeg in den morgen, die hen in staat stelt de producten nog denzelfden dag naar de groote markten te zenden. Dit zal voornamelijk in de toekomst van groot belang zijn, omdat de nederzetters zich in het bijzonder op melkboerderij gaan toe leggen. Na de nieuwe aankoopen, (in Mei kwa men weer 100 stuks melkvee uit) bedraagt Het aantal beesten nu 300, koeien en ossen inbe grepen. Een der Groninger boeren met een groot gezin heeft zulk een vertrouwen in het welslagen der onderneming, dat hij na korten tijd vrouw en kinderen benevens de zware meubelstukken uit de vroegere Groningsche boerderij heeft laten overkomen en de massieve reuzenkasten, die van geslacht op geslacht in dezelfde boeren familie zijn geweest, vindt men in de Ober- holzer-nederzetting thans terug. De keuze van den heer Veldman en zijn ge trouwen van Oberholzer werd bepaald door het gunstige klimaat en de uitbreidingsmogelijkheden. De winter is daar niet streng en de grootste warmte in den zomer was 93 graden, slechts gedurende 1J^ uur per dag. Er is overvloedig water, hetgeen de warmte dragelijk maakt. Men heeft de beschikking over water voldoende om 622 morgen (1 morgen is 0.857 H.A.) te be sproeien en de watertoevoer is constant: 20 tot 24 kubieke voet per seconde. De nederzetting is 3450 morgen groot en 400 morgen daarvan wordt voor blauwgomaanplant gebruikt. Bij de nederzetting staat het Oranjehotel, waar vandaan men een ruim uitzicht heeft over de keurig verzorgde landen. Toen men er zich vestigde, stond het gras bijna manshoog en een der nederzetters, die met zijn zes kinderen was uitgegaan, kawm maar met drie terug. De andere drie waren in het gras verdwaald en kwamen pas na lang zoeken terecht, In het Oranjehotel wonen de ongetrouwde boeren, waar zij een uitstekend en vriendelijk onderdak vinden, of schoon eenvoudig. Er is besloten de nederzetting te doen inschrijven als een coöperatieve land- bouwmaatschappij „beperkt". Deze zal dan on derverdeeld worden in verschillende afdeelingen. De naam is nog niet gekozen. Men is thans bezig een winkel te bouwen ten gerieve der nederzetters, zoodat zij niet verplicht zullen zijn alles uit Johannesburg of Potchefstroom te laten komen of bij een Britsch-Indiër te koopen, die zich grof liet betalen. Naar aanleiding van de inlichtingen en raad gevingen van dr. Retief van Pretoria heeft men tot melkboerderij besloten en zijn de nederzetters teruggekomen van hun oorspronkelijk voorne men om een kaasfabriek op te richten,, waarin dr. Retief om verschillende redenen voorloopig geen heil ziet. Deze raadt de Hollandsche boeren aan zooveel mogelijk melk naar Johannesburg te zenden en met de vervaardiging van boter een aanvang te maken. De heer Veldman is van oordeel, dat groeps- emigratie verre te verkiezen is boven emigratie van alleenstaande personen of gezinnen. Men behoeft dan niet het gevoel van eenzaamheid te vreezen, dat zoo gemakkelijk over den enkeling komt, wanneer hij in geheel andere omstandig heden verplaatst is. Bij landverhuizing van een groep personen uit dezelfde streek behoeft, daar voor weinig vrees te bestaan. Er is sedert de twee jaren der vestiging al heel wat bereikt en de nederzetters zijn vol lof over het heerlijke klimaat en vol moed over het welslagen van hun onderneming. Voor het Hollandsche element in Zuid-Afrika is deze nederzetting, die weldra door andere gevolgd moge worden, van veel beteekenis. Vergadering van den Gemeenteraad van DIRKSLAND, op Woensdag 20 Aug. 1930, des v.m. half elf (zomertijd). Aanwezig 6 leden. Afwezig de heer C. Warnaer wegens ziekte. Voorzitter de Edelachtb. Heer D. J. Visscher. Nadat de vergadering met gebed is geopend, worden de notulen der vorige vergadering ge lezen, goedgekeurd en geteekend. Daarna worden de geloofsbrieven van den heer G. C. M. Smit onderzocht door de heeren D. Gestel en J. Buth, en met algemeene stem men tot diens toelating besloten. De heer Smit, ter vergadering toegelaten, legt daarna in handen van den Voorzitter de in art. 39 der Gemeentewet voorgeschreven ee den af, waarna hij door den Voorzitter hartelijk welkom wordt geheeten, en waarbij de wensch wordt geuit, dat hij in hét belang der gemeente zal mog'en werkzaam zijn. Vervolgens wordt overgegaan tot de benoe ming van een Wethouder in de vacature C. Warnaer. De heer J. Roodzant K.Pz., die thans tijdelijk Wethouders is, wordt met 5 stemmen benoemd (2 stemmen blanco). De VOORZITTER vraagt of de heer Rood zant zijn benoeming aanneemt. De heer ROODZANT antwoordt bevesti gend. De VOORZITTER wenscht hem geluk met zijne benoeming en hoopt op een prettige samen werking te mogen rekenen. De heer ROODZANT dankt den Voorzitter voor de hartelijke woorden, en hoopt steeds in het belang der gemeente werkzaam te mogen zijn. Daarna worden de volgende ingekomen stuk ken' voorgelezen, o.a. een schrijven van Ged. Staten, waarbij de goedkeuring van de Stich tingsakte voor het in het leven roepen van de Van Weel-stichting is aangehouden, totdat is aangegeven of de Kerkeraad te Dirksland be voegd is namens de Diaconie op te treden. Medegedeeld wordt, dat aan den heer P. J. Keijzer in verband met zijne benoeming tot Commies ter Secretarie te Aiphen aan den Rijn, op verzoek, met ingang van 1 September a.s. eervol ontslag is verleend als ambtenaar ter secretarie, onder dankbetuiging van de in die betrekking aan de gemeente Dirksland bewezen diensten. Onveranderd goedgekeurd wordt de rekening van het Weeshuis over 1929. Ontvangsten 642.29)^; uitgaven 225.36. Batig saldo 416.93J^. Daarna wordt besloten tot wijziging der be grooting van het algemeen Armbestuur voor 1929. De rekening van het algeme'en Armbestuur over 1929 wordt vastgesteld. Ontvangsten 9849.69; uitgaven 8222.56)^. Batig saldo 1627.12)^. Besloten wordt tot voorloopige vaststelling der rekening van het Vleeschkeuringsbedrijf over 1929. Afd. I. Totaal baten 4902.64; totaal lasten 4902.64. Batig saldo nihil. Afd. II, Totaal kapitaalsinkomsten 1275.—; totaal kapitaalsuitgaven 1275.Batig saldo nihil. Winst bedroeg 548.72)^. Voor Dirksland 274.62J^. Besloten wordt tot voorloopige vaststelling der ïekening van het Gasbedrijf over 1929. Afd. I. Baten 42622.68; lasten 42622.68. Batig saldo nihil. - Afd. II. Kapitaalsinkomsten 32269.27; kapi taalsuitgaven 25532.26. Voordeelig saldo 6737.01. Winst bedroeg 8671.04)^. Na overlegging van het gunstig rapport der commissie van onderzoek wordt besloten tot voorloopige vaststelling der Gemeenterekening over 1929. Gewone dienst. Ontvangsten 175101.57; uit gaven 154516.03. Batig saldo 20585.54. KapitaaldienstOntvangsten 1304498.55 uitgaven 995399.23. Batig saldo 309099.32. Daarna is aan de orde het voorstel van B. en W. tot plaatsing van de gemeente voor de personeele belasting in de 7e klasse. De VOORZITTER verdedigt dit voorstel. Tot heden was Dirksland in de 8e klasse ge rangschikt, maar B. en W. meenen, dat Dirks land in een hoogere klasse dient geplaatst te worden. Nadat de heer DE BONTE hierover het woord heeft gevoerd, wordt het voorstel van B. en W. aangenomen. Dan komt aan de orde het voorstel van B. en W. tot heffing van 5080 opcenten op de hoofdsom der Personeele belasting. Volgens de thans geldende verordening wor den er geheven 4555 opcenten. Daar zit echter te weinig progressie in. Door B. 'en W. zijn verschillende schalen gemaakt en volgens het voorstel wordt de voor keur gegeven aan schaal D van 50—80 op centen, n.l. 50 opcenten voor de aanslagen van hen, voor wie de belastbare huurwaarde bedraagt 50.— of minder 55 opcenten voor de aanslagen van hen, voor wie de belastbare huurwaarde hooger is dan 50.— 'en niet hooger dan 100.— 60 opcenten voor de aanslagen van hen, voor wie de belastbare huurwaarde hooger is dan 100.en niet hooger dan 150 65 opcenten voor de aanslagen van hen, voor wie de belastbare huurwaarde hooger is dan 150.en niet hooger dan 200.— 70 opcenten voor de aanslagen van hen, voor wie de belastbare huurwaarde hooger is dan 200..en niet hooger dan 250- 75 opcenten voor de aanslagen van hen, voor wie de belastbare huurwaarde hooger is dan 250.— 'en lager dan 300. 80 opcenten of het maximum voor de aan- slagen van hen, voor wie de belastbare huur waarde bedraagt 300.of meer. De heer DE BONTE zegt, dat hij gaarne een schaal zag vastgesteld van 30—80 op centen, om op die wijze de middenstand eenigs zins te verlichten. De VOORZITTER licht het voorstel van B. en W. nog nader toe, waaruit blijkt, dat volgens de nieuwe verordening een flink bedrag minder aan Personeele belasting behoeft te wor den opgebracht en ook sommige perceelen met een kleine huurwaarde door de rangschikking in de 7e klasse niet meer zullen worden aan geslagen. Hierna wordt het voorstel van B. 'en W. aangenomen. Daarna wordt besloten de gemeente voor de gemeentefondsbelasting te plaatsen in de 3e kl. Het voorstel van den heer DE BONTE, om de gemeente te plaatsen in de 2e klasse, vond geen bijval. Op voorstel van B. en W. wordt besloten tot heffing van opcenten (niet progressief) op de hoofdsom der gemeentefondsbelasting. Het aantal zal bij het vaststellen der gemeentebe- grooting 1931 nader worden geregeld. Vervolgens komt aan de orde het voorstel van B. 'en W. om voortaan in plaats van 40, 80 opcenten te heffen op de hoofdsom der Grondbelasting, gebouwde eigendommen, met bestendiging van de heffing van 20 opcenten op de hoofdsom ongebouwde eigendommen. 40 opcenten op de Grondbelasting (gebouwd) brengen thans 1440.op; 20 opcenten op de Grondbelasting (ongebouwd) 690.—. De ver hooging zal dus naar raming plm. 1440.— meer opbrengen. Het voorstel van B. en W. wordt onveranderd aangenomen', Ten slotte stellen B. en W. voor, 25 opcenten te heffen op de hoofdsom der Vermogensbe lasting. De 50 opcenten, die thans op de hoofdsom worden geheven, brengen 3600.op; naar raming zal er door deze verlaging dus een ver lies worden geleden van 1800.—. Waar echter het Rijk zooveel opcenten voor zich opeischt en de ingezetenen, wanneer de 50 opcenten zouden blijven gehandhaafd, 50 opcenten meer zouden moeten opbrengen dan nu het geval is, wordt het wenschelijk geacht het aantal tot 25 te verlagen. De heer DE BONTE deelt mede, dat hij er de voorkeur aan zou geven, 50 opcenten te blijven heffen. Het voorstel van B. en W. wordt aange nomen. De heer DÉ BONTE vestigt nog de aandacht op het houden van toezicht op de boomen, staande langs de gemeentewegen. Dan wordt de vergadering gesloten. VERSLAG van het verhandelde in de openbare vergadering van den Raad der gemeente HERKINGEN op Dins dag 19 Aug, 1930, des v.m. 10 u. (o.t) Voorzitter Burgemeester Visscher. Afwezig wegens ziekte de heer Kalle en zon der kennisgeving de heer Kievit. De VOORZITTER opent de vergadering met gebed, waarna de Secretaris de notulen der vorige vergadering leest, welke onveranderd worden vastgesteld en geteekend. Ingekomen stukken. Schrijven van J. Th. M. v. d. Klundert, auto busondernemer te Melissant, waarin deze den Raad dank zegt voor de verleende subsidie. Begrooting Keuringsdienst van Waren, district Dordrecht. Deze gemeente heeft bij te dragen een som van 134.56. Van Ged. Staten der prov. Zuid-Holland, daarbij berichtend, dat ze de rekening dienst 1928 dezer gemeente hebben vastgesteld. Van hetzelfde college, dat ze de wijziging gemeentebegrooting 1930 hebben goedgekeurd. Procesverbaal kas gemeenteontvanger, saldo 546.32. Idem Armenkas, saldo 1537.67)^, welke beide met de noodige bescheiden zijn accoord bevonden. Van Ged. Staten, dat ingevolge de wet van 1897 aan deze gemeente zal worden uitgekeerd 2896.56. Balans Keuringsdienst van War'en; wordt goedgevonden met algemeene stemmen. Vaststelling verordening op de Brandweer. Op verzoek leest de Secretaris de geheele verordening artikelsgewijze voor, wat nogal eeni- gen tijd in beslag nam. Met algemeene stemmen wordt deze zoo vast gesteld. Bezoldiging machinist motorbrandspuit. B. en W. stellen voor hiervoor 50 per jaar te geven. De werkzaamheden hiervoor te ver richten zullen bestaan uit, eens in de 14 dagen motor aanslaan en gedurende 5 minuten laten draaien en verder schoonhouden en oppoetsen. Bij eventueel gebruik bij brand of beproeving zullen de werkzaamheden bij schoonmaken extra worden vergoed. De heer DE GEUS wil na afloop der ver gadering even spreken over een machinist. Aan gezien er verschillende personen zijn en ze spr. allen even na staan, doch de een beter dan de ander is voor het werk, wenscht hij dat niet te doen in openbare zitting. De heer VAN KEMPEN vraagt betreffende eën assistent. Wordt naar genoegen beantwoord. Benoeming gemeente-opzichter. B. en W. stellen voor den heer P. Stout, bouwkundige, hiervoor te benoemen op een salaris van 100 per jaar. De heer DE GEUS: Hoe ver strekken de werkzaamheden van den gemeenteopzichter zich uit De VOORZITTER: Het betreft het nazien van gemeentegebouwen, voorlichting bij verschil lende werken, nazien van teekeningen en con trole bij te verrichten werken ert rekeningen nazien en eventueel begrootingen maken. Na gehouden stemming bleek P, Stout be noemd met algemeene stemmen, op een jaar wedde van 100.—. Ingekomen was nog een schrijven van den heer A. Snijder te Rotterdam, vroeger volontair ter gemeente-secretarie alhier, waarin hij ver zoekt om een geldelijke vergoeding ineens als eindvergoeding voor de ter secretarie bewezen diensten als hulp van den secretaris en ver vanging bij ziekte en verlof van dezen. B. en W. stellen voor aan adressant een be drag uit te keeren groot 25.. Wordt met algemeene stemmen aangenomen. Vaststelling bedrag kosten per leerling over door H. KINGMANS. 37) Een hoorbare zucht steeg uit de vergader den op. Er waren vrouwen, die weenden En de mannen en jongelingen, ook kinderen, voelden den ernst van het woord, dat hen op het hart gebonden werd op een wijze, zooals zij dominé Misset nog nooit hadden hooren spreken Het was of hij van man tot man sprak. Hertha dachtaan het woord „Dwing ze om in te gaan." De spreker stond als het ware te dwin gen. Het gewicht van al die zielen lag zwaar op hem Zij gingen heen, de mannen en de vrouwen en de kinderen. Zij passeerden Hertha, die aan het eind van het lokaal stond te wachten, om nog even met den predikant te gaan spreken. Zij passeerden haar. En zij groetten. Met blijdschap op het gelaat, En met liefde. Door haar toedoen werd in Zeeduin de boodschap des heils ge bracht. Hertha s hart werd nog méér gesterkt. e zwarte dag van heden ging niet onder in een shkdonkeren nacht. Ten tijde des avonds zal het licht zijm In de hunkerende, eenvoudige harten was Gods Woord gestrooid. Het zou Zeedufn dr069 reeds Vruchten in Hertha voelde door een breede, ruwe hand de hare grijpen. En zij zag, hoe Krijn Vermeulen haar aanzag. Het was goud waard. Het was (wonderlijk, dat zij er aan denken moest, of zij wilde of niethet was oneindig veel meer waard dan een blik van Alfred van Stralen, dien zij liefhad. „Dat was een goed woord, zuster", zei de schipper van de reddingsboot met ontroerde stem. „Wij kunnen er rustig mede gaan." En hij verdween in de duisternis naar zijn huisje in de nabijheid van de zee. Met een hart vol licht. De laatste was nu gepasseerd. En Hertha begaf zich naar voren, naar het spreekgestoel te. Met moeite bereikte zij het. Opeens voelde zij zich onwel worden. Zij rilde van kou en groote druppels zweet parelden op haar voorhoofd. Van doodsbleek werd zij vuurrood en van vuurrood doodsbleek. „Je bent ziek, Hertha," zei de predikant, die het „zuster'J reeds lang niet meer bezigde, sinds Hertha in de pastorie van Landdorp huis vriendin geworden was. „Ja, ik ben ziek", stamelde zij. „Ik ga maar gauw naar huis." „Maar niet alleen," besliste hij. „Ga even zitten. Ik ben direct gereed." Dominé Misset bracht haar tot „Repos ail- leurs". Er werd onderweg bijna geen woord gewisseld. Hertha voelde, dat zij enorm door de griep werd aangetast en was dankbaar, dat zij in een fauteuil bij den haard kon neervallen, rillend van den koortsgloed, die door haar ade ren trok. De predikant, die met Hertha's auto steeds naar huis werd gebracht, als hij in het lokaal gesproken had, nam spoedig afscheid. „Ik kom morgen even kijken", zeide hij. „Ga nu onmiddellijk naar bed. Zal ik den dokter even waarschuwen 7" Hertha schudde heftig van neen: vanavond wilde zij dokter Van Stralen niet ontmoeten „Het is niet noodig", zeide zij. „Morgenoch tend is voldoende. Voorloopig weet ik wel, wat ik doen moet. Maar de zuster in Landdorp moet wel gewaarschuwd. Ik voel wel, dat ik de eerste dagen niet zal kunnen werken." „Houd je heel rustig hoor, Hertha", waar schuwde dominé Misset. „Met het werk komt het wel in orde." Nauwelijks tien minuten later lag Hertha te bed, opnemend haar temperatuur, die vrij hoog bleek te zijn. Juffrouw Saaman dribbelde wat op haar kamer heen en weer; zeide, dat zij het wel gedacht had, want dat Hertha veel te hard gewerkt had, en vroeg, wat zij doen moest, de zuster had maar te commandeeren. Hertha ver langde echter niets. Zij wilde alleen rust. En zij was blij, toen haar hospita, die het goed met haar meende, maar die haar, onwetend, hinderde, vertrok, na haar een goeden nacht te hebben gewenscht. Hertha deed in den voornacht geen oog dicht. Zij wentelde zich heen 'en weer en voelde, hoe de koorts haar door de aderen woelde. De toren klok vertelde haar elk half uur, hoe laat het was. Maar na vier uur in den morgen vernam zij niets meer tot zes slagen haar weer wekten. „Ik heb Jaap naar den dokter gestuurd", zeide juffrouw Saaman, toen zij om half acht het slaapvertrek betrad en geïnformeerd had naar het verloop van den nacht. „De dokter moet het maar zoo vroeg mogelijk weten. Hij moest eens een andere richting uitgaan." „Het is goed. Dank u", antwoordde Hertha op matten toon. „De temperatuur is beter dan gisteravond. Dat is een goed teeken. Met een paar dagen ben ik weer wel in orde." „Daarover zullen wij nog niet spreken. Doe het nu voorzichtig aan. De patiënten op het dorp moeten zich maar redden, zoo goed en zoo kwaad het gaat. En uw collega van Land dorp moet ook de handen maar eens uit dë mouwen steken." „Daarover ben ik niet ongerust. Zij weet ook wel, wat werken is. Maar op den duur wordt het te druk voor haar." „Kom, kom, denk nu maar niet aan een ander. Dat is wel een goede eigenschap van u, maar zij mag niet gepaard gaan met verwaarloozing van uzelf. Ik zal vanmorgen den dokter instruc ties vrag'en en die zullen nauwkeurig opgevolgd worden. Nu ben ik eens baas." Hertha glimlachte mat, tóch wel voelend de zorg, waarmede haar hospita haar omringde. „Wat zult u gebruiken vroeg deze. „Alleen een kop thee", zei Hertha. „Maar zuster, dat gaat toch niet Dat „O, dat gaat best. Ik verlang bepaald niets anders." Juffrouw Saaman verliet het vertrek, maar keerde schier onmiddellijk terug, op den voet gevolgd door dokter .Van Stralen. „Wat nu-, zuster 7" vroeg deze, opgewekt sprekend. „Laat u mij nu in den steek 7" Hertha glimlachte. Zijn stem ontroerde haar. Voor haar hospita was de vraag van den dokter een heel gewone. Maar Hertha hoorde er méér „Ik ben ook aangetast, dokter", zeide zij. „Dat heb ik begrepen. Ik ben onmiddellijk gekomen nog vóór mijn ontbijt, want er is een groot verschil, wie de griep krijgt: een stevige boer van Zeeduin of zuster Van Landen, die zich bovendien wel overwerkt kan hebben. Dat zou niet de eerste maal zijn." „Daarvan is nu geen sprake", antwoordde ■Hertha ietwat heftig. „Ik hoop het. Laat mij eens hooren." Hij vroeg naar de verschijnselen, om vervol gens een nader onderzoek in te stellen. „Ik kan gelukkig niets vinden", zeide hij, blijk baar opgelucht. „Met een weekje bedrust zült u heel wat opgeknapt zijn. Medicijnen kunnen straks wel even. gehaald worden 7" richtte hij zich tot juffrouw Saaman. die het zich tot plicht had gerekend, in het vertrek te blijven, zij het dan op een afstand. „Dat komt in orde, dokter." „Prachtig. Dan vertrek ik nu. Tegen den avond kom ik nog wel even aanloopen, zuster. Rust houden maar." „De zuster wil niet eten, dokter". „Dat geeft niets, juffrouw. De eetlust komt vanzelf wel weer." Hij zag Hertha aan met een blik, die haar door de ziel sneed. „Het" mócht niet, het mócht niet „Hoe maakt mevrouw, uw tante het, dokter 7" vroeg Hertha met toonlooze stem. Alfred van Stralen halde de schouders op. „Zij is geknakt, zuster. Het leven heeft geen waarde meer voor haar. Oom was haar alles. Hier zal de tijd de wonde niet heelen. Het is diep tragisch. Omgekeerd was het beter ge weest. Oom zou door werken zijn verdriet heb ben kunnen verzetten. Maar n u weet ik niet, hoe het gaan moet." Met deze woorden, Hertha moest het weer met smart constateeren, demonstreerde hij, hoe zijn levensbeschouwing lijnrecht tegenover de hare stond. Bij hem domineerde het meest som bere pessimisme Zij had niet de kracht, er een getuigenis tegenover te plaatsen, dat van een ander en beter inzicht blijk gaf. En zij was blij, toen hij vertrok, terwijlzij gaarne had gewild, dat hij nog wat blijven praten was Dien avond zeven uur was hij weer terug, zich zeer tevreden toonend. Hertha's tempera tuur was iets lager dan den vorigen avond. „Het gaat goed", zeide hij opgewekt. „Ik was vanmorgen wat ongerust, want u moet u in acht nemen, al ging het hier uitstekend met u. Nóg zie ik uw inzinking in het ziekenhuis. Maar als ge u nu rustig houdt en u niet bekommert om uw werk, dat toch wel gedaan zal worden, zij het dan lang zoo goed niet, dan komt alles spoedig in orde. Ik heb vandaag met vreugde bespeurd, welk een goede plaats ge in de harten der dorpelingen inneemt. Men informeert naar u. Elk weet, dat u ziek is. Hoe ter wereld is het mogelijk? Angstig vraagt men, of het erg is. En ge moet de gezichten zien, als ik het tegendeel beweer Hij sprak op vroolijken, jongensachtigen toon. En haars ondanks, luisterde Hertha met intens genot naar zijn stem. (Wordt vervolgd).- HjjjH

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1930 | | pagina 3